zij dïTvielen 100 (aar St. Vincentiusverèeniging RADIO Vit de gxeep, aan Mitleiin handen dei communisten HET WINNEN van den vrede is moei lijker dan het winnen van een oorlog. Wij hebben in de afgeloopen decenniën genoeg ervaring daarvan opgedaan, om van de waarheid van deze uitspraak door drongen te zijn. De strijd tegen een ge- meenschappelijken vijand bindt de bondge- nooten.ran elkaar en schept een eenheid, welke 'echter terstond uiteenvalt, als de gemeenschappelijke vijand is verslagen. Wij zien het thans weer. In een prachtig volgehouden élan hebben Rusland, en de Westersche geallieerden het Duitsche ge vaar bezworen, zij hebben afspraken ge maakt en plechtig bezworen hoe zij met den afgemaakten vijand zouden handelen; doch nauwelijks is de oorlog voorbij, of het gekibbel begint. Tusschen de opvattingen van Rusland eenerzijds en de Westersche geallieerden anderzijds openbaart zich een zoo groot verschil, dat de daardoor ontstane span ningen onrustbarende afmetingen aanne men. Eén van de oorzaken dezer, spanning is het probleem van de politieke en eco nomische eenheid van het na-oorlogsche Duitschland. Ofschoon daarover te Pots dam bindende afspraken zijn gemaakt, is men nog altijd niet tot overeenstemming kunnen komen, dank zij de hardnekkige obstructie van de Russen. Teneinde den ring van Russische obstructie te doorbre ken, heeft de Amerikaansche minister van buitenlandsche zaken, Byrnes, een bezoek aan Duitschland gebracht; h" heeft daar een aantal opbouwproblemen van nabij onderzocht en te Stuttgart een rede uitge sproken, welke men te Washington ziet als een scherpe en z .r ernstige veroordeeling van de Russische bezettingspolitiek in Duitschland. BYRNES wees er bijv. op, dat de uitvoe ring van de besluiten van Potsdam be moeilijkt wordt door het feit, dat de ge allieerde bestuursraad er niet in geslaagd is. van Duitschland een economische een heid te maken. Centrale Duitsche bestuurs departementen zijn niet gevormd, hoewel dit volgens de overeenkomst van Potsdam had behooren te gebeuren. Ook een in evenwicht gebrachte economie voor ge heel Duitschland is uitgebleven. Te Potsdam heeft men gemeend, dat de zones tenslotte uitsluitend gebieden zou den zijn, die uit overwegingen van veilig heid door de strijdkrachten van bepaalde mogendheden worden bezet. Dezen weg wenscht de regeering der V. S. consequent te bewandelen. Zij heeft officieel te kennen gegeven, dat zij de Amerikaansche zóne in economischen zin wil vereenigen met elke zóne, die wil samenwerken. Tot dusver heeft slechts Engeland mede werking toegezegd; maar de Amerikaan sche regeering verlangt niemand uit te sluiten. De V. S. willen het voor Duitschland niet erger maken, dan het al is. Vervolgens waarschuwde Byrnes voor het gevaar van inflatie, welke volgens hem zonder een verstandige, voor geheel Duitschland geldende financieele politiek niet te verhinderen zou zy'n. Terwijl Duitschland steenkool- en staal- voorraden moet deelen met bevrijde lan den, moet het in staat gesteld worden om zijn intellect en energie aan te wenden tot verhooging van de industrieele productie en een zoo effectief mogelijk gebruik van zijn grondstoffen te organiseeren. Aan Duitschland moet de kans gegeven wor den om goederen te exporteeren, teneinde genoeg te kunnen invoeren om economisch zichzelf te kunnen bedruipen. Duitsch land is een deel van Europa en de herle ving van Europa zal inderdaad langzaam gaan, wanneer Duitschland, met zijn groo- te reserves aan steenkool en staal, tot een armenhuis gemaakt zou worden. Naar het inzicht van de Amerikaansche regeering behooren de geallieerden thans onverwijld aan het Duitsche volk de es- sentieele voorwaarden ^duidelijk te maken van het vredesverdrag, waarvan zy ver wachten. dat het Duitsche volk het zal aanvaarden en naleven. Naar onze mee ning, aldus Byrnes, moet thans aan het Duitsche volk worden toegestaan en hulp worden verleend tot de noodige voorbe reidingen voor het vestigen van een de mocratische Duitsche regeering, welke deze voorwaarden zal kunhen aanvaarden en naleven. De geallieerde bezettingstroepen, aldus ging Byrnes verder, behooren beperkt te worden tot een aantal, dat voldoende is om toe te zien op naleving van de regelen, volgens welke de Duitsche democratie zichzelf kan besturen. „Waarschijnlijk zullen nog gedurende langen tijd „veiligheidstroepen" in Duitsch land moeten blijven. Ik wensch niet mis verstaan te worden. Wij zullen ons niet aan onze plicht onttrekken. Wij trekken ons niet terug. Zoolang als er een bezet tingsmacht voor Duitrchland noodig zal zijn, zal het leger van de Vereenigde Sta ten van die bezettingsmacht deel uitma ken". Byrnes zeide verder: Ofschoon wij er op staan,, dat Duitschland de beginselen van vrede en goede nabuurschap en mensche- lijkheid in acht zal nemen, wenschen wij niet, dat Duitschland de satelliet worde van éenige mogendheid of groep van mo gendheden of dat het kom't te staan onder buitenlandsche of binnenlandsche dicta tuur. Het Amerikaansche volk wenscht een vreedzaam en democratisch Duitschland vrij en onafhankelijk te zien worden en blijven. Thans is de tijd gekomen om de grenzen van het nieuwe Duitschland vast te stellen. DEZE REDE van Byrnes wordt algemeen beschouwd als de belangrijkste poli tieke gebeurtenis van den laatsten tijd. Zij vormt een tegenzet tegen den aanval van Molotof, op 10 Augustus in de Parijsche Vredesconferentie op de Ver. Staten. Zoo als gebruikelijk richtte Byrnes zijn woor den over de hoofden van zijn toehoorders heen. Rusland krijgt een veeg uit de pan, maar ook Frankrijk kTijgt een ondubbel zinnig antwoord op zijn aspiraties tot per manente afscheiding van het Ruhrgebied. Amerika zal die plannen niet steunen. De Franschen zijn dan ook teleurgesteld en 'eggen, dat Byrnes thans ook een poging Heeft gedaan om populair te worden bij de Duitschers, zulks in concurrentie met Molotof. 1846 WAS HET JAAR, dat de oprichting zag der eerste „conferentie" te Leiden op 9 Augustus. De eigenlijke stichter der Sint Vincentiusverèeniging was een Fransch- man, Frederique Ozanam- Hij was literatuur historicus en doceerde buitenlandsche literatuur aan de Sorbonne te Parijs. Een man van ontwikkeling en stand, een nobel en onbaatzuchtig karakter, een vurig katholiek en een apologetische geest. Hij heeft heel wat werken op zijn naam staan als de vrucht van veel zorgvuldige arbeid. Zijn hoofdwerk is zijn boek over Dante en de philosofie van de XlIIe eeuw. waar het op aan komt, en als alle chari- Handelen vanuit de liefde tot Christus Deze professor, die actief deelnam aan het leven van zijn studenten, die hen be-% halve wetenschap en kennis, vóór alles zijn van godsliefde doordrongen geest mee. gaf, vereenigde een achttal studenten rond om i zich om door werken van allerlei lief dadigheid de eigen heiliging te bevorderen. Vandaar dat in iedere bijeenkomst der Vincentianen een geestelijke lezing wordt gehouden als één der middelen tot dit doel. Natuurlijk kon dit hier en daar wel eens verfrisoht worden, doordat men niet altijd het handboek, dat wel wat archaïsche stijl vertoont, als bron van deze lezing neemt. Maar het princiep wijst op de bovenna tuurlijke grondslag en zelfs de stof, die de sleur er mogelijkerwijze op kan brengen, neemt de waarde niet weg. Vanuit Frankrijk heeft het werk van Ozanam, dat gesteld was onder het pa tronage van Sint Vincentius en naar diens richtlijnen wilde werken, zich verbreid' over geheel de wereld en telt thans ver en ver over de 6000 „conferenties". Alleen mannen kunnen hiervan lid zijn, al moet worden opgemerkt, dat de Duitschers, die in alles abnormaal op het: „Bei uns aberook hier afwijkingen vertoon den, doordat zij o.a. in het bisdom Breslau „conferenties'^ hadden gevormd van vrou wen en meisjes. Misschien dat er nog wel eens een ge denkboek uitkomt ter gelegenheid van dit Nederlandsche Eeuwfeest, en daarin zal dan een eenvoudige opsomming komen van al de werken, die werden op sta£>el gezet, en ook wat lang niet van alle goede plannen kan worden gezegd te. water werden gelaten, en nog hun koers trast en veilig kiezen doorheen het woelige leven. Verzorging der armen in hun geestelij ken en tij del ij ken nood. Kinderbescherming met alle aspecten van dien. Verschaffing van lectuur, enz. enz. Apostolische arbeid om heele gezinnen terug te voeren naar God en te verzoenen met de Kerk. Dit alles om daardoor zichzelf te heili gen. Om God's genade te verwerven en door het beoefenen der liefdadigheid de eigen deugd te bescherm en- Het alles beheerschende karakter van den arbeid en het werk door de „heeren van Vincentius" gedaan, is vooral het per soonlijk contact d& zij moeten leggen en bewaren met de menschen, met de gezin nen, die zij willen helpen en weer op weg brengen. De armenzorg loopt hier en daar gevaar te „ver-amblenariseeren", hetgeen niet nooi meer is. Men laat de armen soms nog aan een loketje komen. Een briefje, een bon netje. Op een bepaald uur wordt er zit ting gehoudèn en kunnen de menschen, die met him armoede al genoeg te dragen hebben, de last, en de misère er nog eens bij nemen om naar een armmeester te gaan, die alleen op een bepaald zittingsuur aan wezig is! Als dan de vergadering heeft goedge keurd, dat dit of dat gezin in zijn armoe de zal worden geholpen, dangebeurt het zelfs wel eens, dat een dochter of een dochtertje van een der armmeesters even „de centen van het armbestuur" komt bren gen! Ambtenarij in de liefdadigheid zou oor- za^c kunnen worden dat, waar zij de zegen en de dankbaarheid moest oproepen in het hart van hen die geholpen worden, de op standigheid en de haat worden gekweekt „tegen dat rijke rotvolk, dat je een bon netje met een gulden stuurt, en niet eens bij je komt kijken". Gelukkig zijn er velen die in de armen zorg hun taak tactisch en met waarachtig begrip voor armen en armoe vervullen. Maar Nu is het juist het groote onderscheid bij het werk van Ozanam, dat daar op het persoonlijk contact zooveel nadruk wordt gelegd en dat alle hulp en steun feitelijk gebaseerd moet zijn op persoonlijk bezoek. Niet de armoe moet op het matje ko men en zijn misère meebrengen, maar de „Heeren" moeten zelf gaan kijken en pra ten.' Het handboek der Vincentianen zegt het voor onze nuchtere ooren wel wat eigen aardig, maar het geeft het wezen weer, tatieve instellingen zich aan die paar re gels hielden en deze in practijk brachten, zouden vele misstanden in de armenzorg vanzelf verdwijnen, omdat men dan zou aanvoelen hoe pijnlijk, hoe hard en hoe on gevoelig men dikwijls in zijn armenzorg is! ..Zij gaat daarom" zoo zegt het handboek, „tot den arme, niet alleen met eenige aalmoezen, maar zij komt daar vooral met een ziel, die levendig getrof fen is, en waaruit, met de genade van Je zus Christus, zonder moeite eenige van die troostende woorden voortkomen, die ook, en wel de voornaamste, weldaden zijn; zij vestigt bi; den armede overtui ging, dat men meer doet dan hem bekla gen, dan hem helpen, dat men hem be mint. Zij bepaalt er zich niet toe, om ter- loops zijn woning binnen te treden; neen, zij zet er zich neder, zij neemt bezit van zijn eenige stoel, en daar aanhoort zij het verhaal der rampen van dien onge lukkige: zij dringt hem zich te ontlasten van zekere geheimen, die hem drukken, zij mengt hare tranen met de zijne, en door kracht van geduld, van hartelijke betrekkingen en verloop van den tijd, doet zij in dat verdori gemoed wederkee- rige vriendschap ontluiken in ruil voor die, welke men hem betoond heeft." H,et klinkt in veramerikaniseerde ooren iet of wat onwerkelijk, deze zinnen, niet waar? Maar.is onze manier van handelen bij armoe en leed niet dikwijls losgeraakt van alle bovennatuurlijke werkelijkheid, zoo dat wij een spreken en handelen vanuit de bovennatuurlijke werkelijkheid als-iets on. werkelijks beschouwen? Zeker, de leden van de Sint Vincentius verèeniging zullen de eersten zijn om te er kennen, dat ook zij de kans beloopen, de zorg voor den arme te zakelijk en te nuch ter te zien, maar een feit is, dat de werk wijze van Sint Vincentius en de regels der „conferenties" een rem zijn op de hel ling naar beneden en een gids, een stuw kracht naar boven. Vandaar, dat men ook veel meer klach ten hoort tegenover armbesturen, dan te genover Vincentius. Niet omdat de eerste minder geeft, maar om de manier, waar op wordt gegeven of niet gegeven en de wijze, waarop met de menschen wordt ge sproken of omgegaan. De Vincentiusverèeniging bestaat thans honderd jaar. Zij ziet terug en ontdekt posten aan cre dit. en debetzijde, maar de balans geeft een gunstig beeld voor de boekhouding Gods, omdat zij er telkens weer in geslaagd is en opnieuw slaagt, om de bovennatuurlijke waarden te realiseeren en in haar bereke ning op te nemen. Wij hopen van harte, dat het bovenna tuurlijk besef de „Heeren van Vincentius" er toe zal brengen het- juiste woord steeds te vinden en het geschikte contact te leg gen, waardoor zij de arme en noodlijden de zijn eigenwaarde laat behouden of hem die teruggeeft, zoodat die arme zich niet vernederd, maar versterkt en opgebeurd weet. Dit laatste is voor de meeste men schen de grootste liefdedaad. H. S. Pater A. J. A. M. Duynstee 12% jaar priester De weleerw. pater A. J. A. M. Duynstee, O.F.M. (pater Salvinus) is 11 Sept. 12 jaar priester, welk jubileum Zondag 15 September z-'l 'orden gevierd Wij hebben het den 'ubilaris niet gevraagd laar wij zijn er zeker an, d t hij zijn feest raag in de courant ermeld ziet! Niet om- lat deze Minderbroe- ler naar eenig eerbe- 'oon zou streven; wie em kent weet wel beter. Maar: omdat 'an door en met hem et St. Franciscus Lief dewerk te Leiden on der aandacht zal worden gebracht en die aandacht zich misschien wel eens bij deze gelegenheid in een tastbaren vorm zou willen uiten. Pater Duynstee is de aalmoezenier van het St. Franciscus Liefdewerk te Leiden. En dat werk heeft heel zijn persoon en heel zijn priesterlijke zorg; het l'igt ook in de lijn van zijn priesterlijk werken van den aanvang af. Reeds kort na zijn pries terwijding ging hij zich wijden aan de jeugd zij 't dan ook een andere jeugd als leeraar aan het Missie-college te Sit- tard; later benoemd tot kapelaan te Gouda werd hij tevens assistent van den hoofd aalmoezenier der Kathol!_-ke verkenners- beweging. Toen is hij aalmoezenier gewor den in het Nederlandsche leger. Bij het uitbreken van den oorlog moest hij die taak neerleggen en was hij eenigen tijd werkzaam in het Kolpingshuis te Den Haag. En daarna kapelaan te Leiden ge worden in Sept. 1942, werd pater Duynstee ook directeur van het St. Franciscus Lief dewerk en sedert Oct. 1945 is hij uitslui tend belast met de zorg voor deze instel ling, die is een noodzakelijk apostolisch werk in onze stad. Noodzakelijk en vrucht baar. Niet minder dan 240 jongens -staan onder de zorg van dit Liefdewerk. Reeds tijdens den oorlog is het St. Franciscus Liefdewerk geleid in de richting van de illegale Verkennerij. Terloops zij even vermeld, dat pater Duynstee in Dec. 1944 met een groep bij een razzia opgepikte jongens is meegereisd naar Duitschland, waar hij tot 't eind van den oorlog met hen is gebleven. Wij vermelden dit terloops: het zegt ons op zichzelf al zooveel over de in tensiteit van zijn toewijding, over zijn priesterschap te midden van zijn jongens. Dat aantal van 240 moet veel en véél grooter worden. Er zijn nog honderden 'jongens, die staan te wachten en.... wier toekomst kan worden bepaald en beslist door het al dan niet lid-zijn van dit Lief dewerk Die ontzaglijke verantwoordelijk heid zijn den aalmoezenier en zijn mede helpers zich sterk bewust. Zij doen alles wat zij kunnen, maar het ontbreekt hun nog steeds aan leiders en leidsters en aan financieele middelen om hun plannen vol ledig ten uitvoer te brengen hun prach tige 'plannen inzake gezinszorg, sociale zorg, medische zorg. Dit Don-Bosco-werk moet in Leiden worden gesteund en gedragen door ons allen! Wij hebben hierop bij deze gelegenheid eens even willen wijzen en besluiten met mede te deelen, dat pater Duynstee Zondag 15 Sept. van 121 uur in het gebouw van het St. Franciscus Liefdewerk, Nieuwe Rijn 52, gelegenheid geeft, voor gelukwen- schen. voor Zondag 8 September. HILVERSUM I (301 M.): 8.tö K.R.O. 9.45 N.C.R.V., 12.15 K.R.O., 17.00 N.C.R.V., 19.45 K.R.O. 8.00 Nieuws. 8.15 Hoogmis. 10.00 Prot. kerkdienst. 12.15 Boekbespr. 12.30 Lunchconcert. (13.00 Nieuws). 13.40 Apologie. 14.00 Orkest. (14.45 Caus.). 15,55 Gram.pl. 16.15 Caus. 16.30 Ziekenlof. 17.00 Prot. kerkdienst. 18.30 Voor de Ned. strijd-,, krachten. 19.00 Gram.pl. 19.15 Bijbel. 19.30 Nieuws en actual. 20.00 Reportage. 20.15 Hoorspel. 21.15 Gram.pl. 22.00 Nieuws. 22.20 Avondgebed. 22.35 Melodians. (22.45 Caus.). 23.15 Gram.pl. HILVERSUM II (415 M.): 8.00 V.A.R.A., 12.00 A.V.R.O., 17.00 V.A.R.A., 18.30 V.P. R.O., 20.00 A.V.R.O. 8.00 Nieuws. 815 Gram. 9.00 Tuinpr, 9.20 Orgel. 10.40 C. Huygens. 11.00 Triangel. 12.00 Gram. 12.40 Koor. 13.00 Nieuws. 13.15 Musette. 13.50 N.S. 14.00 Gram, 14.05 Boekbespr. 14.30 Muziek. 15.15 Filmpraatje. 15.30 Muziek. 16,15 Gram. 16.35 Sport. 17.00 Zang. 17.30 Oome Keesje. 18.00 Nieuws en sport. 18.30 Caus. 19.00 Prot. dienst. 20.15 Orkest. 21.00 Hersen- gymn. 21.30 Vaudeville. 22.10 Hoorspel, voor Maandag 9 September. HILVERSUM I (301 M.): 7.30 B.B.C.- koor. 7.45 Een woord voor den dag. 8.15 Zang en orkest. 9.30 Beethoven. 9.50 Tos- canini speelt. 10.20 Hélène Cals zingt. 10.30 Morgendienst. 11.00 Altviool. 11.15 Boek bespreking. 12.00 Stichtsch salonork. 12.20 Piano en orgel. 13.15 Continental Quintet. 14.00 Causerie voor de vroUw. 14.20 Zang. 15.15 Concert. 16.00 Bijbellezing. 16,45 Brahms. 17.00 Meisjeskoor. 17.30 Cinderel la 19.15 Gr.pl. 20.08 Utr. Sted. ork. 20 50 Lezing. 21.10 Schubert. 21.30 Wandeling door Artis, 22.15 Het actueel geluid. 22.30 The Band of the R.A.F. 22.45 Avondover denking. 23.00 Piano. '.30 Lichte orkest muziek van Mozart. HILVERSUM II (415 M.): 7.30 en 8.15 Gr.pl, 9.00 Mozart-progr. 10.00 Morgenwij ding. 10.20 De regenboog. 11.00 Voordr. 11.35 Gr.pl. 12.00 Eddy Walis. 13.15 Novelty Serenaders. 14.00 Fluit en piano. 14.30 Voor de vrouw. 14.45 Orgelspel. 15.30 Voor de kleuters. 16.30 Voor de jeugd, 17.30 En semble. 18.15 Belg. gr.muziek. 19.30 Viool. Onthulling gedenksteen in het Gymnasium IN MEMORIA AETERNAIn eeuwige gedachtenis zal de herinnering zijn van hen, wier namen in steen gegrift zijn op de gedenkplaat ter eere van de oud-leer lingen van het Leidsche Gymnasium, die hun leven hebben gelaten in de donkere jaren van de bezetting. Gistermiddag is deze gedenksteen, welke is aangebracht in de vestibule van het Gymnasiumgebouw volgens ontwerp van den heer Altorf, met eenige plechtigheid onthuld. Om twee uur kwamen daartoe in de aula bijeen: de heeren wethouders Riedel, van Schaik en Menken als vertegenwoordigers van het Gemeentebestuur, prof. Cleve- ringa en prof. Barge, curatoren van het Leidsch Gymnasium, rector en docenten, familieleden van de gevallenen, leerlingen en oud-leerlingeh. De rector, dr. A. Schol- te zette in sobere woorden het doel van deze. bijeenkomst uiteen. Op de eerste plaats om uitdrukking te geven aan aller gevoelens van mede-leven met het leed der nabestaanden, maar vooral ook om met eenige plechtigheid den gedenksteen te onthullen ter eere van die oud-leerlingen van het Gymnasium, die deels door hun werkzaamheden in de illegaliteit, deels ook door een ongelukkig toeval het leven heb- ben verloren in den bezettingstijd, waar van zij de bevrijding niet meer hebben mogen beleven. Wij kennen hen nog, al dus de rector, en hun nagedachtenis zal ook zonder gedenksteen in onze herinne ring onuitwischbaar gegrift blijven. Maar eens zal er een tijd komen, dat hun na men vergeten zouden kunnen worden. Daarom deze steen, die de namen bevat van allen, wier heengaan bekend is, maar die tevens bedoeld is als een hulde voor den onbekenden oud-gvmnasiast, wiens heengaan op het oogenblik nog niet be kend is. Het heeft geen zin om van allen de bijzonderheden van hun leven en ster ven breedvoerig te vermelden. Slechts één uitzondering wilde de rector maken en wel voor dr. C. de Jong, die zijn levens loop begon als leerling van dit gymnasium en er later terugkeerde als docent en con rector. een man, die in elke functie voor treffelijk was. Vervolgens las de rector van allen de namen voor met korte vermelding van hun dood. n.l. dr. C. de Jong, A. Bergmann, H. Flu, H. Brinkgreve, I. Damsté, N. Ie Grand, mr. M. W. Jaeger, mr. J. H. v. Klaveren, mr. J. H. Pel, J. v. Eek, J. C. Kist, Ch. O. v. d. PI A. C.. J. Reitsma, mr. J. Ver- wer, dr. A. de Sitter. J. W. Schouten, E. C. SmitsIdema en M. J. N. Reynvaan Kessler. Daarna schetste ir. A. Lagaay, een col lega en vriend van dr. de Jong, diens per soonlijkheid en groote capaciteiten in de vele en verschillende functies, welke hij bekleed heefti tijdens zijn leven. Dr. de Jong was een geboren paedagoog met een helderen geest en een groot organisatie talent, eigenschappen welke hem van na ture brachten tot leidende functies op ve lerlei gebied. Hij was een beminnelijk man, die zich onmiddellijk en fel verzette tegen elk onrecht. Vandaar d^t het geens zins verwonderlijk was. dat hij een der leiders was van het leeraren-verzet. Hij was een aristocraat van den geest, maar staande midden in het volle leven. De be- t'eekenis van ben man wordt vooral ge kenmerkt door de mate. waarin hij zijn gaven weet door te geven aan anderen. En dat wist dr. de Jong. Met hem is één der meest vooraanstaande figuren uit de geschiedenis van het Leidsche Gymnasium heengegaan. Na het zingen van het le en 6e couplet van het Wilhelmus, begaf men zich naar de vestibule, waar de gedenksteen werd bezichtigd. INDRUKKEN UIT BOHEMEN EN MORAVIË A rbeidsdiensplicht en massa-opvoeding De Roomsch-Koningen, vaak keizer van Duitschland. en ko ning van Bohemen, en nog meer aanhang van dien, lieten buitenlanders in Bohemen toe. De Tsjechen waren landbou wend en besteedden te weinig zorg aan handel en industrie, ambacht en kleine nering. De koning gaf aan de immigré's allerlei rechten, bijv. vrijdom van belasting, eigendom van grond, huizen, enz. Vooral de Duitschers vestigden zich in Praag en drongen steeds meer door langs de noordelijke gebie- dem Namen als Karisbad, Ga- blonz enz. spreken voor zichzelf De Duitschers vestigden daar allerlei industrieën als van glas bierbrouwerij, machines, enz. Door hun oude voorrechten en het innemen van de voornaam ste positie in het land der Tsje chen ontstond hier het probleem bekend als dat der Sudeten- Duitschers. Bij het verdrag van München in 1938 werden deze Duitschers met hun land terug gebracht onder „das Reich". In 1939 pakte Hitier het geheele ryk maar in, vormde een Pro tectoraat Bohemèn en Moravië v en een onafhankelijke republiek Slowakije. (Dit laatste is ook een probleem van de eerste orde!) Maar na de bevrijding v erd de Republiek hersteld. De Tsjechen meenen dat het nu ge- roeg is met de infiltratie en su prematie der Duitschers. Al het vroegere land (dus ook Silezië of Sudentengebied) is weer tot Tsjecho-Slowakije teruggekeerd maaralle Duitschers moe ten vertrekken. De Tsjechen voelen zelf zeer goed aan, dat het voor de betrokkenen niet aangenaam is. En de gevolgen? Tsjechië (Bohemen en Mo ravië) en Slowakije zijn groo- tcndeels afhankelijk van elkaar. Uit Tsjechië moeten nu 3 mil- üoen van de 10 millioen ver trekken. Wat wil dat zeggen? Waar vroeger al arbeidskrach ten te kort waren, en de regee ring in haar program heeft ge zet dat in 2 jaren tijd de wel stand moet worden opgevoerd tot 110 van 1938. daar zit men zelf met de handen in het haar. Nu moeten de arbeiders zoo lang mogelijk werken. De tram conducteurs van Praag zijn ver vangen door meisjes. En de be stuurders en deze meisjes kon den dit jaar een week vacantie krygen doordat de studenten vanaf 17 jaar een maand op de trams en treinen hun werk overnamen. Verder zijn alle leerlingen van middelbare en andere scholen verplicht om 2 maanden op het land te wer ken. Die verplichting staat on der dwang en controle. Alle vrouwen moeten werken. Ook de moeders der gezinnen. En hier, waar het welvaartspeil met zoo hoog is als in Neder land. zijn ze o zoo moe van de zes jaren oorlogsbeslommerin gen. Er is hier heelemaal geen hulp in de huishouding moge lijk. En stofzuiger, heetwater- reservoir, en in de oudere stads wijken zelfs waterleiding zijn !nog lang geen gemeengoed. En nu de fabriek in. De grootere kinderen naar school en de "kleintjes naar 'n bewaarschool tje. Dgar zullen nlet-godsdiensti- ge, vaak zelfs communistische, leidsters die kleintjes en masse do opvoeding geven, die moe der hun niet kan geven. En toch denkt men, dat deze vrouwen de barensweeën zullen aan vaarden en afstand zullen doen 'der moedervreugden' Maar dat loopt onherroepelijk mis! Op de dorpen loopt alles vast. De boerenarbeiders gaan naar dè fabrieken en anderen nemen een bedrijfje, hetzij ambacht Duitschers.... eens inge haald thans verdreven of winkel, over der verdreven Germanen. Ongeoogste velden en ^zelfs geheel ontvolkte en verlaten dorpjes spreken een duidelijke taal. Alle groote industrieën zijn genationaliseerd. Dat wil zeg gen, dat alle arbeiders nu staatsbeambten zijn geworden. Wie heeft er nog belang bij een goed rendement? Als de loonen maar worden betaald! De" man- capaciteit in de mijnen is ge daald tot 15 En -de loonen zijn nog niet aangepast aan het hoogere prijspeil. Er rijzen ge schillen. De staat, bij wien men zijn recht zou wilier zoeken, is tevens de werkgever. De arbei der is overgeleverd aan een staatskapitalisme, waartegen hij zich niet kan verdedigen. En uit de ontevredenheid groeit de communistische partij. Er het einde van het liedje zal zijr dat dit mooie land, dat zie' heeft ontworsteld aan de Dui' sche boeien, nu tot pauperisn zal vervallen. J. DE JONG. Praha-Strahov, 24-8-46, Wat lezers ons schrijven.... Wees op uw hoede. Lisse, 28 Aug. 1946. Het is onveilig in Amsterdam. Niet al leen op de Haarlemmerweg, maar ook in Amsterdam-West is het niet pluis. Toen de heeren Zijlstra en zijn mede-rijder Hoo- geveen, beiden uit Lisse, uit de richting Zwolle reden met hun auto beladen met vaten boter bestemd voor Lisse, en Am sterdam-West binnen kwamen rijden, wer den zij door een jeep zonder licht, waar 3 personen in gezeten waren, ingehaald. Tot 2 maal toe passeerde de jeep den met boter beladen wagen. Een van de personen van de jeep dacht ongemerkt door achter den wagen te rijden op de met boter beladen auto over te springen, en even zijn slag te slaan, maar daar wij het. vermoeden kre gen, dat er wel eens een achter op ge- Klommen kon zijn, en door een voor voor- bi; ganger gewaarschuwd, konden wij er ger voorkomen. Deze persoonen waren ge kleed in artilleriekleeding en voorzien van koppelriem met revolver .Men zij dus ge waarschuwd. H. J. Hoogeveen. i het Binnenhof te den Haag werden n z.g. pilotenhelpers hooge Amerikaan- che onderscheidingen uitgereikt. Joke /olmer, die een groot aantal geallieerde piloten uit handen van de Duitschers heeft weten te houden, ontvangt de „Me dal of Freedom" met den gouden palm, uithanden van Col. M. S. Johnson.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1946 | | pagina 2