VRIJDAG 4 JULI 1941 32ste Jaargang No. 99?0 S)e Ccid6ch^0oi4^ant Telefoon: Redactie 20015. Administratie 20935. - w r d\ d\ n I r m r al mi AtlCTnr 1/r *1 Bureau* Papengracht 32. Giro 103003.-postbns 11. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN 5)e vernietiging, de% SavjetCegetó DUITSCH-ROEMEENSCHE FORMATIES RUKKEN OP Dit nummer beslaat uit twee bladen. Het gebod van de lleide. Het kan klein-menschelijke aanmatiging zijn, om in bepaalde gevallen van het dage- lijksch gebeuren een verklaring te leggen van Gods bedoeling. Maar er zijn ook gevallen, waarin het geenszins vermetel is, de Goddelijke bedoe ling aan te wijzen. Zoo is het duidelijk, dat God het kwaad van den oorlog toelaat, op dat de menschen, opdat de menschheid zedelijk beter worde. Die Goddelijke bedoe ling mogen, móeten wij zelfs lezen in het wereld-gebeuren, om daaruit practische conclusies te trekken voor onszelf. Wij moeten door het oorlogs-gebeuren beter worden. De gelegenheid tot bezinning dringt zich op in dezen tijd, van alle kanten, en wij mogen die niet ongebruikt en onbe nut laten. Wij moeten door het oorlogs-gebeuren beter worden. Door de menschheid, door ons moeten meer daadwerkelijk worden be leefd de deugd van rechtvaardigheid en de deugd van liefde. De deugd van liefdeMogen we daar aan vandaag 'ns een enkele gedachte wij den? Er schijnen veel menschen te zijn, ook katholieken, die meenen, niet verplicht te zijn, liefde te betoonen jegens iemand, die hen (of anderen) onrechtvaardig be jegent. In een artikel in het tijdschrift „Arïsto" schrijft Wouter Lutkie, pr., naar aanleiding van deze onchristelijke opvatting: „Ook wanneer hij zelf onrechtvaar dig wordt bejegend is de christen ge houden zijn onrechtvaardigen bejege- naar in liefde tegemoet te treden. Maar hoe, indien een onrecht niet hemzelf doch anderen aangedaan, zijn verontwaardiging gaande maakt? Hoe, indien de christen in zijn gemoed wordt getroffen door aanvallen op het Ge loof, op God? Ongetwijfeld, in zulk geval zou haat van edeler gehalte wezen, dan wanneer die wordt gaande gemaakt door hem persoonlijk treffend onrecht. Maar toch blijft zelfs in dat geval het Evan geliegebod van kracht: alle menschen, dus ook boosdoeners, te beminnen. In navolging van God zelf, die Zijn zon laat schijnen over kwaden zoowel als goeden. Naar verluidt in het Evan gelie reeds hierboven aangehaald maar nimmer genoeg overwogen, ter plaatse waar Jezus het gebod der liefde jegens vijanden oplegt: „Gij hebt gehoord dat gezegd is: Bemint uwe vijanden, doet goed aan die u haten, en bidt voor hen die u vervolgen en belasteren; opdat gij zijn moogt kinderen van uwen Va der die in de hemelen is, die Zijn zon doet opgaan over de goeden en de boozen en Zijn regen daalt neer op rechtvaardigen en onrechtvaardigen" (Matth. V:43—45). Is dat gemakkelijk? Integendeel, heel moeilijk. Naar de natuur gesproken is het in menig geval wel onmogelijk. Doch naar de „bovennatuur" gesproken, weten wij, hoe Hij die gebiedt „Uwe vijanden zult gij beminnen", ter onder houding van dit gebod den naderig ont- vankelijken christen ook de hulp van Zijn genade verleent". 't Is noodig, vooral in dezen tijd, zóó zich te doordringen van het gebod der liefde. Neen wij hebben het al meermalen betoogd deze opvatting, deze verheven opvatting leidt geenszins tot slap en futloos optreden. Het kwaad mogen, .moeten wij haten. De bedrijvers van het kwaad moeten ge straft worden door de Overheid, wanneer en inzoover de aan de zorg van de Overheid toevertrouwde belangen dat eischen. En tenslotte;.en dèt is de voornaamste overweging wij weten, dat er is een rechtvaardige God. Bemint uw vijanden.... Ook ongeloovi- gen kunnen hun vrienden liefhebben. Het Christendom eischt, óók zijn vijanden te beminnen. Altijd moeten wij aan deze christelijke leer vasthouden in de practijk van ons eigen leven. Ook als 't moeilijk, héél moeilijk valt. Wij schreven in den aanvang van dit ar tikel, dat er gebeurtenisen zijn, waarin dui delijk ligt opgesloten de bedoeling van God. In alle gevallen hebben wij de zeker heid, dat wij op de Goddelijke leiding kun nen vertrouwen. Nadat wij dit hadden geschreven, viel onze aandacht op een artikel van S. in het L.T.B.-blad, dat aldus besluit: „Hoe schokkender de gebeurtenissen in ons bestaan ingrijpen, hoe ondoor- zichtlijker de toestand wordt, hoe meer we moeten zeggen dat de toestand ons onbegrijpelijk lijkt, des te meer moeten we vertrouwen op Gods leiding, die alles ten goede keert voor hen die Hem liefhebben en op Hem hopen. Zijn Wil, Zijn Voorzienigheid regeert de wereld en uiteindelijk zal Hij die geschiedenis leiden tot de triomphante verheffing der Kerk. Bidden wij daarvoor en werken wij er aan mee". De slag bij Bialystok HET DUITSCHE WEERMACHTSBERICHT. Het opperbevel van de Duitsche weer macht maakte gisteren bekend: Schouder aan schouder zijn gisteren Duitsche en Roemeensche formaties uit Noordelijk Moldavië de. Proeth overge trokken. Ze rukken nu op naar de Dnjestr. Daarmede zijn de verbonden legers over het geheele front tusschen Zwarte Zee en Noor delijke IJszee tot den aanval overgegaan. Terwijl de Sovjetleiding tot dusver klaar blijkelijk er naar streefde, den Duitschen opmarsch in de nabijheid van de grens op te vangen en van haar kant tot den aanval over te gaan, schijnt het weerstandsvermo gen van het Sovjetléger thans gebroken te zijn. Aan het geheele front vallen achter- waartsche bewegingen van den vijand op te merken. De vernietigende slag ten Oos ten van Bialystok is in feite afgeloopen. Zooals reeds in een extrabericht werd be kend gemaakt is de uitwerking van dezen slag van wereldhistorische beteekenis. Talrijke divisies infanterie, cavalerie en pantserwagens van de Sovjetweermacht kunnen hier als vernietigd beschouwd wor den. In voorbeeldige samenwerking zijn de formaties van ons leger en van ons luchtwa- pen aan de achtervolging van den vijand begonnen. EEN VERGELIJKING MET ANDERE SLAGEN. Het D.N.B. heeft de volgende toelichting ontvangen op het wermachtsbericht van gisteren: Bekijkt men de groote vernietigende veldslagen in den groot-Duitschen vrij heidsstrijd sinds 1939, dan moet de slag ten Oosten van Bialystok hooger gewaar deerd worden dan de veldslag in de bocht van de Weichsel, die tijdens den veldtocht tegen Polen van 10 tot 20 September 1939 werd geleverd en welke het weermachtsbe- richt van die dagen reeds „een van de groot ste vernietigende veldslagen aller tijden" heeft genoemd. Een nog grooteren omvang had de tijdens den veldtocht in het Westen van 21 Mei tot 4 Juni 1940 geleverde ver nietigingsslag in Vlaanderen en Artois. Deze slag leidde tot de volledige ineenstor ting van het Fransche noordelijke leger en tot de zwaarste verliezen voor het Engel- sche expeditiecorps. Dit resultaat werd in onophoudelijke zware gevechten na vijf tien dagen bereikt. De slag zelf werd in het weermachtsbericht gekenmerkt als „de# tot dusver grootste vernietigingsslag aller tij den". Men kan zich nauwelijks voorstellen, dat dit resultaat nog te overtreffen is en toch werd in het bericht van gisteren uit het hoofdkwartier van den Führer de vernieti gingsslag ten Oosten van Bialystok „een be slissing van wereldhistorische beteekenis" genoemd. Opmerkelijk hierbij is de aangegeven verhouding tusschen het aantal gemaakte gevangenen en het aantal der gesneuvelden. Zij zijn kenmerkend voor het karakter van den tegenwoordigen strijd aan het Oost front. Na een schatting van de na alle ge vechten aan het Oostelijk front opgegeven ongelooflijk zware vernietigingscijfers en de cijfers van den buit komt men tot het resultaat, dat zonder twijfel het gros van het door de Sovjets gebruikte materiaal voor hen verloren is gegaan. Opvallend hierbij is de vernietiging van bijna 5800 pantserwagens der Sovjets, welk verlies als gevolg van de relatief geringe productie capaciteit der Sovjetindustrie binnen af- zienbaren tijd in het geheel niet kan wor den gecompenseerd. Vergelijkt men de ge noemde cijfers van vernietigde of buitge maakte stukken geschut met het aantal, dat na het beëindigen van den veldtocht in Polen in een samenvattend bericht van het opperbevel der weermacht van 23 Septem ber 1939 werd genoemd, dan is het thans verkregen resultaat bijna dubbel zoo groot. Steeds opnieuw moet er de nadruk op worden gelegd, dat de tegenwoordige veld tocht in het Oosten een strijd is tegen een overvloed van menschen en tegen een over vloed van materiaal. Wanneer de naar ge tal zwakkere Duitsche weermacht toch reusachtige successen weet te behalen en vorderingen weet te maken, dan bewijst dit juist haar superioriteit wat betreft de menschen en het materiaal. SNEEUWSTORMEN BIJ LEMBERG. De gevechten aan het Oostelijk front, die evenals tot dusver gekenmerkt worden door een hardnekkigen tegenstand der Sov jettroepen, ondervinden thans overigens ook den invloed' van de weersomstandighe den. In het gebied rondom Lemberg wor den zelfs sneeuwstormen gemeld. Toch ruk ken op den rechtervleugel de Roemeensche en Hongaarsche formaties, eVenals de Duit sche troepen aan de overige deelen van het front, voortdurend op. Op den Noordelijken vleugel wordt thans voorbij de Duna met succes opgerukt en' ook de Finsche aanval len maken goede vorderingen. De balans van de gevechten over Juni tegen de Britsche revitailleeringsscheep- vaart vertoont het tot zinken brengen van in totaal 768.950 ton, als gevolg van de voortdurende aanvallen van het luchtwapen en de marine. Wanneer men dan nog re kening houdt met het niet te controleeren verlies van schepen als gevolg van mijnen en het niet onaanzienlijk aantal schepen, dat als gevolg van beschadigingen stilligt, dan blijkt dat de ravitailleering van Groot- Brittannië opnieuw een zeer zwaar verlies aan tonnage geleden heeft. Uit een overzicht van de totdusver tot zinken gebrachte schepen blijkt, dat sedert begin 1941 de verliezen van de Britsche koopvaardij in geen enkele maand lager zijn geweest dan 700.000 ton. Op 1 April 1941 bedroeg de totale tot zinken gebrachte tonnage 9.917.000 ton. Dit cijfer is in het laatste kwartaal met 2.516.000 ton tot in totaal 12.433.000 ton gestegen. Daar aan den eenen kant de productiecapaciteit van de Britsche scheepswerven aanzienlijk is te- ruggeloopen en aan den anderen kant de reserves van de koopvaardijvloten, die bin nen het bereik van Groot-Brittannië lig gen, zienderoogen "verminderen, heeft de tonnage, die iedere maand tot zinken wordt gebracht en waarvan het peil iedere maand gelijk blijft, een van maand tot maand voortgaande benadeeling van de ravitail- leeringsscheepvaart van Groot-Brittannië tengevolge, welke benadeeling relatief ge sproken nog grooter is dan de cijfers aan geven. Ook het toetreden van de Sovjet- Unie tot den oorlog tegen de spilmogendhe- den verandert hieraan met het oog op de slechts kleine Russische koopvaardijvloot niets. NIEUWE SUCCESSEN BIJ BIALYSTOK. Voorts wordt gemeld dat Duitsche ge vechtsvliegtuigen op 2 Juli in het gebied boven Bialystok 52 vliegtuigen hebben neergeschoten. Tijdens voortgezette aan vallen op Sovjet-vliegvelden werden bo vendien nog 97 bolsjewistische vliegtuigen op den grond vernield. Een ander bericht beschrijft hoe de groote slag in het gebied van Bialystok het hier verzamelde Sovjet-leger vernietigend heeft getroffen. De breede weg BialystokGrod noWolkowysk is over een lengte van on geveer 70 K.M. bedekt met vernielde en in den steek gelaten pantserwagens ën voer tuigen. Tusschen omgevallen wagens han gen lijken van menschen en paarden. Honderd gevechtswagens van alle groot ten en tyypen werd -ï door de geweldige kracht der Duitsche bommen en granaten vernietigd, zoodat de onderdeelen 50 en 100 meter ver weggeslingerd op de velden liggen. Ook op de wegen, die van den hoofd weg afwijken, ziet men hetzelfde beeld. Hier is een lange met paarden bespannen colonne vernietigd; daar zijn veldkeukens, tankwagens en reparatiewagens vernield. Elders ziet men stukken afweergeschut staan. Hun afweer was vergeefsch. De Duitsche vliegers hebben de stukken ver pletterd en de manschappen gedood of op de vlucht gedreven. DE SLECHTE WEGEN IN HET OOSTEN. De slechte toestand der wegen in de Sov jet-Unie moest volgens de Sovjet-specula ties den Duitschen opmarsch tot staan bren gen of tenminste aanzienlijk belemmeren. Evenals in de vorige veldtochten, zoo heeft ook hier, naar het D.N.B. verneemt, de Duitsche leiding snel passende maatregelen genomen. Tegelijk met de eerste gepant serde formaties trokken den eersten dag van den opmarsch gemotoriseerde pioniers colonnes over de grens. Hun taak was het door het verbeteren van de wegen en stra ten,- door het bouwen van bruggen en aan leggen van vliegvelden het verloop van den verderen opmarsch te waarborgen. Zij hebben tallooze door de Sovjet vernielde bruggen hersteld. Andere afdeelingen pio niers hebben over groote afstanden kapot- gereden wegen gerepareerd en voor het verkeer van de eindelooze ravitailleerings- colonnes geschikt gemaakt. Pogingen van verstrooide Sovjet-soldaten en de bolsje wistische luchtaanvallen om dit te belem meren, werden met de wapens afgeslagen. ACHTER HET FRONT IN DE SOVJET-UNIE. Naar welingelichte kringen uit de Sovjet- Unie vernamen, heeft de sedert het begin van den oorlog in de Sovjet-radio dagelijks herhaalde oproep aan de bevolking om de „grootste waakzaamheid" te betrachten en alle „verdachte" personen onmiddellijk bij de Sovjetautoriteiten aan te geven tot een ware golf van verklikkerij in de geheele Sovjet-Unie geleid. Dagelijks worden dui zenden en nog eens duizenden personen bij de Gepeoe als „verraders" opgegeven. De Gepeoe heeft in vele steden, vooral echter in de Oekraine, massa-arrestaties verricht, zooals in de dagen toen de bolsje wistische terreur zijn hoogtepunt bereikte. Iedere nacht vinden er executies plaats en de gevangenissen zijn deels tot aan de nok gevuld. LEGERBERICHT VAN FINSCHE HOOFDKWARTIER Hedenochtend heeft het Finsche hoofd kwartier zijn eerste legerbericht uitge geven, dat als volgt luidt: Sinds de Sovjet-Unie tot den openlijken oorlog tegen yinland is overgegaan en met bomaanvallen op woonwijken van burgers begonnen is, hebben de operaties van het leger zich als volgt ontwikkeld: Aan de landsgrenzen ontstonden op ver scheidene plaatsen gevechten van kleinen omvang in verband met de bedrijvigheid der verkenners, waarbij de poging van den vijand om over onze grenzen te dringen, overal werd afgeslagen. Op eenige plaatsen INLEVERING VAN METALEN NADERE OMSCHRIJVING VAN VRIJGESTELDE VOORWERPEN. De Staatscourant van Donderdagavond bevat een beschikking van den secretaris generaal van het departement van Opvoe ding, Wetenschap en Cultuurbescherming, waarbij de in de verordening betreffende het inleveren van metalen genoemde voor werpen, ten aanzien waarvan de verplich ting tot inlevering niet geldt, nader worden omschreven. Blijkens deze beschikking worden onder „openbare monumenten en gedenkteekenen op graven" mede begrepen gedenkplaten e.d., onder „kerkklokken" torenklokken en carillons. Onder „museumstukken" worden ver staan voorwerpen, deel uitmakende van de verzamelingen van alle musea en andere collecties, die worden vermeld in den van wege het departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen in 1938 uitge geven gids: „De Nederlandsche Musea", benevens de voorwerpen, die vermeld staan in de door het departement van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen uitgegeven „Voorloopige lijst van de Nederlandsche monumenten van geschiedenis en kunst". Ook worden als museumstukken be schouwd voorwerpen, deel uitmakende van verzamelingen van gods- en gasthuizen en van andere particuliere instellingen of per sonen, die niet in bovengenoemden gids worden vermeld, mits zoodanige verzame ling ten minste 50 stukken omvat en door den hoofdmuseumdeskundige wordt er kend (als zoodanig is bij deze beschikking aangewezen de onder-voorzitter van de Rijkk:ommissie van advies in zake de mu sea; deze is tevens directeur van het „In lichtingenbureau kunstvoorwerpen en anti quiteiten"). Onder verzamelingen van par ticulieren worden niet verstaan de handels voorraden van antiquairs en kunsthandela ren. Teneinde de hierboven genoemde er- kennirg te verkrijgen, dient belang hebbende zich vóór 15 Juli 1941 door middel van een formulier model IV te wenden tot den burgemeester der ge meente, waarin de verzameling zich bevindt. Onder „hetgeen behoort tot eenige volks dracht" worden ook begrepen bestanddee- len van tuig van last- en trekdieren, voor zoover daaraan uit een oogpunt van volks kunde bijzondere beteekenis moet worden toegekend. Onder „ordeteekenen en eere- teekenen" worden mede verstaan gedenk en eerepenningen voor zoover deze een bijzondere historische of kunstwaarde heb ben. Als voorwerpen die als handwerk als waardevol volksgoed te beschouwen zijn gelden ook beeldhouwwerken en voorwer pen van kunstnijverheid, die niet als mas saproduct te beschouwen zijn maar zijn ontworpen door algemeen als zoodanig er kende kunstenaars. De beslissing over de vraag, of een voor werp al dan niet een hooge wetenschappe lijke, geschiedkundige of kunstwaarde heeft berust bij den hoofdmuseumdeskundige. Zoo ook beslist deze, indien twijfel bestaat, of een voorwerp op grond van de verorde ning al dan niet vrij is van den inleverings plicht. Deze beschikking treedt heden in "wer king. hebben onze troepen zich van belangrijke punten in het gebied aan de overzijde van de grens meester gemaakt. Sinds de Duit sche en Finsche troepen de Oostelijke grens in het Noorden van Finland gepas seerd zijn, is de opmarsch stelselmatig ver- loopen. In de buurt van Hanko viel voort durende bedrijvigheid van de artillerie aan beide zijden waar te nemen. Aan het Zui delijke front worden in hoofdzaak land mijnen gelegd en heerscht bedrijvigheid van patrouilles en verkenningsafdeelingen. De Aalandseilanden zijn bezet, teneinde deze te kunnen verdedigen. Een vijande lijke duikboot is in ons mijnengebied ge zonken. Onze luchtstrijdkrachten hebben de spoorlijnen en wooncentra tegen over vallen beschermd, en vijandelijke trans porttreinen, vliegvelden en knooppunten gebombardeerd. Onze jagers en luchtaf weer hebben tot den avond van 2 Juli 48 machines neergeschoten. KOM NIET AAN MIJNEN! Twee jongens gedood Gisteravond heeft te Uithuizermeeden het onbevoegd demonteeren van een mijn twee slachtoffers geëischt. Twee jongens, de 20-jarige H. Klein en de 18-jarige E. Bonnema, beiden uit Uit huizermeeden, troffen achter de boerderij van den heer Schut een mijn aan, welken zij trachtten te demonteeren. Hierbij sprong de mijn uit elkaar met het noodlottig ge volg, dat de jongens op slag gedood werden. BONNEN tiWi NOG GELDIG. Bon 23 brood (oude broodkaart). Bon 08 aardappelen (Aardappelk.) Bon 56 suiker (oude bonk. algem.). Bon 23 melk (Melkkaart). Bon 89 en 99 eieren (Oude bonkaart algemeen) Bon 57 peulvruchten (Oude bonkaart algemeen) fMomentje GRENSKWESTIE. Ik zie een plaatje in de krant waarop twee heeren bezig zijn met de grootste nauwkeurigheid een huisdeur te meten, of beter: de een meet en de ander schrijft. Het is een keurig huis, met een tuintje, een hekje en een erkertje, met bloemen en een stoepje en behoorlijke welstand. Je .zou zoo zeggen: heelemaal uit den ouden tijd, zoo rustig en zonder com plicaties. Pa 's morgens uit en 's avonds in zijn tuintje, Ma de cactussen begietend in de kamers en peultjes doppend. Kleine glas-in-lood- ruitjes, een luifeltje boven de deur, een smeedijzeren tralietje voor het kijkvenster in de deur. Zoo heelemaal de rust en de degelijke Hollandsche welvaart van voor 10 Mei 1940. En het onderschrift bevestigt deze sfeer. Daar staat te lezen dat de gemeente grens tusschen Hillegersberg en Schie- broek midden door de deur van dit perceel loopt aan den Schiebroeksche- weg. Met het oog op den belasting plicht van den bewoner diende de grens nauwkeurig te worden vast gesteld. En dat geschiedde netjes door een gemeente-ambtenaar onder toe zicht van den gemeente-architect. Als Pa dus 's avonds thuis komt, hangt hij zijn hoed op in Hillegers berg en gaat hij zelf naar Schiebroek. En dat is natuurlijk een probleem, dat op Hollandsch-dqgelijke wijze moet worden opgelost. Er staat bij dat men zich over dit probleem geen zorgen meer zal behoeven te maken, als beide gemeenten binnenkort tot Rotterdam zullen behooren. En nu denkt ik zoo, dat dit de reden is van de annexatie dezer beide gemeenten. Dat men met het pro bleem van dit huis naar de autori teiten is gegaan. En dat deze hebben gezegd: Hillegers berg en Schiebroek worden ge annexeerd. De grenskwestie is op gelost. Dat doen ze gerust in dezen nieuwen tijd. V Nieuwe bonnen De aandacht wordt er op gevestigd, dat voor de hierna te noemen artikelen, met uitzondering van melk, de nieuw uitge reikte kaarten in gebruik worden genomen. Voor MELK blijft dus voorloopig de oude kaart in gebruik. Vernietigd kunnen wor den de oude „bonkaart algemeen" en de oude vleeschkaart, met uitzondering van de thans geldende bon 21 daarvan. De vol gende week zal ook voor vleesch de nieuwe kaart in gebruik worden genomen. De nieuwe BROODKAART bevat twee soorten bonnen.j De bonnen waarop staat vermeld: „4 rantsoenen" geven elk recht op het koopen van ongeveer 400 gram brood, of vier rantsoenen gebak. De overi ge bonnen geven elk recht op het koopen van ongeveer 100 gram brood of één rant soen gebak. BROOD EN GEBEK. Bon „25" van de broodkaart: 7 Juli tot en met 13 Juli. 100 gram brood of één rantsoen gebak per bon. Eén rantsoen gebak is: (beschuit, wafels, biscuits en andere koekjes) 75 gram. speculaas 140 gram, koek 140 gram, cake 300 gram, gevuld klein korstgebak (b.v. amandel broodjes) 400 gram, gevuld groot korstgebak (b.v. boterletter) 500 gram, taart en gebakjes 600 gram. Voor geheel of ten deele uit meel of bloem gebakken producten, welke hierbo ven niet genoemd zijn, geldt, dat een rant soen een hoeveelheid omvat, v/aarin 70 gram meel of bloem is verwerkt. Bon „25-4 rantsoenen" van de brood kaart: 7 Julj tot en met 13 Juli, 400 gram brood of 4 rantsoenen gebak. MELK. Bon „24" van de melkkaart: 7 Juli tot en met 13 Juli: 1 3/4 liter per bon. EIEREN. Bon „25 eieren": 7 Juli tot en met 13 Juli: één ei per bon. SUIKER. Bon „101" van de „bonkaart alge meen": 7 Juli tot en met 3 Aug.: 1 kg. suiker per bon. De bonnen, welke zijn geldig verklaard voor een op Maandag aanvangende distri butieperiode mogen reeds den daaraan voorafgaande Zaterdag worden gebruikt. Het nummer van de bon, welke geduren de de periode van 7 Juli a.s. tot en met 13 Juli recht zal geven op het koopen van 2 kg. aardappelen, zal bij afzonderlijk pers bericht worden bekend gemaakt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 1