DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
WINTERHULPêPNEDERIAND
Momentje
ZONDAGSBLAD.
ZATERDAG 5 APRIL 1941
32ste Jaargang No. 9916
S)e £eid6eh£0ou/fca/nt
Bureaux Papengrachfe>32.
Telefoon: Redactie 20015. Administratie 20935.
Giro 103003. Postbus 11.
V Gemeenschappelijk bezit
In het maandblad „De R. K. Staatspar
tij" wijst V. er terecht op, dat er gezocht I
moet worden naar gemeenschappelijke
elementen onder de verschillende, geschei
den richtingen voor den opbouw van een
universeele, mondiale economisch-sociale
orde.
Hij schrijft o. m.:
„Ons oordeel is, dat het gemeenschappe
lijke bezit aan economisch-sociale struc-
tureele denkbeelden buitengewoon groot is.
Zoo troostend die gedachte is, zoo hartver
scheurend is het tooneel van een strijd,
waarin men zichzelf en elkander belet dat
te zien. Er wordt gestreden om Lebens-
raum en.... de mogelijkheid tot een we
reldplan voor Lebensraum is aanwezig.
Wie haalt, nu het een wereld-conflict is, de
strijdenden uit elkaar om hen tot gemeen-
schappelijken arbeid te brengen na hen
van de mogelijkheid eener synthese te
hebben overtuigd?
Er is maar zelden sprake van een wer
kelijke tegenstelling, bij alle geschillen en
twisten, die men in het leven tegenkomt.
Slechts dan is er een onverzoenlijk ja te
genover een onverzoenlijk neen, als de bot
sende meeningen hetzelfde object betref
fen. Doch hoe dikwijls is dat het geval?
Hoe veel vaker staan overigens verstan
dige menschen gespannen tegenover elkaar,
terwijl elk over het twistpunt een andere
voorstelling heeft. Als men ons, waar. de
werkelijkheid zoo gecompliceerd is. eens
een eenvoudig voorbeeld zou vergunnen,
dan zouden wij het beeld willen oproepen
van twee twistende lieden, waarvan de
een beweert: zilver is een zeer kostbare
stof; en de ander: zilver is weinig kost
baar. In het opzicht van zijn verhouding
tot goud en nog kostbaarder stoffen is zil
ver weinig kostbaar. In het opzicht van
zijn verhouding tot koper en nog minder
kostbare stoffen is zilver zeer kostbaar."
Ook wij zijn er van overtuigd, dat de
menschen onderling het héél vaak veel
meer met elkander eens zijn, dan zij zelf
meenen of zelf weten.
Het is zeker, dat verschillen veel meer
voortkomen uit een misverstand dan uit de
realiteit.
Maar daarnaast isook waar, dat er wer.
k e 1 ij k e verschillen onder de menschen
zijn. Verschillen, die niet kunnen worden
weggeredeneerd of weggekeken!
Zoo is er op economisch-sociaal terrein
een w e r k e 1 ij k verschil tusschen het
stelsel, dat de winst als eenige norm
voor de productie beschouwt, en het stelsel,
dat de sociale nuttigheid als d e basis voor
de productie aanvaardt.
Tusschen het eerste het kapitalistische
stelsel en het tweede kan geen over
eenstemming worden gevonden. Het eerste
zal moeten w ij k e n voor het tweede. En
daarom zal bij den nieuwen opbouw
van een economisch-sociale orde wat be
treft de hoofdgedachten en de diepste
grondslagen niet moeten worden gezocht
naar de gemeenschappelijke elementen van
beide stelsels. Die gemeenschappelijke ele
menten zijn er niet! Bij de uitwerking van
de hoofdgedachten en bij de concretiseering
ervan, en by ondergeschikte vraagstukken
is het zaak, om uit de meeningsverschil-
len gemeenschappelijke elementen te zoe
ken, waarbij men inderdaad tot de con
clusie fcal kunnen komen, dat er weinig
of geen meeningsverschillen overblijven!
Maar wij herhalen, dat tusschen de
hoofdgedachten en de diepste grondslagen
van beide stelsels geen gemeenschappelij
ke elementen zullen kunnen worden gevon
den.
Het individualisme, het liberalisme, het
kapitalisme moet worden uitgebannen.
Onze Maastrichtsche collega v. d. Broek
zeide dezer dagen op een bijeenkomst van
den Limburgschen Journalistenkring: „Wij
zullen met vreugde den dag begroeten,
waarop het kapitalisme niet slechts met
enkele uitwassen, maar met tak en wor
tel, met heel zijn verderfelijke leer en
practijk, wordt uitgeroeid."
Men moet zeker niet pogen, om door al
lerlei redeneeringen tot de conclusie .te ko
men, „dat het gemeenschappelijke bezit
aan economisch-sociale structureele denk
beelden buitengewoon groot is, als 't be
treft degenen, die bewust of onbewust
de kapitalistische theorie of practijk
aanhangen en de voorstanders van wat he
den dopr velen wordt aangeduid als „so
cialisme" Het gemeenscheppelijke bezit
van zulkè denkbeelden bij hen, die een
kapitalistische structuur voorstaan, en, de
anderen en ons is juist buitengewoon
klein!
Deze aanvulling meenen wij te moeten
plaatsen bij het artikel van V. in „De R.K.
StaatsDartij".
DE KOMENDE LIJSTENCOLLECTE:
Zooals gemeld en ook zal blijken uit de
nieuwe affiches, welke dringend tot offe
ren zullen uitnoodigen, zal van 15 tot en
met 19 April a s. in ons land weder een lijs-
tencollecte voor Winterhulp Nederland
wordengehouden.
Daarna volgt ten slotte op 2 en 3 Mei
nog een straatcollecte en daarmede wordt
dan het werk van Winterhulp Nederland
voor den winter 19401941 agesloten.
Nu het einde van deze werkperiode zoo-»
zeer in het zient is, heeft een verslaggever
van het A. N. P. nog eens een kort onder
houd gehad met een der naaste medewer
kers van den directeur-generaal, teneinde
eenige indrukken te krijgen over tot dus
ver behaalde resultaten.
In de eerste plaats kon worden ge
constateerd, da* de. stemming van het
publiek, welite in het begin der werk
zaamheden nogai eens van tegenzin
blijk gaf, zich geleidelijk ten goede
heeft gewijzigd. Vooral de laatste huis
collecte heeft reden gegeven deze gun
stige kentering vast te stellen. Want
thans kan reeds worden aangenomen,
dat de op.brengst van deze midden
Maart gehouden collecte niets onbevre
digend zal zijn, al is het uiteindelijk
bedrag nog niet met juistheid te zeg
gen, omdat van tal van gemeenten de
opgaven nog moeten binnenkomen.
Wat nu de resultaten van de gehouden
collectes betreft, is reeds medegedeeld, dat
de opbrengst over de eerste drie maan
den der werkperiode bijna 3 millioen gul
den heeft bedragen, welk bedrag ook reeds
werd uitgekeerd. Over het tweede tijdvak
van drie maanden wordt eenzelfde resul
taat verwacht en op grond hiervan is tot
Mei dan ook in tonaal een bedrag van onge
veer 51/2 millioen gulden toegewezen,
welke toewijzing bij eenzelfden gang van
zaken als tot dusver als redelijk gedekt
kan wörden beschouwd. Tot nu toe zijn de
opbrengsten geheel in overeenstemming
met die verwachting, en het is dan ook te
hopen, dat met de twee nog restende col
lectes dezelfde lijn worden doorgetrok
ken. Als sluitsteen van de actie is daarom
de Mei-collecte over en weer een zaak van
groot vertrouwen, opdat de mede daarop
gebaseerde toewijzingen ook ten volle zul
len kunnen worden uitgekeerd.
OFFERT GUL VOOR UW BEHOEFTIGE
LANDGENOOÏFN.
DE WAARDE-BONS VAN WINTERHULP
NEDERLAND
De directeur-generaal van de stich
ting Winterhulp Nederland maakt be
kend, dat de termijn, waarbinnen de
waardebonnen series a, b, c, d en e bij
de winkeliers en handelaren kunnen
worden aangeboden, in afwijking van
den op de voorzijde vermelden tekst,
is verlengd tot uiterlijk 31 Mei 1941.
De verzilvering van deze series
waardebonnen bij alle banken en spaar
banken kan eveneens in afwijking van
den op de rugzijde vermelden telkst ge
schieden tot 31 Juli 1941.
De banken en spaarbanken kunnen
de ingewisselde waardebons uiterlijk
den 15den Augustus 1941 inzenden bij
de kasvereeniging N.V. te Amsterdam.
Deze maatregel is getroffen in ver-
band met het feit, dat uit het publiek de
wensch naar voren is gekomen over een
ruimere periode in de gelegenheid te
worden gesteld, op deze wijze goederen
aan te koopen.
De omzetbelasting op
peulvruchten.aard
appelen en eieren
Vereenvoudiging van de
heffing
Producenten thans vrijgesteld
Men schrijft ons van bevoegde zijde:
Tengevolge van de bestaande maatrege
len op het gebied van de voedselvoorzie
ning mogen peulvruchten, aardappelen en
eieren uitsluitend door tusschenkomst van
bepaalde lichamen of personen worden af
geleverd. Ten aanzien van de heffing van
omzetbelasting van deze producten is een
vereenvoudiging verkregen door de belas
tingheffing naar die lichamen of personen
te verplaatsen. Hiermede is bereikt, dat de
producenten ten aanzien van deze produc
ten buiten de heffing van de omzetbelas
ting blijven.
Peulvruchten.
Peulvruchten moeten door tusschen
komst van een provinciale inkoopcentrale
en akkerbouwproducten (P.I.C.A.) worden
geleverd aan de Nederlandsche inkoop
centrale van akkerbouwproducten (N.I.C.
A.) Aan deze laatste wordt een vergun
ning ingevolge artikel 14, tweede lid, van
het besluit verleend. De levering van peul
vruchten door den producent aan de P.l.
C.A. en door de P.I.C.A. aan de N.I.C.A.
kan men vrijstelling van omzetbelasting
geschieden zonder dat de overlegging van
een bestelorder behoeft te worden gevor
derd.
Aardappelen.
Aardappelen moeten door den producent
worden geleverd aan de vereeniging ter
behartiging van den Nederlandschen aard-
appelhandel (V.B.N.A.). Aan de V.B.N.A.
wordt een vergunning ingevolge artikel 14,
tweede lid, van het besluit verleend. De
levering van aardappelen door den produ
cent aan de V.B.N.A welke levering als
regel door bemiddeling van z.g. kooplie
den en commissionnaris plaats vindt
kan met vrijstelling van omzetbelasting
geschieden zonder dat de overlegging van
een bestelorder behoeft te worden gevor
derd.
Eieren.
Eieren mogen ingevolge het crisis-
eierenbesluit-1940 niet door de producen
ten rechtstreeks aan den consumenten
worden afgeleverd, doch moeten worden
afgeleverd door tusschenkomst van in vo-
renvermeld besluit aangeduide tusschen-
handelaren, die als georganiSeerden moe
ten zijn aangesloten bij de stichting Ne
derlandsche centrale voor eieren en pluim
vee. De eieren moeten door de producen
ten aan „verzamelaars" en door de „ver
zamelaars" aan „handelaren" worden afge
leverd. De „handelaren" moeten alle eie
ren, behalve die, welke worden uitgevoerd,
afleveren aan „grossiers". Alleen de
„grossiers" mogen de eieren in het binnen
land aan kleinhandelaren en aan bakke
rijen en ander eierverwerkende bedrij
ven afleveren.
In verband met het bepaalde in de arti
kelen 14, tweede lid, en 28 van het besluit
is ten aanzien van de belastingheffing van
eieren het volgende bepaald. De levering
van eieien door de producenten aan de
„verzamelaars", door de laatsten aan de
„handelaren" en door de „handelaren" aan
de „grossiers" kan met vrijstelling van
omzetbelasting geschieden, zonder dat de
overlegging van een bestelorder behoeft te
worden gevorderd.
In verband met de omstandigheid dat,
tengevolge van deze regeling ,van de
producenten, „verzamelaars" en „hande
laars" geen omzetbelasting wordt geheven,
zijn de „grossiers" bij aflevering van eie
ren aan kleinhandelaren en aan de eier
verwerkende bedrijven anders dan op
bestelorder omzetbelasting verschuldigd
naar het tarief van een en zeven tiende
(1,7) percent. Een vergunning ingevolge
artikel 14, tweede lid, van het besluit aan
eiken „verzamelaar" en „handelaar" af
zonderlijk behoeft niet te worden ver
leend. Wel worden zoodanige vergunnin
gen uitdrukkelijk verleend aan de „gros
siers".
In gevallen, dat vorenbedoelde centrale
aan producenten ontheffing heeft ver
leend van het verbod om rechtstreeks aan
consumenten af te leveren is de producent
uiteraard op de gewone wijze omzetbelas
ting verschuldigd.
De heffing van omzetbelasting van peul
vruchten, aardappelen en eieren volgens
vorenstaande regeling wordt geacht te zijn
in werking getreden op 1 Januari 1941.
OMZETBELASTING VOOR VEE.
Van bevoegde zijde wordt het volgende
medegedeeld:
In verband met de omstandigheid, dat
de heffing van omzetbelasting van vee ge
heel overeenkomstig de bepalingen van
het besluit op de omzetbelasting 1940 tot
vele moeilijkheden aanleiding zou geven
en mede in verband met het feit, dat al
het voor de slacht bestemde vee moet wor
den geleverd door tusschenkomst van de
Nederlandsche veehouderij centrale, is ten
aanzien van de heffing van omzetbelas
ting van vee tot nader order de navolgen-
de regeling getroffen.
De levering door veehouders van runde
ren, varkens, paarden, schapen en geiten
hierna kortheidshalve aangeduid als
vee is onderworpen aan een heffing
naar het tarief van twee en een half per
cent. Het vorenstaande lijdt slechts uit
zondering in gevallen, waarin de veehou
der kan aantoonen, dat Hij als veehande
laar is opgetreden. Een veehouder is aan
te merken als veehandelaar ten aanzien
van ingekocht vee, dat hij binnen zeer
korten tijd doorlevert.
Ter zake van den eigenlijken handel in
vee' wordt omzetbelasting slechts geheven
bij levering door de Nederlandsche vee
houderijcentrale en wel naar het tarief
van een half percent. De levering van vee
door veehandelaren behalve de Neder
landsche veehoiüierijcentrale is mits
dien niet aan omzetbelasting onderwor
pen. Hieruit volgt tevens, dat een veehou
der, die vee levert, ten aanzien waarvan
hij volgens het vorenstaande als veehan
delaar kan worden aangemerkt, voor deze
levering omzetbelasting niet is verschul
digd.
Ter zake van het door veehouders voor
eigen gebruik beschikken over vee vindt
belastingheffing niet plaats.
In verband met de omstandigheid, dat
de Nederlandsche veehouderijcentrale
over het grootste gedeelte van het eerste
kwartaal heeft gerekend met betaling
door haar aan het rijk van omzetbelasting
naar het tarief van twee en een half per
cent, is, om redenen van practische aard,
goedgekeurd, dat de belastingheffing bij
veehouders terzake van de levering van
vee een aanvang neemt met ingang van
1 April a.s.
EEN BORREL
De borrel wordt gerantsoeneerd.
Wat moet dat nou? Allen die drank
verkoopen krijgen nu voortaan nog-
maar 55 van hun omzet over 1939.
Dat is dus ongeveer de helft en
iemand die gewend was drie glaasjes
te drinken, krijgt er nu maar ander
half. Ik vraag mij af, waarom dat
noodig is. Hier schijnt dat noodig te
zijn, omdat wij in onze overmaat
van weelde jenever stoken van graan,
dat toch feitelijk bestemd is voor
brood. Moet dat nou beslist? De oude
Germanen, die ons heden ten dage
ten voorbeeld worden gesteld, brouw
den hun bier van gerst. De Russen sto
ken hun jenever van aardappelen, de
Grieken van pruimen en de Hongaren
van abrikozen en of dat nou jenever,
wodka of palinka heet, doet niets ter
zake. Maar laten wij dan eens pro-
beeren van iets anders jenever te
jenever laat stoken.
Ik denk zoo bij mij zelf, waarom
eten de koeien zoo graag ingekuild
gras? Ik heb geen verstand van zulke
dipgen, maar da's ook niet voor niks,
wed ik. Indien men kans ziet van
lindebloesem thee te fabriceeren, dan
moet er toch zeker een of ander groei
sel te vinden zijn,waaruit zich een
jenever laat.
Waarom ik zoo ijver voor het be
houd van een borrel?
"Weet U nog, dat er kort geleden
hier in de buurt een bom moet zijn
gevallen en wij allemaal zaten te
trillen op onze stoelen? Nou, toen
heb ik gauw een borrel gevat voor
den schrik.
Wat moet dat dan, als ik weer eens
schrik?
.J
De oudste schaapskooi van Drente, welke zich te Kralo bevindt, is weer .in bedrijf". De kudde
verlaat den stal, om op de heide voedsel te gaan zoeken (Foto Pax-Holland)
Weekabonné's die geabon
neerd zijn op het Geïllustreerd
Zondagsblad moeten dit thans
betalen.
Verschuldigd bedrag 10.52
MAXIMUM-PRIJZEN VOOR GARNALEN
EN MOSSELEN
De secretaris-generaal van het departe
ment van Landbouw en Visscherij deelt
mede, dat met ingang van Maandag 7 April
1941 maximum-prijzen zijn vastgesteld voor
garnalen, mosselen en mosselzaad.
Wat garnalen betreft, mag den consument
voor gepelde garnalen ten hoogste 0.26 en
voor ongepelde garnalen niet meer dan
0.08 per ons in rekening wordeh gebracht.
De prijzen van mosselen mogen voor den
consument niet hooger zijn dan f 0.10 per
kg. voor ongeknipte en 0.15 per kg. voor
geknipte mosselen. De handelaren, die di
rect aan het publiek verkoopen en afleve
ren, zijn verplicht op voor de koopers dui
delijk zichtbare plaatsen prijslijsten te bé-
vestigen.
De prijslijsten zullen van flinke afmetin
gen moeten zijn en bij winkeliers zijn aan
gebracht in den winkel en de étalages. Bij
de venters, die bij het verhandelen van
voertuigen gebruik maken,, zullen de prijs
lijsten op in het oog vallende wijze' daarop
moeten worden bevestigd.
MAXIMUM-PRIJZEN VOOR
ZOETWATERVISCH
De secretaris-generaal van het departe
ment van Landbouw en Visscherij deelt
mede:
Met ingang van Maandag 7 April 1941
zijn maximumprijzen vastgesteld voor zoet-
watervisch.
Voor het geval een consument de visch
rechtstreeks van den visscher koopt zal de
prijs, waarvoor hij de visch ontvangt, niet
hooger mogen zijn dan de prijs, waarvoor
de groothandelaar aan den kleinhandelaar
aflevert.
Voor zoo ver zoetwater visch wordt ver
kocht in partijen, waarin verschillende
soorten of» sorteeringen voorkomen en één
van deze soorten of sorteeringen bedraagt
meer dan 20 pet. van de geheele partij, geldt
als maximum verkoopprijs de maximum
prijs van de goedkoopste in die partij aan
wezige vischsoort of sorteering.
Ook hier is dezelfde bepaling inzake prijs
lijsten gemaakt als boven vermeld.