DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Mvtdenfütig dei Skiitóefte gevallenen REDE VAN HITLER TE BERLIJN Mamentje MAANDAG 17 MAART 1941 32ste Jaargang No. 9899 9a GclcbcfvcSoii^cmt Bureaux Papengracht 32. Telefoon: Redactie 20015. Administratie 20935. Giro 103003. Postbus 11* In dit (aar de voltooiing DE OPGEDRONGEN OORLOG. Ter gelegenheid van den „Heldengedenk- tag" is Zondagmiddag in het Zeughaus te Berlijn een herdenkingsplechtigheid gehou den voor hen,die in den wereldoorlog en in dezen oorlog gesneuveld zijn. De Fünrer heeft hierbij een rede gehouden, welke door de radio werd uitgezonden. Hij zeide hierin o.a. het volgende: Wanneer het Duitsche volk. in 1941 zijn helden eert, dan geschiedt dat in een tijd en onder omstandigheden, die ons het recht geven, met opgeheven hoofd diegenen te herdenken, die in den strijd in een ver en in een nabij verleden hun leven voor de natie geofferd hebben. Toen wij twaalf maanden geleden, in de-ze gewijde hal on ze helden herdachten, lag achter ons het alleszins geslaagde begin van een oorlog, dien Duitschland niet gewild heeft, - doch die ons opgedrongen was door dezelfde krachten, die voor de geschiedenis reeds de verantwoordelijkheid dragen vaor den grooten volkerenkrijg van 19141918. Het waren de elementen, die zich destijds ten doel stelden, de Duitsche natie van het pri mitiefste levensrecht te berooven, die in de jaren van het dictaat van Versailles de politieke slavernij en economische verar ming van Duitschland tot dogma eener nieuwe wereldorde maakten en die thans weer de wederopstandig van ons volk den- zelfden haat toedroegen als zij eens bet tweede Rijk deden. Met volkomen misken ning van de feitelijke situatie en een daar uit voortvloeiende verkeerde beoordeeling van de eigen en de Duitsche kracht, echter ook in hun volkomen onwetendheid van de wilskracht en de vastberadenheid van de nieuwe Duitsche leiding, geloofden zij, dat bet de tweede maal gemakkelijker zou zijn het Duitsche volk er onder te krijgen dan de eerste maal. Toen de Amerikaansche generaal Wood voor de Senaatscommissie van onderzoek verzekerde, dat Churchill hem reeds in 1936 had verklaard, dat Duitschland reeds weer te machtig was geworden en daarom in een nieuwen oorlog moest worden ver nietigd, werd door dit feit, dat thans door de geschiedenis bevestigd is, de ware ver antwoordelijkheid voor de tegenwoordige ontwikkeling in het licht gesteld. Enge land en Frankrijk wilden den oorlog, al leen waren het minder de volken dan wel dunne lagen, die op politiek en financieel gebied leiding gaven, waarachter als laat ste stuwende kracht het internationale jo dendom met zijn over de wereld vertakte samenzweringen der democratie en vrij metselarij staat. Het jaar 1940. Deze verantwoordelijke oorlogsstokers hoopten echter, door Polen op den voor grond te schuiven, niet alleen de uiter lijke aanleiding tot den oorlog te vinden doch de versnippering van de Duitsche krachten, hetgeen hun reeds in den we reldoorlog zoo nuttig voorkwam, reeds by voorbaat, te bewerkstelligen. De aehtien- daagsche veldtocht in Polen heeft aan die hoop den bodem ingeslagen. Met trotsch vertrouwen kon de Duitsche natie onder deze omstandigheden bet jaar 1940 begin nen. Desondanks leefde ons volk geenszins in zelfmisleiding omtrent de moeilijkheden van het jaar, dat komen ging. De strijd in het Westen, waaraan iedere oude Duitsche frontsoldaat thans nog een herinnering bewaart van eeh lijdensweg zonder einde, moest worden beslist. Met volledige ken nis van onze voorbereidingen en plannen, met grenzeloos vertrouwen in den Duit- schen soldaat, in zijn bewapening, zijn aanvoering, zijn kunnen en vooral zijn houding waagde ik het op den vorigen her denkingsdag der gevallenen den aanstaan den strijd als de roemrijkste overwinning aan onze geschiedenis aan te kondigen. Acht weken later begon deze strijd. Doch nog vóór de weermacht in het Wes ten in het veld kwam; was misschien de belangrijkste beslissing in dezen oorlog reeds gevallen. Op 9 April is met enkele uren voorsprong de gevaarlijkste poging van Engeland, om de Duitsche defensieve kracht van het Noorden uit in het hart te treffen verijdeld. In het Westen. Toen de ochtend van den lOden Mei gloorde, was deze, wat zijn gevolgen be treft misschien wel ernstigste bedreiging van onze militaire en economische positie reeds met succes afgweerd. De strijd om de beslissing in het Westen kon dus begin nen. Hü verliep volgens plan. Wat in vier jaar van niet onder woorden te brengen opof fer ngen in den wereldoorlog niet gelukt was, voltrok zich binnen enkele weken, n.l. de ineenstorting van het Britsch-Fran- sche front. Zonder acht te slaan op de gees- telooze meeningen van den toenmaligen met schuld beladen Britschen premier zal dit jaar 1940 in de wereldgeschiedenis aan- geteekend worden als een der beslissendste en wat de gevolgen betreft een der belang rijkste jaren. Want in dit jaar trad een verschuiving van krachten in, die van waarlijk historische beteekenis is. Had Duitschland nog in het jaar 1918 maar een deel van deze successen kunnen boe ken, dan was de wereldoorlog gewonnen geweest. Thans staat de Duitsche weermacht in een gebied van ontzaglijke afmetingen ge reed om, numeriek en materieel op enorme wijze versterkt, besluitvaardig en vol ver trouwen, datgene te voltooien, wat in het historisch beslissende jaar 1940 begonnen werd. Hiermee treden wij thans met nog meer recht dan in 1940 voor de Duitsche helden van het verleden. Nog weten wij allen wat zij, vooral in den wereldoorlog, moes ten dulden en hebben gepresteerd. Maar voor hun offer zelf buigen wij ons niet als onwaardigen neder. Toen do Duitsche divisies haar opmarsch in ha». Westen be gonnen, heeft de huidige herdenking der gesneuvelden haar meest verheven aan vang genomen. Want op ontelbare soldaten- kerkhoven stonden in dankbare ontroering de zegevierende zonen aan de graven van hun heldhaftige vaders. Het Duitsche volk heeft alles weer goedgemaakt wat het eens in waanzinnige verblinding prijsgaf en vetlcor. Het gevoel zich weer den voltrek ker van den wil zijner dappere voorvade ren! Naast de dooden van den wereldoorlog rijen zich nu de slachtoffers van dezen strijd. Fn weer liggen, als destijds, de zo nen van ons volk overal verspreid in de wijdheid van landen en zeeën als de ap- pcre strijders voor hun Groot-Duitsche va derland. Het is dezelfde Duitsche mensch, die zijn leven op het spel zet cn het offert om aan zyn volk als geheel de toekomst einde!'jk te verzekeren en een vrede af te dwingen, die tot een betere organisatie der mensch eiijke gemeenschap leidc. dan die vrede, dien de dictatoren van Versailles op hun geweten hebben. VTij herdenken evenwel oo:< de Italiaan- sche soldaten, die thans als bondgenooten in een groot deel van de wereld eveneens hun leven hebben moeten geven Hun idealen en strijddoeleinden zijn dezelfde als de onze: de wereld is er niet alleen maar voor enkele weinige volken en een orde, die voor eeuwig alleen op bezitters en havelóozen wil steunen, hij kan slechts be staan, totdat de havenlooze besluiten hun recht op Gods aarde te stellen cn er voor cp te komen. De natie een strijdende eenheid Ook het vaderland moet in dezen oorlog zwaarder offers brengen dan vroeger. Ook zijn heldendom draagt er toe bij, dat de meest beslissende strijd uit de Duitsche ge schiedenis succesrijk wordt. En hier toont niet alleen de man zijn weerstandsvermo gen, maar vooral ook de vrouw. De natie is thans een strijdende eenheid geworden. Niet omdat zij dezen strijd zocht, maar om dat hij haar opgedrongen werd. Zoodra Engeland en Frankrijk den oorlog ver klaard hadden, begon Engeland ook den oorlog tegen het burgerleven. Aan de blok kade van den wereldoorlog, aan den oor log van den honger tegen vrouwen en kin deren, voegde het ditmaal den lucht- en branooorlog tegen vreedzame dorpen en stéden toe. Doch Churchill zal met den door hem misdadig ontketenden luchtoor log niet Duitschland vernietigen, doch Brit- tanië zelf. En evenzoo zal de blokkade niet Duitschland treffen, doch degenen, die haar ontketend hebben. Als nu het invallen van den winter de oorlogshandelingen te land al beperkte, dan zijn toch de gevechten iri de lucht en op zee doorgegaan. Aan het heldendom van onze duikboot- en scheepsbemanningen paart zich het heldendom van onze vlie gers. Wij kunnen de herdenking der gevallenen niet waardiger besluiten dan door vernieu wing van onze gelofte den door onze inter nationale tegenstander ontketenden stryd tot onze vernietiging, in een definitieve Duitsche zege om te zetten. Achter ons ligt een winter van véél werk. Wat aan onze opleiding nog te' verbeteren viel, is geschied. De Duitsche weerrpacht is thans tot het mi litair sterkste werktuig van onze geschiede- WINTERHULP#NEDERLAND Huis aan Huis Van heden tot en met Zaterdag a.s. zal in geheel Nederland van huis tot huis worden gegaan, om nogmaals een offer te vragen voor steun aan den behoeftigen landgenoot. Onder groote opoffering hebben duizenden collectanten zich voor dit werk beschikbaar gesteld. Opent uw deuren voor hen, weest vriendelijk voor hen en zorgt, dat uw gift klaar ligt, of stelt het bedrag aan een uwer huisgenooten ter hand, in dien gij uw woning verlaat, opdat de collectant niet vele malen naar het zelfde adres behoeft terug te keeren. Vele Nederlanders zien vol verwach ting ook naar uw offer uit. nis gerezen. Als in deze wintermaanden onze bondgenoot in de eerste plaats de ge- heele kracht van de Britsche aanvallen te dragen kreeg, dan zal van nu af de Duit sche weermacht haar deel van deze lasten weer overnemen. Geen mogendheid en geen steun ter we reld zullen aan den uitslag van dezen strijd iets veranderen. Engeland zal vallen. De Eeuwige Voorzienigheid laat niet diegenen zegevieren, die bereid zijn slechts voor de heerschappij van hun goud het bloed van menschen te vergieten. Duitschland heeft land. Alle keeren, dat het afstand van iets gedaan heeft, benevens zyn ontwapenings- en vredesvoorstellen, waren vergeefsch. De internationale financieele plutocratie wil dezen oorlog tot het einde toe voeren. Der halve moet en zal het eind van dezen oor log haar vernietiging zijn. Moge dan de Voorzienigheid ons den juisten weg doen vinden om de volken, die hun boeien kwijt geraakt zijn, naar een betere orde te lei den. Koud en vastberaden zullen wy derhalve in 1941 aantreden om te voltooien, wat vo rig jaar begonnen is. Onverschillig waar, te land, ter zee of in d"? lucht Duitsche sol daten strijden, zij zlibon weten, dat deze strijd het lot, de vrijheid en de toekomst van ons volk voor altijd beslist. Door den strijd zegevierend te beëindigen,, danken wij alle helden van het verleden op de waar digste wijze, want wij redden datgene, waarvoor ook zij eenmaal gevallen zijn: Duitschland, ons volk en zijn groot-Duitsch Rijk. De Führer heeft ter gelegenheid van de herdenking der gevallenen ,last gegeven, tot den aanleg van waardige soldatenkerk- hoven ter bijzetting van de gevallenen van dezen oorlog. Met de uitvoering belastte hij den chef van het opperbevel der weer macht. Tot algemeen bouwtechnisch advi seur benoemde hij prof. Wilhelm Kreis. IN DE OMGEVING VAN LEIDEN. In geheel Nederland hebben korte plech tigheden plaats gehad ter herdenking van de gesneuvelde Duitsche soldaten, ook in de omgeving van Leiden. Zoo waren o.a. op den doodenakker van het historische „Groene Kerkje" te O e gst- geest in den killen mistigen Zondagmor gen vertegenwoordigers van de Ortsgruppe Leiden der N.S.D.A.P., van de Hitierjugend en van de Duitsche Weermacht aangetreden bij het graf van de Duitsche soldaten, die op deze plek het offer van hun leven voor het vaderland hadden gebracht. Door p.g. Becker werd een krans neer gelegd van de Ortsgruppe Leiden der N. S. D. A. P. Jugendführer Sohn bracht namens de Hitlerjongens een groet uit het vader land, terwijl ten slotte luitenant Imhoff een krans van de Duitsche Weermacht neerlegde. Het was een eenvoudige en in zijn sober heid treffende herdenking. Te N o o r d w ij k had de Heldsngedenk- feier gistermiddag plaats op de algemeene begraafplaats. Hier waren de Ortsgruppe* Haarlem der N.S.D.A.P. en vertegenwoor digers van Hitlerjugend en Weermacht uit Haarlem overgekomen, die onder groote belangstelling van de zijde der bevolking kransen en bloemen neerlegden op de gra ven der gevallen Duitschers uit den wereld oorlog. Door Ortsgruppenleiter Gerisch uit Haarlem werd het woord gevoerd. De plechtigheid werd beëindigd met het lied „Ich hatt' ein Kameraden". Gelijksoortige korte plechtigheden had den plaats in de Morschpoortkazerne te Leiden, op de begraafplaats te Val kenburg en te Katwijk a. Zee. WAT ANDERE BLADEN SCHRIJVEN DE SALARISSEN DER RELIGIEUZEN. De Ni e u w e Dag herinnert er aan, dat er door het blad reeds eerder op is ge wezen, dat hoewel naar de meening van genoemd orgaan een salariskorting voor religieuzen niet per se behoeft te worden afgewezen de ingevoerde korting van 40 pet. zeker veel te hoog is. Wij wezen er op, aldus het blad, dat wij „een korting van 40 pet. onder de huidige omstandigheden, gezien de steeds stijgende kosten van levensonderhoud, ook vooi* de religieuzen zeer zwaar achtten, en hebben erop gewezen, dat orden en congregaties, die zich uitsluitend of hoofdzakelijk aan het geven van onderwijs wijdden, daardoor wel eens in ernstige financieele moeilijk heden konden geraken en aan hun finan cieele verplichtingen niet meer zouden kun nen voldoen. Inderdaad blijkt dat bij en kele instellingen het geval te "zijn Deze in stellingen hebben onder andere omstan digheden een schuldenlast op zich geno men, welke toentertijd te motiveeren was en waarvan de renten en aflossingen hoofd zakelijk verzekerd waren door de inkom sten der in die instellingen onderwijs ge vende religieuze leerkrachten. Door de thans ingevoerde salariskorting zullen deze instellingen buiten hun schuld niet meer in staat zijn aan hun verplichtingen te vol doen, zoodat in sommige gevallen zelfs een ineenstorting moet worden gevreesd, in dien niet op de een of andere wijze in de zen noodtoestand redding komt opdagen. Van een financieele débacle van deze in stellingen zullen mede een aantal kleine en weinig draagkrachtige beleggers, die hun spaargelden aan. die instellingen op redelijke condities leenden, de dupe wor den en dat is sociaal gezien een hoogst be denkelijk gevolg. Het is immers geen so ciale rechtvaardigheid aan den een de be staansmogelijkheid te ontnemen om er een ander mee te bedeelen, maar de sociale rechtvaardigheid eischt een menschwaar- dig bestaan voor allen. Gezien den nadruk, welke er officieel is gelegd op de sociale bedoeling van den salarismaatregel ten aan zien van de in gemeenschap levende on derwijskrachten, meer.en wij te mogen ver wachten, dat ook aan dit sociaal hoogst on- gewenschte gevolg ernstige aandacht zal worden besteed". TE KORTE JURKEN. De Volkskrant schrijft: „In een onderhoud met de nieuwe leiding van het bioscoopwezen is de oomerking ge maakt, dat de internationale filmproductie op onze markt de grootste rommel en de minderwaardigste rolprenten heeft ge bracht, „omdat er ten onzent practisch al leen gemeten werd, of de jurken van de sterren wel lang genoeg waren". Dat de rommel zal worden geweerd en in het vervolg aandacht zal worden gewijd aan „de waarlijk opvoedende en de verwil derende elementen, die de film beide in zich kan bergen", vernemen wij met voldoening. Daarnaast vertrouwen wij, dat de nieuwe leiding, metende of niet metende, zal zor gen, dat „de jurken van de sterren lang genoeg" zullen blijven. Dit is een eisch der zedelijkheid, niet der preutschheid. Te kor te jurken rekenen wij tot de „verwilderen de elementen", welke de nieuwe leiding te recht afkeurt". HENGELVISSCHEN IN OPENBAAR WATER. TOT 1 APRIL TOEGESTAAN. Ons bericht omtrent den gesloten visch- tijd behoeft eenige verbetering. Het visschen met den hengel in z.gn. openbaar water is voor alle categorieën visschers tot 1 April toegestaan. Op de rivieren mag tot 21 April met den hengel worden geviccht. Slechts de polderwateren blijven van gisteren af gesloten terrein. »Tel." RIJBEWIJS VERLENGEN? Naar aanleiding van vele binnenkomen de vragen maakt de A.N.W.B. de automo bilisten en motorrijders er opmerkzaam op, dat onder de huidige wetgeving rijvaardig- heidsexamens in het algemeen alleen moe ten worden afgelegd indien het oude rij bewijs langer dan vijf jaar is Vervallen. Bovendien gaat de geldigheid van een nieuw rijbewijs in op den dag van afgifte en niet op den dag, volgende op den ver valdag van het oude rijbewijs. Men be hoeft dus voorloopig geen haast te maken, als men niet van een motorrijtuig gebruik kan maken. De A.N.W.B. adviseert echter om niet te wachten tot het verkeer met motorrijtuigen weer normaal is, aangezien het aantal aanvragen dan zoo overstelpend zal zijn, dat men met vertraging rekening moet houden. LUCULLISME. Je zou zoo zeggen: een vak is een vak en als je dat eenmaal kent en je hebt de noodige routine, gaat het van zelf. Dat denkt U maar! Deze tijd leert ons wel anders. Alle koks en alle huis vrouwen konden koken. Zij wis! en pre cies hoe laat zij de erwten op wat voor een vlam moesten zetten om ze net pre cies gaar genoeg te doen zyn. Zy deden automatisch de juiste hoeveelheid water bij de groenten en de aiaidappelen, braadden het vleesch in vet of boter, kortom het diner bezorgde hun geen bijzondere bekommernissen. Maar nu wordt hun door den oorlog zoo maar plotseling de basis aan hun culinaire we tenschap ontnomen. En daar staan zij nu, gewapend met kennis, die r.iet is te benutten. Het Lucullisme is nu plotse ling van een toegepaste een exacte wetenschap geworden. En een dezer da gen had ik op een avond zin in een lek ker schoteltje. Ik zei dus tot mijn ega: Blijf jij nu maar eens rustig zitten. Je hebt al zoolang in de keuken geploe terd, ik zal eens wat lekkers voor je klaar maken. Zij keek mij ongeloovig aam Ik wuifde haar 'bezwaren weg. Ik trok my terug in de keuken. En na een kwartier keerde ik terug met een ome- lette met cervelaatworst om U tegen te zeggen. Mijn ega stond verbaasd. Zy at en prees my hoogelijk. Ik at en tri omfeerde. Maar na den maaltijd ging zij naar de keuken. Daar stonden zeven vuile pannen. Zij telde veertien halve eier- doppeh en keek naar het leege eier rekje. Voorts bleek haar, dat wy een week geen vleeschwaren meer konden koopen, dat ons rantsoen eieren voor twee weken vertrokken was en dat ik in de botervloot had staan spitten. Goed, de keuken behoort van nu af aan niet meer tot mijn Lebensraum. Maar de heugenis aan die omelette zal ik maanden met mij dragen. LANDDAG VAN HET OPVOEDERSGILDE Zaterdag is in het gebouw voor Kunsten en Wetenschappen te Utrecht een Landdag gehouden, uitgaande van het „Opvoeders- gilde" in Nederland. Des middags heeft allereerst de heer W. Terpstra, gemeentelijk inspecteur van het L. O. te Utrecht, een rede gehouden over „De wyziging van de leerlingenschaal en de kweekeiingen met acte". Spr. gaf in den aanvang van zijn rede een historisch over zicht van de leerlingenschaal over 150 jaar en daaruit bleek, dat de kwestie van de leerlingenschaal al dien tijd de gemoede ren van het onderwijzend personeel heeft beziggehouden. Dat vanwege het departement van prof. van Dam de leerlingenschaal aan een ernstig onderzoek is onderworpen, juichte spr. zeer toe, doch wanneer mettertijd de „kweekeling met acte" wordt afgeschaft, zal het klassegemid delde nog grooter worden dan het thans is. Want wanneer wij zien, al dus spr., dat de schaal thans 37 leerlin gen per klasse zal gaan bedragen, dan zijn wij nog verder verwijderd van ons ideaal dan in 1887, toen er maar 30 leerlingen in een klas mochten wor den opgenomen. Spr. noemde de leer- lingenschaal-van Dam onbevredigend. Dat men bij de benoemingen een open oog zal hebben voor die kweekelingen met acte, die met recht den nieuwen tijd ver staan. lag, volgens spr., voor de hand. In den namiddag sprak de heer G. F. Vlekke, voorzitter van den Bond van Ned. Onderwijzers over „De sociale positie van der onderwijzer". De positie van den onderwijzer, aldus spr., is nooit rooskleurig geweest. Van zéér slecht is zij aanvankelijk minder slecht ge worden, doch slecht is het tot op heden gebleven. Uitvoerig ging spr. hierna in op de ge schiedenis van den schoolstrijd, waardoor ons volk ten zeerste werd verdeeld, ten nadeele' van de leerlingen en ook ten na- deele van de onderwijzers, aldus spr. Thans is het opvoedersgilde opgestaan en dat gaat eischen stellen, en niet alleen eischen stellen, maar ook plannen uitvoe ren. Met woorden van dank aan de sprekers sloot de voorzitter van de afd. Utrecht van het Opvoedersgilde dezen landdag. KERKNIEUWS BENOEMING IN HET BISDOM HAARLEM. Z. H. Exc. de Biscchop van Haarlem heeft den Weleerw. Heer J. L. C. Witkamp, thans Kapelaan te Rotterdam (H. Nico- laas), benoemd tot Pastoor te Nieuwer- kerk a. d. IJssel.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 1