Vondels „Gijsbrecht" in Leiden
Mr. D. J. GORTER GEÏNSTALLEERD
„De klokken van Corneville" in Lisse
DINSDAG 21 JAN. 1947
DE LEIDSCHE COURANT
PAGINA 3
Hoogstaande opvoering in
de Leidsche Schouwburg
Evenals Zondag 3 Jan. 1638 een dag van
beteekenis was in de Amsterdamsche too-
neelwereld, zoo was voor Leiden Maandag
20 Jan. '47 'n hoogtepunt van kunst en ont
spanning. Meer dan 300 jaar na de eerste
uitvoerig in de aloude hoofdstad verscheen
gisteravond namelijk Vondel's grootsche
Gijsbrecht voor 't eerst in Leiden.
Hulde aan de stichting K. O. voor 4e-
zen primeur. De „Gijsbrecht, d' ondergang
van zijn stad en zijn ballingschap" 'n be
roemd geworden meesterstuk van onze
grooten Vondel reeds tijdens zijn leven
telde het 119 uitvoeringen. belicht de
geschiedenis van de oude Amstel veste tij
dens haar belegering en inname in het jaar
1304, met als hoofdfiguur Gijsbrecht van
Amstel, heer van Aemstelredam en Aem-
sterland.
De inhoud van dit verhaal ontleent hij aan
'n aloude overlevering uit de kroniek van
Beda. Vorm en opbouw zijn sterk geïnspi
reerd door het tweede boek van Aeneas,
waarin Vergilius op imposante wijze de
ondergang van Troje schildert.
De critiek op deze tragedie is niet altijd
even enthousiast geweest. Prof. Jonckbloet
bijvoorbeeld beweert dat het stuk groote
overeenkom3t vertoont met „Hierusalem
verwoest en eigenlijk geen drama's is,
maar zooals zoovele van zijn andere crea
ties, een reks van brokstukken, uit een
epos. Volgens hem ontbreekt de dramati
sche knoop en is er aan karakteristiek niet
veel gedacht; het stuk is geen treurspel en
vertoont de onmacht van Vondels' drama
tisch talent.
Geheel anders oordeelt echter Hugo de
Groot, aan wien Vondel dit stuk opdroeg.
Vol lof schrijft deze aan de auteur: „een
treurspel van treffelijcken inhoudt, voeghe-
lijoke schickinge en overvloedighe wel-
spreckentheit.ende alsoo vertrouw ick
dat dit werck onsterffelijck is". De geschie
denis bewijst de juistheid van zijn oordeel.
Zeker de tragiek en Vondels' kunsttalent
uiten zich in de Gijsbrecht op eenigiszins
typische wijze, maar het beteekent in casu
geen forceeren of streven naar hooger ef
fect op de toeschouwers. Wat hij biedt is 'n
neerslag van zijn vroomheid en zielestem-
Prof. S. Posthuma naar Indië
„ZEER VOORLOOPIGE
AANWIJZINGEN".
De eenige, die het vierde lid "Van de
Commissie-Generaal, prof. Posthuma en
zijn echtgenoote, hedenochtend op Schip
hol uitgeleide deden, was de bijna ondoor
dringbare mist, die am 6 uur vanochtend
een grondzicht van nauwelijks 60 meier
toeliet. Een oogenblik werd zelfs overwo
gen de vlucht 24 uur uit te stellen, maar
tenslotte besloot men toch te starten.
Evenals bij het vertrek van de heeren
Schermerhorn, De Boer en Van Poll, was
het vliegtuig de Commissie-Generaal min
der goedgezind', want vijf minuten nadat
de passagiers hun zitplaatsen hadden inge
nomen, moesten ze het toestel weer ver
laten, daar een storing aan de radio en een
defect aan de aan wijsinstrumenten voor
de temperatuur van de cylinders van een
motoren opstijgen onmogelijk maakte. De
Indië-vaarders begaven zich weer naar
het restaurant en de onwillige DC-4 ver
dween in de pas gereed gekomen hangar.
Om half tien stapten de passagiers opnieuw
in, doch ook nu moesten zij na enkele mi
nuten weer naar het restaurant terug. EinT
delijk, even voor 10 uur hadden de me-
cano's de koppige reuzenvogel getemd en
constateerden de voor de derde maal in
gestapte reizigers dat gezagvoerder O.
Koch den NL. 309 van de Netherlands Gou
vernement Air Transport de machine in
bedwang had. Prof. S. Posthuma is van
ming. In dien geest heeft ook van Dalsum
het begrepen.
Wat betreft de Gijsbrecht als tooneel-
werk, merkt van de Pompe in Kunst en
Ontspanning van Jan. 1947, het volgende
op: „Het merkwaardige is dat de Gijsbrecht
als tooneelstuk feitelijk een onding is. Too-
neel immers eischt actie, handeling; het pu
bliek moet er iets zien gebeuren. Doch
Vondel laat die handeling niet plaats vin
den; hij laat er van vertellen; op zichzelf
'n ernstige fout van een tooneelauteur. En
toch wie meent ellenlange monologen te
moeten aanhooren, waarbij men niet-ge-
interesseerd, misschien in slaap valt, ver
gist zich deerlijk. De schoone taal, de wijze,
waarop Vondels' woorden door onze voor
treffelijke Nederlandsche acteurs worden
gezegd, doen cns geboeid van het begin tot
het einde de voorstelling volgen. Voeg
daarbij de schitterende costumes en de
prachtige décors (welke laatsten hier ech
ter niet volledig tot hun recht kwamen) en
ge.hebt de factoren die een opvoering van
de Gijsbrecht tot een tooneel gebeurtenis
van de eerste rang maken." En inderdaad
de opvoering door de St. A.R.T. onder de
bekwame regie van Albert van Dalsum,
heeft deze suggestieve voorbeschouwing
grootendeels gerechtvaardigd.
Onmiddellijk bij de aanvang reeds was 't
de robuste gestalte van de Gijsbrecht, in
de persoon van Albert van Dalsum, wiens
stem helaas in, niet al te goede conditie
verkeerde, die oi.s door 'n sterk, beheerscht
en strak gehouden spel, in 't fiere en dap
pere krijgsleven plaatste. Heel het stuk
door wist hij zijn rol meesterlijk te vertol
ken. Stil verheugd denkt hij aan de onver
wachte aftocht van de belegeraars, tot Wil-
librord, de goede, vrome Karthuizerabt,
met zijn monniken, die vreugde komt dee-
len. Het volgende oogenblik verschijnt Vos
meer. de spie. Ben Groemier weet deze
valsche huichelaarsrol voortreffelijk te spe
len. De laffe intriges, die hij na zijn vrij
lating begaat, ziet Gijsbrechts vrouw ver
volgens in een droom reeds passeeren. Ba-
deloch is 'n edele vrouw, bezield met 'n in
tense liefde voor haar man. Helaas was
Loudi Nijhoff's vertolking geenszins bevre
digend. Althans haar declamatie en dictie
waren onnatuurlijk en stootend. Vooraf in
de afscheids-scène viel zij geheel uit den
toon'. Jacques Snoek, die als broer Peter,
deken van Amsterdam, het eerst met het
bericht van de geheime overval tot Gijs
brecht komt, speelde zijn rol loffelijk, of
schoon niet altijd even waardig en be
heerscht.
De Kerstnachtviering van Gozewijn van
Aemstel, bisschop van Utrecht, met de Kla-
rissen, voldeed uit artistiek oogpunt niet;
beter was Paul Huf in zijn ontmoeting met
Gijsbrecht.
Een prachtige, vlotte rol speelde Frits,
van Dijk als Arend van Aemstel, wiens
sterven in de handen van zijn broer, wel
de meest kunstvolle scène bood.
'n Eveneens uitstekende rol vertolkte
Louis Saalborn, èn als Willibrord èn als
bode.
Van de reien, die jammer genoeg wegens
plaatsgebrek voor het doel plaats hadden,
was Willy Haak, in „O Kerstnacht", door
haar teere, fijn genuanceerde en beheersch-
te declamatie verreweg de beste.
Ongetwijfeld droeg deze opvoering als
geheel 'n artistiek hoogstaand karakter.
K. O. mag dan ook met recht hooge ver
wachtingen stellen in belangstelling voor
'n eventueele reprise van dit imposante
Vondelwerk, door de St. A.R.T. Moge de
vervallen schoolvoorstelling in ieder geval
doorgang vinden! J. v. d. L.
Tweede Toonkunstconcert. Op het
tweede concert van de Maatschappij voor
Toonkunst op Maandag 27 Januari a-s. in
de Stadsgehoorzaal, zullen de beroemde
zanger Pierre Bernac en de Componist
pianist Francis Poulenc werken ten gehoo-
re brengen van Gréty, Pierné, Fauré, De
bussy, Poulenc.
K.A.J. „St. Petrus". A.s. Woensdag-
de tropen.
Voor zijn vertrek had een A.N.P.-verslag-
gever nog gelegenheid •-'en heer jPosthu-
ma eenige vragen te stellen.
Bent u optimistisch ten aanzien van
het tot stand komen van een accoord?
Al ziet het er naar uit, dat er voor-
loopig wel eenige s'aenatie zal zijn, geloof
ik toch wel, dat uiteindeh;k een overeen
komst zal worden geteekend.
Zult u deze overeenkomst mede on
derteekenen?
Ik ben econoom en zou bovendien een
eigenaardige figuur zijn om te teskenen nu
de Kamerdebatten teneinde zijn.
Is u al iets bekend over de benoe
ming van een vijfde lid?
Een naam kan ik u uiteraard niet me-
dedeelen, doch men hooot nog steeds een
vijfden man te vinden. Het schijnt echter
nogal lastig te zijn....
Heeft u nog een bijzondere op
dracht?
Ik kan u mededeelcn, dat ik naar In
dië vertrek met enkele „zeer voorloopwe
nieuwe aanwijzingen" voor de Commissie-
Generaal. Over de red ivoeringen van ge
neraal Soedirman wenschte de heer Posthu
ma zich niet uit te laten.
„Zoodra ik in Indië aankom aldus
prof. Posthuma „zal ik beschouwd'wor
den als lid van de Commissie-Generaal". Ik
twijfel er niet aan. dat ik als gelijkgerech
tigd liJ van de Commissie-Generaal met
de overige leden een prettige samenwer
king zal hebben. De regesring heeft het als
een behoefte gevoeld, het economisch ele
ment in te schakelen en ik kan u zeggen:
de Commissie-Generaal is tevreden, dat
dit thans is geschied. Economie is nu een
maal onverbrekelijk verbonden met staat
kunde. Daar werkelijk concrete proble
men niet direct voor den boeg staan, zal
het mij mogelijk ziin den eersten tijd van
mijn .véblijf in Indië te gebruiken om mij
te oriënteeren en contacten op te nemen.
De heer Posthuma zeide, dat het niet on
mogelijk is. dat hij of een ander lid van de
Commissie-Generaal over vier of vijf we
ken weer naar Nederland zal komen om
over verschillende vraagstukken met de
regeering overleg te plegen.
„Wanneer een overeenkomst uiteindelijk
zal worden geteekend aldus besloot de
heer Posthuma kan ik u natuurlijk niet
-eggen. Dit hangt af van vele factoren en
vooral van de Indonesiërs."
PROTESTSTAKINGEN AAN DE
GROENTEVELINGEN
Als protest legen de door de regeering
vastgestelde maximumprijzen voor winter
groente, zijn de groenteveilingen te War-
merhuizen en Noord Scharwoude gisteren
in staking gegaan, ook vandaag ging deze
staking door. Vanmiddag zullen de bestu
ren van de Langendijker Groentecentrale,
de Noorder Marktbond, en de Centiale Vei-
lingvereeniging Warmenhuizen en Omstre
ken vergaderen teneinde hun houding na
der te bepalen. Het bestuur van de provin
ciale commissie voor de veilingen in Noord
Holland, heeft in verband hiermede gister
middag eveneens vergaderd en besloten om
mochten de maximumprijzen gehand
haafd blijven bij de regeering aan te
dringen op verhooging van den prijs voor
roode kool met f 0,05 per kg. De vereeni-
ging „De Koophandel" besprak eveneens
de maximumprijzen en besloot te trachten
bij de regeering gedaan te krijgen, dat ook
de veilingsprijzen worden gelimiteerd,
zulks uit vrees, dat anders de winstmarge
voor den kleinhandel te gering zou worden.
Van meSt en mist' op weg naar i avond 8 uur bijeenkomst in het Don Bosco-
Huis, Rapenburg 52. Allen gelieven op tijd
aanwezig te zijn en weer de verschillende
j spelen mede te nemen, daar wij de com
petitie van vorige week zullen gaan voort
zetten, gedurende een gedeelte van den
avond.
Bevorderd is met ingang van 1 Oct.
1945 tot commies-secretaris de heer P. C.
Hollewijn, chef de bureau inspr. der Dir.
Bel. te Leiden, 2e afd.
HILLEGOM
TRAM BOTSING.
Drie licht-gewonden.
Hedenmorgen te nalf 8 heeft een tram
botsing plaats gehad op de wissel aan de
Oosteinderbrug. Een uit Leiden komende
tram stond op wissel, terwijl de conduc
teur aan 't telefoneeren was wegens het
niet werken van de seinlichten. Het stads
trammere, dat een dienst onderhoudt tus-
schen Hillegom en Haarlem, reed er boven
op. De paniek was groot; vele gebroken
ruiten, doch gelukkig bleek niemand ern
stig gewond. Een conducteur en twee pas
sagiers liepen scherfwonden op, welke door
ijlings ontboden geneesheeren werden ver
bonden. Het tramverkeer was echter gerui-
men tijd in het ongereede.
Auto-ongeluk. Op de Pastoorslaan
botste een motorrijder tegen een vracht
auto, waardoor deze en gecompliceerde
beenbreuk en een oogwond bekwam. Het
slachtoffer is naar de Mariastichting te
Haarlem overgebracht.
DE KAAG
V.V.V. „De Kaag". Zaterdag 1.1. hield
de V.V.V. De Kaag alhier haar jaarverga
dering in het Ver.Geb. aan den Buiten
kaag. Omstreeks 8 uur opende bij afwe
zigheid van den Voorzitter, den heer v.
Nieuwkoop, de tweede voorzitter, de heer
Th. Zwetsloot, de vergadering en dankte
de aanwezigen vooi hun trouwe opkomst.
Het verslag van den penningmeester werd
zonder meer goedgekeurd, waarna men
overging tot de bestuursverkiezing. De
voorz. en penningm. waren aftredend en
werden herkozen. Zooals ook bij de vo
rige vergadering werd ook nu een kas-
commissie gekozen. Bij de rondvraag,
waarvan dankbaar gebruik werd gemaakt
kwamen eenige punten naar voren die
bij de eerstvolgende bestuursvergadering
onder de loupe zullen worden genomen.
Na het sluiten van de ror.^ Taag bracht
een Amsterdamsch gezelschap een feest-
orogramma naar voren, o.l.v. den heer J.
Koster, een bekend zanger. die eenige
keeren voor de radio ootrad Het pro
gramma was goed gerangschikt en meni«e
lach vulde de zaal. Aan het eind van de
plechtigheid sprak de voorzitter den
wensch uit, dat het ledental het volgend
jaar weer met een flink aantal zal zijn
aangegroeid, en sorak woorden van dank
tot het Amsterdamsch gezelschap dat
dezen avond zoo goed had verzorgd.
ZOETERMEER
FabrieksongeJuk. Vrijdagmiddag heeft
in de Nutricia" -fabriek alhier een ernstig
onge'uk plaats gehad. Toen de 17-jarige L.
van E. uit Rotterdam bezig was een mo
tor boven een tank, waarin zich eiwit van
85 gr. C. bevond, te smeren, gleed waar
schijnlijk het deksel waarop hij stond weg
met het noodlottig gevolg, dat L. van E.
in de tank viel Tot overmaat van ramp.
werd juist weer eiwit in de tank bijge
stort. Aanvankelijk ontdekte men het on
geluk niet wegens het lawaai, wat nu een-
maaj altijd in een fabriek heerscht, maar
tens'otte werd men door het gillen van het
slachtoffer er opmerkzaam op gemaakt.
Met twee man heeft men hem er toen uit
getild. Onmiddellijk werd dr. Palthe ge
waarschuwd. die moest constateeren dat
net slachtoffer zeer ernstig verbrand was
over een groot gedeelte van het lichaam.
Men heeft hem in uiterst zorgwekkenden
toestand naar een ziekenhuis te Rottei'dam
vervoerd.
Raad van
afscheid
Arbeid neemt
Mr. S. Mok
van
In een hedenmorgen in de Kleine Stads-
zaal gehouden buitengev/one vergadering
van den Raad van Arbeid te Leiden heeft
de installatie plaats gehad van den nieu
wen voorzitter, den heer mr. D. J. Gorter.
Behalves de raadsleden en plaatsvervan
gende leden waren hierbij o.m. tegenwoor
dig' mr. H. Bij cveld, voorzitter Rijksver
zekeringsbank, de Burgemeester van Lei
den jhr. mr, F. H. van Kinschot, M. J.
Harts en mr. G. Snoeck Henkemans, voorz.
en secr. der Ver. v. Raden van Arbeid, mr.
A. C. M. van de Ven, chef van de afd. Soc.
Verzekering Dep van Soc. Zaken, H. Ha-
zc'.hoff, Dir. Gcw. Arbeidsbureau mr. P.
A. van Toorenburg, secr. Armenraad, dr.
S. Rozemond. Dir. Gem. Dienst van Maat
schappelijk Hulpbetoon en vertegenwoor
digers Ambtenaren Organisaties enz.
Zij allen met den heer en mevr. Gorter
werden door den heer S. Mok, aftredend
voorzitter, welkom geheeten.
Hierna werd door den heer J. M. Hoek
stra. chef de bureau voorlezing gedaan van
de betreffende besluiten van H. M. de Ko
ningin en den minister van Soc. Zaken.
Eerste woordvoerder was de afgetreden
voorzitter, mr. S. Mok, die in gedachten
terugging naar de eerste kennismaking met
den raad. hij dacht aan de raadsvergade
ringen die eiken keer opnieuw een ge
noegen waren. Spr. betreurde het zeer, dat
de heer Ter Haar. een der nieuwste leden,
dezen dag niet meer mocht beleven. Een
bijzonder woord van dank richttes spr. tot
bet oudste raadslid in jaren, den heer v.
Hoew. Vervolgens memoreerde sp". den
iOden Mei 1940 en de zware jaren, die er
op volgden en memoreerde den heer Ver-
wev dien hij hie" noode mist.
Spr. zeide ongaarne uit Leiden weg te
gaan: een vergelijking met zijn nieuwe
standplaats valt ten gunste van Leiden uit.
Niet om zichzelf een pluim op den hoed te
steken maar om het amb'enarencorps te
kenmerken, dat uitmunt door ijver, toe-
wüding en kennis-
Spr. achtte het een voorrecht zijn func
tie te mogen overdragen aan mr. Gorter,
die door zijn opleiding als Leidsch jurist,
zijn werk bij de vakbeweging en bij ver
schillende afdeelingen van het Min. van
„St. Franciscusstram" (Hartebrug).
Zaterdagavond jl. werden de Voortrekkers
van bovengenoemde stam verrast door bet
oinnenkomen van Pastoor Smitz, (broer
van onzen Pastoor), die eenige dagen ge
leden uit Frankrijk naar Nederland is ge
komen. Na plaats genomen te hebben in
de Aalmoezenierszetel, vertelde hij over
de huidige situatie in Frankrijk.
De toren van zijn kerk staat op invallen,
daarom heeft het gemeentebestuur beslo
ten ze te sluiten. (De kerk is nl. eigendom
van de Gemeente). Het Misoffer wordt nu
opgedragen in de eetkamer, die helaas groot
genoeg is voor de kerkbezoekers.
Na zoo het een en ander gezegd te heb
ben, begon de Pactoor te praten over de
komende were'diamboree. Hij wist daar
over veel te ver,el"en, want nabij de plaats,
waar deze gehouden wordt, is zijn paro
chie gelegen. Hij beloofde voor de St.
Franciecuestam een kampterrein te zullen
opzoeken en wei op een he1 ling links van
de Seine, zoodat wij het Jamboree-terrein,
dat rechts van de Seine ligt, geheel kun
nen overzien. Vervolgens ontstond er een
vraaggesprek. ,.En hoe staat het met de
francs, jongelui" ..Ja, Pastoor, we wer
ken hard om het benoodigde geld bijeen
te krijgen. Op 3, 6. 11 en 13 Febr. a.s. voe
ren wij het tooneeltsuk De Normandis"he
Haan" op." Jullie kennen toch het Wil
helmus, want natuurlijk zullen juPie het
moeten z'ngen". „Ja Pastoor, we zullen
zoreen, dat we tegen dien tijd alle cou
pletten kennen'' En vergeet vooral niet
het Fransche Volkslied te leeren". ..Da me
lodie is reeds bekend en de woorden lee
ren we ook nog wel."
Na ons vergast te hebben op een rondje
sigaretten, nam de Pastoor afscheid en hij
drukte den wencch uit ons van den zomer
weer te zien.
..Pastoor wij komen. Onze parochianen
rullen zeker medewerken".
Pa"ochianen. hoe u kunt medewerken?
V/el heel eenvoudig U kooot een toegangs
bewijs voor De Normandische Haan". U
heeft een gezellige avond cn wij gaan naar
cte Jamboree.
Kaarten verkrijgbaar 's avonds van 6.30
tot 7.30 uur, Mare 45 (stamhut).
„St. Franciscusstam".
E*IGENLIJK IS ER VERLEDEN JAAR in breeder kring te weinig aandacht besteed
1-1 aan het feit, dat de R.K. Gemengde Zangvereeniging „St. Gregorius" haar 25-jarig
bestaan herdacht. Voor een Katholieke Zangvereeniging is dit immers een leeftijd,
waarop de meesten in Ncderland-boven-de-rivieren reeds lang ter ziele zijn. Voegen
we hierbij het feit, dat de in deze streek zoo bekende dirigent Willem Mizée uit Oegst-
geest vorig jaar zijn 20-jarig dirigenten-jubileum bij deze vereeniging vierde, dan
komen we iets nader tot de verklaring van de welhaast euvelen moed en het
„stoute" initiatief van het bestuur om, met volledige bezetting van alle solo- zoowel
als koorpartijen en met begeleiding van het bekende Amsterdamsche Stedelijke Po-
litie-muziekcorps de uitvoering op zich te nemen van de groote Fransche opéra-co-
mique van Robert Planquet: Les cloches de Corneville. De klokken van Corneville.
Groo'sche opéra-comique
in vo'bn luister
Voor het voetlicht van onze Stadsschouw
burgen worden vandaag-de-dag óók ope
rettes gebracht, meestal door beroepsgezel
schappen, en het kan haast niet anders of
er wordt vanwege het beperkte aantal per
sonen, dat een dergelijk gezelschap telt en
vanwege de groote ensceneeringskosten, die
een dergelijke opvoering nu eenmaal ver
gezellen, in den oorspronkelijken tekst „ge
snoeid" en veranderd. De operette wordt
aan het gezelschap aangepast! Verliest een
groote operette hierdoor aan karakter en
sfeer, nog zwaarder weegt dit verlies, door
dat vele zangpartijen achterwege blijven,
wijl de koren hiervoor ontbreken. Boven
dien wordt de keuze van deze beroepsge
zelschappen bijna altijd bepaald door de
smaak van het publiek, omdat men om
wille van den broode de zekerheid van een
batige recette verkiest boven de mogelijk
heid om in artistiek opzicht nieuwe suces-
sen aan het repertoire toe te voegen.
DE DUURSTE OPERETTE.
Op zich beschouwd is het dus al een groo
te verdienste wanneer een bepaald gezel
schap besluit om nu eens niet een verkorte
operette op te voeren, doch deze in zijn
geheel ten tooneele te brengen. De verdien
ste wordt echter nog grooter, indien dat
besluit tevens inhoudt om nu eens niet te
kiezen uit het „gewilde" repertoire doch
in artistiek opzicht een van de beste (en
daarom een van de moeilijkste) zoo niet dé
beste te nemen, die er is. Les cloches de
Corneville is een opéra-comique van de
eerste orde, ze is de grootste in enscenee-
ring, de weelderigste in kleedij, de duurste
in uitvoering. Ze is, zooals een vakman het
in een vraaggesprek uitdrukte, dat een on
zer redacteuren met hem hield, een operet
te, waaraan beroepgezelschappen niet be
ginnen vanwege de kosten en de zware
eischen en waaraan operette-gezelschap
pen eerst durven beginnen, als ze een koor
hebben, dat door jarenlange studie en oefe
ning in staat is om deze muziek te zingen".
Hec uitvoeren van Les cloches de Corneville
wordt daarom beschouwd als een onderne
ming van belang en van de eerste grootte.
KATHOLIEKE CULTUUR.
Het is daaro.i verheugend, dat het be
stuur van een katholieke zangvereeniging
dit initiatief heeft durven nemen. Onder
de eminente leiding van Willem Mizée heeft
St. Gregorius ich in de voorbije jaren op
gewerkt tot de Eere-afdeeling van den
Zuid-Hollandschen Bond van Zangvereeni-
gingen. Het is een bekend feit. dat de lief
de voor de zang en het beoefenen van de
zangkunst in breede kring bij onze Pro-
testantsche broeders steviger verankerd is,
dan bij ons katholieken (het Zuide- uitge
zonderd). Naar de regisseur, de heer Brum-
melcamp uit Amsterdam, ons mededeelde,
is de operette „De klokken van Corneville"
verleden jaar in Valkenburg 150 maal ach
tereen met succes opgevoerd. In Noord-Ne
derland was hem geen opvoering bekend.
Voor zoover hij kon overzien, zijn er geen
andere katholieke gezelschappen, die deze
operette in studie hebben. De beteekenis
van deze opvoering blijft dus niet beperkt
tot een plaatselijke aangelegenheid, doch
verheft zich door zijn bijzondere grootte tot
het niveau van gebeurtenissen, die voor een
veel grootere kring spreken.
MUZIKALE WAARDE.
In muzikaal opzicht leverde Robert Plan
quet in deze operette wellicht zijn beste
prestatie. Het is, zooals de heer Mizeé het
uitdrukte, een prachtige partituur. Deze
zwier, deze charme, zoo geestig, zoo spran
kelend van humor en in leven maken het
voor mij moeilijk om te beslissen tusschen
Strauss en Planquet. Hoewel ik Strauss nog
steeds als de „Koning der Operette" be
schouw, kan ik toch wel zeggen, dat Plan
quet in dit genre op de zelfde hoogte staat
als de grootste der klassieken by de klas
sieke muziek. Wij hoorden e:i zagen hoeveel
moeite en inspanning directeur, (bijgestaan
door den heer T. Kranenburg als repetitor)
regisseur en leden zich getroosten óm deze
opvoering, welke op 2 en 3 Febr. in de
Hobaho te Lisse plaats vindt, van hun kant
ee*. succes te doen zijn.
Sociale Zaken een waarborg biedt, dat hij
in de sfeer van het werk allerminst een
vreemde^is. Spr. schetste voorts zijn men-
schelijkheid en rechtvaardigheid als opper-
zuiveraar van het Departement.
Spr. vertrouwde ten slotte hem te mo
gen begroeten als medes.rijder van recht
vaardige uitvoering der sociale verzeke
ring en hij houdt hem voor, wat spr. in
1938, bij de aanvaarding van zijn ambt, zei
de: dat de wet onze hoogste chef is. Hij
bedoelde daarmede niet de letterlijke tekst
van de wet, maar het recht, dat elke wet
eerst doet leven. Indien mr. Gorter dit ter
harte zou nemen, dan moge ook eenmaal
aan hem in vervulling gaan het woord, dat
hij zich kan beroemen niet op zijn wijs
heid, noch op zijn sterkte, maar, omdat hij
recht en gerech.igheid doet.
Hiermede verklaarde spr. den heer Gor
ter geïnstalleerd.
Mr. Gorter dankte hierna allereerst
voor de hem verleende benoeming. Daar
na dankte hij den heer Mok voor zijn
vriendelijke woorden. Spr. besefte, dat het
voor hem geen gemakkelijke taak was deze
functie te aanvaarden als opvolger van mr.
Mok, met wien hij gelukkig contact zal
kunnen behouden.
Spr. weidde vervolgens in een uitvoerige
rede uit over de taak van den Raad van
Arbeid en de sociale verzekering met heel
de wetgeving, welke daarmede annex is,
beginnend met het eerste ontwerp-onge-
vallenwet in 1901.
Hij wees er voorts op, dat de woorden
van hulde van den heer Mok aan het per
soneel gebracht, hem het beste vertrouwen
geeft voor de samenwerking met het per
soneel in de toekomst.
Hij verheugde er zich over geroepen te
zijn naar Leiden met zijn universiteit, die
in den bezettingstijd zulk een eminent
voorbeeld van de vrijheid gaf en waarvan
spr. vooral in de laatste jaren mei blijd
schap heeft mogen zeggen, dat hij student
van Leiden was.
Hierna spraK de heer mr. H, Bijleveld,
voorz. der Rijksverzekeringsbank, die den
heer Goiter met hartelijke woorden be
groette, vooral omdat zijn verleden ver
trouwen inboezemt. Spr. hoopte, dat hij
in dezen arbeid, weike hij met enthou
siasme aanvaardt, volledige bevrediging
zal vinden.
De heer ir. J. J. G. van Hoek, oudste
lid van den R. v. A., getuigde van de
groote erkentelijkheid voor het voortref
felijke werk van den heer Mok als voor
zitter van den R. v. A.. wiens vertrek hij
betreurde. Spr. hoopte, dat de heer Gorter
op dezelfde wijze het werk van zijn voor
ganger zal mogen doen.
De heer M. J. Harts, voorz. van de Ver.
van Raden van Arbeid, sprak hierna een
woord van welkom tot den heer Gorter.
Hij wees daarbij op het autonome karak
ter van den R. v A., hetwelk zich alleen
verdraagt als een binding is.
De burgemeester van Leiden, jhr. mr.
F. H. v. Kinschot wees op de belangrijke
organisatie van den R, v. A. Hij wees op
de bijzonder prettige samenwerking tus
schen het gemeentebestuur en den R. v. A.
en hij dankt den heer Mok voor hetgeen
hij als voorz. van den R. v. A. voor Leiden
heeft gedaan. Hij verwelkomde voorts mr.
Gorter en hoopt, dat hij zich hier spoedig
thuis mocht gevoelen.
Vervolgens .werd nog het woord gevoerd
door den heer mr. A. C. M. van de Ven,
chef van de afd. Sociale Verzekering van
het Dep. van Sociale Zaken en den heer
J. M. Hoekstra, chef de bureau van den
Raad van Arbeid hier ter stede. Deze
sprak hartelijke woorden van afscheid tot
den heer Mok, met lof en waardeering
sprekend over zijn geheele optreden. Uit
erkentelijkheid daarvoor bood spr. den
heer Mok een blijvend stoffelijk aanden
ken aan, onder bijvoeding van een album
met de namen der schenkers.
Tenslotte wenschte hij mr. Gorter geluk
met zijn benoeming en verwelkomde op
hartelijke wijze als hun nieuwen chef.
Met een slotwoord van de heeren Mok
en Gorter werd de bijeenkomst gesloten.
Gistermiddag heeft mr. D. J. Gorter, re
ferendaris aan het departement van So
ciale Zaken, afscheid van het departement
genomen. In de bibliotheek van het depar
tement waren hoofdambtenaren en ambte
naren van het ministerie van Sociale Za
ken bijeen. Ook merkten wij op mr. A. L.
Scholten, oud-secr.-generaal van Sociale
Zaken. Verschillende sprekers voerden het
woord.
De historische ontwikkeling van Jerusa
lem. Voor de Leidsche afdeeling van
„Ex Oriente Lux" sprak Pater Simons S J„
over vorm en uitgestrektheid van Jerusa-
lem. Uitgaande van de beschrijving van
Flavius Josephus, maar steunend op het
geen bewaard bleef en de archaelogische
vondsten, gaf hij ons het beeld hoe uit de
kleine stad, gelegen op den oostelijken heu
vel, z.ich langzaam een grootere nederzet
ting vormde. Ten Westen ligt een andere
heuvel bijna dertig maal zoo groot, en er
van gescheiden door het Kaasmakersdal,
tegenwordig il-Wad geheten. De afmeting
der kleine oostelijke nederzetting klopt
met wat wij weten van de oudste steden in
Kanaan. Het was de stad die David op de
Jeboesieten veroverde. Zij bezit twee bron
nen, terwijl de westelijke uitbreiding er
geen enkele bezit; het is niet zeker, wan
neer dit laatste gedeelte bij de s'ad is ge
trokken, waarshchijn'ijk gebeurde dit on
der Salomon. Opgravingen die gedurende
den oorlog op de huidige Citafel werden
gedaan, hebben echter vaatwerk aan het
licht gebracht, dat uit ongeveer 800 v.
Chr. dateert.
Dit Jerusalem was aan drie kanten door
dalen omgeven .Hinnom- en Cedrondal)
maar niet aan de noordelijke zijde, waar
het aansloot bij de hoogvlakte. Het ver
loop van den noordelijken muur in de ver
schillende tijdperken werd uitvoerig be
sproken. Dit probleem is zeer moeilijk, en
wordt en werd vaak vertroebeld door het
volgende feit: indien deze muur loopt ten
Westen van de kerk van hél Heilig Graf,
is het dus niet mogelijk, dat wij hier met
Golgotha te doen hebben, daar wij weten,
dat Christus buiten de stad is gekruisigd.
Hoewel op dit punt nog absoluut geen af
doende vondsten zijn gedaan, wees spreker
er op, dat de huidige meening veel voor
zichtiger is dan een 19de-eeuwsche, en er
goede gronden zijn aan te voeren, dat de
muur in Christus tijd ten Oosten van deze
kerk heeft geloopen.