DINSDAG 18 NOVEMBER 1941 DE LEIDSCHE COURANT PAG. 2 Hoofdredacteur: Th. Wllmer, Lelden. Red. Buitenland: Mr. H. GeLse, Lelden. Red. Stad en Sport: M. Zonderop. Lelden. Red. Omgeving: L. Roozen, ^elden. Red. Letteren en Kunst: Fr. Schneiders, Lelden. L WEERBERICHT jj ZONS OP-EN ONDERGANG Zon onder 5.44 uur Dinsdagavond. Zon op 9.08 uur Woensdagochtend. Tusschen deze tijden moet worden ver duisterd. MAANSTANDEN 18 November: De maan komt Dinsdag morgen om 7.54 uur op en gaat Dinsdag avond om 5.54 onder. (Nieuwe maan). 19 November: De maan komt Woensdag ochtend te 9.14 uur en gaat Woensdagavond om (f.42 uur onder. 20 November: De maan komt Donderdag morgen om 10.39 uur op en gaat Donder- cagavond om 7.29 uur onder. 20 November: De maan komt Donderdag morgen om 10.39 uur op en gaat Donderdag avond om 7.29 uur onder. 21 November: De maan komt Vrijdag voormiddag om 11.35 uur op en gaat Vrij dagavond om 8.30 uur onder. 22 November: De maan komt Zaterdag middag om 12.31 uur op en gaat Zaterdag avond om 9.36 uur onder. 23 November: De maan komt Zondag middag om 1.18 uiir op en gaat Zondag avond om 10.47 uur onder. BINNENVAART OP GENERATORGAS VERSCHEIDENE SCHEEPSMOTOREN KOMEN VOOR OMBOUW IN AANMERKING. De staat als generatorpromotor. De binnenvaart gaat zich onafhankelijk maken van de stookolie, gelijk het auto verkeer bezig ;s te doen ten aanzien van de ibenzlne. Zij ondervindt hiertoe alle medewerking van de overheid, die aan -het departement van handel, nijverheid en scheepvaart een bureau „generatoren en tank-gas" heeft in gesteld, terwijl de secretaris-generaal van het departement van waterstaat een „com missie voor den inbouw van generatoren in vaartuigen" in het leven riep. Deze commissie staat onder leiding van mr. K. Vonk, souschef van de afdeeling vervoerswezen aan het departement van waterstaat, en in het dagelijksch bestuur dezer commissie heeft mede zitting ir. N. J. Kollewijn, directeur van het bureau ge neratoren en tankgas, onder welk bureau ressorteeren o.a. het bureau ombouw mo toren, dat te Delft is gevestigd en dat on der directie staat van ir. J. J. Broeze, en de afdeeling research, onder leiding van ir. L. A, Peletier. De hier genoemde heer en hebben in een ■persconferentie belangwekkende mededee- lingen gedaan over de maatregelen betref fende inbouw van generatoren in vaartui gen. Mr. Vonk-schetste de beteeken is van de binnenvaart voor een waterrijk land als het onze. Op grond van betrouwbare schattingen mag worden aangenomen, dat de binnen vaart voor den oorlog toen wij nog niet over volledige statistieken van alle ver voer beschikten reeds tenminste zoo veel tonnen/kilometers vervoer presteer de als de beide andere belangrijke ver- voertakken: spoor en auto, tezamen. Thans is dit mog in sterkere mate het geval. De binnenvaart is een vastvormig be drijf, zoowel naar het type schip als naar de soort van vervoer. Daartoe behoort de groote Rijn-Herne-kast, die de kolen af voert en een lading inneemt, waarmee twee zware kolentreinen kunnen worden gevuld, doch ook het andere uiterste: het groentensehuitje, dat een vrachtje groen ten van het land naar de veiling brengt. Vele duizenden tonnen massagoed wor den in de binnenvaart verzet en daarnaast werkt de beurtvaart met haar honderden lijnen ter verzorging van het stukgoederen- vervoer. Uiteenloopend is ook het karakter van het vaarwater. Men denke aan de groote rivieren, de Zeeuwsche stroomen, het IJsel- meer en daartegenover aan het rustige kanaal en de nauwe sloot. Vooroorlogsche statistieken leeren ons, dat het aantal motoren in de binnenvaart omstreeks 11.000 bedraagt, met een totaal vermogen van ongeveer 250.000 P.K., on gerekend de honderden motorsleepboot en, die soms heele sleep treinen achter zich aan trekken. In de tegenwoordige omstandig/heden kunnen nog slechts geringe hoeveelheden gasolie voor deze motoren ter beschikking De situatie moet onder het oog worden gezien, dat deze brandstoffen geheel zou den komen te ontbreken. Toch moet de binnenvaart haar veelom vattende taak kunnen voortzetten. Daarom is het vraagstuk van de voor ziening der binnenvaart met generatoren een vraagstuk van het grootste belang voor ons volk. Intusschen maakt de veelvormigheid van de -binnenvaart, van type en afmetingen der schepen, dit vraagstuk niet gemakke lijk oplosbaar. De plaatsing van een gene rator op een schip is telkens een probleem op zichzelf. De overheid achtte zich daarom geroe pen, deze zaak te regelen. Zy stelde bo vengenoemde commissie in en gaf de be schikking, over een crediet. De algemeene lijnen van de generator- politiek worden met deze commissie, waar in de binnenscheepvaartorganisaties haar vertegenwoordiging vinden, besproken. Wat den financieelen opzet aangaat, de ze is als volgt. De commissie koopt de ge neratoren en doet deze plaatsen op de vaartuigen, die uit technisch en vervoerpo- litiek oogpunt voor generatorenplaaising in aanmerking komen. De eigenaar of ex ploitant van het vaartuig sluit met den staat een huurkoopcontract, waardoor hij tenslotte den generator met bijbehocren in eigendom verwerft, en ontvangt voor de telkens vervallende termijnen een subsi die, echter onder één voorwaarde, dat hy den generator behoorlijk verzorgt en zijn schip in de vaart houdt. Eenerzijds krijgt dus de eigenaar of ex ploitant den generator met bijbehoorende installatie cadeau, mits hij van goede wille is, en anderzijds wordt op deze wijze de noodige waarborg geschapen, dat de generator inderdaad aan het daarmede be oogde doel beantwoordt. Vele technische moeilijkheden moesten worden overwonnen. Een gering aantal vaartuigen, uitgerust met generatoren, is daarom nog slechts in de vaart, doch daar mede worden dan ook bevredigende resul taten bereikt. Op grond van de behaalde technische resultaten en de verkregen er varing mag worden verwacht, dat thans met groote kracht de bouw van generato ren in grootere aantallen in vaartuigen ter hand kan worden genomen. Uiteraard mag niet worden verwacht, dat op de vele duizenden vaartuigen in de binnenvaart generatoren geplaatst zullen kunnen wor den, doch wel mag worden aangenomen, dat een vitale kern van het bedrijf zal kunnen worden voorzien. In aansluiting hieraan gaven ir. Kolle wijn en ir. Peletier eenige technische in lichtingen Voor de scheepvaart zijn, zooals te be grijpen valt, andere typen generatoren noodig dan voor het wegverkeer. De af deeling research houdt zich bezig met de beoordeeling van nieuwe typen generato ren, waarvoor een serie keuringseischen geldt, zoo bijvoorbeeld ten aanzien van gasproductie, stookwaarde, veiligheid enz. Voorts worden de .installaties iedere drie maanden, nadat zij in praktijk zijn gesteld, opnieuw gecontroleerd. Ais generatorbrandstof voor scheepsin- stallaties wordt in hoofdzaak anthraciet toegewezen. Hout komt niet in aanmer king, turf slechts in geringe mate. In het algemeen kan worden gezegd, dat een schip zich beter leent voor generator- bedrijf dan een auto, omdat men in het eerste geval meer met een continue belas ting heeft te maken. Een generatorinstallatie bestaat uit een aantal betrekkelijk eenvoudige consitruc- tie-elementen. zoodat fabrieken en werk plaatsen, welke over een bescheiden outil lage beschikken, in staat zijn generatoren te fabriceeren. Als warm te-technisch ap paraat stelt dj generator den ontwerper echter voor vele problemen, voor de op lossing waarvan groote kennis vereischt wordt en tevens de noodige technische hulpmiddelen, teneinde de onmisbare ■proefnemingen te kunnen uitvoeren. Het is dan ook van den aanvang af het stre ven geweest van het bureau generatoren en tankgas zooveel mogelijk fabricatie- vergunning te verleenen aan diegenen, die aan de gestelde voorwaarden voldoen kun nen. De praktijk van ruim een jaar heeft aangetoond, dat de tot nu toe gevolgde ge dragslijn juist is. Het spreekt vanzelf, dat men steeds de •noodige aandacht blijft besteden aan voor stellen van uitvinders. Deze worden nauw keurig bestudeerd en indien noodig ge toetst en wanneer de uitvinding van be lang blijkt te zijn wordt medewerking ver leend. In den namiddag werd een bezoek ge bracht aan het bureau ombouw motoren te Delft, waar ir. Broeza een uiteenzetting gaf van de technische zijde van het vaar tuigenprogram en waar eenige omgebouw de motoren werden bezichtigd. JEUGDHERBERG CASTRICUM BLIJFT GEOPEND. De jeugdherberg te Castricum, die aan ruim 80 jongeren gastvrijheid kan bieden, blijft geopend voor het trekkersverkeer. Vooral aanmelding is echter gewenscht. NEEN LANDGENOOT, NEEN! Niet naar het Westen moet uw blik ge richt zijn, in het Oosten gloort de dage raad van den nieuwen tijd. Niet de saboteurs, de hamsteraars, de» kankerpitten en sorry-mannekes zijn uw sympathie waard, maar die Nederlandsche nationaal-socialisten, die kerels van de daad, die hebben recht op uwe medewer king. Neen landgenoot, neen, nu niet de schou ders ophalen en met dat hoofd schudden, nu den moed hebben het bovenstaande ob jectief te bekyken. Vanuit het Westen, vanuit Engeland en Amerika is nog nimmer iets goeds voor Nederland gekomen. Nooit echter voerden wij oorlog met het Duitsche rijk. En wat onze landgenooten betreft, het is toch niet moeilijk te begrijpen, dat onze toekomst nimmer gediend kan zijn door sa- boteeren, kankeren en zwijmelen over alles wat Engelsch is, maar dat het de daad is en de krachtige wil tot samenwerken aan den opbouw van het nieuwe Europa, die van belang zyn voor de toekomst van ons volk en land. Neen landgenoot, de mannen die zich aan melden voor ons eigen legioen, die man nen begrijpen waar het om gaat, die man nen verachten de stuurlui-aan-de-wal, maar zy vatten het roer in eigen knuisten'en zij zullen het schip een behoorlijke plaats ver zekeren, een eervolle plaats in het nieuwe Europa. Ja, landgenoot, die mannen hebben ge lijk en als goed vaderlander kunt u gerust hun voorbeeld volgen door u eveneens aan te melden bij het vrijwilligerslegioen „Ne derland", Koninginnegracht 22, 'sGraven- hage. MUTATIES BIJ W.H.N, en N.V.D. De directeur-generaal der stichting Win terhulp Nederland, tevens landelijk leider van den Nederlandschen Volksdienst. heeft op diens verzoek aan den heer H. J. Klaas- sens eervol ontslag verleend als leider van beide stichtingen voor de provincie Gro ningen. In zijn plaats is benoemd de heer J. Battink, wonende te Amsterdam. Onder dankzegging voor den velen arbeid, ver richt bij den opbouw dezer organisaties, is met erkentelijkheid kennis genomen, dat ook in de toekomst de heer Klaassens, zoo veel zyn drukke werkkring zulks toelaat, dit sociale werk met raad en daad terzijde zal staan. Tevens is op zyn daartoe gedaan ver zoek eervol ontslag verleend aan mr. C. A. F. Kalhorn, als leider van beide stichtingen voor de provincie Gelderland in verband met zijn benoeming tot burgemeester van de gemeente Rheden. In zijn plaats is be noemd de heer J. A. A. Doek te Nijmegen. DE A.S. BARNSTEEN TENTOONSTELLING TE AMSTERDAM. Dr. Hellbeck, organisator der Barnsteen tentoonstelling, die Dinsdag 25 November a.s. 's morgens om elf uur in het Rijksmu seum te Amsterdam geopend zal worden, deelde gisteren op de dagelijksche pers conferentie te 's Gravenhage een en ander ter zake mede. Deze tentoonstelling, aldus dr. Hellbeck, zal in de rij der tentoonstellingen een zeer bijzondere plaats innemen. Ze richt zich in het bijzonder tot hart en gemoed, brengt kunst en toont practische toepassing der kunst, gelijk die wel in de eerste plaats het vrouwenhart bekoren zal en is in hoo- ge mate interessant. Ze toont de herkomst van het barnsteen, zijn geschiedenis, zijn waarde, zijn gebruik in de kunst enz. Het centrum der tentoonstelling is het barnsteenkog, dat dezer dagen te Amster dam voor anker is gegaan. Dit is geen ge woon zeilschip, doch een zorgvuldige na bootsing van een oude oorlogskog, gelijk ze in de 16e en 17e eeuw de zeeën door kruisten. Het barnsteenschip komt uit Dan zig. Het is echter naar het bestek en de bouwplannen van een oud-Amsterdamsch admiraalschip gebouwd en zoo nauwkeurig nagebootst, dat zelfs het kaliber der ka nonnen met de verhoudingen van het ori- gineele schip geheel overeenkomt. Het schip ziet er sprookjesachtig uit, de zeilen hebben goudglans, zoo ook de rijk gebeeld houwde achtersteven. Sprookjesachtig is het materiaal, waarmede het gebouwd werd, n.l. glanzende barnsteen, het goud der zee. Sprookjesachtig is ook de gedach te, met dit trotsche admiraalschip een tocht als een droom naar verre landen te doen. Het schip heeft reeds bijna de gan- sche wereld doorreisd. Te Kopenhagen wekte het evenveel opzien als in de Ver- eenigde Staten. Als nu binnenkort de be volking van Amsterdam de gelegenheid heeft in het rijksmuseum naast vele andere kostbaarheden uit het goud der zee ver vaardigd, ook dit trotsche schip te bewon deren, zal er ongetwijfeld slechts één oor deel zyn: hét is het meest betooverende schip, dat ook te A'dam het anker wierp. Bij de opening der tentoonstelling op Dinsdag 25 dezer zullen senator dr. Boehm- ker en de burgemeester van Amsterdam, de heer Voute het woord voeren. De laatste zal inzonderheid op het historisch verband tusschen Danzig en Amsterdam ingaan. Radiostations, naar welke men mag luisteren. De rijkscommissaris voor de bezette Ne derlandsche gebieden heeft de verordening no. 35 van 4 Juli 1940 ter bescherming van de Nederlandsche bevolking tegen on ware 'berichten, zoodanig gewijzigd, dat in de toekomst niet alleen geluisterd mag worden naar de zenders, gelegen in het bezette Nederlandsche gebied en de zen ders van het groot Duitsche rijk, hierbij ingesloten die van het protectoraat Bohe- men en Moravië, alsmede in het Gouver nement Generaal van het bezette Poolsche gebied, doch ook naar de zenaers, gele gen in alle, door de Duitsche troepen be zette gebieden. De desbetreffende zenders worden hier onder met opgave van frequentie en golf lengte genoemd. Voor alle, niet in deze lijst opgenomen zenders blijft het verbod tot luisteren on verminderd van kracht. (Verordening 35 van 4 Juli 1940). Zij, die dit verbod overtreden, zyn straf baar volgens par. 2 van deze verordening. Duitsche zenders golflengte frequentie Lange golf: Deutschlandsender 1571 191 Luxemburg 1393 224 Weichsel 1339 224 Middengolf: Alpen 338.6 886 Berlyn 356.7 841 Boehmen 269.5 1113 Bremen 395.8 758 Breslau 315.8 950 Danzig 1 034.3 986 Danzig 2 209.9 1429 Donau 325.5 922 Dresden 204.8 1465 Frankfurt/M. 251 1195 Freiburg 231.8 1294 Graz 233.5 1285 Hamburg 331.9 904 Kattowitz 345,6 868 Kaiserslautern 209.9 1428 Klagenfurth 568.3 527 Keulen 455.9 658 Koenigsberg 1 291 1031 Koenigsberg 2 222.6 1348 Leipzig 382,2 785 Linz 236.8 1267 Litzmannstadt 224 1339 Memel 216.8 1394 Muenchen 405.4 740 Posen 249.2 1204 Saarbruecken 349,2 859 Strassburg 240.2 1249 Stuttgart 522.6 574 Weenen 506.8 592 Norddeutsche Gleichwelle 225.6 133Ü Ostmark. Gleichwelle 233.5 1285 Schles. Gleichwelle 243.7 1231 Suedd. Gleichwelle 578 1231 Westd. Gleichwelle 251 1195 Zenders in de bezette gebieden: Lange golf: Bergen 1 1064 282 Bodoe 1186 253 Friesland 1785 160 Kowno 1961 153 Minsk 1442 208 Oslo 1154 260 Parijs 1648 182 Tromsoe 1064 283 Middengolf: Baranowicze 576.9 520 Belgrad 437.3 686 Bergen 2 845.1 355 Bordeaux 219.6 1366 Bordeaux 255.1 1176 Bordeaux 278.6 1077 Bruenn 259.1 1158 Brussel 1 321.9 932 Brussel 2 410.4 312 Brussel 3 483.9 620 Calais 515 582 Dorpad 585.9 512 Drontheim 360.5 832 Finnmark 764 347 Frederikstad 235.1 1276 Geldingen 271.7 1104 Hamer 578 519 Hilversum 1 301.5 995 Hilversum 2 415.5 722 Krakau 293.5 1022 Christiansand 476.9 6299 Lemberg 377.4 795 Libau 209.9 1428 Rijssel 247..3 1213 Modano 514.6 583 Maehrisch-Ostra 226.6 1348 Metodden 231.8 1294 Parijs 274 1095 Parijs 280 1064 Parijs 312.8 959 Persgrunn 246.5 1222 Praag 470.2 638 Rennes 288.7 1040 Rennes 431.7 695 Riga 238.5 1040 Rjukan 222.6 1348 Smolensk 491.8 610 Stavanger 352.9 850 Vigra 476.9 229 Warschau 219.6 1366 Wilna 559.7 536 INSTALLATIE W. B. ENGELBRECHT. Als commissaris in provincie Utrecht. Gistermiddag heeft in het Gouverne mentsgebouw te Utrecht, onder zeer groote belangstelling de installatie plaats gehad van den nieuwen commissaris in de provin cie Utrecht, den heer W. B. Engelbrecht, als opvolger van den vorigen commissaris ir. F. E. Muller. De nieuwe commissaris hield een rede, waarin hij herinnerde aan zijn zending naar Polen in 1933 en wees op de punten van overeenkomst tusschen zijn vorigen en nieuwen werkkring, n.l. de behartiging van Nederlandsche belangen. Hij zeide het een groot voorrecht te achten tot opvolger te zijn benoemd van ir. Müller, wiens natio- naal-socialistische levensbeschouwing ook de zijne is. Bij het streven naar de ontwik keling der aanwezige bronnen van energie zal, zei spr., gehandeld moeten worden overeenkomstig de nation aal-socialistische beginselen, ten doel hebbende den oprech ten wil tot samenwerking van allen ter bereiking van den bloei en de welvaart niet alleen van dit gewest, maar tevens van ons dierbaar vaderland. Van alle burgemeesters en provinciale ambtenaren verwacht spr, daarbij een uiterst correcte houding tegenover de be zettende overheid. „Ik koester -r- aldus spr. de vaste overtuiging, dat na afloop van dezen oor log de tijd zal komen, waarin alle volke ren van goeden wille zullen kunnen sa menwerken ter bereiking van een t nieuwe Europeesche ordening. Dat ook wij' Neder landers, tot die samenwerking ons deel zullen mogen bijdragen, is niet alleen ons aller wensch, doch ook onze plicht. Dat wij daarbij onze eigen taal, onze eigen cultuur en onze eigen zeden zullen mogen behouden, acht ik niet aan twijfel onderhevig". Onder de vele aanwezigen merkten wij o.m. op den Beauftragte van den Rijks commissaris in de provincie Utrecht, dr. Sommer, den Ortscommandant majoor Creutzinger, den Social-Referent Brandes, den Presse-referent Eilers en Kreisinspec- tor der N.S.D.A.P., prof. Nieschulz, den burgemeester van Rotterdam ir. Müller, den plaatsvervangende .leider der N.S.B., mr. dr. G. A. W. ter Pelkwijk en vele an deren. Na het uitspreken van de rede, stelde de waarn griffier mr. Kroon, de burgemees ters uit de provincie Utrecht aan den nieu wen commissaris voor, waarna in de re ceptiezaal van Paushuize een drukbezoch te receptie plaats vond. HUURVERHOOGING IN BIJZONDERE GEVALLEN MOGELIJK. Zeer binnenkort is een officieele maat regel te verwachten, welke voor inciden- teele gevallen verhooging'van de huur mo gelijk maakt. Verhooging van het alge meene huurpeil is en blijft echter uitgeslo ten, aldus verneemt „Het Volk" van be voegde zijde. Het Huurprijsbesluit van December 1940 kent twee uitzonderingen op den alge- meenen regel, dat de huren niet verhoogd mogen worden boven het ipeil van Mei 1940. De eerste uitzondering is deze: wan neer de verhuurder dusdanige verbeterin gen aan het huis heeft laten aanbrengen, dat de huurwaarde is gestegen, dan mag hij 10 pet. van de kosten per jaar op de huur leggen. De tweede uitzondering laat een verhooging van de huur toe, wanneer ■het huis tegen een abnormaal lagen prijs verhuurd was aan een bloedverwant van dien verhuurder, en naderhand! door een nieuwen huurder wordt betrokken. In dat geval mag dan de normale huur, zonals die op 9 Mei 1940 voor een soortgelijk pand •gold, berekend worden. Naar het Volk thans verder bericht, zou de voorgenomen aanvulling van het Huur prijsbesluit de huren betreffen, welke ab normaal laag zijn en niet vallen onder de genoemde twee uitzonderingen. Een uit voeringsbesluit zal richtlijnen geven in welke gevallen een verzoek tot huurver- hooging kan worden ingewilligd. Als voorbeeld wordt genoemd het ge val, dat een groot pand, voorheen als woon huis in gebruik, tot kantoor wordt omge bouwd of in gedeelten wordt verhuurd, waaraan uiteraard kosten zijn verbonden. In soortgelijke gevallen zal een verzoek tot huurverhooging kunnen worden inge diend. LEGEERING VAN GEWICHTEN. In de Ned. Staatscourant is opgenomen een besluit van den secretaris-generaal van het departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart, waarbij wordt bepaald, dat tot een nader vast te stellen tijdstip de ge wichten van 25. 20, 10, 5. 2 en 1 kilogram, 500. 200 en 100 gram in plaats van van geelkoper vervaardigd mogen zyn van zinklegeeringen van voldoende vastheid en hardheid. De aldus vervaardigde gewichten moeten overigens overeenstemmen met koperen gewichten van dezelfde zwaarte, behoudens dat de hoogte van den romp een andere afmeting mag hebben. Deze beschikking treedt 18 November in werking. FEUILLETON DE VLUCHTELING VAN CAYENNE door OTTO BINNS. Geautoriseerde vertaling. 63) Onder bescherming van deze geluiden waren ze in staat volkomen ongemerkt tot op driehonderd meter te naderen van de plek waar een lichtgloed tusschen de hoo rnen hun bestemming aanduidde. Op een geschikte plaats, waar de rivier een klei nen inham vormde, besloten ze aan land te gaan. Na een gefluisterde beraadslaging slopen de drie blanken, gewapend met ge weren, verder, terwijl de Indianen bij de cano achterbleven. Langdon gaf de richting aan, en de an deren volgden als schimmen. Plotseling bereikte hen een wild gezang. „Le Coq en Co. vermaken zich goed", fluisterde Harborough. ..De hemel geve, dat ze een goeden voor raad rum meegenomen hebben.... en te hooren naar wat zc zingen, is dat ook wel Toen ze vlak bij het kamp waren, hield het gezang op, en eenige minuten later klonk het brallend gelach van een paar halfdronken kerels, gevolgd door de wild protesteerende stem van een vrouw. „Neen. neen Le Coq. Dat kun je niet toe staan. Het zou erger dan een misdaad we zen!" „Adèle!" fluiserde Langdon schor. ,,Dat klonk alsof ze iets duivels gemeens van plan waren." „Ja", antwoordde Langdon grimig. „We moeten ons haasten, ik geloof dat we geen minuut te vroeg zijn." Ze versnelden hun schreden en even later hoorden ze een der mannen op ru wen, lachenden toon zeggen: „Maar natuurlijk, Adèle! Een begrafenis en een bruiloft tegelijk. Het verdriet en de vreugde van het leven in een enkelen nacht." Dan ging de spreker verder, met een dwingenden klank in zijn stem: „Adèle, breng haar hier, Henri de Fara- mond zal trots op je zijn als hij verneemt, hoe je zijn dochter hebt uitgehuwelijkt." „O....'" Het was Langdon, die in uiterste verba zing kreunde. „Wat...." begon zijn vriend, hewel hij zeer goed begreep, wat deze verrassing ver oorzaakt had. „Die naam! Hoorde je het niet? Mimi is... is de. „Ja", fluisterde Harborough snel. „Ik ver moedde dat al een uur geleden, toen je me het heele verhaal vertelde. Maar wat doet er dat toe? Reeds voor jullie elkaar ont moette, was Mimi van jouw partij. Je zult er waarschijnlijk niets van gehoord heb ben. maar denzelfden avond, dat je zelf uit brak, was zij bezig geweest om Le Coq voor je bevrijding aan het werk te zet ten; evenals ik. Maar zij was mij toch nog voor, hoewel ik dat op dat oogenblik nog niet wist. Je kunt haar niet aan de gena de van deze schurken overlaten." „Haar in hun handen laten? Ik denk er niet aan!" Langdon sloop snel verder tot aan den rand van de open plek, en de anderen volgden hem. Toen hij de laagste boomen bereikte draaide hij zich om en deelde fluis terend zijn instructies uit. Jij sluipt heelemaal naar het andere einde van de open plek, Harbarough, en jij Jules, blijft halverwege. Als we hem over vallen, trachten ze natuurlijk een goed heenkomen te zoeken, hetgeen we hun in ieder geval moeten beletten. Houd je ge reed als je my te voorschijn ziet ko men." Hij wachtte tot de twee anderen verdwe nen waren, en loerde dan voorzichtig naar het kamp. Hetgeen hy te zien kreeg, was waarlijk niet geschikt, hem kalm te doen blijven. Een groot vuur brandde in het midden van de open plek, den ganschen omtrek helder verlichtend. Een klein eind je daar vandaan zat Sandy Muir tegen een kist geleund, stevig vast gebonden. Hij scheen half buiten kennis. Le Coq zat in een kampstoel, met drie leege flesschen naast zich en een tinnen beker in zijn hand. Hij was volslagen dronken. De an dere drie stonden dicht bij hem, terwijl Adèle een klein eindje va nhen af stond, haar gezicht doodsbleek, maar haar zwarte oogen brandend als vuur. ..Dat zul je nooit doen, Le Coq", zei ze wild. ,,0 neen?" Le Coq lachte verachtelijk. „Dat kippetje probeert te kraaien of het een echte haan is! Maar we zullen zien wie er hier de baas is! Hij wendde zich met een dronkemans stem tot Philibert. „Het schijnt me toe, mijn vriend, dat je het blijde nieuws aan je uitverkorene zelf zult moeten meedee- len." Philibert, die eveneens onder invloed van geestrijk vocht bleek te verkeeren, liet een ruwen lach hooren, en deed eenige schre den in de richting van de hut. Maar met de snelheid van den bliksem greep de vroüw een der geweren, die tegen de an dere huit stonden, en plaatste zich daar mee dreigend tusschen hem en de schuil plaats van het bedreigde meisje. „Pas op Philibert", zei ze, en in haar stem klonk een vastberadenheid, die den nade renden man gewaarschuwd zou hebben, in dien hij volkomen nuchter geweest was. Philibert sloeg echter geen acht op haar woorden maar lachte minachtend, en deed een sprong vorwaarts. Op hetzelfde oogen blik, voor Langdon kans gezien had. tus- schenbeide te komen, weerklonk een schot, en een seconde lang stond Philibert met een weerzinwekkende, verbaasde uitdruk king op zijn gemeen gezicht, roerloos, dan zakte hij in zijn knieën door, en viel met een harden slag tegen den grond. „Vervloekt", brulde Le Coq, plotseling geheel ontnuchterd, uit zijn stoel sprin gend. „Ze heeft Philibert gedood. Vlug, idioten". Op hetzelfde oogenblik, dat de mannen naar hun geweren snelden, trad Langdon vanuit de schaduw der boomen te voor schijn, zijn geweer gericht op Le Coq. „Halt", beval hij met snijdende stem. Le Coq bleef als een standbeeld staan, stom verbaasd naar de onverwachte ver schijning starend. Dan schreeuwde hij: „De Engelschman". Pedro hield op dit geroep zijn vaart in en keek over zijn schouder wat er aan de hand was. Op het zien van het gereedge- houden geweer bleef ook hij roerloos staan. André toonde echter meer moed. Zonder aarzelen snelde hij verder, greep een ge weer en rende vervolgens zoo hard hij kon naar het bescherming biedend woud. .^Schiet, monsieur!" schreeuwde Adèle waarschuwend. „Hij is gevaarlijk" Langdon schoot evenwel niet, wetend wetend wat er volgen zou. „En nu, mijnheer de tuichthuisboef, is het uw beurt uw handen omhoog te steken". (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 2