i
Verbitterde strijd tegen sneeuw en ijs
r
50-|arig bestaan der K.V.P. afd. Leiden
ONS
KINDER
VERHAAL
ZATERDAG 22 FEBR. 12)47
DE LEIDSCHE COURANT
PAGINA 3
DE STAND IN DE OLIEVOORZIENING
Voor de huisvrouw heeft de koude en de it.eeuw nog eon. zij het dan k'eine, goede
zijde. Zij stellen haar in staat hajir pakjes bevroren groente zondei bezwaar goed
te houden. v. d. Reyken P.
/~\P UITNOODIGING van de zeereerw. heeren Deken Bots en Pastoor Gadet
O.F.M. kwamen in het najaar van 1896 ongeveer 25 vooraanstaande katholieken bij
een Jot het oprichten van een R.K. Kies vereeniging te Leiden. Dit comité schreef
eën openbare vergadering uit op 29 December 1896, waar de R.K. Kiesvereeniging
werd opgericht en een bestuur werd gekozen. Voorzitter werd dé heer Schmier, se
cretaris de heer jnr. Ledeboer, destijds griffier bij het Kantongerecht te Leiden,
later procureur-generaal bij den Hoogen Raad.
was er geen schijn van kans om gekozen
te worden en werden de candidaten van de
beide Protestantsche paf tij en overgeno
men.
Omstreeks 1900 bedroeg het aantal recht-
sche kiezers te Leiden niet meer dan 3000,
waarvan 1200 katholieke. De tweede groep
in groot'.e was die der Anti-Revolutionairen
en de kleinste groep die der Christelijk-
Historischen. En toch hadden.de Christelijk
Historischen de meeste kans om gekozen
te worden.
Toen in 1913 de Anti-Revolutionairen
verlangden, dat één hunner, mr. P. E.
Briët, de rechtscke candidaat voor de
Tweede Kamer, werd, werd niet deze, doch
een liberaal, prof. mr. Heeres, gekozen.
Bij de gemeenteraadsverkiezingen stelde
ieder der drie rechtsche partijen haar eigen
candidaten. Over en weer werden deze
candidaten overgenomen De beide groe
pen van Protestantsche kiezers werden ge
adviseerd de katholieke candidaten te stem
men en de katholieken stemden de can
didaten van de beide andere partijen
zeker bij een dikwijls voorkomende her
stemming.
DE GEMEENTERAAD.
De oprichting
Na enkele jaren werd de heer Schmier
als voorzitter opgevolgd door den heer mr.
Aalberse, die deze ïunctie uitoefende tot
aan diens benoeming tot professor aan de
Technische Hoogeschool te Delft in 1916.
Na 't aftreden van mr. Aalberse waren er
in één jaar .tijds achtereenvolgens twee
voorzitters, de heeren J. A. Bots en H. W.
Spendel.
De heer mr. Ledeboer was slechts kort
secretaris. Na diens vertrek lyt Leiden
kwam in zijn plaats de heer Boonekamp.
opgevolgd door de heeren J. P. Creyghton,
mr. Barge, J. P. de Graaf (die tegelijk met
mr. Aalberse als bes-uurslid aftrad), M. W.
Spendel en Th. B. J- Wilmer.
Tot 1917 bestond het bestuur uit negen
leden, waarvan een bestuursfunctie werd
voorbehouden aan een vertegenwoordiger
van den Ned. R.K. Volksbond. Als zoodanig
fungeerden de heeren B. Resink, J. H. Hen-
smg, W. de la Rivière en P. Heemskerk.
In 1916 werd rechtspersoonlijwheid aan
gevraagd en werd het aantal bestuursleden
uitgebreid tot vijftien.
DE ORGANISATIE der Verëenigde Na
ties wordt steeds meer een kapstok om
onverteerbare problemen aan op te han
gen. Thans weer heeft Bevin het Bri'.sche
besluit bekend gemaakt om de Palestina-
affaire bij de Vereenigde Naties te bren-
,gen. Engeland kan er geen wijs meer uit
worden, het weet er geen raad mee. Het is
met de Joden en de Arabieren als met het
bekende raadseltje: bij elkaar deugen ze
niet, van elkaar meugen ze niet. De Pales-
tijnsche Arabieren zeggen: „Overal wor
den volken onafhankelijk gemaakt, als zij
in staat zijn zichzelf te besturen en als een
volksstemming uitwijst, dat het volk dat
wil. Wij zijn in de meerderheid, houdt een
volksstemming en geeft ons den onafhan-
kelijken Arabischen staat, waarop wij recht
hebben
De'ooden willen ook een onafhankely-
ken staat, maar een Joodschen staat en zij
beroepen zich op de indertijd gedane be
lofte van Balfour. De meerderheid hebben
zij weliswaar nog niet, maar dat komt wel,
als de immigratie wordt vrijgelaten. Con
ferenties, t,e Londen georganiseerd over
„samen deelen" hebben niets uitgehaald en
intusschen zit Engeland, dat Palestina in
dertijd van den Volkenbond als mandaat
gebied heeft toegewezen gekregen, met de
gebakken peren.
De Britsche soldaten moeten nu verhin
deren, dat Joden en Arabieren elkaar in
de haren vliegen en krijgen zoowel van de
Joden als van de Arabieren op hun kop.
Intusschen zit Truman veilig in Amerika
en doet een goed woordje voor verruiming
van de Joodsche immigratie. Waarop Bevin
antwoordde: „Jij hebt makkelijk praten.
Doe ook eens wat, als jij je zoo voor Pales
tina interesseert. Help me een handje om
dat probleem op te lossen. „Maar Truman
zei: „Neen, dank je wel".
Bevin heeft er nu genoeg van gekregen
en heeft het mandaat, dal Engeland van
den Volkenbond kreeg, teruggegeven aan
de opvolgster van dien Bond, n.l. de orga
nisatie der V.N.
Dat is een logische stap, maar tevens een
handige zet om Amerika toch te betrekken
zij het niet rechtstreeks bij een op
lossing van het conflict.
Men zal moeten wachten tot na den zo
mer, want de Assehblée komt niet eerder
te New-York bijeen, en inmiddels heeft
Engeland zich voorbereid op een periode
van een soort staat van beleg. Ëngelsche
burgers zijn geëvacueerd en de steden zijn,,
in vestingen herschapen.
In Londen zitten de plaatsvervangers, de
z.g. „kleine vier", vredesverdragen te ma
ken en de Londenaars zitten in de kou en
hebben geen licht. ,Is dat vrede?".denken
ze „In den oorlog hadden we het beter".
HE KOlLEN CRISIS, waarin Engeland
thans verkeert, werpt wel een schril
licht op de hachelijke positie, waarin En
geland is geraakt. De oorlog heeft het land
inderdaad aan den rand van den afgrond
gebracht. Dat er in een periode van abnor
male koude en .veel sneeuw een oogenblik
van stagnatie optreedt, is volkomen ver
klaarbaar en komt zelfs in de rijkste lan
den voor, ook in tijden van voorspoed-
Maar van regeeringszijde heeft men reeds,
te kennen gegeven, dat de huidige moei
lijkheden geenszins opgelost zullen zijn bij
een terugkeer van mildere temperatu
ren, doch dat zij nog langen tijd, misschien
wel jaren hun invloed zullen doen gelden.
De oorzaken zitten dus dieper dan dat
beetje vorst en sneeuw. De Britsche econo
mie heeft heel veel van haar krachten
moeten vergen en verkeert in een toestand
van ontreddering. Wist u, dat er nu reeds
paketjes met levensmiddelen van Neder
land uit naar familieleden en vrienden in
Engeland worden gestuurd? Zoozeer zijn
de rollen omgekeerd; de mannen, die ons
twee jaar geleden zoo rijkelijk uit de lucht
van voedsel voorzagen, zitten nu eveneens
op een houtje te bijten. Engeland heeft zijn
fandeel in den wereldoorlog wel betaald,
heeft zelfs na Duinkerken en den neder
laag dér Fr arische legers een jaar lang de
last van den oorlog alleen gedragen, voor
dat Amerika zctover was, om in te zien,
dat het z'n eigen ruiten ingooide door toe
te staan, dat ook Engeland overweldigd
werd. Thans verkeert Engeland weer in een
crisis en alleen Amerika is in staat, het er
•snel en goed weer uit te halen. Er zijn tee
kenen, die er op wijzgn, dat men dat in
Amerika gaat inzien. Amerika heeft zijn
isolationisme laten vareft, omdat het be
seft, dat het ipede verantwoordelijk is
voor een goede gang van zaken en dat het
beter af is met een welvarende wereld dan
met een in ellende ondergaande wereld.
I"yE VEILIGHEIDSRAAD; die in een der
bladen een „brandspuit" genoemd
werd, die uitgereden word.t als er ergens
in de wereld rook opstijgt, is op het oogen
blik bezig met het blusschen van een
brandje, dat uitgebroken is in de Albanee-
sche Zeestraat. Men kent de geschiedenis
van twee Britsche oorlogsbodems, die in
de Albaneesche wateren voeren door een
doorgang, waar de mijnen uit den oorlog
zorgvuldig geveegd waren en desondanks
beide prompt de lucht in gingen. De En-
gelschen vonden toen tientallen versch ge
legde mijnen en riepen de Albaneezen ter
verantwoording. De Albaneesche verte
genwoordiger ter zitting van den Veilig
heidsraad gaf een eenigszins vreemde ver
dediging van zijn land ten beste. Hij rede
neerde zóó. Wij, Albaneezen, hebben geen
oorlogstuig, wij hebben niet eens afweer-
kanonnen. Daarom kunnen wij die mijnen
er niet neergelegd hebben. Maar als wij ze
daar gelegd hebben, dan hebben we daar
volkomen het recht toe. Want die Ëngelsche
oorlogsbodems voeren dooi" onze wateren
met hun kanonnen gericht op de Albanee
sche kust. En dan mag Albanië afweer-
maatregelen nemen.
Wij kunnen het begrijpen, dat de Brit
sche gedelegeerde, Cadogan, na-afloop van
deze verdediging vroeg: Hebben julhe het
nu gedaan of niet?
Wij zijn benieuwd, hoe de Veiligheids
raad dit overigens ongevaarlijke
brandje blusschen "zal.
NIEUW BESTUUR.
Bij het verkrijgen van de koninklijke
goedkeuring op de statuten trad het ge-
heele bestuur in 1917 af en kwamen in het
nieuwe bestur vier van de oud-leden te
rug, de heeren F. Pieck, penningmeester,
J Bots, P. Heemskerk en Th- B. J. Wil
mer.
Beide laatstgenoemden hebben thans nog
zitting in het bestuur, de heer Wilmer en
afgebroken, de heer Heemskerk na een on
derbreking van enkele jaren. De heer Pieck
trad in 1918 af en de heer Bots was tot aan
zijn overlijden gedurende ongeveer 30 ja
ren bestuurslid.
Van de in 1917 nieuwgekozen bestuurs
leden hebben onafgebroken zitting gehad
tot heden de'heeren mr. E. J. M. H. Bol-
sius en J. M. H. Horikx, de heer H. Lom-
bert na een onderbreking tweemaal resp.
van een jaar en tien maanden, en de heer
P. van Berge Henegouwen tot in Januari
1946.
DAGELIJKSCH BESTUUR
Voorzitter waren de heeren A. J. Oost-
dam van 1917—1923, mr. E. J. M. H. Bol-
sius van 19231945 en S. Menken van
1945heden.
Secretaris: de heeren mr. Brantjes van
Rijn van 19171919, II. Lombert van 1919
1925, en J. M. H. Horikx van 1925heden.
Penningmeester: de heeren F. Pieck, P.
J. Colla, J. van der Heijden, P. van Berge
Henegouwen, W. J. Kriek, A. Langeveld,
W. H. M. Geene, C. A. H. Speel en H.
Lombert.
Slephts één vrouwelijk bestuurslid, mej.
A. de Groot, werd in den loop der jaren
gekozen.
AANTAL LEDEN.
In de eerste jaren was het ledental on-
veer 300. Langzamerhand werd dit hoo-
ger tot ongeveer 600 in 1919 onder liet
oude kiesstelsel. Toen het algemeen kies
recht voor mannen en vrouwen kwam, steeg
het aantal leden tot 1250 in 1939. Thans
is dit 1160.
De vrouwen hebben in Leiden de pri
meur gehad, dat zij haar kiesrecht konden
uitoefenen, bij de verkiezing voor den ge
meenteraad in 1920, welke tusschentijd-
sche verkiezing noodig was wegens de an
nexatie van gedeelten van de gemeenten
Leiderdorp, Oegstgeest en Zoeterwoude.
SAMENWERKING MET A.-R. EN
CHR-HIST.
In de jaren tot 1919, onder de Kies
wet-van Houten, bestond het zwaartepunt
van de werkzaamheden van hét bestuur in
het overleg met de besturen van de beide
Protestantsche kiesvereenigingen, afdee-
lingen van de Anti-Revolutianaire Partij
en van de Christelijk-Historische Unie.
Voor een katholiek Kamerlid in het dis
trict Leiden en voor katholieke leden van
de Provinciale Staten van Zuid-Holland
4)
Bij de verkiezingen volgens het evenre
dig kiesstelsel hadden in den gemeente
raad zitting bij een aantal raadsleden van
29, 31, en 33 zeven katholieken en bij een
aantal van 35 en 37 acht katholieken.
Door de samenwerking met de Protestant
sche kiesvereenigingen kwam er sinds on
geveer 80 aren weer een katholieke wet
houder in den persoon van mr. P. J. M.
Aalberse, die als zoodanig aftrad, toen hij
in 1903 als opvolger van dr. Schaapman
Kamerlid werd voor het district Almelo.
Vóór mr., Aalberse was er in Leiden
slechts één katholieke wethouder geweest
in de eerste jaren van het bestaan van het
Koninkrijk der Nederlanden, jhr. Van
Bommel, die burgemeester was onder het
destijds vierhoofdige burgemeesterschap
en wethouder werd bij dc invoering van
het éénhoofdig burgemeesterschap.
De opvolgers van mr. Aalberse als wet
houder waren de heeren mr. L. M. H. Ker-
stens, J. A. Bots, J. F. X. Sanders A. F. L.
M. Tepe, Th. B. J. Wilmer en S. Menken.
In den nood-gemeenteraad van 1945 kon
den bij de 16 kiesmannen, die op voordracht
van onze afdeeling waren benoemd door
den burgemeester, slechts twee oud-leden
genade vinden, en werden bij enkele can-
didaatstelling zes pnzer als gemeenteraads
lid gekozen.
Sinds 1919, bij' de verkiezingen volgens
het Evenredig Kiesstelsel, kwam de rege
ling voor de gemeenteraadsverkiezingen
geheel in eigen handen en werden bij de
verkiezingen voor de Tweede Kamer en
voor de Provinciale Stalen de van hooger-
hand in de Partij gegeven instructies ge
volgd.
In de eerste jaren was de vereeniging
aangesloten bij den Provincialen Bond van
R.K. Kiesvereenigingen in Zuid-Holland en
later werd zij een afdeeling van de R.K.
Staatspartij, thans Katholieke Volkspartij.
DE PROPAGANDA.
De propaganda voor de verkiezingen werd
grootendeels uitgevoerd door de kort na de.
oprichting ontstane Propagandaclub „De
Jonge Garde", later genaamd „Katholieke
Garde*, die eveneens zorgde voor den kie-
zerskweek. Ieder voorjaar zwermden de
propagandisten uit om de daarvoor in aan
merking komenden als loon-, huur-, spaar-
of examenkiezer in te lijven in het kiezers
corps.
Na het te niet gaan van de „Katholieke
Garde" was de propaganda eenige jaren in
eigen handen bij de Parochiale Propagan-
daclubs, totdat de Algemeene R.K. Propa-
gandeclub ,,Dr. Schaepman" werd opge
richt en de werkzaamheden overnam en
de propaganda tot heden op uitstekende
wijze uitvoerde.
DE FINANCIëN.
Dc grootste zorgen hadden steeds de fi
nanciën, vornamelijk door de lage constri-
butie.
Er beginnen thans ook nijpende pro
blemen te ontstaan voor die bedrijven van
industrie, energie-voorziening, land- en
tuinbouw en verwarming, welke op olie
voorziening zijn aangewezen.
Tengevolge van de strenge en nog on
verminderd aanhoudende vorst zijn tal
van lichters, waarmede het vervoer van
benzine, petroleum, gas- en stookolie
naar de opslagplaatsen overal in Neder
land dient te geschieden, onwrikbaar door
het ijs ingesloten, zoodat dit materiaal
voorloopig helaas buiten gevecht is ge
steld. Natuurlijk wordt getracht door mid
del van ijsbrekers deze onmisbare vaar-
tuigefi te ontzetten, doch in vele gevallen
is dit niet meer mogelijk gebleken. Uit
alle deelen van het land zijn berichten
binnengekomen, dat materiaal om deze
reden is uitgevallen. Met het nog be
schikbare materiaal dient dus het vervoer
van alle aardolieproducten, zelfs naar de
verst afgelegen depóts, zoo lang mogelijk
te worden volgehouden en het hoeft geen
betoog, welk een ervaring, welk een door
zicht vereischt worden om dit mogelijk
te maken. Wanneer wij dan ook in alle
bescheidenheid de verzekering krijgen,
dat ondanks alle tegenslagen tot dusver
practisch nog geen enkele benzinepomp
is drooggekomen en dat geen enkele in
dustrie wegens gebrek aan vloeibare
brandstof noemenswaardige stagnatie
heeft ondervonden, dan past hier een ge
voel van oprechte bewondering.
Door een groote benzine- en oliemaat
schappij is tot op dit oogenblik reeds een
zeer groot bedrag extra aan transport
kosten- uitgegeven, terwijl de schade, door
den ijsgang veroorzaakt, op tienduizenden
wordt geraamd. Een vaart, die kort ge
leden nog van Pernis naar Amsterdam
mogelijk was, kostte tweeduizend gulden
meer dan onder normale omstandigheden.
Doch, indien deze offers niet werden ge
bracht, zouden groote geldelijke tegen
slagen voor Nederland in het algemeen
niet voorkomen kunnen worden. Wij den
ken hierbij aan den tuinbouw en de
bloemkweekerijen, waar gebrek aan ver
warming voor de kassen een schade van
millioenen guldens aan deviezen zou kun
nen veroorzaken.
Er zijn tankauto's, die per dag 60.000 L.
over soms spiegelgladde wegen vervoeren.
d
Onder het voorzitterschap van mr. Aal
berse is het eenmaal voorgekomen, dat
ieder der bestuursleden uit eigen midde
len .f25.—boven de contributie in de
kas bijdroeg-
Tij'dens het penningmeesterschap van
den heer Pieck, waren er in den regel geen
tekorten. Deze zuiverde deze aan uit eigen
middelen.
Om de kas op peil té brengen werd m
1918 een obligatieleening van 1500 uitge
schreven, 300.aandeelen van ƒ5.Vijftien
jaren lang prijkte op de agenda van d'e
jaarvergadering het punt: Uitloting obliga
tieleening.
Een afdeeling Jongeren werd opgericht
in 1936 en wederom een op 11 December
1946.
Voor ongeveer 12 jaren richtte de afdee
ling een R.K. Bevolkingsbureau op, dat
even voor den oorlog zelfstandig werd on
der den rechtsvorm van een stichting en
dat nu nog bestaat.
In October 1941 werd de afdeeling door
de bezettende macht opgeheven en werd
bij den secretaris het geheele archief in
beslag genomen en niets kon wórden ge
red dan een afschrift van de ledenlijst, en
bij den penningmeester werd de kas weg
gehaald.
NA DEN OORLOG.
Op 29 Juni 1945 had de eerste bestuurs
vergadering na de bezetting plaats, na en
kele maanden gevolgd door een ledenver
gadering.
Verheugend is het, dat de meeste leden
weer zijn teruggekomen, al kon het leden
tal hooger zijn, Vergelijken we 300 leden
in de eerste jaren bij 1200 kiezers, dan
maakt het aantal leden van 1^60 bij bijna
10.000 katholieke kiezers en een katholieke
bevolking van 24.000 zielen, een poover fi
guur. Doordat het geheele drchief verdwe
nen is, zijn er van vorige jaren geen of
weinig cijfers bekend.
Voor de Tweede Kamerverkeizingen wer
den hier ter stede uitgebracht op de ka
tholieke lijst in 1937 7711 stemmen en in
1946 9531 stemmen van de 45078 geldig uit
gebrachte stemmen van de 49823 kiezers.
Opgekomen waren 46452 kiezers. Ongel
dige stemmen 1374.
Bij de gemeenteraadsverkiezingen in
1946 werden op de lijst van de Katholieke
Volkspartij 9455 van de 43062 geldige stem
men uitgebracht. 1395 stemmen waren on
geldig.
Bij de Provinciale Statenverikzinsen in
1946 verkreeg de katholieke lyst 9757 van
de 44975 geldig uitgebrachte stemmen. On-
eeldige stemmen 1316.
Op 20 Februari 1947 zou het 50-jarig bc.
staan worden herdacht in een feestvergade-
ring, met als sprekers dc heeren Pater Ma
gister dr. Stokman O.F.M., uit Utrecht, prof.
mr. P. J. M. Aalberse, te '^-Gravenhage. en
mr. E. J. M. H. Bolsius, te Leiden, doch
omdat de zaal niet verwarmd mag worden,
is deze herdenking tot nader order uitge
steld.
J. M. H. HORIKX,
Secretaris.
Leiden, 16 Februari 1947.
Het zijn lange dagen, die de chauffeurs in
deze periode maken, cn het gebeurt ook
nog wel eens, dat zij 's nachts gealarmeerd
worden, om het droogkomen van een
„strategisch punt" te verhinderen.
Een bedreigd punt is b.v. Aalsmeer,
centrum der bloemkweekerijvoor de on
misbare producten gas- en stookolie is, nu
het den ijsbrekers niet gelukt is om van
Amsterdam uit naar Aalsmeer door te
breken, een mobiele colonne van negen
tankauto's samengesteld om de kweek, die
bestemd is voor den export en daarmee
de broodnoodige deviezen moet opleveren,
voor bevriezing te vrijwaren.
VRAGENv
Ik 'lóud wel van kinderen, die
veel vragen. Uit hun vragen blijkt
hun leergierigheid; zij willen door
dringen in de geheimen des levens
en tooncn. dat zij hun verstand ge
bruiken. Maar ik heb er iets op te
gen, dat zij zulke lastige vragen
stellen, vragen, die je wel kunt be
antwoorden, maar toch ook weer
niet.
„Pa, vroeg één van mijn jongste
spruiten met een diepe rimpel in
zijn voorhoofd, hoe weet je nou, dat
het een prinses is?"
Hij had er blijkbaar sinds den na-
tionalen feestdag reeds dagen over
loopen piekeren, maar had geen be
vredigend antwoord op dit raadsel
kunnen vinden.
Wat mort je als vader zijnde
daarop nu «ntwoorden?
„Waarom vraag je dat zoo" vroeg
ik op mijn beurt. Een gruwelijk
stomme vraag, omdat je met je
klompen kunt voelen, dat zooiets
een brandende vraag is, waar je als
jongen hoe dan ook een verklaring
voor moet vinden. Maar zulke idiote
vragen stellen oudere menschdi als
ze tijd willen winnen. Zoon soort
elastische verdediging.
„Nou, zóó maar", antwoorde mijn
zoon ad rem.- Toen sprong de ver
lossende gedachte in mijn brein,
want het is te gek als je èn als va
der èn als journalist ergens geen
antwoord op weet.
Ik herinnerde mijn zoon aan het
sprookje van de „Prinses op de
erwt"; hoe de oude koning (die zelf
open deed) een meisje binnenliet,
dat in den stroomende regen om
onderdak kwam vragen, en zei, dat
ze een prinses was. De koning ver
trouwde dat niet en liet zeven bed
den en zeven matrassen gn ik weet
niet wat al meer opstapelen en legde
een erwt onder in.
Den volgende morgen vroeg hij,
hoe het meisje geslapen had en ze
zei, dat ze geen oog had kunnen
dicht doen, want dat er iets hards
onder in haar bed had gelegen. Toen
erkende de oude koning, dat het
meisje, een echte prinses was, want
alleen prinsessen zijn zóó teer en
gevoelig.
De verklaring bevredigde mijn
zoon niet heelemaal, maar hij nam
er voorloopig genoegen mee
„Vader, ben jij wel eens een prins
geweest."
„Neen, jongen, nooit van mijn
leven".
's Avonds vond ik een knikker in
mijn bed. Blijkbaar had hij de proef
-nn Hf» som willon -nornon
Ook in Indië v/erd ondanks alle moeilijke
omstandigheden de Blijde Gebeurtenis in
het Prinselijk Gezin gevierd. Een Indische
schilder bezig met liet copieeren van een
portret-van H. M. de Koningin. ANP. P.
Veldslag tusschen smokke
laarsbenden
Zooals bekend, werden Woensdag te Ka.
elle op ZuidjBevcland twee mannen ge
arresteerd, die verklaarden, overvallen te
zijn en beroofd door de inzittenden van
een auto, welke blijkens het nummerbord
afkomstig zou zijn uit Zuid-Holland, Ge
bleken is, dat er dien avond tc Kapellc
een veldslag is geleverd tusschen twee
smokkelaarsbenden. De ecne bende was
uit Rotterdam gekomen om Belgische ta
bak te koopen, de herkomst van de an
dere bende slaat nog niet vast. Toen de
transactie tot stand was gekomen, werd
de Roterdamsche bende na een hevig ge
vecht uitgeplunderd. Dc leider der Rot
terdammers werd beroofd van 900,
Zijn assistent van 450,terwijl de
overvallers zich eveneens meester maak
ten van de vrachtauto der Rotterdam
mers. Twee gewonden stelden zich onder
behandeling van een arts te Kapelle. De
andere Rotterdammer nam de beenen. Dc
aanvoerder der Rotterdammers stond voor
verschillende feiten in het Politieblad ge
signaleerd, zoodat men een goede vangst
heeft gedaan. De andere bendeleden wor
den opgespoord.