P.J. VERHOEF Jr., Leiden DONDERDAG 2 APRIL 1942 DE LEIDSCHE COURANT Arbeidsdienslplicht voor ambtenaren, onderwijzers en studenten Indien zij in aanmerking willen komen voor aanstelling of inschrijving VRIJWILLIGERS WORDEN ALLEREERST OPGEROEPEN. De secretaris-generaal van he departe ment van Algemeene Zaken heeft betref fende den arbeidsdienstplicht het volgende bepaald: Voor dienstneming bij den Nederland- schen Arbeidsdienst worden in de eerste plaats opgeroepen degenen, die zich daar toe vrijwillig aanmelden, voor zoover zij nog niet den leeftijd van 24 jaar hebben bereikt. Deze bepaling en alle andere bepalingen in het. besluit, behalve die, waarbij uit drukkelijk een andere datum is vermeld, treden met ingang van heden in werking. Onderwijzers en ambtenaren. Met ingang van 1 Januari 1943 treden in werking de volgende bepalingen: „Zij, die in aanmerking wenschen te komen voor een aanstelling in open baren dienst of bij het bijzonder on derwijs, moeten, indien zij den leef tijd van 18 jaren hebben bereikt, hun arbeidsdienstplicht hebben vervuld. Dit is niet van toepassing op hen, die geboren zijn vóór 1 Januari 1920. Zij, die tijdens hun aanstelling in open baren dienst of bij het bijzonder onderwijs den leeftijd van 18 jaren bereiken, moeten op straffe van ontslag binnen een jaar hun arbeidsdienstplicht hebben vervuld. Studenten. Voorts treedt met ingang van 1 Sept. 1942 het volgende voorschrift in werking: „Zij, die in eenig studiejaar als stu dent wenscjien te worden ingeschre ven of eenig examen wenschen af te leggen bij een universiteit of hooge- school, moeten, indien zij den leeftijd van 18 jaar hebben bereikt, voor 1 Juni voorafgaande aan dat studiejaar, hun arbeidsdienstplicht hebben ver vuld". Deze bepaling is niet van toepassing op hen, die voor 1 Januari 1920 geboren zijn en ook niet op hen, die voor 1 Januari 1942 zich als student lieten inschrijven of al dan niet met goed gevolg een examen aflegden bjj een universiteit of hoogé- school. Werkloozen. De secretaris-generaal van het departe ment van Algemeene Zaken is bevoegd, na overleg met den secretaris-generaal van het departement van Sociale Zaken, per sonen, die den leeftijd van 18, doch nog niet dien van 24 jaar hebben bereikt en niet of niet volledig in een beroep of een bedrijf werkzaam zijn en geen geregelde beroeps- of schoolopleiding volgen, tot het vervullen van hun arbeidsdienstplicht of tot medewerking aan een onderzoek naar hun geschiktheid daarvoor, op te roepen. Hij die aan zoodanige oproeping niet vol doet of niet meewerkt aan een onderzoek, kan op verzoek van den commandant van den Ned. Arbeidsdienst door alle ambtena ren van Rijks- en gemeentepolitie worden aangehouden en naar de plaats, waar de arbeidsdienst moet worden vervuld of het onderzoek moet worden gehouden, wor den overgebracht. Hij kan bovendien wor den gestraft met hechtenis van ten hoog ste zes maanden of geldboete van ten hoogste duizend gulden. De voorgaande bepalingen zijn niet van toepassing op: a. hen, die op grond van het bepaalde in artikel 7 van de Arbeidsdienstverordening voor het vervullen van den dienst niet konden worden aangenomen; b. hen, die een werkelijken dienst van ten minste vier maanden, tijd met verlof doorgebracht medegerekend, hebben ver vuld als militair, als lid van den Ned. Op- bouwdienst of als vrijwilliger bij de Duit- sche' weermacht, de „Waffen SS" of het Vrijwilligerslegioen Nederland, tenzij de dienstneming vrijwillig geschiedt; c. gehuwden, tenzij zij in aanmerking wenschen te komen voor een aanstelling in openbaren dienst of bij het bijzonder on derwijs, dan wel als student wenschen te worden ingeschreven of eenig examen wenschen af te leggen bij een universiteit of hoogeschool. In bijzondere gevallen kan door den se cretaris-generaal van het departement van Algemeene Zaken vrijstelling of uitstel van bovengenoemde vereischten worden verleend. Personen, aangesteld in openbaren dienst of bij het bijzonder onderwijs, die hun ar beidsdienstplicht vervullen, worden geacht met verlof te zijn zonder behoud van be zoldiging. De arbeidsdiensttijd telt ten vol le mede voor recht op vaste aanstelling, voor periodieke salaris- en loonsverhoogin- gen, bevordering en pensioen, terwijl pen sioenpremie over dien tijd niet wordt ver haald. Zij, die hun arbeidsdienst hebben ver vuld. hebben, in overeenstemming met hun bekwaamheden, recht op voorrang bij ar beidsbemiddeling in Nederland, waartoe de gewestelijke arbeidsbureaux hun mede werking verleenen. Zij, die thans zijn aangesteld of voor 1 Januari 1943 aangesteld worden in open baren dienst of bij het bijzonder onder wijs, moeten, indien zij den leeftijd van 18, doch niet dien van 22 jaar hebben be reikt en ongehuwd zijn, op straffe van ontslag, voor 1 Juli 1944. gedurende het daartoe door den secretaris-generaal van het dep. van Alg. Zaken te bepalen tijd vak, hun arbeidsdienst hebben vervuld. Ook voor hen gelden de hierboven ge noemde gevallen van niet toepassing en de mogelijkheid van vrijstelling. De bepaling, dat voor dienstneming in den Ned. Arbeidsdienst in de eerste plaats worden opgeroepen degenen, die zich daarvoor vrijwillig' aanmelden, voor zoo ver zij nog niet den leeftijd van 24 jaar hebben bereikt, en eveneens het gestelde, dat deze bepaling niet van toepassing is op hen, die op grond van het bepaalde in artikel 7 van de Arbeidsdienstverordening voor het vervullen van den dienst niet konden worden aangenomen, zijn mede van toepassing op dienstneming in den Ned. Arbeidsdienst door vrouwelijke per sonen. Overigens kan de secretaris-generaal an dere bepalingen van dit besluit van toe passing verklaren op vrouwelijke personen. Hoofdredacteur: Th. Wilmer, Lelden. Red. Buitenland: Mr. H. Geise, Leiden. Red. Stad en Sport: M. Zonderop, Leiden. Red. Omgeving: L. Roozen, Leiden. Red. Letteren en Kunst: Fr. Schneiders, Leiden. Abonnementsprijs voor Leiden 20 cent per week, ƒ2.63 per kwartaal. Bij onze agenten 21 cent per week, 2.73 per kwartaal. Franóo per post /3.10 per kwartaal. Losse nummers 6 cent. Advertentiëp 1—15 m.M. ƒ2.30, elke m.M. meer 15 cent. Ingezónden mede- deelingen dubbel tarief. Telefoontjes hoogstens 30 woorden: Dienstaanbie dingen en dienstaanvragen ƒ0.60 per plaatsing, alle andere 0.72 bij voor uitbetaling alléén Woensdag en Zater dag. WEERBERICHT ZONS OP. EN ONDERGANG. Zon ónder 8.14 uur Donderdagavond. Zon op 7.12 uur Vrijdagochtend. Zon onder 8.16 uur Vrijdagavond. Zon op 7.09 uur Zaterdagochtend. Tusschen deze tijden moet worden ver duisterd. MAANSTANDEN. 2 April: De maan komt Donderdagavond om 9.37 uur op en gaat Vrijdagmorgen om 8.26 uur onder. 3 April: De maan komt Vrijdagavond om 10.56 uur op en gaat Zaterdagmorgen om 8.59 uur onder. 5 April: De maan komt Zondagnacht om 0.11 uur op en gaat Zondagmorgen om 9.39 uur onder. 6 April. De maan komt Maandagnacht om 1.25 uur op gaat Maandagmorgen om 10.27 uur onder. 7 April: De maan komt Dinsdagnacht om 2 30 uur op en gaat Dinsdagmiddag om 31.22 uur onder. (Laatste kwartier). 8 April: De maan komt Woensdagnacht om 3.26 uur op en gaat Woensdagmiddag om 12.22 uur onder. FEUILLETON iDüe taade ótxepxn door GERT HARTENAU—THIEL. 42) „Si Margaga", begon ik, hem vriendelijk toeknikkend, „wij hebben je laten roepen, om hier voor je vorst en de hooge heeren van zijn gevolg, ook ons ongeloovige Euro peanen tot geloovigen te maken. Je bent een gezegende, een dienaar van Allah en je noemt je zelf „Mohammed's werktuig der wake". Wij zijn er daarom allen van overtuigd, dat je een vraag zult kunnen beantwoorden, waarover je stellig ook zelf al eens zult hebben nagedacht en die alle menschen op aarde sterk intersseert. Wel iswaar ben je een moefti, dus een leeraar van den Koran, van het goddelijk woord, zoodat je, als elke geloovige priester, er voor zult terugschrikken, mijn vraag an ders te beantwoorden, dan je geloof het voorschrijft. Maar wij stellen nu eenmaal als klant bij den op de vermelden hande laar is ingeschreven. Alvorens men zich evenwel naar den distributiedienst begeeft, om het codenum mer te laten waarmerken, dient men zich er rekenschap van te geven bij welken handelaar men zich behoort te laten in schrijven. De inschrijving mag slechts plaats vinden bij dien handelaar, van wien men vóór November 1941 regelmatig zijn vaste brandstoffen betrok, welke hande laar, behalve in bijzondere ter beoordee ling van de brandstoffencommissie staande omstandigheden, dezelfde leverancier moet zijn als in het stookseizoen 1939/1940. In dien men méér dan een leverancier had, dient men in het algemeen dengene te kie zen, van wien men het grootste deel van zijn brandstoffen betrok. Het is evenwel mogelijk, dat in dit geval de brandstoffen- commissie beslissen zal, dat men zich bij een anderen leverancier moet laten in schrijven. Het is tevens noodzakelijk, dat men zich nauwkeurig op de hoogte stelt van het juiste codenummer van den handelaar, bij wien men zich laat inschrijven. onbeperkt vertrouwen in je en daarom zou ik je willen verzoeken, de betreffende vraag niet volgens de wetten van de hei lige schrift op te lossen, maar een zuiver menschelijk en duidelijk antwoord te ge ven, dat de vrucht is van je eigen, rijpe gedachten. De vraag, die ons bezig houdt, Si Margaga, is deze: Bestaat er werkelijk een verder leven na den dood of is de ziel sterfelijk evenals het lichaam?" Zwijgend had de fakir mij aangehoord. Toen ik was uitgesproken, nam hij plaats op het kostbare tapijt in de vorstelijke ontvangveranda, kruiste zijn beenen over elkaar en liet zijn donkere oogen over de aanwezigen glijden. Eerst na een poosje, dat ons een eeuwigheid toescheen, boog hij als groetend zijn hoofd en antwoordde: „Toenggoe besar, toean commandant en g'j anaere hooge heeren! Voor ons nrnu- schen op aarde zijn er drie enkele dagen in het jaar, die vrij zyn en waarop zoowel het goede als het kwade met succes wordt bekroond. Allah's wijsheid houdt deze da gen voor de menschen verborgen, want an ders zou de zonde toenemen en het goede onze overmoedig maken. En toch heeft Al lah's genade mij, zijn knecht, doen weten, wanneer mijn vrije dag is aangebroken, Want alleen in bijzondere gevallen zal hun later vrijstelling van artikel 2, betreffen de den dienstplicht worden verleend. Voor degenen, die het staatsexamen zul len afleggen, zal een bijzondere regeling worden getroffen, die waarschijnlijk daar in zal bestaan, dat hun uitstel wordt ver leend of dat hun gedurende den dienst een kort verlof wordt toegestaan, om aan het examen te kunnen deelnemen. DR. JONGBLOED TOT HOOGLEERAAR TE UTRECHT BENOEMD. Bij besluit van den secretaris-generaal van het departement van opvoeding, we tenschap en kuituurbescherming is dr. J. Jongbloed, thans conservator en privaat docent in de luchtvaart-geneeskunde, be noemd tot gewoon hoogleeraar in de fa culteit der geneeskunde aan de rijksuni versiteit te Utrecht, om onderwijs te ge ven in de physiologie. PRIJSREGELING VOOR KRENTEN BROOD. In verband met de naderende Paasch- dagen is het wemsdhelijk gebleken voor krentenbrood een afzonderlijke prijsrege ling te treffen. Dit is thans geschied en wel in dezen vorm, dat brood, waarin krenten, rozijnen of sucade zijn verwerkt, ten hoogste mag worden verkocht tegen het dubbele van 'het totaalbedrag der wet telijk toelaatbare inkoopsprijzen van de verwerkte grondstoffen. Op de naleving van dit voorschrift zal streng worden toegezien. wanner ik mag spreken en handelen als elk ander mensch. Zoudt u mij gisteren of morgen uw vraag hebben voorgelegd, dan zou ik die vraag niet hebben mogen be antwoorden. Vandaag echter is het mijn vr'jc dag en daarom wil ik meedeelen, wat ik weet." Hij boog driemaal diep het hoofd, mom pelde eenige onvefstaanbare woorden en ging dan voort: „Wij schepselen der aarde leven allen een leven na den dood. Ontelbare malen heeft de dood ons achterhaald, ontelbare malen ook zijn wij geboren, tot wij gewor den zijn, wat wij nu zijn: menschen! De goddelijke adem, die het zaadkorreltje trof, werd de ziel in het allereerste begin van haar tocht in de eeuwigheid. De ziel is de adem Gods en derhalve onsterfelijk. Sterft het omhulsel van de ziel, het lichaam, dan ontwaakt de ziel in een ander groeiend lichaam. En zoo zijn wij halmen, bloemen, struiken en boomen geweest, visschen, vo gels, huis- en roofdieren geworden, tot Al lah's genade onze zielen in menschenge- daante liet ontwaken. Stap voor stap schreden wij den volmaakten vorm tege moet, zonder hoop Allah ooit te kunnen bereiken. Nimmer, tot in alle eeuwigheid RECHTZAKEN HET DRAMA BIJ HET TRANSPORT VAN DUIZEND GEÏNTERNEERDEN. De dood van vier geïnterneerden in den trein van filmstad naar Amster dam op den 12en Mei 1940 een ge volg van onbeheerscht optreden van een hunner. Tragische samenloop van omstandigheden. Geen schuld van den kapitein van Gellicum. VRIJSPRAAK EEN EISCH VAN RECHTVAARDIGHEID. In den avond van 12 Mei 1940 werd een duizendtal geinterneerde nationaal-socia- 'isten van „Filmstad" bij Den Haag per trein naar Amsterdam gebracht. Onderweg even voorbij Haarlem, speelde zich een drama in een treingedeelte af, dat aan vier geinterneerden het leven kostte. Een ge ïnterneerde had aan den bewaker gevraagd zich naar den anderen coupé te mogen be geven, waar zijn vrouw en kinderen zich bevonden. De bewaker hield zich aan de strenge orders, dat niemand mocht opstaan enz., waardoor de geinterneerde zenuwach- t'g werd en naar den bewaker toeliep, met wien hij in de duisternis in een handgemen raakte. De bewaker heeft daarop eenige schoten uit zijn karabijn gelost, een collega deed insgelijks en het resultaat was, dat vier menschenn het-leven lieten, nl. Chr. W. von Luetzow, Arie A. Hoek, Petrus J. Wolters en Jan N. Roest. De thans 47-jarige inspecteur van politie, A. M. van Gellicum, indertijd dienst doen de-als reserve-kapitein, had zich deswege onlangs voor het vredegerechtshof te 's-Gra- venhage te verantwoorden 'omdat hij te strenge orders voor het transport zou hebben uitgevaardigd. Overeenkomstig de conclusie van den fg. procureur-generaal mr. P. R. Blok heeft het vredegerechtshof heden den kapitein van Gellicum vrijgesproken. Het Hof heeft daarbij de volgende over wegingen laten gelden: Verdachte, die op den 12en Mei 1940 door zijn militaire meerderen belast is geweest met de overbrenging van een groot aantal geinterneerden van Filmstad 'gemeente 's-Gravenhage) naar Amtser- dam, is als commandant van het be wakings detachement, dat de geinterneerden in den trein van Wassenaar naar Amsterdam heeft begeleid, verantwoordelijk gelijk door verdachte wordt erkend voor de aan het bewakingspersoneel uitgegeven order, wel ker strekking was, dat het den geinterneer den was verboden, gedurende het treinver voer te spreken en van hun zitplaats op te staan, bij overtreding van welk verbod door de bewakingsmanschappen zou moeten worden geschoten. Verdachte heeft ver klaard, dat hij op grond Van zijn bekend heid met zijn onderhebbende bewakings manschappen de overtuiging had, dat zij deze order aldus zouden opvatten, dat zij eerst dan van hun vuurwapenen gebruik zouden maken, indien de overtreding van het vorenbedoelde verbod het karakter van verzet van de zijde der geinterneerden droeg, welke opvatting ook in de bedoe ling van verdachte lag. Al is aan het Hof niet gebleken, dat ver dachte als verantwoordelijk commandant ir, alle opzichten de vereischte zorgvul digheid heeft betracht waar het leven van medevolksgenooten op het spel stond, te gen wie niets anders kon worden aange voerd dan dat zij een andere politieke overtuiging hadden dan aan de toenmalige machthebbers welgevallig was, naar het oordeel van het Hof kan de dood van de vier geinterneerden, die de betreurde slachtoffers zijn geworden van de destijds hier te lan<Je heerschesnde politieke verdwa zing, aan den verdachte niet worden aan gerekend, voorzoover is komen vast te staan, dat de omstandigheden, waaronder de bewakingsmanschappen de doodelijke schoten hebben gelosb onafhankelijk wa ren van de door verdachte verstrekte or der als vorenbedoeld. Het is het Hof namelijk gebleken, dat de bewakingsmanschappen, inzonderheid zij, die de doodelijke schoten hebben ge lost te weten de getuigen Eikema en Schakel bij de uitvoering van de meer genoemde order van verdachte inderdaad de tegemoetkomendheid hebben betracht, welke verdachte veronderstelde en dat zij eerst tot het gebruik van hun vuurwapenen zijn overgegaan, toen het gedrag van een tier geinterneerden daartoe bepaaldelijk aanleiding gaf. Uit voor het Hof door verschillende ge tuigen afgelegde verklaringen is komen vast te staan, dat een dergeinterneerden, die klaarblijkelijk niet heeft kunnen be rusten in de weigering van zijn tot den bewaker (getuige Eikema) gedaan verzoek o.n bij de zich mede in den trein bevinden de leden van zijn gezin Nte mogen gaan zit ten, bij herhaling niet alleen van zijn plaats is opgestaan, maar daartoe zelfs eenige malen het geweer van genoemden bewa ker heeft vastgegrepen, ondanks de her haalde waarschuwingen van dezen bewa ker en de door hem aanvankelijk toegepaste maatregelen van geweld. Het Hof acht het dan ook onder de ge geven omstandigheden waarbij in aan merking moet worden genomen, dat de duisternis was ingevallen en de trein met het oog op luchtgevaar niet mocht worden zullen wij den alles omvattenden heer- scher in den hemel van aangezicht tot aangezicht ontmoeten; slechts een bang vermoeden van zijn tegenwoordigheid, een niet te stillen verlangen naar hem zal on ze schuldbewuste zielen doen huiveren. En toch: na den lichamelijken dood staan wij met onze daden voor Allah en zijn straf gerecht. Zijn heilige macht zal over ons oordeelen! De zielen der gc-de menschen worden op andere planeten in volmaakteren vorm opnieuw geboren of ontwaken op onze aarde tot nieuw leven als profeet en ver kondigen de heilige geboden. Vele anderen dienen de menschen als waarschuwings- en beschermgeesten, tot Allah's barmhar tigheid hen waardig oordeelt, opnieuw een hooger leven te beginnen. Doch Allah's toorn treft zwaar de zielen van slechte menschen. Zij worden terug- geslingerd in het stoffelijk omhulsel van giftige planten en walgelijke dieren, opdat zij door alle schepselen der aarde worden veracht en gemeden, de kwelling daarvan leeren kennen en in eenzaamheid en wan hoop verder leven. O, gij menschen, ik, een beroepen die naar van Mohammed, waarschuw u! Gij Voor den handel verkrijgbaar bij TEL. 23977 120- 5663 verlicht niet zonder redelijke aanleiding dat de meergenoemde bewaker (getuige Eikema), die verklaard heeft zich door de bedoelde gedragingen van den geinterneer de bedreigd te hebben gevoeld, tenslotte van zijn vuurwapenen heeft gebruik ge maakt. Ook het door den anderen bewaker, ge tuige Schakel, geloste schot, toen hij, in het duister, nadat getuige Eikema reeds geschoten had, iemand op zich toe zag ko men, vindt naar het oordeel van het Hof onder dezelfde omstandigheden zijn recht vaardiging. Het Hof stelt derhalve vast, dat de doo delijke, schoten door de bewakingsman schappen kennelijk uit andere overwegin gen zijn gelost dan bepaaldelijk ter voldoe ning aan de meergenoemde order van ver dachte, namelijk uit zelfverdediging. Dat het in de gegeven omstandigheden niet onredelijke gebruik van hun vuurwa penen door de genoemde bewakers, ver band houdende met het gedrag van een der geinterneerden, mede tot den dood van drie anderen, die zich in zijn onmiddellijke nabijheid bevonden heeft geleid, is aan een diep betreurenswaardige samenloop van' omstandigheden te wijten, waartoe niet in de laatste plaats de in den trein neerschende duisternis behoort. Het Hof heeft nog overwogen of tenge volge van de meergenoemde order van ver dachte, welke opstaan verbood, wellicht verzuimd is aan de getroffen slachtoffers hulp te bieden, waardoor hun leven ge red had kunnen worden. Ook deze vraag heeft het Hof echter ontkennend beant woord, omdat, gelijk mede door den getui- ge-deskundige Manschot en door getuige Hers, arts te Wassenaar, is verklaard, on der de gegeven omstandigheden en bij de onmogelijkheid van eenige verlichting hulp verleening aan de overigens reeds doode- lijk getroffenen in elk geval uitgesloten moest worden geacht. Het Hof is op grond van vorenstaande overwegingen van oordeel, dat de dood der vier slachtoffers, welke het beruchte grinterneerden-traneport van Filmstad raar Amsterdam op den 12den Mei 1940 in de herinnering van velen doet voortleven, niet te wijten is aan de schuld van ver dachte. VOOR DEN ECONOMISCHEN RECHTER. Smokkelesn van tarwe. W. F. van As te Leiden had zich be zig gehouden met het smokkelen van tar we, volgens de Officier was het hier niet een kleine hoeveelheid reden om een geld boete te eischen van 200.subs. 4 maan den hechtenis. De economische rechter veroordeelde verdachte conform dezen eisch. A. A. Kuiken te Leiden werd aange bonden toen hij 25 kg. tarwebloem ver voerde, die hij te Oude Wetering had ge kocht. Verdachte noemde het geen tarwe bloem want hij had het gekocht als zeme len. De Officier noemde het tarwebloem en eischte 25 subs. 25 dagen. Uitspraak conform met verbeurdverklaring. GEMENGDE BERICHTEN BEIDE DIJBEENEN GEBROKEN. Gisteren vervoerde de landbouwer H. uit Olburgen met een veewagen een stier. Daar dit dier niet goed vastgebonden was, ging H. op den wagen om het vaster te binden. Hij gooide daarbij de leidsels op het paard, waardoor dit zoo schrok, dat het op hol sloeg. H. werd van den wagen ge slingerd, kwam hier onder en brak beide dijbeenen. zult u niet alleen bepalen tot innige ge beden, maar ook daarnaar leven en han delen. Betracht het goede en het edele dan zult gij de poorten der eeuwige geluk zaligheid geopend vinden!" Driemaal achtereen boog de fakir devoot het hoofd, mompalde eenige onverstaan bare woorden en zweeg dan star voor zich uit op den grond starend. Ook de aanwe zige Inlanders en wij, Europeanen, zwegen. Allen waren wij geboeid door den toorn en het woord van dezen merkwaardigen en ongetwijfeld sterk fascineerenden man. „Noh, noh", bromde eindelijk ietwat on behaaglijk de radja, „hoe kan je dat nu allemaal weten?" De fakir lachte zelfbewust en zijn don kere oogen fonkelden als gloeiende kolen. „Op een dergelijke vraag heb ik gewacht, groote toengoe, want zij is de vrucht van het menschelijk wantrouwen. Ook de Ko ran leert ons: geloof en dood behooren bijeen; zij hebben geen waarde, als zij niet samengaan! Woorden vangen slechts twij felaars, daden kweeken aanhangers!" (Wordt vervolgd). STAMKAART TONEN IS VERPLICHT ALS MEN KOLEN ONTVANGT. Alleen distributiedienst mag codenummer wijzigen. In verband met de omstandigheid, dat niet alle leveranciers van vastebrandstof - fen er voldoende controle op blijken te houden, dat zij uitsluitend aan bij hen in geschreven verbruikers brandstoffen afle veren, heeft de secretaris-generaal van het departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart thans bepaald, dat zij bij iedere aflevering van vaste brandstoffen overlegging van de dis tr iibut iestamkaiart, gemerkt „hoofd", identiteitskaart of in- schrijvingskaart moeten eischen. De brand- stoffenleveranciers zijin verplicht afleve ring te weigeren, indien op de kaart hun codenummer niet vermeld is. Overlegging van de distributiestamkaart, identiteitskaart of inschrijviragskaart be hoeft niet te worden gevraagd bij levering van turf, bruinkoolbriketten en kolenslilk en bij levering van gascokes rechtstreeks door een gasfabriek, daar voor deze geval len een uitzondering op de klantenbin dingsregeling is gemaakt, terwijl voor groot verbruikers-huisbrand met een toe wijzing voor meer dan 150 eenheden per periode een afzonderlijke regeling is ge troffen. Met nadruk wordt' er daarom nogmaals de aandacht op gevestigd, dat het verbaden is, zelf een op de distributiestamkaart, identiteitskaart of insehrijvingskaart ge plaatst codenummer te wijzigen, het door te halen of het door een ander nummer te vervangen zulks is evenmin aan den brandstoffenleverancier toegestaan. Uit sluitend de plaatselijke distributiedienst is bevoegd een codenummer te veranderen. In verband hiermede dienen alle ver bruikers, op wier distributiestamkaart, identiteitskaart of insehrijvingskaart meer dan één codenummer is vermeld, zich vóór 26 April a.s. tot den nlaatselijken distribu tiedienst te wenden. Dit is dus ook van toe passing op hen, die van den plaatselijken distributiedienst of de brandstoffencom missie indertijd toestemming of opdracht tot verandering van leverancier hebben gekregen. Het maakt hierbij geen verschil of een of meer codenummers zijn doorge streept of op andere wijze ongeldig zijn gemaakt. Derhalve dient men zich ook, indien op de kaai-t b.v. drie codenummers zijn vermeld, doch twee hiervan zijn door gestreept, tot den .plaatselijken distributie dienst te wenden. De plaatselijke distributiedienst zal ver volgens de onjuiste codenummers door strepen en het juiste codenummer waar merken, door dit nummer te omlijnen en het stempel van den dienst naast het om lijnde codenummer te plaatsen. Indien op een distributiestamkaart of identiteitskaart geen ruimte meer is om het codenummer op de bovenomschreven wijze te waarmerken, zal de distributie dienst een verklaring afgeven, dat de hou der van de betrokken distributiestamkaart DE ARBEIDSDIENSTPLICHT VOOR STUDENTEN. Omtrent de arbeidsdienstplicht voor stu denten wordt nog het volgende medege deeld. Vrijgesteld zijn volgens artikel 10 alle ouderejaars: Daarin ligt natuurlijk niet op gesloten, dat zij zich niet als vrijwilligers kunnen melden; integendeel, zij zullen welkom zijn. Dit verdient trouwens alleen al uit overwegingen van praktischen aard aanbeveling voor hen, die geboren zijn na 1 Januari 1920, voorzoover zij van plan zijn, later een openbaar ambt te bekleeden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1942 | | pagina 2