Toerisme
bi) honk
RECHTZAKEN
BINNENLAND
Wilt U Iets welen?
WOENSDAG 30 JULI 1941
DF LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BUD PAG. 7
DE DRIE WAARDEN
van
WAARDER
Tegenwoordig hokkelt het museum-
treintje LeidenWoerden v.v. met ontoom-
bare snelheid aan Waarder voorbij, maar
in den tijd, toen ditzelfde treintje nog last
van de hik had en voor ieder damhek en
boeren-ge vallet je krijschend en knarsend
begon te bokken en ten slotte stil hield,
speelde zich op het kiezel-perron een ge
beurtenis af, die voor het nageslacht aan
de vergetelheid diept te worden ontrukt.
De Nederlandsche Spoorwegen, die aan
de conducteurs opdroeg bij ieder station
langs het front der wagons te schrijden,
luide de naam van de bezochte plaats ver
kondigend, liet en laat aan zijn dienaren
volledige vrijheid dit voorschrift naar eigen
smaak en begaafdheid voor te dragen. Som
migen maken er maar wat van, doch an
deren beschouwen het perron als de eerste
opstap naar de schouwburg-planken en zin
gen de plaatsnamen in alle toonaarden.
Deze conductoriale opera-voorstelling had
in Waarder haar vervolmaking bereikt, en
daarom is te betreuren, dat het station
verdwenen is.
Bij het raadplegen van de spoorweg-sta
tistieken bleek ons, dat er te Waarder nooit
iemand in en één keer iemand uitgestapt
was. Dit ééne geval was bovendien een
vergissing; de juffrouw waande zich in
Woerden.
Het kan zijn, dat deze juffrouw haar be
klag bij de directie heeft gemaakt; het is
ook mogelijk, dat de conducteurs hoopten
eindelijk eens een klantje voor Waarder te
kunnen uitlokken. Stond het treintje aan
het midden in de landelijkheid gedoken
station stil, dan begonnen tot algemeen
vermaak der reizigers de conducteurs met
bizondere overgave hun solo te zingen.
Nu telt het woord Waarder slechts twee
lettergrepen, maar wat al geluiden en ge
moedsbewegingen wisten die trein-gelei-
ders op dat twee-snarige instrument weer
te geven!
Het gewone thema was:
Waarder
Waarder
Waardérrrr
met een eindelooze verscheidenheid van
nuances, vanaf een woedend-toegebruld
Waarder tot een bijna smeekend en hoog-
uitgehaald Waardér.
„Waar benne we, conducteur?" vroeg
een madammeke, die al bij ieder station
naar haar karbies met ingestoken paraplu
gegrepen had.
„Waar?" hijgde de juist-uitgezongen
conducteur, „Waarder!"
Dat begreep de juffrouw niet. Zij had
nog nooit gehoord, dat hier midden in Hol
land het „plaatsbepalend voornaamwoord"
waar verbogen wordt in de vergrootende
trap. En zelfs in de overtreffende trap,
want Waarder is werkelijk waard, waarder
en waardst om in het bijhonksche toerisme
te worden opgenomen.
Als de trein aan het piccolo-stationnetje
stil hield, hadden wij ons wel eens afge
vraagd, waar Waarder was. In velden en
wegen viel geen dorp te bekennen. Een
aanlokkelijk loover-rijk laantje, het dak
van een boerderij dat was alles, wat
Waarder van zichzelf bloot gaf.
De fout was, dat wy altijd uitkeken aan
de Rijnzijde, terwijl het dorp op korten af
stand van den Zuidelijken kant van de
spoorbaan is gelegen. Het uitzicht erop is
nu, door de taluds van den nieuwen Rijks
weg, nog beter afgedamd. Het plaatsje is nu
volledig in retraite.
Tijdens de uren, die we in Waarder door
brachten, hebben wij met ongeveer alle be
woners kennis gemaakt met de notabe
len persoonlijk en met de overigen en bloc.
Er trouwde dien middag een paartje, en
een groot deel van de bevolking was aan
getreden om de bruids-stoet uit de kerk te
zien trekken.
Terwijl de overgelukkige bruid en brui
degom de kerk verlieten, wipten wij naar
binnen en vonden den koster, den heer
Gijs Kok, gaarne bereid op onze snuffel-
neiging in te gaan.
De kerk van Waarder is een zeer bizon
der bedehuis een stadskerk midden in
de weilanden. Hoe de Malthezer Ridders
het in hun hoofd gehaald hebben in dit zeer
kleine dorpje in de kom wonen mis
schien honderd menschen zulk een sta
tige en breede kruiskerk te bouwen in ons
niet duidelijk geworden. De dominee, die
wij er over raadpleegden, beleed zijn on
wetendheid inzake de historie der kerk, en
de koster deed wel een oplossing aan de
hand, doch bekende zelf, dat het maar een
oud verhaaltje was.
Het verhaaltje is echter een bewijs, dat
iedereen, die Waarder binnenloopt, zijn
hersens pijnigt over de omgekeerde even
redigheid van den omvang der kerk tot die
van het dorp.
Volgens die legende dan zou de Paus er
gens een kerk hebben willen bouwen, en,
zonder de curie daarin te kennen, drie
mannetjes-eenden of waarden uit hun hok
vrijgelaten te hebben, die zonder aarzelen
koers zetten naar een stuk weiland tus-
schen Bodegraven en Woerden. Onder
vreugdevol gekwek strekep zij neer. De
bevolking verstond woord voor woord de
pauselijke aanwijzing, door het drietal een
den overgebracht, en bouwde een kerk
uit pauselijke, dus uit ruime, beurs.
Deze legende van de drie eenden is, zon
der nader onderzoek, als een canard te be
schouwen, en brengt ons niets verder. De
tegenwoordige kerk *-*- dat is het eenige,
wat wij er over kunnen mededeelen is
gebouwd rond 1500, op last van het Land-
commandeurschap der Malthezer Ridders te
Utrecht. In het Noordelijke dwarsschip is
aan de buitenzijde een geschonden steen
ingemetseld, waarin eveneens sprake is:
„doe was comelduir" de rest onleesbaar
(Commeldeur is de gewone verbastering
van commandeur).
Intusschen heeft aan die drie waarden of
mannetjes-eenden het dorp zijn wapen te
danken: drie waarden of woerden op een
zilveren veld. Dat wapen vindt men op een
sluitsteen boven den toren-ingang, met het
jaartal 1774, toen de spits afgebroken en
door een koepel-torentje vervangen werd;
dat wapen treft men ook aan op de predi
kanten-lijsten, welke in de kerk hangen.
De naam van het dorp heeft met eenden
echter niets te maken. Waarder is een mid-
deleeuwsche betiteling voor een Stuk land
aan een rivier (Woerden, Hoogewoerd, La-
gewaard, uiterwaarden).
„Waarom" zoo vroegen wij aan onze
volgende kennismaking, den heer G. van
Dijk, toen wij haastig afscheid hadden ge
nomen van den koster, die zijn kosters-jas
tegen een post-uniform moest verwisselen
„waarom draagt het hqantje op den to
ren zijn krulstaart naar binnen in plaats
van naar buiten, zooals alle hanen plegen
te doen?"
„Maar meneer!" zei de waard van de
uitspanning „Oudervrucht" „het is geen
haan; het is een eend".
Toen wij het hoogverheven gevogelte wat
beter bekeken, ontdekten wij zoo waar, dat
het een kwakende eend was met een kuifje
op zijn_ kop. Dit is toch wel een vreemde
verschijning in de toom van gouden hanen,
die op onze torens aan den wind hun staart
toekeeren. Maar ook de woerd van Waar
der is op dat kunstje gedresseerd.
De kerk zou ook inwendig een mooie
ruimte zijn, wanneer niet de Herv. gemeen
te het knusser gevonden had het schip te
drieën-deelen. De kerk is veel te groot, het
zij toegegeven, doch het is wel buitenge
woon jammer, dat zulk een fraaie, wijdings
volle hal door tussch en-schotten verknipt is.
De Hervormden houden hun diensten in
het midden-partje, dat afgedekt is door een
laag, hemelsblauw tongewelf (18e eeuwsch).
Tegen het eene schot staat het orgel; het
andere schot is beschilderd met witte gor
dijnen en groene draperieën, waartusschen
de Tien Geboden. Het interieur biedt heel
weinig opmerkelijks; er is een brokstuk
van Renaissance-banken, waarvan het eiken
houtsnijwerk dik onder de verf zit, in de
kleur van namaak-eiken!
In het koor is de catechisatiekamer
een huisje in een huis. Boven het platte
houten dak van deze kamer, ontwaart men
de donker-houten, vergeten dakstoel van
de eigenlijke kerk. Wat zou dit een prach
tige tempel kunnen zijn met de rijen spaar-
bogen langs de wanden, de hooge ramen
en het sobere dak!
Het voorste gedeelte, bij de toren, wordt
gebruikt als berghok en als petoet. In de
toren hangt een klok uit 1438, een oud besie
met een schelle, doordringende stem. De
koster vertelde ons namelijk, dat de klok
vroeger geluid werd om de ingelanden te
waarschuwen als de IJsseldijk dreigde te
bezwijken.
De oude sacristie is een zwaar-ommuurd
vertrek, waarvan de gewelven helaas zijn
weggebroken.
Behalve gewone kerkmeesters schijnt de
Herv. gemeente ook opper-kerkmeesters te
hebben gekend. Daarvan wordt ten minste
gerept op een steen uit 1848 aan de pastorie,
herdenkend het leggen van de vier hoek-
steenen voor dit gebouw. Het instituut van
deze opper-kerkmeesters is sinds long uit
gestorven.
Uitgestorven is ook de heugenis aan het
Hof te Waarder, vermoedelijk een ridder
hofstede, welke gelegen was nabij het sta
tionnetje er staat een nieuwe boerderij
En de kinderen Waarders hebben nu
reeds de heugenis verloren van het be
faamde stationnetje, dat even spoorloos
verdwenen is.
Het treintje roddelt nonchalant langs
Waarder, dat rond zijn grijze ridderkerk
vereenzaamd en vergeten ligt in de groene
zee van weilanden.
VENATOR VAGANS.
GOUDA IS DE MOEITE WAARD OM TE
BEZOEKEN.
Wij willen, aldus het A.N.P., voor in oud
cultuurbezit belangstellenden eens iets ver
tellen over Gouda, het oude Hollandsche
stedeke, dat zoo ryk is aan prachtig stads-
schoon.
Het ontstaan van Gouda dateert waar
schijnlijk uit de 12e eeuw en kan worden
toegeschreven aan de gunstige omstandig
heden bij de samenvloeiing van IJsel en
Gouwe.
Nadat dit plaatsje in de middeleeuwen
tot groote bloei was gekomen, werd het in
het midden van den 18en eeuw wereldbe
roemd door haar Goudsche pijpen, waar
voor zeer vele fabrieken bestonden.
Een van de historische gebouwen, die dit
genoeglijke stadje zooveel bezit, is het stad
huis, gelegen midden op het marktplein,
opgetrokken in gothische stijl en gebouwd
naar het ontwerp van Hendrick Ael-
brechtsz, Louis Gerbrandtsz en Klaas Huy-
gens. Er zijn in den loop der jaren eeni
ge veranderingen aangebracht en restaura
ties verricht. Zoo is het geheele stadhuis
in 1690 1681 inwendig en van 1874—
1888 uitwendig gerestaureerd. Dat het ge
bouw vroeger bij de rechtspraak in ge
bruik was, wordt wel bewezen door de
woorden boven den ingang: „Audite et alte-
rem partem" evenals een roepstoel aan den
linkervleugel en het aan de achtergevel
aangebrachte schavot.
In de raadszaal is een zeer fraai gobe
lin te bewonderen van den beroemden
Goudschen tapiseerder Willem Andriessen
de Raad, waarvan de patronen geteekend
zijn door Dirck Pietersz Crabeth.
Een bezoek aan Gouda zonder de be
roemde St. Janskerk te hebben bezichtigd
is moei'uk in te denken. Hier prijken de be
roemde glazen van de gebroeders Crabeth,
waarvan zooals het „Fonds Goudsche Gla
zen" een dezer dagen meldde, eenige prach
tige klenrenproducties vervaardigd zijn
Hiervan vermelden we de afbèelding van
de figuur van Johannes de Dooper of St.
Jan Baptist, van Dirck Crabeth.
Deze uitgave is de best verzorgde en
grootste kleurenreproductie, welke ooit
naar de Goudsche ramen gemaakt iS. Maar
ook zonder deze ramen is de monumentale
Goudsche kathedraal een bezoek zeker
v/aard
Vele anoere aardige gebouwtjes zijn
voor hen, die zich interesseéren voor oude
volksche bouwkunst, in Gouda te bewon
deren, zooals de waag van Pieter Post, het
wees- en aalmoezeniershuis en het pijpen
en aardewerkmuseum
Kortom, dit oude Holiandsche provincie
stadje met zijn roemrijk verleden bevat
zooveel historische bezienswaardigheden,
dat een bezcek aan Gouda zeker de moeite
loont.
Haagselte Politierechter
Rondom een parapluie.
Een ding staat vast, en dat is, dat mej.
J. uit Leiden haar parapluie op zeke
ren dag miste, toen zij een café had be
zocht. Zij had zoo haar vermoedens om
trent de verdwijning van het regenscherm.
Een vriendin zou er wel meer van weten.
En toen zij op een dag deze vriendin tegen
kwam, in het 'bezit van een parapluie, die
als twee druppels water op de hare geleek,
was zij op deze parapluiedraagster toege-
rend en had tegen haar gezegd: „soo fiuile
dievegge nou 'heb ilk je te pakke, hier me
perreplu", en tevens deed zij een poging
om de „spuit" in handen te krijgen. Maar
hier school een iklein addertje onder het
gras, waht de „spuit" was wel degelijk het
eigendom van de met dievegge betitelde.
Het zal dus niemand verwonderen, dat
deze paraluieafgifte met eenige strubbe
lingen gepaard was gegaan.
Eerstens was de greep, die de „spuit" in
het bezit van juffrouw J. moest brengen
mislukt, waardoor men het verschijnsel
kreeg te zien, dat zij niettemin toch met
het ding in aanraking kwam, want de val-
sdhelijk 'beschuldigde hief het baleinenge-
doe hoog boven het hoofd en liet het ne
derdalen op het hoofd van mejuffrouw J.
Sleohts doordat deze een kleine hoofdbe
weging maakte, was het haar gelukt de pa
rapluie net te ontwijken en tegelijk ging
zij tot het tegenoffensief over en zij ge
bruikte daarvoor haar, door de natuur ge
schonken wapens, zijnde haar nagelen.
Deze nagelen lieten hun sporen achter op
de blozende wangen van de eigenaresse
van de tompouche, waardoor genoemde
wangen een landkaart geleken. Dit nog
niet genoeg zijnde, kreeg zij er nog een
blauw oog en een bloedneus bij, waarna
zij onder hevig gehuil op de vlucht sloeg
met achterlating van haar eigendom, de
parapluie, En daar lag de „spuit", de om
streden „spuit" achteloos als een vod op
het plaveisel.
De, natuurlijk thans gewezen, vriendin
nen zagen elkaar weer eens in de recht
zaal, waar zij danig tegen elkaar uitpak
ten. Inplaats van berouw te toon en vond
mej, J. dat haar ex-vriendin er nog gena
dig afgekomen was.
Over haar vergissing omtrent de para
pluie repte ze met geen woord.
De officier was dan ook in het geheel
niet te spreken over deze parapluiekwes-
tie. Het gaat maar niet aan, om als men
een parapluie vermast, doodleuk op een
vriendin toe te stappen om deze haar pa
rapluie te ontnemen.
En als deze haar eigèndom niet wil af
staan hetgeen zeer begrijpelijk is, haar dan
ernstig te gaan mishandelen.
Spr. aohtte een geldboete van f 25 zeker
op (haar plaats.
Thans kwam er hevig berouw by mej.
J. want f 25 is f 25 en dat was veel van
wege de f 6 verdienste per week. Maar een
tientje zal zij toch moeten betalen.
HAAGSCHE RECHTBANK
EEN GEIT UIT DE WEIDE GESTOLEN.
Een jaar gevangenisstraf geëiscbt.
W. V. en H. V„ beiden gedetineerd in
het Huis van Bewaring, hadden zich te
verantwoorden wegens diefstal van een
geit uit een weide onder de gemeente
Leidschendam. Zij waren op hee-
terdaad betrapt en waren zonder geit aan
de haal .gegaan. Deze hardlooperij had hen
niets geholpen, want ze waren vlug ge
grepen en ingesloten. Op een vraag van
de president, hoe ze tot dezen ernstigen
daad gekomen waren, antwoordde W. V.,
dat zijn vrouw ziek was en van den dok
ter versterkende middelen moest gebrui
ken. Aan vet en vleesch wist fay op een
eerlijke manier niet te komen en daarom
was bij hem het plan gerijpt om een geit
te gaan stelen, waarbij hij geholpen zou
worden door H. V., die ook wel een stukje
vleesch kon gebruiken. Op zich zelf is dief
stal van vee uit de weide al hoogst ern
stig, maar in deze tijden van levensmidde
lendistributie wordt het nog zwaarder aan
gerekend.
De officier van justitie laakte het ge
drag van de verdaohten dan ook ten zeer
ste. Onze Staat, aldus spr. vindt haar be
staan voor een groot gedeelte in de land
bouw en veeteelt. Daarom moeten dan ook
de strengste maatregelen genomen worden
tegen hen, die als ze denken gebrek aan
vleesch te hebben, er doodgewoon op uit
gaan om dit vleesch te gaan stelen.
Rekening houdende imet het feit, dat W.
V. reeds vijfmaal en H. V. reeds achtmaal
veroordeeld is geweest, eischte de officier
gezien de buitengewone ernst van het feit
en tevens ter algemeene preventie, een
gevangenisstraf voor den tijd van een jaar.
Nadat de verdelgers op clementie had
den aangedrongen werd de uitspraak be
paald op 5 Augustus.
Tutnigheid is thans
ons aller plicht
Bij het gebruik van gas of licht
De liturgie der Kerk
DONDERDAG 31 Juli. Mis v. d. H. Is-
natius, Belijder: In Nomine. 2e gebed voor
den vrede. Kleur: Wit.
Van Spaansche adel, diende Ignatius
eerst aan het hof van koning Ferdinand
van Arragon, later als bevelhebber in het
leger van Karei V. Als zoodanig bij de be
legering van de vesting Pampeluna ge
wond. hield hij zich onledig in de perio
de van zijn herstel methet lezen van
de levens der Heiligen!. Dit maakte op Ig
natius zulk een indruk, dat hij een ver
achter werd van al het wereldsche en een
streng geestelijk leven begon te leiden. In
een grot bij Manresa hield hij zyn Geeste
lijke Oefeningen, door hem opgeschreven
en later de grondslag geworden van de
door hem gestichte Sociëteit der Jezuïeten.
Na een leven „tot meerdere eer en glorie
van God" stierf de Heilige in 1556.
VERBODEN AANDUIDINGEN VAN
MAAT OF GEWICHT.
Er zijn nog altijd winkeliers en andere
handeldrijvenden, die in advertenties, op
etiquetten bij goederen, op verpakkingen
e.d. gebruik maken van de verouderde na
men als el, pond en ons.
De inspecteur van het ijkwezen vestigt
er de aandacht op, dat dit een overtre
ding vormt van artikel 5 der nieuwe ijk-
wet, welke overtreding strafbaar is ge
steld in artikel 27 dier wet.
In aankondigingen, betreffende goede
ren, welke bij lengtemaat of gewicht wor
den verkocht, mogen alleen de namen me
ter en kilogram en hun veelvouden en on-
derdeelen gebezigd worden. De kleinhan
del behoort zich derhalve voor zulke aan
kondigingen te bedienen van de namen,
meter, centimeter, kilogram, gram, indien
noodig, ook van decimeter, hectometer, e.d.
R.K. BOND VAN WONINGBOUW-
VEREENIGINGEN IN HET BISDOM
HAARLEM.
Zaterdag j.l. werd te 's Gravenhage in
bet gebouw „Amicitia" de jaarvergade
ring van bovengenoemden Bond gehouden.
In zijn openingswoord heette de voor
zitter, de heer J. J. Velt van Zaandam,
de talrij'ke afgevaardigden hartelijk wel
kom. Spr. bracht in herinnering, dat ten
gevolge van de oorlogstoestand ht vorig
jaar de jaarvergadering geen doorgang kon
hebben. Het bestuur meende deze echter
voor dit jaar wel te doen plaats hebben,
teneinde het persoonlijk contact met de le
den, ook in verband met de komende tij
den, niet te verliezen.
De notulen van de op 1 Juli 1939 te Am-
strdam gehouden jaarvergadering werden
onveranderd vastgesteld.
Ht jaarverslag van den penningmeester
over 1940 gaf aan inkomsten een bedrag
van 409,37, aan uitgaven 385,29, zoodat
een batig saldo overbleef van 24.08. Op
voorstel van de verificatie-commissie werd
de penningmeester, onder dankzegging
voor zyn accuraat beher, gedechargeerd.
De begrootinig voor 1941 sloot in ont
vangst en iiitgaven met een bedTag vam
371.00.
Volgens het jaarverslag van den secre
taris zyn momenteel 23 woningbouwver-
eenigingen bij den Bond aangesloten met
een totaal van 5777 in exploitatie zijnde
woningen,
In 1940 kwam in de samenstelling van
het bestuur, bestaande uit de heeren J. J.
Velt, Zaandam, voorzitter, A. J. M. Ange-
nent 1ste secretaris, Haarlem; K. C. Don-
sen, Haarlem, penningmeester, A. J. Het-
tinga, Amsterdam en H. Lonnbert, Leidien,
geen wijziging. De zeereerw. zeergel. heer
dir. A. A. Olierook, rector van het St. Ber-
nardiusgesticht, te Amsterdam stond het
bestuur als geestelijk adviseur terzijde.
Een krachtige actie, gevoerd tot uitbrei
ding van bet lediental door apridhtinig van
nieuwe wouAngbouwvereenigingen, kon ten
gevolge van de tijdsomstandigheden niet
tot een bevredigend resultaat leiden. Twee
nieuwe vereen igingen, nl. te Leidschen
dam en te Vlissingen, sloten zich bij den
Bond aan. Een veertiental vergaderingen
werden belegd teneinde in verschillende
plaatsen van het diocees tot de oprichting
van nieuwe won ingbouwvereen igingen te
geraken.
Aan vele aangesloten /e reen igingen
werden talrijke adviezen verstrekt en bij
stand verleend bij de samenstelling van
statuten; bij het indienen van bouwplan
nen en bij geschillen met gemeentebestu
ren of andere instanties.
De bestuursverkiezing had tot resultaat,
dat de aftredende bestuursleden, de heeren
J. J. Velt van Zaandam en H. Lombert,
Leiden, bij enkele candidaatstelling werden
herkozen; eerstgenoemde werd op gelijke
wijze tot voorzitter herbenoemd.
Op voorstel van de Ver.: „Goed Wonen',
te Alkmaar zal het bestuur zeer diligent
blijven inzake de verhooging van de, voor
al nu, veel te lage ondeihoudsnormen, en
de veihooging van de administratiekosten.
De onlangs inwerking getreden veror
dening ter bestryding van wandgedierte
maakte een punt van bespreking uit, meer
in het bijzonder de kwestie van de van ge
meentewege aan te stellen deskundigen,
hetgeen vooral in kleine gemeenten tot
moeilijkheden aanleiding zal geven.
De aanzienlijke verhooging van de
Grondbelasting gaf eveneens aanleiding
tot uitvoerige besprekingen op deze ver
gadering, vooral gezien de overweging dat
deze aanzienlijke verhooging van de jaar-
lij'ksohe lasten door geen enkele ontvangst
kan worden gedekt en huurverhooging uit
gesloten moet worden geacht.
Het bestuur werd opgedragen ter be-
voegder plaatse te dier zake de noodige
stappen te doen.
Eveneens weid besloten een enquete bij
de aangesloten vereemigingen in te stellen
over de eventueele huuradhterstand en
welike maatregelen ter plaatse tegen dit
euvel worden getroffen.
Een geanimeerde rondvraag besloot deze
vruchtbare vergadering.
ONJUISTE INTERPRETATIE PRIJZEN-
BESLUIT 1941 ZEEWISCH.
De gemachtigde voor de prijzen deelt me
de, dat het in de practijk is gebleken, dat
verschillende grossiers in visch de bepalin
gen van het prijzenbesluit 1941 zeevisch
verkeerd interpreteeren. Deze grossiers ver
handelen hun artikelen niet aan detaillis
ten, maar aan inkoopvereenigingen, waar
bij zij een prijs in rekening brengen, wel
ke iets lager is dan de detailprijs. Op deze
wijze verdienen zij hun grossiersmarge en
daarboven nog een deel van de winstmar
ge van den detaillist. Een dergelijke wij
ze van winstberekening moet in strijd wor
den geacht met het doel en de strekking
van het genoemde besluit. Grossiers, die
aan inkoopvereenigingen leveren, mogen
boven hun inkoopsprijs uitsluitend de gros
siersmarge berekenen. Op de naleving van
deze bepalingen zal door de inspecties voor
de prijsbeheérsching nauwlettend worden
toegezien.
Katholiek Comité van actie
„Voor God"
„DÉ ZICHTBARE GOD"
Een christendom zonder naas»
tenliefde is ondenkbaar. Waar
de liefde ophoudt, houdt ook
het christendom op. „Zonder
liefde ben ik niets". (1 Cor. 15,2)
Onze broeder is voor ons de
„zichtbare God". Onder duizen*
den gedaanten komt Hij ons
tegen. God is „alles in allen".
(1 Cor. 15.28)
NU DE NIEUWE AARDAPPELEN
ER ZIJN.
Het voorlichtingsbureau van den Voe
dingsraad schrijft:
Het koken van aardappelen in de schil
is een groote bezuiniging en geeft ook uit
voedingsoogpunt bezien een sterke bespa
ring.
Hoewel talrijke gezinnen de aldus be
reide aardappelen als iets heel gewoons be
schouwen, schrikt men er in vele andere
nog steeds voor terug.
Niettegenstaande er al veel over het ko
ken van aardappelen in de schil geschre
ven is. volgen ter aanmoediging van dege
nen, die er nog niet toe kwamen ze zoo te
gebruiken, eenige opmerkingen.
Door het schillen gaat ongeveer 1/5 van
het gewicht van de aardappelen verlo
ren. bij oude aardappelen zelfs bijna de
helft, zoodat tegen het einde van den win
ter, 3 K.G. in de schil gekookte aardappe
len zeker 5 K.G. geschilde aardappelen ver-
varigen.
Ook is de voedingswaarde van ongeschil
de gekookte aardappelen hooger dan van
geschilde gekookte aardappelen. Terwijl
er anders veel met de schil en het kookwa
ter verloren gaat, blijven de zouten en vi
taminen nu grootendeels behouden.
De aardappelen, die er thans zijn, de
nieuwe dus, hebben een dunnen schil. Laat
men het bewerkelijke schrappen achter
wege en boent men de aardappelen schoon,
dan zal men na het koken weinig van het
schilletje proeven. Nu is het oogenblik dus
aangebroken, waarop men met het koken
van aardappelen in de schil beginnen moet.
Waneer het seizoen van de nieuwe aard
appelen eindigt en de zomer- en winter
aardappelen volgen, kan men vrijwel on
gemerkt met deze bereiding voortgaan.
Door de nieuwe aardappelen is men in de
gelegenheid aan de in de schil gekookte
aardappelen te wennen. Nieuwe aardappe
len en in de schil gekookte aardappelen
verschillen weinig van smaak.
Bereiding.
Eventueel aanwezige uitloopers en oogen
verwijderen. De aardappelen met een ste
vig borsteltje (niet met een pannenboen-
der) goed schoon boenen. Ze opzetten met
weinig kokend water (hoogstens een glas
vol) en zout (1 theelepel per K.G. aard
appelen).
De pan goed sluiten, de aardappelen vlug
aan de kook brengen en op getemperd vuur
in 25 min. gaar laten worden. Er voor zorg
dragen, dat de pan goed gesloten blyft.
De aardappelen zoo noodig afgieten, la
ten drogen en opdienen.
Degenen, die de schil niet goed verdra
gen kunnen deze op htm bord «r af ha
len.' Het warme schilletje laat gemakkelijk
los.
Vraag: Weg van Wassenaar naar Roo
sendaal?
Antwoord: Den Haag, Rotterdam,
Dordrecht, Roosendaal. 90 K.M.
Vraag: Weg van Zoeterwpude naar
Austerlitz?
Antwoord: Zoeterwoude, Utrecht,
Austerlitz. 69 K.M.
Vraag: Van Katwijk naar Best over
Gorinchem?
Antwoord: Weg van Katwijk, Leiden,
Gouda, Schoonhoven, Gorcum, Woudri-
chem, Andel, Heusden, Baardwijk, Hel-
voirt, Esch, Boxtel, Best. 143 K.M.
Vraag: Weg van Leidschendam naar
de Grebbeberg?
Antwoord: Leidschendam, Zoeter-
meer, Gouda, Oudewater, Lopik, Vreeswijk,
Wijk bij Duurstede, Rhenen. U kunt ook
rijden over Utrecht, Doorn, Amerongen,
doch de eerste weg is wèl zoo afwisselend.
Over Utrecht 105 K.M., langs de Lekdijk
een 10 K.M. langer.
Vraag: Weg van Leiden naar Lichten
voorde?
Antwoord: Leiden, Arnhem, Rheden,
Doesburg, Laag Keppel, Zelhem, Aalle en
vandaar landweg naar Lichtenvoorde. 160
K.M. Geen ponten of tollen.
Vraag: Weg van Lisse naar Grebbe
berg, Westervoort en terug over Nijmegen
en Achten?
Antwoord: Lisse, Oude-Wetering,
Leimuiden. Alphen. Utrecht, Zeist. Doorn,
Rhenen, Arnhem, Westervoort. 121 K.M.
Een plaats Achten is ons onbekend. Be
doelt u Acht bij Eindhoven dan is de route:
Westervoort. Arnhem, Nijmegen, Grave,
Veghel. St. Oedenrode. Son, Hoeven, Acht.
(87 K.M.). Acht. Tilburg, Breda, Dordrecht.
Rotterdam. Leiden, Lisse (152 K.M.) of
over den Bosch, Utrecht (134 K.M.). De
katholieke jeugdherbergen zijn opgeheven.
V r a a g: C. W. de J. te K. inzake zieke
inwonende dienstbode.
Antwoord: Bij ziekte van een dienst
bode gaat het loon gedurende „een betrek
kelijk korten tijd" door. Zoolang u het vol
le loon betaalt kimt u de uitkeering van
de ziekteverzekering inhouden. De dok
terskosten en verpleegkosten komen voor
een inwonende dienstbode voor rekening
van den werkgever gedurende de eerste
zes weken.