Minister Jonkman aan het woord
Linggadjati bepaalt den weg in Indië
RADIO
WASHINGTON fTf
SQUARE 8000000Ó
WOENSDAG 26 MAART 1947 DE LEIDSCHE COURANT PAGINA 2
TWEEDE KAMER
Adieu, brouwersknol
Krantenbericht:
De Heineken's Bierbrouwerij heeft
thans haar laatste paarden vervan
gen door auto-tractie.
Ach brouwerspaard, jij stoere knol,
Ga jij ons nu verlaten?
Jij, die zoo'n levend sieraad was
Van onze grauwe straten.
Wie zorgt er nu voor musch en
spreeuw,
Om van de rest te zwijgen,
Als jij niet meer hun dagrantsoen
Verschaft van ronde vijgen?
Jij was op zich een brouwerij,
Een levende reclame
Van het door jou vervoerde vocht,
Van gerstenat met name.
Wie slaat er nu nog ooit op hol
Met 'bolderend spektakel?
Ik zag jou liever hollen dan
Zoo'n stinkend gas-mirakel.
Maar ach, jij bent thans
ouderwetsch,
Jij, één P.K. van haver.
Het is weer die moderne tijd,
Die maakt jou tot cadaver.
Adieu, mijn fiere, forsche knol-
Ik drink op jou twee biertjes.
Een traan blinkt in mijn vochtig
oog.
Daar ga je.... naar de piertjes!
DE ONDERTEEKENING van de ontwerp- overeenkomst van Linggadjati geschiedde
door prof. Schermerhorn, dr. Van Mook en den heer Van Poll en aan Indonesische
zijde door Sjahrir nr. Roem, mr. Soesanto en dr. Gani. Er werden in het geheel acht
exemplaren geteekend, n.l. twee in de Nederlandsche en twee in de Indonesische taal
voor Nederlandsche zijde en eveneens twee in het Nederlandsch en twee in het Indo
nesisch gestelde exemplaren voor Indonesische zijde.
Minister Jonkman heeft 's avonds een
rede gehouden, die wel heel erg aan de
oppervlakte bleef. Wij moeten echter eer
lijk toegeven dat in dit stadium der on
derhandelingen véél zeggen véél gevaar
kan scheppen; dat ondanks de aantrekke
lijkheid van de openbaarheid zwijgzaam
heid de voorkeur kan verdienen.
Wat vandaag onderteekend is, zoo be
toogt spr., voldoet aan wat de regeering
op 10 December heeft in uitzicht gesteld.
De regeering is er van overtuigd, dat de
voorwaarden overeenkomen met de hoofd
zaak der verklaring van 10 December.
Welke waarde aan een motie kan worden
toegekend, nimmer zal ze voor de regee
ring een voorschrift mogen zijn. De motie
is aanvaard als een welkome ondersteu
ning.
Naar het inzicht der regeering kan niet
worden volgehouden, dat de regeering de
Kamer zij het dan vertrouwelijk niet
onmiddellijk heeft ingelicht, zoodra het
mogelijk was.
De minister licht toe, dat er alle reden
was onmiddellijk op den brief van 15 Maart
in te gaan, o.a. omdat erkend werd, dat de
regeering zich 4ot niet meer of anders ver
bindt dan tot wat zij altijd heeft gesteld.
Hij wijst erop, dat, als men niet op kor
ten termijn tot een oplossing kon komen,
liet eenige alternatief een groote militaire
actie zou zijn geweest. Het ligt voor de hand,
dat men in die omstandigheid onmiddellijk
toegreep, toen men tot overeenstemming
kon komen.
De minister verklaart verder, dat er geen
sprake is geweest van internationale pres
sie, uiteraard was er wel belangstelling.
Het ontslag van den heer De Boer is bij
de regeering in beraad. De heeren Verzijl
en Posthuma hebben te kennen gegeven
op een benoeming geen prijs te stellen.
Juist is de motiveering binnengekomen.
Ook deze kwestie is bij de regeering in be-
raad.
De vergaderingen der C.-G. zijn geheim,
daaromtrent kan niets worden meegedeeld.
De regeering wil wel erkennen, dat dezelf-
c.è bezwaren, die in deze vergadering en
daarbuiten geun worden, ook in de C.-G.
naar voren komen.
Het ligt voor de hand, dat na de onder-
trekening en na de gebleken oneenigheid
in de C.-G. de regeering taak en samen
stelling der commissie gaat bezien.
REPLIEK.
Bij de replieken diende de heer Schou
ten (A.-R.) mede namens de heeren Tila-
nus, Bierema en Zandt de volgende motie
in:
„De Kamer, overwegende, dat de mede-
deeling van de regeering inzake het tijd
stip, waarop zij haar heeft ingelicht om-
DONDERDAG.
HILVERSUM I (301 M.): 8.00 Nieuws.
8.15 „Pluk de dag", vroolijke ochtendmu
ziek. 9.00 Uit onze muziekkalender. 9.05
Ochtendconcert. 9.45 Voor de kleuters.
11.00 „De Zonnebloem", een programma
voor dc zieken. 11.45 Familieberichten uit
viool. Is.ja Rossican, piano. 12.30 Carla Rosen,
viool, sja Rossican, piano. 12.30 Lunchcon
cert door het Vaudeville-orkest. 13.00
Nieuws'. 13.15 Lunchconcert. 14.00 Metro-
pole-orkest. 14.40 Voor de vrouw. 15.00
Pianoduo André de Raaff en Jacques Schut
te. 15.30 Het Londensch Philharmonisch-
orkest. 16.45 Het Rotterdamsch Philharmo-
nisch orkest. 17.30 Spaansche en Zuid-
Amerikaansche muziek. 18.00 Orgelspel
door Jan van Weqjden. 18.30 Programma
voor de Nederlandsche Strijdkrachten.
19.00 Nieuws. 20.00 Nieuws. 20.08 Ontspan
ning na Inspanning. 21.30 Met band en
plaat voor u paraat. 22.00 Nieuws. 22.30
Alexander Kipnis, bas, zingt liederen van
Hugo Wolf. 23.00 Nieuwe Nederlandsche
muziek.
HILVERSUM.II (415 M.): 8.00 Nieuws.
8.15 Gram.muziek. 9.50 „Arbeidsvitaminen",
een vroolijk programma voor huis en fa
briek. 10.30 Voor de vrouw. 10.35 Sympho
nic in C. kl. t. m\ 95, Haydn. 10.50 Voor de
kleuters. 11.00 Het omroeporkest o.l.v. Nico
v. d. Linden. 12.30 „In 't spionnetje". 12.35
Stafmuziekcorps van de Amsterdamsche
politie. 13.00 Nieuws. 13.15 Virtuoso Sex
tet. 14.00 Voor de vrouw. 14.20 Het Gro-
ningsch Strijkkwartet. 15.00 Voor zieken en
gezonden. 17.30 Gram.-muziek. 17.50 Rijk
Overzee. 18.00 Nieuws. 18.15 Het Radio
dansorkest „The Skymasters". 19.00 ....en
nu naar bed! 19.30 Radio Volksmuziek
school. 20.00 Nieuws. 20.15 Het Radio Phil-
harmonisch orkest. 21.45 „Confetti", 23.00
Nieuws.
trent de wijziging van het beleid met be
trekking tot Nederlandsch-Indië niet be
vredigend is,
betreurt, dat de regeering niet tijdig me-
dedeeling van de wijziging in dit beleid
heeft gedaan noch tijdig daaromtrent over
leg met de Kamer heeft gezocht,
en gaat over tot de orde van den dag".
De heer Romme (K.V.P.) verklaart, dat
de minister hem niet het antwoord heeft ge
geven op zijn vragen, die 'hij had verwacht.
Hij zal echter zijn stem niet aan de motie
Schouten geven, omdat de strekking van
die motie verder gaat dan spr. wil, een an
dere bedoeling heeft dan die van spr.
Slechts de toekomst kan bewijzen of de
beslissing goed is geweest, zei de spreker
„Er is nog geen reden voor grafkransen
of voor de bloemrijke gelukwenschen, die
de heer Joekes heeft uitgesproken".
Op een vraag van prof. Romme, of de re
geering alles had gezegd, wat zij zou kun
nen zeggen, antwoordde minister Jonk
man: „Natuurlijk niet! Ik heb niet gespro
ken over de militaire, financieële en de
economische overwegingen en niet over de
verhouding tot de republiek, die op het
oogenblik niet in het openbaar ter tafel
kunnen worden gebracht".
De motie-Schouten werd verworpen met
55 tegen 26 stemmen. Voor stemden de
Prot. partijen en de P. v. d. Vrijheid.
Tegen half twaalf verdaagde de voorzit
ter de vergadering tot Woensdagmiddag
één uur.
85 millioen gulden voor
gebruik van Ned. schepen
In Londen is door den Nederlandschen
minister van Verkeer, ir. H. Vos, den Brit-
schen minister van Vervoer, Alfred Barnes,
en twee vertegenwoordigers van het Ne
derlandsche ministerie van Verkeer een
overeenkomst geteekend, waarbij is be
paald, dat Engeland aan Nederland ZV-x
millioen pond sterling (85 millioen gulden)
zal betalen voor het gebruik van Neder
landsche koopvaardijschepen gedurende
den oorlog.
ULTRA-KORT TELEFONISCH CONTACT
MET AUTO:S.
De K.N.A.C. is tot de overtuiging geko
men, dat de nieuwe vindingen op het ge
bied der ultra-kortegolf telefonie, tijdens
en na den oorlog vooral in het buitenland
gedaan, aan het motorwegverkcer dienst
baar kunnen worden gemaakt. Men denkt
aan de bestrijding van autodiefstallen,
hulpverleening bij ongevallen, en beveili
ging van het wegverkeer. De K.N.A.C.
heeft daarom een commissie ingesteld van
deskundigen, die de problemen zullen be-
studeeren.
VLIEGVELD BIJ BERGEN WORDT
OPGEHEVEN.
Vóór den oorlog was Bergen (N.-H.) in
het bezit van een klein militair vliegveld,
dat echter door de Duitschers volkomen
werd verwoest. In verband met de hooge
kosten, die aan een eventueel herstel ver
bonden zijn, heeft men thans besloten het
vliegveld op te heffen.
AMERIKAANSCHE VERKLARING
OVER GRIEKENLAND IN VEILIG
HEIDSRAAD.
De Amerikaansche vertegenwoordiger
in den Veiligheidsraad, Warren Austin,
heeft, na gisteren een vol uur met presi
dent Truman gesproken te hebben, ver
klaard, dat hij Vrijdagmorgen in den
Veiligheidsraad een verklaring over Grie
kenland zal afleggen.
Hij weigerde in details te treden, doch
duidde er op, dat de verklaring zou wor
den afgelegd in verband met de onge
regeldheden aan de Grieksche grens, wel
ke kwestie reeds op de agenda staat. Des
gevraagd antwoordde Austin, dat zijn
verklaring zoowel Griekenland als Tur
kije zal betreffen.
ZIJ WAREN „LUCHT".
Gisteravond zijn 13 communistische af
gevaardigden en bloc uit de commissie
der Algemeene Vergadering, welke belast
is met het onderzoek van de politieke ge
beurtenissen in Frankrijk tusschen 1933
en 1945, getreden.
In een brief aan den president van de
algemeene vergadering, Herriot, verklaar
den de communistische gedeputeerden,
dat zij door de andere leden der com
missie „als lucht" worden beschouwd en
deze oneerlijk hadden gehandeld, toen zij
de verkiezing van een communist tot
president der commissie hadden geannu
leerd.
Nieuwe kamerleden
Daar de heer V. A. Reinalda (P.v.d.A.)
ontslag heeft genomen als lid van de Eer
ste Kamer der Staten-Generaal, heeft de
voorzitter van het Centraal Stembureau in
de plaats van den heer Reinalda den heer
F. Wibaut uit Amsterdam benoemd ver
klaard tot lid dier Kamer.
Voorts heeft de voorzitter van het Cen
traal Stembureau mej. J. C. H. H. de Vink
uit Utrecht benoemd verklaard tot lid van
de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
zulks op grond van het feit, dat van den
heer F. A. van Kemenade (K.V.P,) niet
binnen den wettelijk vastgestelden termijn
bericht is ontvangen, dat hij zijn benoe
ming tot lid dier Kamer aanneemt.
NEDERLAND LEENT TARWE AAN
FRANKRIJK.
Op verzoek van de Fransche regeering
heeft Nederland deze maand 4000 ton tar
we aan Frankrijk geleend, dat daaraan
dringend behoefte had voor zaai-doelein-
den. De internationale nood voed selraad
(I.E.F.C.), die de graantoewijzingen aan
de importeerende landen regelt, heeft Ne
derland de garantie gegeven, dat deze lee
ning in April afgelcfet zal worden met een
zelfde hoeveelheid tarwe.
NIEUW MASSAGRAF.
Men heeft achter de nieuwe Alexartder-
kazerne in de Waalsdorperduinen te 's-Gra-
venhage, opnieuw een masagraf aangetrof
fen. Reeds zijn verschillende dooden ge
borgen. De opgravingen staan onder lei
ding van het hoofd van den dienst Identi
ficatie en Berging luitenant-kolonel A.
W. de Ruyter van Steveninck en kapitein
dr. Ruychaver.
REGELING VOOR DE BERECHTING
VAN OORLOGSMISDADIGERS.
De regeering heeft een wetsontwerp bij
de Tweede Kamer ingediend, dat de moge
lijkheid opent buitenlandsche oorlogsmis
dadigers, die hier te lande, in strijd met de
wetten en gebruiken van den oorlog heb
ben gehandeld, ook in ons land terecht te
doen staan.
TUINBOUWBOND NOORD-BRAB.
CHR. BOERENBOND.
Te Tilburg is opgericht de Tuinbouw-
bond van den Noord-Brab. Chr. Boeren
bond. Men stelt zich voor samenwerking
te zoeken met de overige diocesane orga
nisaties in Nederland. De nieuwe bond zal
de Katholieke beginselen tot richtsnoer
nemen
EEN WEEK UITSLUITEND MARGARINE
In dc periode van 2 tot 1'5 Maart is in
het totale vetrantsoen 125 gram margari
ne vervangen door eenzelfde hoeveelheid
boter voor de houders van een A-, B- of
C-kaart. Dit gebeurde in verband met de
moeilijkheden in de margarine-industrie,
welke een gevolg waren van den door de
vorst gestremden aanvoer van grondstof
fen.
In de periode van 1326 April zal ter
compensatie 125 gram boter in het vet
rantsoen voor de betrokken groepen ver
vangen worden door eenzelfde hoeveel
heid margarine.
Feestelijkheden te Batavia
Bij de onderteekening hebben, zooals ge
meld, prof. Schermerhorn en Sjahrir het
woord gevoerd'.
Prof Schermerhorn zeide o.m.:
„Dit is een plechtig oogenblik in de ge
schiedenis van de twee volkeren en een,
dat tegelijkertijd van groote beteekenis is,
omdat het de bezegeling brengt van de de
finitieve keuze van den weg, welke beiden
wenschen te gaan n.l. den weg van vreed
zame samenwerking op grond' yan vrijwil
ligheid.
Niemand twijfelt er aan, dat deze weg
geen moeilijkheden en gevaren in zich
bergt. Toch hebben wij gezien, dat verant
woordelijke regeeringen de onvermijdelij
ke onzekerheid van dit pad gekozen heb
ben, boven die van geweld door bloed en
tranen, welke naar onze heilige overtui
ging ieder blijvend uitzicht op een vrucht
bare toekomst zou hebben verduisterd.
De sprong, die thans door Indonesië ge
maakt wordt, is zoo groot, dat eenige voor
zichtigheid aan de zijde van de nieuwe
staatkundige organisatie wel raadzaam mag
worden geacht.
Er is een geweldige taak voor ons weg
gelegd. De voorzitter van de Indonesische
delegatie sprak onlangs een wijs woord uit:
Het .gaat niet om formules, doch aller
eerst of men bereid is elkander eenig cre-
diet te geven. Dat geldt niet alleen voor
hen,' die verantwoordelijk zijn, maar bo
venal voor de volkeren.
Wij weten, dat deze weg de eenige weg
is: een smal pad, dat voert langs afgron
den van wantrouwen en dat een onver
woestbaar geloof vergt-van allen, die als
menschen van goeden wille aan dit brooze
begin staan, hetwelk niet alleen in de ze
ventien artikelen is neergelegd, maar bo
venal in den geest, welke ons gezamenlijk
heeft gevoerd naar het punt, vyaarop dit
resultaat is bereikt en aan de volkeren is
voorgelegd.
„Eerste stap uit de benauwenis',
zegt Sjahrir.
Soetan Sjahrir, de Indonesische minister
president, sprak o.m. het volgende:
„Groot nog is de onzekerheid, scherp nog
zijn de twijfel en het wantrouwen ten op
zichte van deze belangrijke gebeurtenis.
Nog altijd staan onze strijders tegenover
de zonen van Nederland met geweren en
ander moordtuig in de hand, elkaar be
schouwend als bedreiging voor zichzelf.
Maar reeds is ook een ontspanning hoor
baar en voelbaar is de opluchting van de
beklemming, die ons hart omspant. Er zijn
ook teekenen, die wijzen op een innerlijke
verheldering en zuivering van de atmos
feer.
De overeenkomst, die wij nu teekenen,
wil een eerste stap zijn om ons te bevrij
den uit deze benauwenis.
De sfeer, waarin de kreet „Mendeka"
geen bedreiging meer zal zijn voor den me-
demensch, maar een kreet van mensche-
lykheid, die weerklank vindt bij ieder,
wiens gevoel in deze nieuwe sfeer lichter
wordt gevoeld door iedere uiting van men-
schelijkheid.
In Indonesië ontsteken wij een fakkel,
klein slechts, een fakkel van menschelijk-
heid en redelijkheid, die de duisternis wil
verdrijven en de tegenstellingen, die ge
volg zijn van en op hun beurt aanleicing
geven tot geweldpleging, vernietiging, be
nauwenis en verblinding.
Laten wij zorgen, dat deze fakkel blijft
branden met steeds helderder vlam.
Laten wij hopen, dat deze vlam het be
gin zal vormen van licht in de wereld.
Na de teekening van het accoord verlie
ten de genoodigden de troonzaal en bega
ven zich naar de speciaal voor deze gele-
gënheid versierde tuinen, waar een zee van
licht den weg opvroolijkte, die naar dat ge
deelte van het paleis leidde, waar dr. van
Mook en zijn echtgenoote een receptie ga
ven, waaraan door vele Nederlanders, In
donesiërs, buitenlandsche consuls etc.
werd deelgenomen.
'In Batavia waren op verscheiden plaat
sen vlaggen uitgestoken, soms de Indonesi
sche rood-witte vlag van deur tot deur
naast het Nederlandsche rood-wit-blauw.
Bij het vallen van de duisternis de plech
tigheid begon tegen schemertijd te Batavia
TWEE EIEREN VOOR PASCHEN.
Voor Paschen zullen twee eieren per per
soon beschikbaar worden gesteld. De bon
zal reeds in de eerstvolgende bonnenlijst
bekend gemaakt worden.
kwam Batavia langzamerhand in feeste
lijke atmosfeer, welke begon met vuurwerk
en „slamatans" (Indische feestelijke maal
tijden), welke in de open lucht op verschei
dene pleinen en in parken te Batavia voor
25.000 personen gehóuden werden en die
door de Nederlandsche en Indonesische ge
meenteraden gezamenlijk waren aangebo
den.
Groot vermaak veroorzaakte de Neder
landsche wnd. burgemeester van Batavia,
drs. A. Th. Bogaardt en de Indonesische
burgemeester, Soewirjo, toen zij 1000 K.G.
Nederlandsche centen met een totale waar
de van vijftienhonderd Nederlandsch-Indi-
sche guldens tusschen de bevolking op het
Koningsplein wierpen.
DE START VAN DE INDONESISCHE
REPUBLIEK.
Stappen om de betrekkingen met Malak-
ka en Australië te verstevigen zullen de
eerste zijn, welke de republikeinsche regee
ring na de onderteekening van Linggadjati
zal ondernemen.
Sjiahrir heeft heden medegedeeld, dat
hij voornemens is spoedig den heer C. H.
Campbell, dan Indonesische handelscom
missaris in Australië, te ontbieden om plan
nen uit te werken voor een nauwere econo
mische samenwerking en om na te gaan,
wanneer hij zijn eigen vertegenwoordigers
naar Australische steden kan uitzenden.
Mr. Oetoyo, secretaris van het republi
keinsche departement van buitenlandsche
zaken, is reeds naar Singapore vertrokken
om de Indonesische aangelegenheden aldaar
opnieuw te regelen.
Sjahrir is voornemens de Nederlanders
te raadplegen, alvorens eenige regeling te
treffen.
De eerste aangelegenheden, welke, naar
men verwacht, na de onderteekening tus
schen de Commissie-Generaal en de Indo
nesiërs zulen worden besproken, zijn de
instelling van een gemeenschappelijk secre
tariaat als in de overeenkomst is geregeld,
de Nederlandsche militaire bezetting van
Modjokerto en de beperkingen, welke de
Nederlanders totnogtoe - aan de scheep
vaart op Indonesische havens hebben op
gelegd.
COMMISSIE-GENERAAL ZENDT
TEI4E1GRAM NAAR MINISTER
JONKMAN.
De Commissie-Generaal heeft gisteren
het volgende telegram naar minister Jonk
man gezonden:
„Na de in alle opzichten geslaagde plech
tige onderteekening gevoelen wij de be
hoefte. Uwe Excellentie te verzoeken aan
Hare Majesteit onze eerbiedige overtuiging
mede te deelen, dat hierdoor, in aanslui
ting op de omstandigheden van dit tijdsge
wricht, op de meest doeltreffende en veel
belovende wijze gevolg gegeven is aan de
algemeene richtlijnen, vervat in de konink
lijk rede van 7 December 1942. De dag van
heden heeft ons bevestigd in het vertrou
wen, dat langs dezen weg een duurzaam
samengaan van Nederland en Indonesië on
der het Huis van Oranje te verwezenlijken
is en wij zouden dit gevoel willen opdra
gen aan Hare Majesteit, wier verziend
staatsmanschap tot deze ontwikkeling den
stoot gaf'.
DE AUSTRALISCHE BOYCOT EN
LINGGADJATI.
In verband met de Nederlandsch-Indo-
nesische overeenkomst heeft de secretaris
van den Australischen vakbond voor ha
venarbeiders, James Healy, verklaard,
dat de boycot op Nederlandsche schepen,
welke reeds achttien maanden van kracht
is, zou worden opgeheven, onmiddellijk
nadat de overeenkomst uiteindelijk zou
zijn „geratificeerd". (De formuleering
wekt den indruk, dat de spreker ten on
rechte van meening is, dat na de onder
teekening ook ratificatie noodig is).
DE INDONESISCHE DELEGATIE EN
DE RECEPTIE BIJ DR. VAN MOOK.
Naar Reuter meldt, wilde de Indonesi
sche delegatie, die de overeenkomst van
Linggadjati onderteekend heeft, aanvan
kelijk weigeren aanwezig te zijn bij de
receptie in het paleis van den luit.-gou-
verneur generaal, in verband met de mi
litaire operaties bij Modjokerto.
Op het laatste oogenblik hebben zij
hun voornemen toch gewijzigd en hebben
zij de receptie bij dr. van Mook toch bij
gewoond.
Humoristische Avonturen-roman.
LEROY SCOTT.
Ook mevrouw De Peyster voelde zich
buitenmate zenuwachtig. Dc toespeling toch
op den hertog de Grésy had een oude won
de opengereten. Den vorigen winter had
deze. New York bezocht en tot groote ja-
louzie van haar talrijke kennissen had de
hertog haar het meest onderscheiden, zoo
dat men reeds sprak van een nieuw inter
nationaal huwelijk. Toen, na heel wat kost
bare afscheidsfeesten, was de hertog afge
reisd en een. maand later gaven de bla
den lange kolommen over zijn feesten op
andere plaatsen. De oude praatjes over een
eventueel huwelijk van mevrouw De Peys
ter met den nu zoo druk besproken hertog
doken weer op en mevrouw De Peyster
zelf begreep heel goed wie die praatjes
opnieuw in de wereld bracht, ze gingen
van niemand anders uit dan van haar me-
dekampioen om de opperste leiding in de
deftige kringen, mevrouw Allistair. En de
praatjes namen steeds grooter omvang aan,
totdat ten slotte algemeen geloofd werd,
dat de hertog om haar hand had gevraagd,
dat zij had toegestemd en dat hij toen was
heengegaan, of om het wat meer alledaags
te zeggen, dat hij haar eenvoudig had laten
zitten.
„Geen woord meer over dien man, Oli-
vetta", vermocht mevrouw De Peyster er
ten slotte weer met haar oude waardigheid
uit te brengen, „maar nu wij toch over hem
spreken, wil ik je meteen zeggen, dat de
hertog om mijn hand vroeg maar dat ik
hem bedankt heb."
Met een beslissende beweging voorkwam
zij alle mogelijke op- en aanmerkingen van
Olivetta en geen seconde later was zij
weer geheel en al de deftige mevrouw De
Peyster, die haar gevoelens volkomen in be
dwang hield. Al te veel geslachten toch
was haar bloed gewend aan deftige manie
ren en veel te lang had zij zelf den weg
bewandeld van zelfbeheersching en terug
houding dan dat een paar persmannen
haar gemoedsrust langer dan enkele minu
ten konden verstoren. Deftig en statig als
altijd schreed zij naar de eetzaal, toen Ma-
thilde haar plotseling in den weg trad,
Mevrouw wist u al, dat mijnheer Jack
thuis is", fluisterde Mathilde haar haas
tig in.
„Mijn zoon thuis?" Een groote verlich
ting sprak uit de weinige woorden. Wan
neer kwam hij dan?"
,,Zoo juist, mevrouw".
„En heeft hij ook iets gezegd?"
„Ik heb hem niet gezien, mevrouw. Hij
is het huis aan den achterkant binnenge
komen, door den stal. Willem vertelde het."
„Ik zal eens gaan hooren, wat hij tot
zijn verontschuldiging heeft in te brengen",
zeide mevrouw De Peyster op ijskouden
toon.
Met een onheilspeilenden blik in de
oogen keerde zij zich om en liep de trap
op, gevolgd door Olivetta en Mathilda.
Maar toen zij de gesloten deur van de bi
bliotheek voorbijkwam, hoorde zij de stem
van jujffrouw Gardner en nog een stem
en de tweede stem was de stem van een
man.
In de grootste verbazing bleef zij een
oogenblik staan en ving eenige brokstuk
ken van zinnen op. Hevige verontwaardi
ging kwam in haar op. Vastbesloten deed
zij eenige schreden naar de deur maar toen
bedacht zij zich, van nature toch was zij
geen luistervink en het lag niet in haar
aard ergens binnen te gaan daar zij kon
verwachten, niet welkom te zijn, zonder
eerst haar komst aan te kondigen Daarom
dan ook klopte zij, wachtte even, deed de
deur open en ging naar binnen.
II.
wij Maken kennis met een
aardig jongmensch.
Een half uurtje voor dat de gebeur
tenissen in het vorig hoofdstuk beschre
ven plaats hadden slenterde een jongeman
langs het mooie Washingtonplein blijkbaar
genietend van de frissche Mei-lucht. Hij
was deftig en eenvoudig gekleed en zwaai
de in zijn met keurige glacé-handschoe-,
nen bedekte handen een sierlijken rotting.
Wat onmiddellijk aan hem opviel, was de
wel wat groote maar toch goed gevormde
mohd. Overigens ging er zulk een heer
lijke luchthartigheid van hem uit, dat het
wezenlijk een genofr was hem aan te zien.
Ja, men zou hem voor de verpersoonlij
king hebben kunnen houden van de vroo
lijke, luchtige Lente, die op weg was voor
een prettige wandeling, als ten minste Len
te ooit mannelijk was.
Zijn wandeling leek zoo echt een wan
deling zonder doel. Zelfs de nauwkeurig
ste opmerker zou dit gedacht hebben. Maar
't gaf toch wel te denken, dat zijn open
hartige grijze oogen onophoudelijk de
prachtige sfoep met rijk bewerkte balustra
de en^de opmerkelijk mooie deur van me
vrouw De Peyster's woning op 't Washing
tonplein No! 13 begluurden.
Daar zag hij drie mannen de stoep van 't
bewuste huis opgaan. In minder dan geen
tijd maar toch zonder opvallende haast was
ook hij aan den overkant en een van het
drietal had nog maar juist op de bel ge
drukt, toen hij reeds naast hem stond.
„Wat voor bladen vertegenwoordigen
jullie?" vroeg hij zoo> onbevangen moge-
1 lijk en sloot zich meteen bij de groep aan.
Een der mannen bekeek hem eens aan
dachtig en zeide toen:
,,Ik dacht, dat ik al mijn collega's kende,
maar uw gezicht komt mij vreemd voor.
Wat is uw blad?"
„Het Stadsnieuws", gaf het aardige jong-
mensch ten antwoord.
,Het Stadsnieuws!" De oude journalist
verborg zijn minachting niet. „En zijt gij
hier gekomen om mevrouw De Peyster te
interviewen?"
„Om u te dienen".
„Dit is de eerste keer in mijn leven, dat
dit akelig schandblaadje er openlijk iemand
op uit stuurt om stof op te doen". Deze be
jaarde reporter, die door zijn collega's met
„kolonel" werd aangesproken, scheen door
zijn vele dienstjaren het recht gekregen te
hebben, onomwonden zijn meening te zeg
gen. „Ik dacht eigenlijk, dat „Stads
nieuws" in hoofdzaak, verhaaltjes opdischt
van huisknechten en kameniers en derge
lijke menschen".
„Maar dit is een heel apart geval". En
de goede steming van den vroolijken jon
geman scheen in het minst hiet te lijden
door de onvriendelijke behandeling van
den „kolonel", en al trokken de anderen
zich ook van hem terug, deze journalistie
ke doodverklaring scheen hem niet in het
minst te deren.
(Wordt vervolgd).