Faillissementen
RECHTZAKEN
SPORT
Erg Nerveus?
Letteren en Kunst
PAM BIJ
MAANAPEN
VRIJDAG 6 JUNI 1941
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD PAG. 6
Qemengde ffiexichten
VROUW DOOR LOCOMOTIEF
OVERREDEN.
Gistermiddag omstreeks half vijf is te
"Rotterdam op het kruispunt van de Put-
sohelaan en de Goede Hoopstraat de 87-ja-
rige vrouw C. Kruit<le Vrijer uit de Heen-
vlietstraat overreden door een locomotief
van de Nederlandsche Spoorwegen. De
vrouw schijnt in botsing te zyn geweest
met een onbekend gebleven wielrijder,
waarna zij door de locomotief werd ge
grepen. Met een verbrijzelden linkervoet
en verwondingen aan het gelaat is het
slachtoffer per auto van den G. G. D. naar
het Zuider Ziekenhuis vervoerd en aldaar
ter verpleging opgenomen. De politie ver
zoekt den wielrijder zich te melden.
MEISJE BIJ HET VISCHJES VANGEN
VERDRONKEN.
Gisteravond om acht uur bemerkten
voorbijgangers, dat in het Oosterhamrik-
kanaal te Groningen een meisje te water
lag. Terstond begaf zich de 20-jarige woon
schuitbewoner H. de Jongst te water. Hij
wist de drenkelinge, de 13-jarige Antje H.
te redden. Het meisje had vel water naar
binnen gekregen en werd in het Acade
misch Ziekenhuis opgenomen. Toen de va
der zijn dochter hier bezocht, vroeg hij
haar, of zij wist waar haar zusje, de 5-ja-
rige Martje was. Deze was nog niet thuis
gekomen. Antje vertelde, dat zij met haar
zusje aan het vischjes vangen was en dat
Martje daarbij opeens in het water viel.
Zij was haar zusje nagesprongen. Meer
wist zij zich niet te herinneren.
Dè vader spoedde zich hierop naar de
politie om hulp. Deze ging dreggen en
haalde na geruimen tijd het lijkje van
Martje onder dè woonschuit vandaan.
JONGEN BIJ BADEN VERDRONKEN.
Gistermiddag is de veertienjarige zoon
van den heer H. Hagen te Lochem, in de
Berkel bij de Cloeze verdronken. Hij was
met een kameraad gaan baden, hoewel hij
niet kon zwemmen. Het lijk is nog niet ge
vonden.
ZWARE BRAND TE EINDHOVEN.
Aantal perceelen door het vuur vernield.
Gisternacht heeft te Eindhoven in de
Rechtestraat een groote brand gewoed,
waarbij verscheidene perceelen zijn uitge
brand, meldt het „A.N.P."
Te twee uur werd op het hoofdbureau
van politie medegedeeld, dat in café Box
meer, bewoond door den heer M. Cremer
en eigendom van de Gulpensche Bierbrou
werij, brand was uitgebroken. Spoedig
stond het gebouw in volle vlam. In allerijl
moesten de bewoners van de belendende
perceelen hun woning ontruimen. De brand
sloeg over naar de fotozaak van den heer
Vrni der Heyden, waarvan de bovenétage
uitbrandde. Verder brandde uit de eerste
en tweede étage van. de sportzaak Van
KempenVan Lier, benevens de eerste en
tweede étage van het vroegere café Gies-
bers, waarvan ook een gedeelte door de
firma Van Kempen in gebruik genomen
was. Vervolgens gingen in vlammen op de
eerste -en tweede étage van de toonzalen
der firma Lode wij ks' Meubelhandel.
De gemeente- en politiebrandweer be
streed het vuur met groot materieel. Op
het terrein van den brand waren aanwezig
hoofdcommissaris Dys en hoofdinspecteur
Ten Haaff.
De oorzaak van den brand is onbekehd.
Vermoed wordt, dat kortsluiting het vuur
veroorzaakt heeft. De eigenaar van café
Stad Boxmeer is niet verzekerd.
De schade door vuur en water veroor
zaakt is vrij groot.
Gedeponeerde uitdeelings-
1 ij s t e n:
De N.V. Bloembollenkweekerij en han
del v. d. J. Vrugt en Zonen, gevestigd te
Hill e gom. Uitk. 0.1449 pet.
Haagsche Politierechter
Toen de huur was opgezegd.
Een huisbaas te L e i d e n had in zijn huis
iemand wonen, die acht weken huurschuld
had. Tot overeenstemming kon men niet
komen en daarom was de kantonrechter
figuurlijk in den arm genomen door den
huisheer. Deze magistraat was van oordeel,
dat het zoo niet langer ging en gaf aan den
bewoner twee weken om van villa te ver
anderen. Op den veertienden dag van dezen
termijn was de huisbaas naar zijn achter-
stalligen huurder gegaan om hem alsnog
aan den fatalen datum te herinneren en te
vens om eens polshoogte te nemen hoe of
het met de verhuizing stond. Er was even
wel nog geen begin gemaakt met het ver
plaatsen der meubelen en daarover was de
huisheer in een alleszins gerechtvaardigden
toorn ontstoken.
Hij had echter eenige fouten gemaakt
door zijn huurder ten eerste een oplichter
te noemen en ten tweede door dreigend
met zijn wijsvinger voor den neus zijns
huurders te gaan zwaaien.
Jammer was alleen, dat deze zwaaiende
vinger het reukorgaan van den huurder
geraakt had en niet zoo zuinig ook. Wegens
dit onbeheerschte optreden van den huis
heer de wet noemt het mishandeling
had hij'zich te verantwoorden.
Hij erkende het gezwaai met zijn vinger
voor een andermans neus, maar zeide het
reukorgaan absoluut niet geraakt te heb
ben. Zoowel de huurder als zijn vrouw had
den gevoeld resp. gezien, dat de neus werd
geraakt en dat was voor den Officier reden
om een geldboete van 10 te eischen.
De Politierechter ging hiermede accoord
en veroordeelde verdachte conform dezen
eisch.
HAAGSCH GERECHTSHOF
Diefachtige dienstbode.
Het was nu bepaald geen klein beetje,
wat de dienstbode J. F. S. te Zo eter-
me er, thans gedetineerd in het Huis van
Bewaring, in haar diverse "betrekkingen
te Voorburg had weggenomen.
Bij mevrouw K. was zij vijf dagen in
dienst geweest en had in die vijf dagen
kans gezien een gouden ring met steen
weg te nemen. Bij mevr. M. was zij ook
maar enkele dagen in betrekking geweest
en daar was de buit nog grooter geweest,
want in die paar dagen had zij pakjes
koffie, thee en vet weggenomen mitsga
ders een aantal gramofoonplaten en een
boterkaart.
Ten slotte had verdachte bij mevr. R.
knotten wol, overhemden, een damesring
met edelsteenen, een collier en nog tal
van andere artikelen buitgemaakt.
Verdachte bekende de feiten volmondig
en zeide, dat zij bezig was voor haar uit
zet.
De Officier was niet te spreken over het
gedrag van verdachte, zooals dit in de
rapporten beschreven was.
Spr. achtte een flinke straf op zijn
plaats en eischte in totaal tien maanden
gevangenisstraf.
Uitspraak over 14 dagen.
Heling.
Daarna stond terecht de koffiehüishou-
der P. van L. uit L e i d s c h e n d a m, die
van de vorige verdachte pakjes koffie,
thee en vet had gekocht alsmede eenige
gramafoonplaten, waarmede hij zich dus
schuldig had gemaakt aan heling, hetgéen
hij pertinent ontkende.
De dienstbode, als getuige gehoord, zei
de, dat verdachte tegen haar had gezegd:
„AJs je wat te pakken kan krijgen wat
in de distributie valt, breng het dan maar
mee". Daarmede wist verdachte, volgens
den Officier, dat de goedereh van dief
stal afkomstig waren.
Trots het feit, dat verdachte drie getui
gen a décharge had meegebracht, achtte
de Officier de ten laste gelegde heling be
wezen en eischte deswege een gevangenis
straf van zes maanden.
Uitspraak over 14 dagen.
Een oude trambotsing voor
de rechtbank.
Het was al een heel oude zaak, die voor
de Haagsche rechtbank behandeld werd.
Op 9 December van het jaar 1938 heeft er
des avonds een trambotsing plaats gevon
den tusschen een stilstaanden zandtrein
en een tram-trein van de N.Z.H.T.M.,
waarbij nogal wat ravage was aangericht.
Dit was gebeurd op het baanvak Leiden
den Haag.
Als de schuldige had zich te verant
woorden de wegwerker W. de V. te
Voorschoten. Wel waren de stations
Leiden en Voorburg gewaarschuwd, dat
er een zandtrein op de baan zou staan,
maar vermoedelijk is er niet tijdig genoeg
aan de trambestuurders opgegeven, dat er
een zandtrein in den weg zou staan. Het
tweede wat den treingeleider, hier ver
dachte. had moeten doen, was een bran
dende lantaarn op een afstand van 200 me
ter van den stilstaanden zandtrein plaat
sen. Dit laatste nu was verzuimd en daar
voor had de V. zich te verantwoorden.
Hij bekende het feit en zeide, dat hij de
lantaarn niet op 200 meter, maar op onge
veer 50 meter van den zandtrein had ge
plaatst. Toen hij den naderenden tram
trein hoorde, was hij nog wel met de lan
taarn zwaaiende de naderende sneltram
tegemoet gehold, maar de trambestuurder
had hem niet opgemerkt met het békende
gevolg, de botsing.
De Officier was van meening, dat ver
dachte schuldig was aan deze botsing. Hij
had de lantaarn op 200 meter afstand moe
ten plaatsen. Dit heeft hij niet gedaan en
daarmede staat de schuld van verdachte
De eisch werd dan ook een geldboete
van ƒ25 subs. 25 dagen.
Uitspraak over 14 dagen.
VOETBAL
Voetba [programma's
voor Zondag, 8 Juni
NEDERLANDSCHE VOETBALBOND.
Onderafdeeling Leiden.
Programma voor *Zondag 8 Juni 1941.
3e klas A.: Sportman 3—LFC 5, 11 uur,
de la Rie; AOV 2—Leidsche Boys 2, .10
uur Broekhof.
4e klas A.: Sportman 5—Beresteijn 2, 2
uur, Diseraad Roodenburg 5Rouwkoop
3, 2 uur v. d. Spek; ASC 7LDWS 5, 10
uur (2e terrein) v. Oosten.
Adspiranten B.: Roodenburg bUVS c,
12 uur Stavleu.
Afdeeling R. K. Elftallen.
2e klasse: VCH IJLisse 3, 2.30 uur Meijer.
3e klasse A: UDO 2—Meerburg 2 2.30
uur v. Dorp.
3e klasse B.: (Beslissing): Alph. Boys 3—
Foreholte 2, 1 uur (Meerburg-terrein)
Haverkorn.
RUGBY
LEIDSCHE RUGBYCLUB
A.S. Zondagmiddag 8 Juni te 2.15 uur
n.m. zal op het terrein gelegen aan den
Zoeterwoudschen Singel te Leiden, de Rug
bywedstrijd Leidsche Rugby Voetbal Club
tegen Amsterdam verspeeld worden.
Deze wedstrijd is de eerste officieele
wedstrijd van de nieuwe en jonge Leidsche
club en tevens de laatste van het seizoen
1941.
De oefenwedstrijd van Leiden tegen Rot
terdam van j.l. 4 Mei is in een overwin
ning voor Rotterdam geëindigd, n.l. 118,
doch al spoedig bleek, dat de Leidsche
ploeg met vertrouwen het a.s. seizoen kan
beginnen en een flink figuur zal slaan.
De wedstrijd zal. geleid worden door den
heer A. Talboo, voorzitter en oprichter der
Leidsche Club.
rkiJtiJkLxdt'S
en s\rkfn de yigwen. Buisje75ct
JOSEPH CUYPERS.
Tachtig jaar.
De bekende architect Joseph Cuypers te
Roermond, zoon van den beroemden archi
tect dr. P. J. H. Cuypers, wordt de tiende
van deze maand 80 jaar.
Onder zijn bouwwerken moeten worden
genoemd de nieuwe St. Bavo-kathedraal
te Haarlem, de nieuwe St. Jacobskerk in
Den Bosch, de effectenbeurs te Amster
dam, de wederopbouw van het kasteel
Haarzuylen.
PROF. HU IB LUNS
Bij zijn zestigsten verjaardag
Prof. Huib Luns, hoogleeraar aan" de
Technische Hoogeschool te Delft viert
heden zijn zestigsten verjaardag.
Naar aanleiding van dezen dag schrijft
de „N.R.Crt.":
Voor schilder is hij opgeleid en schilder
wilde hij zijn, in de eerste plaats. Maar
hoe veelzijdig hebben zijn bemoeiingen
zich ontwikkeld, als docent in en buiten de
school, als apostel der schoonheid, in woord
en geschrift.
Hubert Marie Luns, te Parijs geboren,
heeft te Amsterdam zijn schooltijd gehad.
Van de H.B.S. ging hij naar de rijks nor
maalschool voor teekenleeraren, in 1899
behaalde hij de acte middelbaar teekenen,
waarna hij aan de Academie te Brussel
verder heeft gestudeerd. Van 1908 tot 1918
is hij hoofdleeraar aan de Academie te
Rotterdam geweest, daarna tot 1923 direc
teur van de school voor kunst, techniek en
ambacht te 's-Hertogenbosch, tot 1931
directeur van het rijksinstituut voor tee
kenleeraren in het Rijksmuseum te Am
sterdam. In dat jaar is hij benoemd tot
hoogleeraar in handteekenen en de ge
schiedenis der schilder- en beeldhouwkunst
te Delft. Huib Luns is een knap teekenaar
en in de kunstgeschiedenis is hij thuis,
wat buiten de hoogeschool o.a. is gebleken
door zijn lezingen en zijn cursussen voor
volksuniversiteiten.
(In Leiden heeft hij meermalen een.zeer
interessante lezing gehouden voor G. en W.)
Stilleven, landschap, figuur, dieren,
bovenal portret heeft hij geschilderd; in
zijn boekje „Schilderen met olieverf" heeft
hij zijn lessen over de techniek geïllu
streerd met werken van eigen hand. Het
schoone, dat hij-op zijn reizen buiten het
vaderland ontdekte, heeft hij in tallooze
teekeningen vastgèlegd, die dienen ter ver
luchting van zijn gepubliceerde „wande
lingen": door Florence, Vlaamsche steden,
Venetië, Ravenna, Padua, 1 Rome, Milaan,
Genua, Napels, Sicilië en Spanje. Voor
Begeer heeft hij verscheidene penningen
ontworpen. Breed was het terrein van zijn
arbeid: in 1926 heeft hij het, door Ch. Vos
in zandsteen gehakte monument te Maas
tricht voor de in ons land gestorven Fran-
sche vluchtelingen ontworpen: in de kapel
van het seminarie Hageveld heeft hij het
geschilderd plafond uitgevoerd; glasramen
heeft hij ontworpen voor het trappenhuis
der school te 's-Hertogenbosch en voor het
gebouw van Vroom en Dreesmann aldaar,
Radio-programma
ZATERDAG 7 JUNI 1941.
HILVERSUM, I, 415.5 M. 6.45 Gra-
mofoonmuziek 6.50 Ochtendgymnastiek
7.00 Gramofoonmuziek 7.45 Ochtend
gymnastiek 8.00 B.N.O.: Nieuwsberich
ten 8.15 Gramofoonmuziek 9.15 Voor
de huisvrouw 9.25 Gramofoonmuziek
10.00 Ernstige muziek (opn.) 12.00 Viola
d'amore, clavecimbel en gramofoonmuziek
12.40 Almanak 12.45 B.N.O.: Nieuws-
en economische berichten 1.00 Omroep
orkest en gramofoonmuziek 2.00 Voor
het gezin 2.20 Gevarieerd programma
4.00 Bijbellezing (voorbereid door de Chr.
Radio Stichting) 4.20 Zang met- piano
begeleiding en pianovoordracht 5.15
B.N.O.: Nieuws-, economische- en beursbe
richten 5.30 Orgelspel 6.00 Gramo
foonmuziek 6.15 Voor den binnenschip
per 6.30 Musiquette 7.00 B.N.O.: Vra
gen van den dag 7.15 Romancers en so
liste 7.45 Voor den boer 8.00 B.N.O.:
Nieuwsberichten 8.15 Spiegel van,den
dag 8.30 Köllner Kammersinfonieorches-
ter 9.30 Berichten (Engelsch) 9.45
Gramofoonmuziek 10.0010.15 B.N.O.:
Uitzending in de Engelsche taal: Dutch
News Reel.
HILVERSUM H. 301,5 M. 6.45 Gramo
foonmuziek 6.50 Ochtendgymnastiek
7.00 Gramofoonmuziek 7.45 Ochtendgym
nastiek 8.00 B.N.O.: Nieuwsberichten
8.15 Gewjjde muziek (gr.pl.) 8.40 Gra
mofoonmuziek 10.00 Morgenwijding
(voorbereid door het Vrijz. Prot. Kerkco-
mité) 10.20 Gramofonmuziek 10.30 a.
Ons Schemeruurtje (opn.); b. Eugen Wolff
en zijn orkest (gr.pl.) 12.00 Berichten
12.15 Ensemble Erica Helen 12.45 B.N.O.:
Nieuws- en economische berichten 1.00
Het Nieuw Hollandsch Strijkkwartet en so
list 1.40 Voor de rijpere jeugd 2.00 De
Hohe Messe, Bach 4.20 Melodisten, solist
en piano-intermezzi 5.00 Bijbelvertellin
gen (voorbereid door het Vrijz. Prot. Kerk-
comité) 5.15 B.N.O.: Nieuws-, econpmi-
sche- en beursberichten 5.30 Viool, piano
en gramofoonmuziek 6.15 Het Kaagsch
Vocaal Dubbelmannenkwartet en gramo
foonmuziek 6.45 Reportage 7.00 B.N.O.:
Groningsch praatje 7.15 Nieuws van de
platenmarkt 7.30 Werkers ontmoeten
elkaar 7.45 Nieuws van de platenmarkt
8.00 B.N.O.: Nieuwsberichten 8.15
Gramofoonmuziek 8.30 Gevarieerd pro
gramma 9.45 Gramofoonmuziek 9.55
Dagsluiting (voorbereid door de Chr. Ra
dio Stichting) 10.00 B.N.O.: Nieuwsbe
richten; sluiting.
GEM; RADIODISTRIBÜTIEBEDRIJF.
Ie Programma: 8.0022.00 Holl. Pro
gramma 22.0024.00 Duitsch Pro
gramma.
2e Programma: 6.4522.15 Holl. Pro
gramma, uitsluitend voor Radio Centrales
23.0024.00 Duitsch Programma,
3e enj 4e Programma: 8.00—24.00 Duitsch
Programma.
reeks van tafreelen uit de geschiedenis van
Brabant. Hij heeft geëtst, houtsneden en
litho's gemaakt.
De heer Luns is lid van den 'Onderwijs
raad, voorzitter van Arti et Amicitiae.
Van zijn publicaties noemen we nog:
Rembrandtiana; De Rubenssymphonie;
Spaansche schilders; Met wijden wiekslag
door het beeldend scheppen; monographie
over Jan Sluyters.
165. Hij gaat nu naar Pam terug en bemerkt, dat deze in
zijn opgaaf is geslaagd en beide wachters heeft gegrepen.
„Het is erg jammer, maar een is er ontsnapt Pam", zegt hij.
166
166. Pam reikt zijn gevangenen aan den professor over en
zegt: „Als U deze drie nu opsluit, dan zal ik inmiddels
trachten ook den vierden aap te pakken te krijgen." Zoo
gezegd, zoo gedaan.
FEUILLETON
Verdwenen
naar het Engelsch
bewerkt door
A. J. HUISMAN.
22)
Zijn gedachten dwaalden af naar Sir
Ralph Fairfield. Hier was een man wiens
diensten onschatbaar zouden zijn, als hij
kon worden overgehaald te helpen. Grell
kende hem, vertrouwde hem. Foyle was
een man, die nooit de geringste kans ver
zuimde. Hij vond het waard het te pro-
beeren. Weliswaar was Fairfield bij hun
vorige gesprekken allesbehalve bemoedi
gend geweest. Hij zou waarschijnlijk met
de grootste omzichtigheid behandeld moe
ten worden. Foyle schreef 'n briefje, las
't snel over en, uitgaande gaf hij het een
klerk om het dadelijk te laten verzen
den.
„Mr. Heidon Foyle zendt Sir Fairfield
zijn beleefde groeten en zou zich zeer ver
plicht achten, wanneer hij hem vanavond
tegen zes uur op zijn bureau zou mogen
zien of, ingeval dit niet kan, vroeger, om
hem te spreken over een belangrijke, drin
gende zaak."
Dat was alles, Foyle verspeelde nooit
veel woorden.
Dien avond werd Sir Fairfield om vyf
minuten over zessen aangediend. Hij nam
den aangeboden stoel niet aan en bleef met
een onbeweeglijk gezicht op eenige pas
sen afstand van de deur staan. Foyle was
te verstandig om hem te hand toe te ste
ken. Hij wist dat ze niet aangenomen zou
worden. Hij knikte vriendelijk.
Goeden avond, Sir Ralph. Ik hoopte,
dat u zou komen. Ik zou u niet zijn lastig
gevallen, als ik niet voelde dat u graag zou
weten hoe de zaak stond. U waart een
vriend van Mr. Grell.
Welnu? vroeg Sir Ralph koel. Ik ben
hier, Mr. Foyle. Wilt' u mij vertellen wat u
zeggen hebt en er een eind aan maken?
Zijn manier was zoo vijandig mogelijk.
Er was nog steeds de angst voor arrest in
zijn geest, maar zijn houding was hoofdza
kelijk het gevolg van zijn geloof, dat de
rechercheur hem had verdacht. De chef
raadde gedeeltelijk wat er in zijn geest om
ging.
Ik eisch eerst uw eerewoord, Sir
Ralph, dat hetgeen ik u vertel, door u aan
geen levende ziel zal worden overtel d,
zei hij- Dan zal ik u eerlijk en openhartig
het heele verhaal van ons onderzoek doen
en u kunt beslissen of u ons wilt helpen
of niet. Neen wacht een oogenblik.
Ik weet welk een eerlijk vriend u van Ro-
1 bert Grell zijn en daarom zali ik u geheel
vertrouwen. Hij is niet dood. Hij heeft zich
verborgen. Het staat nu aan u of u ons
wilt helpen hem te vinden. Als hij on
schuldig is, heeft hij niets te vreezen.
Hij keek den ander onderzoekend aan,
terwijl hij hem plotseling meedeelde, dat
Grell in leven was. Hij wilde weten of het
werkelijk een verrassing voor hem was, of
het niettegenstaande de waakzaamheid der
recherche, Grell en zijn mannen was ge
lukt zich met den baronet in verbinding te
stellen Fairfield had zijn mond geopend om
te spreken. Een roode kleur kwam en ver
dween op zijn vale wangen en zeuwachtig
speelde hij met zijn stok. Toen sloot hij zijn
lippen vast opeen en stapte naar de plaats
waar de chef zat en greep hem vast bij den
érm.
Wat beteekent dat? vroeg hij heesch.
Bedoelt u dat Grell niet dood is?
Zoover ik weet, is hij op dit oogenblik
even levend als u en ik, zei Foyle. Als u
er alles van wilt vernemen, geeft mij dan
uw woord en neem plaats. U doet mijn
arm pijn.
Vergeef mij, zei de baronet werktuige
lijk en nam plaats in den leuningstoel, die
naast den lessenaar stond Half verbluft
streek hij met zijn hand over zijn voor
hoofd en zijn zelfbeheersching keerde te
rug. Hoe schokkend, ongelooflijk de mede-
deeling ook leek, druukte de kalme stem
van Foyle er den stempel der waarheid op.
Het spreekt vanzelf, dat ik u mijn
eerewoord geef, zei hij.
Foyle was overtuigd, dat de baronet niets
wist.
Van het begin af verhaalde de recher
cheur alles van het onderzoek. Fairfield
leunde voorover en luisterde oplettehd, met
vastopeengeklemde lippen. Nu en dan
knikte de baronet begrijpend met het
hoofd. De detective sloeg niets over, zelfs
niet de beschuldiging en het besluit van
Lady Eileeen Meredith. De baronet slikte
even.
Gelooft u, dat zij mij werkelijk wilde
vermoorden?
Ongeduldig schudde hü het hoofd, toen
Foyle knikte.
Doet er niet toe. Ga verder. Ga ver
der.
Foyle eindigde zyn verhaal.
Wat dunkt u, Sir Ralph,, wilt u ons
helpen?
Als ik het doe, wil dat dan zeggen, dat
u Grell wegens moord zult arresteeren?
De chef streek over zijn kin en aarzelde
even voor hij antwoordde.
Ik ben zeer oprecht tegenover u ge
weest, Sir Ralph. Ik weet het niet. Zooals
de zaken op het oogenblik staan, lijkt het
of hij er de hand in had. Hij is de eenige,
die zioh kan vrijpleiten. Zoolang hij ver
scholen blijft, ziet allies er leelijk voor hem
uit. Het is ons gelukt de zaak stil te hou
den tot het geval voor de rechtbank komt.
Wanneer het zoover is, kunnen wij onmo
gelijk de verwarring der identiteit volhou
den. Zoóals de zaken nu staan, zijn wij
bijna .absoluut zeker, dat een jury hem
van moord zal beschuldigen. Als hij on
schuldig is, is zijn beste kans dat wij hem
vinden. Begrijp mij goed, Sir Ralph. Als
hij onschuldig is, doet u, hem geen dienst,
wanneer u ons niet helpt. Iedere dag maakt
de zaak ongunstiger. Als hij schuldig is
ja, dan staat het aan ute beoordeelden, of u
een moordenaar wilt beschermen, 2elfs al
is hij uw vriend.
Bij ieder ander zou Foyle een andere
manier van overtuiging hbben toegepast,
meer pratend en minder zeggend. Hij had
veel op het spel gezet bij zijn schatting van
het karakter van den baronet en wachtte
op zijn antwoord met een spannin, waar
van niets op zijn gezicht te lezen was.
Fairfield speelde met zijn horlogeketting
en de groote kantoorklok tikte hiid vyf
minuten lang.
Ik zal u helpen zooveel ik kan, maar
u moet mij laten beslissen, wanneer ik neu
traal wil blijven, zei hij ten slotte.
Aangenomen, zei Foyle en de beide
mannen drukten elkaar de hand hierop.
VIER EN TWINTIGSTE HOOFDSTUK
Dutch Fred veranderde van plaats en
ging yerder op de tram zitten op een min
der in het oog vallende plek. Hij voelde
dat zijn kans was verdwenen en dat nu
juist Heidon Foyle op deze tram moest ko
men, deed, zooals Fred zou hebben ge
zegd, de deur dicht. Fred wist heel goed,
hoe hij den voorzorgsmaatregel moest ont
gaan, door de politie genomen tegen zak
kenrollers, n.l. dat al de ruggen der zit
plaatsen dicht moesten wezen. In plaats
van achter een slachtoffer te gaan zitten,
nam men naast hem plaats, met een hel
per achter zich, wien men de buit toe
stak. Een „behoorlijke" zakkenroller
en Dutch Fred was een erkend meester in
de kunst houdt nooit een oogenblik lan
ger den buit bijzich dan noodig is. Maar
met Foyle op den wagen was het te ge
vaarlijk werken, voornamelijk als men al
leen was. Daarom vond Fred de wereld
een ellendige plaats.
Hij Was alleen en zonder eenige gedach
te aan stelen op de tram geklommen. Als
het in zijn „werktijd" was geweest, zou hij
tenminste een misschien twee mede
plichtigen bij zioh gehad hebben. Het toe
val wilde dat een deftige businessman met
een massieven ketting over zijn dikken
buik, vlak naast hem was komen zitten.
En Fred had beslist, dat het horloge aan
het eind van den zwaren ketting wel waard
was er een poging voor te wagen. Boven
dien sprak de blijkbare rijkdom van den
man yan een waarschijnlijke portefeuille
vol bankpapier. Ja, zelfs bij afwezigheid
van een helper, was het de moeite van
een kansje waard. En toen kwam Foyle
en bedierf alles. Als iemand op de tram
iets verloor, zou hij weten wie de schul
dige was. (Wordt vervolgd).