De Liturgie der Kerk j
RECHTZAKEN
hennen, die 11 naadig heeft!
PAM BIJ DE MAANAPEN
V&tdiuenen
ZATERDAG 24 MEI 1941
DE LE1DSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG. 9
Dultsche Landgerecht
Duitsch plakkaat afgerukt.
Op een dag in Februari j.l., had de onge
veer 45-jarige Amsterdammer K. daar ter
stede een plakkaat dat een bekendmaking
van den Hoeheren Polizeifuehrer vermeld
de, opzettelijk afgerukt. Een agent van po
litie zag dit en maakte procesverbaal op.
Het Landsgerecht heeft dien man heden
tot zes maanden gevangenisstraf veroor
deeld.
HAAGSCH GERECHTSHOF
Toch haar zin gekregen.
De dochter van een dame uit Wasse
naar was tegen den zin van haar mama
in het huwelijk getreden. Vele narigheden
waren daardoor ontstaan, want de mama
bleef zich met dat huwelijk bemoeien. Op
zekeren dag had zij zwaar geschut in stel
ling gebracht door overal rond te gaan
vertellen, dat haar schoonzoon in de ge
vangenis gezeten had. Zulks was absoluut
het geval niet geweest en de schoonzoon
had maar weer eens een klacht ingediend
wegens smaad (de zevende aanklacht).
De Politierechter had de mama deswege
veroordeeld tot een geldboete van 60
subs. 60 dagen, van welk vonnis mama in
hooger beroep gekomen was bij het Hof.
„Of de mama zich nog met het huwelijk
van haar dochter bemoeide, wilde de pre
sident weten.
„Dat is niet meer noodig, want Ket hu
welijk is af en mijn dochter weer thuis",
deelde de mama triomphantelijk mede.
De procureur-generaal vond, dat het
maar 60 blijven moest.
Het Hof zal over 14 dagen het vonnis
vellen over de doorzettende gewezen
schoonmoeder.
Haagsche Politierechter
Geschil geslecht.
De vrouw van M. K. afkomstig uit Lei
den hield zoo ontzettend veel van haar
getrouwde zuster, dat er besloten werd,
om zoo dicht mogelijk by haar te gaan wo
nen. Toen de woning beneden deze leeg
krwam, was men daar gaan huizen. In het
begin was alles koek en ei, maar oh, oh,
toen ze een tijdje bij elkaar woonden. De
zusters begonnen zich met eikaars huishou
den te bemoeien, mitsgaders met eikaars
kindertjes en steeds dichter pakten de on
weerswolken zich te zamen. Als de mannen
en vaders des avonds van hun dagtaak
thuis kwamen, moesten ze vele verhalen
en jeremiades aanhooren over het wel en
wee der zusters, zoodat deze mannen va
ders, alias zwagers, over en weer elkaar
zuur begonnen aan te kijken en malkan-
ders schoonzusters over en weer niet meer
konden zien of luchten. Er moest dus een
finale komen met veel knaleffecten. En
zulks gebeurde dan ook prompt. Toen op
een Zaterdagavond de zuster beneden haar
kindertjes in de teil wilde stoppen ging zij
deze geïmproviseerde badkuip van het
plaatsje halen. Bij deze gelegenheid oor
deelde zuster boven het noodig, om eenige
stukken steenkool naar het hoofd van haar
bloedverwant in den eersten graad te wer
pen (en dat nogal in een tfjd van kolendas-
tributie). Dat kon de man en vader van
de met steenkolen bekogelde niet gedoo-
gen en hij naar boven om zijn schoonzus
ter tot de orde te roepen. Wat er toen ge
beurd was beleefde de zwager met „heel
rustig" te betitelen. „Behalve, dat er twee
agenten noodig waren om u weer naar be
neden te brengen" interrumpeerde de Po
litierechter. Er was toen nog niets onher
stelbaars geschied, dat was pas een half
uurtje later gebeurd, toen de zwager be
neden tot de ontdekking was gekomen,
dat hij eigenlijk de verliezende partij in
den woordenstrijd was geweest. Zijn ne
derlaag niet goed kunnende verkroppen
had hij het eerste voor de hand liggende
voorwerp gegrepen, zijnde per ongeluk een
hakbijl en hij had dit instrument bij zijn
schoonzuster en zwager door de ruiten ge
mikt Deze aldus behandelde zwager liet
zich op zijn beurt niet onbetuigd en knalde
een paar steenen beneden door de ruiten.
Prettig voor den huisbaas.
De heele film draaide zich nog eens af
21
03
17
18
17
18
31
18
16
34
66,76
87
33
32
21
27
Brood of gebak
iBloemka&rt)
Meel, brood enz.
(Botcrkaart)
boter, slaolie
(vetkaaH)
(boter, margarini
sla-olie)
Vleesch en
Vleeschwaren
Koffiesurr. Thee
Rfjst enz.
(21: Boter- en
vetkaart)
24
25
26
K
29
01 k.f.
v. M. en N
Per. 4
Per. 4
Havermout enz.
Macaroni enz.
Scheerzeep
Textielkaart
HOEVEELHEID
25 Mei—7 Juni
(11 Juni)
'bon 20 t/m 28 Mei)
26 Mei—1 Juni
(4 Juni)
(bon 02 t/m 28 Mei)
12 Mei—15 Juni.
26 Mei—11 Juni
(14 Juni)
(bon 15 en 16
t/m 28 Mei)
26 Mei—11 Juni
(14 Juni)
(bon 15 en 16
t/m 28 Mei)
12 Mei—8 Juni
26 Mei—1 Juni
23—30 Mei (4 Juni).
(Bon 15 t/m 27 Mei)
26 Mei—22 Juni
19 Mei1 Juni
(15 Juni.)
26 Mei1 Juni
(4 Juni)
(bon 96 t/m 28 Mei)
19 Mei1 Juni (4 Jun
19 Mei—15 Juni
3—25 Mei
21 Apr.15 Juni.
21 Apr.—15 Juni.
21 Apr.—15 Juni.
21 Apr.—15 Juni.
1 Mei31 Aug.
28 Apr.—31 Mel
Brandstoffen
Generator-anthr. I *,m- 31 Mei
Generator-turf I
200 gram brood, gebak of 140 gram
arwebloem, tarwemeel, rogge
bloem, roggemeel of zelfrijzend bak
meel (bloem t/m 31 Mei).
IK Kg.
(kinderen beneden 4 jaar 3/4 kg.)
35 gram tarwe-meel of -bloem,
roggemeel of 50 gram wittebrood
of 1/2 rantsoen gebak
250 gram boter of 200 gram sla-olie
of raapolie.
250 gram boter
250 gram boter of margarine, 200
gram slaolie of raapolie.
250 gram boter
50 gram vleesch, half rantsoen
vleeschwaren.
250 gram koffie-surrogaat of
40 gram thee.
£lk der bonnen 100 gram kaas.
extra rantsoen 500 gram.
250 gram
250 gram
100 gram (op 2 bonnen 1 pakje)
250 gram
100 gram
50 gram scheerzeep
120 gram huishoudzeep, enz.
voor de keuken 2 liter
1 eenheid
1 hectoliter
50 stuks baggerturf
Men knippe deze lijst uit, om ze steeds te kunnen raadplegen
N.B. In deze week dagelijks Gloria. Tot
en met Donderdag Credo en het gebed
„Communicantes" van Hemelvaart. Tot en
met Vrijdag kleur: Wit. Zaterdag: Rood.
ZONDAG 25 Mei. Zondag onder het
octaaf van Hemelvaart. Mis: Exaudi. 2e
gebed v. d. H. Gregorius VII. Paus en
Belijder; 3e v. h. octaaf van Hemelvaart;
4e v. d. H. Urbanus, Paus en Martelaar;
5e voor de uitbreiding van het geloof (we
gens de Koloniale Missie week); 6e voor
den vrede.
Christus is van ons heengegaan, maar
ons hart is steeds bij Hem, spreekt tot
Hem, zoekt Hem voortdurend. Zal Hij Zijn
aanschijn van ons afwenden? (Introitus).
Neen, Hij, Die van Zijn heilige troon over
de volkeren heerscht, vergeet ons niet.
Voortdurend bidt Hij voor ons en Hij zal
ons niet als weezen achterlaten. Zijn hei
ligen Geest zal Hij ons zenden. (Alleluja-
vers; Evangelie, Communio). Laten wij,
gesterkt door de genade van God, welke
het onbevlekt Offer ons moge verleenen
(Stilgebed), ons voorbereiden op de
komst van den Goddelijken Trooster, door
oprecht en trouw God te dienen (Gebed),
door een aanhoudend gebed en beoefe
ning van de naastenliefde. (Epistel).
MAANDAG 26 Mei. Mis v. d. H. Fhilip-
pus Nerius, Belijder: Caritas. 2e gebed v.
h. octaaf van Hemelvaart; 3e v. d. H.
Eleutherius, Paus en Martelaar; 4e voor
de uitbreiding van het geloof; 5e voor den
vrede.
Tot op hoogen leeftijd werkte de heilige
Philippus, stichter van de Oratorianen, te
Rome met wonderbare zielenijver.
DINSDAG 27 Mei. Mis v. d. H. Beda, de
„eerbiedwaardige", Belijder en Kerklee
raar: In medio. 2e gebed v. h. octaaf van
Hemelvaart; 3e v. d. H. Joannes I, Paus
en Martelaar; 4e voor de uitbreiding v. h.
geloof; 5e voor den vrede.
De heilige Beda, bijgenaamd „de eer
biedwaardige", werd in 637 in Engeland
geboren. Zijn ouders vertrouwden zijn op
voeding toe aan den heiligen Abt Benedic-
tus van het klooster te Jarrow. Daar vor
derde Beda voortdurend in heiligheid en
ook in geleerdheid, zóó zelfs, dat hij later
een van de geleerdste mannen van zijn
tijd geworden is. Beda heeft geschreven
over wijsbegeerte, sterrenkunde, kerkelij
ke geschiedenis enz. Het grootste gedeelte
echter van zijn werken bestaat uit gods
dienstige geschriften. Den 26en Mei 735
stierf de heilige op den vooravond van
Hemelvaart, 62 jaren oud. Zijn godsdiens-
stige geschriften werden reeds tijdens zijn
leven in de Kerk voorgelezen. Toen reeds
noemde men hem de „eerbiedwaardige" en
altijd heeft de heilige dien titel behouden.
WOENSDAG 28 Mei. Mis v. d. H. Augus
tinus, Bisschop en Belijder: Sacerdotes. 2e
gebed v.h. octaaf van Hemelvaart; 3e voor
de uitbreiding van het geloof; 4e voor den
vrede.
In het jaar 597 werd door Paus Grego
rius I naar Engeland gezonden de heilige
Augustinus, een Benedictijn, met nog
veertig andere monniken, waar zij do ko
ning van Kent met velen van zijn onder
danen wonnen voor het heilig geloof. St.
Augustinus vestigde zyn zetel te Kantel
berg, sindsdien het eerste van de Engel-
sche bisschoppen. De heilige Augustinus
wordt de „Apostel van Engeland" ge
noemd.
DONDERDAG 29 Mei. Octaafdag van
het feest van 's Heeren Hemelvaart. Mis:
Viri Galileï (als op het feest). 2e gebed v.
d. H. Maria Magdalena de Pazzis, Maagd;
3e voor de uitbreiding van het geloof; 4e
voor den vrede.
De heilige Maria Magdalena, van de
Florentijnsche adelijke familie „de Pazzis"
is door God bijzonder bevoorrecht met
een buitengewone liefde tot God en de
naaste. Na een wonderbaar leven van
liefde en lijden en boete stierf zij als Car
melites den 25en Mei 1607.
VRUDAG 30 Mei. Mis v. d. Vrijdag na
het octaaf van Hemelvaart: Exaudi (v. d.
vorigen Zondag). 2e gebed v. d. H. Felix
I, Paus en Martelaar; 3e Concede (ter eere
van Maria); 4e voor de uitbreiding van het
geloof; 5e voor den vrede. Prefatie van
Hemelvaart. Gewone „Communicantes".
ZATERDAG 31 Mei. Vigiliedag voor het
hoogfeest van Pinksteren.
Als een herinnering aan het heilig Doop
sel, dat in de eerst tijden van het Christen
dom op de Pinkstervigilie evenals op
Paaschzaterdag werd toegediend op plech
tige wijze aan de doopleerlingen, wordt op
dezen dag doopwater gewijd.
Geen Introitus. Geen Credo. Prefatie en
de gebeden „Communicantes" en „Hanc
igitur" van Pinksteren.
Wordt er geen doopwater gewijd, dan
de Introitus: Cum sanctificatus fuero (aan
gegeven aan het einde van het misformu
lier).
Alles als in bovenstaande kalender v. h.
Bisdom, behalve:
Feestdag van de wijding van de Patriar
chale Basiliek van den H. Vader Francis-
cus te Asisië. Mis: Terribilis. 2e gebed v.
d. overbrenging v. h. lichaam v. d. H. Va
der Franciscus; 3e v. d. Zondag onder het
octaaf van Hemelvaart; 4e v. h. octaaf van
Hemelvaart; 5e (alleen in stille H.H. Mis
sen) v. d. H. Urbanus; 6e (5e) voor den
vrede. Laatste Evangelie v. d. Zondag.
MAANDAG. Mis v. d. Z. Maria-Anna
van Jesus de Paredes, Maagd: DUexLsti. 2e
gebed v. d. H. Philippus Nerius; 3e v. h.
octaaf van Hemelvaart; 4e v. d. H. Eleu
therius; 5e voor den vrede.
DONDERDAG. 2e gebed v. d. Z.Z. Ste-
phanus en Raymundus, Martelaren; 3e v.
d. H. Maria Magdalena de Pazzis; 4e voor
den vrede.
VRIJDAG. Mis v. d. H. Ferdinand, ko
ning. Justus. 2e gebed v. d. vorigen Zater
dag; 3e v. d. H. Felix; 4e voor den vrede.
Amsterdam.
ALB. M. KOK, Pr.
in de rechtzaal, waar de zwagers elkaar
thans steninden door te verklaren, dat hun
ne wederzijdsche vrouwen de schuld van
alles waren.
„Maar jullie zyn toch de herrie voort
gaan zetten, door ruiten in te gaan gooien",
oordeelde de Politierechter.
De officier vertelde zoo langs zijn neus
weg, dat ziwager K. b.v. al veertien vonnis
sen achter den rug heeft voor mishande
ling, vernieling, wederspanningheid enz.
Een week gevangenisstraf vond spr. een
goede straf.
Vijfentwintig gulden zullen de ruiten
ingooiers moeten dokken plus all" schade
'betalen.
„Laat één van jullie maar gaan verhui
zen", gaf de Politierechter den goeden
raad.
„Geeft niks", zeiden de zwagers, want de
vrouwen willen ons de bajes in hebben",
waarop de vrouwen, op de publieke tribune
staande, luidkeels protesteerden.
Het zal dus thuis wel weer gaan stormen.
Arme ruiten!
145Daar wonen ze nu nog en hebben een kommer
vol bestaan, terwijl ze steeds in angst leven voor hun
vijanden, de apen, die hen geregeld lastig komen vallen.
146. Bij mijn vorige expeditie kon ik helaas niet allen
meenemen en het is nu onze taak, de overgebleven maan-
menschen te redden. Gebeurt dit niet, dan zyn zy tot on
dergang gedoemd," besluit de professor zijn verhaal.
FEUILLETON
naar het Engelsch
bewerkt door
A. J. HUISMAN.
12)
In minder dan een half uur kwam een
werkman, met een manchester broek bo
ven de knieën vastgebonden, onvast uit
het bureau voor „Verloren Voorwerpen"
v/aggelen en ging naar White-hall. Slordig,
woest haar, een woeste snor en een baard
van een paar dagen om zijn kin, waren de
tails, die een onderzoek konden door
staan. Heidon Foyle gebruikte zelden een
vermomming, maar als hij het deed, zorgde
hy wel dat alles in de puntjes was. Haar
en snor waren de zijne, geverfd en op slim
me wijze gekamd en geschuierd. Maar toen
hy by de Albany tegen Green, den in
specteur die een oplettend man was
aanwaggelde, duwde deze hem ruw opzij
met een vlek om zijn onhandigheid.
'k Heb je toch geen pijn gedaan? sprak
de werkman brutaal. Ik let wel op waar ik
loop.
Toen op zachten toon:
Ik ben Foyle. Ik heb je telefoonbe
richt ontvangen. Nog iets geweest?
Als je niet maakt dat je wegkomt,
roep ik een agent.
Green had den toestand vlug begrepen
en sprak luid. En snel en zacht vervolgde
hij:
Hij is niet uitgeweest. Een postbestel-
ler is. juist met een brief voor hem binnen
gegaan. Ik zei dat ik er een verwachtte en
sloeg er een blik op.
Mooi, ouwe jongen. Maak je niet dik.
Ga naar huis en vertel je vrouw wat je is
overkomen, zei de werkman plagend.
Na nog eenlg gedrentel keerde hij zich
om en liep snel weg, sprak eenige woorden
tot een man, die aan de overzijde van den
weg stond, verdiept in het bekijken van de
etalages, van een boekwinkel, en vertrok.
De detective haalde een paar doosjes lu
cifers uit zijn zak. Een agent kwam aan-
loopen, waardig en streng. Een enkel woord
zacht gesproken, deed hem wegwandelen
met gloeiende wangen.
In een half uur had Foyle een doosje lu
cifers verkocht, waarvoor hij met veel
dankbaarheid en innerlijke afschuw six
pence had gekregen. Als hij zijn tweede
doosje verkocht en nog bleef rondslente
ren, zou zijn persoon ongewenscht de aan
dacht trekken. Dit geval deed zich echter
niet voor, want een minuut of twee later
verscheen Fairfield zelf op straat. Foyle
snelde toe om het portier van een taxi te
openen, welke hij had aangeroepen, maar
een andere straatslijper was hem voor.
Niettemin hoorde hij het adres.
Grave Street, Witechapel, mompelde
hfj, terwijl de auto wegreed. Ivan is aan
het werk gegaan.
Een korte discussie met een tweeden
chauffeur, die zijn voorkomen wantrouw
de, werd afgebroken door een deposito van
vijf shilling als garantie en ook de detec
tive begon zyn tocht. Achter hem een der
de taxi waarin de man zat, die zooveel be
langstelling had gehad voor de etalage van
den boekhandelaar.
DERTIENDE HOOFDSTUK.
Grave Street, Whiechapel, is geen fris-
sche buurt.
De netjes gekleede Fairfield, die aan het
eind van de straat uit zijn taxi stapte, was
even in het oogvallend onder de ongescho
ren lanterfanters, die op straat hingen als
de maan onder de sterren.
Sir Ralph zocht zijn weg naar een boek
winkel, zijn geest vervuld van de bood
schap, die hem naar deze plek had ge
bracht, had slechts weinig woorden bevat,
met drukletters geschreven.
„Als ge de waarheid wilt vernemen
omtrent den moord in Grosvenor Gar
dens, kom dan onmiddellijk naar No
Grave Street."
Er was geen handteekening, geen aanwij
zing voor de identiteit van den schrijver.
D boekwinkel droeg het nummer, in den
brief genoemd, op den smerigen voorgevel.
De baronet, die er heen liep, wist niets van
den loggen man, die lucifers had verkocht
bij de Albany, en' die eenige stappen ach
ter hem liep. Zijn voet was op den drem
pel van den winkel, toen een man, donker
van uiterlijk en met een zwarten baard,
een enveloppe in zyn rand drukte.
Foyle zag wat er gebeurde en versnelde
zyn stap. Voor Fairfield gelegenheid had
iets meer te doen dan te kijken naar het
opschrift van de envelop, was hij vlak bij
hem. Hij slofte tegen hem aan en zijn vin
gers grepen snel naar den brief. Het vol
gende oogenblik rende hij met lange, ge
lijke stappen naar den hoofdweg.
Sir Ralph stond als door den bliksem ge
troffen, maar iemand anders handelde voor
hem. De man met den zwarten baard was
verdwenen. Ergens vandaan hoorde men 'n
paar doffe slagen als van een hamer, die
op hout valt, en Foyle hoorde het fluiten
van kogels boven zijn hoofd.
Dat zal ik ze betaald zetten, mom
pelde hij, maar hij bleef snel voortrennen.
Achter zich hoorde hij de voetstappen
van zijn vervolgens. Fairfield, die zijn
zelfbeheersching had verkregen, had ge
roepenen zijn kreet werd door allen over
genomen.
Houdt den dief! Houdt den dief!
Hij passeerde den man, die zooveel be
langstelling had getoond voor de etalage
van den boekhandelaar. De man greep
naar hem, miste en viel in zijn volle lengte
recht op den weg van Fairfield, die nu eeni
ge stappen achter hem was. De baronet
struikelde over het lichaam en werd hevig
tegen den grond geworpen.
Foyle gaf sergeant Chambres van de re
cherche een gunstige aanteekening in zijn
herinnering, omdat hij zoo handig de ver
volging had afgeleid. Toen hij op den groo-
ten weg kwam, verminderde hij zijn vaart
tot een snellen wandelpas en dook weg in
een station van den ondergrondschen
spoorweg. Hij uitte een zucht van verlich
ting toen hij de trap af naar het perron
liep.
Niet voor hij in den trein was opende hij
het briefje, dat hij nog tusschen zijn vin
gers hield. En hij fronste de wenkbrauwen
terwijl hij het las.
Wel vervloekt: Dat komt er van, als
men volgens een opwelling handelt. Waar
om heb ik niet kunnen wachten: Ik had de
heele zaak in handen.
In het briefje stond alleen maar:
„Ik leef. Ik moet je spreken. Volg
den man, dien je dit briefje geeft."
R. G.
Zelfs een bad en het aantrekken van zyn
gewone kleeding bracht hem niet weer in
de goede stemming. In zijn bureau vond hij
Green, met een vreemde opgewondenheid
in zijn anders onbewegelijk' gezicht.
Hallo, Mr. Green. Wat is er aan de
hand? vroeg hij.
De oude hoofdrechercheur trok aan zijn
snor.
Ik weet het nog niet, mynheer. U
bent juist op tijd gekomen. Waverley
wordt vermist.
Waverley vermist! Dat is nonsens. Hy
moest Norman aflossen bij het volgen van
Ivan Abramowitch.
Hij wordt vermist, herhaalde de an
der koppig. Ivan ging een winkel binnen
met een uitgang in twee straten, en de
man, die Waverley hielp, ging naar den
anderen kant. Hij wachtte daar een uur, en
ging toen kijken naar Waverley.
(Wordt vervolgd).