DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Nieuwe burgemeesters
van Amsterdam en Zaandam
Toerisme
Mamentje
.J
WOENSDAG 5 MAART 1941
32ste Jaargang No. 9889
^eGcki^cli^Soii^cmt
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015. Administratie 20935.
Giro 103003. Postbus 11.
V Wot vaderlandsliefde
eischt
Wij namen Zaterdag een artikeltje over
uit de „Nieuwe Dag", waarin o.m. werd
geconstateerd,
„dat het belang van geheel de Neder-
landsche bevolking in het bezette ge
bied rust en orde en een onberispelijke
correctheid en loyaliteit ten aanzien
van de bezettende overheid en weer
macht eischt en dat alleen de streng
ste zelftucht en zelfbeheersching van
allen het dreigend gevaar van noode-
loos en nutteloos leed kunnen afwen
den en bezweren".
Wat hier wordt gezegd, wordt niet voor
den eersten keer gezegd. Wij hebben het zelf
meermalen betoogd, maar 't kan niet tè
diep worden ingedrongen in aller hoofden.
In 's lands hoogste belang wordt geëischt
van alle Nederlanders:
correctheid,
loyaliteit,
zelftucht,
zelfbeheersching.
Als wij aan die eischen voldoen, doen
wij wat in ons vermogen ligt, om noode-
loos leed te keeren; zijn wij voor ons zelf
verantwoord en kan ons geweten gerust
zijn.
Wie invloed kan uitoefenen, opdat ande
ren hun zelfbeheersching bewaren, achte
het zich een plicht, dien invloed inderdaad
uit te oefenen, en de overtuiging te doen
leven, dat vaderlandsliefde vooral in de
zen tijd eischt: correctheid, loyaliteit, zelf
tucht, zelfbeheersching.
Staken, zooals dezer dagen heeft plaats
gehad is objectief beschouwd een
misdadige dwaasheid. Men bereikt er
feitelijk niets anders mee, dan veel,
heel veel leed voor zichzelf, voor anderen,
voor het ons zoo lieve, dierbare vader
land.
Dat vaderland, dat wij willen dienen
dienen, onder alle omstandigheden:
verstandelijk en verstandig! Dienen met
warm hart en met koel hoofd!
1250.000 boete wegens
prijsopdrijving
De inspecteur voor de prijsbeheer-
sching te 's-Gravenhage heeft op 4
Maart j.l. in openbare zitting uitspraak
gedaan -in een ernstig geval van prijsop
drijving. De overtreder, een winkelier
grossier in textielgoederen te 's-Graven
hage, werd bij tuchtbeschikking veroor
deeld tot betaling van een boete van
250.000.
BOTER- EN VETBONNEN VOOR
GEBAKKEN VISCH, POFFERTJES, ENZ.
Ook daar wisselbonnen, net als in
de restaurants
Naar het „Vaderland" van de bevoegde
centrale vernemen moeten van heden af
vet- of boterbonnen worden gegeven bij
het koopen van gebakken visch, pommes
frites, croquetten, gehaktballen, poffertjes,
wafelen, oliebollen en ander oliegebak.
De verkoopers zijn verplicht bonnen in
te nemen. Zij krijgen, net als de restau
rants, wisselbonnen, zoodat men met één
boterbon verscheidene porties al naar
het vetverbruik bij het bakken kan be
komen.
Vooral naar gebakken visch was de
vraag groot, als aanvulling op het vleesch-
rantsoen.
De verkoopers, die tot nog toe een toe
wijzing kregen, gebaseerd op het vetver
bruik in het vorige jaar, zullen voortaan
zelf ook bonnen moeten inleveren, voor zij
zelf vet krijgen.
OFFICIEELE BERICHTEN
Burgemeester
J. Padmos is op zijn verzoek, met ingang
van 28 Februari 1941, als burgemeester
van de gemeente te Duivendijke eervol
ontslagen; idem M. Peeters, met ingang
van 1 Maart 1941; A. Neet is tot burge
meester van de gemeente Hurwenen be
noemd; opnieuw zijn benoemd tot burge
meester: mr. M. Krijger te Lemsterland,
mr. G. P. J. M. de Kerf, van Sas van Gent;
mr. H. Venema, Bellingwol.de, S. van
Hoeve, van Zaamslag, mr. R. A. L. M. H.
Schoepp te Son en Breugel; mr. M. M. P.
H. Brouwers, van Beesel; R. A. Cleveringa,
van Zuidhorn; P. H. Gubbels, van Arcen en
Velde; J. M. A. Nahon, van Noorbeek; B.
P. Hazenberg, van IJselmonde; G. C. D.
d'Aumale baron van Hardenbroek van
Rhenen.
Als zoodanig benoemd resp. de heeren
E. J. Voute en van Ravenswaay
DE BURGEMEESTERS VAN
AMSTERDAM, ZAANDAM EN
HILVERSUM TEVENS REGEERINGS-
COMMISSARIS.
Dr. DE VLUGT EN Mr. IN 'T VELD
.GEPENSIONNEERD.
Het Rijkscommissariaat maakt bekend:
De Rijkscommissaris voor de bezette Ne-
derlandsche gebieden heeft krachtens par.
1. van zijn verordening nr 3/40 over de
uitoefening van de regeeringsbevoegdhe-
den in Nederland de burgemeesters dr. de
Vlugt te Amsterdam en mr. In 't Veld te
Zaandam met ingang van gisteren, 4
Maart, gepensioneerd.
Met ingang van gisteren heeft de Rijks
commissaris tot burgemeester van Amster
dam benoemd den heer Edward John
Voüte, te Amsterdam.
Voorts heeft de Secretaris-Generaal van
het Ministerie van Binnenlandsche Zaken
krachtens de hem bij daverordening van
den Rijkscommissaris nr. 108/40 over bij-
zqpdere administr^ief-rechtelijke maatre
gelen verleend machtiging, den gepension-
neerden kapitein Van Ravenswaaij te Nun-
speet met ingang van gisteren tot burge
meester van Zaandam benoemd.
Nadat'door het decreet van den Rijks
commissaris nr 37/41 de gemeenten Am
sterdam, Hilversum en Zaandam aan de
voorschriften van de nieuwe verordening
nr 36/41 over buitengewone maatregelen op
constitutioneel en adminïstratief-rechte-
lijk gebied waren onderworpen, heeft de
Rijkscommissaris met ingang v n 4 Maart
tot Regeeringscommissaris voor de ge
meente Amsterdam den nieuwen burge
meester Voüte en tot Regeeringscommissa
ris voor de gemeente Hilversum den bur
gemeester aldaar, jhr. mr. Ernst von Bön-
ninghausen aangewezen.
Voorts heeft de secretaris-generaal van
het Ministerie van Binnenlandsche Zaken
op grond van de hem verleende volmacht,
den nieuwen burgemeester Van Ravens
waaij met ingang van 4 Maart tot Regee
ringscommissaris voor de gemeente Zaan
dam aangewezen.
De nieuwe burgemeester
van Amsterdam.
Edward John Voüte is Amsterdammer
van geboorte. Hij aanschouwde in de
hoofdstad het levenslicht op 17 September
1887. Hij volgde te Arnhem de Hoogere
Burgerschool en vervolgens het Instituut
voor de Marine. Als luitenant-ter-zee
tweede klasse verliet hij den Marinedienst
om adjunct-chef van den technischen
dienst van den Hollandschen Lloyd te wor
den.
In 1923 werd de heer Voüte procuratie
houder van de Pakhuismeesteren van de
Thee te Amsterdam.
In 1928 ging hij in zijn kwaliteit van se
cretaris van het Nederlandsch Aardrijks
kundig Genootschap als regeeringsafge-
vaardigde naar het Internationaal Geo
grafisch congres te Cambridge, in 1931 naar
Parijs en in 1934 naar Warschau. Verder
maakte hij als secretaris deel uit van het
college van commissarissen van het matro-
zeninstituut der Nederlandsche zeil- en
roeivereeniging.
De heer Voüte is sedert 1928 te Ber
gen (N.-H.) woonachtig, waar hij sedert
1931 lid van den Raad is als vei-tegenwoor-
diger van het los van de politieke partijen
staande „middenb'.ok".
De nieuwe burgemeester deelde aan de
„Telegraaf" medé, dat hij zich te Amster
dam gaat vestigen om heden reeds zijn
functie te aanvaarden. Hij is, naar hij aan
het blad verder mededeelde, bij geen poli
tieke partij aangesloten.
De nieuwe burgemeester
van Zaandam.
C. van Ravenswaaij, benoemd tot burge
meester en regeeringscommissaris van
Zaandam, is geboren in 1897.
De heer Van Ravenswaaij komt, aldus le
zen we in de „Te!.", thans rechtstreeks van
den Arbeidsdienst, waarin hij na den oor
log als reserve-ka nitein van de artillerie
was overgegaan. Hij was ingedeeld als
technisch leider bij den staf van het vijfde
korps en aangewezen als technisch leider
van het kamp Waterloo, dat tusschen
Austerlitz en Oud-Leusden ligt.
Voor den oorlog was de heer Van Ra
venswaaij een vooraanstaande figuur in het
zakenleven. Hij vertoefde de Warschau o.a.
als procuratiehouder van de N.V. Philips
en verbleef nadien in andere functies te
Brussel en Londen.
HET PRENTENKABINET.
LXVII.
De Commanderij van St. Pieter, de def
tige behuizing van de pastoors der hoofd
kerk, is in het midden der 17e eeuw verka
veld en omgebouwd tot een reeks particu
liere woonhuizen o.a. het Jan Pes ij nsh ofje
en het Rijks-Prentenkabinet. Het is niet
uitgesloten, dat gedeelten van de Comman
derij in de tegenwoordige bebouwing wer
den verheeld, doch wat het uiterlijk voor
komen betreft is er schoon schip gemaakt
Ook de „seventair", een uitbouw met ga
lerij, die de verbinding vormde tusschen
kerk en pastorie (welke doorloop nog in
1417 verbeterd werd) is spoorloos verdwe
nen.
Dank zij de naspeuringen van den heer
A. J. van Rossum du Chattel, ambtenaar
ten archieve die de lastigste snuffelaars
steeds met onverstoorde welwillendheid ter
hulpe snelt kunnen wij mededeelen, dat
in 1644 „de plaats van de Commanderij"
werd verkocht. In het bonboek van het
bon Sevenhuisen staat opgeteekend, dat de
plaats door den weled. heer Joost Vijgh,
commandeur te Leiden en Katwijk, volgens
de resolutie van Z.Exc. graaf Willem Fre-
derik van Nassau, den landscommandeur
der Balije der Ridderlijke Duitsche Orde
binnen Utrecht en de gemeene heeren com-
mandeuren derzelver Balije, „capitaliter
genomen, verkoft ende by Jan Jansz van
der Vecht, als procuratie hebbende, opge
dragen aan Dirck Gerritsz Nagel".
De verkooping van de „plaats" geschied
de in een tiental perceelen.
Het „westwaartsche gedeelte der huy-
singe mitsgaders de e"rven in de Comman
deursplaats in de Heerenstraat", werd door
de Balije der Orde in hetzelfde jaar ver
kocht aan den reeds genoemden Jan Jsz.
van der Vecht, „procuratie hebbende" voor
Cornelis van der Schuere". Het bracht
7485 op voor dien tijd een aanzienlijk
bedrag.
Het werd nu een particulier huis, achter
eenvolgens bewoond door hoogleeraren en
dominees; in het begin der vorige eeuw
was het een kostschool, later een Rijksin
stelling voor Ind. Land- en Volkenkunde
en sedert 1930 het Rijks-Prentenkabinet.
Dit Prentenkabinet gedraagt zich uit
wendig stijf en strak; het noodigt niet uit
tot een bezoek en toch is het een van de
gezelligste universitaire inrichtingen. De
oude Commanderij is gebleven een huis
van stilte en ingetogenheid, waar het een
mensch goed doet zich af te zonderen en
zich te verdiepen in de kunst van alle
eeuwen.
De prenten-verzameling, waartoe in 1809
de grondslag werd gelegd, is rijk aan pren
ten en teekeningen, in 't bijzonder aan Hol-
landsche en Vlaamsche uit de 16e en 17e
eeuw. Het is een collectie, bezienswaardig,
doch gedurende den oorlog niet beziens-
vaardig. Dit geldt ook voor de munten en
penningen het is ook Rijks Penning-ka
binet die evenals de prenten in schuil
kelders den vrede verbeiden.
De rustige tentoonstellings-zaal en de
breede gang zijn tabula rasa: witte vakken,
waarin anders prenten uit de verzameling
bij wisselbeurt worden geëxposeerd.
Ook de tegenwoordige commandeur van
dit huis een titel, die niemand hem zal
betwisten schrijft op een tabula rasa, op
een onbeschreven blad. Prof. dr. W. Mar
tin is de eerste hoogleeraar in de Kunst
geschiedenis aan de Leidsche Universiteit.
Behalve prenten- en penningkabinet is dit
gebouw ook zijn gebouw: bestemd voor het
kunsthistorisch onderwijs. Er is een keu
rig college-zaaltje, een wel-voorziene biblio
theek van kunst-boeken, een practicum
met vergelijkbare gips,-afgietsels en een
stemmige, tot studie dringende ^eeskamer,
die door hooge ramen uitziet op een prach-
tigen tuin, het overschot van „der Duet-
schen heren camp".
Bij het zilveren hoogleeraarschap van
prof. Martin hebben zijn leerlingen hem
een gedenkraam aangeboden, dat zoo diep
symbolisch is, dat het reeds nu bij leven
van den herdachte, moeite kost den zin ér
van te onthullen: een in rood gekleede
vrouwenfiguur, de Kunst, die een phoenix
draagt het beeld der eeuwige verjorging
omgeven door de kleurige kartelingen
van zee, aarde en hemel.
Moge het zinnebeeld eenigszins myste
rieus zijn' in zijn artistieke uitwerking, de
zin bij het beeld maakt de strekking dui
delijk: „grato animo" hebben de leerlingen
dit raam laten vervaardigen (door Hans
Basart) ter heugenis aan hun „primo Hist.
Artis professori".
De „maitre de reception" van het kabinet
is de amanuensis, de heer M. Sjerp, die als
een strenge rechter troont in de leeskamer,
doch voor iederen bezoeker een goede geest
is bij het betreden van dit heiligdom der
kunst, en ook ons rondleidde. Buiten de al
genoemde vertrekken bevat het gebouw de
professorale werkkamer, met boven de
schouw; een' lieftallig „witje" van haspe
lende putti; een directorate kamer met een
sierlijke 18e eeuwsche betimmering (in de
schoorsteenboezem een onvoltooid witje
met een raadselachtige maar in ieder geval
beklagenswaardige, geketende vrouwenfi
guur), een knipkamer, waar met eindeloos
geduld reproducties van kunstwerken wor
den vergaard, een topographische boekerij-
in-aanleg van kunst-steden en een atelier,
waar het nieuw-verworven bezit aan pen
ningen en prenten vakkundig wordt be
handeld.
Het kabinet heeft dus heel wat meer in
zijn mars, dan de Leidenaars vermoeden.
Maar nü ze dat weten, en ook hoe gastvrij
hel kunstlievend publiek er wordt onthaald,
mogen wij de gunstige gelegenheid niet la
ten ontglippen hen tevens kennis te laten
maken met de vereeniging „Lucas van Ley-
den", die de belangen van het Prentenka
binet behartigt: Voorzitter is prof. dr. A.
W. Bijvanck. Deze vereeniging, die voor
zeer velen even verborgen was gebleven
als een „onbekende Vlaamsche meester" is
hiermede voorgesteld en van harte aanbevo
len. Moge de kennismaking prettig zijn!
De tuin van het Prentenkabinet is, zooals
wij terloops opmerkten, een reliek van „der
Duetschen heren camp", van de uitgebreide
landerijen behoorende tot de Commanderij,
welke landerijen eerst laat in de 16e eeuw
werden volgebouwd.
Door dit terrein stroomde en stroomt een
water, de Arkegracht, zoo geheeten naar
de Ark, een steenen gebouw, dat stond
naast de uitmonding der sloot in het Ra
penburg.
Deze Arkegracht gedraagt zich, evenals
de Donkere- en de Volders-gracht, als een
riviertje in de Karst; ze duikt bij het Ra
penburg or.der, doch komt nergens meer
boven. Arkegracht, werwaarts is uw loop?
Nergens-heen! weergalmt het uit de
-duistere kr '.chten.
De Arkegracht, griezelig opgesloten on
der steenen verwulften, loopt zielig dood
bij de Salomonsteeg (het huis op den hoek
met de Nieuwsteeg geeft in zijn scheven
bouw juist den bocht te zien die de gracht
daar maakt)
Dokter J. P. van der Hoeven, kortelings
nog woonachtig in het patriciërshuis Nieuw
steeg 31 heeft aan de geheimenissen van
deze van zon en licht beroofde gracht, veel
aandacht besteed en was zoo vriendelijk in
den ruimen tuin achter het thans leegstaa-
de huis ons den kronkelenden loop van de
crypto-rivier aan te wijzen. Het bezoek aan
het huis gaf ons bovendien het voordeeltje
de tuinkamer te bekijken, bekleed van balk
tot plint met sprookjes-landschappen van
Dirk van Dalens Jr. (pl.m. 1720), en een
schoorsteenstuk het rare verhaaltje van
Zeus met Callisto weergevend van H.
van der Mij.
De Arke- of Commandeursgracht vloeit
of moddert met een eenige wendingen ach
ter de huizen van de Nieuwsteeg en sterft
een verstikkingsdood. Ze liep vroeger door
naar de nu gedempte Pieterskerkgracht.
Dat is echter al zoo lang geleden, dat zelfs
de latere Commandeurs van het Duitsche
Huis zich het niet meer zouden herinneren.
Het toeristiek programma is dezen keer
wel wat overladen. En nóg weten wij van
geen eindigen. Er is door der eeuwen be
zem met het Commandeurs-huis schoon
schip gemaakt; laat ons dat voorbeeld vol
gen.
Het-Jan Pesijns-hofje staat namelijk ook
op Commanderij-grond, ofschoon het van
veel later datum is. Het is een stichting, die
getuigt hoe in ons vaderland drie invloeds
sferen harmonisch samentreffen: het werd
gebouwd op grond van de Duitsche Orde,
was bestemd voor Fransche protestanten
en het verleende onderdak aan Engelsche
vluchtelingen.
Jean Pesjjn en Maria de Lannoy hebben
het gegeven „pour laisser demeurer des
vieilles gens mariez" op één voorwaarde
,,qu' ils fassent profession de la vraye reli
gion reformée".
Dé toegangspoort is een juweel van be
zonken Renaissance-kunst. In het midden
een opschrift:
Dus ziet men uit het puin van een
bouwvallig nest
Een braaf gebouw gesticht door
vruchtlooze echtgenooten
VORSTELIJK GESCHENK.
't Klinkt bijna griezelig in dezen
tijd. De Aga Khan viert feest. U kent
den Aga Khan toch nog, al hebben
verschillende gebeurtenissen sinds
dien hem misschien wat op den ach
tergrond gedrongen?
Herinner u! Hij is die Indische
vorst, die polo en golf speelt en die
de wereld in opschudding bracht door
zijn huwelijk met een Fransch win
kelmeisje.
Nu komt het bericht, dat deze Aga
Khan in 1945 zijn diamanten jubi
leum zal vieren. Nogal voorbarig in
dezen onzekeren tijd, zou men zoo
zeggen, maar misschien zijn de toe
standen in Voor-Indië wat stabieler
dan hier. En men is daar dan ook nu
reeds bezig een geschenk voor den
vorst uit te zoeken. Men heeft daar
voor het oog laten vallen op een paar
diamanten en maar liefst een hoe
veelheid, welke overeenkomt met zijn
lichaamsgewicht.
Welnu: op het oogenblik weegt de
Aga Khan 275 pond.
En 275 pond in diamantgewicht be-
teekent 623.000 karaat. Dat zou bij de
normale prijzen van diamant zoo on
geveer 75 millioen gulden beteekenen,
bij den huidigen prijs zoo ongeveer
het vier a vijfvoudige. Bij zijn gou
den jubilé in 1935 ontving de Aga
Khan een hoeveelheid goud, welke
tweemaal zoo zwaar was als zijn toen
malig lichaamsgewicht.
En ik bepeins, dat het voor den Aga
Khan maar goed is, dat hij niet in
Europa woont, waar het goud niet
langer de basis is van de economie,
maar de arbeid. Maar zijn onderda
nen zouden hem nog vóór 1945 een
poosje naar Europa kunnen sturen om
hem een vermageringskuur te laten
ondergaap, Vanwege die twee mud
diamanten.
Dat lijkt mij niet slecht, als je zoo'n
cadeau in het hoofd hebt....
De Heer EDWARD JOHN VOÜTE,
die tot Regeeringscommissaris van
Amsterdam is benoemd.
Photo Pax.
Voor veel behoeftigen, schoon vreem
den die verstooten
Zijn uit hun Vaderlandt, en vredig
hier gevest
met .aan het slot een gouden krullerij.
Er wordt ook melding gemaakt dat John
Robinson en zijn volgelingen Engelsche
puriteinen, die het protestantsche Enge
land al te protestantsch vond hier inge
haald werden:
On this spot lived,
taught and died
'John Robinson 16111625.
Het Pesijnshof werd opgetrokken in 1683,
zoodat Robinson c.s. die naderhand over
staken naar Amerika hun toevlucht heb
ben moeten zoeken in het „bouwvallig
nest", waarmede wel bedoeld zal zijn een
der verwaarloosde bijgebouwen van de
Commanderij.
De concierge, mevr. wed. Heimans, ging
ons voor naar de regentenkamer. Goud
omrand bloemen snijwerk boven den
schouw, en deze geflankeerd door de schil
derijen van Jean Pesijn, een blozend, wel
gedaan man, en zijn vrouw Maria de Lan
noy, een uiterst teere, lijdende verschijning,
waarvan de bleekheid nog vergroot wordt
door een enorme witte kraag twee waar
devolle stukken uit de „Leidsche school".
Op de binnenplaats een zonnewijzer, ter
herinnering aan N. F. Reyst, bij zijn veertig
jaar regentschap 18841924.
Het#hofje ligt heerlijk open op het Zui
den met uitzicht op de tuinen van de
„plaats" der Commandeurs.
VENATOR VAGANS.