De nieuwe
president der Ned.
Bank
Laatste Berictiten
RIJNSTREEK
Burgerlijke Stand
MARKTBERICHTEN
OHicieele Publicatie
DONDERDAG 27 MAART 1941
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BUD - PAG. 3
nog niet;
Nog niet een kijkje genomen in de eta
lages van de firma Geijer, Botermarkt?
Doe het nog.
Tenzij gy alles weet, is or allicht iets aar
digs voor u te koop voor enkele centen
of een paar dubbeltjes.
De expositie van de uitgaven van het
katholiek comité van actie Voor God"
want diè bedoelen'wij duurt tot en met
Zaterdag.
COLLECTE WINTERHULP.
De vorige week gehouden huis-aan-huis
lystcollecte voor Winterhulp heeft hier ter
stede opgebracht 1794.08.
OPENBARE LEESZAAL EN
BIBLIOTHEEK „REUVENS".
Onder voorzitterschap van dr. A. A. van
Rynbach hield de Openbare Leeszaal en
Bibliotheek „Reuvens" haar jaarvergade
ring, waarin de secretaresse, mej. dr. J. H.
van Lessen, het verslag over het afgeloo-
pen jaar uitbracht.
Hieraan is het volgende ontleend: Aan
tal leden op 1 December 1940: 1747 (waar
onder 282 buitenleden). 70 nieuwe werk-
loozen ingeschreven. 189 militairen en le
den van den opbouwdienst ingeschreven.
254 leden der jeugdbibliotheek. 87 leden
by het correspondentschap Voorschoten.
Het boekenbezit vermeerderde met 501
deelen, het aantal brochures verminderde
met 110.
De openstelling van leeszaal en biblio
theek moest worden gewijzigd wegens de
verduistering op straat; in het laatst van
het jaar werd de zaal reeds om 7 uur ge
sloten.
De studiezaal werd door 1576 personen
bezocht. Tot 1 October bezochten 1973 mi
litairen en „opbouwers" de leeszaal. Daar
na hield het bezoek op.
Het totaal der uitgeleende boeken in
Leiden bedroeg 85614 (55614 deelen ont
spanningslectuur en 30050 studieboeken).
Aan werkloozen werden uitgeleend 5744
deelen, in de jeugdbibliotheek 14276 dee
len, aan militairen 1784 deelen, aan andere
instellingen 134 deelen, in het correspon
dentschap Voorschoten 6647 deelen.
Met ingang van 1 Juli 1940 is de as
sistente mej. D. Wiersma vast aangesteld,
na een jaar tijdelijk te zijn werkzaam ge
weest.
De samenstelling van het dagelijksch en
algemeen bestuur en tevens die van het
college der „gewone leden" bleef ongewij
zigd.
De rekening van den penningmeester,
den heer B. W. de Waal, sloot met een be
drag van 15.397.08 1/2. Voor schuldaflos
sing en afschrijving was een bedrag van
911.83 1/2 beschikbaar zoodat de uit
komsten gunstig zijn.
De jaarverslagen werden onder dank
goedgekeurd, waarna sluiting der verga
dering volgde.
VEREENIGING VOOR VEILIG
VERKEER.
Jaarvergadering van de afdeeling Leiden.
In een der bovenzalen van café-restau
rant „De Harmonie" hield gisteravond de
afd. Leiden en Omstreken van de Ver-
eeniging voor Veilig Verkeer haar matig
bezochte jaarlijksche algemeene ledenver
gadering, welke werd voorgezeten door den
heer mr. N. J. Rowaan.
Na behandeling der ingekomen stukken
en goedkeuring der notulen, bracht de
secretaris, de heer F. J. de Jong het jaar
verslag over 1940 uit, waarin werd mede
gedeeld, dat de activiteit der afdeeling ten
zeerste heeft geleden onder de oorlogsom
standigheden. De jeugdverkeersexamens
vonden in 1940 geen doorgang, hoewel de
voorbereidingen geheel gereed waren. De
heer M. J. Kwint, die sedert 1933 het voor
zitterschap bekleedde, was wegens vertrek
naar elders genoodzaakt zijn functie neer
te leggen; hij werd opgevolgd door mr. N.
J. Rowaen. Tot voorzitter der Verkeers-
Onderwijscommissie werd benoemd de heer
B. van Julsingha, inspecteur L. O. zulks in
de plaats van den heer H. van Slooten Jr.,
die bereid werd gevonden tijdelijk het
secretariaat dier commissie op zich te ne
men. Het ledental bleef in 1940 stationair
en bedroeg op 31 December j.L 352. Het
verslag eindigde met een opwekking om
in het algemeen belang ook in de naaste
toekomst de Veilig-Verkeersgedachte te
blijven propageeren. He verslag werd on
der dank aan den secretaris goedgekeurd.
Uit het verslag van den penningmees
ter, den heer B. J. Moolennaar vernamen
wij, dat de ontvangsten 395.25 bedroegen
en de uitgaven 12.10. Na aftrek van het
nadeelige saldo over 1939 ad f 17.05, blijft
er derhalve een voordeelig saldo over bei
de jaren van 251.10.
Nadat de heer J. G. van der Zanden na
mens de Kascommissie had gerapporteerd,
dat de boeken en bescheiden van den pen
ningmeester in orde waren bevonden, werd
deze functionaris onder dankzegging voor
het gevoerde beheer gedechargeerd.
Van de periodiek aftredende bestuursle
den, de heeren D. W. van der Wal, J. C.
Krijger en S. Er kelens werden de eerste
twee bij acclamatie herkozen, terwijl be
sloten werd in de vacature-Erkelens voors
hands niet te voorzien. Tot leden der kas
commissie voor 1941 werden benoemd de
heeren T. Groene veld (aftredend) en J. C.
van Elsgeest.
Bij de rondvraag vestigde de voorzitter,
de aandacht op de begin Mei te houden
jeugdverkeersexamens en hy bracht dank
aan de heeren van der Wal en Hofstede,
inspecteurs van politie te dezer stede, die
het loffelijk initiatief namen en dit ook
verwezenlijkten om voor een duizendtal
schoolkinderen een tentoonstelling en cur
sus in aanschouwelijk verkeersonderwys
ih te richten.
REDE BIJ ZIJN AMBTSAANVAARDING.
Mr. M. M. Rost van Tonningen, die be
noemd is tot president van de Nederland-
sche Bank heeft hedenmorgen zijn nieuwe
ambt aanvaard met het uitspreken van een
rede, waarin hij herinnerde aan de ineen
storting van het Engelsche pond in Sep
tember 1931. Deze ineenstorting trof het
Britsche volk totaal onvoorbereid.
Achter deze en dergelijke gebeurtenissen
kondigde zich de ontzettende tragedie van
een wereldrijk in den ondergang aan. Ons
land sloot ter afweer der devaluatie pogin
gen onmiddellijk na de ter bezwering van
alle economische ziekteverschijnselen der
kapitalistische wereld georganiseerde eco
nomische conferentie van het voorjaar
1933 met eenige landen een accoord. Dit
z.g. goudblok heeft 3 jaar lang tegen den
stormloop der Angelsaksische aanvallen
tegen de stabiliteit van hun betaalmidde
len stand gehouden.
In September 1936 moest echter ook
ons betaalmiddel het onderspit delven. De
gulden werd gedevalueerd. Dezelfde lei
ders, die tot op dat oogenblik de stabiliteit
van ons betaalmiddel als het financieele
evangelie hadden verkondigd, verheugden
zich nu plotseling over de z.g, welgeslaag
de devaluatie.
Hieruit blykt wel de toenemende verwar
ring die in de met millioenen werkloozen
bezwaarde kapitalistische democratieën
heerschte. Daartegenover stelt het nieuwe
Europa geen nieuwe leerstelling op, doch
het herstelt de wijsheid der voorvaderen in
eere, zooals deze bestond vóór de kapitalis
tische ontbinding onzer volkeren.
Niet de grootere of kleinere hoeveel
heid van goud, doch de arbeid alleen
is immers naar de vaste overtuiging
van de leiders van het nieuwe Europa
de grondslag voor de welvaart van
een volk.
Niet het bedelen op internationale mark
ten voor het behoud van een afzet der
nationale productie, maar de zelfverzor-
ging der volkeren, tenminste voor zoover
betreft de goederen, die voor het leven
onontbeerlijk zijn, is het beginsel van het
volkshuish oudelij k stelsel van dit nieuwje
Europa. Niet de economische verbinding
met verafgelegen gebieden, maar de soli
daire samenwerking van nabuurvolken van
hetzelfde ras, de z.g. grootruimte-economie
is het programma van de wordende Euro-
peesche herordening der volkshuishouding.
Deze grootruimte-economie voltrekt zich
op het oogenblik met de elementaire kracht
van een natuurverschijnsel. En dit niet
slechts in ons oude Europa, maar op den
geheelen aardbol. Vier grootruimten laten
zich reeds thans onderkennen, n.L Ame
rika, de snelgroeiende Japansch-Aziatische
grootruimte, Rusland en de onder Duitsche
leiding voortgaande ordening van het Eu-
ropeesche vasteland.
In al deze vier ruimte-economieën is de
volkshuishoudelijke uitbreiding in het hui
dige tijdsgewricht meer of minder Zuid
waarts gericht. Na het afsluiten van de
economische l^prordening van Europa komt
Afrika aan de beurt, dat binnen de Euro-
peesche ruimte-economie zal worden be
trokken. Het Nederlandsche volk staat nu
temidden van dit natuurverschijnsel. Het
kan zich innerlijk van deelname aan het
geweldig gebeuren onthouden, het kan
echter ook in deze Europeesche herorde
ning leidend deelnemen. Doet het dit laat
ste niet, dan wordt over de hoofden van
ons volk heen de Europeesche opbouw on
der leiding van anderen voltrokken. Zulk
een houding is onzer echter onwaardig. Het
heeft geen zin, om op het oogenblik de
handen in de schoot te leggen en te treu
ren over de overzeesche verbindingen, die
toch voor den duur van den oorlog zijn
afgesneden, en in deze omstandigheid een
grond te vinden, om zich afzijdig te hou
den. Tot aan het sluiten van den vrede
hebben wij de gelegenheid, ons aandeel in
de Europeesche ordening te verzekeren.
Wij zijn juist in de laatste weken getui
ge vande snelle uitbreiding, die de Euro
peesche herordening in de Donaugebieden
en den Balkan ondergaat. Wij beleven het
wonder van een volkshui'shoudelijken op-
bouwarbeid in een Europeesche grootruim
te, rondom welke een wereldkrijg met alle
kracht woedt.
De opbouw van een Europeesche
grootruimte-economie wil geenszins
zeggen, dat wij duurzaam van de an
dere grootruimten van deze wereld zijn
afgesneden; integendeel, de ontwikke
ling, die de waren- en dienstenuitwis
seling na dezen oorlog tusschen de
grootruimten dezer wereld zal nemen,
zal des te krachtiger zijn, haar vlucht
zal des te hooger zijn, naarmate reeds
in vollen oorlogstijd de ordening van
het Europeesche vasteland is voltooid.
Aan deze taak behoort zich elke organi
satie in het land en daarom ook de met
den huidigen dag aan mij toevertrouwde
Gistermorgen te kwart voor elf is brand
ontstaan onder een tramwagen van de
H.T.M., waar onder een balcon een hoe
veelheid vergaard vet en olie vermoedelijk
door vonken, ontstaan bij snel remmen, in
brand is geraakt. Door een agent van po
litie werd het vuur met een minimax ge-
bluscht. De politiebrandweer behoefde
geen dienst te doen.
Gistermiddag te 6 uur ls een schoor
steenbrandje ontstaan ten huize van den
49-jarigen bankwerker J. Z. S. in de Le
liestraat 48. Het vuur werd met een ramo-
neur gebluscht.
Nederlandsche Bank te wijden. Naast deze
algemeene taak, waarover wellicht in de
toekomst nog het een en ander te zeggen
zal zijn, is het de bestemming van de Ne
derlandsche Bank, om zich in dienst te
stellen van het arbeidende volk en de
knechtschap onder een steriele goudbe
goocheling af te wijzen.
In tegenstelling tot de wisselende
opvattingen der kapitalistische volks
huishoudelijke leiders ben ik van mee
ning, dat de dienstvervulling aan het
volk, zoover het de Nederlandsche
Bank betreft, in de eerste plaats moet
gericht zijn op de onverwrikbare
handhaving van de stabiliteit van ons
betaalmiddel.
Elke aanslag op den gulden bedreigt de
koopkracht daarvan en derhalve de koop
kracht van de loonen en het bestaan der
arbeiders of arbeidsters in industrieën,
landbouw, handel en ander takken van. be
drijf. De stabiliteit van het betaalmiddel
kan slechts worden behouden door den vol
len inzet van den scheppenden en werken
den mensch. De koopkracht van het geld
is inderdaad niet gegrondvest op de hoe
veelheid van het beschikbare goud, maar
op den omvang der goederenproductie, die
een volk te zijner zelfverzorging kan
voortbrengen. Het spreekt vanzelf, dat
juist nu, in den oorlog, een goed deel van
de arbeidskracht van de Europeesche vol
ken voor de productie van voor de krijgs
handelingen onontbeerlijke goederen is ge
bonden. Maar daarom is toch de verhoo
ging van de goederenproductie, die voor het
verbruik van ons volk onontbeerlijk is ten
volle mogelijk, vooral in ons land, waar
nog vele werkloozen naar werk snakken.
Juist dezer dagen heeft een commis
sie van vooraanstaande landbouwdes
kundigen haar arbeid aangevangen om
een z.g. slag voor snelle produotiever-
hooging te strijden. Dit enkele voor
beeld moge verduidelijken, op welke
wijze wij opbouwend werkzaam kun
nen zijn.
De krachtsinspanning van het geheele
volk is zooveel te meer noodig, waar wij
met een zware erfenis belast zijn. Hoe was
immers de toestand op den lOen Mei? De
vlottende schuld bedroeg op dat oogenblik
rond een half milliard. De geconsolideerde
3 6/10. De totale staatsschuld 'dus 4 1/10
milliard. Hierbij komt de door ons gega
randeerde schuld van Indië ten bedrage
van 11/10 milliard en de netto schuld van
provinciën en gemeenten van 21/2 mil
liard. In totaal een bedrag, dat de 8 mil
liard begon te naderen. Onze staatsuitga
ven begonnen reeds vóór den lOen Mei het
enorme bedrag van 2 milliard te benade
ren, waarbij ik de onzakelijke onderschei
ding tusschen gewone en buitengewone
uitgaven terzijde stel. De economie van
het land schrompelde ineen, want ook
toentertijd waren de Overzeesche verbin
dingen grootendeels afgesneden. Onver
moeid heb ik in het parlement en in
woord en geschrift daarbuiten tegen de
methode der ontreddering van staats- en
volkshuishouding gestreden. Het is merk
waardig, dat degenen, die daarvoor ver
antwoordelijk zijn, die verantwoordelijk
zijn voor de devaluatie van den gulden in
1936, zich op het oogenblik pogen uit te
geven als de vijanden der inflatie, die zy
zelf hebben bedreven.
Ik kan diegenen, die in Den Haag en
Amsterdam in het verleden land en volk
door hun methoden in gevaar hebben ge
bracht, de verzekerin* geven, dat ik on
verbiddelijk aan de stabiliteit van ons be
taalmiddel zal vasthouden, hoe diep ik
ook het mes in de uitwassen zou moeten
zetten. Het zou anderzijds echter dwaas
zijn te willen loochenen, dat door den oor
logstoestand de staatsfinanciën aan een
sterkere belasting zijn blootgesteld dan in
vredestijd. Doch hier komt ons de hiervo-
ren geschetste ontwikkeling van de Euro
peesche ruimte-economie te hulp.
De aanleuning van den Nederlandschen
gulden aan de Duitsche Mark is een nieuw
element van kracht, daar de Duitsche
Mark bezig is, zich tot een Europeesch be
taalmiddel te ontwikkelen. Het is verba
zingwekkend in deze te moeten vaststellen,
hoe door een geweldige inspanning der
Duitsche arbeiders de Mark, die in het jaar
1933 nog de meest bedreigde betaalmiddel
van Europa was, thans muurvast is ge
grondvest en den steun voor verschillen
de Europeesche valuta's vormt.
Het Nederlandsche volk, dat zoo vaak
bewijzen heeft afgelegd, in moeilijke tyden
tot uiterste krachtsinspanning bereid te
zijn, zal thans de moeilijkheden weten te
overwinnen, als wy eiken arbeider en elke
arbeidster met het geloof aan den nieuwen
tijd weten te vervullen. In dezen dienst
aan het eigen volk is de Nederlandsche
Bank een der vele arbeidsgemeenschappen.
De toestand van bezetting van een land
is een internationaal erkende status. Wij
zijn dus verplicht, ook onzerzijds loyaal
met de bezettingsautoriteiten samen te
werken. Diegenen, die nog steeds gelooven
aan een terugkeer der verzonken kapita
listische wereld, zullen met rust worden
gelaten, zoolang zy hun plicht loyaal ver
vullen. Het Nederlandsche volk verkeert
in een groote zielscrisis. En ik ben van
meening, dat ieder den weg in de toe
komst zelf moet vinden. Wy kunnen voor
diegenen, die hun gemoed het meest
geschokt zijn, goede kameraden zijn. Wij
kunnen met geduld en begrip voor inner
lijke moeilijkheden hen tegemoettTeden,
in de hoop, dat ook eenmaal door hen de
grootheid van dezen tijd herkend moge
worden en dat de levensvreugde wederom
bun deel moge zyn.
Niemand kan echter verlangen, dat in
de plichtsvervulling tegenover ons volk de
tegemoetkomendheid zoover zou moéten
reiken, dat deze plichtsvervulling geschon
den of vernietigd zou kunnen worden.
Binnenland
BEMANNING VAN DE „TAPANOELI" IN
VEILIGHEID.
De directie van de N.V. Rotterdamsche
Lloyd deelt ons mede, telegrafisch bericht
te hebben ontvangen, blykens hetwelk de
geheele bemanning van het stoomschip
„Tapanoeli" in veiligheid is.
ARRESTATIE IN VERBAND MET DEN
MOORD OP VAN AS.
Uit Dordrecht wordt gemeld: In ver
band met den moord op den veekoopman
Van As heeft de politie alsnog gearresteerd
den 32-jarigen D., van wien is gebleken,
dat hij behulpzaam is geweest bij het
vervoeren van het lijk en dat hij tevens
een gedeelte van het daarop gevonden geld
als belooning heeft ontvangen. Hij is ter
beschikking van de justite gesteld.
TE WATER GERAAKT EN VERDRONKEN
Gisteravond is een 66-jarige man bij de
Kostverlorenl:ade te Amsterdam in het wa
ter geraakt en verdronken. Vannacht is het
iyk door een politieboot opgehaald.
Buitenland
HET ITALIAANSCHE
WEERMACHTSBERICHT.
ERGENS IN ITALIë, 27 Maart. (Stefani)
Het Italiaansche weermachtsbericht no. 293
luidt als volgt:
Aan het Grieksche front optreden der
artillerie van weerskanten. Onze jacht-
formaties hebben een aanval gedaan op de
vijandelijke luchtbases van Paramythia,
waarbij zij op den grond staande vliegtui
gen met mitrailleurvuur bestookten. Twee
Glostermachines werden in brand gesto
ken, andere toestellen werden ernstig be
schadigd. Onze bombardementsformaties
hebben te Preveza gemeerde schepen en
haveninstallaties aangevallen. Ook een
tweede vlootbases op den Peloponesos werd
getroffen.
In Noord-Afrika hebben Italiaansche en
Duitsche eenheden El Agheila (in de Syrte)
bezet.
In het Oosten van de Middellandsche Zee
nebben vliegtuigen van het Duitsche vlie
gercorps varende vijandelijke vlooteenhe-
den aangevallen: twee transportschepen
werden getroffen en zwaar beschadigd.
In Oost-Afrika wordt de felle slag om
Keren voortgezet.
Verscheidene aanvallen van den vijand
liepen te pletter op den hardnekkigen te
genstand en de tegenaanvallen van onze
dappere troepen, die den tegenstander zwa
re verliezen toebrachten. Jachtvliegtuigen
boden heldhaftig weerstand aan het vijan
delijke optreden in de lucht, twee Hurri
canes en een Blenheim werden neerge
schoten; een van onze vliegtuigen keerde
niet op zijn bases terug. Onze bombarde
mentstoestellen hebben talrijke pantserwa
gens en gemechaniseerde strijdmiddelen
aangevallen en beschadigd in de zone van
Harrar.
Een van onze in actie zijnde duikbooten
op den Atlantischen Oceaan, die onder be
vel staat van den corvettenkapitein Giu
seppe Roselli Lorenzini, heeft twee schepen
met een totalen inhoud van 12.500 ton tot
zinken gebracht.
NIEUWERBRUG
Zwervers-wee. Woensdagmiddag ver
voegde zich bij de erven K. alhier een
zwerver aan den deur, die om een cent
vroeg. Toen mej. K. deze ging halen, was
de zwerver bij haar terugkomst eensklaps
verdwenen. Even later ontdekte zij hem
in een schuur, waar hij bezig was kleeren
uit een waschtobbe te zoeken. Toen mej. K.
er bij kwam, had hij juist een pantalon te
pakken, welke hij er echter weer in gooi
de en toen vertrok. Mej. K. keek hierop
echter de tobbe na en kwam toen tot de
ontdekking, dat er nog een hemd was ver
dwenen. Zij waarschuwde haar broer en
deze ging den zwerver na, achterhaalde
hem en informeerde naar®het verdwenen
kleedingstuk. De zwerver deelde mede dit
kleedingstuk te hebben gestolen, doch hy
wilde het niet afgeven, of eerst moest de
politie er bij zijn, want, zoo zeide hij: Ik
wil per sé de gevangenis in. Nu zoo'n ge
makkelijke buit krijgt de rijksveldwachter
alhier wellicht nooit meer, want toen de
politie er bij kwam, bekende de man ter
stond alles en gaf hy het kleedingstuk
weer over. Hy wilde ook met de politie
meegaan, echter onder voorwaarde, dat hy
niet enkel voor nachtverblijf mee moest
hij had n.l. nog al veel aan Bacchus ook
geofferd doch dat hij overgebracht werd
naar de gevangenis. Zijn kansen staan zeer
goed
REEUWIJK
Vleesch zonder bon verkocht. De po
litierechter te Rotterdam, heeft aan een
36-jarigen veehouder, alhier, een boete
van 20.— subs. 20 dagen opgelegd, om
dat hij aan een huisvrouw te Waddinxveen
zes kilogram varkensvleesch zonder bon
had verkocht na eerst het varken clandes
tien te hebben geslacht. De officier had een
maand gevangenisstraf gevorderd.
LEIDEN.
Geboren: Wouter Albertus, zoon van
W. A. Philippo en J. W. Kersten Theo
dora Adrlana Maria, dochter van H. F. van
der Weyden en A. H. de Boer Casper
Antonius Maria, zoon van J. A. Straathof
en P. A. van Diemen Hester, dochter van
A. Laterveer en J. Stouten Jacobus Au-
gustinus Maria, zoon van J. A. Visser en
W. J. van der Post Bernhard Wilhel
mus, zoon van M. Hoexum en M. M. War
nar Petrus Wilhelmus, zoon van W. P.
Greef en F. G. Breuze Anton, zoon van
J. Heemskerk en G Bey Johannes, zoon
van J. van Staveren en A. K. Huis Pie-
ter, zoon van Th. van Boheemen en J.
Tijssen Hendrikus Jacobus, zoon van
H. J. Blikman en M. L. C. Meijer Adria-
nus Anthonius. zoon van A. Hulst en A.
G. Speller Josina Johanna, dochter van
J G. Leget en J. J. Daalmeijer Jantje,
dochter van J. C. ten Donkelaur en T. de
Jong.
Ondertrou wd: S. Schraa, jm 20 jaar
en E. M. Spierenburg jd. 17 jaar D. Zorn
jm 24 jaar en C. Geerlof jd 21 jaar.
Getrouwd: A. Maaskant jm en A.
M. Kooij jd D. W. Barning jm en G.
Groenendijk jd J. B. W. M. de Koning
jm en E. J. Louverse jd - J. F. Kuijven-
noven jm en H. Lamers jd.
Overleden* W. F. Spijkers, dochter
19 jaar.
LEIDEN, 26 Maart Groentenveiling. Per
100 kg.: Boerenkool 413, rapen 2.30
2.80, kroten, gekookt f 1015, uien 5.20
5.70, peen f 7.4014.30, spruiten f 10
18, andijvie 1722, sla 1445, ge-
sevhoonde spruiten 1939, witloof 6
16, postelein 6064, spinazie 1523,
per 100 stuks: salade 2 9010.50, per 100
bos: radijs f 10.30, selderie 2.202.70,
rabarber 14. raapstelen f 2 002.40.
GOUD9, 27 Maart. Vee. Aanvoer: in to
taal 1297 stuks, waarvan: 185 magere var
kens 2535, 269 biggen f 1518, 77 run
deren en 756 nuchtere kalveren overgeno
men V. H. C., 1 schaap, 9 bokken en geiten
1018 per stuk. Handel stug.
Kaas. Aanvoer 4 partijen kaas. Prijs
2e kwal. met rijksmerk f 4141.50 per 50
kg. Handel matig.
Eieren. Aanvoer 3000 stuks.
LEIDSCHENDAM, 26 Maart. Groenten-
veiling. Kropsla le soort 6.508.90, 2de
soort 3.504.50, stoofsla 2432, andijvie
per 4 kg. 7284 cent, spinazie per 4 kg.
5276 cent, prei 8.50, rabarber per 100
bos 1114, selderie 0.801.20.
van het Departement van Handel,
Nijverheid en Scheepvaart.
DIERLIJK HAAR.
In aansluiting op het in de dagbladen
verschenen bericht betreffende de afkon
diging van de dierlijke huidharen beschik
king no. 1/41 en de lange dierlijke haren
beschikking no. 1/41 in de Nederlandsche
Staatscourant van 27 Maart 1941 brengt de
secretaris-generaal van het departement
van Handel Nijverheid en Scheepvaart het
volgende onder de aandacht van belang
hebbenden.
Ingevolge het bepaalde in de bovenge
noemde dierlijke harenbeschikkingen is
een ieder, die zijn bedrijf maakt van het
verhandelen, wasschen of fermenteeren
van dierlijk haar, verplicht binnen 11 da
gen na den dag van afkondiging van deze
oeschikkingen, dus vóór 8 April 1941 tot
den directeur van het Rijksbureau voor
wol en lompen schriftelijk het verzoek te
richten hem bij het Rijksbureau in te
schrijven. Na ontvangst van dit verzoek
worden den betrokkene een aanvraagfor
mulier toegezonden, dat hij verplicht is
binnen één week na ontvangst volledig
ingevuld en onderteekend aan den Direc
teur terug te zenden.
Nadrukkelijk wordt erop gewezen, dat
aan de inschrijving geenerlei rechten kun-
nen worden ontleend. Zij heeft voorname
lijk ten doel het Rijksbureau een volledig
overzicht te geven van alle in ons land
aanwezige handelaren in en wasscherijen
*van dierlijk haar
De handel in en het wasschen
of fermenteeren van dierlijk haar is uit
sluitend toegestaan aan door het Rijksbu
reau voor wol en lompen erkende hande
laren en wasscherijen. De erkenning ge
schiedt door den directeur door het ver-
leenen van een schriftelijk bewijs van
erkenning, dat slechts wordt verstrekt aan
by het Rijksbureau ingeschreven onderne
mingen. Looierijen met eigen wasscherij
kunnen als erkende wasscherijen van dier
lyk haar voor haar eigen haarproductie
worden toegelaten. Bij de beoordeeling van
de vraag, of aan een bandelaar of wasscherij
een bewijs van erkenning kan worden ver
leend, zal o.m. rekening worden gehouden
met de vakkennis van den betrokkene.
Aanvragen om erkenning moeten tot den
directeur worden gericht.
De beschikingen bevatten voorts uitvoe
rige voorschriften betreffende het koopen
en verkoopen van dierlyk haar.
Het verhandelen van dierlyk haar mag
uitsluitend geschieden in bepaalde met na
me genoemde soorten en tegen geen hoo-
gere prijzen dan daarvoor in deze be
schikkingen zijn vastgelegd.
Voor verdere bijzonderheden wordt ver-
j wezen naar de Nederlandsche Staatscou-
1 rant van 27 Maart 1941. 6604