Weerbericht WILDE KONIJNEN Bonaanwijzingen. Uit België. SPORT V 4 VRIJDAG 31 JANUARI 1941 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BLAD - PAG. Z Abonnementsprijs: voor Leiden 19 cent per week; 2.5J per kwartaal. Bij onze agenten '0 cent per week; f 2 60 per kwartaal Franco per post 2 95 per kwartaal Geïllustreerd Zondagsblad 0.50 per kwartaal. Losse nummers 5 cent, met geïll Zondagsblad 9 cent Advertentiën: 30 cent per regel. Ingezonden mededeelingen dubbel tarief Telefoontjes hoogstens 30 woorden, 50 cent per plaatsing, al léén Woensdag en Zaterddg. ZONS OP- EN ONDERGANG. Zon onder 18.26 uur. Zon op 9.23 uur. MAANSTANDEN. y 31 Januari 10.50 op, 23,12 onder. 1 Februari 11.13 op 2 Februari 0.15 onder, 11.37 op 3 Februari 1.17 onder, 12.01 op 4 Februari 2.20 onder,12.28 op 5 Februari 3.20 onder 12.58 op (Eerste kwartier) 6 Februari 4.20 onder, 13,35 op. |TD II CD 11 CD 11011 CD II CD 11 CD i I CO 11 CO II CL 0 Verduisteringstijden i 0 Er is bepaald, dat er verduisterd 3 moet worden tusschen zonsonder- Q 0 2ang en zonsopkomst. 0 Deze tijden zijn voor hedenavond r en morgenochtend: U (J ZONSONDERGANG Q 18.20 uur. ZONSOPKOMST Q 9.23 uur. Q Q Tusschen deze beide tijden dient Q Q er dus verduisterd te worden, Oil Oil OU Oil Oil OIIOII Oil cP Deze week flinke aanvoer Extra zwaar t 2 10-12.25. 5346 Wij verwachten op het einde van deze week een partij Kuikens, Soepbraadkippen enz. DE BRUUN HO0GZW0ERD 72 - LEIDEN - TEL. 25031 WAT ANDERE BLADEN SCHRIJVEN DE BISSCHOPPELIJKE BOODSCHAP. De T ij d bestrijdt het „Volk", dat een ondoordachte veroordeeling heeft uitge sproken over het jongste schrijven van het Nederlandsch Episcopaat. Met de interpre tatie, welke de „Tijd" daarbij geeft van de bedoelde bisschoppelijke boodschap, voor zoover betreft de ongeoorloofdheid van het lidmaatschap van de N.S.B. voor den Ka tholiek, zijn wij het niet eens. Doch hier op gaan wij niet in. 't Is onze bedoeling een paar zinnen uit het „Tijd"-artikel te citeeren, waarmede wij het wel eens zijn. De T ij d wijst er op, dat de bisschoppelijke boodschap niet spreekt van „het" nationaal-socialisme, maar van de nationaal-socialistische be weging. De bisschoppelijke boodschap houdt geen afwijzing in van het program der N.S.B., maar van de N.S.B., zooals deze zich door diverse daden doet ken nen. Hierop moet inderdaad de nadruk wor den gelegd, voor nu en voor de toekomst. (Vervolg van pag. 6). KOFFIE EN THEE. De secretaris-generaal van het departe ment van Landbouw en Visscherjj maakt bekend ,dat het noodzakelijk is gebleken voor de komende distributieperiode het koffie- en theerantsoen te verminderen. Gedurende het tijdvak van Maandag 3 Februari tot en met Zondag 16 Maart a.s. geeft de met „02" genummerde bon van de nieuw uitgereikte „bonkaart algemeen" recht op het koopen van 125 gram koffie of 50 gram thee. VERLENGING TOEWIJZING „VLEESCHWAREN". De secretaris-generaal van het departe ment van Landbouw en Visschery maakt het volgende bekend: De geldigheidsduur van de toewijzingen voor „vleeschwaren", die door de distribu tiediensten werden uitgereikt en geldig zijn verklaard tot 2 Februari a.s. of een daarna gelegen datum, wordt verlengd tot 1 Maart a.s IDENTITEITSBEWIJS BLIJFT TOT 1 OCTOBER GELDIG. Ter aanvulling en ter verduidelij king van hetgeen dezer dagen is gepu bliceerd betreffende het uitvoerings besluit van den secretaris-generaal van het departement van Binnenlandsche Zaken ingevolge het Besluit persoons bewijzen, kan nog worden medege deeld, dat het persoonsbewijs welis waar op 1 Maart a.s. wordt ingevoerd, maar dat tot 1 October a.s. het identi teitsbewijs, waarmede men zich thans moet legitimeeren, geldig blijft. Uiter aard houdt deze beslissing verband met het feit, dat het practisch onuitvoer baar is alle persoonsbewijzen vóór 1 Maart uit te reiken. Om deze redenen dus is de geldigheidsduur der identi teitsbewijzen tot 1 October verlengd. Dan echter zal iedereen in het bezit van een persoonsbewijs moeten zijn. EXTRA-WINTERUITKEERING AAN GESTEUNDEN. Spoedig zal een eersten termijn worden verstrekt. Officieel wordt medegedeeld, dat aan de gesteunden ingevolge de Rijkssteunrege ling zoo spoedig mogelijk een eerste ter mijn van een extra-winteruitkeering zal worden verstrekt. Deze eerste termijn zal gelijk zijn aan 40 pet. van de in een week te ontvangen netto bteunuitkeering. De gemeentebesturen ont vangen spoedig schriftelijk inlichtingen hier omtrent. VERVREEMDEN VAN LANDBOUW GRONDEN. In de Nederlandsche Staatscourant van gisteravond is opgenomen een beschikking van den secretaris-generaal van Landbouw en Visscherij, waarbij nadere bijzonderhe den worden gegeven betreffende de uit voering van de verordening inzake het vervreemden van landbouwgronden. Hieruit blijkt, dat het overdragen van landbouwgrond, uitgezonderd aan en door het rijk en de provincie, gebonden is aan een toestemming van een pachtbureau. Bij de beschikking zijn modellen opgenomen van de formulieren, waarmede deze toe stemming moet worden aangevraagd. Voorts worden nadere regelingen gegeven voor de vaststelling der tegenprestatie, als. mede voorschriften ten aanzien van de veilingsvoorwaarden bij executorialen ver koop of anderen verkoop in het openbaar. NEDERLANDSCHE BLOEMEN NAAR DUITSCHLAND. Onze V. P. B.-correspondent te Berlijn meldt: Op het oogenblik levert Nederland geen bloemen aan Duitschland, doch dit is 3iechts tij delyk en staat hoofdzakelijk met de koude in verband. Men meent echter algemeen, dat over enkele dagen de Ne- deriandsche bloemenuitvoer zich in be langrijke mate zal ontwikkelen. Met het stelsel der betalinescontin genten is ge broken. Daarvoor zijn contingenten in ki logrammen in de plaats gekomen. Deze zijn zoo ruim genomen, dat practisch ge sproken eigenlijk de vrijt handel terug keert. Men verwacht, dat Nederland reeds over eenige weken veel meer bloemen zal uitvoeren dan sedert jaren het geval is geweest, vooral rozen, anjers en seringen, dus producten, die in hoofdzaak uit Aals meer komen. Aalsmeer gaat dus een goe den tijd tegemoet. Voor de Nederlandsche bloembollen zijn de vooruitzichten niet zoo gunstig, immers, Nederland heeft bollen aan Duitschland geleverd, die nu in Duitsch7and getrokken worden. Vrije uitvoer van bloembollen, met name van tulpen en narcissen, zou het bedrijf der Duitsche trekkers onmogelijk maken. Om dezen te beschermen, is de in voer van b'oemboïlen voorloopig niet toe gestaan. Dit verbod zal echter gecompen seerd worden door de opleving van den uitvoer van rozen, seringen en anjers. Ten slotte zij nog medegedeeld, dat Denemar ken sedert eeniaen tiid ook als bloemen- leverancier op de Duitsche markt is ver schenen. Dit is iets nieuws. De uitvoer van Deencshe blopmen had in het vierde kwar taal van 1940 slechts een waarde van nog niet 50.000 mark. Toch moge dit voor de Nederlandrche kweekers een vingerwij zing zijn, om op hun qui vive te blijven. ZEEPBONNEN VOOR W ASSCHERI JEN. De secretaris-generaal van het departe ment van handel, nijverheid en scheep vaart maakt het volgende bekend: Zooals bekend, is ieder verplicht voor elke twintig kilogram droge vuile wasch, welke aan wasscherijen in behandeMng wordt gegeven, een zeepbon af te geven. In verbard hiermede is thans voorge schreven, dat de wasscherijen eerst een bon van hun klanten in ontvangst dienen te nemen en pas daarna een hoeveelheid van 20 K.G. waschgoed, hetzij ineens, hetzij bij gedeelten mogen behandelen. Deze rege ling moest getroffen worden, omdat het voorgekomen is, dat de klanten hun zeep- bonnen reeds te eigen behoeve hadden ge bruikt, zoodat zij bij het terugbezorgen van de wasch geen zeepbonnen ter beschikkirg hadden voor de wasscherijen. Binnenkort zal worden overgegaan tot het uitoefenen van een strenge controle op de wasscherijen, zoodat deze in haar eigen belan'g wordt aangeraden zich stipt aan bovenstaande bepalingen te houden. (Van onzen V.P.R.-corerspondent). BRUSSEL, Jan. 1941. Tot hen, die zich het hardste ge troffen zullen gevoelen door de nieuwste rantsoeneeringsmaatrege- len, behooren zonder eenigen twij fel de Belgische.... bierdrinkers! De Belg kon, wanneer hij eenmaal op gang was (en daar was niet veel toe noodig) enorme hoeveelheden bier verzwelgen. De Duitscher heeft den naam maar weinigen zullen weten, dat het bierverbruik in Bel- gië per hoofd twee maal zoo groot was als in Duitschland, dat altijd doorging voor het land der bier drinkers bij uitnemendheid! Toen de Belg op den 7den Januari 1.1. het Belgische Staatsblad opsloeg, moet hem wel een rilling door de leden zijn gegaan. Daar in worden namelijk voor de eerstvolgende periode van vier weken de distributie- voorschriften bekend gemaakt. Voor het eerst nu trof hij op dat lijstje een artikel aan, dat voor hem bijna even onmisbaar is als het dagelijksch brood, namelijk zijn potteke bier oftewel „Geuzelambiek". Wij overdrijven niet, wanneer wij dit ar tikel op één lijn stellen met het dagelijksch brood; want de Belg kan er wat van aan! Thans echter heeft de bierdrinker zich een drastische beperking moeten laten welge vallen. Het kan niemand, die het Belgische volk kent, verbazen dat deze maatregel in wijde kringen der bevolking groote teleur stelling heeft gewekt. Dat het oorlog is en dat de levensmiddelen schaarsch zijn awel zulle; maar dat men den mensch nu ook nog zijn potteke bier gaat afnemen! Dat is toch wel heel erg! Deze maatregel is ongetwijfeld hard en in de hoogste mate impopulair. Weet men wel dat België, in verhouding tot zijn aan tal inwoners, behoort tot de grootste bier drinkers ter wereld, zoodanig zelfs, dat het zijn buren, de Duitschers (die bekend staan als een natie van bierdrinkers) ver achter zich laat? Per hoofd der bevolking wordt er per jaar niet minder dan 175 liter bier ver schalkt, d.i. bijna tweemaal zooveel als de Duitscher. De industrie heeft den landbouw verdrongen De enorme hoeveelheid gerst nu, die voor het brouwen van al dit bier noodig is, kan beter worden gebruikt. De Belgen hebben de gelegenheid laten voorbijgaan, om in overleg met de bezettingsoverheid het ver bruik van bier vrijwillig te beperken. Of hebben zij zelfs, uit verdriet over het ge beurde, nog meer gedronken dan anders? Dit zou een niet ongewooq verschijnsel zijnMaar hoe dan ook: men heeft het verbruik van bier duchtig aan banden ge legd, in het belang van het welzijn van het geheele Belgische volk. Het is van algemeene bekencyieid, dat België in de verste verte niet in staat is, zijn eigen bevolking te voeden. Dit is een gevolg van de ver doorgevoerde industrialiseering van het land. Enkele tientallen jaren gele den konden het Vlaamsche en het Waalsche land aan hun bewoners nog ruimschoots brood bieden van eigen bodem. Daarna ech ter is een ommekeer ingetreden. Rookende schoorsteenen hebben de velden met wui vend graan vervangen. Waar vroeger de ploeg door het land sneed, verrezen leelij- ke fabrieksgebouwen. België verbouwt nog geen 60 pet. van zijn broodgraan. Industrie, industrie en nog eens industrie was het parool. De akkergrond verdween als sneeuw voor de zon. De graanboifw ging steeds meer achteruit. Wanneer men in Bel gië een meer vooruitzienden blik had be zeten, had er nog betrekkelijk korten voor de catastrophe een eind kunnen worden ge maakt aan dezen wantoestand. Het door andere landen gegeven voorbeeld had de Belgen tot bezinning moeten brengen. Zij hadden moeten inzien, hoeveel waarde het bouwland had voor de voeding van het eigen volk. Men had de graanproductie kunnen opvoeren, om in tijd van nood ge dekt te zijn tegen den honger. Maar de teekenen des tijds werden niet verstaan door het Belgische volk. Thans moet het boeten voor de zonden, die het vóór den oorlog heeft begaan. Het helpt niet, dat het nu met bitterheid bedenkt, dat de Belgische productie van broodgraan vóór den oorlog voor nog niet 60 pet. in de behoeften van het Belgische volk voorzag. Wanneer de zaak straf wordt gereorgani seerd, zal het nog meer dan een jaar duren, voordat er verbetering in den toestand kan intreden; daar zijn alle verstandige Belgen, het "Over eens. Daarom zullen ook de ver- woedste bierdrinkers zich, zij het met een diepen zucht, neerleggen bij den dislribu- tiemaatregel, die hun geliefkoosden drank treft. SCHAATSENRIJDEN. NIEUWE DRIEMERENTOCHT. Het ligt in het voornemen van den Zuid- Hollandschen Ijsbond om a.s. Zondag we derom een drietal merentochten te orga- riseeren met als uitgangspunt het café- restaurant „Zomerzorg" te Leiden. Boven dien zal dit keer ook gestart kunnen wor den van de verschillende controleposten t. w. de Driegatenbrug te Leiden, het kom pas aan de Kaag, Rijpwetering, Paviljoen de Brasem, Bilderdam, Tolhuis Leimuiden, Zevenhoven-Sluipkade, Nieuwkoopsche plassen en Langeraarsche plassen. Deelnemers kunnen zich aan boven staande adressen Zondagmorgen vanaf 9 uur laten inschrijven. Degenen, die een der tochten volbrengen, ontvangen een DE ST. LODEWIJKS-KERK. LVT. Kerken zyn pralerig of stemmig of luis terrijk of „innig-devoot" de St. Lode- wijkskerk op de Steenschuur kan met een van deze bijvoegelyke naamwoorden ech ter piet worden getypeerd. Zij is een likje pralerig, en ook wel stemmig, rijk aan luister, en. er komen verschrikkelijk vro me menschen, zoodat zij ook niet te-kort schiet in overgevoelige godsvrucht, maar dit kleine heiligdom in de binnenstad heeft iets eigens, iets heel bizonders en aparts, iets wat misschien niet strookt met de waardigheid van een kerk: elle a du chic. De St. Lodewijk is een chic kerkje. Op ende op een stadskerk. Het is ondenkbaar, dat zulk een tempeltje ergens tusschen de weilanden zou zijn uitgebloesemd; het kan zich slechts thuis voelen in het hartje van een stad, en de St. Lodewijk voelt zich bovendien alleen thuis in Leiden. Want behalve chic en charmant, is dit Katholieke bedehuis ook door-en-door Leidsch. Er is geen gebouw in Leiden, dat Leidseher is .dan ons Lodewijkie. In alle voorname gebeurtenissen van ons gemee- nebest heeft zij zooals blijken zal uit haar historie een bijna opdringerige rol gespeeld. Zij is het zinnebeeld (en een zeer merkwaardig zinnebeeld, eenig in zijn soort) van de „val en opstanding" der H. Kerk in Holland, en tevens een herinne ring aan de glorierijkste en droevigste tijdperken van ons burgerlijk bewind. De geschiedenis van de St. Lodewijk is grosso modo de geschiedenis van Leiden. In schijnbare tegenspraak tot deze hoog dravende bewering, staat de bekentenis, dat omtrent de geschiedenis van de St. Lodewijk betrekkelijk weinig gegevens op te diepen bleken. Het is waar, dat van geen stad van Nederland het wel en wee zoo omstandig beschreven is als van Leiden; het is ook waar, dat ons stedelijk archief tot de beste en meest overzichtelijk geor dende wordt gerekend, maar over het St. Lodewijkskerkje laten de gewone verza melwerken ons wel niet in 't duister, doch in de schemering, en het archief is in de eerste oorlogsdagen ijlings kelder-waarts gegleden (langs houten glijbanen, zooals wij destijds in 't vooruitzicht stelden) en voelt er niets voor de veilige schutse van zijn schuilkelder nu al op te geven. De St. Lodewijk wetende, dat wij tot haar kring van bewonderaars behooren heeft Ons uit deze moeilijkheid geholpen op een wijze, die ook weer heel weinig kerken met haar gemeen hebben; zij heeft zelf het woord genomen in twee dichter lijke toespraken, die door Le Francq van Berkhey in 1807 nauwgezet werden opge- teekend: Schoon ik op Leydens vrijen grond, Door de eeuwen heen, als Toren stond, Als een der oudsten, die de Stad Ooit binnen hare muren had: 'k Was aan Sint Jacob, mijn Patroon, Gewijd, haar luister en haar kroon; Ik was der Bouwkunst een sieraad Op 't Steenschuurs oever, steeg en straat, En stond, ondanks het ongeval, Schoon wankelend, nog stijf en pal. Uit deze zelfvesheerlijking van de St. Lodewijk „sprekende ingevoerd" blijkt lo. dat ook torens liegen kunnen; 2o. dat de kerk een nieuwe beschermheer heeft ge kregen; 3o. dat haar in het begin van de vorige eeuw een ongeluk overkwam. De toren jokte met zich een van de oud ste torens van de stad te noemen; zij jok te, in den verleden tijd, want in den te- genwoordigen tijd kan zij zich met recht en reden de hoogst-bejaarde noemen (of schoon de kern van de klokketoren der Hooglandsche ouders is). Het kerkgebouw werd gesticht als een kapel van het "St. Jacobs-gasthuis, in 1477. HetSt. Jacobs-gasthuis zelve was ver moedelijk veel ouder, bestond in ieder ge val reeds voordien. In 1477 echter kregen de „procuratoirs en Broederen van Sinte Jacops" toestemming een kapel te stichten „staende hebben an die Steenscuyr in die Prochie van Sinte Pieters, ende datmen daer in mach zetten een Altair, om dagelix een lesende misse daer in te mogen doen doen ende opten Kermisdage van der voorz. Capelle een singende misse". Het gasthuis diende als doorgangshuis voor degenen, die met vrome bedoelingen of om een verzetje ter bedevaart gingen naar Compostella in Spanje, waar St. Ja cob een van de twaalf apostelen, en wel Jacobus de Meerdere begraven lag en ligt. Deze tocht naar het apostelgraf was in de latere middeleeuwen erg in de mo de, en zij, die de reis er heelhuids hadden afgebracht, vereenigden zich tot een broe derschap. Deze broederschap verwierf in Leiden zijn eigen godshuis, waar, zooals Orlers vermeldt, „de Pelgrimmen van Kompostelle (aldaar) hunne kerkdiensten plegen te verrichten". De voorgevel van de St. Lodewijkskerk is die van de St. Jacobs-kapel. Een sluit steen boven aan de ramen geeft het jaar tal 1538 aan.' Op het voetstuk boven de deur, nu leeg en beroofd, heeft, mogen we wel aannemen een beeld van St. Jacob getroond. De bloeitijd van de broederschap heeft niet lang aangehouden; de stad zelf kwijn- Agenda LEIDEN. Zaterdag, R.-K. Reclasseeringsvereeniging, afd. Leiden, bureau-zitting St. Vin- centiusgeb. Hoogl. Kerkgracht 32, 4 uur nam. Zondag, Leidsche Kunstkring „Voor Al len", solist Gyorgy Faragó, piano, Stadsgehoorzaal, 2.30 uur. De avond- nacht- en Zondagsdienst der apotheken te Leiden wordt van Zaterdag 25 Januari 20 uur tot Zaterdag 1 Februari 8 uur waargenomen door: de Apotheek Kok, Rapenburg 9, Tel. 24807 en de Apo theek „Tot Hulp der Menschheid", Hooi gracht 48, Tel 21060. Te Oegstgeest door: de Oegstgeestsche Apotheek, Wilhelminapark 8, Tel. 26274. De grootste besparing op Uw j slroomrantsoen verkrijgt U door het gebruik van de beste en zuinigste lampen ooit door Philips vervaardigd: PHILIPS de en de broederschap met haar. In 1547 werden de kapel en het gasthuis verkocht aan de Huiszittenmeesters van St. Pieter, tegenwoordig zouden wij zeggen aan het Armbestuur van. de St. Petruskerk. In 1567 in het jaar volgende op de eerste beeldenstorm zagen de Huiszit tenmeesters kans de kapel enz. te ver kwanselen aan het stadsbestuur. De kapel is dus de Katholieken niet ontnomen, want na den eersten storm-vlaag bleef het stadsbestuur nog Katholiek. De kapel werd een graan-pakhuis, en, bij het ontzet van de stad uit de greep der Spanjaarden, werd in ons St. Lodewijks kerkje brood en haring gebracht om aan de hongerige bevolking te worden uitge deeld. Er zou wel iets voor te zeggen zijn om de jaarlijksche uitdeeling op 3 October te doen plaats hebben voor de St. Lode- wijks-kerk „En mijn Kapel toen op dat pas Van overvloed de bergplaats was", juicht de toren zichzelf toe. De stad ging, door een herleving van den laken- en wolhandel, een nieuwe wel- vaarts-periode in, en de kapel speelde daarin een belangrijke rol. Zij werd ver fraaid met een sierlijken, doorluchtigen spits en een klokkenspel (in 1594) en ver heven tot Saaihal, later ook tot Looy- en Fusteinhal, waar de lakens werden ge keurd en gelood. In plaats van kruisweg staties hingen er een reeks schilderijen, op de laken-nering betrekking hebbend die nu ten toon hangen in de Lakenhal. Het kerkgebouw bleef de naam Saaihal dragen tot 1807, toen het schip met bus kruit in de lucht vloog en in wijde omge ving alle huizen en inwoners vernielde (er waren 800 dooden). Maar de Saaihal hield voet bij stujc, al werd ze danig gehavend. Het stadsbestuur maakte een plan op, ook de Saaihal maar af te breken. Toen de to ren lucht kreeg van dit snoode voornemen, nam zij zelve het woord tot een roerende jammerklacht: 't Is dan in 't eind met mij gedaan, Dat ik niet meer kan blijven staan; Daar mijn Festijn- en Stempelregt In Puin en Asch bedolven legt. herinneringskruis. De route wordt heden geheel gecontro leerd en in orde gebracht, het ijs ia over het algemeen goed, op de verschillende plassen zelfs zeer fraai Mijn weerhaan bij het windje waai. Stond roerloos, zonder zwenk en draai, Zoo dat, hoe nog geschoord, gestut, 'k Wierd een Torenspits zonder nut. In 't midden van 't vergruisde puin Der trotsche Gevels van Arduin, Wierd ik door 't noodlot en den Tijd, Ook der verwoesting toegewijd.... Nederland onderging toenmaals eenzelf de vernedering als in het heden: het was bezet gebied, en Lodewijk Napoleon be stuurde als koning, meer bij de gratie van zijn keizerlijken broer dan bij de gratie Gods, ons vaderland. Op welke wijze de koning werd ingelicht, is niet te achter halen, doch hij trok zich de jammer klachten aan, en gaf de Saaihal zijn oorspronkelijke bestemming terug: het werd opnieuw een Katholieke kerk. Weinige maanden later hield de dappe re toren opnieuw een toespraak en ver kondigde opgelucht: „Het is met mij nog niet gedaan, Ik zal, herbouwd, nog blijven staan. Misschien word ik een Christenkerk Ter oefening van Heilig werk, Dewijl de wanden van mijn muur Niet zijn geschikt ten Korenschuur. Ter herdenking en tot lofprijzing van deze koninklijke inmenging werd St. Ja cob. niet alleen letterlijk (in den voorge vel) maar ook figuurlijk van de troon ge- stooten en het bedehuis toegewijd aan St. Lodewijk, den koninklijken beschermheili ge des konings. VENATOR VAGANS.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1941 | | pagina 2