DUITSCHLAND rAiomentje MAANDAG 1 JUNI 1942 33ste Jaargang No. 10264 Gclcbcli^Soii^aiit Telefoon: Redactie 20015, Administr. 20935 DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN INWIJDING NEDERLANDSCHE KULTUURKAMER Bijeenkomst in Den Haag V Victorie Duitschland wint voor Europa op alle fronten 22 schepen tol zinken gebracht Het opperbevel van de Duitsche weer macht heeft gisteren het volgende extra bericht bekend gemaakt: t Op den dag der herdenking van den slag in het Skagerak kan de Duitsche marine nieuwe successen melden. Bij de onver moeide voortzetting van den strijd tegen de vijandelijke ravitailleeringsscheepvaart hebben duiljjbooten in het Westen van den Atlantischen Oceaan wederom 22 schepen met een gezamenlijken inhoud van 106.800 ton tot zinken gebracht. Daarmede heeft alleen al de duikbootvloot in Mei van dit jaar 140 schepen met een gezamenlijken inhoud van 767.400 ton tot zinken gebracht. STRIJDT VOOR EUROPA De geëindigde slag bif Charkoi Het Duitsche weermachtsbericht van Za terdagmiddag luidt: Zooals reeds in een extra-bericht is mee gedeeld, is de groote slag om Charkof ten einde. In den sector van generaal-veld- maarschalk von Bock'hebben de legers van den kol.-generaal von Kleist en van den generaal der pantsertroepen Paulus den af weer van zeer zware, vijandelijke, groote aanvallen omgezet in een trotsche vernieti gingsoverwinning. Een Roemfeensch leger corps onder leiding van generaal Cornelio Dragalina en een Hongaarsche, een Ita- lianasche en een Slowaaksche formatie hebben zijde aan zijde met de Duitsche troepen gestreden en nieuwen roem aen him vlaggen gehecht. De formaties van het luchtwapen van kol.-generaal Loehf en van den generaal der vliegers Pflugbeil hebben in meedoogenloozen strijd de gevechten van het leger gesteund in den afweer Zoo wel als bij den aanval en hebben het vijan delijke luchtwapen uit het veld geslagen. Het bolsjewistische zesde, negende en 57e leger, tezamen met rond 20 divisies infan terie, 7 divisies cavalerie en 14 tankbriga des zijn vernietigd. Het aantal gevange nen is gestegen tot 240.000. De bloedige verliezen van den tegenstander zijn bui tengewoon gróót. Het aantal-van het buit gemaakte oorlogstuig bedraagt 1249 tanks-, 2026 kanonnen, 538 vliegtuigen en tallooze hoeveelheden andere wapens en oorlogs tuig. In den Centralen frontsector is de ver- nieitiging van ingesloten vijandelijke ge vechtsgroepen aan den gang. In den Noordelijken sector werd een eigen plaatselijke aanval met succes voort gezet. Aan 't omsingelingsfront van Le ningrad ondernam de luchtmacht hevige aanvallen op 't revitailleeringsverkeer der bolsjewisten overhet Ladoga-meer. Bij nachtelijke aanvallen van Duitsche ge vechtsvliegtuigen op wapenfabrieken der stad Gorki werden bomtreffers met daar op volgende branden in fabrieksinstallaties waargenomen. In de wateren van het hooge Noorden zette marine en luchtmacht ondanks het slechte weer de aanvallen op het voor de Sovjet-Unie bestemde convooi voort. Een duikboot bracht een schip van 6000 b.r.t. tot zinken en beschadigde twee schepen |dloor torpedotreffers. Gevechtsvliegtuigen Wierpen twee groote vrachtschepen in brand. In Noord-Afrika duurt de slag voort. In Oost-Engeland bombardeerde de luchtmacht in den nacht'van 29 op 30 Mei de laadhaven Grimsby aan de monding van de Humber alsmede het havengebied van Great Yarmouth. Britsche bommenwerpers ondernamen in den afgeloopen nacht opnieuw een aan val op Groot-Parijs, die slachtoffers onder de burgerbevolking, vooral in de voorste den, eischte. Zes der aanvallende vliegtui gen werden neergeschoten. Boven de Duitsche bocht werden even eens twee Britsche bommenwerpers neer gehaald. Patrouillevaartuigen en begeleidings vaartuigen van den bevelhebber der bevei liging van de Noordzee hebben in 24 uur tijds 10 Britsche bommenwerpers neerge schoten,waarvan 8 bij succesvoll'en afweer van vijandelijke luchtaanvallen op de hun toevetrouwde convooien. Het jachteskader Udet behaalde den 28sten Mei zijn 2.000ste overwinning in de lucht Terreuraanval op Keulen Het Duitsche weermachtsbericht van Zondag luidt: In de centrale en de Noordelijke zone van het Oostelijke front brachten eigen plaatselijke aanvalsoperaties succes. Ach ter de linies zijn vrij sterke bolsjewistische benden in gevechten, welke twee weken hebben geduurd, door Hongaarsche eenhe den vernietigd. De vijand verloor hierbij, behalve een aantal gevangenen, meer dan 4300 dooden, 21 stukken geschut, 97 mor tieren en machinegeweren, alsmede een hoeveelheid vuurwapens en munie.'Bij den slag om Charkow heeft een Kroatisch re giment zich bijzonder onderscheiden. Van de rest van het vijandelijke convooi in de Noordelijke IJszee, dat de laatste da gen reeds herhaaldelijk zwaar was getrof fen dnor de aanvallen van luchtmacht en vlootsjrijdkrachtenzijn wederom vier groote koopvaardijschepen door bommen zwaar beschadigd. Bij deze aanvallen kwam het tot luchtgevechten, waarbij zes vijan delijke jagers van de. typen Tomahawk en Hurricane werden neergeschoten. In Noord-Afrika duurt de strijd voort. Duitsche en Italiaansche jacht- en ge vechtsvliegtuigen schoten 25 Britsche vlieg tuigen neer. Aan de Kanaalku6t heeft de Britsche luchtmacht bij aanvallen van ja gers gisteren overdag twee vliegtuigen ver loren. Voor de Nederlandsche kust werden bij een aanval op een Duitsch convooi acht vijandelijke vliegtuigen door beschermen de strijdkrachten der marine neergescho ten. Britsche bommenwerpers hebben in den afgeloopen nacht een terreuraanval op de binnenstad van Keulen ondernomen, waar bij door ontploffing en brand, vooral in woonwijken, groote schade werd aange richt aan verscheidene openbare gebou wen, waaronder drie kerken, en twee zie kenhuizen. Bij dezen uitsluitend op de bur gerbevolking gerichten aanval leed de Brit sche luchtmacht buitengewoon zware ver liezen. Nachtjagers en luchtdoelgeschut schoten 36 der aanvallende bommenwer pers neer. Aan de kust werd bovendien een bommenwerper door marineartillerie neergeschoten. Een aföeeling nachtjagers onder bevel van luitenant-generaal Kammhuber be haalde hier zijn 600ste overwinning. Ka pitein Streib, behaalde zijn 25ste nachte lijke overwinning in de lucht, eerste lui tenant Knacke zijn 20ste. Aan het Ooste lijke front heeft Feldwebel Steinbatz zijn 83ste overwinning in de lucht behaald. De Engelsche nieuwsdienst erkent, dat de Engelsche luchtmacht den vorigen nacht bij aanvallen op het vasteland 44 vliegtuigen heeft verloren. De pantserslag in de woestijn In het Italiaansche weermachtsbericht van Zondag wordt o.a. het volgende ge meld: In de Marmarica worden de gevechten voortgezet, waarbij aan den vijand opnieuw zware verliezen zijn toegebracht. Onder de gevangenen, wier aantal de 2000 overtreft, bevindt zich eskader-admiraal Cowen en een brigadecommandant. Bovendien wer den vernietigd of veroverd: 345 tanks, 21 pantserauto's, 35 kanonnen en meer dan 200 auto's. De luchtmacht herhaalde haar aanvallen op de vijandelijke colonnes, waarbij een groot aantal voertuigen werd getroffen en in brand geraakte. Tobroek werd hevig gebombardeerd door krachtige formaties. Tijdens gevechten met Italiaansche en Duitsche jagers verloor de Engelsphe lucht macht 18 toestellen. Twee andere werden verplicht te landen in de omgeving van Bengazi resp. Apollonia. De bepianning werd gevangen genomen. Drie van onze toestellen keerden niet terug. PARIJS OPNIEUW AANGEVALLEN. In dqp nacht van Vrijdag op Zaterdag heeft de Britsche luchtmacht de omgeving van Parijs opnieuw aangevallen. Er werd slechts schade van geringe be- teekenis aangericht. Zes der aanvallende vliegtuigen werden neergeschoten. Onder de burgerbevolking vielen dooden en ge wonden. INCIDENT IN PARIJS. Zondag is het in een drukke Parijsche straat tot een incident gekomen, waarbij twee Fransche politie-agenten doodelijk gewond werden. Onder de menigte, die in- koopen deed, hadden zich communisten gemengd, die een levensmiddelenwinkel binnendrongen en de goederen uit de eta lage wilden verdeelen. De te hulp geroe pen politie herstelde de orde en arresteer de een man. Toen hij weggebracht werd, werden op de hoek van een straat verschei dene schoten op hen gelost. Twee agenten werden doodelijk getroffen, drie andere minder zwaar gewond. JODENSTER OOK IN FRANKRIJK. Op grond van een in de ochtendbladen verschenen verordening van den militairen bevelhebber in Frankrijk moeten vanaf 7 Juni alle Joden en Jodinnen boven de zes jaar in het openbaar een Jodenster dragen, itaet het opschrift „Juif". BINNENLAND TWINTIG VERPLEEGSTERS VERTROKKEN NAAR HET OOSTFRONT Twintig Nederlandsche verpleegsters, die aan het Oostfront dienst zullen doen bij de Nederlandsche ambulance zijn Zater dagavond van het Staatsspoorstation met den D-trein van 7.20 uur naar Duitschland Vertrokken. Behalve de commandant van het vrijwilligerslegioen Nederland, luite nant-generaal H. A. Seyffardt en de leider van de ambulance J. S. Galjart waren tal van N.S.B.-functionarissen aanwezig. Toen de verpleegsters zich allen hadden verza meld, las luitenant-generaal Seyfardt een telegram voor van ir. A. A. Mussert, den leider der N.S.B. van den volgenden in houd: „L'eider en Beweging wenschen allen zusters bij het aanvaarden van haar moei lijke en opofferende taak in het Oosten veel succes. Hou zee zusters!" De zusters worden in Berlijn opgewacht door officieren van het Nederlandsche le gioen, die hen naar htm standplaats zullen brengen. BON 297 KAN VERNIETIGD WORDEN. De met „algemeen 297" gemerkte bon van de bonkaart „voedingsmiddelen 6e pe riode 19^2" zal niet voor het koopen van distributiegoederen wordén aangewezen en kan derhalve worden vernietigd. Zaterdagmiddag vond in den stads schouwburg te 's-Gravenhage de plechtige inwijdingsbijeenkomst plaats van de Ne derlandsche Kultuurkamer. In den voormiddag was daaraan vooraf gegaan een bijeenkomst in de werkkamer van den Rijkscommissaris, waar prof. Goe- dewaagen, de president der Kultuurkamer, de gildeleiders aan dezen voorstelde, n.l. de heeren Jan Bakker, leider van het gilde beeldende kunsten, Max Blokzijl, leider van het persgilde, H. Rijnbergen, leider van het muziekgilde, Jan Teunissen, leider van het filmgilde, Jan C. de Vos, leider van het gilde voor theater en dans, prof. dr. Jan de Vries, vice-president en leider van het letterengilde. De Rijkscommissaris wees in een korte toespraak op de hooge eischen, ipelke in deze zwaren tijd aan de cultureele leiders van ons volk gesteld worden. Hij sprak zijn beste wenschen uit voor het welslagen van hun arbeid. Daarna onderhield de Rijks commissaris zich nog eenigen tijd met de gildeleiders afzonderlijk. In de bijeenkomst van den namiddag hebben tal van officieele persoonlijkheden van hun belangstelling blijk gegeven, zoo als de president van den Nederlandschen Kultuurraad, verscheidene sëcretarissen- generaal van het rijkscommissariaat, de secretaris-generaal van de N.S.B. als ver tegenwoordiger van den leider, eenige se cretarissen-generaal van de Nederlandsche departementen, de voorman van de Neder landsche S.S., de leiders van den Neder landschen en Duitschen Arbeidsdienst, de laatste slechts voor Nederland. Ook het propaganda-ministerie te Berlijn had een afgezant gezonden. De bijeenkomst werd geopend met de „Symphonische proloog". Deze uitvoering was de première voor Nederland. Een har telijk waardeerend applaus was het ant woord van het publiek op deze zeer bij zondere uitvoering. Deze dank gold te vens den componist, die even naar voren is getreden om persoonlijk zyn dank te be tuigen. Hierna nam de president der Neder landsche Kultuurkamer, de secretaris generaal van het departement van volks voorlichting en kunsten, het woord. REDE PROF. DR. T. GOEDEWAGEN. v Spreker ving zijn r§de aan met tegenover den Rijkscommissaris .namens zichzelf en al zijn medewerkers, aan wie deze direct of indirect den opbouw van de kuituurka mer heeft toevertrouwd, een getuigenis af te leggen van de gevoelens, waarmede zij deze niet lichte taak hebben aanvaard. Wij zijn het niet eens, met diegenen on der onze volksgenooten, die meenen, dat u als vertegenwoordiger der bezettende over heid met dit initiatief ten onrechte hebt in gegrepen in de zelfstandigheid onzer va- derlandsche kuituur. Integendeel! De bes ten uit ons vollk waren reeds lang vóór 1940 overtuigd, dat onze kuituur, ondanks haar groote verleden, vooral sinds de laat ste generatie verstrikt was in onoplosbare problemeji, zoowel ten aanzien van de kunstwerken en de kunstenaars, als ten aanzien van de pers, de film en van de journalisten en filmwerkers. Wij zagen met ontsteltenis hoe ook bij ons het spook van het kultuurnihilisme, zij het in mindere mate dan in het Duitsche rijk voor 1933, aan den horizon opdoemde en zochten naar uitwegen uit het intellec tualisme dér programma's en polemieken, waaronder veel echte scheppingskracht verloren dreigde te gaan. Daarom zien wij in uw initiatief niet iets, dat vreemd Is aan onzen volksaard, maar, gedachtig aan wat gij herhaaldelijk over onze kuituur en haar eigen aard hebt verklaard, zien wij daarin een consequentie van wat wij zelf willen en verlangen ten aanzien onzer kuituur. Daarom hebt gij ons bereid gevonden, tegen veel onverstand en onwil in, te volbrengen, wat gij ons hebt opgedragen. Zich vervolgens tot de aanwezigen wen dend, merkte dr. Goedewaagen op, dat hij, juist nu in de afgeloopen weken en maan den het overgroote deel der Nederlandsche kuituurscheppers en kultuurbemiddelaars zich voor de Nederlandsche Kultuurkamer heeft aangemeld, het feit onder de oogen wil zien, dat een deel van hen tegenover den nieuwen gang van zaken nog argwa nend staat. Spreker meent dit feit te kun nen verklaren uit de omstandigheid, dat generaties lang degenen, die scheppend in de kuituur werkzaam waren, van de volks gemeenschap in den pregnanten zin des woords vervreemd waren. Zij hebben hun individueele, hun vak- en hun groepsbe langen, maar, cftt al deze belangen ten slotte eerst aan het geheel der volksgemeen schap hun zin en draagwijdte ontleenen daarvan zijn zij zich nauwelijks bewust. Zij vreezen een overdreven staatsbe moeiing met de kuituur, Staatsabsolutisme, Staatsdwang, alsof men in de kuituur meer zou kunnen doen dan met liefde Icweeken en telen, wat vanzelf reeds groeikracht in zich bergt. Ik wil dezulken het woord van den Führer voorhouden, die zegt: „Dasz der Staat keinen Zweck, sondern ein Mit- tel darstellt. Er ist wohl die Voraussetzung zur Bildung einer höheren menschlichen Kultur, allein nicht die Ursache derselben. Diess liegt vielmehr ausschlieszlich im vor- handensein einer zur jCultur befahigten Rasse". DRlEëRLEI TAAK. Drieërlei taak heeft de volksche staat tegenover de kuituur. Hij moet, met vol begrip overigens voor het feit, dat kunst en kuituur niet door de overheid gemaakt, maar alleen door den scheppenden geest gecreëerd worden en dat kuituur product van een gespannen en eenzame scheppings drift is, nu en altijd, de kuituur steunen, stuwen, zuiveren, ordenen en op haar toe zien. zijn socialistische taak, is het brengen der De tweede taak van den volkschen staat, kuituur tot heel het volk in al zijn onder deden. De derde taak van den volkschen staat is de zorg voor hen, die op kultureel gebied, hetzij scheppend, verspreidend of bemidde lende!, hetzij zonder vakmanschap op Jlee- kenwijze werkzaam zijn. Niet alleen de stimuleering, de ordening, de bevordering der kuituur, maar ook de behartiging van de belangen der werkers behoort tot de taak der overheid naar nieuw inzicht. Trou wens, de verbetering van de positie der scheppers is indirect ook een bevordering der kuituur zelf. De Nederlandsche Kultuurkamer heeft tot taak, de beroepsgfenooten bewust te ma ken van hun verantwoordelijkheid tegen over de volksgemeenschap en in dit licht hun vakkundige, economische en maat schappelijke aangelegenheden te regelen en overeenstemming te brengen in het streven der verschillende groepen. Dit brengt mede, dat alleen degenen, die con creet met de Nederlandsche kuituur ver bonden zijn, voortaan kultureel in den ruimsten zin werkzaam kunnen zijn, en dat joden, die met hun internationale le venshouding volgens hun eigen beginsel in alle vólkeren der wereld, als zij daartoe uit humanitaire overwegingen der betref fende overheid de kans krijgen, kunnen worden neergelaten, hiervan uitgesloten worden. Een volk is als een gezin, waarin men geboren wordt. DE GILDEN. Dat voor de zes deelorganisaties der Kul tuurkamer de naam gilden is gekozen, wil geenszins zeggen, dat wij het rad der ge schiedenis willen terugdraaien. Wij zijn niet anti-revolutionair. Wij keeren niet te rug naar den tijd vóór de afschaffing der gilden tegen het einde der achttiende eeuw, maar gaan nog weer een trap verder dan de liberalistische omwenteling is ge gaan. De gilden der middeleeuwen waren doortrokken van het particulalisme dier tijden en reeds hierdoor misten zij het to tale en omvattende karakter van de hui dige gilden der Kultuurkamer. Wij trekken uit dit proces onze conclusie: moderne gil den nemen een oude gedachte weer op, maar in den vorm der moderne staatsidee. De huidige gilden zijn staatsorganen, ver plicht aan de overheid, maar door haar met ruime bevoegdheden bekleed. Spr. wees er op, dat in een leidersstaat de beroepstand slechts deel van den staat kan zijn, met eigen betrekkelijk zelfstandige bevoegd heid. Maar ook met een eigen ethos, een eigen sentiment: zoo ergens, dan is de nieuwe staat in zijn beroepsstandsorganisa- ties van socialistisch sentiment vervuld. Daarom moeten allen, die in de Kultuurka mer werkzaam zijn, ook socialisten zijn: In hun handen is het welzijn der journa listen, filmwerkers en kunstenaars gelegd. De kunstenaar heeft recht op een rede lijke basis, mits zijn werk hem dat recht geeft. De Kultuurkamer is geen bedeelings- instituut. Zij verstaat het kultuursocialisme niet als weldadigheid, maar in den zin van loon naar werk, naar goed en degelijk werk, naar vakkundig werk, waarin een mensch met gaven en degelijke vorming zijn vollen hartstocht, toewijding en werk kracht heeft neergelegd. Beunhazen heeft ons volk niet noodig, ook niet als zij oude en eerlijke politieke strijders voor de nieu we orde zijn. Al dit werk is slechts voorbereidend ge- weest. Om het te kunnen overnemen moest de kuituurkamer beginnen met orde te scheppen in het nogal wild woekerende bosch. Reeds vóór het tijdstip, waarop zij bij verordening van den Rijkscommissaris üi|het leven geroepen werd. heeft zij haar ordenende taak aangepakt. Haar voornaam ste werk was hierbij allereerst het werven en winnen der geesten, maar ook de con centratie van wat tot nu toe in vrij en on gebonden initiatief had geleefd. Dat deze concentratie tegelijk gepaard ging met een zekere selectie, die gezien de ongebondenheid van ons kultuprleven wel zeer noodig was", spreekt vanzelf. VACANTIEREIS. De zomer komt. De malsohe regen parelt nog op het lichtgroene blad, dat siddert in den speelschen zomerwind. Het gras geurt en de 'bloemen geuren. Het groen der boomen en het 'blauw van het water, waar de 'blijde hemel zich in spiegelt, lokken ons weg uit onze huizen. Nu in deze droeve tijden verlangen wij meer dan ooit naar die vrijheid, die lokt en lon'kt in de verte, waar die grenzen gesloten zijn. De stippellijn op de atlas -vindt rnen niet aan het einde van een land en toch houdt een onzichtbare imaehit ons van die stippellijn terug. Wij zou den weer zoo graag in vrijheidi door vreemde landen dwalen en nu dat niet gaat, nu wij deze zomer onze vacantie misschien wel thuis zullen moeten doorbrengen, moeten wij daar iets op vinden. Ik voor mij heb het volgende bedacht. I'k ga^ eten. Ik begin met een. soep, waar de zachte vrucht van de Ja- vaansche rijstvelden in drijft en het vleesch van het vee uit onze weiden. Ik ga dan afwisselend in het door ber gen begrensde, zondoorsehenen land schap en onze eigen vette Hollandsche landouwen. Daarna eet ik forellen en ik zit aan den oever van een voortstor mende 'beek met niets dan natuur en vrijheid om im-ij heen. Daarna eet alk reerug en i'k zwerf ergens ver weg door de dichte bosschen. Zoo eet ik voort. En op een goudgele-' ronde Edammer, die mij het sprookje van Alkmaaris kaas markt en de gekleurde,hoeden der wit te dragens voor oogen toovert, reis ik terug naar mijn eigen land. Maar op hetzelfde oogenblik besef i'k, .dat ik, door zoo te reizen, doorloopend) mijin hoofd1 stoot tegen de bonnen, die zooyeel als de reispas naar al deze lan den zijn. v „KLEINE BLIK OP DE TOEKOMST". Hedenavond van 19.1519.30 uur houdt Max Blokzijl, via den zender Hilversum 2, zijn politiek weekpraatje, ditmaal getiteld: „Kleine blik op dé toekomst". Maar overal is door ons getracht, met soe pelheid en begrip voor innerlijke moeilijk heden, de kloven die bestondden te over bruggen. Slechts waar kennelijk gesabo teerd werdd, werd naar verhouding inge grepen. WAT REEDS BEREIKT WERD. Zoo gingen wij aan den arbeid. Enkele voorbeelden "mogen ook nu volgen. Daar was in de eerste plaats het voor alle gilden geldende urgente vraagstuk der auteurs rechten, dat om oplossing vroeg. Het nieu we opgerichte Nederlandsch auteursrechts- bureau beteekent een belangrijken stap in de richting van een regeling der economi sche belangen van alle kuituurscheppen- den. Daar is voorts het probleem der voor al in dezen tijd zoo hoog noodige voorzie ning van materiaal, dat voor het tot stand brengen van kuituurwerken noodig is. Hier kon reeds aan vele aanvragen voldaan worden. De arbeidsbemiddeling werd gron dig herzien, slechts bona fide bureaux ble ven bestaan en zetten hun werkzaamheden onder toezicht voort. Ook het voeren van schuilnamen 'n bron van yeel oneerlijke concurrentie, van veel verwarring en soms ook van onteering van den beroepsstand werd bij verordening geregeld. Op het terrein van het gilde voor bouw kunst, beeldende kunsten en kunstambacht is een bescherming der beroepstitels, spe ciaal der architecten in voorbereiding, zoo mede een grondige saneering van den kunsthandel, speciaal van schilderijen in verband met de bestrijding van den kitsch. Het muziekgilde bereidt een model-ar beidscontract voor ontspaninngsmusici en privaatmuziekleeraren voor, waarin in be scherming van den titel, vacantieregeling en minimumtarieven wordt voorzien, ter wijl het centraal bureau voor orkestwezen zich met de salarissen der groote orkesten bezig houdt. Het letterengilde is bezig aan de sanee ring der leesbibliotheken, o.a. aan de invoe ring van een leeszegel, die ten goede zal komen aan de auteurs der uit te leenen boekwerken en hun. inkomsten geeft, die hun thans nog worden onthouden. In het gilde voor theater en dans waren te noemen een model-arbeidscontract voor kleinkunstartisten, tooneelspelers, opera- en operetteartisten, een minimum-salaris regeling voor tooneelspelers en een sejour- regeling. Daar is verder, op het gèbied van het filmgilde een standaardovereenkomst voor operateurs en overig theaterpersoneel in samenwerking met het Nederlandsch ar- beidsfroqf, het organiseeren van cursussen voor operateurs, de instelling van vakdiplo ma's en scholing en vorming van produc tiewerkers. Tenslotte wil ik uit het persgilde nog noemen de regeling van de rechtspositie der journalisten, de hoog noodige salarisre geling, die thans tot stand is gekomen, zoo mede de regeling der advertentieprijzen, der sociale positie der advertentieacquisi teurs en -colporteurs alle vraagstukken, die binnen de ordening der kuituurkamer een oplossing vinden, waarop zij vroeger maar al te lang hebben gewacht. Op organisatorisch gebied blijft dan nog een groot object over. Art. 15 der verorde ning spreekt van de instelling van provin ciale bureaux der Nederlandsch Kultuur kamer. Dit beteekent, dat tegelijk met de vertikale indeeling in gilden een horizon tale in gewestelijke kringen zal worden op gebouwd, die ten doel heeft het bizondor^ kultureele karakter van de verschil!'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1942 | | pagina 1