P.J. VERHOEF Jr., Leiden
DONDERDAG 2 APRIL 1942
DE LEIDSCHE COURANT
Arbeidsdienslplicht voor ambtenaren, onderwijzers
en studenten
Indien zij in aanmerking willen komen voor aanstelling of inschrijving
VRIJWILLIGERS WORDEN
ALLEREERST OPGEROEPEN.
De secretaris-generaal van he departe
ment van Algemeene Zaken heeft betref
fende den arbeidsdienstplicht het volgende
bepaald:
Voor dienstneming bij den Nederland-
schen Arbeidsdienst worden in de eerste
plaats opgeroepen degenen, die zich daar
toe vrijwillig aanmelden, voor zoover zij
nog niet den leeftijd van 24 jaar hebben
bereikt.
Deze bepaling en alle andere bepalingen
in het. besluit, behalve die, waarbij uit
drukkelijk een andere datum is vermeld,
treden met ingang van heden in werking.
Onderwijzers en ambtenaren.
Met ingang van 1 Januari 1943 treden
in werking de volgende bepalingen:
„Zij, die in aanmerking wenschen
te komen voor een aanstelling in open
baren dienst of bij het bijzonder on
derwijs, moeten, indien zij den leef
tijd van 18 jaren hebben bereikt, hun
arbeidsdienstplicht hebben vervuld.
Dit is niet van toepassing op hen, die
geboren zijn vóór 1 Januari 1920.
Zij, die tijdens hun aanstelling in open
baren dienst of bij het bijzonder onderwijs
den leeftijd van 18 jaren bereiken, moeten
op straffe van ontslag binnen een jaar
hun arbeidsdienstplicht hebben vervuld.
Studenten.
Voorts treedt met ingang van 1 Sept.
1942 het volgende voorschrift in werking:
„Zij, die in eenig studiejaar als stu
dent wenscjien te worden ingeschre
ven of eenig examen wenschen af te
leggen bij een universiteit of hooge-
school, moeten, indien zij den leeftijd
van 18 jaar hebben bereikt, voor 1
Juni voorafgaande aan dat studiejaar,
hun arbeidsdienstplicht hebben ver
vuld".
Deze bepaling is niet van toepassing op
hen, die voor 1 Januari 1920 geboren zijn
en ook niet op hen, die voor 1 Januari
1942 zich als student lieten inschrijven of
al dan niet met goed gevolg een examen
aflegden bjj een universiteit of hoogé-
school.
Werkloozen.
De secretaris-generaal van het departe
ment van Algemeene Zaken is bevoegd,
na overleg met den secretaris-generaal van
het departement van Sociale Zaken, per
sonen, die den leeftijd van 18, doch nog
niet dien van 24 jaar hebben bereikt en
niet of niet volledig in een beroep of een
bedrijf werkzaam zijn en geen geregelde
beroeps- of schoolopleiding volgen, tot het
vervullen van hun arbeidsdienstplicht of
tot medewerking aan een onderzoek naar
hun geschiktheid daarvoor, op te roepen.
Hij die aan zoodanige oproeping niet vol
doet of niet meewerkt aan een onderzoek,
kan op verzoek van den commandant van
den Ned. Arbeidsdienst door alle ambtena
ren van Rijks- en gemeentepolitie worden
aangehouden en naar de plaats, waar de
arbeidsdienst moet worden vervuld of het
onderzoek moet worden gehouden, wor
den overgebracht. Hij kan bovendien wor
den gestraft met hechtenis van ten hoog
ste zes maanden of geldboete van ten
hoogste duizend gulden.
De voorgaande bepalingen zijn niet van
toepassing op:
a. hen, die op grond van het bepaalde in
artikel 7 van de Arbeidsdienstverordening
voor het vervullen van den dienst niet
konden worden aangenomen;
b. hen, die een werkelijken dienst van
ten minste vier maanden, tijd met verlof
doorgebracht medegerekend, hebben ver
vuld als militair, als lid van den Ned. Op-
bouwdienst of als vrijwilliger bij de Duit-
sche' weermacht, de „Waffen SS" of het
Vrijwilligerslegioen Nederland, tenzij de
dienstneming vrijwillig geschiedt;
c. gehuwden, tenzij zij in aanmerking
wenschen te komen voor een aanstelling in
openbaren dienst of bij het bijzonder on
derwijs, dan wel als student wenschen te
worden ingeschreven of eenig examen
wenschen af te leggen bij een universiteit
of hoogeschool.
In bijzondere gevallen kan door den se
cretaris-generaal van het departement van
Algemeene Zaken vrijstelling of uitstel
van bovengenoemde vereischten worden
verleend.
Personen, aangesteld in openbaren dienst
of bij het bijzonder onderwijs, die hun ar
beidsdienstplicht vervullen, worden geacht
met verlof te zijn zonder behoud van be
zoldiging. De arbeidsdiensttijd telt ten vol
le mede voor recht op vaste aanstelling,
voor periodieke salaris- en loonsverhoogin-
gen, bevordering en pensioen, terwijl pen
sioenpremie over dien tijd niet wordt ver
haald.
Zij, die hun arbeidsdienst hebben ver
vuld. hebben, in overeenstemming met hun
bekwaamheden, recht op voorrang bij ar
beidsbemiddeling in Nederland, waartoe de
gewestelijke arbeidsbureaux hun mede
werking verleenen.
Zij, die thans zijn aangesteld of voor 1
Januari 1943 aangesteld worden in open
baren dienst of bij het bijzonder onder
wijs, moeten, indien zij den leeftijd van
18, doch niet dien van 22 jaar hebben be
reikt en ongehuwd zijn, op straffe van
ontslag, voor 1 Juli 1944. gedurende het
daartoe door den secretaris-generaal van
het dep. van Alg. Zaken te bepalen tijd
vak, hun arbeidsdienst hebben vervuld.
Ook voor hen gelden de hierboven ge
noemde gevallen van niet toepassing en de
mogelijkheid van vrijstelling.
De bepaling, dat voor dienstneming in
den Ned. Arbeidsdienst in de eerste plaats
worden opgeroepen degenen, die zich
daarvoor vrijwillig' aanmelden, voor zoo
ver zij nog niet den leeftijd van 24 jaar
hebben bereikt, en eveneens het gestelde,
dat deze bepaling niet van toepassing is
op hen, die op grond van het bepaalde in
artikel 7 van de Arbeidsdienstverordening
voor het vervullen van den dienst niet
konden worden aangenomen, zijn mede
van toepassing op dienstneming in den
Ned. Arbeidsdienst door vrouwelijke per
sonen.
Overigens kan de secretaris-generaal an
dere bepalingen van dit besluit van toe
passing verklaren op vrouwelijke personen.
Hoofdredacteur: Th. Wilmer, Lelden.
Red. Buitenland: Mr. H. Geise, Leiden.
Red. Stad en Sport: M. Zonderop, Leiden.
Red. Omgeving: L. Roozen, Leiden.
Red. Letteren en Kunst: Fr. Schneiders, Leiden.
Abonnementsprijs voor Leiden 20
cent per week, ƒ2.63 per kwartaal.
Bij onze agenten 21 cent per week,
2.73 per kwartaal. Franóo per post
/3.10 per kwartaal. Losse nummers
6 cent.
Advertentiëp 1—15 m.M. ƒ2.30, elke
m.M. meer 15 cent. Ingezónden mede-
deelingen dubbel tarief. Telefoontjes
hoogstens 30 woorden: Dienstaanbie
dingen en dienstaanvragen ƒ0.60 per
plaatsing, alle andere 0.72 bij voor
uitbetaling alléén Woensdag en Zater
dag.
WEERBERICHT
ZONS OP. EN ONDERGANG.
Zon ónder 8.14 uur Donderdagavond.
Zon op 7.12 uur Vrijdagochtend.
Zon onder 8.16 uur Vrijdagavond.
Zon op 7.09 uur Zaterdagochtend.
Tusschen deze tijden moet worden ver
duisterd.
MAANSTANDEN.
2 April: De maan komt Donderdagavond
om 9.37 uur op en gaat Vrijdagmorgen om
8.26 uur onder.
3 April: De maan komt Vrijdagavond om
10.56 uur op en gaat Zaterdagmorgen om
8.59 uur onder.
5 April: De maan komt Zondagnacht om
0.11 uur op en gaat Zondagmorgen om 9.39
uur onder.
6 April. De maan komt Maandagnacht
om 1.25 uur op gaat Maandagmorgen om
10.27 uur onder.
7 April: De maan komt Dinsdagnacht om
2 30 uur op en gaat Dinsdagmiddag om
31.22 uur onder. (Laatste kwartier).
8 April: De maan komt Woensdagnacht
om 3.26 uur op en gaat Woensdagmiddag
om 12.22 uur onder.
FEUILLETON
iDüe taade ótxepxn
door
GERT HARTENAU—THIEL.
42)
„Si Margaga", begon ik, hem vriendelijk
toeknikkend, „wij hebben je laten roepen,
om hier voor je vorst en de hooge heeren
van zijn gevolg, ook ons ongeloovige Euro
peanen tot geloovigen te maken. Je bent
een gezegende, een dienaar van Allah en
je noemt je zelf „Mohammed's werktuig
der wake". Wij zijn er daarom allen van
overtuigd, dat je een vraag zult kunnen
beantwoorden, waarover je stellig ook zelf
al eens zult hebben nagedacht en die alle
menschen op aarde sterk intersseert. Wel
iswaar ben je een moefti, dus een leeraar
van den Koran, van het goddelijk woord,
zoodat je, als elke geloovige priester, er
voor zult terugschrikken, mijn vraag an
ders te beantwoorden, dan je geloof het
voorschrijft. Maar wij stellen nu eenmaal
als klant bij den op de vermelden hande
laar is ingeschreven.
Alvorens men zich evenwel naar den
distributiedienst begeeft, om het codenum
mer te laten waarmerken, dient men zich
er rekenschap van te geven bij welken
handelaar men zich behoort te laten in
schrijven. De inschrijving mag slechts
plaats vinden bij dien handelaar, van wien
men vóór November 1941 regelmatig zijn
vaste brandstoffen betrok, welke hande
laar, behalve in bijzondere ter beoordee
ling van de brandstoffencommissie staande
omstandigheden, dezelfde leverancier moet
zijn als in het stookseizoen 1939/1940. In
dien men méér dan een leverancier had,
dient men in het algemeen dengene te kie
zen, van wien men het grootste deel van
zijn brandstoffen betrok. Het is evenwel
mogelijk, dat in dit geval de brandstoffen-
commissie beslissen zal, dat men zich bij
een anderen leverancier moet laten in
schrijven.
Het is tevens noodzakelijk, dat men zich
nauwkeurig op de hoogte stelt van het
juiste codenummer van den handelaar, bij
wien men zich laat inschrijven.
onbeperkt vertrouwen in je en daarom
zou ik je willen verzoeken, de betreffende
vraag niet volgens de wetten van de hei
lige schrift op te lossen, maar een zuiver
menschelijk en duidelijk antwoord te ge
ven, dat de vrucht is van je eigen, rijpe
gedachten. De vraag, die ons bezig houdt,
Si Margaga, is deze: Bestaat er werkelijk
een verder leven na den dood of is de ziel
sterfelijk evenals het lichaam?"
Zwijgend had de fakir mij aangehoord.
Toen ik was uitgesproken, nam hij plaats
op het kostbare tapijt in de vorstelijke
ontvangveranda, kruiste zijn beenen over
elkaar en liet zijn donkere oogen over de
aanwezigen glijden. Eerst na een poosje,
dat ons een eeuwigheid toescheen, boog hij
als groetend zijn hoofd en antwoordde:
„Toenggoe besar, toean commandant en
g'j anaere hooge heeren! Voor ons nrnu-
schen op aarde zijn er drie enkele dagen
in het jaar, die vrij zyn en waarop zoowel
het goede als het kwade met succes wordt
bekroond. Allah's wijsheid houdt deze da
gen voor de menschen verborgen, want an
ders zou de zonde toenemen en het goede
onze overmoedig maken. En toch heeft Al
lah's genade mij, zijn knecht, doen weten,
wanneer mijn vrije dag is aangebroken,
Want alleen in bijzondere gevallen zal hun
later vrijstelling van artikel 2, betreffen
de den dienstplicht worden verleend.
Voor degenen, die het staatsexamen zul
len afleggen, zal een bijzondere regeling
worden getroffen, die waarschijnlijk daar
in zal bestaan, dat hun uitstel wordt ver
leend of dat hun gedurende den dienst een
kort verlof wordt toegestaan, om aan het
examen te kunnen deelnemen.
DR. JONGBLOED TOT HOOGLEERAAR
TE UTRECHT BENOEMD.
Bij besluit van den secretaris-generaal
van het departement van opvoeding, we
tenschap en kuituurbescherming is dr. J.
Jongbloed, thans conservator en privaat
docent in de luchtvaart-geneeskunde, be
noemd tot gewoon hoogleeraar in de fa
culteit der geneeskunde aan de rijksuni
versiteit te Utrecht, om onderwijs te ge
ven in de physiologie.
PRIJSREGELING VOOR KRENTEN
BROOD.
In verband met de naderende Paasch-
dagen is het wemsdhelijk gebleken voor
krentenbrood een afzonderlijke prijsrege
ling te treffen. Dit is thans geschied en
wel in dezen vorm, dat brood, waarin
krenten, rozijnen of sucade zijn verwerkt,
ten hoogste mag worden verkocht tegen
het dubbele van 'het totaalbedrag der wet
telijk toelaatbare inkoopsprijzen van de
verwerkte grondstoffen.
Op de naleving van dit voorschrift zal
streng worden toegezien.
wanner ik mag spreken en handelen als
elk ander mensch. Zoudt u mij gisteren of
morgen uw vraag hebben voorgelegd, dan
zou ik die vraag niet hebben mogen be
antwoorden. Vandaag echter is het mijn
vr'jc dag en daarom wil ik meedeelen, wat
ik weet."
Hij boog driemaal diep het hoofd, mom
pelde eenige onvefstaanbare woorden en
ging dan voort:
„Wij schepselen der aarde leven allen
een leven na den dood. Ontelbare malen
heeft de dood ons achterhaald, ontelbare
malen ook zijn wij geboren, tot wij gewor
den zijn, wat wij nu zijn: menschen! De
goddelijke adem, die het zaadkorreltje trof,
werd de ziel in het allereerste begin van
haar tocht in de eeuwigheid. De ziel is de
adem Gods en derhalve onsterfelijk. Sterft
het omhulsel van de ziel, het lichaam, dan
ontwaakt de ziel in een ander groeiend
lichaam. En zoo zijn wij halmen, bloemen,
struiken en boomen geweest, visschen, vo
gels, huis- en roofdieren geworden, tot Al
lah's genade onze zielen in menschenge-
daante liet ontwaken. Stap voor stap
schreden wij den volmaakten vorm tege
moet, zonder hoop Allah ooit te kunnen
bereiken. Nimmer, tot in alle eeuwigheid
RECHTZAKEN
HET DRAMA BIJ HET TRANSPORT VAN
DUIZEND GEÏNTERNEERDEN.
De dood van vier geïnterneerden in
den trein van filmstad naar Amster
dam op den 12en Mei 1940 een ge
volg van onbeheerscht optreden van
een hunner. Tragische samenloop
van omstandigheden. Geen schuld
van den kapitein van Gellicum.
VRIJSPRAAK EEN EISCH VAN
RECHTVAARDIGHEID.
In den avond van 12 Mei 1940 werd een
duizendtal geinterneerde nationaal-socia-
'isten van „Filmstad" bij Den Haag per
trein naar Amsterdam gebracht. Onderweg
even voorbij Haarlem, speelde zich een
drama in een treingedeelte af, dat aan vier
geinterneerden het leven kostte. Een ge
ïnterneerde had aan den bewaker gevraagd
zich naar den anderen coupé te mogen be
geven, waar zijn vrouw en kinderen zich
bevonden. De bewaker hield zich aan de
strenge orders, dat niemand mocht opstaan
enz., waardoor de geinterneerde zenuwach-
t'g werd en naar den bewaker toeliep, met
wien hij in de duisternis in een handgemen
raakte. De bewaker heeft daarop eenige
schoten uit zijn karabijn gelost, een collega
deed insgelijks en het resultaat was, dat
vier menschenn het-leven lieten, nl. Chr.
W. von Luetzow, Arie A. Hoek, Petrus J.
Wolters en Jan N. Roest.
De thans 47-jarige inspecteur van politie,
A. M. van Gellicum, indertijd dienst doen
de-als reserve-kapitein, had zich deswege
onlangs voor het vredegerechtshof te 's-Gra-
venhage te verantwoorden 'omdat hij te
strenge orders voor het transport zou
hebben uitgevaardigd.
Overeenkomstig de conclusie van den
fg. procureur-generaal mr. P. R. Blok heeft
het vredegerechtshof heden den kapitein
van Gellicum vrijgesproken.
Het Hof heeft daarbij de volgende over
wegingen laten gelden:
Verdachte, die op den 12en Mei 1940
door zijn militaire meerderen belast is
geweest met de overbrenging van een
groot aantal geinterneerden van Filmstad
'gemeente 's-Gravenhage) naar Amtser-
dam, is als commandant van het be wakings
detachement, dat de geinterneerden in den
trein van Wassenaar naar Amsterdam heeft
begeleid, verantwoordelijk gelijk door
verdachte wordt erkend voor de aan het
bewakingspersoneel uitgegeven order, wel
ker strekking was, dat het den geinterneer
den was verboden, gedurende het treinver
voer te spreken en van hun zitplaats op
te staan, bij overtreding van welk verbod
door de bewakingsmanschappen zou moeten
worden geschoten. Verdachte heeft ver
klaard, dat hij op grond Van zijn bekend
heid met zijn onderhebbende bewakings
manschappen de overtuiging had, dat zij
deze order aldus zouden opvatten, dat zij
eerst dan van hun vuurwapenen gebruik
zouden maken, indien de overtreding van
het vorenbedoelde verbod het karakter
van verzet van de zijde der geinterneerden
droeg, welke opvatting ook in de bedoe
ling van verdachte lag.
Al is aan het Hof niet gebleken, dat ver
dachte als verantwoordelijk commandant
ir, alle opzichten de vereischte zorgvul
digheid heeft betracht waar het leven van
medevolksgenooten op het spel stond, te
gen wie niets anders kon worden aange
voerd dan dat zij een andere politieke
overtuiging hadden dan aan de toenmalige
machthebbers welgevallig was, naar het
oordeel van het Hof kan de dood van de
vier geinterneerden, die de betreurde
slachtoffers zijn geworden van de destijds
hier te lan<Je heerschesnde politieke verdwa
zing, aan den verdachte niet worden aan
gerekend, voorzoover is komen vast te
staan, dat de omstandigheden, waaronder
de bewakingsmanschappen de doodelijke
schoten hebben gelosb onafhankelijk wa
ren van de door verdachte verstrekte or
der als vorenbedoeld.
Het is het Hof namelijk gebleken, dat
de bewakingsmanschappen, inzonderheid
zij, die de doodelijke schoten hebben ge
lost te weten de getuigen Eikema en
Schakel bij de uitvoering van de meer
genoemde order van verdachte inderdaad
de tegemoetkomendheid hebben betracht,
welke verdachte veronderstelde en dat zij
eerst tot het gebruik van hun vuurwapenen
zijn overgegaan, toen het gedrag van een
tier geinterneerden daartoe bepaaldelijk
aanleiding gaf.
Uit voor het Hof door verschillende ge
tuigen afgelegde verklaringen is komen
vast te staan, dat een dergeinterneerden,
die klaarblijkelijk niet heeft kunnen be
rusten in de weigering van zijn tot den
bewaker (getuige Eikema) gedaan verzoek
o.n bij de zich mede in den trein bevinden
de leden van zijn gezin Nte mogen gaan zit
ten, bij herhaling niet alleen van zijn plaats
is opgestaan, maar daartoe zelfs eenige
malen het geweer van genoemden bewa
ker heeft vastgegrepen, ondanks de her
haalde waarschuwingen van dezen bewa
ker en de door hem aanvankelijk toegepaste
maatregelen van geweld.
Het Hof acht het dan ook onder de ge
geven omstandigheden waarbij in aan
merking moet worden genomen, dat de
duisternis was ingevallen en de trein met
het oog op luchtgevaar niet mocht worden
zullen wij den alles omvattenden heer-
scher in den hemel van aangezicht tot
aangezicht ontmoeten; slechts een bang
vermoeden van zijn tegenwoordigheid, een
niet te stillen verlangen naar hem zal on
ze schuldbewuste zielen doen huiveren. En
toch: na den lichamelijken dood staan wij
met onze daden voor Allah en zijn straf
gerecht. Zijn heilige macht zal over ons
oordeelen!
De zielen der gc-de menschen worden
op andere planeten in volmaakteren vorm
opnieuw geboren of ontwaken op onze
aarde tot nieuw leven als profeet en ver
kondigen de heilige geboden. Vele anderen
dienen de menschen als waarschuwings-
en beschermgeesten, tot Allah's barmhar
tigheid hen waardig oordeelt, opnieuw een
hooger leven te beginnen.
Doch Allah's toorn treft zwaar de zielen
van slechte menschen. Zij worden terug-
geslingerd in het stoffelijk omhulsel van
giftige planten en walgelijke dieren, opdat
zij door alle schepselen der aarde worden
veracht en gemeden, de kwelling daarvan
leeren kennen en in eenzaamheid en wan
hoop verder leven.
O, gij menschen, ik, een beroepen die
naar van Mohammed, waarschuw u! Gij
Voor den handel verkrijgbaar bij
TEL. 23977
120- 5663
verlicht niet zonder redelijke aanleiding
dat de meergenoemde bewaker (getuige
Eikema), die verklaard heeft zich door de
bedoelde gedragingen van den geinterneer
de bedreigd te hebben gevoeld, tenslotte
van zijn vuurwapenen heeft gebruik ge
maakt.
Ook het door den anderen bewaker, ge
tuige Schakel, geloste schot, toen hij, in
het duister, nadat getuige Eikema reeds
geschoten had, iemand op zich toe zag ko
men, vindt naar het oordeel van het Hof
onder dezelfde omstandigheden zijn recht
vaardiging.
Het Hof stelt derhalve vast, dat de doo
delijke, schoten door de bewakingsman
schappen kennelijk uit andere overwegin
gen zijn gelost dan bepaaldelijk ter voldoe
ning aan de meergenoemde order van ver
dachte, namelijk uit zelfverdediging.
Dat het in de gegeven omstandigheden
niet onredelijke gebruik van hun vuurwa
penen door de genoemde bewakers, ver
band houdende met het gedrag van een
der geinterneerden, mede tot den dood van
drie anderen, die zich in zijn onmiddellijke
nabijheid bevonden heeft geleid, is aan
een diep betreurenswaardige samenloop
van' omstandigheden te wijten, waartoe
niet in de laatste plaats de in den trein
neerschende duisternis behoort.
Het Hof heeft nog overwogen of tenge
volge van de meergenoemde order van ver
dachte, welke opstaan verbood, wellicht
verzuimd is aan de getroffen slachtoffers
hulp te bieden, waardoor hun leven ge
red had kunnen worden. Ook deze vraag
heeft het Hof echter ontkennend beant
woord, omdat, gelijk mede door den getui-
ge-deskundige Manschot en door getuige
Hers, arts te Wassenaar, is verklaard, on
der de gegeven omstandigheden en bij de
onmogelijkheid van eenige verlichting hulp
verleening aan de overigens reeds doode-
lijk getroffenen in elk geval uitgesloten
moest worden geacht.
Het Hof is op grond van vorenstaande
overwegingen van oordeel, dat de dood
der vier slachtoffers, welke het beruchte
grinterneerden-traneport van Filmstad
raar Amsterdam op den 12den Mei 1940 in
de herinnering van velen doet voortleven,
niet te wijten is aan de schuld van ver
dachte.
VOOR DEN ECONOMISCHEN RECHTER.
Smokkelesn van tarwe.
W. F. van As te Leiden had zich be
zig gehouden met het smokkelen van tar
we, volgens de Officier was het hier niet
een kleine hoeveelheid reden om een geld
boete te eischen van 200.subs. 4 maan
den hechtenis. De economische rechter
veroordeelde verdachte conform dezen
eisch.
A. A. Kuiken te Leiden werd aange
bonden toen hij 25 kg. tarwebloem ver
voerde, die hij te Oude Wetering had ge
kocht. Verdachte noemde het geen tarwe
bloem want hij had het gekocht als zeme
len. De Officier noemde het tarwebloem
en eischte 25 subs. 25 dagen. Uitspraak
conform met verbeurdverklaring.
GEMENGDE BERICHTEN
BEIDE DIJBEENEN GEBROKEN.
Gisteren vervoerde de landbouwer H.
uit Olburgen met een veewagen een stier.
Daar dit dier niet goed vastgebonden was,
ging H. op den wagen om het vaster te
binden. Hij gooide daarbij de leidsels op
het paard, waardoor dit zoo schrok, dat het
op hol sloeg. H. werd van den wagen ge
slingerd, kwam hier onder en brak beide
dijbeenen.
zult u niet alleen bepalen tot innige ge
beden, maar ook daarnaar leven en han
delen. Betracht het goede en het edele
dan zult gij de poorten der eeuwige geluk
zaligheid geopend vinden!"
Driemaal achtereen boog de fakir devoot
het hoofd, mompalde eenige onverstaan
bare woorden en zweeg dan star voor zich
uit op den grond starend. Ook de aanwe
zige Inlanders en wij, Europeanen, zwegen.
Allen waren wij geboeid door den toorn en
het woord van dezen merkwaardigen en
ongetwijfeld sterk fascineerenden man.
„Noh, noh", bromde eindelijk ietwat on
behaaglijk de radja, „hoe kan je dat nu
allemaal weten?"
De fakir lachte zelfbewust en zijn don
kere oogen fonkelden als gloeiende kolen.
„Op een dergelijke vraag heb ik gewacht,
groote toengoe, want zij is de vrucht van
het menschelijk wantrouwen. Ook de Ko
ran leert ons: geloof en dood behooren
bijeen; zij hebben geen waarde, als zij niet
samengaan! Woorden vangen slechts twij
felaars, daden kweeken aanhangers!"
(Wordt vervolgd).
STAMKAART TONEN IS VERPLICHT
ALS MEN KOLEN ONTVANGT.
Alleen distributiedienst mag codenummer
wijzigen.
In verband met de omstandigheid, dat
niet alle leveranciers van vastebrandstof -
fen er voldoende controle op blijken te
houden, dat zij uitsluitend aan bij hen in
geschreven verbruikers brandstoffen afle
veren, heeft de secretaris-generaal van het
departement van Handel, Nijverheid en
Scheepvaart thans bepaald, dat zij bij
iedere aflevering van vaste brandstoffen
overlegging van de dis tr iibut iestamkaiart,
gemerkt „hoofd", identiteitskaart of in-
schrijvingskaart moeten eischen. De brand-
stoffenleveranciers zijin verplicht afleve
ring te weigeren, indien op de kaart hun
codenummer niet vermeld is.
Overlegging van de distributiestamkaart,
identiteitskaart of inschrijviragskaart be
hoeft niet te worden gevraagd bij levering
van turf, bruinkoolbriketten en kolenslilk
en bij levering van gascokes rechtstreeks
door een gasfabriek, daar voor deze geval
len een uitzondering op de klantenbin
dingsregeling is gemaakt, terwijl voor
groot verbruikers-huisbrand met een toe
wijzing voor meer dan 150 eenheden per
periode een afzonderlijke regeling is ge
troffen.
Met nadruk wordt' er daarom nogmaals
de aandacht op gevestigd, dat het verbaden
is, zelf een op de distributiestamkaart,
identiteitskaart of insehrijvingskaart ge
plaatst codenummer te wijzigen, het door
te halen of het door een ander nummer te
vervangen zulks is evenmin aan den
brandstoffenleverancier toegestaan. Uit
sluitend de plaatselijke distributiedienst is
bevoegd een codenummer te veranderen.
In verband hiermede dienen alle ver
bruikers, op wier distributiestamkaart,
identiteitskaart of insehrijvingskaart meer
dan één codenummer is vermeld, zich vóór
26 April a.s. tot den nlaatselijken distribu
tiedienst te wenden. Dit is dus ook van toe
passing op hen, die van den plaatselijken
distributiedienst of de brandstoffencom
missie indertijd toestemming of opdracht
tot verandering van leverancier hebben
gekregen. Het maakt hierbij geen verschil
of een of meer codenummers zijn doorge
streept of op andere wijze ongeldig zijn
gemaakt. Derhalve dient men zich ook,
indien op de kaai-t b.v. drie codenummers
zijn vermeld, doch twee hiervan zijn door
gestreept, tot den .plaatselijken distributie
dienst te wenden.
De plaatselijke distributiedienst zal ver
volgens de onjuiste codenummers door
strepen en het juiste codenummer waar
merken, door dit nummer te omlijnen en
het stempel van den dienst naast het om
lijnde codenummer te plaatsen.
Indien op een distributiestamkaart of
identiteitskaart geen ruimte meer is om
het codenummer op de bovenomschreven
wijze te waarmerken, zal de distributie
dienst een verklaring afgeven, dat de hou
der van de betrokken distributiestamkaart
DE ARBEIDSDIENSTPLICHT VOOR
STUDENTEN.
Omtrent de arbeidsdienstplicht voor stu
denten wordt nog het volgende medege
deeld.
Vrijgesteld zijn volgens artikel 10 alle
ouderejaars: Daarin ligt natuurlijk niet op
gesloten, dat zij zich niet als vrijwilligers
kunnen melden; integendeel, zij zullen
welkom zijn. Dit verdient trouwens alleen
al uit overwegingen van praktischen aard
aanbeveling voor hen, die geboren zijn na
1 Januari 1920, voorzoover zij van plan
zijn, later een openbaar ambt te bekleeden.