Uiteenzetting buiten-vervolgingstelling RADIO Nieuw pakje Hoe ziet de Pauselijke vlag eruit? S)ick Matv&uf? WOENSDAG 26 FEBR. 1947 DE LEIDStHE COURANT PAGINA 2 Gèèn schikking maar een vorm van berechting De procureur-fiscaal van het bijzonder gerechtshof te Arnhem, heeft gistermiddag in een persconferentie nog eens de aan dacht erop gevestigd, dat de onvoorwaar delijke en voorwaardelijke buitenvervoi- gingstelling ingevolge het beslui; politieke delinquenten een speciale vorm is van be rechting. De procureur-fiscaal meende nier- op te moeten wijzen, omdat de ervaring in zijn ressort is, dat hie~cver nog veel misverstand schijnt te bestaan. Zoo heeft bij sommigen de meening post gevat, dat zulk een buiten-vervolgingstelling een soort van schikking, een soor: van overeen komst met den verdachte zou zijn. Zij is echter geen schikking, doch een be-schik- king, een acte van niet-vervolging, welke de procureur-fiscaal in zijn hoedanigheid van rechtsprekend orgaan uitgeeft. De buiten-vervolgingr-gestelde kan daartegen zelfs verzet aanteekenert, indien hij b.v. op openbare behandeling prijsstelt. Zulk een acte van niet-vervolging kent ook de ge wone rechtspraak. De prccureur-fiscaal gaat over tot onvoorwaardelijke buiten- vervolgingstelling, indien de aanklacht ongegrond is gebleken, ofwel de kwestie dermate futiel is, dat berechting door tri bunaal of hof niet gerechtvaardigd geacht kan worden. Bij de voorwaardelijke bui ten-vervolgingstelling worden den delin quent voorwaarden opgelegd^ b.v. onder toezicht stelling van de ,,vereeniging toe zicht politieke delinquenten" oplegging van een „boete", al of niet met ontzetting uit bepaalde rechten. De buiten-vervolging- stelling is dus een bepaalde vorm van be rechting. Tot heden werd hieraan weinig EERSTE KAMER PENSIOEN-TOESLAG GOEDGEKEURD. Voor de vergadering van de Eerste Ka mer, die heden om elf uur begonnen, be stond zeer groote belangstelling. De Senaat behandelde n.l. de be'grooting voor Overzeesche Gebiedsdeelen, waarbij ook de kwestie-Indonesië zal worden be sproken. v De vergadering van de Eerste Kamer van Dinsdag was niet efg belangrijk, al werden twee hoofdstukken van de begroo ting, die van Oorlog en Marine, goedge keurd. Daarbij verklaarde de minister o.m.. dat zij, die gewetensbezwaar tegen de dienstplicht hebben, thans anders behan deld worden dan vroeger, omdat er ook weigeraars zijn op grond van de actie van prof. Pootjes", die niet tot de principieële dienstweigeraars kunnen worden gerekend. De Eerste Kamer heeft, naast enkele on belangrijke wetsontwerpen, goedgekeurd foet wetsvoorstel tot het geven van de be kende toeslag op de Rijkspensioenen over 1946. DONDERDAG. HILVERSUM I (301 M.) 7.00 Nieuws; 7.15 Ochtendgymnastiek; 7.30 Morgengebed en liturgische kalender; 7.45 „Ochtendgloren"; 8.00 Nieuws; 8.15 Op gewekte melodieën bij de morgenarbeia; 9.10 Ochtendconcert; 9.45 Voor de kleuters; 10.00 Scheck en Wenzinger, clavecimbel met (kamerorkest; 10.45 Anthon v. d. Horst, or gel; 11.00 Radioziekenbezoek; 11.45 Fami lieberichten uit Indië; 12.00 Angelus; 12.03 Victor Swillens, hobo. Meti Veerman, piano 13.00 Nieuws; 13.15 Lunchconcert; 13.50 Voor de vrouw; 14.00 Kamerkoor: 15.00 So listen-ensemble „Bougenot". 15 45 Duetten door Jo Vincent, sopraan en Theodora Ver- steegh, alt; 16.45 Omroeporkest; 18 30 Progr. voor de Nederl. Strijdkrachten; 19.00 Nieuws; 20.00 Nieuws: 21.30 Met band en plaat voor U paraat; 22.00 Nieuws; 22.30 Loén Combé bariton: 23.00 Nieuwe Neder- landsche muziek; 23.30 Het Londens Sym- phonie-orkest. HILVERSUM H (415 M.); 7.00 Nieuws; 7,15 Ochtendgymnastiek; 7.30 Gevarieerde morgenklanken; 8.00 Nieuws; 8.15 Gram.muziek; 8.45 Concert in C gr. t. K.V. 467, Mozart; 9.50 „Arbeidsvita minen", een vroolijk programma voor huis en fabriek; 10.30 Voor de vrouw; 10.50 Voor de kleuters; 11.35 Het Lyra-trio; 11.45 Gram. muziek; 12.35 Pierre Palla, orgel; 13.00 Nieuws; 13.15 Ensemble Bartho Dekker, met zang van Elly Brouwers; 13.45 Gram.mu ziek; 14.00 Voor de vrouw; 15.00 Voor zie ken en gezonden; 15.20 „Reprises"; 17.30 Het radio-dansorkest „The Skymasters". 17.50 Rijk Overzee; 18.00 Nieuws; 18.15 Re- novaseptet; 19.00.en nu naar bed! 19.15 Gram.muziek; 20.15 Concert door het Ka merorkest; 23.00 Nieuws. of geen bekendheid gegeven, met hef ge volg, dat voorwaardelijke buiten vervol ging gestelde delinquenten het dikwijls doen voorkomen, of zij in het geheel niet berecht zijn; dit in tegenstelling tot dege nen, over wie een tribunaal of een hof uit spraak heeft gedaan. Vooral in de kleinere gemeenten ten plattelande ontstaat hier door vaak een onjuiste indruk. Graanoogst bedreigd? In den Haarlemmermeerpolder ziet men den toestand ten opzichte van het winter graan zeer somber in, onidat men vreest, dat al het uitgezaaide wintergraan ver nield is. Aangezien uit alle deelen van het land dezelfde berichten komen, acht men de verwachtingen voor een gee. ien graan oogst ernstig bedreigd. Het ontbreken van zaaigoed voor zomergraan kan er toe lei den, dat in het konier d najaar de broodpo sitie in ons land zeer ernstige moeilijkhe den zal ondervinden, tenzij het benoodig- de zaaigoed alsnog t^n spoedigste kan wor den aangeveerd. Vermissing van distributie bescheiden Het blijkt noodzakelijk te zijn er nog maals op te wijzen, dat bij het beheer van distributiebescheiden de uiterste zorg in acht moet worden genomen. Het aantal vermissingsgevallen blijft nog groot, ter wijl aan den anderen kant vergoeaing veelal niet mogelijk is. Zoo worden toe- slagkaarten, t.abakskaarten, gemengde 'kaarten, versnaperingskaarten en textiel- kaartën in geval van vermissen niet ver goed, tenzij vaststaat; Dat deze vermissing te wijten is aan be wezen overmacht. Onder „bewezen over macht" worden gerekend gevallen van to tale verwoesting of diefstal (met inbraak). Men dient voorts te weten, dat elke ver missing van distributiebescheiden, ook al zou, gezien bovenvermelde bepaling, geen vergoeding mogelijk zijn, bh den plaatse lijken distribut'.edienst moet worden aan gegeven (zulks in verband niet eventueele latere verstrekkingen Met nadruk wordt er op gewezen dat alle aanvragen om vergoeding van verlo ren gegane distributiebescheiden (waaron der ook de 2e disrtibutiestamkaart) uitslui tend bij den plaatselijken distributiedienst moeten worden ingediend. Deze instantie bezit nauwkeurige instructies omtrent de verdere behandeling van deze aanvragen. Het doen van valsche aangiften van verlies van distributiebescheiden is straf baar. Tegen overtreders zal ten strengste worden opgetreden. EXTRA KAAS. De kaasbon, welke Donderdag as. in de bonnenlijst wordt gepubliceerd, zal voor de leeftijdsgroepen, die een A, B, of C-kaart hebben, gelden voor een rantsoen van 250 gram, dus 50 gram extra. Eveneens zal Donderdag, voor alle leeftijdsgroepen een bon voor 1 ei worden bekendgemaakt. VERLENGDE GELDIGHEID VAN TABAK- EN SNOEPBON. Bon T. 72 voor een rantsoen tabaksarti kelen en de bonnen V. 72 en X 72 voor 100 gram versnaperingen, zullen tot en met 8 Maart geldig blijven. VOORSCHRIFTEN VOOR GEBRUIK VAN MELK IN BLIK. Bij het koopen van melk in blik dient men er op te letten, dat het blik geheel gaaf en niet sterk gedeukt is. Geroest of gedeukt blik kan bedorven melk bevatten. Na opening van het blift moet de in houd spoedig gebruikt worden. Een rest melk uit blik moet men op een koele plaats en vrij van vliegen en stof neerzetten. Zij kan op deze wijze ten hoogste twee dagen bewaard blijven. De melk mag niet bij sterk ruikende stoffen staan. PAS OP MET GEBRUIKTE AUTOBANDEN! Slechts een deel van de geïmporteerde gebruikte autobanden is geschikt voor auto- tractie. Ieder, die zich deze banden wenscht aank te schaffen, wordt aangera den zich tot een bona-fide handelaar te wenden. Het komt voor, dat banden, die. slechts goedgekeurd zijn voor paardentrac- tie voor auto's verkocht worden. Dit kan ernstige ongelukken veroorzaken. Voor al deze banden bestaan prijsvaststellingen, waarvan het nummer op facturen en reke ningen dient te worden vermeld. EEN KOEIEN-DRIELING. In den nacht van Zaterdag op Zondag heeft te Braken (Gelderland) een acht jarige koe het leven geschonken aan drie kalveren. Onze agenten krijgen, nieuwe uniformen. Dat is niet gek, in dezen tijd. De minister van binnenlandsche zaken heeft n.l. zijn oog eens laten gaan over de gemeentelijke polïtie-amb- tenaren en derzelver uitrusting. En wat zag zijn oog? De eene politie man had een model-pakje, de an der een buitenmodel pakje, de derde een pakje zonder eenig mo- x del en de vierde een allegaartje van alle drie de vorige modellen. Het ministerieele oog herkende bij- na zijn eigen politie-ambtenaren niet meer. Nu hebben wij vroeger, kals jongens, het altijd den politie ambtenaren tot een bijzondere eer aangerekend, dat zij twee straten ver te onderkennen waren als amb tenaren in functie. Aan z.g. „stille smerissen" (in Leiden zeiden wij 'eigenlijk ook wat anders) hadden wij een oprechten en grondigen hekel. Zoo ook de minister: hij wilde weer goed herkenbare poli tiemannen. En derhalve schafte hij alle in den loop der laatste gekke jaren scheef gegroeide uniformen af en verordende nieuwe. „Dat is de weg", concludeerde ik en ik begon oogenbHkkelijk aan een inspectie van mijn kleeren- kast. Wat mijn oog aanschouwde is te droevig om te vertellen. In één woord een allegaartje, een ver zameling wrakken. En ik besloot tot het aanschaffen van een fon kelnieuw pak. Het moest maar eens uit zyn! Maar wat doe je als je nog niet eens aan de beurt bent om een nieuwe textielkaart af te halen. Ik keek hoe de minister het dacht klaar te spelen en las dat Zijne Excellentie een overgangstijd van twee jaar gesteld had. Precies. Dat zal het bij mij ook wel worden. Weer 30 schepen voor Nederland Passagierende zeelieden Nadat reeds verleden jaar December een schip met duizend zeelieden als passagiers koers had gezet naar Amerika, vertrok Zaterdag van de Lloydkade te Rotterdam de Tabinta met een soortgelijk gezelschap aan boord. De 935 passagierende zeelieden van de Tabinta zullen in Amerika de twee de groep schepen bemannen, die de Neder- landsche regeering en verschillende maat schappijen uit de Amerikaansche surplus- tonnage hebben aangekocht. Het betreft hier 30 schepen, die de sterk te van onze handelsvloot tot 85 percent van het voor-oorlogsche peil zullen opvoeren. De meeste van de pas aangekochte vaar tuigen zullen reeds in /.merika op de wilde vaart of de lijndiensten worden ingescha keld. 38.000 CANDID ATEN VOOR HET MIDDENSTANDSDIPLOMA. In 47 plaatsen in Nederland zal op 27, 28 en 29 Mei het schriftelijk gedeelte van het dertiende Middenstands-examen Alge meen Handelskennis worden afgenomen. Blijkens een onlangs door het Centraal Secretariaat gehouden telling wenschen on geveer 38.000 personen aan dit examen deel te nemen. BABY VERBRAND. Dinsdagavond omstreeks 8 uur brak brand uit te Slikkerveer in de dubbele wo ning van den heer J. P. Nieuwstraten. De brand greep zoo snel om zich heen, dat een baby van ruim zeven maanden, die in de huiskamer in een wieg lag, niet gered kon worden, doch jammerlijk in de vlammen omkwam. De plaatselijke brandweer, ge assisteerd door de motorspuit uit Ridder kerk, was onmiddellijk ter plaatse, doch kon niet verhinderen, dat beide panden ge heel uitbrandden. Omtrent de oorzaak van den brand tast men in het duister. SS-ER DOOR VRAAG VAN VROUW GEPAKT. „Weet u ook, of mijn man misschien is gearresteerd?" Met deze vraag vervoegde zich dezer dagen een Duitsche vrouw op het bureau van de Haarlemsche PRA. Op de wedervraag, wie dan wel haar man was, kwam vast te staan, dat deze een SS-er was, die onlangs met zijn Duitsche wederhelft uit Duitschland was terugge keerd en naar wien nog naarstig werd ge zocht. Hij was een nacht niet thuis geko men. Haar vraag was voor de politieke re cherche natuurlijk aanleiding om op on derzoek uit te gaan met het gevolg, dat de man spoedig kon worden gearresteerd. EEN UITEENZETTING OVER DE PAUSELIJKE VLAG jTVE KLEINE VINGERWIJZING, welke „De Leidsche Courant", enkele dagen ge- leden, aan haar lezers gaf, inzake het tijdstip, waarop wij 's avonds onze vlag moeten binnenhalen, bracht mij op de gedachte eens wat mede tc deelen aangaande de pauselijke vlag van Vaticaanstad. Want hier gaat het niet om het feit, dat deze vlag ook wel 'snachts zal blijven hangen (en dat mag niet), maar bij deze vlag staan wij voor het feit, dat zij nooit gemaakt wordt zooals het behoort. Wy allen hebben wel vele malen een pauselijke vlag gezien; bij het inhalen van een pasgewijden priester, bij jubileum feesten vhn geestelijken. Wij kennen dat, die lange rijen kindertjes met geel-witte vlaggetjes in de hand, en soms ook wel grootere vlaggen aan gebouwen, wit-geel of geel. Ja de kleuren, die zijn in orde, maar de fout zit hierin, dat die twee kleu ren in twee langwerpige banen aan elkaar worden genaaid, of, als het papier is, wor den geplakt. Hoe komt dat, dat men die fout maakt. Ik meen de oorzaak daarvan als volgt te kunnen aangeven. Wij Neder landei's, kennen onze eigen vlag, drie lang-- werpige banen boven elkander: rood wit blauw Maar zóó zijn niet alle banen van vlag gen gerangschikt. Kom maar eens in Bel gië, zwart-geel-rood, recht opstaande ba nen, 't zelfde is het geval bij de Fransche vlag rood-wit-blauw, staande banen. De pauselijke vlag heeft een heel ander model, hier zijn het geen banen, maar die vlag bestaat uit twee vierkanten, dus twee stukken stof (geel-wit) die even lang als breed zijn; denk maar als voorbeeld aan een vierkante meter. Nu worden die twee stukken aan elkan der genaaid en het gele vierkant wordt vastgemaakt aan de stok, het witte zit dus alleen vast aan het gele vierkant. U ziet wel, als u zich dat goed voorstelt, dat wij nu een heel ander model vlag hebbeu_ge- kregen. Mooi is het nu bepaald niet, dat geef ik toe, de langwerpige banen, twee of drie doen het voor on- oog beter. Willen wij nu de pauselijke vlag heelemaal ma ken zooals het hoort, dan moet op het wit te vak in goud-draad of gele zijde worden aangebracht het wapen van den paus be kroond met de Driekroon en twee gekruis te slèutels. Maar dat is ten slotte voor ons niet noodig. Dat de pauselijke vlag, zelfs bij officiee- DE „KLEINE VIER" ZIJN KLAAR. Inzake Duitschland geen overeenstemming. De speciale plaatsvervangers voor Duitschland van de ministers van buiten- landsche zaken hebben Dinsdag hun laat ste zitting te Londen gehouden zonder er in geslaagd te zijn een gezamenlijk rap port op te stellen, of zij het al of niet eens geworden zijn over de punten, die zij moes ten behandelen. Er zal slechts een rapport aan de confe rentie te Moskou worden gezonden, dat de plaatsvervangers de verklaringen van een aantal geallieerde landen hebben aange hoord, het eens zijn geworden over zekere algemeene voorzieningen betreffende de procedure en - geen overeenstemming heb ben kunnen bereiken over de voorzienin gen voor het raadplegen van de overige geallieerden. De memoranda van de kleinere mogend heden zijn aan dit rapport toegevoegd. PRUISEN WORDT VERDEELD. Op de gisteren gehouden zitting van den geallieerden bestuursraad te Berlijn is de wet aangenomeri, waarbij de staat Pruisen wordt verdeeld, aldus de Britsche nieuws dienst in Duitschland. Deze wet, welke vo rige week door de plaatsvervangende mi litaire gouverneurs van de vier bezettings zones is opgesteld, verdeelt den staat Prui sen met zijn regeering in administratieve departementen. Het moderne Pruisen, dat steeds het hart van het Duitsche militarisme is geweest, werd door de vereeniging van den Mark Brandenburg en den staat der Duitsche Orde gesticht en groeide geduren de drie eeuwen voordurend in macht. VERANDERINGEN IN DE SOWJET- GRONDWET. De Sow jet-Russische vice-minister van buitenlandsche zaken, Wysjinsky, heeft gis teren.in den Oppersten Sowjet amendemen ten ingediend op de grondwet van de USSR. Volgens de amendementen zou ieder van de 16 Sowjet-republieken gerechtigd worden haar eigen diplomatieke vertegen woordigers in den vreemde te hebben en eigen strijdkrachten op de been te' houden. Volgens .andere voorgestelde veranderin gen zou de Unie de uitsluitende wetgeven de bevoegdheid krijgen inzake huwelijk, gezin en het verleenen van onderscheidin- gen. Naar het Fransche persbureau AFP i van Radio-Moskou heeft opgevangen, heeft I de Opperste Sowjet de amendementen van Wysjinsky aangenomen. Ie gelegenheden, verkeerd gemaakt, ver toond is en wordt, daarvan kan ik u zwart op wit de bewijzen geven. Degenen, die in hun bezit hebben het „Album" met foto's van dc Kardinaals- feesten te Utrecht op 28 Febr. 1946 moeten sommige dnarvan eens goed bekyken. Hier komen ze in volgorde. De allereerste foto stelt voor het woonhuis van den Kardi naal. Uit de -bovenste rij ramen hangen zes vlaggen, vier pauselijke en twee Nederlandsche, de pauselijke zijn verkeerd gemaakt, n.l. met twee langwerpige banen. Tweede foto. Deze stelt voor een straat, waarin wij een langen stoet auto's zien rijden, na het verlaten der kathedraal; uit een dakgoot, rechts, hangt de pauselijke vlag, maar verkeerd gemaakt. Derde foto. Een rij kinderen, eerewacht van de "jeugd voor Tivoli, staat er bij, rpaar ook die eerewacht voerde met zien mede, verkeerd gemaakte pauselijke vlaggen. In de zaal van Tivoli, was het vanzelf ook ^oo, maar die foto is niet duidelijk genoeg voor ons doel. Vierde foto. De versierde voorgevel der kathedrale kerk, vier paus-vlaggen, maar met langwerpige banen- Vele jaren geleden reed ik per trein langs Haarfem, de torens der St. Bavo waren bevlagd, op de een de driekleur, op de ahdere de paus- vlag, maar ook verkeerd met langwerpige banen. Wij hebben pauselijke vlaggetjes gezien op bussen en auto's, die zieken vervoerden naar de kerk, waar een zieken- triduum gehouden werd (ik heb nooit goed begrepen, wat de pauselijke vlag met zoo'n triduum te maken heeft), maar in alle ge val. die vlaggetjes waren verkeerd ge maakt. En ik vraag me in gemoe^e af, zou er in ons heele dierbaar vaderlahd wel één pauselijke vlag te vinden zijn, die ge maakt is zooals het behoort. Ik heb een sterk vermoeden, dat de eenige vlag, die op de juiste manier gemaakt is, te vinden is bij den gezant van den paus in Den - Haag. Wanneer de twee kleuren, geel-wit, alleen moeten dienen als versieringsmate riaal, b.v. in groote breede banen langs de pilaren, in de koepel of boven het altaar in een kerk, dan is het wat anders, dan gaat het alleen om de pauselijke kleuren en niet om de vlag. Hoe moet een vlag worden uitgestoken Ten slotte nog een enkel woord over de vraag: „Hoe moet men vlaggen?" De stok of mast waaraan de vlag wordt bevestigd, moet „staan", vandaar het woord vlaggenstandaard. Dit heeft twee voor-' deelen: 1. Als het niet waait, hangt de vlag in sierlijke plooien aan de stok. 2. Als het wel waait kan de vlag mooi .wapperen". Ook kan de vlaggestok eenigszins naar voren hellend, met beugels bevestigd 'wor den aan den yoorgevel van een gebouw. Bij zeer vele huizen kan dat niet, of wil men het niet doen, maar het is een saai gezicht een vlag te zien hangen aan een stok, gestoken uit een op een kief ge opend raam of dakraampje. Zij hangt er .bij als de wasch aap de drooglijn. Boven staande gegevens aangaande de pauselijke vlag, heb ik jaren geleden ontvangen van den Gouverneur van Vaticaanstad, die zelfs zoo welwillend was er nog een potlood schets aan toe te voegen. Ik vlei mij heele maal niet met de hoop, dat nu alle huis moeders, als zij dit alles gelezen hebben, de misschien voorhande zijnde paus- vlag te voorschijn halen om ze te verande ren. Trouwens alleen al de textielschaarsch- te maakt dit onmogelijk. De menschen ne men van zulke dingen kennis, maar laten de zaak verder rustig op haar beloop. V/ij kennen onze „pappenheimers". En toch wie weet, misschien komt er vandaag of mor gen hier of daar toch ngg eens een goed vervaardigde paus-vlag te voorschijn. Ik doe hier "nog een ernstig beroep op allen, die in de toekomst geel-witte vlaggen gaan naaien of plakken. Denkt er aan, doe het goed, zooals het behoort. Voor eventueele op- of aanmerkingen aangaande het be handelde onderwerp houd ik mij aanbevo len. Want ik weet buit ondervinding, dat het niet gemakkelijk is zooiets duidelijk uit te leggen. Tenslotte mijn dank aan de redactie voor de verleende plaatsruimte, en den lezers dank voor het lezen over en mogelijke „goede voornemens" omtrent de pauselijke vlag. H. VAN KAN, Fr. Roelofarendsveen. WAAR BLEEF door J. S FLETSCHER. 58) „Deze", antwoordde Atherton. „Dick Malvery had waarschijnlijk zitten piekeren over die kwestie van de chèque vanaf den tijd, dat Stephen Pyke er hem in Londen over had gesproken. Nu, herinner je je wajt dc Pykes ons vertelden over de uitdruk king die Dick Malvery gebruikte, toen hij dat van de dhèque hoorde?" ,,Dat hij er geen idee van had, dat ze vervalscht was", zei Blake. „Precies zoo!" „Juist en*we beschouwden dat als een aanwijzing dat hij ze niet rechtstreeks van Boyce Malvery had gekregen, maar van iemand anders", vervolgde Atherton. „En nu neem ik aan dat datgene waartoe Dick Malvery plotseling besloot toen hij dien avond in Shilhampton of ergens anders ver bleef was, dengene tc gaan bezoeken van wien hij die chèque had gekregen. Diegene, wie hij of zij dan ook moge zijn, kon hem het allerbeste inlichten, - daarom moest hij hem of haar bezoeken. Wanneer we aan nemen, dat deze theorie goed is, moeten we verder aannemen, dat Dick Malvery te oor- deelen naar den brief aan z'n zuster, niet precies wist waar hij diegene zoeken moest. Hij zei in z'n brief: „Ik kan twee a drie dagen wegblijven, of langer, misschien een week". Blijkbaar als mijn theorie tenminste goed is wist hij dat hij naar dien persoon moest zoeken, ook had hij een vrij nauwkeurige gedachte waar hij moest zoeken, omdat hij een vrij vast- omschreven periode noemde. Wat denk je van mijn theorie?" „Ik denk. dat er heel wat in zit", ant woordde Blake, „en ik denk ook, dat het een heel stap vooruit zou zijn, wanneer we een tip zouden krijgen, wie het was die hem die chèque gaf of stuurde". ,,Nou, ik heb een flauw, schimachtig idee op dat> punt", zei Atherton met een glimalch, „maar het is nog zóó nevelach tig op het oogenblik, dat ik er zelfs jou nog niets van wil zeggen. Ik ben het aan het uitwerken. Juist nu, vanmorgen in ieder geval, wil ik iets ujtzoeken, dat van meer direct belang is. Ik wil weten, Bla ke, wanneer het was dat Dick Malvery op dien avond van 27 Februari dien brief aan zijn zuster schreef en afzond." „Je bedoelt hoe laat precies?" vroeg Blake. „Juist, hoe laat precies", antwoordde Atherton. „Was het vóór zijn bezoek aan Stephen en Daniël Pyke of er na?" „Meen je, dat het van groote be teekenis is?" „Ik denk, dat het van de grootste be- teekenis is. En ik hoop", vervolgde Ather ton, „dat die waard van de „Moon and Star" ons iets nieuws over ditzelfde punt kan verschaffen. Daar is-ie, de „Moon and Star", ging hij voort, terwijl hij naaf een huis wees, dat voor hen stond op den weg over de steile rotskust, dien ze volgden, „en daar, aan den anderen kant van dat soort landhoofd zie je Stephen Pyke's huis, Channel Cottage. Nu veronderstel ik, door den brief van den waard, dat Dick Malvery op dien avond van 27 Febr. naar dat huis kwam en wilde weten, hoe laat hij daar kwam. Natuurlijk heeft die man van die nieuwe belooning gehoord en zonder twijfel is hij van plan iets te vertellen. Het kan veel zijn of weinig. Maar nu we zeker weten, dat Dick Malvery diep avond hier in de buurt was, geloof ik dat we iets over hem zullen hooren. En hier zyn we er". De herberg „Moon and Star", voor welke ze nu uitstapten, was 'n eenzaam Jiuis langs den weg die van Shilhampton naar Marshwyke leidde, via de buitenwijk waar de gebroeders Pyke woonden. Het was een bouwvallig, antiek gebouw, dat waar schijnlijk afhankelijk was van de klan dizie van reizigers en de bewoners van een paar visschershuisjes aan het strand be neden en er waren -maar weinig teekenen van leven te bespeuren toen Atherton en Blake de met zand be$trooide gelagkamer betraden. Maar de commissaris werd klaar blijkelijk verwacht, want een dikke vrouw van middelbaren leeftijd verscheen onmid dellijk en ging hen voor naar een binnen kamer waar een oude man zat, wiens rech tervoet, gezwachteld en omwonden, op een kruk voor zijn fauteuil rustte. „Goedenmorgen, heeren", zei hij toen de waardin de bezoekers uitnoodigde plaats te nemen. „Ik zou wel naar u toegekomen zijn, meneer", vervolgde hij, zich tot Atherton wendend, „as ik niet met een aanval van jicht in dok had motte blijve en misschien most u toch eris deze kant uit. 't Gaat over die dingen waar u een beloo ning voor uitlooft, commissaris", ging hij voort, toen zijn vrouw vertrokken was en de deur achter zich had gesloten. „Die zaak van den jongen meneer Mallevrie, meneer". „Weet je daar iets over?" vroeg Ather ton. „Ik wist wel iets, maar ik doch dattet er niks mee te make had tottik dat anplak- brieffie had geleze", zei de waard. „Natuur lijk brengen dinge as ditte, die duizend Pond belooning, andere dingen in je ge heugen terug en ga je nadenke". „Wat kun je Vertellen?" zei Atherton. „Dit is mijnheer Blake, die de belooning uitlooft. Je künt vrijuit met hem spre ken". ,,0!" riep de waard uit, „maar ik weet niet of ik u alles kan vertel^, meneer, waardoor ik die heele belooning zou kenne krijge. Ik docht er zoo over na of ik u mis schien zou kenne helpen assik mijn ver denking an u vertelde. Nou, daar gaat-ie dan. Toen ik die krant las over watter op die Fiberewari-avond was gebeurd, begon ik te denke. Omdattet op een donkeren avond aan 't end van die zelfde Fibbere- wari-maand was, datter 'n lange vent die ik niet kende en zoo te zien 'n vreemdeling, hier binnen kwam en me vroeg of ik 'm niet een velletje postpapier kon geve." „Was hij alleen?", vroeg Atherton. „Nee, meneer, dat wassie niet. Hij kwam dan binne", antwoordde de waard, „met 'n jong ventje, zooiets van negentien of twin tig of zoo 'n matroossie op z'n Zondgasch zoo te zeggen. Ze namme elk 'n glaassie en de jonge stak 'n paar sigare bij 'm en de ouwere man hy droeg 'n donkere baard ging daar ginder' in de bar an 'n tafeltje een brief zitte schrijve. Toen ginge hij en die jonge 'n beetje zitte klesse in de hoek waar die jonge zat en ik zien 'm die jonge de brief en wat geld geve. Ik hoorde 't rin- kele. En toe zeije-ze goeien avend en gin ge weg. En nou kwam 't zoo bij me op, dat die lange man met die baard de jonge me neer Mallevrie geweest mot zijn, meneer". „Ik denk, dat we daaraan niet behoe ven te twyfelen", zei Atherton, „en het ie juist, dat dat ik al verwachtte dat je ons zou vertellen, want hij was dien avond hier in de buurt. Nu, kan je antwoord geven op twee belangrijke vragen? Ten eerste: hoe laat gebeurde dat, waar je over sprak?" (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1947 | | pagina 2