De nieuwe president der Ned. Bank Laatste Berictiten RIJNSTREEK Burgerlijke Stand MARKTBERICHTEN OHicieele Publicatie DONDERDAG 27 MAART 1941 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BUD - PAG. 3 nog niet; Nog niet een kijkje genomen in de eta lages van de firma Geijer, Botermarkt? Doe het nog. Tenzij gy alles weet, is or allicht iets aar digs voor u te koop voor enkele centen of een paar dubbeltjes. De expositie van de uitgaven van het katholiek comité van actie Voor God" want diè bedoelen'wij duurt tot en met Zaterdag. COLLECTE WINTERHULP. De vorige week gehouden huis-aan-huis lystcollecte voor Winterhulp heeft hier ter stede opgebracht 1794.08. OPENBARE LEESZAAL EN BIBLIOTHEEK „REUVENS". Onder voorzitterschap van dr. A. A. van Rynbach hield de Openbare Leeszaal en Bibliotheek „Reuvens" haar jaarvergade ring, waarin de secretaresse, mej. dr. J. H. van Lessen, het verslag over het afgeloo- pen jaar uitbracht. Hieraan is het volgende ontleend: Aan tal leden op 1 December 1940: 1747 (waar onder 282 buitenleden). 70 nieuwe werk- loozen ingeschreven. 189 militairen en le den van den opbouwdienst ingeschreven. 254 leden der jeugdbibliotheek. 87 leden by het correspondentschap Voorschoten. Het boekenbezit vermeerderde met 501 deelen, het aantal brochures verminderde met 110. De openstelling van leeszaal en biblio theek moest worden gewijzigd wegens de verduistering op straat; in het laatst van het jaar werd de zaal reeds om 7 uur ge sloten. De studiezaal werd door 1576 personen bezocht. Tot 1 October bezochten 1973 mi litairen en „opbouwers" de leeszaal. Daar na hield het bezoek op. Het totaal der uitgeleende boeken in Leiden bedroeg 85614 (55614 deelen ont spanningslectuur en 30050 studieboeken). Aan werkloozen werden uitgeleend 5744 deelen, in de jeugdbibliotheek 14276 dee len, aan militairen 1784 deelen, aan andere instellingen 134 deelen, in het correspon dentschap Voorschoten 6647 deelen. Met ingang van 1 Juli 1940 is de as sistente mej. D. Wiersma vast aangesteld, na een jaar tijdelijk te zijn werkzaam ge weest. De samenstelling van het dagelijksch en algemeen bestuur en tevens die van het college der „gewone leden" bleef ongewij zigd. De rekening van den penningmeester, den heer B. W. de Waal, sloot met een be drag van 15.397.08 1/2. Voor schuldaflos sing en afschrijving was een bedrag van 911.83 1/2 beschikbaar zoodat de uit komsten gunstig zijn. De jaarverslagen werden onder dank goedgekeurd, waarna sluiting der verga dering volgde. VEREENIGING VOOR VEILIG VERKEER. Jaarvergadering van de afdeeling Leiden. In een der bovenzalen van café-restau rant „De Harmonie" hield gisteravond de afd. Leiden en Omstreken van de Ver- eeniging voor Veilig Verkeer haar matig bezochte jaarlijksche algemeene ledenver gadering, welke werd voorgezeten door den heer mr. N. J. Rowaan. Na behandeling der ingekomen stukken en goedkeuring der notulen, bracht de secretaris, de heer F. J. de Jong het jaar verslag over 1940 uit, waarin werd mede gedeeld, dat de activiteit der afdeeling ten zeerste heeft geleden onder de oorlogsom standigheden. De jeugdverkeersexamens vonden in 1940 geen doorgang, hoewel de voorbereidingen geheel gereed waren. De heer M. J. Kwint, die sedert 1933 het voor zitterschap bekleedde, was wegens vertrek naar elders genoodzaakt zijn functie neer te leggen; hij werd opgevolgd door mr. N. J. Rowaen. Tot voorzitter der Verkeers- Onderwijscommissie werd benoemd de heer B. van Julsingha, inspecteur L. O. zulks in de plaats van den heer H. van Slooten Jr., die bereid werd gevonden tijdelijk het secretariaat dier commissie op zich te ne men. Het ledental bleef in 1940 stationair en bedroeg op 31 December j.L 352. Het verslag eindigde met een opwekking om in het algemeen belang ook in de naaste toekomst de Veilig-Verkeersgedachte te blijven propageeren. He verslag werd on der dank aan den secretaris goedgekeurd. Uit het verslag van den penningmees ter, den heer B. J. Moolennaar vernamen wij, dat de ontvangsten 395.25 bedroegen en de uitgaven 12.10. Na aftrek van het nadeelige saldo over 1939 ad f 17.05, blijft er derhalve een voordeelig saldo over bei de jaren van 251.10. Nadat de heer J. G. van der Zanden na mens de Kascommissie had gerapporteerd, dat de boeken en bescheiden van den pen ningmeester in orde waren bevonden, werd deze functionaris onder dankzegging voor het gevoerde beheer gedechargeerd. Van de periodiek aftredende bestuursle den, de heeren D. W. van der Wal, J. C. Krijger en S. Er kelens werden de eerste twee bij acclamatie herkozen, terwijl be sloten werd in de vacature-Erkelens voors hands niet te voorzien. Tot leden der kas commissie voor 1941 werden benoemd de heeren T. Groene veld (aftredend) en J. C. van Elsgeest. Bij de rondvraag vestigde de voorzitter, de aandacht op de begin Mei te houden jeugdverkeersexamens en hy bracht dank aan de heeren van der Wal en Hofstede, inspecteurs van politie te dezer stede, die het loffelijk initiatief namen en dit ook verwezenlijkten om voor een duizendtal schoolkinderen een tentoonstelling en cur sus in aanschouwelijk verkeersonderwys ih te richten. REDE BIJ ZIJN AMBTSAANVAARDING. Mr. M. M. Rost van Tonningen, die be noemd is tot president van de Nederland- sche Bank heeft hedenmorgen zijn nieuwe ambt aanvaard met het uitspreken van een rede, waarin hij herinnerde aan de ineen storting van het Engelsche pond in Sep tember 1931. Deze ineenstorting trof het Britsche volk totaal onvoorbereid. Achter deze en dergelijke gebeurtenissen kondigde zich de ontzettende tragedie van een wereldrijk in den ondergang aan. Ons land sloot ter afweer der devaluatie pogin gen onmiddellijk na de ter bezwering van alle economische ziekteverschijnselen der kapitalistische wereld georganiseerde eco nomische conferentie van het voorjaar 1933 met eenige landen een accoord. Dit z.g. goudblok heeft 3 jaar lang tegen den stormloop der Angelsaksische aanvallen tegen de stabiliteit van hun betaalmidde len stand gehouden. In September 1936 moest echter ook ons betaalmiddel het onderspit delven. De gulden werd gedevalueerd. Dezelfde lei ders, die tot op dat oogenblik de stabiliteit van ons betaalmiddel als het financieele evangelie hadden verkondigd, verheugden zich nu plotseling over de z.g, welgeslaag de devaluatie. Hieruit blykt wel de toenemende verwar ring die in de met millioenen werkloozen bezwaarde kapitalistische democratieën heerschte. Daartegenover stelt het nieuwe Europa geen nieuwe leerstelling op, doch het herstelt de wijsheid der voorvaderen in eere, zooals deze bestond vóór de kapitalis tische ontbinding onzer volkeren. Niet de grootere of kleinere hoeveel heid van goud, doch de arbeid alleen is immers naar de vaste overtuiging van de leiders van het nieuwe Europa de grondslag voor de welvaart van een volk. Niet het bedelen op internationale mark ten voor het behoud van een afzet der nationale productie, maar de zelfverzor- ging der volkeren, tenminste voor zoover betreft de goederen, die voor het leven onontbeerlijk zijn, is het beginsel van het volkshuish oudelij k stelsel van dit nieuwje Europa. Niet de economische verbinding met verafgelegen gebieden, maar de soli daire samenwerking van nabuurvolken van hetzelfde ras, de z.g. grootruimte-economie is het programma van de wordende Euro- peesche herordening der volkshuishouding. Deze grootruimte-economie voltrekt zich op het oogenblik met de elementaire kracht van een natuurverschijnsel. En dit niet slechts in ons oude Europa, maar op den geheelen aardbol. Vier grootruimten laten zich reeds thans onderkennen, n.L Ame rika, de snelgroeiende Japansch-Aziatische grootruimte, Rusland en de onder Duitsche leiding voortgaande ordening van het Eu- ropeesche vasteland. In al deze vier ruimte-economieën is de volkshuishoudelijke uitbreiding in het hui dige tijdsgewricht meer of minder Zuid waarts gericht. Na het afsluiten van de economische l^prordening van Europa komt Afrika aan de beurt, dat binnen de Euro- peesche ruimte-economie zal worden be trokken. Het Nederlandsche volk staat nu temidden van dit natuurverschijnsel. Het kan zich innerlijk van deelname aan het geweldig gebeuren onthouden, het kan echter ook in deze Europeesche herorde ning leidend deelnemen. Doet het dit laat ste niet, dan wordt over de hoofden van ons volk heen de Europeesche opbouw on der leiding van anderen voltrokken. Zulk een houding is onzer echter onwaardig. Het heeft geen zin, om op het oogenblik de handen in de schoot te leggen en te treu ren over de overzeesche verbindingen, die toch voor den duur van den oorlog zijn afgesneden, en in deze omstandigheid een grond te vinden, om zich afzijdig te hou den. Tot aan het sluiten van den vrede hebben wij de gelegenheid, ons aandeel in de Europeesche ordening te verzekeren. Wij zijn juist in de laatste weken getui ge vande snelle uitbreiding, die de Euro peesche herordening in de Donaugebieden en den Balkan ondergaat. Wij beleven het wonder van een volkshui'shoudelijken op- bouwarbeid in een Europeesche grootruim te, rondom welke een wereldkrijg met alle kracht woedt. De opbouw van een Europeesche grootruimte-economie wil geenszins zeggen, dat wij duurzaam van de an dere grootruimten van deze wereld zijn afgesneden; integendeel, de ontwikke ling, die de waren- en dienstenuitwis seling na dezen oorlog tusschen de grootruimten dezer wereld zal nemen, zal des te krachtiger zijn, haar vlucht zal des te hooger zijn, naarmate reeds in vollen oorlogstijd de ordening van het Europeesche vasteland is voltooid. Aan deze taak behoort zich elke organi satie in het land en daarom ook de met den huidigen dag aan mij toevertrouwde Gistermorgen te kwart voor elf is brand ontstaan onder een tramwagen van de H.T.M., waar onder een balcon een hoe veelheid vergaard vet en olie vermoedelijk door vonken, ontstaan bij snel remmen, in brand is geraakt. Door een agent van po litie werd het vuur met een minimax ge- bluscht. De politiebrandweer behoefde geen dienst te doen. Gistermiddag te 6 uur ls een schoor steenbrandje ontstaan ten huize van den 49-jarigen bankwerker J. Z. S. in de Le liestraat 48. Het vuur werd met een ramo- neur gebluscht. Nederlandsche Bank te wijden. Naast deze algemeene taak, waarover wellicht in de toekomst nog het een en ander te zeggen zal zijn, is het de bestemming van de Ne derlandsche Bank, om zich in dienst te stellen van het arbeidende volk en de knechtschap onder een steriele goudbe goocheling af te wijzen. In tegenstelling tot de wisselende opvattingen der kapitalistische volks huishoudelijke leiders ben ik van mee ning, dat de dienstvervulling aan het volk, zoover het de Nederlandsche Bank betreft, in de eerste plaats moet gericht zijn op de onverwrikbare handhaving van de stabiliteit van ons betaalmiddel. Elke aanslag op den gulden bedreigt de koopkracht daarvan en derhalve de koop kracht van de loonen en het bestaan der arbeiders of arbeidsters in industrieën, landbouw, handel en ander takken van. be drijf. De stabiliteit van het betaalmiddel kan slechts worden behouden door den vol len inzet van den scheppenden en werken den mensch. De koopkracht van het geld is inderdaad niet gegrondvest op de hoe veelheid van het beschikbare goud, maar op den omvang der goederenproductie, die een volk te zijner zelfverzorging kan voortbrengen. Het spreekt vanzelf, dat juist nu, in den oorlog, een goed deel van de arbeidskracht van de Europeesche vol ken voor de productie van voor de krijgs handelingen onontbeerlijke goederen is ge bonden. Maar daarom is toch de verhoo ging van de goederenproductie, die voor het verbruik van ons volk onontbeerlijk is ten volle mogelijk, vooral in ons land, waar nog vele werkloozen naar werk snakken. Juist dezer dagen heeft een commis sie van vooraanstaande landbouwdes kundigen haar arbeid aangevangen om een z.g. slag voor snelle produotiever- hooging te strijden. Dit enkele voor beeld moge verduidelijken, op welke wijze wij opbouwend werkzaam kun nen zijn. De krachtsinspanning van het geheele volk is zooveel te meer noodig, waar wij met een zware erfenis belast zijn. Hoe was immers de toestand op den lOen Mei? De vlottende schuld bedroeg op dat oogenblik rond een half milliard. De geconsolideerde 3 6/10. De totale staatsschuld 'dus 4 1/10 milliard. Hierbij komt de door ons gega randeerde schuld van Indië ten bedrage van 11/10 milliard en de netto schuld van provinciën en gemeenten van 21/2 mil liard. In totaal een bedrag, dat de 8 mil liard begon te naderen. Onze staatsuitga ven begonnen reeds vóór den lOen Mei het enorme bedrag van 2 milliard te benade ren, waarbij ik de onzakelijke onderschei ding tusschen gewone en buitengewone uitgaven terzijde stel. De economie van het land schrompelde ineen, want ook toentertijd waren de Overzeesche verbin dingen grootendeels afgesneden. Onver moeid heb ik in het parlement en in woord en geschrift daarbuiten tegen de methode der ontreddering van staats- en volkshuishouding gestreden. Het is merk waardig, dat degenen, die daarvoor ver antwoordelijk zijn, die verantwoordelijk zijn voor de devaluatie van den gulden in 1936, zich op het oogenblik pogen uit te geven als de vijanden der inflatie, die zy zelf hebben bedreven. Ik kan diegenen, die in Den Haag en Amsterdam in het verleden land en volk door hun methoden in gevaar hebben ge bracht, de verzekerin* geven, dat ik on verbiddelijk aan de stabiliteit van ons be taalmiddel zal vasthouden, hoe diep ik ook het mes in de uitwassen zou moeten zetten. Het zou anderzijds echter dwaas zijn te willen loochenen, dat door den oor logstoestand de staatsfinanciën aan een sterkere belasting zijn blootgesteld dan in vredestijd. Doch hier komt ons de hiervo- ren geschetste ontwikkeling van de Euro peesche ruimte-economie te hulp. De aanleuning van den Nederlandschen gulden aan de Duitsche Mark is een nieuw element van kracht, daar de Duitsche Mark bezig is, zich tot een Europeesch be taalmiddel te ontwikkelen. Het is verba zingwekkend in deze te moeten vaststellen, hoe door een geweldige inspanning der Duitsche arbeiders de Mark, die in het jaar 1933 nog de meest bedreigde betaalmiddel van Europa was, thans muurvast is ge grondvest en den steun voor verschillen de Europeesche valuta's vormt. Het Nederlandsche volk, dat zoo vaak bewijzen heeft afgelegd, in moeilijke tyden tot uiterste krachtsinspanning bereid te zijn, zal thans de moeilijkheden weten te overwinnen, als wy eiken arbeider en elke arbeidster met het geloof aan den nieuwen tijd weten te vervullen. In dezen dienst aan het eigen volk is de Nederlandsche Bank een der vele arbeidsgemeenschappen. De toestand van bezetting van een land is een internationaal erkende status. Wij zijn dus verplicht, ook onzerzijds loyaal met de bezettingsautoriteiten samen te werken. Diegenen, die nog steeds gelooven aan een terugkeer der verzonken kapita listische wereld, zullen met rust worden gelaten, zoolang zy hun plicht loyaal ver vullen. Het Nederlandsche volk verkeert in een groote zielscrisis. En ik ben van meening, dat ieder den weg in de toe komst zelf moet vinden. Wy kunnen voor diegenen, die hun gemoed het meest geschokt zijn, goede kameraden zijn. Wij kunnen met geduld en begrip voor inner lijke moeilijkheden hen tegemoettTeden, in de hoop, dat ook eenmaal door hen de grootheid van dezen tijd herkend moge worden en dat de levensvreugde wederom bun deel moge zyn. Niemand kan echter verlangen, dat in de plichtsvervulling tegenover ons volk de tegemoetkomendheid zoover zou moéten reiken, dat deze plichtsvervulling geschon den of vernietigd zou kunnen worden. Binnenland BEMANNING VAN DE „TAPANOELI" IN VEILIGHEID. De directie van de N.V. Rotterdamsche Lloyd deelt ons mede, telegrafisch bericht te hebben ontvangen, blykens hetwelk de geheele bemanning van het stoomschip „Tapanoeli" in veiligheid is. ARRESTATIE IN VERBAND MET DEN MOORD OP VAN AS. Uit Dordrecht wordt gemeld: In ver band met den moord op den veekoopman Van As heeft de politie alsnog gearresteerd den 32-jarigen D., van wien is gebleken, dat hij behulpzaam is geweest bij het vervoeren van het lijk en dat hij tevens een gedeelte van het daarop gevonden geld als belooning heeft ontvangen. Hij is ter beschikking van de justite gesteld. TE WATER GERAAKT EN VERDRONKEN Gisteravond is een 66-jarige man bij de Kostverlorenl:ade te Amsterdam in het wa ter geraakt en verdronken. Vannacht is het iyk door een politieboot opgehaald. Buitenland HET ITALIAANSCHE WEERMACHTSBERICHT. ERGENS IN ITALIë, 27 Maart. (Stefani) Het Italiaansche weermachtsbericht no. 293 luidt als volgt: Aan het Grieksche front optreden der artillerie van weerskanten. Onze jacht- formaties hebben een aanval gedaan op de vijandelijke luchtbases van Paramythia, waarbij zij op den grond staande vliegtui gen met mitrailleurvuur bestookten. Twee Glostermachines werden in brand gesto ken, andere toestellen werden ernstig be schadigd. Onze bombardementsformaties hebben te Preveza gemeerde schepen en haveninstallaties aangevallen. Ook een tweede vlootbases op den Peloponesos werd getroffen. In Noord-Afrika hebben Italiaansche en Duitsche eenheden El Agheila (in de Syrte) bezet. In het Oosten van de Middellandsche Zee nebben vliegtuigen van het Duitsche vlie gercorps varende vijandelijke vlooteenhe- den aangevallen: twee transportschepen werden getroffen en zwaar beschadigd. In Oost-Afrika wordt de felle slag om Keren voortgezet. Verscheidene aanvallen van den vijand liepen te pletter op den hardnekkigen te genstand en de tegenaanvallen van onze dappere troepen, die den tegenstander zwa re verliezen toebrachten. Jachtvliegtuigen boden heldhaftig weerstand aan het vijan delijke optreden in de lucht, twee Hurri canes en een Blenheim werden neerge schoten; een van onze vliegtuigen keerde niet op zijn bases terug. Onze bombarde mentstoestellen hebben talrijke pantserwa gens en gemechaniseerde strijdmiddelen aangevallen en beschadigd in de zone van Harrar. Een van onze in actie zijnde duikbooten op den Atlantischen Oceaan, die onder be vel staat van den corvettenkapitein Giu seppe Roselli Lorenzini, heeft twee schepen met een totalen inhoud van 12.500 ton tot zinken gebracht. NIEUWERBRUG Zwervers-wee. Woensdagmiddag ver voegde zich bij de erven K. alhier een zwerver aan den deur, die om een cent vroeg. Toen mej. K. deze ging halen, was de zwerver bij haar terugkomst eensklaps verdwenen. Even later ontdekte zij hem in een schuur, waar hij bezig was kleeren uit een waschtobbe te zoeken. Toen mej. K. er bij kwam, had hij juist een pantalon te pakken, welke hij er echter weer in gooi de en toen vertrok. Mej. K. keek hierop echter de tobbe na en kwam toen tot de ontdekking, dat er nog een hemd was ver dwenen. Zij waarschuwde haar broer en deze ging den zwerver na, achterhaalde hem en informeerde naar®het verdwenen kleedingstuk. De zwerver deelde mede dit kleedingstuk te hebben gestolen, doch hy wilde het niet afgeven, of eerst moest de politie er bij zijn, want, zoo zeide hij: Ik wil per sé de gevangenis in. Nu zoo'n ge makkelijke buit krijgt de rijksveldwachter alhier wellicht nooit meer, want toen de politie er bij kwam, bekende de man ter stond alles en gaf hy het kleedingstuk weer over. Hy wilde ook met de politie meegaan, echter onder voorwaarde, dat hy niet enkel voor nachtverblijf mee moest hij had n.l. nog al veel aan Bacchus ook geofferd doch dat hij overgebracht werd naar de gevangenis. Zijn kansen staan zeer goed REEUWIJK Vleesch zonder bon verkocht. De po litierechter te Rotterdam, heeft aan een 36-jarigen veehouder, alhier, een boete van 20.— subs. 20 dagen opgelegd, om dat hij aan een huisvrouw te Waddinxveen zes kilogram varkensvleesch zonder bon had verkocht na eerst het varken clandes tien te hebben geslacht. De officier had een maand gevangenisstraf gevorderd. LEIDEN. Geboren: Wouter Albertus, zoon van W. A. Philippo en J. W. Kersten Theo dora Adrlana Maria, dochter van H. F. van der Weyden en A. H. de Boer Casper Antonius Maria, zoon van J. A. Straathof en P. A. van Diemen Hester, dochter van A. Laterveer en J. Stouten Jacobus Au- gustinus Maria, zoon van J. A. Visser en W. J. van der Post Bernhard Wilhel mus, zoon van M. Hoexum en M. M. War nar Petrus Wilhelmus, zoon van W. P. Greef en F. G. Breuze Anton, zoon van J. Heemskerk en G Bey Johannes, zoon van J. van Staveren en A. K. Huis Pie- ter, zoon van Th. van Boheemen en J. Tijssen Hendrikus Jacobus, zoon van H. J. Blikman en M. L. C. Meijer Adria- nus Anthonius. zoon van A. Hulst en A. G. Speller Josina Johanna, dochter van J G. Leget en J. J. Daalmeijer Jantje, dochter van J. C. ten Donkelaur en T. de Jong. Ondertrou wd: S. Schraa, jm 20 jaar en E. M. Spierenburg jd. 17 jaar D. Zorn jm 24 jaar en C. Geerlof jd 21 jaar. Getrouwd: A. Maaskant jm en A. M. Kooij jd D. W. Barning jm en G. Groenendijk jd J. B. W. M. de Koning jm en E. J. Louverse jd - J. F. Kuijven- noven jm en H. Lamers jd. Overleden* W. F. Spijkers, dochter 19 jaar. LEIDEN, 26 Maart Groentenveiling. Per 100 kg.: Boerenkool 413, rapen 2.30 2.80, kroten, gekookt f 1015, uien 5.20 5.70, peen f 7.4014.30, spruiten f 10 18, andijvie 1722, sla 1445, ge- sevhoonde spruiten 1939, witloof 6 16, postelein 6064, spinazie 1523, per 100 stuks: salade 2 9010.50, per 100 bos: radijs f 10.30, selderie 2.202.70, rabarber 14. raapstelen f 2 002.40. GOUD9, 27 Maart. Vee. Aanvoer: in to taal 1297 stuks, waarvan: 185 magere var kens 2535, 269 biggen f 1518, 77 run deren en 756 nuchtere kalveren overgeno men V. H. C., 1 schaap, 9 bokken en geiten 1018 per stuk. Handel stug. Kaas. Aanvoer 4 partijen kaas. Prijs 2e kwal. met rijksmerk f 4141.50 per 50 kg. Handel matig. Eieren. Aanvoer 3000 stuks. LEIDSCHENDAM, 26 Maart. Groenten- veiling. Kropsla le soort 6.508.90, 2de soort 3.504.50, stoofsla 2432, andijvie per 4 kg. 7284 cent, spinazie per 4 kg. 5276 cent, prei 8.50, rabarber per 100 bos 1114, selderie 0.801.20. van het Departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart. DIERLIJK HAAR. In aansluiting op het in de dagbladen verschenen bericht betreffende de afkon diging van de dierlijke huidharen beschik king no. 1/41 en de lange dierlijke haren beschikking no. 1/41 in de Nederlandsche Staatscourant van 27 Maart 1941 brengt de secretaris-generaal van het departement van Handel Nijverheid en Scheepvaart het volgende onder de aandacht van belang hebbenden. Ingevolge het bepaalde in de bovenge noemde dierlijke harenbeschikkingen is een ieder, die zijn bedrijf maakt van het verhandelen, wasschen of fermenteeren van dierlijk haar, verplicht binnen 11 da gen na den dag van afkondiging van deze oeschikkingen, dus vóór 8 April 1941 tot den directeur van het Rijksbureau voor wol en lompen schriftelijk het verzoek te richten hem bij het Rijksbureau in te schrijven. Na ontvangst van dit verzoek worden den betrokkene een aanvraagfor mulier toegezonden, dat hij verplicht is binnen één week na ontvangst volledig ingevuld en onderteekend aan den Direc teur terug te zenden. Nadrukkelijk wordt erop gewezen, dat aan de inschrijving geenerlei rechten kun- nen worden ontleend. Zij heeft voorname lijk ten doel het Rijksbureau een volledig overzicht te geven van alle in ons land aanwezige handelaren in en wasscherijen *van dierlijk haar De handel in en het wasschen of fermenteeren van dierlijk haar is uit sluitend toegestaan aan door het Rijksbu reau voor wol en lompen erkende hande laren en wasscherijen. De erkenning ge schiedt door den directeur door het ver- leenen van een schriftelijk bewijs van erkenning, dat slechts wordt verstrekt aan by het Rijksbureau ingeschreven onderne mingen. Looierijen met eigen wasscherij kunnen als erkende wasscherijen van dier lyk haar voor haar eigen haarproductie worden toegelaten. Bij de beoordeeling van de vraag, of aan een bandelaar of wasscherij een bewijs van erkenning kan worden ver leend, zal o.m. rekening worden gehouden met de vakkennis van den betrokkene. Aanvragen om erkenning moeten tot den directeur worden gericht. De beschikingen bevatten voorts uitvoe rige voorschriften betreffende het koopen en verkoopen van dierlyk haar. Het verhandelen van dierlyk haar mag uitsluitend geschieden in bepaalde met na me genoemde soorten en tegen geen hoo- gere prijzen dan daarvoor in deze be schikkingen zijn vastgelegd. Voor verdere bijzonderheden wordt ver- j wezen naar de Nederlandsche Staatscou- 1 rant van 27 Maart 1941. 6604

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 3