Nieuwe bonnen ZATERDAG 28 FEBRUARI 1942 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BLAD - PAG. 2 Hoofdredacteur: Th. Wllmer, Lelden. Red. Buitenland: Mr. H. Geise, Lelden. Red. Stad en Sport: M. Zonderop, Lelden. Red. Omgeving: L. Roozen. Leiden. Red. Letteren en Kunst: Fr. Schneider*, Lelden: Abonnementsprijs voor Leiden 20 cent per week, 2.63 per kwartaal. Bij onze agenten 2i cent per week, 2.73 per kwartaal. Franco per post 3.10 per kwartaal. Losse nummers 6 cent. Advertentiën 36 cent per regel Ingezonden mededeelin-gen dubbel tarief. Telefoontjes hoogstens 30 woorden 60 cent per plaatsing ^^jiHé^i^Woensdag^n^aterdag^^^^ WEERBERICHT ZONS OP- £N' ONDERGANG: Zon onder 7.14 uur Zaterdagavond. Zon op 8.28 uur Zondagochtend. Zon onder 7.10 uur Zondagavond. Zon op 8.26 Maandagochtend. Tusschcn deze tijden moet worden ver duisterd. MAANSTANDEN. 28 Februari: De maan komt Zaterdag namiddag om 4.37 uur op en gaat Zondag morgen om, 7.37 onder. 1 Maart: De maan komt Zondagnamiddag om 5.44 uur op en gaat Maandagmorgen om. 8.07 uur onder. (Volle maan). i Maart: De maan komt Maandagavond om 8,55.' uur op en gaat Dinsdagmorgen om 8.35 uur onder. 3 Maart. De Maan komt» Dinsdagavond om 8.09 uur op en gapt Woensdagmorgen on. 9.02 onder. 4. Maart: De maan komt Woensdag avond om 9.23 op en gaat Donderdagmor gen om 9.28 uur onder. 5 Maartê De maan komt Donderdag avond om 10.39 uur op en gaat Vrijdag morgen om 9.56 uur onder. 6 Maart; De maan komt Vrijdagavond om 11.56 uup.op en gaat Zaterdagmorgen om 10.26 um^pnder. ZEEPDISTRIBUTTB. De secretaris-generaal van het departe ment van Handel, Nijverheid en Scheep vaart maakt bekend, dat de onderstaande bonnen recht geven op het koopen van de daarachter vermelde hoeveelheden zeep. Tollet- en huishoudzeep. Gedurende het tijdvak van 1 Maart tot en met 31 Maart a.s. geeft de met „228" genummerde bon van de „bonkaart alge meen" alsmede de met „H" zeep gemarkte bon van de nieuw uitgereikte zeepkaarten, welke respectievelijk ten behoeve van kin deren beneden den leeftijd van twee jaar en van een leeftijd tusschen twee en acht jaar zijn uitgereikt, recht,, op het koopen van: hetzij 150 gram toiletzeep (samenstelling van na 1 September 1940); hetzij 90 gram huishoudzeep; hetzij 150 gram zachte zeep (samenstel ling van na 1 Januari 1941); hetzij 100 gram zachte zeep (samenstel ling van na 31 Augustus 1941); hetzij 250 gram zeeppoeder; hetzij 450 gram waschpoeder. Stukken huishoudzeep van 120 gram, welke nog in omldbp zijn, mogen tegen In levering van een bon worden uitverkocht. Gedurende bovengenoemd tijdvak geeft de met „H toiletzeep" gemerkte bon van de zeepkaart, welke aan kinderen beneden den leeftijd van twee jaar is uitgereikt, recht op het koopen van 75 gram toiletzeep van de oude samenstelling. Volledigheidshalve wordt er op gewezen, dat waschpoeder niet gekocht kan worden door het publiek, doch 'uitsluitend wordt beschikbaar gesteld 'ten behoeve van was- scherijen. Evenmin is iulks het geval met vloeibare shampob. Deze wordt uitsluitend beschikbaar gesteld voor kappers. Een rantsoen vloeibare shampoo bedraagt een hoeveelheid van 200 gram. Zeep^ voor wasscherijen. De bestaande regeling ten aanzien van wasscherijen blijft onverminderd van kracht. De wasscherijen zijn derhalve ver plicht voor elke twintig kilogram droge vuile wasch een zeepbon van het publiek in ontvangst te nemen. Zooals reeds voor geschreven is, diepen de wasscherijen eerst een bon van hun klanten in ontvangst te nemen en pas daarna een hoeveelheid van twintig kilogram waschgoed, hetzij in eens, hetzij bij gedeelten, inbehandeling te ne men. De aandacht wordt er op gevestigd, dat bovenstaand voorschrift ook geldt voor de zoogenaamde „waschverzepders" die slechts als tusstbenpersoon tusschen het publiek en de wasscherijen optreden. De wósch van kantoren, hotels, café's enz. voor zoover het handdoeken, poets- en stofdoeken, servetten, tafellakens e.d. be treft. Kan ter behandeling wprden gegeven, zonder dat daarbij bonnen behoeven te worden afgegeven. De hiergenoemde uitzonderingen gelden derhalve niet voor beddegoed van hotels. HONDEN- EN KATTENBROOD. Hel rijksbureau voor de voedselvoorzie ning in oorlogstijd maakt bekend, dat voor de periode van 1 tot en met 31 Maart 1942 op bon 15 van de voederkaart yoor hon den verkrijgbaar wordt gesteld: voor honden van. groep 1 10 kg. honden brood. Voor honden van grpep 2 10 kg. honden brood. Voor hondep van groep 3 8 kg. honden- brood. Voor honden van groep 4 5 kg. honden brood. Voor honden van groep 5 4 kg. honden brood - Voor honden van groep 6 3 kg. honden brood. Op bon 15 van de voederkaart voor kat- <~n (groep K.) wordt voor dezelfde perio- 1 1/2 kg. kattenbrood verkrijgbaar ge- VI. Na 31 Maart 1942 zijn de bonnen no. an vorenbedoelde kaarten ongeldig, zij n niet meer worden aangenomen. IN EEN PAAR REGELS De Engelsche luchtmacht heeft gister nacht verscheidene plaatsen van het Duit- sche kustgebied aangevallen. De in woon wijken aangerichte schade is ten deele aanzienlijk Desondanks heeft de burger bevolking slechts geringe verliezen gele den. Volgens', voorloopige berichten wer den twee <Jer aanvallende Britsche vlieg tuigen neergeschoten. Torpedojager In den grond geboord. De Britsche admiraliteit maakt bekend, dat de vroegére Amerikaansche torpedo boot jager Belmont, die thans onder Brit sche vlag voer, getorpedeerd is. Tankschip getorpedeerd. In Washingtqn is door het ministerie van marine bekend gemaakt, dat de tank boot „R. Presor", van de Standard Oil Company, Donderdagavond voor de Atlan tische kust is getorpedeerd. Sowjet-generaal gesneuveld. De Moskousche berichtendienst heeft Vrijdagavond omgeroepen, dat de Sowjet- generaal majoor Lewasjof „bij de uitvoe ring van een gevechtsopdracht" gesneu veld is. Anarchistenleiders In Spanje gearresteerd. De politie van Sevilla heeft 40 leidende leden van de Iberische anarchisten-orga nisatie gearresteerd, onder wie de vroegere anarchisten-aanvoerder van Andalusië en Extremadura. Wegens communistische actie veroordeeld. De speciale afdeeling van het militaire gerecht der 15de divisie in Marseille heeft verschefdene jonge lieden wegens commu nistische actie veroordeeld tot zware straf fen. Twee beklaagden werden veroordeeld tot levenslange dwangarbeid en twee an dere tot 4 en 5 jaar gevangenisstraf. Spoorwegongeluk In Zweden. Eon ernstig spoorwegongeluk is Vrijdag avond bij Soedertaelje (Zweden) gebeurd. Tot dusver werden tien dooden en zes ge wonden geborgen KEGELING VAN DEN UITVOER NAAR DUITSCHLAND. Op grond van een beschikking van de secretarissen-generaal van de departemen ten van hardel, nijverheid en scheepvaart en van landbouw en visscherij, zullen met ingang van 2 Maart de uitvoerverboden niet meer gelden voor den uitvoer naar Duitschland. Voor een aantal industrieele producten blijft echter een controle aan de grens be staan op grond van de vervoerverboden der distributiewet. Voor zoover zulks niet reeds het geval was, gelden deze vervoerverbo den niet alleen voor ondernemingen, doch tevens voor particulieren. De hierboven vermelde regeling heeft derhalve tot gevolg, dat voor den uitvoer" naar Duitschland van industrieele produc ten in het vervolg noch een veryoerver- gunning noch een exportcertificaat meer aan de douane behoeft te worden overge legd, behalve ten aanzien van de hieronder vermelde goederen waarvoor een door het betrokken rijksbureau afgegeven vervoer- vergunning (distributievergunning) moet worden overgelegd: Producten van de ijzer- en metaalver werkende industrie, gereede Hextielproduc- ten, lompen, bereide en onbereide huiden en vellen, drijfriemen en technische leder waren, chemische producten: lakken en vernissen, kunstharsen, terpentijnolie, aethyl-alcohol, calciumcarbide, zinkoxyde, chroomzouten, saccharine, onbelichte films, citroenzuur, astherische oliën, kunsthoorn, peroxvyde en per-verbindingen, caustische of bijtende potasch (kaliumhydroxyde), schellak, caustisahe of bijtende soda (na- triumhydroxyde). synthetische reukstoffen, cosmetica, tandpasta's, wasch- en reini gingsmiddelen, tabaksproducten, papier en papierwaren, alle soorten rondhout, alle soorten gezaagd hout, alle soorten fineer, alle soorten rti'nlex en multiplex, alle soor ten houtvezelplaten, houtwoi, houten meu belen, alle soorten klompen, alle soorten houten zooien, alle soorten houten huis houdelijke voorwerpen en keukenbenoo- digdheden, ruwe kurk. Voor den uitvoer van industrieele pro ducten naar andere landen dan Duitsch land blijft de bestaande regeling ongewij zigd van kracht en moet derhalve evenals tot dusverre een door den centralen dienst voor in- en uitvoer afgegeven exportcerti ficaat worden overgelegd. De op grond van de bestaande monopo- lieregelingen voor landbouwproducten ver- eischte machtigirgen blijven ongewijzigd. De voor het reisverkeer geldende bijzon dere regelingen worden door het boven staande niet gewijzigd. BURGERLIJKE STAND LEIDEN Geboren: Gerardus Alexander, z. van G. M. Kikkert en J. A. Blansjaar Leo Maria, z. van L. W. G. v. Ulcten en H. M. J. la Rivière Joannes Maria Leendert, z. van G. W. H/ Post en A. C. M. R. v. d. Klaauw Elisabeth, d. van H. Boeff en Th. Marquenie Anna Lieze Dorothea, d. van K. J. Bosma en K. I. Kaufer Corne lia Martha Catharina, d. van J. Ravestein en G. Hoogendoorn Daniël Jan, z. van D. Siegers en W. v. d. Steen Maartje Hendrika, d. van C. de Mooij en H. v. Dui venvoorde Nicolaas Anthonius Johan nes, z. van J. C. Kouwenhoven en H. A. Kok Willem, z. van W. G. Nikkels en M. A. G. Beulink Pieter Johannes, z. van J. Lasschuijt §n C. M. P. Kettenis. Ondertrouwd: A. J. Kwak jm. 25 J. en F. E. Busscher jd. 26 j. A. Soes man jm. 27 j. en E. A. v. Arnhem jd. 24 j. P. v. Vliet jm. 28 j. en C. Roosendaal jd. 30 j. J. Delfos jm. 29 j. en H. v. Klink jd 26 j. STADSNIEUWS DE TAAK DER KAMERS VAN KOOPHANDEL IN VERLEDEN EN TOEKOMST Afscheidsrede van den heer D. ten Cate Brouwer In verband met de opheffing op 1 Maart as. van de alhier gevestigde Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Rijnland als zelfstandige instelling; hield deze Ka-i mer Donderdagmiddag in haar gebouw aan den Stationsweg onder voorzitterschap van den heer D. ten Cate Brouwer haar laatste openbare vergadering, welke door eep groot aantal burgemeester^ uit het district werd bijgewoond. Nadat eenige zaken van ondergeschikt belang Waren afgedaan, werd het Bureau der Kamer gemachtigd de loopende aan- gelègenheden naar eigen inzicht af te han delen. Na afdoening der agenda hield het Bu- reaü.der Kamer e,en afscheidsreceptie, aan^ het einde waarvan de heer ten Cate Brou^ wer een uitvoerige béschouwing wijdde aan de taak der Kamers van Koophandel in het verleden en ^in de toekomst, zoo mede aan de plaats Van het Nederlardsche bedrijfsleven ten-opzichte van het geheele economische bestel van het Europeesche continent. Daaraan is het volgende ontleend. Spr. herinnerde er alleréer/t aan, dat hier ter stede 125 jaar geleden een K. v. K. werd opgericht en vervolgde dan: Bij eenig na denken dringt het tot ons door hoe de be sluiten tot oprichting en opheffing geno men werden in tijden, die voor alle ko mende nageslachten, als van wereldhiato- rische beteekenis, zullen staan geboek staafd. Voor de derde maal in iets meer dan 125 jaren hebben honderdduizenden van Euro pa's beste zonen hun leven geofferd in een onderlingen strijd, hebben millioenen oude ren en jongeren de rampzalige gevolgen on dergaan van het smartelijkste leed, diepe ellende en kommer, uit deze Europeesche verdeeldheid voortvloeiend. Men moge met zijn sympathieën staan aan deze of gene zijde, zulks verhindert niet, dat bij alle verstandige menschen zich de vraag onweerstaanbaar moet opdrin gen of oorlogen tusschen volkeren van het zelfde continent tusschen volkeren, die da gelijks met elkander te maken hebben en als het ware door hunne geographische lig ging voor eikaars welvaart, op elkaar aan gewezen zijn, niet de grootste waanzin is, welke zich denken laat. Want als leden van een Kamer van Koophandel, die ook uit ervaring weten dat de crisisjaren, welke Nederland heeft moeten doormaken, in hoofdzaak te wijten waren aan de ineen- schrompeling van het vrije ruilverkeer tus schen de volkeren, realiseeren wij ons maar al te goed, dat verzwakking van één der Euaopeesche staten, die ons in economisch opzicht toch veel meer kunnen biéden dan Staten uit andere werelddeelen, verzwak king van ons eigen bestaan beteekent. Wanneer wij ons in dit vraagstuk ver diepen, om de oorzaak van deze voor de Europeesche beschaving zoo ruïneuze twee spalt na te gaan, moeten we komen tot de erkenning, dat deze oorlog, evenals die van 1914, in het diepst van zijn wezen, te wij ten is aan de machtsbegeerte van een niet tot onze cultuurgemeenschap behoorende natie, van een Rijk, dat op het vasteland van Europa in feite niets te zoeken en niets te maken heeft. Een natie voor wie een duurzame* tweespalt en haat tusschen de volkeren van het Europeesche vasteland een noodzakelijkheid is, teneinde eigen machtspositie onaangetast te behouden; voor welke natie een verdeeld Europa dus levensvoorwaarde is. Moet dat hoodlot Europa beschoren blijven, zoo vraag ik me af? Een in hart en nieren oprecht Neder lander, die het eerlijk meent met de toe komst van land en volk, moet zich heden in de eerste plaats de vraag stellen, wat het waarachtig belang van het eigen volk en land onder de gegeven omstandigheden van ons eischt' om na te gaan in hoeverre zulks bereikbaar is. Ik moet daarom iederen Nederlander toe roepen, blijf toch ook na het leed, dat over ons vaderland is gekomen, in de eerste plaats Nederlander, laat daarom het lands belang steeds het uitgangspunt zijn van uw handelen en denken. Bezaten wij meer werkelijkheidszin, dan zou het geheele Nederlandsche volk ér min stens van doordrongen moeten zijn, en de consequenties daarvan moeten aanvaarden, dat hoe ook de oorlog moge afloopen, onze geographische lieging. t.a.v. het overige deel van Europa dezelfde zal blijven. Daar aan kan niemand, ook een overwinning van Engeland en Amerika, iets veranderen. En wat beteekent nu deze ligging en wat zijn de mogelkheden voor ons land en volk aan deze ligging verbonden? Wanneer ons tegenwoordig geslacht iets te zeggen zou hebben gehad over de indee ling van Europa, dan zouden wij voor ons land economisch en cultureel bezien, geen beter plekje hebben kurnen uitkiezen dan het plekje, waarop wij thans leven. Aan de ééne zijde gelegen aan de voornaamste toe gangspoort tot de drukst bevaren zee ter wereld en aan de andere zijde grenzend aan het Europeesch Continent, een levens- ruimtq van vele tientallen millioenen men schen, waarborgt deze ligging aan onze bevolking in normale omstandigheden een duurzaam levenspeil, dat in andere deelen van de wereld moeilijk kan worden be reikt. Men vergete niet, dat het Nederlandsche bedrijfsleven de gevolgen van de ineen- schrompeling van het handelsverkeer tusL- sevhen ons land en Duitschland aan den lijve gevoelig heeft ervaren want met onze volkswelvaart ging het in de laatste voor- oorlogsche jaren sterk bergaf, waarbij voor al land- en tuinbouw het kind van de re kening werd. Engeland met zijn handelspolitiek, ge bonden aan het verdrag van Ottowa, waar bij de Dominiorts zich het voorkeursrecht van leveranciers van land- en tuinbouw producten wisten te verwerven, kon onzen Land- en Tuinbouw niet helpen. Voor on zen industrieeëlen export zag het er niet beter uit, overal stootte men op invoer verboden of prohibitieve invoerrechten. Men behoefde dan ook waarlijk geen eco noom van professie te zijn om te begrij pen, dat om de economische positie van land in ^gunstigen, zin1 te stimuleeren een- verbetering van de handelsbetrekkin gen met Duitschland een eisch van gebie dende noodzakelijkheid was. Hoe kwam het dan toch, dat deze ver betering maar niet lukte. Men vergat naar mijne bescheiden meening, in de allereer ste plaats een verbetering in de politieke betrekkingen tusschen ons land en Duitschland moest intreden. Officieel heetten deze betrekkingen weliswaar cor rect, maar in werkelijkheid zag men ge laten toe, dat een deel der Nederiandsche Pers de kloof tusschen beide landen steeds meer trachtte te verbreeden. Economisch zaten wij in de knel. Onze export stokte. Onze binnenlandsche markt was te klein. Het ééne noodige, een be hoorlijk afzetgebied ontbrak. Het was dan ook niet te verwonderen, dat er allerlei pogingen in het werk werden gesteld nieu we afzetgebieden te vinden. Wjj oriënteerden ons daarbij evenwel, wie kan zulks ontkennen, bewust naar het Westen, hierdoor bleef het handelsverkeer met Duitschland zich ongunstig ontwikke len, zooals spr. met tal van cijfers tóe- lichttt. Thans is aan onze Oostelijke grens een Europa in wording, ddt eendrachtig en daardoor sterk, een nog rijker bron van welvaart kan worden voor alle landen, die aan den opbouw van het Europa mede werkten. Laten wü mannen in dezen voor ons land en volk zoo hoogst belangrijken tijd, toch uitsluitend met ons verstand te rade gaan. Wij worden geplaatst voor'eenr keuze, die 'van enorme beteekenis is voor de toekomst van eigen land en volk.» Het beslissende oogenblik is er. Immers een Europa waarin de volkeren zullen sa- rhenwerken voor het gemeenschappelijk belang, kan niet anders dan een welvarend Europa zijn. Economisch en cultureel kan en zal een saamgebonden Europa tot on gekende ontwikkeling komen, waarvan ook Nederland de rijke vruchten zal pipukken. Door ons krachtig een welbewust te ©riënteeren op de Oost-Europeesche markt, zal onze Industrie, onze land en tuinbouw en ook onze visscherij weer een gezonde stevige basis krij gen. Deze voor ons land zoo natuurlij ke afzetmarkt ls, Ik zou bijna zeggen, onverzadigbaar. Niemand zal loochenen, dat het Duitsche volk als volk ons in afstamming het naast staat. Daarom juist zal er, dank zij een van nature aangeboren saamhoorigheidsge- voel, ook cultureel de meest vruchtbare samenwerking, die men zich maar zal kun nen wenschen, mogelijk zijn. Ik gevoel mij in geest en lichaam verbonden met ons volk en ons land. Ik heb slechts één wensch en deze is ons land weder vrij, ons volk weder gelukkig te zien. Dè plechtige ver zekeringen, welke in dit opzicht gedaan zijn, aanvaard ik met het grootste ver trouwen Duizenden vooraanstaande zakenmen- schen moeten erkennen, en doen zulks ook, dat wij economisch staan of vallen met on zen oosterschen nabuur. Een verslagen Duitschland beteekent eert economisch en financieel ontredderd Nederland. Betee kent armoede voor allen, de nekslag voor Land- en" Tuinbouw, beteekent voor onze industrie en handel de vernietiging van onbekend- gunstige, reëele perspectieven, Ik weet, dat gij allen het niet met mij eens zijt. Toch zou ik u dringend willen aanraden nog eens rustig na-te denken over hetgeén ik u in deze laatste zitting heb gezegd. Ik sta op het standpunt, dat de tiid gekomen is, dat ieder die denkt als ik, zfch openliik moet uitspreken. Heti s mHn eerlijke overtuiging, dat een gelukkige toekomst van Nederland, als ze'Mandige natie, economisch af hankelijk is van een onder Duit^ch- land's leMlng overkoepeld eensgezind, dus krachtig en vrij. en daardoor wel varend Midden-Europa. Wanneer wij ons nu de vraag stellen, of door de thans ingevoerde'reorganisatie van de Kamers van Koophandel, deze over heidsinstanties in staat zullen zijn," de haar opgedragen taak ten volle- te kunnen ver vullen, zal het noodig zijn, willen wij daar op een juist antwoord geven, dat wij de positie en doelstelling van de bestaande Kamers van Koophandel, hare samenstel ling en ten slotte ook de ambtsgebieden eens nader bezien. Wat het uitbrengen van adviezen over onderwerpen, die in de belangensfeer van het economisch leven lagen, aangaat, be paalde de wetgever, dat de Kamer ver plicht was, dezeadviezen, werden zij ge vraagd. te verstrekken. Het behoeft geen betoog, dat, indien de wetgever het omgekeerde had bepaald, n.l. dat over onderwerpen van economlschen aard. het advies der Kamer moest worden ingewonnen of indien de Wetgever had bepaald dat met het ingewonnen advies der Kamer zeer ernstig rekening moest worden gehouden, de positie der Kamer aan gezag aanzienlijk zou hebben gewon nen. Officieel was de Kamer de vertegen woordigster van het 'bedrijfsleven, maar wij weten allen, dat het politiek georgani seerde bedrijfsleven buiten de Kamer om, haar belangen, zelfstandig, door goed ge outilleerde bureaux bij de autoriteiten be pleitte, met een dikwijls beschamende ne gatie van de taak der Kamer. Vooral in de laatste voor-oorlogsche jaren nam het gezag van de Kamers daardoor meer en meer af. Eenigen invloed op de besluitep van den Staten-Generaal 'had de Kamer gewoon lijk, wanneer het standipunt der Kamer strookte met het inzicht van de politieke partijen. De Kamer kon, om een populaire uitdrukking te gebruiken, praten als Brugman, wanneer de geldmiddelen var Rijk, Provincie of Gemeente het wensche- lijk maakten, dat belemmerende taTieven voor het bedrijfsleven gehandhaafd moes ten worden, of waneer het in de kraam van de politieke organisaties om andere rede nen paste, gebeurde er niets of weinig. Was het te verwonderen, dat vooral in de laatste jaren het gezag en de invloed van de Kamers van Koophandel afnamen en dat de taak der Kamers hoe langer hoe meer culmineerde in de verzorging van het Handelsregister, het afgeven van certifi caten van oorsprong en andere verklarin gen? Te moeilijkeV was de positie der Ka mer, omdat het ambtsgebied der JCamer zeer willekeurige grenzen vertoonde, waar bij noch van een geographische, n'ooh van een economische eenheid kon worden ge sproken. Bovendien stond het groote aan tal der» Kamers een nauw onderling, vruchtbaar contact dikwijls in den weg. Ook de wettelijke regeling van de ver kiezing van de leden der Kamer gaf in de practij'k geen voldoening. Soms bleek het niet mogelijk het bedrijfsleven in een zoo ruim mogelijke nuancering in de Kamer vertegenwoordigd te krijgen. Men stelde zich immers op het standpunt, dat de ze tels der Kamers zooveel mogelijk gelijk matig bezet zouden worden door de diver se politieke organisaties. Dat onder deze omstandigheden de Kamers van Koophan del zich niet hebben kunnen ontwikkelen op de wijze, die de wetgever in 1922 ver wachtte, behoeft geen betoog. De Kamer van Koophandel en Fabrie ken voor Rijnland heeft haar taak hoofd zakelijk gezocht in het behartigen van de belangen van het economisch leven in haar district. Zij plaatste zich daarbij op het standpunt dat, wilde zij deze taak naar behooren vervullen, een» goede samen werking met de Gemeentebesturen nood zakelijke voorwaarde was. In de uitvoe ring van deze taak is de Kamer van Koop handel voor Rijnland niet te kort gescho ten. Het zou mij te ver voeren, wanneer ik u een volledig verslag zou willen geven van wat in de jaren van haar bestaan door de Kamer -js tot stand gebracht. Laat mij vol staan met in het algemeen te zeggen, dat de Kamer gedurende de 20 jaren van haar bestaan, zich te allen tijde van haar taak# bewust is geweest. Nooit tevergeefsis er op haar een beroep gedaan. Hare roeping getrouw, heeft zij met alle haar ten dienste staande middelen, handel, industrie en ambacht, waar deze in moei lijkheden verkeerden, geholpen. Zij heeft tot zegen van het algemeen, in conflicten tusschen ondernemers of groepen van on dernemers vaak een bemiddelende rol ge speeld, elders weer het initiatief genomen om een tak van bedrijf, die wegkwijnde, weer op de been te heipen. De Kamer strekte hare bemoeienissen vaak verder uit, dan van een Kamer van Koophandel en Fabrieken zou mogen wor den verwacht. De Kamer was dikwijls de initiatiefneemster, daar waar het particu liere initiatief ontbrak of faalde. Op de bres stond ze overal, waar het bedrijfsle ven bedreigd werd, waar al te strenge of onbillijke bepalingen den opbloei van 'n tak van nijverheid belemmerden. Dat'haar pogingen niat altijd het gewenschte resul taat hadden, is de Kamer niet te verwijten. Toen door de crisisjaren de financieele kracht van talrijke kleine ondernemers ge broken was, nam de Kamer het initiatief tot de stichting van het Rijnlandsch Borg stellingsfonds, het eerste fonds in den lan de, waardoor vele nijvere middenstanders in het district der Kamer voor den onder gang werden behoed. De stichting van het Persgasstation, door de Kamer tot stand gebracht, ligt ons allen nog versch in het geheugen. Thans blijkt, elke dag weer, hoe hier een waarlijk zegenrijk werk is ver richt. Niet vergeten mag ik te wijzen op het goede werk, dat de Kamer verrichtte door een schakel te zijn tusschen de Gemeente besturen van het district der Kamer. Zon der overdrijving mag ik zeggen, dat de goede geest vansamenwerking, welke er tusschfen de Gemeenten in het district der Kamer thans bestaat, in hoofdzaak te dan ken is aan het beleid der Kamer en aan het gezag, dat de Kamer zich in haar 20- jarig bestaan heeft kunnen verwerven. Hoe staat het nu mét de nieuwe Kamers van Koophandel? Wanneer wij dan de bevoegdheden na gaan, welke de Kamers van Koophandel nu krijgen en wij schenken aandacht aan de positie, welke de nieuwe Kamers in het economisch leven zullen gaan innemen, dan valt het dadelijk op, dat het gezag van de Kamers door deze reoganisatie aanzienlijk wordt versterkt. Tal van beslissingen, het economische le ven betreffend, worden gelegd in handen van de Kamers. De Gemeentebesturen zul len in de toekomst bij het'vaststellen van diverse verordeningen, terdege met de mee ning der Kamers moeten rekening houden. Van niet té Onderschatten beteekenis is voor de Kamer eveneens het feit, dat de Kamer thans de centrale organisatie van een onverdeeld saamgebonden bedrijfsle ven zal zijn. Weliswaar zullen de bedrijfs groepen, in de toekomst, grootere bevoegd heden ontvangen ter regeling en ter behar tiging van eigen belangen, doch deze be drijfsgroepen zullen door hare vertrou wensmannen in de Kamer vertegenwoor digd zijn. De taak der Kamer zal daardoor een meer algeemen bemiddelend karakter dragen. Vooral dus in de behartiging van het algemeen belang en het tegen elkaar afwegen van alle belangen, zal de taak der nieuwe Kamer liggen. Dat daardoor het gezag en de invloed, maar ook de verantwoordelijkheid van de Kamers aanzienlijk zal toenemen, dat meer dan voorheen, meer vruchtbaar en meer degelijk Werk zal worden verricht en dat mef groote omzichtigheid zal moeten wor den opgetreden, behoeft geen betoog. Ook in de samenstelling der Kamers is naar mijn meening een betere methode ge volgd. De leden van den Raad van Bijstand zullen, zooals hierboven reeds vermeld, in het algemeen de vertrouwensmannen zijn van alle bedrijfsgroepen. Dat voorts t de grenzen van het ambtsgebied van de Ka mers zullen samenvallen met de provin ciale grenzen, waardoor het gebied der Ka mer een geographische eenheid wordt, acht ik voor eencentrale behartiging van de belangen van het bedrijfsleven, zeer bevor derlijk. Men denke b.v. eens aan de belan gen van het verkeer, zóówel te water als te land, voor zoover provinciale voorschrif ten of verordeningen dit verkeer regelen. Alles komt nu in één hand. Op boven staande gronden is dus de reorganisatie van de Kamers van Koophandel een flinke schrede voorwaarts op den goeden weg om door een doelbewuste hecht opgebouwde or ganisatie, de belangen van het economisch leven te verzorgen. Dat het in de toekomst mede de Kamers zullen zijn, die bij het be palen van de voor ons land meest ge wenschte handelspolitiek, voorlichting zul len geven, acht ik van. de allergrootste be teekenis voor de welvaart van ons land. Tenslotte richtte spr. woorden van dank tot allen met wie de Kamer en spr. per soonlijk in de afgéloopen 20 jaar op de meest aangename wijze heeft mogen samen werken, t.w. de burgemeesters van Leiden en de andére gemeenten in het district; den Dijkgraaf van het Hoogheemraadschap Rijnland, het Bureau der Kamer, in het bij zonder den secretaris, mr. dr. P. G. Knibbe en den voorzitter van de afd. Kleinbedrijf, den heer H. M. Simonis en ten slotte tot de leden, wien spr. namens het Bureau dec Ka mer een stoffelijke herinnering aanbood. Op het vervolg dezer bijeenkomst en op het verloop van den maaltijd, dien de voor zitter na afloop den leden in café-restau rant „In 'den vergulden Turk" aanbood, komen wij nader terug.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1942 | | pagina 2