DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Belangrijke
tentoonstelling
Ambtelijke bekendmaking
-Momentje
DONDERDAG 5 JUNI 1941
32ste Jaargang No. 9965
$e£ekl4eh£(2oii/fca/nt
Telefoon: Redactie 20015. Administratie 20935.
Giro 103003. Postbus 11.
Bureaux Papengracht 32.
Hoofdredacteur: Th. Wilmer, Leiden.
V Open oog voor de
werkelijkheid.
In het maandblad „Aristo" stelt de eerw.
heer Wouter Lutkie de vraag, of na het
bekende „Journalistenbesluit", waarbij de
journalist werd gepromoveerd tot „open
baar functionaris" de staatsoverheid niet
alle verantwoordelijkheid van den journa
list heeft overgenomen?
Er zijn dingen, die de journalist in zijn
blad moet vermelden of opnemen, en er zijn
zaken, waarvan hem de vermelding of op
name verboden is. Is hejn dan niet alle ver
antwoordelijkheid ontnomen, vraagt Wouter
Lutkie. En hij antwoordt:
„Neen, want er blijft hem noodwendi-
gerwijze een ruime, soms zeer ruime speling
tusschen het strict gebodene en het strict
verbodene. Indien de ambtenaar bij de
uitoefening van zijn taak slechts speling
heeft in het h o e, de jpurnalist ook in het
wat. Er blijft in het wat en hoe, zoowel
positief als negatief, een heeleboel aan de
eigen prudentie van den journalist overge
laten. En daar, op dat terrein, straks onge
twijfeld wijder van strekking dan nu, blijft
hij zijn eigen verantwoordelijkheid dragen".
Wij willen hierbij opmerken, dat ook
onder de gewijzigde omstandigheden vele
bladen hun onderscheiden, hun eigen ka
rakter hebben behouden.
De katholieke pers b.v. heeft, als zoo
danig, een eigen karakter. Ook en evenzeer
in dezen tijd. Ook en ondanks de papier-
distributie, die op de plaatsing van copie
remmend werkt.
Alleen oppervlakkige lezers komen tot
de conclusie, dat alle kranten nu in-eens
eender zijn!
Verscheidenheid in de pers pok posi
tief gewild door de leidende instanties
bestaat er ongetwijfeld ook nu. Speciaal
verscheidenheid - naar geloofsovertuiging,
naar diepste levensbeginsel. Een v e r sohei-
denheid, die echter en dit kan een
groot voordeel Zijn geen g e scheidenheid
mag beteekenen. Nu en ook in de toekomst
niet meer!
In dezen tijd treedt veel goeds in ons volk
naar voren. Een groot deel van ons volk
en dat is een verheugend verschijnsel
begrijpt de eischen, die in een tijd als deze
aan de pers worden gesteld, 't Zijn slechts
betrekkelijk weinigen, die zich dat inzicht
niet hebben weten te verwerven. De band
tusschen de lezers en hun blad is in dezen
tyd gelukkig niet verbroken!
Men moet zich ook op het terrein van de
pers indenken in de feitelijkheid, dat Ne
derland is bezet gebied en dat Nederland
in den oorlog is betrokken; en dat dit nu
eenmaal onvermijdelijke consequenties met
zich brengt.
Wij hebben hierop meermalen gewezen,
omdat het onder verschillend opzicht ge-
wenscht en noodzakelijk is, deze werkelijk-
heid te begrijpen, met deze werkelijkheid
rekening te houden, deze realiteit klaar
voor den geest te hebben. Dan zal men niet
onverstandig handelen en niet onrechtvaar
dig oordeelen.
DISTRIBUTIE VAN VLEESCH EN
VLEESCHWAREN.
Onderscheid tusschen de met „een rantsoen
vleesch" of „een rantsoen vleesch-
waren" gemerkte bonnen en de
desbetreffende bonnen van de
vleeschkaart»
De secrétaris-generaal van het departe
ment van landbouw en visscherij vestigt er
nogmaals met nadruk de aandacht op, dat
de met „een rantsoen vleesch" gemerkte
bonnen, welke onbeperkt geldig zijn, recht
geven op het koop van een heel rantsoen
vleesch (honderd gram, been inbegrepen)
of een heel ransoen vleeschjvaren, dus op
een hoeveelheid, welke tweemaal zoo groot
is als kan worden gekocht tegen afgifte
van een nummerden bon van de vleesch
kaart. Evenzoo geeft met „een ransoen
vleeschwaren" gemerkte bon recht op het
koopen van een heel rantsoen vleeschwa
ren, dus op een hoeveelheid, welke twee
maal zoo groot is als kan worden gekócht
tegen afgifte van de voor vleeschwaren
bestemde genummerde bonnen van de
vleeschkaart, die slechts op een half rant
soen vleeschwaren recht geven.
„Voeding in dezen tijd"
Onder groote belangstelling en in tegen
woordigheid van vele autoriteiten, heeft de
directeur-generaal van de Voedselvoorzie
ning, ir. S. L. Louwes, vanochtend te 's Gra-
venhage geopend de tentoonstelling „Voe
ding in dezen tijd", welke zooals bekend
in de toonzaal van het G. G. B. is geor
ganiseerd.
Tot hen die deze plechtigheid bijwoonden,
behoorden om. de landesbauernfahrer graf
Grote en de wethouder van 's Gravenhage
de heer L. Buurman.
DR. VAN DEN BERG OVERLEDEN
Gisteren is te Apeldoorn op 71-jarigen
leeftijd overleden dr. A. H. van den Berg,
rustend geneesheer. Van 1899 tot 1917 was
hij arts en ook gemeente-arts te Midwoud
e.o. en van 1917 tot 1930 arts te Hoorn. In
1906 promoveerde hij op het proefschrift,
getiteld: „De invloed van het wielrijden op
de werking van het hart". Dr. van den Berg
is bestuurslid van vele organisaties op het
gebied van de geneeskunde geweest. Te
vens genoot hij groote bekendheid in de
kringen van de philatelie en hij bezat één
van de volledigste postzegelverzamelingen
van Europa.
De directeur-generaal van de Voedsel
voorziening, ir. Louwes, heeft een wel
komstwoord gesproken, waarin hij verklaar
de, dat deze tentoonstelling de eerste is
van een reeks, die in verscheidene plaat
sen van ons land zal worden gehouden en
die geheel gewijd is aan de voeding van
dezen tijd.
De heer Louwes verwelkomde vervol
gens de aanwezige autoriteiten.
De directeur-generaal huldigde de com
missie van voorbereiding voor hetgeen zij
in zulk een korten voorbereidingstijd heeft
tot stand gebracht.
De heer Louwes dankte de directie van
het gemeentelijk gasbedrijf en haar uitvoe
rend ingenieur, den heer Mulder, voor de
bereidwilligheid, waarmede de tentoonstel
lingsruimte ter beschikking van het Rijks
bureau voor de Voedselvoorziening is ge
steld.
De directeur-generaal eindigde zijn rede
met de Ihoop te uiten, dat het Rijksbureau
ook voor de volgende tentoonstellingen, in
andere plaatsen, wederom een beroep op
aller medewerking zal mogen doen. 4
Openingsrede van den secretaris
generaal Hirschfeld
De secretaris-generaal van het Departe
ment van Landbouw en Visscherij, dr. H.
.Hirschfeld, heeft hierna de openingsrede
gehouden?
Spreker legde er den nadruk op, dat ter
tentoonstelling aanschouwelijk wordt voor
gesteld, hoe wij, tot behoud van onze volks
kracht, door een juiste samenstelling en
bereiding van de maaltijden het grootste
rendement kunnen verkrijgen zoowel van
de bij de distributie ter beschikking ge
stelde als van de vrije voedingsmiddelen.
Enkele grepen doende uit het vele, dat de
tentoonstelling te zien geeft, wees dr.
Hirschfeld erop, dat het brood een der
voornaamste bestanddeelen onzer voeding
is. Ter expositie is groote aandacht besteed
aan het feit, dat de volwaardigheid van het
brood toeneemt met den graad van intma-
ling van het gaan, dat erin is verwerkt! Dit
feit is gebleken uit een proefneming, uit
gevoerd door het Nederlandsch instituut
voor volksvoeding en het centraal instituut
voor voedingsonderzoek. Van de resultaten
dezer proefneming is bij de vaststelling van
den graad van uitmaling gebruik gemaakt.
Daarnaast vindt men aangewezen, welke
bfoodbelegging men in dezen tijd het best
kan kiezen. Hierbij valt o.a. 'terstond de
aandacht op het gebruik van tomaat, wa
terkers en andere groenten op de boter
ham.
Bij aardappelen is o.m. verduidelijkt, hoe
men het rantsoen het voordeeligste over de
dagen van de week kan verdeelen.
Voorts wordt het publiek geleerd, dat het
gewenscht is, de groenten in rauwen toe
stand te consumeeren, vanwege haar groo-
tere voedingswaarde en ter voorkoming van
volume-vermindering.
Ook wordt ter tentoonstelling de mo
gelijkheid getoond van vervanging van
bepaalde voedingsmiddelen door ande
re, zooals b.v. vleesch door visch, gar
nalen of mosselen, een probleem, waar
aan te zijner tijd nog een afzonderlijke
tentoonstelling zal worden gewijd.
In het vertrouwen, dat de tentoonstelling
door alle lagen van de bevolking zal wor
den bezocht, en daardoor zal bijdragen tot
een verruiming van de kennis omtrent een
doelmatige voeding, wat vooral in dezen
bijzonderen tijd heel noodig is, verklaarde
dr. Hirschfeld de tentoonstelling voor ge
opend.
De directeur-generaal van de
volksgezondheid aan het woord
Dr. C. van den Berg, directeur-generaal
van de volksgezondheid, heeft vervolgens
een rede gehouden over „voeding en volks
gezondheid". Spreker verklaarde o.m., dat
in ons land de bestrijding van de gevaren,
die uit ondeugdelijke levensmiddelen voort
vloeien, sedert langen tijd een onderdeel
van de gezondheidszorg uitmaakt.
Men heeft zoo vervolgde dr. van den
Berg bovendien geleerd, dat de voeding
doelmatig moet zijn samengesteld. De mo
derne voedingsleer heeft in de laatste decen
nia inzicht gekregen in de groote beteeke-
nis van de mineralen en de vitamines voor
de^gezondheid. Hierdoor is de zorg voor een
doelmatige voeding toegevoegd aan de zorg
voor de volksgezondheid. Met deze nieuwe
taak is de werkzaamheid op het gebied der
voeding veel meer dan vroeger in het cen
trum van de volksgezondheid komen te
staan. Van de wijze, waarop de volksge
zondheid haar taak op dit gebied vervult,
zal voor een belangrijk deel de verbetering
van den gezondheidstoestand van de bevol
king afhankelijk zijn.
Dr. van den Berg stelde vervolgens
in het licht, dat wij vooral in Neder
land in de laatste tientallen jaren op
het gebied der volksgezpndheid groote
successen kunqen boeken. Ons land is
daarbij gekomen op een peil, dat door
geen enke] land wordt geëvenaard.
Op grond van de verordening van den
Rijkscommissaris voor het bezette Neder-
landsche gebied nr. 20 1941 wordt be
paald:
1. Aan de Joden in den zin van par. 4
der verordening van den Rijkscommissaris
189, 1940 wordt verboden:
a. het publieke baden in zee-, strand-,
zwembaden en overdekte badinrichtingen.
b. Het betreden van publieke plantsoenen
en lokalen, evenals het huren van kamers
in publieke logeergelegenheden (hotels,
pensions, logementen) in zee- en strandbad
plaatsen en andere dergelijke plaatsen.
c. Het bezoek aan paarderennen als toe
schouwer:
Handelingen in strijd met deze maatregel
zijn overtredingen en worden met hechtenis
van .maximaal zes maanden en boete tot
1000 gulden of met een van beide bestraft,
voor zoover niet volgens andere bepalin
gen een hoogere straf is bepaald.
Öeze regeling treedt heden in werking.
Wij hebben dit goede peil veroverd uit
sluitend door een krachtigen, goed georga-
niseerden strijd tegen de ziekten, zeer in
het bijzonder tegen de infectieziekten. Wil
len wij in de toekomst de gezondheidstoe
stand onzer bevolking nog belangirjk ver
beteren, dan zullen wij het accent moeten
verleggen ook naar die ziekten, waarbij de
voeding een belangrijke rol speelt.
Dr. van den Berg verklaarde tenslotte,
dat het hem een voorrecht was, bij deze
tentoonstelling, die uitgaat'van het kamp
van het mogelijke, te mogen getuigen van
uit het kamp van het wenschelijke, hoe op
dit gebied, door een harmonische samenwer
king, steeds getracht wordt, het wensche
lijke en het mogelijke althans zoo goed
mogelijk in harmonie te brengen.
Mej. Mesdag spreekt
Mej. E. Mesdag, directrice van de huis
houdschool, die zich met de technische ver
zorging der tentoonstelling heeft belast,
heeft nog over karakter en strekking der
expositie het woord gevoerd.
Aan het publiek wordt o.m. de groote
waarde van bruin brood en roggebrood on
der het oog gebracht. Met betrekking tot
de aardappelen worden de bezoekers vooral
op de voordeelen van het koken in de schil
attent gemaakt. Voorts wordt de nadruk
gelegd op de groote wenschelijkheid van
een veelvuldig gebruik van groenten en
van een doelmatige toebereiding ervan door
de huisvrouwen.
Voorts merkte mej. Mesdag o.a. op, dat
persoonlijke voorlichting door leëraressen
in koken en voedingsleer het beste middel
is-gebleken om het publiek bekend te ma
ken met een verstandige keuze en een doel
matige bereiding van de spijzen, zoodat
dan ook geregeld leeraressen ter expositie
aanwezig zijn, om het tentoongestelde te
verduidelijken, aan de huisvrouwen raad te
geven en haar vragen te beantwoorden.
Het belang van de zeven gedekte tafels,
waarop voedzame, doelmatig bereide en
smakelijke maaltijden, die voor een gezin
op de 7 dagen van de week van thans ver
krijgbare grondstoffen kunnen worden be
reid, heeft mej. Mesdag verder in het licht
gesteld, de desbetreffende demonstraties,
welke geregeld zullen worden gehouden,
in de belangstelling van het publiek aanbe
velende.
Mej. Mesdag eindigde haar toespraak
met de hoop te uiten, dat <jeze tentoonstel
ling en de kleine? reizende exposities van
de commissie inzake huishoudelijke voor
lichting, die in tal van plaatsen reeds dui
zenden bezoekers hebben getrokken, in rui
me mate ten goede zullen Jcomen aan de ge
woonten van ons volk op het gebied van de
voeding en de spijsbereiding.
DE BRANDSTOFFENVOORZTENING
VOOR DE A.S. WINTEJL
Op een verzoek van het R.K. Werklieden
verbond, in Nederland, om zooveel mogelijk
te 'bevorderen, dat reeds in de zomermaan
den brandstoffen voor de komende winter
zouden kunnen word'en opgedaan, me
de om daardoor aan de moeilijkheden van
transport e.d.g. in de winter te ontkomen,
heeft de Secretaris-Generaal van het
Département van Handel, Nijverheid en
Scheepvaart als volgt geantwoord:
„Het ligt inderdaad in het voornemen
reeds binnenkort met dé distributie van
vaste brandstoffen voor het as. winter
seizoen een aan\&ng te maken. Te dien
einde worden dan ook thans reeds
maatregelen getroffen om tot een spoe
dige uitreiking van de nieuwe brand-
stoffenkaarten te kunnen overgaan.
Tenzij deze plannen door een ongun
stig verloop van de kolenpositie niet
tot uitvoering zouden kunnen komen,
mag er derhalve op worden gerekend,
dat het publiek bij de aanvang van het
nieuwe stookseizoen over een beperkte
wintervoorraad de beschikking zal
hebben".
WINTERHULP.
Provinciale Directeuren.
De directeur-generaal der stichting Win
terhulp Nederland heeft aan den heer A.
P. H. Boellaard in verband met een ver
andering van werkking op zijn daartoe ge
daan verzoek eervol ontslag verleend als
provinciaal directeur voor Zuid-Holland,
onder dankbetuiging voor de belangrijke
dieristen bij den opbouw der organisatie
bewezen.
De heer Boellaard zal zitting nemen in
het provinciale eere-comité der stichting.
Met ingang van 1 Juni is in zijn plaats
benoemd tot provinciaal directeur voor
Zuid-Holland drs. W. F. van Leeuwen,
thans werkzaam in dezelfde functie te
Utrecht. Met ingang van denzelfden da
tum is de heer B. J. E. de Blank, wo
nende te Utrecht, met de leiding van het
provinciale kantoor belast.
Nog steeds blijkt dat bij het publiek geen
voldoende bekendheid bestaat met de be
palingen der zegelwet ten aanzien van
nota's, facturen, e.d., voorzien van de aan
duiding „rembours", welke worden afge
geven bij de aflevering van goederen on
der gelijktijdige betaling van den daar
voor verschuldigden prijs. Veelal toch
blijkt nog de meening, te heerschen dat
dergelijke stukken steeds als vrij van kwi
tantiezegel mogen worden beschouwd. De
zienswijze berust echter op een misver
stand.
In beginsel is namelijk op deze stukken
wel degelijk kwitantiezegel verschuldigd,
aangezien moet worden aangenomen, dat
de afnemer van de goederen aan het
woord „rembours" het bewijs kan ontlee-
nen dat de op de facturen vermelde geld
schuld bij de aflevering der goederen is
voldaan.
Slechts in één geval zijn facturén, als
hiervoor zijn bedoeld, vrij van zegel, en
wel indien als vaststaande kan worden
aangenomen dat de aanduiding .Jem-
bours" uitsluitend de beteekenis heeft van
een opdracht door den leverancier aan den
vervoerder, die deze goederen slechts zal
mogen afleveren tegen gelijktijdige beta
ling.
Een zoodanig geval nu oordeelt de zegel
wet slechts dan aanwezig, indien ten volle
is voldaan aan bepaalde, in de wet nauw
keurig omschreven eischen, te weten:
a. De afzender moet de bedoelde op
dracht op het stuk stellen en mag daarvoor
geen andere aanduiding bezigen dan „rem
boursof „de goederen mogen slechts
tegen betaling van worden afgele
verd" (zonder handteekening of paraaf).
b. Die opdracht moet voorkomen boven
aan het stuk.
c. Zij moet leesbaar zijn voor den ver
voerder (dus geen bijvoeging van het stuk
in gesloten enveloppe).
Er zijn gevallen waarin onder den „ver-
voeder" door de belastingadministratie ook
verstaan wordt de besteldienst van een
handelaar, die door eigen personeel laat
vervoeren. Van dergelijke gevallen is spra
ke als er bij dien handelaar feitelijk een
afzonderlijke af deeling of organisatie is,
die in zooverre werkt als of er sprake was
van een zelfstandigen vervoerder. Slechts
in dergelijke gevallen toch is het rationeel,
in de aanduiding „rembours" te zien een
opdracht door den verkooper aan denge-
ne, die met het vervoer belast is. Ontbreekt
een dergelijke afzonderlijke besteldienst
(en dit zal bij verreweg de meeste handels
zaken het geval zijn) dan zal. indien de
aflevering der goederen door eigen perso
neel plaats vindt, moeten worden aange
nomen, dat de voormelde aanduiding niet
de door de wet vereischte bovenvermelde
beteekenis heeft en het stuk dus zegel-
plichtig maakt.
Belanghebbenden zullen er, indien zij
meenen, dat zij in een geval als hiervoor
bedoeld verkeeren, goed aan doen zich tij
dig zekerheid in deze te verschaffen bij de
inspecteurs en ontvangers der registratie
of van het zegel. Laat men zulks na, dan
bestaat immers de kans op het moeten be
talen van een belangrijke boete wegens
overtreding van de zegelwet en daaraan
zal men dan in fyet algemeen niet meer
kunnen ontkomen door een beroep op on
bekendheid met de wettelijke voorschrif
ten.
SOCIAAL RECHTVAARDIGE PACHT-
BESLISSING.
De polder Schermer verpachtte ieder
jaar de grasbermen langs de wegen. In de
jaren 1939 en 1940 had deze o.m. grasber
men verpacht aan een arbeider met drie
stuks rundvee. Aan het eind van het vorige
jaar verhuurde de polder de bermen even
wel aan een boer, zoodat de landarbeider
gedupeerd werd en zich gedwongen zag,
zijn dieren op te ruimen.
Hij wendde zich tot de Pachtkamer van
het kantongerecht te Alkmaar en vroeg
deze te beslissen, dat de pachtverbintenis
tusschen hem en den polder nog voortbe-
staat. Dat verzoek werd op 4 Maart jl. af
gewezen.
In hooger beroep eohter heeft de Cen
trale Pachtkamer van het hof te Arnhem
verléden week beslist, dat de overeenkomst
tusschen den verzoeker en den polder nog
vóórtbestaat.
BEPERKING VERVOER VAN LEVENS
MIDDELEN NAAR ÉN IN HET
ZUIDELIJK GRENSGEBIED.
De verzenders van levensmiddelen niet
alleen in. maar 3ok naar de reeds in het
bericht van 3 Juni genoemde gemeenten
dienen er aan te denken, dat zij van 10
Juni af onder overlegging van een vooraf
door den ontbieder aan te vra.gen vergun
ning tot inslag een geleidebiljet (binnen-
landsch paspoort) voor dit vervoer moeten
vragen bij den ontvanger of subontvanger
der invoerrechten of accijnzen over de
plaats van afzending. Zij doen het beste
omtrent het aanvragen van die documenten
en de hiervoor te snellen zekerheid tijdig
bij dien ambtenaar inlichtingen in te' win
nen.
Tot een gewicht van 1 Kg. konden tot
dusver alleen naar en van Duitschland, het
protectoraat Bohemen en Moravie en El-
sass Lotharingen worden verzonden. Dit
wondt thans uitgebreid tot alle landen,
waarmede postverkeer mogelijk is, voor
zoover deze althans pakjes toelaten. Aan-
geteekende verzending kan plaats vinden,
en eveneens, in de landen waar dit is toe
gelaten, expresse-bestelling. Men wende
zich, alvorens tot verzending over te gaan
om inlichting tot de postkantoren.
VREUGDE EN ARBEID
Men moet zich over vreemde dingen
niet al te zeer verbazen. Dat schaadt
de gemoedsrust, die wij juist in deze
roerige dagen zoo hard noodig hebben.
Men zou soms denken, dat ook de ge
moedsrust is gedistribueerd, gezien het
feit, dat zoovelen er mee moeten woe
keren om er behoorlijk mee rond te
komen.
Wat mij betreft, ik verbaas mij niet
zoozeer over oorlogs- en verwante aan
gelegenheden als wel over de kleinere
dingen. Dat is veel prettiger, die doen
je vele rampen een oogenblik ver
geten.
Zoo valt mijn aandacht op een ad
vertentie in een der bladen, waarin
een regenmantelfabriek een ervaren
bandleider vraagt. Dat vind ik mooi.
Dat is een prachtig voorbeeld van ge
meenschapszin en volkschen geest te
genover de werksters en werkers in dit
bedrijf. Ik stel het mij reeds voor. De
scharen knippen, de naaimachines ra
telen en de bandleider stelt zich aan
het hoofd van zijn orchest om den
geest van deze werkers met muziek te
verkwikken. Wat een vreugde moet
het zijn te mogen werken in zulke om
standigheden, in zulk een sfeer, In zulk
een stemming.
Maar in de advertentie wordt tevens
gevraagd een prima coupeur en een
atelier-directrice. Zou die ervaren
bandleider dan toch iets met regen
jassen te maken hebben?
Dan heb ik mij toch deerlijk ver
gist
Op grond van de verordening 145/40
hebben zich ruim 120.000 organisaties bij
den commissaris voor niet-commercieele
vereenigingen en stichtingen aangemeld.
Nochtans is uit een daartoe door den
commissaris voornoemd ingesteld onder
zoek gebleken, dat er nog vereenigingen,
bonden, organisaties en stichtingen zijn, die
verzuimd hebben zich als zoodanig op te
geven bij den bevoegden procureur-gene
raal.
De commissaris stelt deze nalatige bestu
ren of personen, die met de dagelijksche
leiding van niet-commercieele organisaties
belast zijn, alsnog in de gelegenheid zich
onverwijld te melden. De strafbepalingen
zijn dan niet van toepassing.^
Deze termijn van aanmelding wordt ge
sloten op 15 Juni a.s., na dien datum wordt
.artikel 6 der verordening 145/40 van kracht,
aat luidt:
„Personen, die de opgave niet ^ijdig
doen, of die bij de opgave onware of
onvoldoende gegevens verstrekken,
worden gestraft met gevangenisstraf
van ten hoogste twee jaar en met een
geldboete van ten hoogste twee duizend
gulden, of met een dezer straffen".
Vejfler deelt de commissaris mede, dat
vereenigingen en stichtingen, die hun ver-
eenigings- of. stichtingsorgaan niet regel
matig of in het geheel niet aan hem toe
zenden, gelegenheid krijgen, dit verzuim
in te halen. Ten aanzien van deze onacht
zaamheid laat de commissaris den zelfden
termijn gelden als voor het verzuim van
aanmelding, zoodat met ingang van 16 Juni
a.s. zal worden onderzocht, welke vereeni
gingen of stichtingen in strijd met de be
palingen van verordening 145/40 handelen
en deswege strafrechtelijk zulleif- worden
vervolgd.
COMMISSARIAAT VAN POLITIE.
Bij besluit van den secretaris-generaal
van het departement van justitie is aan
E. H. Temkinck eervol ontslag verleend als
commissaris van politie te Haarlem.
Is aan C. Roscher eervol ontslag ver
leend als commissaris van politie te Zaan
dam.
Is aan J. J. Tonckens eervol ontslag ver
leend als hoofdcommissaris van politie te
Groningen.
De beide wethouders der gemeente Maas
sluis, de heeren H. van Rossen Mz. en P. J.
de Pagter, hebben den regeeringscommis-
saris bericht, dat zij ontslag nemen als wet
houder. „N. D. Crt."
Katholiek Comité van actie
„Voor God"
Almachtige, eeuwige God, Gij
leidt terzelfder tijd de dingen
van den hemel en van de aarde;
verhoor op milde wijze het
smeeken van Uw volk en schenk
Uw vrede in onze dagen.
(2e Zondag na Driekoningen)