Mieuwe tegelin# vaa% de
diótüêutie aan texietpscaducteti
De puntenwaardeering in vele gevallen
verhoogd
LIED VAN DEZEN TIJD
ZATERDAG 1 FEBRUARI 1941
DE LEIDSCHE COURANT
DUuE BLAD - PAG. 9
Enkele artikelen vrijgesteld,
andere slechts op speciale
vergunning te ver
krijgen
De nieuwe regeling van
1 Februari tot 1 September
in de maand Februari 1941 in het alge
meen geen speciale vergunningen worden
afgegeven.
Slechts in' dringende gevallen zulks
ter beoordeeling der plaatselijke distribu
tiediensten zal van dit voorschrift kun
nen worden afgeweken.
Onderstaande artikelen kunnen slechts
op speciale punten voor op punten ge
waardeerde artikelen met beperkten vér
koop of op Wehrmachtbezugscheine wor
den afgeleverd: 1. katoenen lakens; 2. wil
len dekens; 3. winterjassen en winterman
tels en stof daarvoor; 4. luiers.
tikelen met uitzondering van dekens, ten
ten en rugzakken; 24. glasgordijnstoffen en
afgepaste glasgordijnen van kunstzijde en/
of celvezel; 25. plunjezakken, plastrons
z wemkleedingij shockey-benoodigdhe-
den, tafeltennisnetten, scheenbeschermers,
zonnekleppen, teen-, en pantalonsbescher
mers, panaanvatters, yelvetsponzen, kunst
zijden sponzen, sponzenzakjes van oilsilk,
weekendstaschjes van stof e.d., avond-
taschjes, alle soorten regenpijpen, kook- en
koksmutsen, kastranden en schoorsteenval-
len, nachtzakken, kamerschermen, gor
dijnkoord, touw, rubbergaren, zadeldekjes,
reddingsboeien en zwemvesten; 26. pantof
fels en schoenen, voor zoover uit textiel
vervaardigd.
De verkoop van winterjassen, winter
mantels en van stof daarvoor is in zijn ge
heel verboden. Ieder echter die geen win
terjas heeft en die er een noodig heeft y
kan bij de plaatselijke distributiebureaux c
speciale punten krijgen. Zoodoende komen s
de winterjassen bij degenen die ze wer-
kelijk noodig hebben.
i
Er zal een dienst schaarschtemeldingen 1
worden ingesteld, waardoor de directeur
van het rijksbureau voor de distributie van 1
textielproducten door den handel ervan
op de hoogte wordt gesteld wanneer
schaarschte dreigt te ontstaan in een be- i
paald artikel, zooals ondergoed, doeken, 1
lakens enz. Het rijksbureau zal dan zorg t
dragen, dat het betrokken goed in stan- 1
daardkwaliteiten wordt aangemaakt en te- i
gen een vastgestelden prijs onder de be- c
volking wordt gebracht.
De detailhandelaren in tweedehandsch 1
kleeding zullen een vergunning noodig
hebben. Tweedehandsch gedragen kleeding i
en tweedehandsch gebruikte huishoudelij- i
ke textielgoederen mogen door den klein-
handel op de halve puntenwaarde gewaar-
deerd worden. 1
Publieke verkoopingen en veilingen van
textielproducten zijn slechts toegelaten,
wanneer een vergunning door het rijksbu
reau is verstrekt.
Toelichting.
i
In een persconferentie heeft de heer H.
G. Heij, directeur van het Rijksbureau voor j
de distributie van textielproducten door
den handel, eenige toelichtingen gegeven
op de nieuwe distributieregel!" voor tex-
tielproducten. Hij heeft daarbij ook over y
eenige aanverwante onderwerpen gegevens
verstrekt. c
GEBRUIKTE KLEEDINGSTUKKEN.
In de eerste plaats deelde hij mede wat
de resultaten zijn geweest van het systeem
van inlevering en uitdeeling van gebruik
te kleedingstukken. In totaal zijn in de af-
geloopen distributieperiode 181.857 groote
kleeplingstukken ingenomen, waarvan
150.813 overjassen en mantels, 16.368 hee-
rencostuums en 14.676 wollen dekens.
De heer Heij bracht dank aan de land-
genooten, die hun kleeding hebben be- t
schikbaar gesteld en aan de kleedingcomi- i
tó's, die deze vorm van hulpverleening
zonder kosten mogelijk hebben gemaakt.
Uitgereikt zijn aan Nederlandsche
vrouwen en mannen in dezelfde plaats 1
van inwoning: 169.249 stuks, zoodat
nog" 12.608 groote stukken in voorraad zijn
welke zoo spoedig mogelijk zullen worden i
verdeeld.
Deze kleedingactie is zeer verheugend
verloopen aangezien het aldus mogelijk is
geweest een waarde van ongeveer 1 mil-
lioen gulden zonder kosten aan de meest
behoeftigen te doen toekomen. Het is de
bedoeling ook voor de volgende distributie
periode een dergelijke regeling te ontwer
pen.
Voorts deelde de heer Heij mede zich in
verbinding te hebben gesteld met Winter
hulp Nederland en er voor zorg te hebben
gedragen, dat menschen, die door Winter
hulp kunnen worden geholpen en mis
schien formeel niet aan de voorwaarden
voor de verstrekking van kleeding en dek
king in aanmerking komen, te laten voor
gaan bij de voorziening. Dereelijke men
schen, die door Winterhulp geholnen kun
nen worden, zullen zeker niet op de for
maliteiten van de distribv" -^«reling vast-
loopen.
ROTTERDAM, ZEELAND,
GREBBESTREEK.
Een ander gunstig resultaat kon de heer
Heij nog mededeelen: de voorziening van
textielproducten van de geteisterde bevol
king van Rotterdam is thans verzekerd.
Van het begin af heeft het rijksbureau alle
moeite gedaan eerst Rotterdam te helpen.
Thans is men zoover dat verklaard kan
worden dat de bevolking aldaar het noo-
dige kan krijgen. Neemt men in aanmer
king voor hoeveel' millioenen aan textiel
producten in Rotterdam verloren is gegaan,
dan moet men dit een groote prestatie noe
men van de leveranciersgroepen aldaar.
Thans is het de bedoeling te beginnen
de benadeelde groepen in het geteisterde
Zeeland en in de Grebbestreek van het
eerstnoodige te voorzien, opdat men ook
daar zijn verloren gegane voorraden kan
aanvullen.
KETTINGHANDEL EN PRIJS
OPDRIJVING.
Wat dan de distributieregeling zelve be
treft legde de heer Heij bijzondere nadruk
op de bestrijding van den kettinghandel en
van de prijsopdrijving. De detailhandel
heeft tot nu toe een betrekkelijke vrijheid
gehad. Zonder aan den bona-fide-handelaar
te kort te willen doen, moest de heer Heij
toch bekennen, dat de luxe van de vrijheid
toch wel wat grootsch blijkt te zijn geweest.
Hij ziet zich dan ook genoodzaakt voortaan
de strengste maatregelen te moeten nemen.
Tot vandaag zijn er 107 vérgunnin
gen irgetrokken, d.w.z. dat deze 107
zaken gesloten zijn. De heer Heij vreest
dit aantal binnenkort met eenige hon
derden te moeten vermeerderen. Het
kan niet worden toegelaten dat enke
lingen zich ten koste van de gemeen
schap bevoordeelen.
HANDEL IN KAARTEN.
Bij het publiek is het grootste euvel
de handel in kaarten geweest. Men
kocht kaarten op van menschen, die
zelf geen geld hadden om hun textiel-
kaarten ten volle te besteden. Het ware
een betere uiting van sociaal besef ge
weest, indien men deze menschen aan
geld had geholpen om hen in staat te
stellen hun punten wel te besteden.
Voorts noemde de her Heij het een
vreemd verschijnsel dat juist de textielaf-
deeling van het distributiesysteem zoo be
stormd wordt met aanvragen voor extra
toewijzingen. De toeloop is zoo groot ge
weest, dat de heer Heij maatregelen heeft
moeten nemen, om te waarborgen dat spe
ciale vergunningen alleen dan worden ver
strekt, wanneer werkelijke noodzaak aan
wezig is.
Op een vraag of men punten van de
oude puntenkaart nog kan opmaken, ant
woordde de heer Heij ontkennend. Welis
waar is de winkelsluiting in de laatste
Januaridagen velen een streep door de re
kening geweest, doch dit zij een troost: de
punten die in deze laatste dagen aangebo
den werden waren meestal niet de punten
van de eigen textielkaart, zoodat deze win
kelsluiting in hoofdzaak degenen getroffen
heeft, die handel jp kaarten hebben ge
pleegd. Mocht het geval zich voordoen dat
iemand zijn eigen kaart nooit heeft kun
nen gebruiken wegens gebrek aan geld en
nu ineens geld heeft gekregen, dan kan
zoo iemand met inlevering van zijh onge
bruikte kaart zonder punten geholpen wor
den door het plaatselijk distributiekantoor.
PUNTENWAARDEERING.
Wat de puntenwaardeex'ing nu betreft,
deze is inderdaad hier en daar hooger dan
in de vorige periode. Het rijksbureau is er
echter van uitgegaan dat het beter was de
goederen hooger te waardeeren, dan pun
ten uit te geven, die later niet voor goede
ren in te lossen zouden zijn. Dan zou men
slechts een voorraad papier zonder de be
volking hebben gebracht zonder de aanwe
zige textiel voorraad eerlijk te hebben ver
deeld.
Zooals het nu is, geeft de waardee
ring der verschillende artikelen in ieder
geval de zekerheid, dat tijdens de gel
dingsduur van deze kleedingkaart de
bevolking haar punten ook besteden
kan.
De puntenwaardeering.
Bij de nieuwe puntenwaardeering is in
de eerste plaats wijziging gebracht in de
indeeling der goederen.
Tot dusver werden de artikelen onder
scheiden in die, vervaardigd uit kunstzijde
of natuurzijde en die, vervaardigd uit wol,
katoen, of andere grondstoffen.
Thans zijn de artikelen in drie groepen
verdeeld en wel a. die, van natuurwcl of
natuur wolhoudend; b. die van kunstzijde en
natuurzijde en c. die van andere grondstof
fen, o.a. celvezel, kunstwol, katoen, lin
nen, e.d.
Ook in de goederen,welke onder de dis
tributie vallen is wijziging gebracht, door
dat thans verschillende nieuwe artikelen
in de distributie zijn opgenomen.
Ten slotte zijn tal van artikelen op een
hooger aantal punten dan tot dusver ge
waardeerd.
We geven thans eenige voorbeelden. Van
het aantal punten, dat voor bepaalde arti
kelen moet worden ingeleverd, waarbij de
puntenwaarde resp. geldt naar de boven
genoemde onderscheiding.
Borstrok met mouwen (van stof, tricot
of gebreid): voor mannen resp. 14, 11 en
14 punten, voor jongens 6, 6 en 6 en voor
meisjes 6, 5 en 6.
Borstrok zonder, of met 1/4 mouwen
(van stof): voor mannen 7, 6 en 7; voor
vrouwen 12, 6 en 12; voor kinderen als
boven.
Broek (lange, rij-, tennis-, fiets-, en
strandbroek) van stof: voor mannen 28, 28
en 28; voor vrouwen 18, 10 en 16, voor
jongens 14, 14 en 14 en voor meisjes 11, 7
en 10.
Costuum 3-deelig (colbert-, jaquet-,
sport-, smoking-, rok-) bestaande uit jas,
broek en vest: voor mannen 80, 80 en 80;
voor jongens 50, 50 en 50.
Costuum 2-deelig (colbert enz. als bo
ven) bestaande uit jas en broek, voor man
nen 70, 70 en 70 en voor jongens 40, 40
en 40.
Dameshemd, langer dan 90 cm., totaal,
met ronde of vierkante hals (van stof): 20,
13 en 20.
Dameshemd. langer dan 90 cM., totaal,
alle andere modellen (stof, tricot of ge
breid 12, 7 en 12.
Dameshemd, korter dan 90 cM., totaal
(van stof), voor vrouwen 12, 6 en 12 en
voor meisjes 10, 6 en 10.
Dameshemd, korter dan 90 cM. totaal
(tricot of gebreid), voor vrouwen 10, 6 en
10 en voor meisjes 5, 5 en 5.
Dassen (alle soorten): voor alles 1 punt.
Directoire, langer dan 50 cM., totaal
(van stof): 12. 7 en 7, (tricot of gebreid),
12, 7 en 7, (geplatteerd) 11, 11 en 11.
Directoire, korter dan 50 cM., totaal (van
stof): voor vrouwen 10, 6 en 10 en voor
meisjes 7, 4 en 6.
Hemd met mouwen (van stof, tricot of
gebreid): voor mannen 14, 11 en 14 en
voor jongens 6, 6 en 6.
Hemd zonder of met 1/4-mouwen: voor
mannen 7, 6 en 7 en voor jongens 6, 6
en 6.
Jasje (colbert-, jacquet-, sport-, smo
king-, rok-, cachemir-, tropical-, e.d.): ge
voerd: voor mannen 42, 42 en 42; voor
vrouwen 38, 38 en 38; voor jongens 26, 26
en 26 en voor meisjes 33, 33 en 33; 1/2 ge
voerd: voor mannen 39, 39 en 39 en voor
jongens 17, 11 en 17; ongevoerd: voor man
nen 28, 17 en 25; voor vrouwen 22, 13 en
20; voor jongens 14, 9 en 14 en voor meis
jes 21, 11 en 16; tricot of gebreid: voor
mannen 28, 17 en 25; voor vrouwen 33, 33
en 33; voor jongens 14, 9 en 14 en voor
meisjes 21, 11 en 16.
Kousen, lang en 3/4 lang (tricot) ook
geplatteerd, voor mannen 6, 6 en 6; voor
vrouwen, jongens en meisjes 6, 4 en 4; (ge
breid) ook geplatteerd: voor mannen 8, 8
en 8; voor vrAjuwen, jongens en meisjes als
boven.
Mantelpak: voor vrouwen 56, 25 en 36
en voor meisjes 44, 18 en 26.
Onderbroek (lang en 3/4 lang) voor
mannen 14, 11 en 14 en voor jongens 9, 9
en 9; kort: voor mannen 10, 8 en 10 en
voor jongens 6, 6 en 6.
Overhemd met 1 losse of vaste boord
(van stof): voor mannen 24, 15 en 20 en
voor jongens 20, 11 en 18; (tricot of ge
breid) voor jongens 13, 11 en 13.
Pyama (van stof) voor mannen 45, 29
en 45; voor vrouwen 30, 24 en 30; voor
jongens en meisjes 25, 20 en 25, (tricot of
gebreid) voor jongens en meisjes alles 16.
Regenjas (van gummi, gegummeerde stof
of transparant) ongevoerd voor mannen
en vrouwen alles 25 en voor jongens en
meisjes alles op 18, (van stof, ook dub-
beldoek) gevoerd voor mannen 65; voor
vrouwen 50, 45 en 45; voor jon
gens 50, 27 en 42 en voor meisjes 37, 18 en
23; regenmantels voor vrouwen en meis
jes als boven voor regenjassen.
Sporthemd voor mannen en vrouwen 24,
15 en 20; voor jongens 20, 11 en 18 en voor
meisjes 10, 6 en 10.
Trui voor mannen alles 21; voor vrou
wen 19, 14 en 19; voor jongens alles 14
en voor meisjes 14, 8 en 14.
tricotpakjes (2-deelig) voor jongens al
les 40.
Omtrent de nieuwe regeling voor de
distributie van textielproducten kan nog
het volgende worden medegedeeld:
De kaarten tellen elk 100 punten. Zij zijn
geldig van 1 Febr. 1941 tot 1 September
1941.
Deze geldigheidsperiode is wederom in
gedeeld in 2 termijnen, n.l. in een termijn
van 1 Februari 1941 tot 1 Juli 1941 en een
termijn van 1 Juli tot 1 September 1941.
In den eersten termijn worden op deze
kaarten de laatste 80 punten ter beschik
king gesteld, zoodat 20 punten overblijven
voor den tweeden termijn. In den eersten
termijn ongebruikt gebleven punten zijn
eveneens geldig in den tweeden termijn.
De aan bepaalde gezinnen uitgereikten
toeslagkaart is, evenals de andere kaarten
geldig vanaf 1 Februari 1941 tot 1 Sep
tember 1941. Zij is echter niet ingedeeld
in termijnen en is derhalve in haar geheel
beschikbaar vanaf 1 Februari 1941.
Op de persoonlijke textielkaart staan 10
bons, gemerkt met hoofdletters. Deze bons
hebben geen puntenwaarde. Zij zijn be
stemd voor extra beschikbaarstelling van
gerantsoeneerde textielproducten, wanneer
hiertoe de mogelijkheid en de behoefte
aanwezig is. Deze extra beschikbaarstel
ling en de artikelen, waarop zij betrekking
hebben, zullen te gelegener tijd bekend
worden gemaakt.
De op de kaart aanwezige punten moe
ten te beginnen bij nummer 100 door den
winkelier in teruggaande richting
worden afgeknipt. De punten op de toe
slagkaart zijn niet genummerd. Zij mogen
in willekurige volgorde worden gebruikt
Kleeding en benoodigaheden voor kinde
ren beneden 3 jaar kunnen slechts betrok
ken worden op stamkaart van het kind.
Voor de aflevering van bovenstaande
goederen dient een volledig ingevuld afle-
veringsbewijs door den kooper te worden
afgeteekend, terwijl de leeftijd van het
kind op het afleveringsbewijs moet wor
den genoteerd.
Dit afleveringsbewijs heeft de handelaar
absoluut noodig voor zijn herbevoorra
ding.
Luiers kunnen slechts op spe
ciale punten worden afgele-
verd.
Voor kinderen, die nog niet geboren zijn,
kunnen speciale punten worden verleend
op vertoon van doktersattest of verklaring
van vroedvrouw of wijkverpleegster.
Voor textielkaarten, welke na 1 Februari
1941 worden uitgereikt geldt, dat bij af
gifte in:
Maart 1941 14 punten verwijderd, in
April 1941 28 punten, in Mei 1941 41 pun
ten, in Juni 1941 56 punten, in Juli 1941,
70 punten en in Augustus 1941, 84 punten.
In den eersten termijn zijn op de voor
persoonlijk gebruik bestemde kaarten 80
punten beschikbaar. Dit aantal is in een
enkel geval niet groot genoeg om een der
groote stukken aan te schaffen, b.v. een
winterjekker.
'Om hieraan tegemoet te komen is de mo
gelijkheid gegeven om in deze gevallen
punten te gebruiken van den volgenden
termijn.
Het ruilen van gekochte goederen is mo
gelijk. Het spreekt vanzelf, dat van het
teruggeven van punten geen sprake kan
zijn, omdat losse punten ongeldig zijn.
De bestaande regeling voor het afgeven
van speciale vergunningen vervalt met in
gang van 1 Februari 1941. Hiervoor komt
in de plaats een nieuwe regeling.
Alle artikelen, welke niet vallen onder
vrijgestelde artikelen, op punten gewaar
deerde artikelen en op leverin gsvergun
ning verkrijgbare artikelen, kunnen wor
den aangeschaft op speciale punten of
Wehrmachtsbezugscheine. Daarnaast kun
nen in bijzondere gevallen de op punten
gewaardeerde artikelen ook door middel
van speciale punten worden verkregen.
Speciale punten kunnen o.a. worden aan
gevraagd voor:
a. huwelijk, of eerste inrichting, beval
ling, sterfgeval;
b. verhuizing;
c. verwoesting door oorlogsgeweld en/of
brandschade;
d. uitzet noodig voor bepaalde onderwijs
inrichtingen;
e. uitzet noodig voor de intrede in een
klooster;
f. specifieke beroeps- of ambtskleèding
(behalve vrijgestelde beroeps- en ambts-
kleeding);
g. benoodigdheden voor hotels, café's,
restaurants, pensions, kantoren, scholen,
ziekenhuizen e.d.;
h. charitatieve instellingen, overheidsin
stellingen en bedrijven, welke textielgoe
deren niet op andere wijze kunnen betrek
ken;
i. bijzondere gevallen, ter beoordeeling
van distributiedienst, c.q. rijksbureau.
In verband met de nieuwe regeling voor
de afgifte van speciale punten, welke op 1
Maart 1941 in werking zal treden, zullen
Vrijgesteld zijn de volgende goederen.
a. Van de beschermendeberoepskle
ding: 1. kleeding voor zandstraalblazers; 2.
kleeding voor lasschers; 3. kleeding voor
arbeiders in gieterijbedrijven; 4. Schacht-
kleeding voor mijnwerkers; 5. asbestklee-
ding; 6. zuurvaste kleeding; 7. oliejassen;
8. waterdichte beroepskleeding; 9. be
schermende kleeding tegen teer en mest.
10 schoorsteenvegerskleeding; 11. operatie-
jassen (geen doktersjassen).
b. Van de lijf-, bedde- en huishoudgoe-
deren:
1. boorden van papier met stofovertrek;
2. doodskleeding (tegen overlegging van
dokter attest); 3. wasch- en badhandjes; 4.
dweilen, koeliedekens en moltondekens
voor zoover beide soorten maximaal 10 pet.
katoen bevatten en verder bestaan uit af
valstoffen, terwijl zij bovendien voorzien
moeten zijn van het merk K.A. no
van de vergunning R.T.B.; 5. stofdoeken; 6.
wrijfdoeken; 8. boenlappen; 9. panlappen,
vaatkwasten, panschuurders en zwabbers;
10. kleedjes voor serveer- en andere bla
den (alle soorten); 11. corsetten, corselet
ten, bustehouders, sous-bras, gordels,
maag- en buikbanden, jaretelles.
c. Van de hoofdbedekking:
l.mutsen en baretten van slof; 2. Petten
van stof; 3. hoeden (alle soorten).
d. Van de mode-artikelen:
1. gordels, riemen, ceintuurs; 2. bretelles;
3. sokophouders; 4. mouwophouders; 5.
slobkousen (sous-piede), (alle modellen);
6. handschoenen (met uitzondering van ge
voerde tricot, of gebreid); 7. oorwarmers;
8. kniewarmers; 9. polswarmers.
e. Van het kleinvak:
1. jabots, ruches en dergelijke aan mo
de onderhevige witgoederen; 2. stoffen van
kant en tulle (machinaal en handwerk,
eventueel ook geborduurde kant en tulle,
onafhankelijk de breedte der stof) en daar
uit vervaardigde artikelen en kleeding,
ook sluiers enz. (met uitzondering van
peingnoirs, kamerjassen, strandkleeding.
kapmanteltjes, omslagdoeken); 3. kanten,
entre-deux e.d. hoogstens 30 cM. breed; 4.
tres (alle soorten); 5. galon (alle soorten):
6. passementerie (alle soorten); 7. band.
bandfluweel, lint en elastiek; 8. veters en
overeenkomstige vlecht weef seis; 8. strik
ken, corsages, kunstbloemen, garneering,
haarbandeaux, haarnetten e.d.; 10. rouw-
artikelen, voor zoover geen kleeding.
f. Van de sanitaire artikelen:
1. damesverband; 2. pluksels, watten en
andere verbandstof; 3. bandages ;4. elastie
ken knie-, enkelkousen e.d.; 5. sluitlakens.
g. Van parapluies enz.:
1, parapluies; 2. parasols; 3. parapluie-
en parasolsfoudralen4. tuinparasols.
h. Van de handwerkartikelen:
1. handwerken (met uitzondering van
kleeding, 'lijf-, bedde- en huishoudgoede-
ren, alles voor personen van 3 jaar en
ouder); 2. voorgeteekende en geborduurde
spatkleeden; 3 .voorgeteekende en gebor
duurde sierkleeden (waarvan de teekening
of het borduursel zich over het geheele
kleed uitstrekt en zich dus niet slechts tot
de randen of hoeken beperkt); 4. handge-
weven tafel-, divan-, kapstok- en sierklee
den; 5. tapijtnaaigaren in handelsopmaak;
6. handwerkgaren (b.v. borduurgaren, ke
limwol, zephyrwol e.d.) in handwerkop-
opmaak, zooals strengetjes, kluwentjes en
spoeltjes van minder dan 25 gram; 7. an
gorawol in iedere opmaak.
k. Van de diverse artikelen:
1. tapijten, karpetten, matten, kleedjes,
tapijtstof, looperstof -en cocosartikelen,
kleiner dan 90 x 160 cM.; 2. tafel-, divan-,
kapstok- en wandelkleeden en afgepaste
gobelins; 3. linoleum, balatum, stragula,
vloerzeil en vocaleum, cylinder- of druk-
doek; 4. vlaggen en vaandels (geen vlag
gendoek); 5. calqueerlinnen en schilders
linnen; 6. boekbinderstoffen; 7. speelgoed;
8. artikelen voorzien van meer dan 50 pet.
metaaldraad en de daaruit vervaardigde
kleeding; 9. paramenten (alle soorten) ook
kleeding voor koorknapen, misgewaden
e.d.; 10. theemutsen, theebeurzen e.d.; 11.
sierkussens en poefs; 12. bont en daaruit
vervaardigde bovenkleeding, voor zoover
het bont daarin niet gebruikt is als voe
ring; 13. natuurzijden en kunstzijden naai-,
rijg- en festonneergarens; 14. lampekap-
pen, glanscretonne; 15 pitten en petro-
leumbranders; 16. tasschen, beurzen, doo-
zen, étui's, koffers, stofzuigerzakken, hang
matten, sierkussens, kle'erenhangers, pop-
penkleeding; 17. visscherijartikelen (geen
visschersgaren); 18. artikelen vervaardigd
uit jute, sisal, hennep, rameh, manilla; 19.
kunstleer, leerdoek en wasdoek: 20 arti
kelen vervaardigd uit geperst vilt; 21. ver
duister ingsstof (zwarte stof voorzien van
paplaag) en daarvan voor verduisterings
doeleinden vervaardigde artikelen, ook
verduisteringsstof van afvalproducten, mits
voorzien van speciaal merk van een der
rijksbureaux: 22. schoorsteenloopers, tafel-
loopers, antimacassers en sierkleedjes klei
ner dan 1 vierkante meter; 23. kampeerar-
WINTER
Ik riep: hoera! Het dooit nu snel in deze lage landen,
Er is nu, naar mijn smaak althans, genoeg ijs al voorhanden.
De schaatsenrijders hebben al genoeg geluk gehad,
En waagden zich blij op het ijs al was het nóg zoo glad.
Maar ik keek onderwijl beducht naar 't slinken van mijn kolen,
En 'k uitte mijn bezorgdheid en mijn vreeze onverholen,
Ik zei zoo iets van: 'k wou maar dat het heel hard dooien wou,
't Duurt hoogstens nog vijf kitjes en wij zitten in de kou.
En zie: de meter steeg opnieuw tot vijf, zes, zeven graden,
Dat kwam, dacht ik, mijn kolenkist bijzonder goed te stade.
Ik temperde de kachel wat dat was mijn eerste plicht
En voelde mij behaag'lijk en mijn zorgen wat verlicht.
Maar zie: toen heeft en 'k was daarvan een oogenblik verbijsterd
De griep ons beetgepakt en met haar kwalen ons geteisterd,
En toen was het meteen ook alweer met den dooi gedaan,
En konden wij met griep en kou, weer aan het stoken slaan.
Nu staat de zaak opnieuw weer zoo, dat men weer op moet passen,
Wij huiveren in onze kraag en duiken in de jassen.
Het vriest opnieuw, het vriest weer hard en d'Oostenwind is guur,
En 'k mompel in mijn baard: het barre jaargetij is duur.
De kachel en de menschenmaag zijn beide zeer veeleischend,
De overvloed is.naar de maan, de levensstandaard rijzend,
De fiscus plukt ons onderwijl, da's altijd zoo geweest,
En 'k wacht dus met een haït vol hoop op 't komend lentefeest.
De winterpracht is wonderschoon met sneeuw op alle velden,
Maar teenen, die bevroren zijn, die moeten het ontgelden,
En aan mijn deur staat nu een man te bibb'ren in de kou,
Omdat hij eten moet en dus ook iets verkoopen wou.
En dan bedenk ik met een zucht, dat ik niets heb te klagen,
Ik heb nog voedsel voor mijn maag en warmte alle dagen;
Ik ben, ondanks den winter, dus nog rijkelijk gezegend,
Maar 'k hoop van harte, dat het morgen kokend water regent.
TROUBADOUR.
P.S. Toen steeg de thermometer weer, ik riep: hoera, het dooit,
't Was wéér bedrog en 'k heb het ding in diggelen gegooid.