[s'Ms loop... Fi Het practisch dienen van het gemeente-belang Rieigen in Rijnland OBERAMMERGAU WORDT „GEZUIVERD" ZATERDAG 14 JUNI 1947 DE LEIDSE COURANT |^A HET VOORGEVALLENE in Hongarije kwamen er zulke alar merende berichten uit Oostenrijk, dat de vraag gesteld werd: „Is nu Oos tenrijk aan de beurt". Evenals m Hongarije met succes gebeurd is, hebben de Russen ook in Oostenr. ge probeerd de regering van bondskan selier Figl te „hervormen". In Hon garije konden zij met grover en dus meer doeltreffende middelen werken; in Oostenrijk kozen zij de weg van geheime besprekingen. Zij stuurden kameraad Fisher, de leider der Oos tenrijkse communisten, op dr. Figl af, om hem mee te delen, dat er wat meer communisten in de regering moesten komen, want dat anders Moskou de tot stand koming van het vredesverdrag zou verhinderen. Hoe wel de besprekingen geheim waren, lekte er toch iets van uit en ogen blikkelijk stond Wenen op stelten. Er stak een storm op en wilde geruch ten deden de ronde. Het voorbeeld van Boedapest was niet bepaald ge ruststellend en men vroeg zich af wat er zou gaan gebeuren. Verteld werd, dat dr. Figl bereid zou zijn, zijn post aan een communist af te staan, waarna dan onder communistische leiding nieuwe verkiezingen gearran geerd zouden worden. Zover is het echter nog niet. De bondskanselier haastte zich het parlement er van op •de hoogte te stellen, dat hij geen en kele toezegging in die geest had ge daan, integendeel verzekerd had, dat de regering op haar post zou blij ven en dat er aan tussentijdse verkie zingen geen behoefte gevoeld werd. Zijn de eisen der communisten nu afgewezen en is het offensief van Moskou nu voorlopig van de baan? F-1' zullen er in Wenen waarschijnlijk weinigen zijn, die dat geloven. Zó ge makkelijk Iaat Moskou zich niet af schrikken. Door een ontijdige publi catie is één manoeuvre aan het licht gekomen, maar de Sovjets hebben meer pijlen op hun boog. Alleen is het spel in Oostenrijk niet zo ge makkelijk als in 't naburige Honga rije. In Oostenrijk zijn nog drie an dere bezettende mogendheden, n.l. Amerika, Engeland en Frankrijk, die ook een vinger in de pap hebben, ter wijl in Hongarije de Russen vrij spel hebben en op lastige vragen om in lichtingen „niet thuis" kunnen ge ven. F\E VRAAG IS, wat de Sovjets eigenlijk in Oostenrijk willen Hebben zij slechts de bedoeling om de Oostenrijkse industrie in handen te krijgen of ligt hun doel nog ver- der? Men zal zich herinneren, dat één van de grote struikelblokken op de conferentie van Moskou was: de kwestie van de Duitse eigendommen in Oostenrijk. Indien de Russische_de- fxnitie was aanvaard, zou alles wat vóór 1938 in Duitse handen was (en dat was al heel wat) en wat na 1938 daar terecht gekomen is, op elke an dere wijze dan door directe bedrei ging met geweld, aan de geallieer den als oorlogsbuit ten deel vallen. En daar de Westelijke geallieerden verklaard hadden, dat zij geen prijs stelden op een aandeel in die Duit se eigendommen, terwijl de Russen wel aanspraak er op maakten, zou het resultaat geweest zijn, dat Rus land een zeggenschap kreeg over de Oostenrijkse economie, welke dit land tot een verregaande staat van afhan kelijkheid zou hebben gebracht. Wil len de Russen nu proberen om toch te krijgen wat zij langs de weg van openlijke onderhandelingen op de vredesconferenties niet kunnen berei ken? Uit de achtergrond van de meeste politieke problemen komt vaak het zeer materiële motief naar voren kij ken en het motief van de Weense historie is ongetwijfeld de begeerte van Moskou naar het bezit van de Oostenrijkse industrie en het Zister- dorfer oliegebied. Maar wanneer dit doel eenmaal verwezenlijkt is, komt Oostenrijk aan handen en voeten gebonden te liggen in de macht van Moskou en de verdere ontwikkeling voltrekt zich systematisch en onhoudbaar in de fa tale richting. Veel zal intussen afhangen van de activiteit van Amerika, dat vast be sloten schijnt om de Europese markt zoveel het kan aan de Russen te be twisten. Truman, die op het ogenblik een reis door Canada maakt, heeft voor dit doel ook de hulp der Canadezen ingeroepen. In zijn rede tot het Ca nadese parlement te Ottawa heeft hij oun. gezegd: „Op dit critieke tijdstip in de ge schiedenis zijn wij ons in de Ver enigde Staten diep bewust van onze verantwoordelijkheden jegens de we reld. Wij weten, dat in deze periode van beproeving tussen een oorlog die voorbij en een vrede die nog niet ver zekerd, is, de hulpbehoevenden en de onderdrukten der aarde voorname lijk tot ons opzien voor onderhoud en steun, tot zij met zelfvertrouwen en zelfverzekerdheid het leven tegemoet kunnen zien. De vrije volkeren over de gehele wereld weten, dat het doel van de Verenigde Staten is de wereld weer op een gezond peil te brengen en opnieuw omstandigheden te scheppen waarin de doorsnee bewoners der aar de op eigen kracht hun redding kunnen bewerkstelligen. Wij zijn voornemens onze krachten uit te breiden en ons volledig te ge ven bij het herstel der wereld door het steunen van hen, die de wil en het vermogen hebben een maximum- bijdrage te leveren voor 'tzelfde doel. Wij zijn van plan diegenen te steu nen, die vastbesloten zijn zich vol gens eigen inzichten te doen rege ren en die het recht van anderen respecteren hevzelfde te doen." Wie zal het winnen: de dollar of Stalin? BURGEMEESTERS IN PRIVÉ DE BURGEMEESTER VAN VOORSCHOTEN over: £>NZE NIEUWSGIERIGHEID schijnt bij het bezoek aan den bur- gemeester_ van Voorschoten, de heer C. J. van der Hoeven, niet zo levendig te zijn geweest als bij andere interviews met gemeentelijke autoriteiten. Wij kunnen ons tenminste van de inrichting der burge meesters-kamer niet anders herinneren, dan dat er een club-fauteuil stond, waarin we gekussend zaten met tegenover ons, achter zijn bureau, degene, die „op 't kussen" zit, de burgemeester, en aan de wand achter het bureau een romantisch schilderijtje van het landelijk dorp, dat Voorschoten vroeger was, half verscholen in het zomer-groen Was het nóg maar zo dachten we! De vestiging van industrieën „Het is jammer dat het zoo'n darm dorp is" ried de burgemeester on ze overpeinzing „maar daar is niets meer aan te doen. Van de grens bij Valkenburg tot Leidschendam is de gemeente 13 Km. lang. Lintbe bouwing is niet alleen lelijk, maar ook onpractisch en on-economisch. Voor de middenstand b.v. Er is nu een nieuw uitbreidingsplan in de maak. Het vorige had zoveel „partiele wijzigingen" ondergaan, dat men er slechts met moeite uit wijs kon wor den. We hopen het nieuwe plan vóór Januari 1948 ter visie te kunnen leggen, al kan het nog wel enige tijd aanlopen voor de goedkeuring afkomt." „Daarbij wordt verdere lint-bebou wing tegengegaan?" WEL INDUSTRIE, MAAR GEEN INDUSTRIE-DORP. „Natuurlijk. De kom-vorming is ten Westen van het oude dorp ge dacht. Tussen het park en de Wijn gaardenlaan is bijna alle grond eigendom van de gemeente. In dat plan is o.a. ook ruimte gereserveerd voor een Rooms-Katholieke paro chiekerk. Het 'plan is namelijk bere kend op een aanwas der bevolking tot 14 a 15.000 zielen." „Is het de bedoeling industrie te lokken?" „Economisch kan de bevolking naar zijn tegenwoordige samenstellling onderscheiden worden in bollen- kwekers, tuinders, boeren indus trie forensen. De bedoeling is, dat de uitbreiding der industrie gelijke tred houdt met de uitbreiding der gemeente. Niet bepaald grote indus trieën, want wij willen ook niet, dat het een industrie-dorp wordt. Er zijn hier o.a. reeds gevestigd de Ziiver- fabriek, de Kunsthoorn- en Plasuc- fabriek, de „Kosmos"-brandkasten- fabriek en de „Esta", ter vervaardi ging van diepvries-koelkasten"! Wij wezen erop, dat juist in het fraaiste, Zuidelijke gedeelte van Voor schoten de fabrieksbouw zoo'n om vang neemt. „De Esta" lichtte de burgemees ter toe „is eigenlijk geen fabriek, maar een werkplaats waar de el ders vervaardigde onderdelen in elkaar worden gezet. Wat de kunst- hoorn-fabriek betreft, die staat er nu eenmaal. Bij de grote uitbreiding, welke deze industrie binnenkort on dergaat, is afgesproken, dat <3© ge hele zaak in 't groen wordt verscho len. Aan de Donklaan (een zijweg van de Papelaan ovei de spoorlijn) zullen op het uitbreidingsplan fa brieksterreinen worden ingeruimd. Er wordt zoveel mogelijk naar ge streefd het dorps-karakter te behou den. Daartoe hebben wij ook, in sa menwerking met het hoofd van de beplantings-dienst destijds, de heer Van Spronsen, thans de heer Buijs, de commissie „Voorscho- lens Landschap" ingesteld, welke er op uit is wande^egen open te ma ken, oude boerderijen te behouden en de belangstelling der burgerij Voor de verfraaiing van de gemeente op te heuen". „Het is een keurig corps, dat zich keurig gedraagt. De samenwerking tussen het gemeentebestuur en de kamp-leiding laat niets te wensen over. Het is ook van grote economi sche betekenis; in onderling overleg heb ik kunnen bewer ken dat de leveranties goed deels geschieden via de midden stand. Het is een permanent kamp de grond is inmiddels van de ge meente gekocht waar de matro- zen-in-de-dop 14 dagen komen om getest te worden. Deze testing is vrij zwaar. Na afgelegde proef worden de jongemannen gekleed en doorgezon den naar andere opleidings-institu- DE NIEUWE RIJKSWEG HAAGSE SCHOUW—ALLE- MANSGEEST. Wij hadden vernomen, dat de Rijksdwarsweg, welke het Haagse Schouw gaat verbinden met de grote verkeersweg YpenburgSchiphol an ders getraceerd is dan het oorspron kelijke plan. De viaducten aan de Slaag (Morsweg) zouden worden af gebroken. De weg zou op Voorscho- tens grondgebied komen te liggen, evenwijdig met de Rijndijk, met een tunnel tussen „Ter Wadding" en „de Vink" onder de Haagweg door passeren en voorts aansluiten op de reeds opgeworpen bermen van de luchtbrug over de trambaan en de brug over de Vliet bij „Allemans- offi- Burgemeester Van der Hoeven kon ons over deze plannen geen nadere inlichtingen verschaffen. RAAI VERGADERINGEN VOOR RAAD S VERG ADERINGEN En dan hadden wij bij onze rond wandelingen door Voorschoten ver nomen, dat het tegenwoordig gewoonte was officieuse deringen te houden vóór de cië'e". „Het is volkomen onjuist" ant woordde de burgemeester „dat het een gewoonte is. Wanneer het voor de behandeling van bizorwere onderwerpen prak tisch beter wordt geacht, besluit het college van B. en W. de raadsleden uit te nodigen tot een informéle be spreking vóór de openbare raads vergadering wordt gehouden. Voor opgesteld dient te worden, dat het belang van de gemeente op de juiste wijze wordt gediend Het zijn geen „geheime vergaderingen" (er geheimhouding verplicht. De raad behoudt echter altijd de bevoegd heid het besproken onderwerp open baar te berde te brengen. Het onder zoek der begrotingen om een voor beeld te noemen, heeft plaats gehad in een gezamenlijke bijeenkomst van de twee afdelingen, waarin de Raad was getrokken. Bij deze ver gadering waren de hoofden van dienst aanwezig om desgewenst uit leg te geven." DE RONDVRAAG IS ER OOK WEER! De in Voorschoten gevolgde ge dragslijn leek ons aanbevelens waard voor een gezonde democratie, welke bij openbare Veelpraterij meer geschaad dan gebaat is. „Het is practisoher", vond de burgemeester, die naar zijn uiterlijk en innerlijk even gced een burge meester in de Verenigde Staten van Amerika zou kunnen zijn „We moeten practisch zijn. Bij de nood- gemeenteraad is de rondvraag afge schaft. Met 85 heeft de raad nu bes'oten de rondvraag weer in te voeren. Ilc had van het begin af ge zegd; Mijn kamer staat open; komen jullie praten. Als er een lantaarn paal scheef staat, wordt die een uur later reoht-gezet. Bovendien konden de raadsleden schriftelijk vragen stellen, die, tijdig ingediend, van een prae-advies voorzien, in de eerst-komende raadsvergadering be handeld konden worden." „Hoe is uw verstandhouding met de raad?" „Uitstekend. Er is in de raad1 een behoorlijke wrijving onderling. Maar de wrijving van gedachten geeft altijd iets goeds, als het op- recht geschiedt. Wij zoeken allen het •- algemeen belang te dienen, al zien In het Transit Camp voor verlofgan gers te Hoek van Holland hebben de Engelse soldaten aan de straten be kende namen gegeven. Hier zien wij de „Nederlandse" Downingstreet, Op de achtergrond het Helden der Zee- imonument. den geen notulen van gemaakt)j we dc maar moreel zijn de raadsleden tot lend' gemaakt), we dat belang wel eens verschil- ten Loosdreeht e. d. DeWend! Maar w# bezetting telt 400 man. De gemeente profiteert ook nog op andere wijze van het kamp, namelijk door Dat Osgeresgeest nu is presto- of allegro-achtig of wel haplologisch verbasterd tot Osgest (in 't jaar 1201), maar een halve eeuw later duikt reeds de spelling Oestgeest op. Hoe die schrijfwijze is ontstaan, schijnt niet meer uit te pluizen; misschien wel om dezelfde reden, als men in de 17e eeuw Oegstgeest ging schrijven. Men dacht, dat Oesgeest een platte uitspraak was van een naam, die oorspronkelijk Oogstgeest zou zijn geweest. Dat was natuurlijk mis. In 1743 is die misgreep officieel gewor- schimpten wij bei- den. Deze wijsheid hebben we niet bij door 3 Gehapologeerde klokkenverzuipers Oegstgeest is nu zo echt helemaal, wat je noemt een haplologie, „Wat is dat, een haplologie?" verslikte Engelina zich. „Toe nou!" „Nomina Geographica" wordt de kapper geput, maar wel de wetens- Oegstgeest een haplologie genoemd, waardigheid dat Oesgeesters „klok- Er zaten in de kap-salon verschei- dene klanten onder het mes en één dat we niet weten. Vast staat; 1. Dat meneer, die schuil ging achter een een woord dat zowel appetijtelijk als ken-verzuipers" zijn. welwillend ter beschikking stellen l°big zou kunnen beduiden, indien van de grote zaal voor bizondere het niet iets geheel anders betekende doeleinden. Deze zaal kan 1000 per- dat we niat weten- Vfs} s^at; Dat sonen plaats bieden. j Oegstgeest een haplologie or een uitgevouwen krant, waarm hij ver- - „presto of allegro-vorm" van Osgeres- slonden zat te lezen. Om bij het pu- geest is; 2. dat het gemeentebestuur bliek in het gevlei te komen, brach- zijn eigen naam fout schrijft, maar ten we het gesprek op de haplologie uitspreekt; 3. dat de klemtoon van Leiden, welke bestaat in een Voorschoten heeft gebrek aan een grote zaal. Daarom is bij het uitbrei dingsplan ook aan een ontspannings- localiteit gedacht". behoort te liggen op de laatste let- langzaam verzwelgen van een finan- tergreep. Het is niet Oegstgeest, maar cieel ~o smakelijk boutje als Oesgeest. Oegstgeest; het moet niet zijn Oegst- We ontpopten ons als een warm géést, maar Oesgéést. Waarom? voorstander van Oegstgeests onafhan kelijkheid en wonnen daardoor aller In de blaffaart of goederenlijst van harten. Het was: „die glibbers willen de dom te Utrecht welke lijst da- nou al tot de De Kempenaerstraat teert uit de 9e eeuw is opgetekend, doorglibberen", en: „we zullen die dat de kerk twee boerderijen had in glibbers wel terug dringen" „Ja. ja, die Glibbers" gaven we „Hoe staat het met de woning bouw in uw gemeente?" „In het afgelopen jaar zijn 28 ar beidershuizen in bouw gekomen Er is nu weer een toewijzing voor 50 huizen. De gemeente stimuleert de Osgeresgeest (en twee in „Polgest"-. gezonde particuliere ondernemings- Osgeresgeest wordt verklaard als de toe „maar hoe worden de Oegst- lust en enkele ondernemers willen geestgrond van Osger (Oscar). Wie geesters genoemd?'" ook wel beginnen, doch zijn blijk- Osger was is onbekend, wellicht een baar een beetje bang van het j vermogend Germaan, die als de risico dat zeker niet gering is. Doen j tegenwoordige manier van spreken de particulieren het niet, dan gaat j met beklemtoonde „geest" op oer de gemeente bouwen. Als het aan oude afkomst mag bogen behalve mij ligt, zal er van 't jaar ook ge- j die geest nog andere landerijen bezat, bouwd worden. Het gemeentebestuur i Iedereen zegt: Endegeest, Rhijngeest De kapper wist het niet, noch de iedienden, noch de andere klanten. ,We zijn te goed voor een scheld- ïaam" zei een van de bedienden i ooghar tig. „Klokkenverzuipers zijn jullie!" •donk eensklaps een zware stem ach- heeft bereids opdracht gegeven aan I Adegeest, Poelgeest. Daarentegen ter de krant. En hij voegde er iets de architecten Schram a en Lauren- Oesgéést, ter eeuwigdurende herinne- aan toe. waarmede hij de waarachtig- tius een ontwerp te maken voor ring aan de rijkdom van Osger, de heid van zijn getuigenis uitdagend be- kleine middenstandswoningen". eerste Oegstgeester. zegelde: „Ik ben een Rainsburger". iiiiiiiniiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiuuuiiiiiiiiiiiii, „U komt uit Brabant!" riepen e verrast uit. Opheuen is een echt Brabants woord. De gevolgtrekking was juist. Bur gemeester van der Hoeven is 'n Bra bander, maar hoewe] hij die provin cie mooi en de bevolking prettig noemde, woonde hij toch ook gaarne in Holland, wpgens de centrale lig ging. Na dit intermezzo deelde de burgemeester mede,, dat de secre taris, de heer J. de Bres, bij de or dening van het archief zoveel inte ressante dingen had ontdekt, dat hij B. en W. had verzocht een tentoon stelling daarvan te houden. Deze ten- toonsteTing „Oud-Voorschoten" zal geopend zijn op 2'8 er> 29 Juli, ter gelegenheid van de vermaarde paar denmarkt. De show zal plaats heb ben in het „Ambachtshuis" aan de Voorstraat. „Is dit gebouw gemeente-eigen dom?" „Het is een schenking in 1912 uit de nalatenschap van jhr. H. A Steen- gracht van Duivenvoorde. Het ge bouw moest te allen tijde beschik baar blijven voor algemene doelein den van de gemeente Voorschoten. Er was een bedrag van 5000.ge- "egateerd om 't op te knappen. „Monu mentenzoro heeft het onlangs opgeno men. Het huis met zijn trapgevel met fronton, bekroond door bloem-met- se^ozaiek, dateert van 1635. Mis schien zal het gerestaureerd wor den wat ontzaglijk veel geld zal kosten waarna het een bestem ming zal krijgen volgens de bepaling van het legaat". DE JANTJES. Het gesprek kwam daarna op het Marine-opkomst-centrum, waardoor Voorschoten een zeeman op de wal is geworden. Met de vestiging van dit centrum toonde burgemeester Van der Hoeven zich zeer ingeno men. iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii!iiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiii!niiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii<iiiiiiiiiiiii.!iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii!iiiiiiiniii Alois Lang krijgt boete, maar blijft de hoofdrol spelen Pilatus en Judas de rechtvaardigen. De Berlijnse correspondent van ..de Tijd" schrijft: In 1950 zullen voor het eerst na afloop van de oor- og de wereldberoemde Oberammer- gauer Passiespelen worden opge voerd. Nog vóór 1 Juli a.s. zal de bevoegde Amerikaanse bezettings instantie de licentie verlenen aan Melcior Breitsamter, 'n houtzagerij- bezitter uit Oberammergau, die bij de laatste opvoering in 1934 de rol van Pilatus speelde. Hij is een van de weinige hoofdpersonen, die niet lid van de nationaal-socialistische party waren. Hans Zwink, de Judas van het ensemble, is de enige anti fascist, die in 1934, toen Hitier de spelen bijwoonde, achter de coulis sen de gevaarlijke woorden sprak: „Ik heb onder de toeschouwers de tronie van een misdadiger gezien!" Van de 1200 spelers en statisten, die vroeger aan de spelen deelna men en die allen voor een zuive ringscommissie moeten verschijnen, waren 171 lid van de partij of van een harer onderafdelingen. Alois Lang, die de Christus-rol vertolkte Annie Rutz, de Maria Johan nes en Petrus, waren allen partij genoot en zullen zich thans moeten verantwoorden alvorens zij in het bezit kunnen komen van een ver gunning om op te treden. Intussen is reeds een begin ge maakt met de rolverdeling en bin nenkort zullen de eerste repetities worden gehouden. Het schijnt even wel moeilijk te zijn in de plaats van hen, die door hun politiek verleden belast zijn, geschikte krachten te vinden en zelfs het aantal figuran ten zal met enige honderden moeten worden verminderd. Niet-ingezete- nen komen als spelers niet in aan merking. Volgens een ongeschreven wet, die zo oud is als de geschiede nis der Passiespelen, moeten de me dewerkers op zijn minst 20 jaar on onderbroken in het dorp hebben gewoond. Met de zuivering is een begin ge maakt Alois Lang, de hoofdpersoon, heeft in de grote vergaderzaal van het stadhuis te Garmisch-Partenkir- chen enkele dagen geleden terecht gestaan Algemeen verwachtten de dorpsgenoten, die de publieke tribune tot op de laatste plaats vulden, dat het verhoor van Lang slechts Jn for meel karakter zou dragen, dat hij zou worden vrijgesproken, hoogstens als meeloper zou worden gekwali ficeerd en een licentie zou krijgen. Zelfs de openbare aanklager scheen op Lang's hand te zijn en de voor zitter van de jury overtrof nog de verdediger. Zelfbewust verschijnt Alois Lang voor de balie: een imüosante, brede gestalte, zwarte snor, golvend grij zend haar, het gelaat bruingebrand door de bergzon, in een donker Beiers costuum. Aanvankelijk gaat alles van een leiendakje. In 1934 meelde Lang voor het eerst de rol van Christus ten aanhoren van Adolf Hitler en andere grootheden van het Derde Rijk. Ik heb zelf de voorstelling bijgewoond en ik kan me nog goed herinneren, hoe wij, buitenlandse journalisten uit alle delen van de wereld, zonder uit zondering onder de invloed waren van het prachtig spel. dat zelfs on verschilligen en ongelovigen in zijn ban vermocht te slaan. Ik denk er nog aan, hoe het tot een klein inci dent kwam, toen Robert Ley, de lei der van het Duitse arbeidsfront, ver langde, dat de costuums van Maria en andere vrouwelijke hoofdperso nen als eerste concessie aan de nieuwe politieke richting zouden worden versierd met hakenkruis zomen, een wens die niet werd ver vuld. Veertien dagen na de première kreeg Alois Lang schriftelijk mede deling, dat zijn concessie voor de bierverkoop werd ingetrokken. Dat was een harde slag voor de beeld houwer, wiens bestaan en brood winning daarvan afhankelijk waren. Materiële nood dwong Alois Lang zo verklaart hij voor de zuiverings commissie zich in 1937 als lid van de partij aan te melden, waarop hem de tapvergunning opnieuw werd j verleend. Alles spreekt ten gunste van de beklaagde. Burgemeester Zunterer, een imposante verschyning met zwarte baard, zingt zyn lof en Alois Meyer, een geëmigreerde Jood, die net uit Engeland is teruggekeerd, vertelt, dat Lang hem onder moei- lijke omstandigheden vriendschaps diensten heeft bewezen. Van heinde en ver zyn brieven binnengekomen, waarin Lang in een gunstig daglicht wordt gesteld. Het proces nadert zyn einde. Wie een sensatie ver wachtte, is teleurgesteld; het is een proces zonder spanning. Maar, dan is er onder de juryleden een lastpost, één die het naadje van de kous wil weten en die zolang in de akten snuffelt tot hy een vlek ontdekt. Wat blijkt? Lang is niet tot de Nazi-partij toegetreden om zijn tapvergunning terug te krijgen. De data tonen aan, dat hy deze ver gunning al weer had toen hij het lidmaatschap verwierf Vrijspraak is nu niet meer mogelijk en Alois Lang krijgt een boete van 1.000 Mark. Toch zal hy naar alle waarschijn lijkheid in 1950 weer de hoofdrol Spelen, Er ontstond zo'n tumult in de kap pers-winkel over deze uien-praat, dat we presto in allegro-vorm de deur uit renden-, Inderdaad schijnt verbazend lang geleden er eens een kerkbestuur te zijn geweest, dat het bijeengezamelde geld voor de klokken verfuifd heeft. „Wat we hun niet kwalijk nemen" vertelde ons een andere Oegstgees ter „want die klokken zouden nu toch de Moffen gestolen hebben". En hij wees ons op het dubbel-ge hoede torentje van het raadhuis, het welk thans één hoed voor niets draagt. Is in Rijnsburg het gemeentehuis geen raadhuis, in Oegstgeest is het raadhuis geen gemeentehuis. Voor de secretarie en wat daar meer by te pas komt. zijn een paar belendende vil la's gehuurd; het vroegere gemeente huis is in gebruik bij de politie. De raad is echter honkvast gebleven en beraadslaagt onder politioneel toe zicht over zulke prikkelbare kwesties als „Poelmeer". Is het Groene Kerkje zonder kruis, het raadhuis is „Roomser dan de paus" en slaat van binnen en van buiten kruisjes tot zelfs op de luiken van de vliering. Het wapen van Oegstgeest is een rood klauwkruis op gouden grond. Daar is niets tegen te doen. De strijdlust van de Oegstgeestérs wordt krachtig gesymboliseerd door een leeuw, een niezende leeuw, die met scherpe klauwen het wapen be schermt en zeer verbolgen in de rich ting Leiden loert. Als leeuwen nie zen schrijft Brehm zijn ze juist gevaarlyk. Het raadhuis, in 1899 door H. J. Jesse ontworpen, ligt in het „nederig groen verscholen" van het Wilhelmi- napark. dat tydens de bezetting Raadhuispark moest heten, en is een prettig landhuis, voor door de politie opgepikte landlopers. In de hal een bronzen plaquette voor burgemeester J. G. M. van Griethuysen zonder hoed. De oudere Oegstgeestenaren kennen burgemeester Van Griethuy sen juist mét een hoed, met zijn hoed, welke zoo wonderwel paste bij die eerbiedwaardige figuur. Verder: een klei-tegel, dankbare herinnering van Berlicum (het wapen: een mannetjes varken) aan de steun van de adop- teerende gemeente. De raadszaal is een donker vertrek met een pauw-blauwe in hout gesne den zoldering en behangen met bloe- men-gobelins. Op de schouw de trotse letters S. P. Q. O. („Senatus Populusque Oegstgees- Senaat en het volk van uegsigeest"). Op een groot Gouden-Eeuws schil derij troont de geblinddoekte Gerech tigheid, die een duif en een adder op een weegschaal afweegt en daarby wijst op de Stenen Tafels van de Si nai. In de verte het Groene Kerkje. Het raadhuis staat op een doop eiken om-loverd plein, waarin een heel klein vijvertje, waarin een sterk vergrote kikker borrekikt, die in fees telijke buien een straal Leids water uitspuugt tot verrukking van de Se natus populusque Oegstgestiae. De jeugd heeft echter ontdekt, dat, door het omdraaien van een kraan, de kikker op ieder welgevallie ogen blik in feest-stemming geraakt. De politie kan dit niet gedogen. Zo dra de kikker spettert, zonder daartoe van hoger hand te zyn aangenord, verlaat de politie ijlings de wacht en rekent prompt de aquatieke delin quenten in. tiae ersengymnastiek Wie weet 't? 1. Wie is de schrijver van .Stem in de Woestijn"? 2. Wat is een kynoloog? 3. Wie is de bevelhebber van onze zeestrydkrachten? 4. Wie was Daniël O'Connel? 5. Met welk vliegtuig-type vliegt de K.L.M. momentcel naar Amerika? 6. In welke plaatsen hebben in de laatste oorlog Churchill, Roosevelt en Stalin geconfe reerd? 7. Wie is de voorzitter van de K.R.O.? 8. Kun', u 3 films noemen van de Engelse regisseur Hitch cock? 9. Wie is de schryver van Peer Gynt en wie schreef er de muziek by? 10. Kent u 5 betekenissen van het woord „kwast"? Antwoorden in ons nummer van Maandag a.s.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1947 | | pagina 3