Maxmanhtfte
eenheid
r~
.J
Momentje
ZATERDAG 27 SEPTEMBER 1941
32ste Jaargang No. 10062
Bureaux Papengrjicht 32.
Telefoon: Redactie 20015. Administratie 20935.
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Giro 103003. Postbus 11.
Dit nummer bestaat uit vier
bladen, w.o. geïllustreerd
Zondagsblad
ONLANGS troffen wij in de „Tijd"
een hoofdartikel aan, waarin een
wijsgeerige beschouwing werd gege
ven van den slagzin „Algemeen belang
gaat vóór eigen belang". Wel beschouwd,
zegt de schrijver, is dat niets anders dan
de toepassing van de waarheid, dat het
vermeende moet wijken voor het werkelij
ke. Het werkelijke eigenbelang van
den enkeling kan niet in conflict komen
met het werkelijke algemeene belang,
omdat deze twee met elkaar in harmonie
zijn. Is er geen harmonie, dan is ofwel het
eigenbelang ofwel het algemeen belang
niet werkelijk meer, doch slechts ver
meend belang.
„Velen zien den mensch als een soort
Janus, een figuur met twee gezichten na
melijk, waarvan het eene met diepe sym
pathie gebogen is naar zoogenaamde so
ciale plichten, het andere met zoo mogelijk
nog levendiger sympathie opkijkt naar
zoogenaamde individueele rechten. Zeer
dikwijls hoort men inderdaad de stelling
verkondigen, dat de mensch eenerzijds in
dividu is en anderzijds gemeenschapswe
zen, waarna -dan de consequenties van
deze tweezijdigheid tegen elkander wor
den afgewogen".
De schrijver stelt daar tegenover, dat
de mensch niet eenerzijds een persoonlijk
heid, anderzijds een gemeenschapswezen
is, maar dat hij als gemeenschapswezen
een persoonlijkheid is en omgekeerd.
Met andere woorden: de mensch is een
harmonisch geheel en moet die harmonie
bewaren als zelfstandig deel van de ge
meenschap, hetgeen mogelijk is, indien
zoowel het deel (de enkeling) als de ge
meenschap het juiste inzicht in hun ver
houding bewaren.
AANLEIDING om deze wijsgeerige
beschouwingen voor den dag te ha
len vonden wij in een uitspraak van
een niet-Katholiek, die uit hoofde van zijn
functie veelvuldig in principeel contact
komt met allerlei groepen der bevolking.
Deze zeide uit den mond van verscheidene
Katholieken vernomen te hebben, dat zij
op de eerste plaats mensch, op de tweede
plaats katholiek en op de derde plaats Ne
derlander waren. De „doorsnee" van
„een" Katholiek zou dus een driehoek vor-
men, waarvan de grootste zijde de men
schelijke zou zijn, de tweede de katholieke
kant en de kleinste de Nederlandsche.
Het is natuurlijk mogelijk, dat er Ka
tholieken zijn, die hun eigen ideologische
doorsnee aldus zien, evenals er weer an
deren zullen zijn, die het rijtje der respec
tievelijke langste zijden in andere volg
orde zouden willen opnoemen. Het gaat er
niet om, wat sommige menschen zeggen;
het gaat erom wat principieel verantwoord
is. En dat is de boven genoemde uitspraak
allerminst.
Evenals er geen tegenspraak is tusschen
het objectief werkelijke eigenbelang van
den enkeling en het werkelijke algemeene
belang, zoo is er ook geen tegenspraak tus
schen het mensch-zijn, het Katholicisme
en het Nederlanderschap. Zoodra er wel
tegenspraak s c h ij n t te bestaan, is er iets
niet in orde -met één of meer van deze
elementen.
De mensch is een harmonisch geheel en
als hij in zijn betrekkingen tot zijn eigen
mensch-zijn, tot God en tot de natuurlijke
volksgemeenschap, waaruit hij is geboren,
meent een bepaalde rangorde te moeten
instellen waarmede wordt aangeduid,
dat bij een eventueel conflict het ééne
moet voorgaan boven het andere dan
verliest hij die harmonie uit het oog; dan
treedt er een gebrek op, dan ontbreekt het
juiste inzicht in de verhoudingen.
Ieder, die op de hoogte is met de ka
tholieke leer, begrijpt, dat er geen tegen
spraak is tusschen den mensch en den Ka
tholiek. Een Katholiek is niet minder
mensch dan welke andersdenkende ook,
integendeel een volkomen beleving van
de katholieke leer heft den mensch op tot
•de hoogte van den harmonischen mensch,
brengt hem nader tot het volmaakte We
zen, naar wiens beeld en gelijkenis hij ge
maakt is. Wie meent, dat de Kerk rechten
heeft, welke de menschelijke natuur zou
den mogen krenken, of dat de mensch
rechten heeft, welke onvereenigbaar zijn
met de kerkelijke leer, zoodat er een z.g.
collisie van rechten kan optreden, toont,
dat hij ofwel geen inzicht heeft in de wer
kelijke rechten van den mensch of dat hij
de leer der Kerk niet begrijpt. Waar ergens
een conflict ontstaat, daar is een misver
stand in het spel, daar is sprake van ver
meende rechten of van een onjuist inzicht.
Evenzoo is het met de verhouding van
den Katholiek -ten opzichte van zijn Ne
derlanderschap. Nergens in de katholieke
leer is iets te vinden, dat een belemme
ring voor waarachtige vaderlandsliefde
zou vormen. In tegendeel: het is juist de
Katholieke Kerk, die de plichten
het vaderland den geloovigen voorhoudt
als door God opgelegde plichten
Bij den werkelijken principieelen Katho-
liek mag dus van een dergelijke discrimi
natie, als in bovengenoemde meening is
verkondigd, geen sprake zijn.
DISTRIBUTIE VAN GESMOLTEN
RUNDVET.
Men verzoekt ons de aandacht er op te
vestigen, dat voor zoover in sommige dag
bladen werd vermeld, dat vóór 1 October
a.s. op bon 39 geen boter mag worden af
geleverd, dit onjuist is. Met nadruk wordt
er op gewezen, dat vóór 14 October a.s.
geen boter op "bon 39 mag worden afgle-
verd.
Driemogendhédenpact
Heden js het een jaar geleden dat het
Driemogendhedenpact tusschen Duitsch-
land, Italië en Japan gesloten werd. De
herinnering aan deze gebeurtenis werpt de
vraag op, hoe de uitwerking van het pact
geweest is.
Het Driemogendhedenpact was gebaseerd
op drie groote gedachten. Het wilde de
volkeren verbinden, welker idealen en be
langen gelijk zijn. Het zocht voor de prac-
tische politiek van deze staten een gemeen
schappelijk diplomatiek instrument te ver
schaffen. Tenslotte was het gedacht als
kristallisatiepunt van een nieuwe ordening
in het algemeen.
Al deze verwachtingen zijn uitgekomen
op 'n wijze, die Berlijn, Rome en Tokio aan
het einde van het eerste jaar met voldoe
ning vervult. Ideologisch heeft het Driemo
gendhedenpact de door het nationaal-socia-
lisme vernieuwde idee van het Duitsche
Rijk, de in het fascisme herboren idee van
het Imperium Romanum en de oude Japan-
sche keizerlijke idee tot een ontmoeting ge
leid, welker geestelijke stootkracht de rest
van de wereld niets gelijkwaardigs tegen
over kan zetten. Elk van deze wereldbe
schouwingen ademt een wil tot vernieu
wing, een geestelijke dynamische kracht
waaraan geen denkend mensch zich kan
onttrekken. Him samenwerking evenwel
voor den geestelijken wederopbouw van de
wereld geeft aan de practische politiek der
drie mogendheden een rechtmatigen ethi-
schen grondslag. Het Driemogendhedenpact
vormt zoowel een begrenzing als een ver
binding. Het bevestigt de aanspraak op lei
ding van de as in het Groot-Europeesche
gebied, en de aanspraak op leiding van Ja
pan in het Oost-Aziatische gebied. Het ver
schaft voor de eerste maal het begrip eener.
ordenende macht en het verzekert voor de
motiveering en de handhaving van deze
aanspraak de wederkeerige ondersteuning
van de drie mogendheden. Noch zijn poli
tieke noch zijn militaire factoren dragen
een agressief karakter. De eerste twaalf
maanden van zijn bestaan hebben dit op
indrukwekkende wijze aangetoond. De po
litieke bepalingen van het verdrag waren
van tevoren zoo opgesteld, dat zij op andere
volkeren niet afschrikwekkend maar aan
trekkelijk moesten werken. Het Driemo
gendhedenpact wilde geen geheim politiek
document zijn, welks uiteindelijke doelein
den in het duister lagen. Het zag af van
breedvoerige argumentatie en deed in
plaats daarvan een beroep op de eerlijkheid
en het gezonde verstand.
Het indrukwekkende aantal landen, dat
zich de laatste twaalf maanden bij het Drie
mogendhedenpact heeft aangesloten, be
wijst dat deze bedoeling begrepen is. De di
plomatieke geschiedenis kent geen gebeur
tenis, waarin een staatsverdrag een derge
lijke aantrekkingskracht heeft uitgeoefend
ais het Driemogendhedenpact. Slowakije,
Hongarije, Roemenië, Bulgarije, Kroatië za
gen elk voor zich in, dat hier voor de eer
ste maal in de Europeesche geschiedenis
een practische mogelijkheid geboden werd
hun politiek in één verband tezamen te
brengen, dat tevens de spreektribune is
van de toonaangevende groote mogendhe
den van Europa. In het Driemogendheden
pact werd de nieuwe Europeesche ordening
niet gedicteerd, maar opgesteld. Het ver
oorloofde de volledige ontwikkeling der na
tionale mogelijkheden, de volkomen vervul
ling van den wensch naar politieke zelf
beschikking en naar gelijktijdige economi
sche samenwerking van allen met allen.
De in het Driemogendhedenpact verbon
den Europeesche staten bezegelen thans
hun wensch naar politieke samenwerking
door de wapenbroederschap op de slagvel
den van het Oosten. Zij strijden daar schou
der aan schouder om hun gemeenschappelijk
opbouwend werk eens en voor altijd te be
schermen tegen de krachten der verwoes
ting.
In den Europeeschen sector is daarmede
van de onderteekenende mogendheden van
het Drielandenpact een onwrikbare lotsge-
meenschap ontstaan. Wat voor de Oostelijke
peripheric van Europa geldt, waar Duitsch-
land de strijdenden aanvoert, geldt voor
den Zuidelijken rand van het continent,
waar Italië de voornaamste last van den
strijd draagt. Het Driemogendhedenpact
maakt de Middellandsche Zee weer tot een
Europeesche zee en de leefruimte van de
Middellandsche Zee weer tot een Europee
sche leefruimte, waarin de eerste plaats
toekomt aan het land, zonder hetwelk de
Middellandsche Zee een zee zonder historie
zou zijn.
Aan de oevers van de Middellandsche Zee
staan thans Duitsche en Italiaansche sol
daten om aan dezen eisch kracht bij te zet
ten en daarmede een gebied te herwinnen,
dat aan Europa op nauwelijks minder kunst
matige wijze ontvreemd was als het Euro
peesche Rusland.
Evenals in Europa zijn ook in Oost-Azië
de denkbeelden van het Driemogendheden
pact meer en meer tot de richtsnoer eener
practische politiek geworden, welke door
Japan krachtig geleid, door de instemming
van Duitschland en Italië gesteund wordt.
De erkenning van Nanking door de as was
daarbij een veen belangrijke gebeprtenis
als de succesvolle Japansche bemiddeling
in het conflict tusschen Thailand en Indo-
China en later de militaire samenwerking
tusschen Frankrijk en Japan in Indo-China,
welke met volledige instemming van Vichy
tot stand kwam. Met het verleenen van be
paalde militaire rechten aldaar is de in het
Driemogendheednpact neergelegde aan
spraak van Japan op leiding in Oost-Azië
voor de eerste maal ook erkend door een
mogendheid, die zelf niet tot de ondertee-
'kenaars van deze overeenkomst behoort.
Militair gezien streeft het Driemogend
hedenpact het doel na elke nieuwe uitbrei
ding van den oorlog te bemoeilijken. Even
als het politieke deel der overeenkomsten
een uitnoodiging tot alle landen om mede*
werking behelsde, di« geneigdheid vertoo-
Waarom middelvroege
aardappelen voor een
deel bedierven.
Te vroeg rooien, dat noodig
was voor de voedselvoorzie-
ning, de oorzaak.
VAN TWEE KWADEN MINST
SLECHTE GEKOZEN.
Het is ongetwijfeld niet aan de op
merkzaamheid van vele landgenooten
ontsnapt, dat eenige malen schepen en
wagons op de plaat-s van bestemming
aankwamen, waarvan de inhoud be
stond uit aardappelen, die oogenblik-
kelijk voor de menschelijke consumptie
moesten worden afgekeurd, daar zij
bedorven waren.
Ook deden de rottingsverschijnselen zich
wel voor bij voorraden aardappelen, die in
pakhuizen en kelders waren opgeslagen.
Deze feiten hebben aanleiding gegeven tot
het ontstaan van ongemotiveerde
geruchten: de aardappelen zouden niet
oordeelkundig zijn opgeslagen, zij zouden
te lang worden bewaard onder ongunstige
omstandigheden enz.
Het behoeft geen betoog, dat zoowel de
overheid als de handelaren, het groote be
lang van den aardappel voor onze voedsel
voorziening voor oogen houden. Maar: er
zijn omstandigheden, die men niet in de
hand heeft en daaronder moet ook worden
gerekend de ziekte, phytophthora genaamd,
waaraan groote partijen middelvroege aard
appelen hebben geleden.
Omtrent deze ziekte deelt het Rijksbu-
reu voor de Voedselvoorziening in Oorlogs
tijd het volgende mede:
De ziekte kan door bepaalde weersom
standigheden worden bevorderd en treedt
vooral op, wanneer de aardappelen worden
gerooid, terwijl het loof nog niet is afge
storven. De ziekte begint n.l. in het loof en
bij te vroeg rooien gaat zij over op de
knollen. Die knollen vertoonen dan kleine
zieke plekjes ter grootte van speldenknop
pen, dus bijna niet te constateeren. Dit be-
teekent, dat de aardappelen onmiddellijk
moeten verwerkt worden, daar zij anders
gaan rotten.
Men kan nu vragen: was het noodig,
de aardappelen te vroeg te rooien en
zoo ja, was het dan noodig, groote hoe
veelheden op te slaan?
Het is algemeen bekend, dat er in Augus
tus, zooals altijd bij den overgang van de
vroege naar de middelvroege aardappelen
al spoedig een tekort was. Om dit tekort te
ondervangen, moest het rooien worden ge
forceerd en daarom werd den telers een
rooipremie in het vooruitzicht gesteld. Deze
premie nu heeft vooral in de laatste week
van Augustus, toen de weersomstandighe
den te slecht waren om het graan te oog
sten en te dorschen, tot gevolg gehad, dat
een groot aantal boeren (vooral in de zand
en veenstreken) op groote schaal is gaan
rooien. Het gerooide kwantum moest zoo
veel mogelijk door de V.B.N.A. worden af
genomen en de te groote hoeveelheid moest
worden opgeslagen.
Ten slotte kan de vraag worden gesteld,
of dan tegen de ziekte zelve of tegen haar
gevolgen voor de gezonde aardappelen niet
kan worden opgetreden.
Zooals gezegd, zijn de ziekteplekjes op de
knollen vrijwel niet te constateeren. De
V.B.N.A. heeft ernaar gestreefd de aard
appelen bij de verlading zooveel mogelijk
zichtbaar vrij van ziekte te houden,
doch dikwijls bevinden zich in de massa
nog eenige zieke knollen, waarvan de ziekte
niet op het oog is vast te stellen. Eén dag
vervoer per schip of wagon bij warm weer
is reeds voldoende om den geheelen voor
raad totaal verziekt op de plaats van be
stemming te doen aankomen.
In een vrij groot aantal gevallen is de
lading al dadelijk na aankomst afgekeurd
voor consumptie, soms echter traden de
verschijnselen perst na opslag op.
Het verschijnsel deed zich dus alleen
voor bij de te vroeg gerooide aardappelen,
bij den normaal gerooiden knol behoeft
p Victorie Duitschland
wint voor Europa op
alle fronten
De slag bij Kiew
nadert z'n einde.
HOOFDKWARTIER VAN
DEN FüHRER, 26 Sept. (D. N.
B.) Het opperbevel der weer
macht maakt bekend:
De vernietiging van de laatste
ten Oosten van Kiew ingesloten
strijdkrachten van den tegen
stander kan elk oogenblik wor
den verwacht.
Het aantal gevangenen is in-
tusschen gestegen tot 574.000
en neemt nog steeds toe. Het
buitgemaakte oorlogsmaterieel
is onoverzienbaar.
men niet te vreezen voor een uitschot, dat
grooter is dan het^iormale.
Het is goed te bedenken, dat het ver
lies aan aardappelen, tengevolge van
het bederf, niet opweegt tegen de groo
te nadeelen, die voor de bevolking zou
den ontstaan, wanneer de maatregel
met de rooipremie niet was genomen.
Immers dan zou het tekort aan aard
appelen nog eenige weken langer heb
ben geduurd.
Uit het bovenstaande blijkt wel, hoe wei
nig geloof men mag hechten aan geruchten,
die ontstaan doordat men zich geen reken
schap'geeft van de beteekenis van hetgeen
men waarneemt.
In het Verordeningenblad is een beschik
king afgedrukt van d'en secretaris-generaal
van handel, nijverheid en scheepvaart,
waarbij alle geheel of gedeeltelijk uit ijzer,
staal of non-ferro metalen vervaardigde
voorwerpen, voor zoover zij dit nog niet
zijn, worden aangewezen als distributie-
goederen in den zin van artikel 4 der dis-
tributiewet 1939. De beschikking is gisteren
in werking getreden.
MUTATIES BIJ DE SPOORWEGEN.
Bij de Ned. Spoorwegen heeft de volgen
de mutatie plaats gevonden: A. D. Cupery,
stationschef le klasse A te Den Haag H.S.,
werd benoemd tot hoofdstations-chef te
Den Haag H.S.
J. C. Muuren, stationschef le klasse A
te Gouda, zal met ingang van 1 Oct. a.s.
eervol worden ontslagen, wegens het be
reiken van den pensioengerechtigden leef
tijd..
nen voor de vorming van een nieuwe or
dening, wilde het militaire deel een waar
schuwing richten tot allen het werk niet
te verstoren. Deze waarschuwing is niet
onopgemerkt gebleven. De militaire dtfen-
sieve clausules van het Driemogendheden
pact vormen heden een niet te ontkomen
factor in de overwegingen van hen, die ver
langen naar een uitbreiding van den oorlog
over de geheele wereld. De uitdager weet
thans, welke de reactie zou zijn van de lan
den, die in het Driemogendhedenpact ver-
eenigd zijn.
Het Driemogendhedenpact tenslotte heeft
zich daardoor weten te handhaven, dat het
midden in den oorlog den eersten steen leg
de voor den opbouw van een veiligen en
blij venden vrede. Het is zonder meer ge
worden tot het getimmerte en de omlijsting
van de politieke toekomst van een geheele
reeks volkeren in twee werelddeelen.
Steeds krachtiger heeft men de in het Drie
mogendhedenpact neergelegde gedachte ge
zien als de magna charta eener nieuwe be
tere weerld. Hier werkte een natuurwet,
•welke een discipline van staatslieden wist
om te zetten in practische constructies, die
den voordeele zijn van alle betrokkenen.
Het Driemogendhedenpact weet zich te
handhaven omdat het aan elk volk de voort
zetting van zijn eigen politiek veroorlooft
en daarbij toch het groote verband van het
leven der staten onderling in het oog houdt,
zonder welke onze kleiner geworden we
reld op den duur niet bestaan kan.
WANDLUIZEN EN VLOOIEN.
Er bestaat sinds eenigen tijd een
nieuwe verordening, welke bepaalt,
dat iemand, die gaat verhuizen, zijn
meubelen en schilderijen moet laten
onderzoeken op wandluizen. Waarom?
Wij stonden bekend om onze hel
derheid en nu moeten wij opeens
300 boete betalen, indien wij bij ver
huizing ons huis niet op wandluizen
laten onderzoeken.
Ik ben momenteel aan het verhuizen.
Ik heb mijn meubelen laten onderzoe
ken en er zijn geen wandluizen aan
getroffen. De reinigingsman, die het
onderzoek verrichtte, vond slechts als
een eerste klas bodemonderzoeker in
de lijst van twee schilderstukken de
graven van een drietal wandluizen,
die de zwerftochten van deze schilder
stukken meemaakten en in hun om
lijsting den dood vonden. Arme wand
luizen! En daar moest ik als posthume
bijdrage nog een gulden voor betalen.
Maar bij de installatie van het nieu
we huis vonden de werklieden
vlooien. Dat huis was ook onderzocht.
En natuurlijk heb ik gereclameerd.
Maar de betreffende ambtenaar heeft
mij geantwoord:
Ik ben de afdeeling wandluizen,
met vlooien heb ik niks te maken.
Ik heb nu een gulden betaald voor
wandluizen. die er niet zijn en de
vlooien, die er wel zijn, moet ik maar
zien kwijt te raken.
De persdienst van het N.V.V. schrijft ons
o.m.: De actie, welke van werknemerszijde
wordt gevoerd voor de arbeiders in de
baksteenindustrie, omvattende ruim 10.000
personen, is weder met succes bekroond
door de verbindend verklaring van de
C.A.O. voor de steen industrie in Twente.
Hierdoor is in dit gebied een zeer verstrek
kende ordening der loonen tot stand geko
men en het loonpeil in het algemeen met
tenminste 15 procent verhoogd.
CENTRAAL BUREAJJ VOOR ORKEST
WEZEN INGESTELD.
De commissaris voor de niet commer-
cieele vereenigingen en stichtingen heeft
den heer Eduard Elsenaar, leider van het
centraal bureau voor het orkestwezen, be
noemd tot zijn gemachtigde voor het Resi
dentie-orkest en de hiermede verbonden
instellingen, zooals pensioenfonds, concert
Diligentia, Vereeniging van vrienden van
het Residentie-orkest, Vereeniging van le
den van het R. O.
Ter nadere toelichting diene 't volgende:
Een saneering van het orkestwezen in
Nederland is een reeds lang gekoesterde
wensch, en de noodzakelijkheid er van is
steeds ingezien door hen, die deze materie
bestudeerd hebben. Daarom heeft het de
partement van volksvoorlichting en kun
sten het initiatief genomen tot oprichting
van een centraal bureau voor het orkest
wezen dat tot doel heeft de economische en
sociale belangen van de gesubsidieerde or
kesten en de daarbij werkzame kunstenaars
te behartigen en te coördineeren, de exploi
tatie der orkesten in grooter verband te
brengen en zoo noodig leiding hierbij te ge
ven.
De thans ten opzichte van hef R. O. ge
nomen maatregel moet ook iri dat licht
worden bezien.
PRIJS VAN „BELEGEN N.Z."-KAAS.
Bij besluit van dien directeur-generaal
van de voedselvoorziening is bepaald, dat
kaas, afkomstig uit de voor rekening van
de Nederlandsche Zuivelcentrale opgesla
gen hoeveelheden, dit is dus belegen kaas,
mag worden verhandeld. Deze kaas is voor
zien van het merk „Belgen N.Z." en de
maximumprijs is voor den detaillist en den
consument vastgesteld op 25 cent per kilo
gram hooger dan de nog geldende maxi
mumprijzen voor kaas, niet voorzien van
het merk „Belgen N.Z.".
Voor de vastgestelde prijzen en andere
bijzonderheden wordt verwezen naar de
officieele publicatie.
WIJZIGING IN HET PROVINCIAAL
BESTUUR VAN NOORD-HOLLAND.
De commissaris der provincie Noord-
Holland heeft met ingang van 1 Octo
ber 1941 aan de heeren mr. A. Bruch,
A. W. Michels, L. van der Wal en mr.
dr. P. J. Witteman, op hun verzoek
eervol ontslag verleend uit hun func
tie als lid van Gedeputeerde Staten
van Noord-Holland, onder dankbetui
ging voor de diensten, in deze functie
aan de provincie bewezen.
Met ingang van gelijken datum heeft
de commissaris der provincie benoemd
tot bestuursraad de heeren mr. W. N.
Felhoen Kraan, dr. A. C. Groeneveldt,
W. H. Nieenhuis Ruys en mr. W. J.
Schönhard.
Deze bestuursambtenaren zullen, te
zamen met den heer J. Saai, die in
functie blijft, den commissaris der pro
vincie in het uitoefenen van het pro
vinciaal bestuur bijstaan.
AFKONDIGING VERKOOPPRIJZEN
DOOR KRUIDENIERS.
Met ingang van 1 Juli 1941 is de omzet
belasting, welke de kruideniers zijn ver
schuldigd, verlaagd van 2 y, pet. tot 2 pet.
van den verkoopprijs. Deze verlaging heeft
ten gevolge, dat de regeling, die per 1 April
1941 voor de kruideniers is getroffen ter
zake van de afronding der verkoopprijzen,
niet kan worden gehandhaafd. Deze rege
ling toch, die inhoudt, dat in afwijking van
de geldende voorschriften de kruideniers
de noodzakelijke afronding der verkoop
prijzen naar boven mogen uitvoeren voor
artikelen met een verkoopprijs van 10 cent
of meer, doch minder dan 20 cent, was ge
baseerd op het oude heffingspercentage
van 2 pet.
De secretaris-generaal van het departe
ment van handel, nijverheid en scheepvaart
heeft nu evenwel beslist, dat in afwachting
van een nieuwe regeling het den kruide
niers is toegestaan tot nadere aankondiging
nog de per 1 April 1941 getroffen regeling
toe te passen.
In het veroverde sovjet-gebied wordt
de overgebleven oogst met vereende
krachten geborgen. Een dorschmachine
in working (Suomen-Hoilandj