£eefcepstaat.
fDe ffiütódle duik 'ui Sydë
Qemengdeffi&acfiten
ZATERDAG 14 JUNI 1941
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 5
HET SLOT
Stnpido geeft een solo ten beste
Wat beteekent het woord Mis?
Het laatste evangelie is het be
gin Vreemd gedrag van den
pastoor.
„En nu niet zoo somber kijken!" pleit
te en soebatte Pastoor als een. fotograaf, die
een kiek wil maken vain dreinende kinde
ren. Stupido keejc sip, de heer Nix keek
strak en, ten einde raad, dook de Pastoor
in zijn bureau, haald'e een kistje sigaren
oude oogst voor den dag. „Ais dat niet
helptmompelde hij
Het hielp.
„Ende blauwe bantoes waren op"!
fluisterde Stupido in het oor van Nix,
die hem met een verwijtend en veront
waardigd gezicht het zlwijgen oplegde.
Blauwe wolken van genot
zweefden endeinden weldra door de ge
zellige huiskamer, waarin het drietal voor
de laatste maal bijeenkwam op de Mis te
bespreken. De om krin gel ing van deze pro
fane wierook-nevels schiep de juiste sfeer
■voor wat Pastoor noemde:
„De slot-acte".
„Oftewel het Ite, missa est"
neuriede Stupido, met een ellen-lange uit
haal.
^„Doe niet zoo zonderling" berispte de
heer Nix.
„Man" verdedigde zich Stupido ,,ök
zirug de slotacte. Maar waarom zou 'het Iiiii
van de epiloog zoo uitgerekt worden als
een.
„Bespaar ons de vergelijking" bad de
herder.
„Het was anders een heel fatsoenlijke"
probeerde Stupido, maar Pastoor vond
het welletjes.
„Dat Ite, Mi s s a e s t" verklaarde
hy ernstig „kim je wel geen potjes-La
tijn noemen, maar het is tooh ongewoon
Latijn, het gesproken Latijn van de
derde of vierde eeuw en daaruit blijkt wel
hoe oud èn deze woorden èn die door Stu
pido zoo meesterlijk voorgedragen melodie
zijn".
„Wat beteekent het eigenlijk" vroeg
de heer Nix.
„Ite, missa est Gaat, het is de weg
zending".
„Naar ik oneen, is de naam: Mis daarvan
afkomstig" zei Nix.
„Vermoedelijk is dat niet juist" peins
de de herder. „Het woord Mis wordt
reeds gebruikt door Amibrosius en Augu
st inus en beteekent inderdaad: wegzen
ding. Maar vroeger waren er .twee weg
zendingen. De formule aan het slot is ge
bleven, maar de heeren zullen zich herin
neren, dat in de eerste christeneeuwen
„De niet-gedoopten na het Evangelie
vriendelijk werden uitgenoodig de plaat te
poetsen" toonde Stupido zidh. een dank
baar leerling.
„Omdat het hun niet was toegestaan de
eigenlijke viering van de H. Geheimen mee
te maken. Het is wel zeer waarschijnlijk,
dat de Mis aan déze wegzending, welke dus
feitelijk beteekent een geheimzinniigge af
scheiding en bescherming van de H. Gehei
men, haar naam dankt".
„Men zou zeggen" meende de heer
Nix „dat het Ite, Misa est, zoo
luide uitgezongen het einde van de plech
tigheid aangaf.
„Dat was ook zoo" stemde Pastoor toe
„maar is nu niet meer het geval Tegen
woordig volgen nog de priesterlijke zegen
en het laatste Evangelie".
„Hoe zijn die erbij gekomen?" hoorde
Stupido uit.
„Wanneer je wel eens een bisschoppe
lijke (pontificale) Mis hebt gevolgd, zal
je gemerkt hebben, dat de bisschop het
Laatste Evangelie oogenschijnlijk niet zegt".
„Dat is zoo" onderschreef Stupido
„na de plechtige zegen gaat de bisschop
naar zijn troon".
„En zegt onder het loopen door het Laat
ste Evangelie* Zoo is nu de toevoeging na
het Ite, Missa est ontstaan.. Het voorrecht
van dien bisschap na de Mis de geloovigen
te zegenen, is naderhand ook aan de ge
wone priesters gegeven, evenals de gewoon
te om het Laatste Evangelie te zeggen.
Maar omdat een priester geen troon heeft.
„Die stoel van u anders!" vermaakte
zich Stupido.
„....zegt hü het Laatste Evangelie,
staande aan de evangelie-cdjde van, het al
taar".
„Geeft ook de priester op plechtige wijze
zijn zegen?" vroeg de heer Nix.
„Dat geschiedt zéér plechtig" ant
woordde Pastoor „de priester buigt zich
midden voor het altaar diep voor-over en
bidt:
O, Heilige Drievuldigheid!
Moge de hulde mijner onderwerping
u behagen, en geef dat het offer, het
welk ik, onwaardige, voor de oogen
Uwer Majesteit heb opgedragen, U aan
genaam zij, en aan mij en aan allen,
voor wie ik het heb opgedragen, door
Uwe barmhartigheid tot verzoening
strekke. Om Christus onzen Heer.
Amen.
Hierna kust hij voor de laatstte maal het
altaar, heft handen en oogen ten. hemel als
om Gods zegen af te trekken, buigt, terwijl
hij begint:
ZEGENE U DE ALMACHTIGE GOD
uit eerbied voor den heiligen naam het
hoofd, draait zich om naar de geloovigen,
over wie hij een wïjdsoh kruisteeken
maakt, en de zegenbede voortzettend,
spreekt (hij:
DE VADER, DE ZOON f EN DE HEI
LIGE GEEST.
Daarna leest hij het Laatste Evange
lie".
„Het is eigenlijk het begin van het laat
ste" met deze snuggere opmerking
maakte Stupido in «de oogen van Pastoor
alles goed wat hij miszegd had.
„Stupido heeft een goeie beurt" prees
hij hem zoo ronduit, dat de begenadigde
bloosde van plezier. „Het Laatste Evangelie
is altijd het begin van het Vierde Evange
lie, dat van St. Jan".
„Niet altijd" kwam Stupido weer eens
geweldig uit de hoek „want Zondag j.L
werd het misboek omgedragen".
„Gelijk heeft-ie" juichte Pastoor.
„Het was Drieeenheids-Zondag, en omdat
de Kerk rechtvaardig wil blijven, ook te
genover haar eigen feesten, vond zij het
UIT FRANKRIJK
Fransctien houden stand
bi) Sidon
In 'het communiqué van het Fransche
ministerie van Oorlog over de situatie in
Syrië wordt verklaard, dat de druk van
den tegenstander de laatste 24 uur in alle
sectoren van het front is versterkt. Aan
de kust kon hij tot in de nabijheid van
Sidon (Sadïda) oprukken, waar de Fran
sche strijdkrachten ondanks de hevigste
bombardementen zoowel van de land- als
de zeezijde, blijven standhouden. Bij Merdz
Ajoem kon de tegenstander in een Fransche
voorpostenstelling vasten voet krijgen.
Ten Oosten van den Hermon zijn felle
gevechten gaande. De recente beschieting
van de haven van Beiroet wordt in dit com
muniqué bevestigod, evenals de succesvolle
actie van Fransche luchteenheden tegen ge
motoriseerde vijandelijke af deelingen ten
Zuiden van Sidon.
In een eerder uitgegeven communiqué
had het Fransche opperbevel bekend ge
maakt, dat aan de kust sterke Britsche
strijdkrachten de Fransche stellingen on
der vuur hadden genomen. In het gebied
van Merdz Ajoem is een aanval van vijan
delijke pantserstrijdkrach'ten op het Lita-
ni-dal afgeslagen.
In het gebied van Damascus heeft de te
genstander ten Oosten van den weg van
Sidon naar Kissoeje een hevigen aanval
ondernomen.
In den nacht van 10 op 11 Juni heeft
het Fransche luchtwapen in het gebied van
Sanamaja en aan de kust vijandelijke for
maties zondier eigen verliezen doeltreffend
met bommen bestookt.
Naar Ofi meldt, hebben Engelsche vlieg
tuigen in den afgeloopen nacht opnieuw
de haven van Beiroet gebombardeerd. De
Fransche luchtdoelartillerie opende een
hevig af weer vuur.
BIJ MERDZ-AJOEM.
Naar de Britsche nieuwsdienst volgens
het D.N.B. meldt, is de in het Noorden van
het Jajoemmeer (waarschijnlijk wordt
hiermede Merdz Ajoem bedoeld. Red),
strijdende Britsche colonne op „eenig ver
zet van de Franschen" gestuit. De Austra
lische infanterie, zoo meldt de bijzondere
correspondent van Reuter, is de operatie
begonnen in de hoop, dat de Franschen
spoedig zouden capituleeren. Thans staat
zij echter tegen een vijand, die vrij sterk is.
De mitrailleurnesten en mortieren in het
fort Clair bieden nog steeds tegenstand.
Een Australisch officier heeft aan den Reu-
ter-correspondent verklaard: „Wij waren
verbaasd over het verzet van den vijand,
dat door koloniale beroepssoldaten geboden
wérd." De officier vertelde voorts, dat her
haalde verzoeken aan de Franschen om zich
over te geven door hen onbeantwoord zijn
gebleven. Militaire, waarnemers meenen,
dat de Franschen in den sector van Metul-
la strijdkrachten concentreeren om den te
genstander tegen te houden.
De Italiaansohe consul-generaal te Bei
roet is gisteren, naar United Press meldt,
te zamen met andere Italiaansche officieele
personen te Alexandrette aangekomen.
Naar verluidt zullen alle Italiaanschedi
plomatieke ambtenaren uit Syrië terugge
roepen worden. In den Taurus-express zijn
twee speciale wagons voor de Italianen ge
reserveerd. Zij zullen naar Lstanboel rei
zen om zich vandaar naar Italië te bege
ven.
Het D.N.B. meldt uit Vichy, dat het le
gioen van Madagascar de verzekering
heeft gegeven onbeperkt achter den per-
niet goed, dat het evangelie van de, nog
niet zoo lang geleden, officieel ingestelde
Drieeënheids-Zondag het evangelie van
den eersten Zondag na Pinksteren, dat de
oudste rechten had, in den hoek zou du
wen. Daarom werd dit laatste evangelie
als Laatste Evangelie gelezen. Enkele ma
len komt dit voor als twee gelijkwaardige
feesten samenvallen".
„Valt er over het begin van het St. Jans
evangelie nog iets op te merken" train
eerde de heer Nix, die geen zin had om op
te stappen.
„Dat ieder geloovige het zich tot een eer
moest rekenen 'hét uit zijn hoofd te ken
nen", gaf de herder tot taak mee.
„Sommige menschen maken onder het
Laatste Evangelie juist aanstalten om weg
te gaan" wierp Stupido een balletje op.
„Dat moeten zij weten" antwoordde
Pastoor „maar wei-opgevoed is het niet.
Jullie hebt wel gemerkt, dat ik niet van
koude drukte houd, doch ik acht het een
eisch van een heele gewone beleefdheid,
dat de geloovigen wachten met de bank
té verlaten tot de priester, die als hun ver
tegenwoordiger en als gezant van God het
H. Offer heeft opgedragen, zijn bonnet op
zet en uit het priesterkoor gaat".
„Er zijn dan veel onbeleefde menschen"
zuchtte Stupido.
„Dit is zoo" kaatste Pastoor terug.
„Na de Hoogmis wordt...." begon Stu
pido.
„Ik sluit de openbare vergadering"
hamerde Pastoor.
„Ik vraag het woord voor een persoon
lijk feit" wierp de sluwe Stupido op ta
fel.
„En dat is?" (Pastoor was er zelf
nieuwsgierig naar).
„We hebben al die tijd voor de lezers
schuilevfekje gespeeld. Zullen we aan het
eind onze maskers afwerpen?"
„Dan zal ik eerst mijn toog uittrekken
stelde de herder voor.
„Waarom?" zongen beide heeren in
koor.
„Ja, waarom?" zei Pastoor met de
hand op de deurknop „De Prediker ver
maant: er is een tijd van komen en een tijd
van gaan. Heeren, mijn hartelijken en wei-
gemeen den dank voor jullie onverdroten
belangstelling";
De deur werd met een ruk gesloten,, en
even later kwam Mina 'bedeesd binnen
om mede te deelen, dat Pastoor op vacan-
tie was gegaan.
ARCANUS.
soon en (het werk van den maarschalk te
staan. Het veroordeelt iedere dissidentie.
"Het 'bevestigt zijn hechte voornemen om
met alle ten dienste staande middelen bij
te dragen tot de verdediging der integriteit
van het Fransche koloniale rijk. Deze bood
schap heeft de voorzitter van het Fransche
legioen van frontstrijders op Madagascar
aan den gouverneur-generaal van Mada
gascar gezonden.
De gouverneur van het eiland Réunion
heeft aan den Franschen minister van Ko
loniën, vice-admiraal Platon, een telegram
gezonden, waarin hij de aanhankelijkheid
en trouw van deze Fransche kolonie in den
Indischen Oceaan opnieuw tot uitdrukking
■brengt.
Ten einde de verbinding met de Fran
sche kolonie •Somaliland, die sedert maan
den door de Engelsohen wordt geblok
keerd, te handhaven, heeft de Fransche re
geering, naar thans wordt medegedeeld, een
geregelden vliegdienst ingesteld die ge
meenschappelijk door de Fransche lucht
vaartmaatschappij Air France, het Fran
sche luchtwapen en de marine onderhou
den zal worden. In de maand Mei zijn drie
vluchten gemaakt.
Ten slotte meldt het D.N.B. uit Vichy,
dat het Fransche legioen van frontstrij
ders te Marseille een solidariteitsbetooging
heeft gehouden voor de strijders in Syrië
en in een telegram van aanhankelijkheid
aan maarschalk Pétain de verzekering ge
geven, dat zij bereid; zijn voor de eenhéid
van het imperium te strijden.
De EngeLsche nieuwsdienst meldt over
den toestand in Syrië, dat er „weinig ver
andering in den toestand gekomen is. De
centrale collonnes bevindien zich nog steeds
ten zuiden van Damascus en de zijdeling-
\sche colonnes ten ziuiden van Saïda.
Men hoopt echter nog, deze plaatsen zon
der slag of stoot te kunnen bezetten, door
de Franschen te overreden, zich over te
geven.
VERSPREID OORLOGS
NIEUWS
De ravrtailleeringsmoeilijkbeden, die in
Tobroek bestaan voor de daar ingesloten
Britsche troepen, zijn sedert de bezetting
van Kreta door Duitsche landingseenheden
en door de vernieling van talrijke Britsche
schepen nog toegenomen.
Hoe groot het gebrek aan scheepsruimte
voor de Britten op de .MiddellandSche Zee
is, blijkt uit het feit, dat sinds weken al
leen nog zeer kleine Britsche vaartuigen
van nauwelijks 100 ton de vernielde haven
van Tobroek trachten binnen te varen.
Maar ook deze pogingen stranden op de
waakzaamheid van Duitsche en Italiaan
sche vliegtuigen.
De laatste dagen is weer een vrij groot
aantal schepen vernield in de wateren van
Tobroek. Zij hadden voor een deel munitie
aart boord en vlogen na het vernielende
vuur der Duitsche wapens in de lucht.
Drie groote bommenwerpers van onbe
kende nationaliteit hebben Donderdag
avond Gibraltar gebombardeerd. Zoo meldt
United Press uit Madrid. Hoe groot de aan
gerichte schade is, is niet bekend.
De in de haven liggende oorlogsschepen
en (het kustaflweergeschut richtten een bui
tengewoon zwaar afweervuur op de vlieg
tuigen. Tevoren was reeds om 8.20 uur een
enkel vliegtuig boven de rots verschenen.
Twee Britsche jachtvliegtuigen stegen on
middellijk op en de onbekende machine
verwijderde zich daarop in oostelijke rich
ting, zonder bommen te hebben geworpen.
Men neeimt hier aan, dat dat enkele vlieg
tuig een Italiaansche machine was.
D.N.B. deelt nog uit Algeciras mede, dat
er drie bommen op de haveninstallaties vie
len, die twee kruisers beschadigden, die
voor reparaties in de haven lagen. Twee
bommen kwamen neer in de nabijheid; van
het radiostation en een in de haven aan
den uitgang naar zee. Ondanks het woeden
de vuur van het afweergeschut werd geen
enkel vliegtuig getroffen.
In de maand Mei hebben, naar aan het
D.N.B. wordt medegedeeld, Duitsche jacht
vliegtuigen aan het luchtfront boven En
geland in den strijd tegen Britsche jagers
57 overwinningen behaald.
Hierbij werden 41 Spitfire en 16 Hurri
cane toestellen neergeschoten.
De verliezen aan Duitsche jachtvliegtui
gen aan het Britsche front bedroegen in
dezelfde maand 17 vliegtuigen.
SPANNING IN HET VERRE
OOSTEN
DE MALEISCHE STATEN IN GEVAL
VAN OORLOG ONDER AMERIKAANSCH
TOEZICHT.
Het D.N.B. meldt uit Sjanghai:
Het te Bangkok verschijnende dagblad
Krangdeb Varasab meldt, dat de Maleische
staten in geval van oorlog onder toezicht
van de Vereenigde Staten zouden worden
geplaatst.
Dit bericht, dat volgens hier ontvangen
inlichtingèn met het oog op de veelomvat
tende militaire voorbereidingen op het Ma
leische schiereiland te Bangkok allerwege
het grootste opzien heeft gewekt, wordt
door genoemd blad aangevuld met de me-
De aartsbisschop van Lyon, kardinaal
Gerlier, heeft aan generaal Franco een
boodschap van maarschalk Pétain overhan
digd, waarin de maarschalk zijn leedwezen
betuigt over het feit, dat hij op het oogen-
blik niet in staat is het bezoek van generaal
Franco aan Montpellier in Februari te be
antwoorden. Verder verklaart Pétain in
zijn boodschap, dat na^r zijn meening de
vriendschap tusschen Spanje en Frankrijk,
waaraan hij zoo een groote waarde hecht,
verder versterkt is. De boodschap besluit
met de beste wenschen voor het welzijn
voor Spanje en zijn leider.
Het onderhoud tusschen generaal Franco
en den kardinaal werd tegen het einde ook
bijgewoond door den Franschen ambassa
deur Pietri.
Naar uit welingelichte Fransche kringen
te Vichy verluidt, is de tweede protestnota
der Fransche regeering, die de Fransche
ambassadeur in Madrid, Pietri, onlangs heeft
overhandigd aan den Engelschen ambassa
deur, sir Samuel Hoare, gehouden in den
meest beslisten vorm. De Fransche regee
ring stelt in de nota opnieuw bij zonderen
prijs op de constateering, dat in Syrië uit
sluitend en alleen Franschen strijden.
Voorts worden de Engelsche regeering de
gevallen ter kennis gebracht, waarin de
Engelsche gevangenen uitdrukking hebben
gegeven aan hun verbazing, dat zij zich in
de gevechten tegenover Franschen bevon
den. Op grond van deze ondubbelzinnige
bewijzen wijst de Fransche regeering in de
nota op de scherpste wijze de door Enge
land opgegeven voorwendsels voor den op-
marsch in Syrië van de hand en herhaalt
haar energiek protest tegen dezen overval.
NIEUWE FRANSCHE JODENWETTEN.
Naar de Fransche secretaris-generaal
voor Joodsche vraagstukken, Vallat, mede
deelt, verschijnen vandaag in het Fransche
staatsblad twee omvangrijke wetten, waar
van de eerste aanmerkelijke verzwaringen
van den thans geldende Jodenwetten bevat
en de tweede een algemeene telling van de
Joden in geheel Frankrijk gelast.
De verscherping bestaat hierin, dat tal
rijke beroepen, vooral in het bank-, beurs
en makelaarsbedrijf, voortaan niet meer
voor Joden toegankelijk zijn. Een volstrekt
verbod bestaat ook voor alle taken van
werkzaamheid, die met radio, pers en film
verband houden. Voorts wordt een nume
rus clausus voor Joodsche studenten inge
voerd.
Voor de pers heeft Vallat de nieuwe
maatregelen toegelicht en verklaard, dat
de definitieve oplossing van het Joodsche
vraagstuk in Frankrijk pas na den oorlog
kan worden bereikt, daar het thans onmo
gelijk is de op Fransch gebied woonachtige
Joden te evacueeren.
Ernstige problemen
voor Frankrijk
IN 50 JAAR TIJD WERDEN TWEE
MILLIOEN BOERENHOFSTEDEN
VERLATEN.
Een V.P.B. medewerker schrijft:
De vlucht van het land en het achteruit
gaan van den landbouw vormen een ernstig
probleem voor Frankrijk. De plattelands
bevolking, die in 1846, dus bijna een eeuw
geleden, nog 70 pet. van het totaal aantal
inwoners uitmaakte, was in 1935 tot 35 pet.
geslonken. Dit verschijnsel is des te merk
waardiger, omdat Frankrijk uiteraard een
agrarisch land is. Wanneer dus de boer zijn
land in den steek laat, wijst dit op een ver
slapping van de geestelijke energie. Het is
een gevolg van de industrialiseering en den
trek naar de stad. Men heeft van oudsher
het land beschouwd als een object, dat ren
te moest afwerpen. Op deze wijze ontstond
het pachtsysteem. De bebouwer van den
grond is in den regel niet de eigenaar, die
daaraan van geslacht op geslacht door on
verbrekelijke banden verbonden is. De
pachters hebben elke gelegenheid, die zich
voordeed, aangegrepen om naar de stad te
trekken, waar zich betere vooruitzichten
voor hen openden. Sedert het midden van
de vorige eeuw gaat, in twee derden van
de Fransche departementen de bevolking
voortdurend achteruit; in sommige depar
tementen bedraagt deze achteruitgang
zelfs 50 pet.
In den loop van de laatste 50 jaar zijn in
Frankrijk 2.000.000 boerenhofsteden verla
ten. Dien overeenkomstig is het braak lig
gende land geweldig in omvang toegeno
men. In 1913 waren het 3,8 mill. H.A., in
1932 5,4 mill., in 1937 5,7 mill. H.A. Gedu
rende hetzelfde tijdsverloop ging ook de
opbrengst van de landbouwproducten sterk
achteruit (zonder de veeteelt mede te reke
nen). In de jaren 1909 tot '911 bedroeg deze
gemiddeld 11 milliard goudfrancs. In 1932-
1936 nog slechts 9,7 milliard per jaar. Het
inkomen van den landbouwer vormt nog
slechts 12,5 pet. van het totale volksinko
men, terwijl de boerenstand toch nog 35
pet. van de bevolking vormt. Van 1902 tot
1912 bracht de graanoogst gemiddeld 8900
millioen K.G. op, van 1928 tot 1937 daaren
tegen nog slechts 7900 mill. K.G. In 1880
voerde Frankrijk nog groote hoeveelheden
graan uit; kort voor den wereldoorlog
moest het jaarlijks 200 mill. K.G. invoeren.
In 1922 was deze invoer gestegen tot 1500
mill. K.G., later steeg zij zelfs tot 2000 tot
2500 mill. K.G. Frankrijk staat voor een
ernstig probleem. Naarmate het land meer
wordt verlaten, gaat ook het geboortecijfer
achteruit. Ook in dezen zin moet men het
woord van maarschalk Pétain verstaan:
„Elk stuk land, dat onbebouwd blijft lig
gen, is een stuk van Frankrijk, dat af
sterft".
dedeeling, dat de gouverneur, Sir Shenton
Thomas, reeds dienovereenkomstig instruc
ties aan de plaatselijke autoriteiten heeft
gegeven en de Maleische bevolking heeft
aangespoord rust en orde te bewaren, in
dien deze ernstige situatie zich mocht voor
doen.
V/arm te-hqofdpijn
verdrijven dig stél. Doös 10 en 50ct.
DE MOORD BIJ RIJSBERGEN.
Nader wordt aan de „N. R. Crt." gemeld:
De door ch\ J. P. L. Hulst verrichte sec
tie heeft uitgewezen, dat het drama zich
anders heeft toegedragen dan aanvanke
lijk w^rd gedacht. G. blijkt namelijk niet
door leen, doch door twee revolverschoten
te zijn gedood. Bij de sectie vond dr. Hulst
nog een schotwond in den rug, waarvan
de kogel aan de voorzijde het lichaam
heeft verlaten en daar tusschen de klee-
ren werd aangetroffen. G. schijnt dan ook
door den moordenaar lafhartig in den rug
te zijn geschoten, waaruit tevens het slin
gerende wegspoor van het rijwiel is te
verklaren. Daarna heeft de moordenaar
zijn zwaargewond slachtoffer in de grep
pel geworpen om hem daar op een af
stand van nog geen halve meter met een
schot voor zijn voorhoofd af te maken.
Bij het vinden van het lijk was wel opge
vallen, dat de rechterhand onder de jas
tegen de borst lag gedrukt, doch niemand
heeft opgemerkt, dat de man behalve de
schotwond door het voorhoofd ook nog
een kogel in den rug had gekregen. Hier
mede is thans wel tevens vast komen te
staan, dat de moordenaar het opzet heeft
gehad G. te dooden. De vermoedens in
een bepaalde richting worden daardoor
vèrsterkt en in die richting wordt het on-
derzgek thans met kracht voortgezet
IJe WIJKSTRA, DE MOORDENAAR VAN
VIER VELDWACHTERS TE
GROOTEGAST OVERLEDEN.
In het krankzinnigengesticht te Eindho
ven is in den ouderdom van 42 jaar over
leden IJe Wijkstra, afkomstig uit Lucas-
wolde (gemeente Grootegast), die in April
1929 door de rechtbank te Groningen
werd veroordeeld tot vijftien jaar gevan
genisstraf, wegens moord op de vier veld
wachters van Grootegast, aldaar gepleegd
einde Januari 1929.
KETTINGHAND EL TE HENGELO
ONTDEKT.
De Hengelosche politie heeft weder een
kettinghandel, die zijn oorsprong vond in
frauduleuze slachting, tot klaarheid we
ten te brengen. Men was tot de ontdek
king gekomen, dat iemand, een zekere B.,
van een Almeloër vijf halve varkens had
gekocht, welke van frauduleuze slachting
afkomstig waren. B. deed dit vleesch weer
van de hand en verkocht het aan een zes
tal andere personen, waarvan een zelfs
kooper werd van twee halve beestjes. Een
der afnemers wist nog vier andere klan
ten te vinden en zoo was de kettinghan
del in vollen gang. De gemiddelde prijs
bedroeg 1.75 per pond. De Almeloër,
van wien het vleesch oorspronkelijk af
komstig was, had zijn afzetgebied in Hen
gelo echter niet tot één persoon bepaald
en zoo kwam het dan ook. dat opnieuw
vier ingezetenen van Hengelo tegen de
lamp liepen.
Het vleesch werd grootendeels in weck-
flesschen aangetroffen, hetgeen de politie
niet verhinderde te constateeren, dat het
van frauduleuze slachting afkomstig was.
In verband met deze frauduleuze slachting
en. den kettinghandel, zullen 14 personen
uit Hengelo worden vervolgd, mede naar
aanleiding van een belangrijke overtre
ding der prijsvoorschriften.
De politie deed verder een inval in een
woning, juist toen hier een gezelschap
van twaalf personen broederlijk bijeen
was, om niet minder dan 220 pond vleesch
te verdeelen. Toen de politiemannen bin
nenkwamen, stoven alle aanwezigen uit
een, met medeneming van de pondjes
vleesch. Het heeft de politie heel wat
moeite gekost om dit vleesch te achterha
len, doch tenslotte is men er in geslaagd.
De geheele voorraad werd in beslag geno
men, terwijl tegen het twaalftal proces
verbaal is opgemaakt.
Derhalve is het de politie te Hengelo
dus in korten tijd gelukt 20 kettinghande
laars op te sporen en te verbaliseeren.
ZWENDELBANK GESLOTEN
Het onderzoek inzake de door den Justi-
tieelen dienst, afdeeling B., van de Haag-
sche politie verrichte arrestaties bij een spe-
culatiebank te 's Gravenhage, is thans zoo
ver gevorderd, dat de volgende bijzonder
heden kunnen worden vermeld:
Het betreft de Haagsche Beursbank in
de Kettingstraat. Directeur is de 52-jarige
A. R. D. Ook is aangehouden de 62-jarige
J. G. van den S. Beiden wonen te Voor
burg. Z ijzijn voor den officier van justi
tie geleid.
Deze arrestaties geschiedden een paar da
gen geleden. Deze week is ook de boekhou
der aangehouden, doch reeds is gebleken,
dat deze de minst schuldige is.
Van der S. is de auctor intellectualis van
de door de Haagsche Beursbank samenge
stelde beurssyndicaten.
In de door de bank uitgegeven 14-daag-
sche circulaires, komen afwikkelingen van
syndicaten voor, waarvan de daarin ge
noemde aan- en verkoopen niet overeen
stemmen met of in het geheel niet te vin
den zijn in de boeken van de administratie
der bank.
Uit de boeken kwam vast te staan, dat bij
de afwikkeling van syndicaten de totaal
deelname aan die syndicaten hooger werd
opgevoerd dan in werkelijkheid het geval
was. Deze hoogere opvoering varieerde
van 600 tot 12.000.
Het gevolg is, dat de winst welke uitein
delijk fictief is, verdeeld werd over een
hooger bedrag aan deelname, zoodat aan de
werkelijk bestaande deelnemers van een
syndicaat te weinig werd uitgekeerd. Dit
geeft aanleiding tot het constateeren van
vermoedelijke verduisteringen.
De bank is nu gesloten.