DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
fZ)e Sicdin-CuUe uwtdt aangepakt
De bovenloop van de Dnjestr bereikt
LG:
ÏINSDAG 8 JULI 1941
32ste Jaargang No. 9993
3)e £eid&cli£0ou/fca/nt
(vc5foon: Redactie 20015. Administratie 20935.
ïg)
Vo 103003. Postbus 11.
Bureaux Papengracht 32.
Bf Oud en nieuw
- 1
^foinlangs heeft voor de congres-vergade-
ldde van de Alg. Ned. Ver. voor Vreemde-
?ycfenverkeer de heer Jan Gratama een
Derirdracht gehouden over Oude Neder-
- ^ische Bouwkunst. Hij zeide daarin (vol-
l^8 een verslag in de „Nieuwe Rott. Crt.")
st
Bh „Het behoud van de oude Nederland-
n sche bouwkunst aldus spr. is niet
k alleen van belang voor het Nederland
en sche volk, maar ook voor het vreem-
c delingenverkeer. Immers, waarom be-
?n zoeken toeristen Nederland? Omdat in
Bh' ons vaderland het landschap, de steden
I en dorpen, de bouwkunst, enz. een
fn eigen karakter hebben. Wanneer dit
zich niet onderscheidde van bijv. het
Fransche karakter van landschap, ste-
•an den, enz. dan zou er geen speciale aan-
:k leiding zijn, Nederland te bezoeken,
ten, want dan kon men evengoed naar
;ht Frankrijk gaan.
•ecl Ongetwijfeld heeft ons vaderland een
n eigen cultuur en een eigen mentaliteit.
In zooverre wij ons van andere naties
uv onderscheiden hebben wij een eigen be-
3-0' teekenis, en wekken wij de belangstel-
la; ling der vreemdelingen. Wil echter
fo° deze belangstelling groot zijn, dan moet
4| onze cultuur niet alleen eigen-aardig
s® zijn, maar dan moet ons volk in dit bij-
j, zondere tevens iets belangrijks hebben
gepresteerd. Dit nu is het geval. Wij
hebben een cultuur geschapen, die
•N zoowel door haar eigen karakter als
- door haar kracht, rust en geluk, indruk
maakt op den vreemdeling, ja hem een
nieuwe en onbekende wereld doet open
q gaan. Daarmede verrijkt de vreemde-
kp ling zijn leven. Hij ziet de belijdenis
van een cultuur, die niet de zijne is,
rrj| maar waarvan hij de beteekenis en het
begeerenswaardig geluk ervaart. Der
gelijke culturen hebben wereldbetee-
kenis, en het kan onze trots zijn, dat de
rp Nederlandsche cultuur daartoe ook be
hoort".
mMen zal den spreker zeker niet ontzeggen
rbied voor wat wij in Nederland bezitten
^in cultuur, zeker niet ontzeggen waardee-
)0ng voor het oude.
Maar diezelfde spreker ging na het voor-
ts;gaande aldus verder:
„Een natie is niet sterlf levend, wan-
d neer zij zich afsluit voor het nieuwe en
halsstarrig blijft bij het oude, het een-
er maal verworvene. Een dergelijke natie
komt geheel buiten het wereldgebeu-
■n ren en de wereld-ontwikkeling te staan
*r en sterft dus noodzakelijk cultureel af".
h Open oog dus, vraagt de heer Gratama,
^'oor de eischen van een nieuwen tijd!
m Geen conservatisme in den verkeerden
dan: roemen alléén op wat oud is en op
tyles wat oud is, en afwijzen alléén wat
ieuw is en alles wat nieuw is.
Wij vonden in bovenstaande twee cita-
»n bijzonder klaar tot uitdrukking gebracht
Re geestesgesteldheid, die ook de onze
Joet zijn.
hj'Men kan veel in het oude oprecht waar-=
raeeren, maar.... die waardeering sluit
k a n g niet a 11 ij d in, dat men het ook
geschikt acht als copie voor wat een nieu
we tijd moet voortbrengen. Waardeering
lsluit lang niet altijd in: navolging, en nooit:
-eiaafsche navolging.
In bezonnenheid moet ieder vaststellen,
moet de Nederlandsche volksgemeen
schap in haar geheel vaststellen, wat de
Clouding is tegenover oud en nieuw.
e En de trots op* wat wij aan Nederland-
<JChe cultuur op eigen terrein hebben ver
worven en waarin consequenties voor de
practijk van vandaag liggen mag ons
irolk zeker niet verbinden aan een hou
sing, waardoor het „zich afsluit voor het
flieuwe en halsstarrig blijft bij het oude,
het eenmaal verworvene'', want een der-
egelijke natie „sterft noodzakelijk cultu
reel af'.
LUCHTAANVALLEN OP NEDER-
LANDSCH GEBIED.
'IER PERSONEN GEDOOD, VERSCHEI-
xDENE MENSCHEN ZWAAR GEWOND.
nl
s Tijdens het afgeloopen v/eek-end zijn tal-
■iJijke Engelsche vliegtuigen boven Neder-
ülandsch gebied verschenen. Zoowel in den
nacht van Zaterdag op Zondag als ook in
|)dien van Zondag op Maandag werden bo
zen een geheele reeks plaatsen brand- en
brisantbommen uitgeworpen, waarvan het
grootste deel op onbebouwd land of in het
va ter viel.
Ernstige gevolgen had een aanval op
een stad in het Westen van het land.
Hier werd een ziekenhuis door brisant
bommen mede zwaar getroffen. Ook
aangrenzende woonhuizen kregen ten
deele zware schade. Vier personen wer-
1 den gedood, verscheiden menschen in
het ziekenhuis zwaar gekwetst. Een
1 aanmerkelijk aantal woningen moest
J worden ontruimd.
Voorts is door bommen in verscheiden
n plaatsen des lands glasschade aan een groot
aantal woonhuizen aangericht. Een aanval
op een gasfabriek beschadigde een gashou
der, echter zonder dat de gasvoorziening
werd belemmerd. In totaal zijn tien perso-
jnen gewond, ten deele zwaar.
OORLOGSRECHT
EN
EIGENWAARDE
Oorlog is geen spel, dat men aan regels
binden kan; het is een kwestie van leven
of dood. „Als ik den vijand niet vernie
tig, vernietigt de vijand mij", dat is het
parool van den krijg.
Toch bestaan er afspraken tusschen de
volken over hetgeen men doen en laten
zal ingeval men als ultima ratio zijn toe
vlucht meent te moeten nemen tot wapen
geweld. Deze afspraken zijn vervat in het
oorlogsrecht, dat een belangrijk onder
deel is van hetgeen men begrijpt onder
het Volkenrecht. Het zijn geen willekeu
rige afspraken, die bepalingen van het
oorlogsrecht, zooals de internationale re
gel van rechts houden of de voorschrif
ten over verkeersborden en auto-kentee-
kenen. Integendeel, het zijn regels, die
zóó vanzelf spreken, dat men ze in acht
behoorde te nemen, ook al bestond er hoe
genaamd geen afspraak. Zij zijn ingegeven
door de algemeene begrippen van men-
schelijkheid en van eigenwaarde.
Het is een verkeerde gedachte, dat iede
re oorlog krachtens zijn aard gericht moet
zijn op de vernietiging van den tegenstan
der. De oorlog heeft slechts ten doel: de
vernietiging van den tegenstand bij de te
genpartij. Zoodra de tegenstand en de wil
tot tegenstand zijn gebroken, houdt het
recht van den oorlogvoerende op. Hij
heeft dan zijn doel bereikt en het gevoel
van eigenwaarde, dat ieder mensch inge
schapen is, verbiedt hem, zich nutteloos en
laaghartig te wreken op zjjn verslagen en
hulpeloozen vij'and. Doet hij dat toch, dan
onteert hij zichzelf en schendt de men-
schelijke waardigheid in grove mate.
Vandaar dat men het als vanzelfsprekend
heeft aanvaard, krijgsgevangenen niet te
dooden, noch hen aan hun lot over te laten.
Ridderlijkheid gebiedt integendeel een
verslagen doch dapperen strijder met
correctheid tegemoet te treden en hem de
krijgsmanseer te laten, welke hem omwille
van zijn dappere houding in den strijd toe
komt, voorzoover men hem die laten kan
in verband met de noodzakelijke zelfbevei-
liging.
De gebeurtenis, welke thans bekend
wordt gemaakt, met de „Osia Paraskevi"
in de Grieksche wateren, waarbij een
Britsche duikboot de zich aan boord van
dit Grieksche motorvaartuig bevindende
Duitsche soldaten met machine-geweer
vuur heeft gedood, toen zij hulpeloos en
weerloos in het water ronddreven, is een
daad, welke met elk oorlogsrecht spot. Met
het geschreven zoowel als met het onge
schreven- oorlogsrecht.
De Grieksche bemanning, die door den
commandant van de Britsche duikboot
werd gespaard en op korten afstand ge
tuige was van deze afschuwelijke mtedaad
heeft het verhaal onder eede bevestigd in
het bijzijn van neutrale getuigen, zoodat
men niet twijfelen mag aan de juistheid
van het schokkende bericht.
Hier treedt de oorlog in al zijn afschu
welijke ontaarding naar voren. Wie zich al
dus bezondigt aan zichzelf en aan de wet
ten der menschelijkheid, velt niet alleen
een vernietigend oordeel over zichzelf,
maar roept ook de wraak van den ver
bolgen tegenstander af over zijn landge-
nooten, die aan deze misdaad part noch
deel hebben. Want om herhaling te voor
komen liggen represaille-maatregelen in
de rede. In de politiek der mogendheden
is oorlog maar al te#vaak onvermijdelijk,
maar men voere den* krijg met de ridder
lijkheid, waartoe men in staat is en in
elk geval met in achtneming van de rech
ten der menschelijkheid.
AMERIKAAN SCHE TROEPEN
OP IJSLAND
TOPPUNT VAN SCHANDELIJKE
ONMENSCHELIJKHEID
Nieuwe Engelsche schending van het volkenrecht
MOTIVEERING VAN ROOSEVELT
Amerikaansche marinetroepen hebben
gisteren IJsland bezet.
In een buitengewone boodschap aan het
Congres heeft Roosevelt medegedeeld, dat
Amerikaansche troepen krachtens een
overeenkomst tusschen hem en den pre
mier van IJsland op IJsland zijn aange
komen. De Amerikaansche marine-troepen
moeten de Britsche strijdkrachten comple-
teeren en mogelijkerwijs vervangen. De
Vereenigde Staten kunnen een bezetting
van strategische voorposten, die gebruikt
zouden kunnen worden als lucht- of vloot-
basis voor een eventueelen aanval op het
Westelijk halfrond door Duitschland, niet
toelaten. Amerika wenscht op het oogen-
blik de souvereiniteit over deze gebieden
niet te wijzigen.
Gedetailleerd voerde Roosevelt ter mo
tiveering van zijn actie o.a. aan, dat een
bezetting van IJsland door Duitschland een
bedreiging van de geheele scheepvaart in
het Noordelijk deel van den Atlantischen
Oceaan en van de ononderbroken levering
van oorlogsmaterieel aan Engeland zou
beteekenen. Als opperbevelhebber der
weermacht heeft hij derhalve de vloot op
dracht gegeven al het noodige te doen om
de veiligheid der verbindingswegen tus
schen IJsland en de Vereenigde Staten en
tevens de verbinding ter zee tusschen de
Ver. Staten en alle andere strategische
voorposten te waarborgen.
In zijn boodschap aai» den premier van
IJsland heeft hij aan de bevolking van IJs
land de verzekering gegeven, dat de Amer
ïikaansche troepen zich op geenerlei wijze
zullen mengen in de interne aangelegen
heden van IJsland en dat zij zouden terug
trekken, zoodra de crisis voorbij is. De
regeering van IJsland zal volledige souve
reiniteit over haar gebied behouden. Roose
velt voegt hieraan toe. dat hij 1 Juli een
brief over dit onderwerp van den IJsland-
schen premier ontvangen en denzelfden
dag beantwoord heeft.
Omtrent de beschieting van Duitsche
schipbreukelingen dóór een Engelsche
duikboot in de Grieksche wateren wordt
nader gemeld:
In de Noord-Grieksche haven Kavalla
liep midden Mei de reddingsboot van een
Grieksch motorvaartuig binne. De inzit
tenden waren diep onder den indruk van
afschuwelijke gebeurtenis. De geredde
Grieksche zeelieden vertelden, dat hun
kleine vischkotter door een Britsche duik
boot tot zinken was gebracht. Terwijl de
Grieksche bemanning en de Grieksche pas
sagiers zich in de sloep van het motorvaar
tuig mochten begeven, werd de Duitsche
bemanning, die in het water ronddreef,
door de Britsche matrozen met machine
geweren doodgeschoten.
EEN NIEUW BARALONG-
GEVAL.
Alvorens van Duitsche zijde werd over
gegaan tot het bekend maken van dit
voo'val, dat herinnert aan de gevallen van
de „King Stephen", de „Baralong" en de
„Cossack", werden de kapitein en de be
manning van het Grieksche motorvaartuig
in tege' woordigheid van neutrale buiten
landers onder eede gehoord.
Het resultaat van dit nauwkeurige en
uitveorige onderzoek bevestigt, dat de En-
gelschen met ongelooflijke laaghartigheid
en memchonwaardige ruwheid een mis
daad hebben gepleegd. De neutrale buiten
landers hebben gedurende het onderzoek
en in hun rapporten met grooten afschuw
van den laaghartigen moord der Britten
kennis genomen.
De onder eede afgelegde verklaring, die
is geteekend door den Griekschen kapitein
en alle vijf de leden van zijn bemanning,
luidt:
„Het 35 ton metende motorvaartuig
„Osia Paraskevi" is op 20 Mei 1941 te 12.00
uur op de vaart van het eiland Lamnos
naar Ka\<*lia, twintig zeemijlen ten Noord-
Westen van Kastron, op 1.000 meter af
stand aangehouden door een Britsche duik
boot. die vier schoten over de boeg van
het schip loste. Aan boord bevonden zich
buiten de Grieksche bemanning een Duitsch
officier, een onderofficier en twee man
schappen. Het schip stopte onmiddellijk en
een Grieksch matroos wuifde met een wit-
r-en doek. In weerwil daarvan werd de
Duitsche officier met een pistool bescho
ten vanuit den toren der duikboot, die in
middels langszij was gekomen. Een offi
cier van de Britsche duikboot beval de
Griel sche bemanning in de reddingsboot te
gaan. De Duitsche soldaten werden daarna
met machinegeweren bedreigd en gedwon
gen zich onderdeks te begeven. Daarop
opende de duikboot van zeer nabij ge
schutvuur op het motorvaartuig, dat on
middellijk in brand geraakte en snel zonk.
Met brandend uniform sprongen de Duit
sche soldaten in het water. Zij werden toen,
ronddrijvende in het water, zoolang met
machinegeweren beschoten, tot zij alle ge
troffen en gezonken waren.
De Grieksche bemanning was op een af
stand van dertig meter getuige van deze
afschuwelijke gebeurtenis, van begin tot
einde.
Duitschland zal uit dit ruwe en onmen-
schelijke optreden der Britsche marine de
noodige consequenties trekken".
Toen de kapitein en de bemanning van
het Grieksche motorvaartuig onder eede
gehoord werden, waren buitenlandsche ge
tuigen, door de Duitsche autoriteiten uit-
genoodigd, daarbij aanwezig. Er is dus geen
aanleiding om aan de boven geschilderde
gebeurtenis te twijfelen. De Engelschen
hebben zich schuldig gemaakt aan een mis
daad, die zelfs nog aanzienlijk ernstiger
lijkt dan de beruchte gevallen van de
„King Stephen", de „Baralong" en de
Cossack". Een dergelijke schending van
de meest primitieve regels van het oorlogs
recht is zonder voorbeeld. De buitenland
sche getuigen zijn van meening, dat deze
nieuwe schanddaad der Britsche marine
gewroken zal worden.
DE STAD CZERNOWITZ
GENOMEN
HET DUITSCHE
WEERMACHTSBERICHT.
Het Duitsche weermachtsbericht van gis
termiddag meldt omtrent den strijd in de
Sovjet-Unie het volgende:
„In Bessarabië zijn de Duitsche en Roe-
meensche troepen, na tegenaanvallen te
hebben afgeslagen steeds in den aanval. In
de Boekowina hebben Roemeensche troe
pen en Noordwestelijk daarvan Hongaar-
sche strijdkrachten den bovenloop van den
Dnjestr bereikt. Czemowitz is genomen.
De achtervolging van den vijand werd over
een breed front aan de overzijde van de
Sereth voortgezet.
Ten Noorden van de Pripet-moerassen
rukken afdeelingen van het Duitsche leger
al strijdende over een breed front op naar
den Dnjepr en den bovenloop van de Duna.
De operaties der Duitsche en Finsche troe
pen blijven zich volgens de plannen ont
wikkelen.
Eskaders van de Duitsche luchtmacht
hebben ook Zondag een groot aantal vijan
delijke pantserwagens en vrachtauto's, als
mede treinen, verkeerswegen en munitie-
opslagplaatsen vernield. Geslaagde lucht
aanvallen waren verder gericht op den te-
rugtrekkenden vijand in de Oekraine en op
versterkingswerken. Andere afdeelingen
bombardeerden vijandelijke troepen rond
om Smolensk en ten Oosten van het Pei-
pus-meer. Gevechtsvliegtuigen en Stuka's
steunden het landleger op het Visschers-
schiereiland en bestookten steunpunten
van den vijand met bommen van elk kali
ber.
Op den zesden Juli hebben de Sovjets in
totaal 204 vliegtuigen verloren. Daarvan
werden er 160 bij luchtgevechten vernield,
41 vliegtuigen werden op den grond ver
nield en drie door mijnvegers neergescho
ten. Tien Duitsche vliegtuigen worden
vermist.
In het Oosten der Oostzee ontmoetten
Duitsche mijnenvegers vier Sovjet-torpedo
jagers. In een gevecht, dat een uur duurde,
werd een jager door geschutvuur bescha
digd, waarna de vijand zich terugtrok. De
zelfde mijnenvegers sloegen zeven vijan
delijke bomaanvallen af en schoten daarbij
drie Sovjetvliegtuigen neer.
DE STALIN-LINIE.
Het D.N.B. geeft op het weermachtsbe
richt van gisteren de volgende toelichting:
De Duitsche opmarsch naar het Oosten
heeft met zijn voorste troepen de z.g. „Sta-
linlinie" thans over een breed front be
reikt. Hiermede begint een nieuwe phase
van de operaties in het Oosten, daar te
voorzien is, dat om dit systeem van ver
sterkingen. hevige gevechten geleverd zul
len worden. Met de verovering van deze
stelling hebben de Duitsche troepen den
weg vrij naar de groote gebieden in het
binnenland der Sovjet-Unie.
De Duitsche troepen hebben in de thans
achter hen liggende twee eerste weken van
den nieuwen veldtocht in het Oosten bijna
al het nieuw verkregen land der Sovjet-
Unie sinds September 1939 den Bolsjewis
ten weer afgenomen. Het zijn Westelijk
Oekrajina en Westelijk Wit-Roethenië, die
vroeger bij Polen behoorden, Bessarabië
en de Noordelijke Boekowina, die vroeger
in Roemeensch bezit was, alsmede de voor
malige landen Letland en Litauen. Deze
gebieden beslaan in totaal een oppervlakte
van 375.000 vierkante kilometer. Wanneer
men zich realiseert, dat het Duitsche rijk
op grond van de bepalingen van Versailles
teruggedrongen was tot een gebied van
469.000 vierkante kilometer, dan kan men
hieruit de grootte van het succes bepalen.
Tot aan de nadering van de „Stalinlinie"
hebben de Duitsche troepen van de grens
af ongeveer 400 a 450 kilometer afgelegd.
Dit gelukte in een periode van veertien da
gen. Welk een korte tijd dit is, blijkt, wan
neer men zich herinnert, dat in 1940 de
Duitsche formaties in het Westen van de
Luxemburgsche grens af tot Abbeville aan
de Kanaalkust 21 dagen noodig hadden en
hierbij slechts een afstand van 350 kilome
ter hadden af te leggen. De Stalinlinie is
weliswaar geenszins met de Maginotlinie
te vergelijken. Men kan echter aannemen,
dat zij is aangelegd in een voor de verdedi
ging bijzonder goed geschikt terrein. Hier
bij komen nog de nieuwe veldversterkin-
gen, die sedert het begin van den oorlog
zijn opgericht.
Terwijl de door den Duitschen aanval
murw gemaakte strijdkrachten naar deze
verdedigingslinie terugtrokken, worden uit
het achterland voortdurend reserves aange
voerd. Op deze transporten, alsmede op het
belangrijkste wegennet in het achterland
van de Stalinlinie zijn derhalve bij voor
keur thans de aanvallen van de Duitsche
luchtmacht gericht. Tevens echter brengt
ons luchtwapen nieuwe slagen toe aan de
nog resteerende Sovjetvliegerformaties, die
tevergeefs trachten de verliezen te com-
penseeren.
De gevechten om de Stalinlinie zullen de
komende week op den voorgrond staan.
Te verwachten is echter, dat ook deze ver
dedigingslinie voor de Duitsche troepen op
den duur geen onoverwinnelijke hindernis
zal
ACHTERVOLGINGSACTIES.
Naar het D.N.B. verneemt, trachten de
Bolsjewisten, die tusschen de Baskiden en
de Pripet verslagen zijn, zich ijlings op de
Stalinlinie terug te trekken. Onder druk
der achtervolgende Duitsche troepen en
onder de voortdurende aanvallen der Duit
sche luchtmacht zullen echter slechts kleine
deelen der Sovjetstrijdkrachten de linie
kunnen bereiken, voorspelt hetzelfde be
richt.
Overigens hebben gepantserde Duitsche
strijdkrachten eergisteren de breuk in de
door de resten van de verslagen Bolsjewis
ten betrokken versterkingslinie, vergroot.
Twintig bunkers van de modernste soort
werden na zware gevechten genomen. Bij
de actie van de Duitsche troepen werden
hier 154 pantserwagens en gepantserde
verkenningswagens, alsmede honderd stuk
ken geschut varieerende van middelmatig
tot het zwaarste kaliber buitgemaakt. Uni
ted Press teekent hierbij onder meer aan,
dat de inneming van meer bunkerlinies te
verwachten is. Goed ingelichte Duitsche
kringen verklaren echter, dat de inneming
van een of meer van deze bunkers nog niet
noodzakelijkerwijs beteekent dat de Stalin
linie doorbroken is, daar deze immers over
een diep in het land gaande reeks van ver
dedigingslinies beschikt. Als de Stalinlinie
doorbroken is, zullen de Duitsche troepen
de voornaamste hindernis op den weg naar
hun volgende doelen overwonnen hebben
en in de gelegenheid zijn het volle gewicht
van hun troepenmassa op het geheele 2500
km. lange front in te zetten voor den op
marsch dieper het land in.
KAZEIVIATSTELLINGEN BEDWONGEN.
De uit Wolhynie terugtrekkende Bolsje
wisten trachtten in de moderne kazemat
ten der Stalinlinie nieuwe verdedigings
stellingen te betrekken. Duitsche troepen
hebben, naar het D.N.B. verneemt, na door
de Sovjetachterhoede te zijn gedrongen,
den aanval op dit stelsel van kazematten
geopend. Op verscheidene plaatsen is de
linie doorbroken, nadat kazematten, die
van krachtige wapenen voorzien waren,
genomen waren.
Tijdens hun verderen opmarsch naar de
verdedigingswerken van de Stalinlinie
heeft een afdeeling Duitsche infanterie op
6 Juli een sterk vestingwerk aangevallen,
waarvan de bemanning door haar politie-
ken commissaris was opgesloten en gedwon
gen was zich op te offeren. Na taaie ge
vechten, die deels in de onderaardsche ver
bindingsstukken werden voortgezet, gaven
zich twintig overlevenden der bemanning
over. Na elkaar kwamen uit dit vesting
werk nog acht vrouwen te voorschijn, die
door de Sovjets van wapens waren voor
zien en tot strijden met de wapens waren
gedwongen.
Eenige Duitsche gevechtsvliegtuigen, die
op 4 Juli des avonds waren gestart voor
aanvallen op vijandelijke colonnes in den
Zuidelijken sector van het Oostelijk front,
hebben op een kruising van wegen 15 pant
serwagens en 20 auto's der Sovjets vernie
tigd en een groot aantal andere vóertuigen
beschadigd. Formaties van de Duitsche
luchtmacht hebben in den Oekrajienschen
strijdsector met groot succes in den strijd
te land ingegrepen en in het bijzonder in
het gebied van Sjitomir Sovjetautocolon-
n treinen vernietigd. De langs Sjito
mir loopende spoorlijn is vernield.
Aan het Roemeensch-Russische front
hebben Duitsche gevechtsvliegtuigen onop
houdelijk de terugtochtswegen en de colon
nes van de terugstroomende bolsjewisten
aangevallen. De Duitsche bommen kwamen
terecht midden op de verstopte wegen en
de dicht op elkaar staande voertuigen, zoo
dat de wagens als lucifersdoosjes in de
lucht vlogen. Met het vuur van de mitrail
leurs en de boordkanonnen stelden de
Duitsche vliegers de luchtdoelstellingen
buiten werking, die tevergeefs trachtten de
Duitsche aanvallen af te slaan. Een enkele
Duitsche gevechtsformatie meldde, dat zij
vier stukken luchtafweergeschut, twee trei
nen en meer dan vijftig auto's had vernie
tigd.
DUITSCH—ROEMEENSCH
LEGERBERICHT.
Het hoofdkwartier der Duitsch- Roemeen
sche troepen meldt, dat aan het geheele
front de actie tegen de Sovjet-troepen met
succes wordt voortgezet. In Bessarabië zet
ten de Duitsch-Roemeensche troepen den
opmarsch voort. Aan het Roemeensche
front zijn 121 Sovjetvliegtuigen vernield,
waarvan 74 door het Roemeensche luchtwa
pen en de luchtdoelartillerie, bij negen
eigen verliezen.
Tusschen 2 en 4 Juli zijn in 72 uur lijds
weer 345 Sovjetpantserwagens, 291 stukken
geschut, verscheidene pantsertreinen en
reusachtige hoeveelheden wapens buitge
maakt of vernietigd. In één enkelen sector
verloren de Bolsjewisten op 5 Juli 140 pant
serwagens.
HELSINKI GEBOMBARDEERD.
Naar de Finsche rijksberichtendienst
meldt, zjjn Zondag verscheidene plaatsjes
in Finland gebombardeerd, zonder dat noe
menswaardige schade werd aangericht. Al
leen bij den aanval op Kotka werden tal
rijke branden veroorzaakt, waardoor onge
veer twintig particuliere woningen werden
vernield. Gisterochtend vroeg is Helsinki
gebombardeerd. Naar tot dusver is vast
gesteld, werd één persoon gedood en twin
tig gewond. Drie woningen werden getrof
fen. Twee hiervan zijn zwaar beschadigd.
De Finsche luchtstrijdkrachten hebben vijf
vliegtuigen neergeschoten.
Verder hebben op 4 Juli Finsche troepen
een geheel Sovjetbataljon ingesloten. Nadat
ruim de helft der bolsjewisten gesneuveld
was, gaf de rest zich over. Een zware bat
terij en talrijke wapens en uitrustingsstuk
ken vielen den Finnen in handen. Volgens
berichten uit Helsinki weet U.P. nog te
melden, dat de Finsche stad Lovisa Zondag
in de vroege morgenuren door Sovjetvlieg
tuigen aangevallen is. Er zijn twee burgers
gedood. Drie der aanvallende toestellen
werden neergeschoten.
Het Finsche staatsinlichtingenbureau
maakt voorts nog bekend:
In de streek van Hangoe heeft onze ar
tillerie verscheidene voltreffers geplaatst
op vijandelijke stellingen. Ook transport
schepen in de haven zijn onder geconcen
treerd vuur genomen. Een munitieopslag
plaats van den vijand is in de lucht gevlo
gen. Onze duikbooten hebben eenige bols
jewistische transportschepen, die op weg
waren van Reval naar Kroonstad, in den
grond geboord. Op één plaats aan het Oos
telijk front is de vijand tot den aanval
overgegaan; hij werd echter teruggeslagen.
In een korten strijd verloor de vijand vier
honderd dooden en vele pantserwagens.
Onze eigen verliezen zijn onbeteekenend.
In vele sectoren zijn onze troepen aanzien
lijk ver over de grenzen getrokken. Van
vijandelijke zijde is een aantal overloopers
aangekomen. Ons luchtwapen heeft met
succes vijandelijke stellingen in den rug
van den vijand met bommen bestookt.