DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Mamentje ZATERDAG 1 MAART 1941 32ste Jaargang No. 9886 S)e £elcbclve(2oii^<Mit Bureaux Papengracht 32. Telefoon: Redactie 20015. Administratie 20935. Giro 103003. Postbus 11. V Het goede boek en een nieuwe rubriek Van 1 tot 8 Maart is een boekenweek ge organiseerd. welke ten doel heeft de liefde voor het boek op te wekken en te ver sterken. Geld, voor een boek uitgegeven, kan ons verzekeren een hooge, buitengewoon hooge rente van genot en leering, kan ons geeste lijk een duurzame, blijvende verrijking schenken. Geld, voor een boek uitgegeven, kan ook niet slechts zijn verloren geld zonder meer, doordat het boek nutteloos en geestelijk waardeloos is, maar óók geld, dat ons geestelijk armer maakt, dat verderfelijke gevolgen voor ons geestelijk leven heeft, dat ons nadeel berokkent, b 1 y v e n d na deel zelfs. Daarom moet de keuze bij het koopen en lezen van een boek ernstig en consciëntieus geschieden. Daarom moeten zij, die verantwoording dragen voor jeugdige personen, zich er van bewust zijn, dat het voor hen is een hoogst gewichtige gewetensplicht, toe te zien, of, zoo zij er niet toe in staat zijn, toe te laten zien op de boeken, op de lectuur van hen, voor wier opvoeding en voor wier heil zij moeten zorgen en waken. Het nadeel van een verkeerd, een slecht boek kan van blij venden aard zijn. Wij herinneren ons levendig de openhartige uit spraak van een reeds overleden Leidsch hoogleeraar, die zeide, op lateren leeftijd nog te worden gestoord en gehin derd, nog den last te gevoelen van verkeer de indrukken, die bij hem, in de ontwikke ling van het geestelijk leven van zijn jeugd jaren, diep waren doorgedrongen. Een goed boek, een waarlijk goed boek wij zeggen dit niet om den Uitgevers een vrij mandaat te geven, de prijzen van goe de boeken op te voeren! kan van een onbetaalbaar groot nut zijn voor hem, die het leest, het in zijn bezit heeft en kan her lezen! Niet alleen het lezen, maar óok het bezit van goede boeken kan een levens verrijking zijn. Vooral jongere personen, die daarvoor in de gelegenheid zijn, zouden wij den goeden raad willen geven, zichzelf het bezit van een mooie boekenkast met goede boeken voor lateren leeftijd te ver zekeren door een geregelden aankoop. Daar zijn er, die er te laat spijt van heb ben, dat niet te hebben gedaan. Een goed bijgehouden boekenkast is een zoo kost baar arsenaal! Niet iedereen echter kan boeken koopen. En ook niet ieder boek, dat het lezen wel waard is, zal door iedereen worden begeerd als persoonlijk bezit. Daarom geven wij, n a de aansporing om goede boeken te koopen, het welgemeende advies, gebruik te maken van een goede bibliotheek. In Leiden is een katholieke bibliotheek gevestigd: Lprentzkade no. 17. Het is wel bëschamend voor velen onzer, dat zij het bestaan van deze bibliotheek nóg niet schijnen te kennen! Toevallig beginnen wij juist "vandaag in de courant een nieuwe rubriek, verzorgd door een bij uitstek deskundige, prof. dr. Greitemann, over het Boek der boeken; welke rubriek ten doel heeft, den lezer meer bekend te maken met den schat, ons door Gods goedheid en wijsheid geschonken in den Bijbel. v Nu wij met deze Zaterdagsche rubriek zijn begonnen, laten wij vervallen de „Pauze'', waarin wij sedert eenigen tyd den lezers dagelijks een klein gedeelte uit de Heilige Schrift voorzetten. NON-FERRO METALEN. De secretaris-generaal van het departe ment van handel, nijverheid en scheep vaart maakt bekend, dat in de Nederland- sche Staatscourant van 28 Februari 1941 is gepubliceerd de prijzenbeschikking non- ferro metalen no. 1. Voor de voornaamste oude en nieuwe soorten alumininum, lood, koper, koperle- geeringen, nikkel, zink en tin vermeldt de ze beschikking de prijzen, waartegen deze metaalsoorten door groothandelaren aan verbruikers ten hoogste mogen worden te koop aangeboden Of verkocht. Voor gedetailleerde gegevens wordt ver wezen naar het in de vakbladen opgenomen bericht. WAT ANDERE BLADEN SCHRIJVEN DE JONGSTE MAATREGELEN OP ONDERWIJSGEBIED. De Utrecht Sc he Cour a n t wijst op de cijfers, waaruit blijkt, dat op de ka tholieke lagere scholen het aantal klooster lingen-onderwijzers véél geringer is, dan het aantal leeken-onderwijzers. En het blad vervolgt dan: „Met deze cijfers voor oogen kan men toch moeilijk spreken van een veroveren van de markt. Bovendien mag men eenige punten niet uit het oog verliezen. Vooreerst hebben tijdens de groote be zuiniging op het lager onderwijs met name de Broeders van de Congregatie der On- bevl. Ontvangenis te Maastricht, toen zoo veel onderwyzers op wachtgeld gesteld werden, de leden hunner Congregatie op wachtgeld laten stellen, ten einde de aan hun scholen verbonden gehuwde onderwij zers in him betrekking te kunnen hand haven. De katholieke onderwijzersorgani satie zal dit kunnen beamen. Vervolgens: laat het waar zijn, dat de religieusen na de gelijkstelling van open baar en bijzonder onderwijs 'n honorarium ontvingen, dat niet in overeenstemming was met het behoefte-element, dat men thans in aanmerking neemt bij het bepa len van het salaris, dan ,vergete men toch niet, dat diezelfde religieusen jaren en jaren onderwijs hebben gegeven tegen een zeer bescheiden vergoeding, waarbij zij vaak nog groote persoonlijke offers brachten ten behoeve van dat onderwijs. In zijn radio-rede zei de secretaris-gene raal van het departement van opvoeding, wetenschap en cultuurbescherming, prof. dr. J. van Dam, dat over twee jaar meer dan 4000 nieuwe krachten een plaats als on derwijzer kunnen vinden. Daarmede is, al dus prof. van Dam, aan de werkloosheid onder de onderwijzers grootendeels een eind gemaakt. Ook dit is ons niet duidelijk. Immers, een vorig jaar liepen volgens mededee- lingen in de onder wij zersvakbladen on geveer 13000 onderwijzers zonder werk. Waar hebben dan die overige 9000 onder wijzers in een jaar tijd een werkkring ge vonden? In de reeds eerder genoemde radio-re de van den secretaris-generaal deelde deze nog mede, dat de geestelijken, die hoofden van R.-K. leekenscholen zijn, hun functie moeten neerleggen. „Het gevolg van dezen maatregel zal zijn", zoo vervolgde prof. Van Dam, „dat er thans een groot aantal hoof denplaatsen, d.w.z. de hoogst bezol digde plaatsen, voor leekenonderwijzers en dat zal in verreweg de meeste gevallen beteekenen: voor getrouwde onderwij zers beschikbaar komen Na deze rede is intusschen de letterlijke tekst van de verordening verschenen. Wanneer we deze verordening góed ver staan, dan heeft de nieuwe maatregel niet dien omvang, dien de radio-rede zou kun nen, doen vermoeden. In art. 1 lezen we n.l. dat het verbod niet geldt voor scholen, die door onderwijsgevende congregaties wor den beheerd of het onderwijzend personeel uitsluitend of voor het grootste deel uit le den van een kloosterorde betrekken. Al zal door dezen maatregel een aantal onderwijzers een betrekking als hoofd krijgen, toch zal dit niet zoo'n omvang aan nemen, als sommigen zich wellicht voor stellen. De statistiek van het R.-K. Cen traal Bureau voor O. en O. wijst uit, dat van de 1599 mannelijke schoolhoofden er 252 lid zijn van een kloostercongregatie. In het Aartsbisdom Utrecht zijn deze cijfers resp. 391 en 33. In de volledige lijst vinden wij echter slechts van 30 scholen aangegeven, dat zij een geestelijke tot hoofd hebben. Van deze 30 scholen hebben er 11 uitsluitend geestelijke leerkrachten, 14 hebben 1 leek, 1 heeft 2 leeken, 1 heeft 3 leeken en 3 hebben 4 of meer leeken. Als we de Verordening goed begrijpen, zou dit hierop neerkomen, dat in het Aarts bisdom Utrecht, waar de bezetting van leerkrachten gemiddeld 5 per school is, 4 leeken-onderwijzers een betrekking als hoofd kunnen krijgen, ter vervanging van een kloosterling. Aan de scholen, waar vrouwelijke reli gieuzen aan het hoofd staan, is de toestand anders. Van de 164 vrouwelijke hoofden van scholen zijn 155 religieuzen. Een deel van deze religieuzen zou, bij strengen uit leg der Verordening door leeken kunnen worden vervangen. Daarmede wordt evenwel niet bereikt, dat de gehuwde onderwijzers de best be taalde plaatsen krijgen, tenzij men over gaat tot den maatregel aan het hoofd van deze meisjesscholen, waaraan uitsluitend vrouwelijke leerkrachten werkzaam zijn, een mannelijke leerkracht als hoofd te piaaotsen. Daartegen zijn evenwel groote bezwaren in te brengen, zoodat men zich wel even mag bedenken, alvorens daartoe over te gaan. Alles bij elkaar genomen levert, wat de betrekkingen van schoolhoofden betreft, de nieuwe maatregel niet dat resultaat op, dat sommigen er zich wellicht van hadden voorgesteld." DE VRIJHEID VAN HET ONDERWIJS. De Volkskrant schrijft: De christelijk-historische Nederlan der maakt de opmerking, dat de secretaris generaal van Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescherming, professor Van Dam, zelf al heeft gevoeld dat hij een gevaarlijk terrein betreedt wanneer hij in de vrijheid var. benoeming van hoogleeraren, leeraren en onderwijzers zcj wenschen in te grij pen. Deze vrijheid is in de Grondwet na drukkelijk vastgelegd. In artikel 200 wordt gezegd, dat „met name de vrijheid van bij zonder onderwijs betreifnr.dc de keuze der leermiddelen en de aanstelling der onder wijzers wordt geëerbiedVd". Het christelijk-historisch blad noemt vrijheid van benoeming „een essentieele vorrwaarde voor de vrijheid van onder wijs". Professor Van Dam wil zegt de „Ne derlander" verder niet de benoeming van onderwijzers aan den Staat trekken, maar denkt wel een goedkeuringsrecht op benoemingen in te voeren. Zij vindt, dat dit principieel geen verschil maakt en doet e n ernstig beroep op Jen bewindsman om dezen weg niet in te slaan: aan een essen tieele voorwaarde voor ie vrijheid "an on derwijs mag niet worden geraakt. Hier zal de „Nederlander" zonder twij fel ölle voorstanders van het vrije onder wijs achter zich vinden. LAFFE „HELDHAFTIG HEID". In de Nieuwe Dag lezen wij „Er schijnen nog altijd Nederlanders in het bezette gebied te zijn, die meenen door het plegen van sabotage tegen de Duitsche weermacht en haar organen heldendaden in het belang van. hun vaderland te verrich ten. Dit is een waanvoorstelling, gebaseerd op een onberedeneerd gevoel, welke geen stand houdt tegenover de nuchtere feitelijke werkelijkheid er het meest elementaire ge- zor.de verstand. De nuchtere feiltelijke wer kelijkheid is, dat Nederland bezet gebied is, de bezettende overheid er de regeerings- macht uitoefent en dat de Duitsche weer macht ook van het bezette gebied uit de oorlogsvbering voortZ' t. De Duitsche overh,' _-n de Duitsche weermacht beschikken over zulke machts- en represaille-middelen, dat het eenvoudig belachelijk moet heeten, wanneer iemand de illusie zou koesteren die overmacht met succes te kunnen aantasten door indivi- dueele daden van sabotage of geweldple ging Deze illusi is echter niet enkel be lachelijk, maar hoogst gevaarlijk en dat niet alleen voor den sabotage-pleger zelf, maar ook voor zijn medeburgers. De ver ordening, waarbij de Duitsche bezettende overheid bepaald heeft, dat behalve de. di recte plegers van de sabotage, ook zij, die tot sabotageaaden aansporen of met zulke daden sympathiseeren, en zelfs heele ge meenten of door de Duitsche overheid daar toe aan te wijzen persone:. strafgevolgen van sabotage-han delingen kunnen onder vinden, en de*wijze, waarop deze verorde ning practisch reeds eenige malen" is toege past, leggen een zware verantwoordelijk heid op iederen individuoelen Nederlander in het bezette gebied, een verantwoorde lijkheid voor hemzelf, zijn medeburgers, en de geheele Nederlandsche bevolking, die zich binnen het machtsbereik van de Duitsche overheid bevindt cn ieder zonder uitzondering dient te bedenken, ten le dat het geen heldhaftigheid, maar een lafheid is daden te verrichten, waarbij hij zelf per soonlijk buiten schot probeert te blijven, terwijl hij anderen den onschuldigen daar voor laat boeten; 2e dat sabotage-daden tegen de Duitsche weermacht in het bezet te gebied door Nederlandschr burgers ge pleegd, een direct ingrijpen in de oorlogs voering beteekent en dus als franctireurs- daden moeten worden beschouwd, ten 3e. dat het belang van geheel de Nederlandsche bevolking in het bezette gebied rust en orde en een onberispelijke correctheid en loyali teit ten aanzien van de bezettende overheid en weermacht eischt en ten 4e. dat alleen de strengste zelftucht en zelfbeheersching van allen het dreigend gevaar van noode- loos en nutteloos leed kunnen afwenden en bezweren. Wie voor zichzelf correctheid en loyali teit als zijn goed recht opeischt, dient te beginnen met zichzelf correct en loyaal te gedragen en alles te vermijden, dat onder de huidige moeilijke omstandigheden ook maar den schijn van illegaliteit zou kun nen wettigen". RIJKSRECHERCHE-CENTRALE Overplaatsing van afdeelingen naar Den Haag. De directeur-generaal van politie brengt ter kennis, dat de tot de rijksrecherche- centrale behoorende afdeelingen, de ryks- opsporingsdienst met de daarbij onderge brachte centrales, de rijksvreemdelingen dienst, met ingang van 3 Maart zijn ge vestigd in het gebouw Raamweg 47 te 's-Gravenhage, tel. 182670 t/m 182676. De centrale ter bestrijding van autodief stallen is voorloopig nog te Rotterdam ge- La n d bou w-organisaties De dagelijksche besturen der drie Cen trale Landbouworganisaties zijn 25 Febr. j.l. in vergadering bijeengekomen, waarop voor de eerste maal de drie Landarbeiders- bonden waren vertegenwoordigd. De voorzitter, de heer H. D. Louwes uit Ulrum, hield een toespraak, waarin hy zeide, dat de samenwerking er een van ge leidelijke ontwikkeling is en dat daarin haar sterkte ligt. Zij is verkregen door niets te forceeren en daarin ligt dan ook de zekerheid, dat zij den storm dezer tijden zal kunnen doorstaan en dat zij voor ver deren uitbouw vatbaar is. De organisato rische ontmoeting van landbouwers en landarbeiders droeg tot voor kort het karakter van loonoverleg, met het onmis kenbare element van belangentegenstel ling. Zonder nu voor "heden en toekomst dit element te willen verdoezelen, kan worden vastgesteld, dat eensdeels dit element zijn strijdkarakter gaat verliezen, terwijl an derzijds organen ter beschikking staan, om bij de loonsbepaling het machtsbegrip meer en meer te vervangen door dat der sociale gerechtigheid. Daardoor is een sfeer geschapen, waarin het agrarisch volksdeel en de agrarische vraagstukken niet meer gezien worden in het licht van een belangentegenstelling tusschen werkgevers en werknemers, maar in de eerste plaats als een ondeelbaar ge heel, waarin de belangen en de plichten van boer en arbeider eng verbonden zijn binnen het raam van het volk. De eerste stap op dezen ontwikkelings weg werd gezet, toen in den herfst van 1930 in den nood der uitgebroken land bouwer^ is de organisaties samen gingen overleggen, hoe dezen nood te lenigen. Dit overleg bleef een incidenteel karakter behouden, totdat in het voorjaar van 1940 besloten werd tot een meer geregelde sa menwerking, welke in de sociale sectie van het Ned. Landbouw secretariaat tot werkelijkheid werd. Hier bleek, dat zich zeer vele punten voordeden, waarover vruchtbaar overleg mogelijk was en daarom werd overeenge komen, dat de samenwerking met de land- arbeidersbonden voortaan niet meer uit sluitend zou plaats vinden in de sociale sectie van het Ned. Landbouw secretariaat, maar dat er voortaan een geregeld over leg zou plaats hebben in de top zelve, dat dus de geregeld gehouden vergaderingen van de drie C.L.O. en den N.P.F. voortaan voor het overleg omtrent de gemeenschap pelijke belangen zouden worden aange vuld met vertegenwoordigers der drie landarbeidersbonden Centrale afzetorganisaties. Hierna werd overgegaan tot de behan deling van de agenda. Besproken werd de vraag of het mogelijk is, een lichaam in •het leven te roepen dat als afzetorganisatie kan optreden voor landbouwproducten, bijv. ten aanzien van consumptieaardappe len. Mede in verband met de positie van den handel moet het noodzakelijk worden geacht, dat onder leiding van de drie C. L. O. de oprichting van dergelijke licha men wordt voorbereid. Besloten werd, dit punt te bespreken met den directeur-ge neraal van de voedselvoorzeining. Stadsjongelui op den akker. Van gedachten werd gewisseld met be trekking tot de plaatsing van stedelijke jongelui van beiderlei kunne in het land bouwbedrijf. Besloten werd, in samenwerking met de samenwerkende boerinnenbonden een com missie van voorbereiding in te stellen met het doel een schema te ontwerpen van de eischen, waaraan deze jongelieden moeten voldoen om voor plaatsing in aanmerking te komen. Het is voorts de bedoeling om de plaatsing op te dragen aan provinciale instanties in overleg met het departement van Sociale Zaken. Organiseercn van cursussen. De aandacht wordt er op gevestigd, dat door den onder de directie van den land bouw ,ressorteerenden dienst der kleine boerenbedrijven zeer nuttig werk is ver richt ten behoeve van deze categorie van bedrijven, waartoe behoorde het organi- seeren van cursussen, mede onder leiding van bedrijfsconsulenten. Naar het schijnt wordt met dit bij uitstek sociale werk niet voortgegaan. Besloten werd, deze aangele genheid te bespreken met den directeur- van den landbouw. Veelevering en prijsverschil. Bij de kwestie betreffende de veeleve ring werd het volgende naar voren ge bracht. Bij doorverkoop van het geclassi ficeerde vee zijn binnen de classificatie niet onbelangrijke prijsverschillen mogelijk. Naar werd medegedeeld, zijn niet overal de meest geschikte personen met doorver koop belast. Besloten werd, stappen te doen, opdat de georganiseerde landbouw de gelegenheid krijgt, advies uit te bren gen over de samenstelling der commissies. Verbouwen van gerst. Aangezien 'het verbouwen van brouw- gerst bijzondere eischen stelt aan raszui- OCTROOI. Het 50.000ste octrooi is verleend. Een feestelijk getal. En je zou zoo zeggen als er in ons kleine landje sinds 1913 50.000 octrooien werden verleend, dan moet het er met de be schaving wel gaad voorstaan. Want al de uitvindingen, waarop octrooi werd verleend, betroffen zaken, die aan de menschelijke samenleving ten goede zouden komen, die het leven veraangenaamden of vergemakkelijk ten, naturlijk a raison van zooveel, maar wij waren al blij, als er weer iets nieuws was uitgevonden. Het 50.000- ste octrooi betrof een wissel voor Manorail hangspoor met twee wis seltongen elk individueel behoorende bij een bepaald railstuk. Daar begrijpt U misschien niet veel van. Wees ge troost, ik ook niet. Maar wij begrijpen hieruit wel, dat wy tegenwoordig nog maar weinig stappen kunnen zetten en maar weinig handelingen kunnen doen of wij maken gebruik van allerlei inge nieuze vindingen, waarop eens octrooi of patent is verleend. En heden ten dage begrijpen wij nog beter, dat al deze uitvindingen ook worden ge bruikt voor zoo iets afschuwelijks van een oorlog, waartoe men zonder die vinding welicht niet in staat zou zijn geweest. En het is dus nog de vraag of wij ons over dat 50.000-ste octrooi zoo heel erg moeten verheugen. Gironummer van de W. H N. Stort op 5553 of 877. Kasvereeniging N.V., A'dam. Postgironummer 877. De Bank van de W. H. N. is 5553 verheid van het zaaizaad, rassenkeuze, dro gen en afdorschen van het gewas, is het noodzakelijk, dat er een zeker prijsverschil bestaat tusschen gewone gerst en brouw- gerst. Thans bedraagt dit verschil slechts 0.50 per 100 K.G. Besloten werd, dit punt te bespreken met den directeur-generaal van de voedsel voorziening. OFFICIEELE BERICHTEN Burgemeester By besluit van den secretaris-generaal van binnenlandsche zaken is J. Kastelein, op zijn verzoek, met ingang van 1 Maart 1941 uit den dienst als burgemeeester van de gemeente Aalsmeer eervol ontslagen. Notarissen. Bij besluit van den secretaris-generaal van Justitie zyn benoemd tot notaris: ter standplaats 's Gravenhage: M. H. Kleijn, candidaat-notaris aldaar (vac. v. d. Giessen); ter standplaats Katwijk: A. W. C. Ver hees, candidaat-notaris te Katwijk a. Zee; ter standplaats Nijmegen: W. G. Weier, candidaat-notaris aldaar; ter standplaats Avehorn: A. T. Wit, can didaat-notaris aldaar; ter standplaats Middelburg: J. L. Her- togs, candidaat-notaris aldaar; ter standplaats Stad-Vollenhoven: mr. J. J. J. van Kluyve, candidaat-notaris aldaarf ter standplaats Zaandam: J. de Jong, can didaat-notaris te Zaandam; ter standplaats Haarlem J. de Reede, candidaat-notaris aldaar; ter standplaats Ridderkerk: L. Smelik, candidaat-notaris aldaar; ter standplaats Huissen: A. M. van Rijcke- vorsel, candidaat-notaris aldaar; ter standplaats Ezinge: H. R. Jonker, can didaat-notaris te Groningen; ter standplaats Sittard: mr. J. J. van We- sen, candidaat-notaris aldaar; ter standplaats Nieuwenhagen: J. P. H. Houx, candidaat-notaris te Maastricht. KIND AAN BRANDWONDEN OVERLEDEN. Zusje kwam met brandende kaars bij de wieg.' Terwijl de moeder afwezig was, heeft het oudste van de drie kindëien van den arbender Keetman te Zuidveen, gemeente Steen wij kerwold, de kinderen zijn vier, twee jaar en zeven maanden oud kans gezien een kaars en lucifers te bemachti gen. Met een brandende kaars is zij bij de wieg gaan staan, die in brand vloog. Ook het behang vatte vlam Toen de buren, op den brand opmerkzaam gemaakt door de rookontwikkeling, het huis waren binnen gedrongen, troffen zij het jongste kindje met brandwonden overdekt in de wieg. In allerijl is het naar Zwolle overgebracht. In het ziekenhuis is het echter spoedig over leden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 1