UW BOEKHANDELAAR
Weerbericht
Toerisme
bij honk
RIJNSTREEK
VRIJDAG 4 APRIL 1941
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BLAD - PAG. 2
Abonnementsprijs: voor Leiden 20
cent per week; 2.63 per kwartaal.
By onze agenten 21 cent per week;
2.73 per kwartaal. Franco per post
3.10 per kwartaal. Geïllustreerd
Zondagsblad 0.52 per kwartaal.
Losse nummers 5 cent, met geïll.
Zondagsblad 9 cent.
Advertentiën: 32 cent per regel.
Ingezonden mededeeLingen dubbel
tarief. Telefoontjes hoogstens 30
woorden, 55 cent per plaatsing,
alléén Woensdag en Zaterdag.
ZONS OP- EN ONDERGANG.
Zon onder 8.18 uur Vrijdagavond.
Zon op 7.07 uur Zaterdagochtend.
MAANSTANDEN.
4 April: De maan komt Vrydagvoormid-
dag om 11.43 op en gaat Zaterdagnacht om
3.28 uur onder.
(Eerste kwartier).
5 April: De maan komt Zaterdagmiddag
om 12.39 uur op en gaat Zondagmorgen om
4.08 uur onder.
6 April: De maan komt Zondagmiddag om
1.44 uur op en gaat Maandagmorgen om
4.45 uur onder.
7 April: De maan komt Maandagmiddag
2.54 uur op en gaat Dinsdagmorgen 5.28
uur onder.
8 April: De maan komt Dinsdagmiddag
4.08 uur op en gaat Woensdagmorgen 5.48
uur onder.
9 April: De maan komt Woensdagmiddag
5.26 uur op en gaat Donderdagochtend 6.18
uur onder.
IQ April: De maan komt Donderdagavond
om 6.47 op en gaat Vrijdagmorgen om 6.48
uur onder.
(Volle maan).
11 April: De maan komt Vrijdagavond om
S.ll uur op en gaat Zaterdagochtend om
7.17 uur onder.
('piioiioiicDiioiioiioiioiioiicr.
Verduisteringstijden
Er is bepaald, dat er verduisterd
moet worden tusschen zonsonder- 0
gang en zonsopkomst.
Deze tijden zijn voor hedenavond r
en morgenochtend: U
ZONSONDERGANG
8.18 uur.
ZONSOPKOMST
7.07 uur. Q
Tusschen deze beide tijden dient Q
er dus verduisterd te worden.
0
VI OIIOIIOIIOIIOIIOIIOIIOIIO
TEGENWERKING VOEDSEL
VOORZIENINGSMAATREGELEN.
Het Rijksbureau voor de voedselvoorzie
ning in oorlogstijd deelt het volgende
mede:
Een ernstig geval van tegenwerking der
overheidsmaatregelen op het gebied der
voedselvoorziening is onlangs door den
centralen crisis-controledienst in samen
werking met de Amsterdamsche politie aan
het licht gebracht.
De Nederlandsche zuivelcentrale heeft
eenigen tijd geleden bij handelaren van
mager melkpoeder een deel van hun voor
raad geblokkeerd. Deze poeder moest der
halve ter beschikking van de centrale blij
ven. Bij controle naar de hoedanigheid van
het poeder bleek echter, dat bij de firma
P. Bindt en Zn. te Amsterdam een gedeel
te niet meer aanwezig was. Tegen het uit
drukkelijk gestelde verbod in, heeft deze
handelaar een gedeelte verhandeld, terwijl
een ander deel tot „kunstroom" was ver
werkt. Voorts bleek, dat het restant, een
aanzienlijke hoeveelheid, deels op zeer on
voldoende wijze was bewaard, waardoor
bederf in de hand was gewerkt, deels zelfs
moedwillig was beschadigd. De nog bruik
bare poeder is onmiddellijk" bij den hande
laar weggehaald, terwijl de volgende maat
regelen genoTnep zijn: schorsing der firma
als georganiseerde bij de zuiver-centrale
alsmede instelling van een tuchtrechtelijke
vervolging.
Voorts is tegen de verantwoordelijke
personen procesverbaal opgemaakt, terwijl
de nog onder de firma berustende voorra
den in beslag zijn genomen.
Uit het voorgaande blijkt, dat belang
hebbenden er goed aan doen zich aan de
gestelde voorschriften te houden, aange
zien zij zich anders aan strenge maatrege
len blootstellen.
Katholiek Comité van actie
„Voor God"
God Is onze toevlucht en
sterkte,
Een machtige hulp in den nood;
Dus vreezen wij niets, al wordt
de aarde uit haar voegen gerukt.
(P.. 45)
W. S. M. EN N. Z. H. T. M. BU DE
NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN.
Door overname aandeelen-kapitaal.
Naar het „Nederlandsch Dagblad" van
de zijde der Directie van de Westlandsche
Stoomtramweg Maatschappij te Loosdui
nen verneemt, is dézer dagen deze maat
schappij overgegaan in handen van de Ne
derlandsche Spoorwegen, als gevolg van
de omstandigheid dat deze grootendeels in
het bezit is gekomen van het aandeelen-
Het is als gevolg van deze omstandig
heid, dat de Directeur der Westlandsche,
Jhr. ir. J. Roëll thans is benoemd in de
directie van de Noord-Zuid-Hollandsche
Tramweg Maatschappij, die reeds eerder
in beheer van de Ned. Spoorwegen was
overgegaan.
In de toekomst zullen dus de W. S. M.
en de Noord-Zuid-Hollander binnen het
beheer der Ned. Spoorwegen onder één
leiding komen te staan.
In het eind van het vorig jaar werd de
medewerking gevraagd van de Provin
ciale Staten van Zuid-Holland inzake de
overname van aandeelenkaptaal der W. S.
M. Die gevraagde medewerking werd ver
leend, en thans is een definitieve regeling
met de Spoorwegen tot stand gekomen.
Naar jhr. Roëll mededeelde, bestaat er
geen voornemen in de wijze van exploi
tatie der beide maatschappijen een veran
dering aan te brengen.
Agenda
Zaterdag, R. K. Beclasseeringsvereeniging
Afd. Leiden, bureauzitting St. Vin-
centiusgebouw, Hoogl. Kerkgr. 32,
4 uur nam.
De avond-, nacht- en Zondagsdienst der
apotheken te Leiden wordt van Zaterdag
29 Maart 20 uur tot Zaterdag 5 April 8 uur
waargenomen door de apotheek „Tot Hulp
der Menschheid", Hooigracht 48, tel. 21060
en dee Doeza-apótheek, Doezastraat 31,
tel. 21313.
Te Oegstgeest wordt deze dienst waar
genomen door de Oegstgeestsche Apotheek,
Wilhelminapark 8, tel. 26274.
HET GRAVENSTEEN.
Er kleeft bloed aan de muren van ons
stille Gravensteen. De Gerechtigheid
meestal geconcretiseerd tot een welge
vormde vrouw, een weegschaal ophoudend
heeft hier eeuwen-lang haar woontent
gehad, en deze Gerechtigheid, hoe vrou
welijk en zachtzinnig ook van postuur,
was uiterst norsch en hardhandig in
haar oordeelvellingen en vaak ook on
rechtvaardig. De blinddoek, die haar voor
de oogen is gebonden, en die alle partij
digheid bij het vonnis behoorde uit te
bannen, heeft haar dikwijls belet de ge-
dagvaarden zielkundig te doorgronden en
onderscheid te maken tusschen goede en
kwade trouw. Met name bij het berechten
van de overtuigde aanhangers en aan
hangsters van het opkomend Protestantis
me raakte Vrouwe Justitia de kluts kwijt,
en had Zij beter gedaan het blindemanne
tje-spelen te staken.
Het Gravensteen, zooals het daar nu
staat, oud, rustig en afgeleefd, heeft de
eerbiedwaardigheid van een vergrijsden,
stram geworden beul, die zich zijn stren
ge onbarmhartigheid verwijt.
Het is een uitermate schilderachtig sa
menstel van gebouwen, met de kern de
grafelijke gevangenis, ombolsterd door
aanhangsels van later datum, terwijl de
nieuwe doelstelling een stedelijke
werkinrichting nieuwe aanbouwen
vergen gaat.
De kern, het eigenlijke „steen", bestaat
uit de vierkante gevangenis-toren groo
tendeels opgetrokken uit reuzen-moppen
en een zeshoekig flanktorentje. Beide
zijn goed-gemutst met hooge puntdaken;
op de peperbus-hoed van het zij-torentje
steekt een veer de windvaan, voorstel
lende het stadswapen met een stoeienden
leeuw.
Het „donjon" dagteekent, wat den on
derbouw betreft, uit de 13e eeuw, toen de
gray en naast hun huis (nu verdwenen)
een gevangenis ontwierpen voor de mis
dadigers uit het Rijnland (de Leidsche
poorters hadden het voorrecht van een
Hij zal U aanraden, fff
steeds één der c/VtJ-ffT
De WERELDGIDS, in boekvorn\ 3Zg0agk Met de nieuwe
grenzen en een zeer duidelijk ^^Sichtfichierin. Slechts I 0.80
GROOTE, VEELKLEURIGE WERELDKAART, duidelijk als
een Globe Jf 1.05
EUROPA-KAARTI 1.05
KOMPAS VAN DEN BALKAN0.80
ALBANIË -0.421/2
AFRIKA, met apart Abessinië, Noord-Afrika enz. f 0.521/2
ALPHEN AAN DEN RIJr.
Geboren: Willem Pieter z. van W. P.
Broer en W. de Pater Maria Johanna d.
van J. van Kampen en M. P. T. van den
Berg Nicolaas z. van S. C. Rijlaarsdam
en C. Verhagen.
Gevestigd: E. Schouten van Reeuwijk
J. C. Paalvast en echtg. van Maassluis
L. E. J. van Dieren Bijvoet van Bloemen -
daal H. Brunt van Woubrugge A.
Marskamp van Ter Aar P. .van Soest van
Amsterdam W. van der Ben van Utrecht.
Vertrokken: M. M. E. J. L. Manceau
naar Amsterdam J. Altona naar Gro
ningen G. Boermans naar Bolsward
W. van 't Hof naar Velsen-IJmuiden.
eigen rechtspleging). Toen in 1263 de gra
felijke kanselarij naar den Haag werd
overgebracht, geraakte het kloeke steen
van liever lede in verval. De graven ble
ken zich om hun Leidsche gevangenis niet
'veel meer te bekommeren. Na langdurige
onderhandelingen met Philips de Goede
werd in 1463 een overeenkomst gesloten
tusschen den landheer en de stad, waarbij
't Gravensteen aan de stad werd overge
daan, onder conditie, dat Leiden de ge
vangenis zou herstellen. In het Graven
steen werden sindsdien niet alleen de boe
ven uit het Rijnland achter slot en grendel
gezet, doch ook die uit de stad zelve.
Bij de bedongen restauratie werd het
bovenstuk van het gevang afgebroken, in
een kleinere steensoort herbouwd, en het
torentje toegevoegd. In dien staat kennen
we het nu nog. Het aardige venstertje
echter, waarboven een leeuwenkop met
een bijt-ring, is in de 16e eeuw toege
voegd.
Het steen heeft op de eerste verdieping
een „ridderkamer", zonder een noemens
waardig spoor van bekleeding; daaronder
ligt de verschrikkelijke career, een
overwelfde krocht, die oorspronkelijk van
alle licht-toevoer verstoken was. De klei
ne raampjes zijn vermoedelijk bij de
restauratie ln 1463 aangebracht. In dit
menschen-hol werden de ergste misdadi
gers door een gat in het gewelf neergela
ten, en, wanneer zij gevonnist of verhoord
moesten worden, wederom opgetrokken.
In het torentje wentelt zich een luchti
ge, uit Gobetanger natuursteen gehakte
trap spiralend omhoog.
Een tweede uitbreiding van de straat
af niet goed waar te nemen onderging
het Gravensteen in 1556, toen bij de be
strijding van de ontluikende ketterijen
men in de oude „vanghentoren" ruimte te
kort kwam. De nieuwe uitleg bevat vier
groote cellen, donkere krochten met klei
ne zeer hoog geplaatste raampjes. Daarin
werden de aanhangers van het Protes
tantisme opgesloten, om, meestal in den
Haag, terecht-gesteld te worden. Feil Vjk
kwam deze uitbreiding van cellen te laat,
want de ketter-jacht was op zijn hevigst
in de voorafgaande jaren, toen onverbid
delijk moest worden opgetreden tegen de
geestdrijverijen van de Wederdoopers (die
in 1534 het plan hadden beraamd de stad
in brand te steken), tegen de van sexueele
uitspattingen beschuldigde Davidjoristen
en tegen de gevaarlijke „Batenburgers".
In het bizonder ten jare 1544 werden zij
hier ter stede in groot aantal om het le
ven gebracht. Vrouwe Justitia, met een
blinddoek voor oogen, maaktq echter geen
verschil tusschen deze dweepzieken en
tusschen oprechte aanhangers van de nieu
we leer (aanvankelijk Lutherse!}; eerst
rond 1550 deed het Calvinisme zijn intre
de). Onder den druk der landsregeering
vielen ook onden, deze laatsten hier ter
stede vele slachtoffers. Vóór het Graven
steen bleven voorbijgangers luisteren naar
de vrome liederen, die de veroordeelden
in de kerkers zongen. Er waren onder hen
jonge heldinnen als Dieuwerke, die naar
het schavot ging, „met luste singhende
een nieuwe liet, wachtende beter ruste".
Na de Hervorming speelde het steen zijn
droeve rol verder. In 1578 werd Pisaren-
gis, een der samenzweerders in het com
plot van Leicester, om door een Calvinis-
tischen opstand tegen de eveneens Pro-
testantsche Staten, de macht in handen te
krijgen, in het Gravensteen op de pijnbank
gelegd. Hij bekende in doodangst alles wat
de heeren maar weten wilden en werd,
met zijn handlangers onthoofd.
De uitvoering van dit en vele andere
vonnissen had plaats vóór het gebouw, op
het „Groene Zoodje", dat omgeven was
door grachtjes. Dit „Groene Zoodje"
nu Gerecht werd door de spraakmaken
de gemeente spottend „schoonverdriet"
genoemd. In 1606 werd de overdekte boog-
galerij gebouwd, vanwaar de rechters de
voltrekking gadesloegen.
In 1618 ontstond een nieuwe ketter-jage-
rij, thans van Protestanten tegen Protes
tanten, uitvloeisel van de bekende leer
stellige twist tusschen Remonstranten en
Contra-Remonstranten. In de periode, dat
de eerstgenoemden het heft in handen
hadden, zouden we menigen Gomarist in
het Gravensteen aantreffen. Toen, na een
persoonlijk ingrijpen van Prins Maurits,
ook in Leiden de bordjes verhangen wer
den, ontstond een echte vervolging van
Arminianen, zoodat Vondel in een zijner
dichtwerken uitbarstte, dat „op 's Grave-
steyn de Christe zielen sterven". Eerst in
1668 luwde de haat tegen de Remonstran
ten.
Weinig bevorderlijk voor de overigens
goede zaak van de Remonstranten was de
ontdekking hier ter stede van een aanslag
op Prins Maurits in 1627. Eenigen van de
samenzweerders werden, na op de ge
bruikelijke zachtzinnige wijze in het Gra
vensteen tot bekentenis te zijn gebracht,
ter dood veroordeeld.
Intusschen had het Gravensteen, behal
ve als gevangenis, ook een vreedzamer,
zij het niet minder hardhandige be
stemming gekregen. De groote armoede in
de stad na het beleg deed de criminaliteit
vooral onder de jeugd toenemen.
De voortvarende stads-secretaris, de
dappere Jan van Hout, ontwierp een
plan om naast Gravensteen een „tucht- of
werekhuis" ook wel spinhuis genoemd, te
stichten.
Van zijn prachtig ontwerp is niet veel
terecht gekomen. Het kwam hierop neer,
dat het Gravensteen eenigszins werd uit
gebreid aan de Zuidzijde.
Hoe degenen, die in het tuchthuis wer
den opgenomen, onder deduim werden
gehouden, blijkt uit enkele aankoopen
voor den nieuwbouw, waarin sprake is
van „ijzeren joffers", geeselpalen, boeien,
verzwaard met ketenen van 20 tot 50
pond gewicht en van vier stuks dief ijzers.
Een nieuw plan voor een tucht- of spin
huis dateert van 1654. Het ontwerp werd
opgedragen aan den bekenden bouwheer
Arend van 's Gravenzande, die ook de
Lakenhal, de Doelenpoort en de Marekerk
gewrocht heeft.
Het nieuwe spinhuis hetwelk nog ge
heel aanwezig is werd gebouwd aan de
Oostzijde van het Gravensteen; tegelijker
tijd werd de gevel van het geheele ge
bouwencomplex aan het Pieterskerkhof
tot een monumentaal geheel opgetrokken.
De klassicistische fagade wordt bekroond
door een Justitia-beeld en door met bloe
men gevulde vazen.
Het nieuwe spinhuis was meer een ver
beteringsinstituut dan een tuchtkolonie.
Het doel was om lieden bezig te houden,
„die bekwaam en sterk zijnde om voor
haren gezinnen met haren handen arbeyt
de kost te kunnen winnen en die nochtans
uit pure luiheid ende boosaardigheid niet
willende doen, en dikwijls nog de almis-
sen hem gegeven onmiddellijk verqwis-
ten en verdrinken".
Aan de luiheid en boosaardigheid wist
men in het Spinhuis krachtig een einde
te maken.
Op de binnenplaats kan men thans nog
de afdruk zien van de geeselkolom, waar
aan de onwilligen tot betere gedachten
werden gebracht. Ter weerszijden van de
geeselkolom zijn twee ijzeren ringen in
de muur achtergebleven, waaraan de spin
huisklanten met uitgestrekte armen tij
dens de geeseling werden vastgebonden.
(Er bestaat eenige hoop. dat de kolom en
de ijzeren ketenen, die thans in de Gevan
genpoort worden bewaard, naar het Gra
vensteen terugkeeren).
De overige gedetineerden konden deze
strafuitoefening gadeslaan. Op de sombe
re vochtige binnenplaats, waar de terecht-
gestelden ook gelucht werden, zagen alle
vensters uit, zoowel van de mannen als
van de vrouwen-afdeeling. Aan de bui
tenzijde had het Spinhuis geen vensters,
op het huis van den cipier na. De buiten
muren vertoonden en vertoonen slechts
„blinde" ramen. De bouw van het Spin-
ën Rasphuis was een aanleiding voor het
Stadsbestuur om de eigenlijke gevangenis
te vergrooten.
Aan den architect Van 's Gravenzande
werd opgedragen na te gaan of niet „eeni
ge plaatsen elders of onder het nieuw te
bouwen tuchthuys kon worden gemaakt
om daarin te logeeren sware gevangens,
waartoe het tegenwoordige gevangenhuys
kleine gelegenheit is".
Onder het tuchthuis werden vier kerkers
gebouwd, die, hoewel .ons land zijn „Gou
den Eeuw" van wetenschap en kunst be
leefde, in verschrikkelijkheid niet onder
doen voor de „career" uit de vroege mid
deleeuwen.
Het zijn nacht-donkere holen, afgeslo
ten door zware-brandkastdeuren. In deze
deuren was een spleetje, .waardoor het
licht van de keldergangen zou kunnen bin
nendringen; ook deze gangen zijn echter
in bijna volslagen duisternis gehuld.
Een rilling gaat den modernen bezoekers
door de leden bij het betreden, met een
kaarsje!, van deze krochten, waar de
„zware jongens" stevig geboeid en ge
ketend werden vastgehouden.
Om een verbinding tot stand te brengen
tusschen deze holen onder het tuchthuis
en de eigenlijke gevangenis in het Gra
vensteen, werd de galerij aan de zijde van
het Gerecht verlengd met eenige arcaden
en van kunstig gesmede tralies voorzien.
Bij de in een begin-stadium verkeerende
restauratie-werkzaamheden is boven de
arcaden een fries van metsel-mozaiek, af
gewisseld met kopjes, bloot gekomen.
Het Gravensteen was reeds uitgegroeid
tot een verward gebouwencomplex.
De laatste en niet de minst fraaie toe
voeging had plaats in 1671, toen, tegen
over de Papengracht, de statige „vier
schaar" werd gebouwd, naar een ontwerp
van den beroemden Van der Helm. Het
stadsbestuur wenschte de zetel van het
gerecht (voordien op het stadhuis) in gle
onmiddellijke nabijheid te brengen van
de gevangenis en de plaats der terecht
stellingen. Daartoe werd het fraaie palla-
diaansche paleisje opgericht: op een on
derbouw van natuursteen, een bovenbouw
van baksteen, versierd met pilasters en af
gedekt door een tympan met zwaar beeld
houwwerk in zandsteen van Xaveri: de
Gerechtigheid met zwaard en weegschaal
en de Waarheid, een spiegel bekijkend.
In het voorplein werden tegelijkertijd
groote wijzigingen gebezigd. Het vermaar
de „Groene zoodje" werd afgegraven, de
omringende muur geslecht en de grachten
gedempt.
Volgens een in 1671 genomen besluit,
zou „telckens wanneer executie van Justi
tie zal geschieden, een hout schavot, en
annex de voornoemde vierschaar regt te
genover de Papestraat opgeregt en ge
maakt worden, ten einde eenen iegelijk,
des begeerig zijnde, te bequamer de
voorsz. executie zouden kunnen aanschou
wen".
Het laatste doodvonnis is op die plaats
voltrokken in 1853, toen een man, die een
boerenmeisje uit Hoogmade op gruwelij
ke wijze had vermoord, aan de galg kwam
te bengelen.
Het Gravensteen heeft, nadat het als ge
vangenis had afgedaan, allerlei bestem
mingen gehad; het was militair magazijn,
en tijdens de wereldoorlog een militaire
„petoet", sindsdien boekenmagazijn van
„Templum Salomonis".
In 1890 kwamen zes gemeenteraadsleden
op de gelukkige gedachte het Graven
steen, „geheel ongeschikt voor eenig
doel", af te breken en in plaats daarvan
een concertzaal te bouwen, met de gevel
naar het Pieterskerkhof.
Men stelle zich voor: een gebouw zoo-'
als de Stadsgehoorzaal op de plaats van
het Gravensteen!
Het voorstel van de zes Vandalen ont
ving bij burgemeester Laat de Kanter een
allerminst gunstig onthaal, en, nadat de
commissie van het stedelijk museum een
vernietigend rapport had ingezonden,'
waarin gewezen werd op de historische
beteekenis en kunstwaarde van het ge
bouw, duikelde het voorstel van de zes
„vooruitstrevenden".
Aan den raad, in het gemelde rapport
gegeven, het Gravensteen te herstellen en
bewoonbaar te maken, is geen gevolg ge
geven.
Het gebouwen-complex werd verwaar
loosd, doch zal dit jaar grondig en met
piëteit gerestaureerd worden door ir. Hugo
van Oerle. Het gebouwen-complex, aan
voor- en achterzijde uitgebreid, zal dienst
gaan doen als stedelijke werkinrichting,
VENATOR VAGANS.