Weerbericht
WILDE KONIJNEN
Bonaanwijzingen.
Uit België.
SPORT
V 4
VRIJDAG 31 JANUARI 1941
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BLAD - PAG. Z
Abonnementsprijs: voor Leiden 19
cent per week; 2.5J per kwartaal.
Bij onze agenten '0 cent per week;
f 2 60 per kwartaal Franco per post
2 95 per kwartaal Geïllustreerd
Zondagsblad 0.50 per kwartaal.
Losse nummers 5 cent, met geïll
Zondagsblad 9 cent
Advertentiën: 30 cent per regel.
Ingezonden mededeelingen dubbel
tarief Telefoontjes hoogstens 30
woorden, 50 cent per plaatsing, al
léén Woensdag en Zaterddg.
ZONS OP- EN ONDERGANG.
Zon onder 18.26 uur.
Zon op 9.23 uur.
MAANSTANDEN. y
31 Januari 10.50 op, 23,12 onder.
1 Februari 11.13 op
2 Februari 0.15 onder, 11.37 op
3 Februari 1.17 onder, 12.01 op
4 Februari 2.20 onder,12.28 op
5 Februari 3.20 onder 12.58 op
(Eerste kwartier)
6 Februari 4.20 onder, 13,35 op.
|TD II CD 11 CD 11011 CD II CD 11 CD i I CO 11 CO II CL
0 Verduisteringstijden i
0 Er is bepaald, dat er verduisterd
3 moet worden tusschen zonsonder- Q
0 2ang en zonsopkomst.
0 Deze tijden zijn voor hedenavond r
en morgenochtend: U
(J ZONSONDERGANG
Q 18.20 uur.
ZONSOPKOMST Q
9.23 uur. Q
Q Tusschen deze beide tijden dient Q
Q er dus verduisterd te worden,
Oil Oil OU Oil Oil OIIOII Oil cP
Deze week flinke aanvoer
Extra zwaar t 2 10-12.25. 5346
Wij verwachten op het einde van deze week
een partij Kuikens, Soepbraadkippen enz.
DE BRUUN
HO0GZW0ERD 72 - LEIDEN - TEL. 25031
WAT ANDERE BLADEN
SCHRIJVEN
DE BISSCHOPPELIJKE
BOODSCHAP.
De T ij d bestrijdt het „Volk", dat een
ondoordachte veroordeeling heeft uitge
sproken over het jongste schrijven van het
Nederlandsch Episcopaat. Met de interpre
tatie, welke de „Tijd" daarbij geeft van de
bedoelde bisschoppelijke boodschap, voor
zoover betreft de ongeoorloofdheid van het
lidmaatschap van de N.S.B. voor den Ka
tholiek, zijn wij het niet eens. Doch hier
op gaan wij niet in. 't Is onze bedoeling
een paar zinnen uit het „Tijd"-artikel te
citeeren, waarmede wij het wel eens zijn.
De T ij d wijst er op, dat
de bisschoppelijke boodschap niet
spreekt van „het" nationaal-socialisme,
maar van de nationaal-socialistische be
weging. De bisschoppelijke boodschap
houdt geen afwijzing in van het program
der N.S.B., maar van de N.S.B., zooals
deze zich door diverse daden doet ken
nen.
Hierop moet inderdaad de nadruk wor
den gelegd, voor nu en voor de toekomst.
(Vervolg van pag. 6).
KOFFIE EN THEE.
De secretaris-generaal van het departe
ment van Landbouw en Visscherjj maakt
bekend ,dat het noodzakelijk is gebleken
voor de komende distributieperiode het
koffie- en theerantsoen te verminderen.
Gedurende het tijdvak van Maandag 3
Februari tot en met Zondag 16 Maart a.s.
geeft de met „02" genummerde bon van de
nieuw uitgereikte „bonkaart algemeen"
recht op het koopen van 125 gram koffie
of 50 gram thee.
VERLENGING TOEWIJZING
„VLEESCHWAREN".
De secretaris-generaal van het departe
ment van Landbouw en Visschery maakt
het volgende bekend:
De geldigheidsduur van de toewijzingen
voor „vleeschwaren", die door de distribu
tiediensten werden uitgereikt en geldig
zijn verklaard tot 2 Februari a.s. of een
daarna gelegen datum, wordt verlengd tot
1 Maart a.s
IDENTITEITSBEWIJS BLIJFT TOT
1 OCTOBER GELDIG.
Ter aanvulling en ter verduidelij
king van hetgeen dezer dagen is gepu
bliceerd betreffende het uitvoerings
besluit van den secretaris-generaal van
het departement van Binnenlandsche
Zaken ingevolge het Besluit persoons
bewijzen, kan nog worden medege
deeld, dat het persoonsbewijs welis
waar op 1 Maart a.s. wordt ingevoerd,
maar dat tot 1 October a.s. het identi
teitsbewijs, waarmede men zich thans
moet legitimeeren, geldig blijft. Uiter
aard houdt deze beslissing verband met
het feit, dat het practisch onuitvoer
baar is alle persoonsbewijzen vóór 1
Maart uit te reiken. Om deze redenen
dus is de geldigheidsduur der identi
teitsbewijzen tot 1 October verlengd.
Dan echter zal iedereen in het bezit
van een persoonsbewijs moeten zijn.
EXTRA-WINTERUITKEERING AAN
GESTEUNDEN.
Spoedig zal een eersten termijn worden
verstrekt.
Officieel wordt medegedeeld, dat aan de
gesteunden ingevolge de Rijkssteunrege
ling zoo spoedig mogelijk een eerste ter
mijn van een extra-winteruitkeering zal
worden verstrekt.
Deze eerste termijn zal gelijk zijn aan 40
pet. van de in een week te ontvangen netto
bteunuitkeering. De gemeentebesturen ont
vangen spoedig schriftelijk inlichtingen hier
omtrent.
VERVREEMDEN VAN LANDBOUW
GRONDEN.
In de Nederlandsche Staatscourant van
gisteravond is opgenomen een beschikking
van den secretaris-generaal van Landbouw
en Visscherij, waarbij nadere bijzonderhe
den worden gegeven betreffende de uit
voering van de verordening inzake het
vervreemden van landbouwgronden.
Hieruit blijkt, dat het overdragen van
landbouwgrond, uitgezonderd aan en door
het rijk en de provincie, gebonden is aan
een toestemming van een pachtbureau. Bij
de beschikking zijn modellen opgenomen
van de formulieren, waarmede deze toe
stemming moet worden aangevraagd.
Voorts worden nadere regelingen gegeven
voor de vaststelling der tegenprestatie, als.
mede voorschriften ten aanzien van de
veilingsvoorwaarden bij executorialen ver
koop of anderen verkoop in het openbaar.
NEDERLANDSCHE BLOEMEN NAAR
DUITSCHLAND.
Onze V. P. B.-correspondent te Berlijn
meldt:
Op het oogenblik levert Nederland geen
bloemen aan Duitschland, doch dit is
3iechts tij delyk en staat hoofdzakelijk met
de koude in verband. Men meent echter
algemeen, dat over enkele dagen de Ne-
deriandsche bloemenuitvoer zich in be
langrijke mate zal ontwikkelen. Met het
stelsel der betalinescontin genten is ge
broken. Daarvoor zijn contingenten in ki
logrammen in de plaats gekomen. Deze
zijn zoo ruim genomen, dat practisch ge
sproken eigenlijk de vrijt handel terug
keert. Men verwacht, dat Nederland reeds
over eenige weken veel meer bloemen zal
uitvoeren dan sedert jaren het geval is
geweest, vooral rozen, anjers en seringen,
dus producten, die in hoofdzaak uit Aals
meer komen. Aalsmeer gaat dus een goe
den tijd tegemoet.
Voor de Nederlandsche bloembollen zijn
de vooruitzichten niet zoo gunstig, immers,
Nederland heeft bollen aan Duitschland
geleverd, die nu in Duitsch7and getrokken
worden. Vrije uitvoer van bloembollen,
met name van tulpen en narcissen, zou het
bedrijf der Duitsche trekkers onmogelijk
maken. Om dezen te beschermen, is de in
voer van b'oemboïlen voorloopig niet toe
gestaan. Dit verbod zal echter gecompen
seerd worden door de opleving van den
uitvoer van rozen, seringen en anjers. Ten
slotte zij nog medegedeeld, dat Denemar
ken sedert eeniaen tiid ook als bloemen-
leverancier op de Duitsche markt is ver
schenen. Dit is iets nieuws. De uitvoer van
Deencshe blopmen had in het vierde kwar
taal van 1940 slechts een waarde van nog
niet 50.000 mark. Toch moge dit voor de
Nederlandrche kweekers een vingerwij
zing zijn, om op hun qui vive te blijven.
ZEEPBONNEN VOOR
W ASSCHERI JEN.
De secretaris-generaal van het departe
ment van handel, nijverheid en scheep
vaart maakt het volgende bekend:
Zooals bekend, is ieder verplicht voor
elke twintig kilogram droge vuile wasch,
welke aan wasscherijen in behandeMng
wordt gegeven, een zeepbon af te geven.
In verbard hiermede is thans voorge
schreven, dat de wasscherijen eerst een bon
van hun klanten in ontvangst dienen te
nemen en pas daarna een hoeveelheid van
20 K.G. waschgoed, hetzij ineens, hetzij bij
gedeelten mogen behandelen. Deze rege
ling moest getroffen worden, omdat het
voorgekomen is, dat de klanten hun zeep-
bonnen reeds te eigen behoeve hadden ge
bruikt, zoodat zij bij het terugbezorgen van
de wasch geen zeepbonnen ter beschikkirg
hadden voor de wasscherijen.
Binnenkort zal worden overgegaan tot
het uitoefenen van een strenge controle op
de wasscherijen, zoodat deze in haar eigen
belan'g wordt aangeraden zich stipt aan
bovenstaande bepalingen te houden.
(Van onzen V.P.R.-corerspondent).
BRUSSEL, Jan. 1941.
Tot hen, die zich het hardste ge
troffen zullen gevoelen door de
nieuwste rantsoeneeringsmaatrege-
len, behooren zonder eenigen twij
fel de Belgische.... bierdrinkers!
De Belg kon, wanneer hij eenmaal
op gang was (en daar was niet veel
toe noodig) enorme hoeveelheden
bier verzwelgen. De Duitscher heeft
den naam maar weinigen zullen
weten, dat het bierverbruik in Bel-
gië per hoofd twee maal zoo groot
was als in Duitschland, dat altijd
doorging voor het land der bier
drinkers bij uitnemendheid!
Toen de Belg op den 7den Januari 1.1. het
Belgische Staatsblad opsloeg, moet hem wel
een rilling door de leden zijn gegaan. Daar
in worden namelijk voor de eerstvolgende
periode van vier weken de distributie-
voorschriften bekend gemaakt. Voor het
eerst nu trof hij op dat lijstje een artikel
aan, dat voor hem bijna even onmisbaar
is als het dagelijksch brood, namelijk zijn
potteke bier oftewel „Geuzelambiek".
Wij overdrijven niet, wanneer wij dit ar
tikel op één lijn stellen met het dagelijksch
brood; want de Belg kan er wat van aan!
Thans echter heeft de bierdrinker zich een
drastische beperking moeten laten welge
vallen. Het kan niemand, die het Belgische
volk kent, verbazen dat deze maatregel in
wijde kringen der bevolking groote teleur
stelling heeft gewekt. Dat het oorlog is en
dat de levensmiddelen schaarsch zijn
awel zulle; maar dat men den mensch nu
ook nog zijn potteke bier gaat afnemen!
Dat is toch wel heel erg!
Deze maatregel is ongetwijfeld hard en
in de hoogste mate impopulair. Weet men
wel dat België, in verhouding tot zijn aan
tal inwoners, behoort tot de grootste bier
drinkers ter wereld, zoodanig zelfs, dat het
zijn buren, de Duitschers (die bekend staan
als een natie van bierdrinkers) ver achter
zich laat? Per hoofd der bevolking wordt er
per jaar niet minder dan 175 liter bier ver
schalkt, d.i. bijna tweemaal zooveel als de
Duitscher.
De industrie heeft den
landbouw verdrongen
De enorme hoeveelheid gerst nu, die voor
het brouwen van al dit bier noodig is, kan
beter worden gebruikt. De Belgen hebben
de gelegenheid laten voorbijgaan, om in
overleg met de bezettingsoverheid het ver
bruik van bier vrijwillig te beperken. Of
hebben zij zelfs, uit verdriet over het ge
beurde, nog meer gedronken dan anders?
Dit zou een niet ongewooq verschijnsel
zijnMaar hoe dan ook: men heeft het
verbruik van bier duchtig aan banden ge
legd, in het belang van het welzijn van het
geheele Belgische volk.
Het is van algemeene bekencyieid, dat
België in de verste verte niet in staat is, zijn
eigen bevolking te voeden. Dit is een gevolg
van de ver doorgevoerde industrialiseering
van het land. Enkele tientallen jaren gele
den konden het Vlaamsche en het Waalsche
land aan hun bewoners nog ruimschoots
brood bieden van eigen bodem. Daarna ech
ter is een ommekeer ingetreden. Rookende
schoorsteenen hebben de velden met wui
vend graan vervangen. Waar vroeger de
ploeg door het land sneed, verrezen leelij-
ke fabrieksgebouwen.
België verbouwt nog geen
60 pet. van zijn broodgraan.
Industrie, industrie en nog eens industrie
was het parool. De akkergrond verdween
als sneeuw voor de zon. De graanboifw ging
steeds meer achteruit. Wanneer men in Bel
gië een meer vooruitzienden blik had be
zeten, had er nog betrekkelijk korten voor
de catastrophe een eind kunnen worden ge
maakt aan dezen wantoestand. Het door
andere landen gegeven voorbeeld had de
Belgen tot bezinning moeten brengen. Zij
hadden moeten inzien, hoeveel waarde het
bouwland had voor de voeding van het
eigen volk. Men had de graanproductie
kunnen opvoeren, om in tijd van nood ge
dekt te zijn tegen den honger.
Maar de teekenen des tijds werden niet
verstaan door het Belgische volk. Thans
moet het boeten voor de zonden, die het
vóór den oorlog heeft begaan. Het helpt
niet, dat het nu met bitterheid bedenkt,
dat de Belgische productie van broodgraan
vóór den oorlog voor nog niet 60 pet. in de
behoeften van het Belgische volk voorzag.
Wanneer de zaak straf wordt gereorgani
seerd, zal het nog meer dan een jaar duren,
voordat er verbetering in den toestand kan
intreden; daar zijn alle verstandige Belgen,
het "Over eens. Daarom zullen ook de ver-
woedste bierdrinkers zich, zij het met een
diepen zucht, neerleggen bij den dislribu-
tiemaatregel, die hun geliefkoosden drank
treft.
SCHAATSENRIJDEN.
NIEUWE DRIEMERENTOCHT.
Het ligt in het voornemen van den Zuid-
Hollandschen Ijsbond om a.s. Zondag we
derom een drietal merentochten te orga-
riseeren met als uitgangspunt het café-
restaurant „Zomerzorg" te Leiden. Boven
dien zal dit keer ook gestart kunnen wor
den van de verschillende controleposten
t. w. de Driegatenbrug te Leiden, het kom
pas aan de Kaag, Rijpwetering, Paviljoen
de Brasem, Bilderdam, Tolhuis Leimuiden,
Zevenhoven-Sluipkade, Nieuwkoopsche
plassen en Langeraarsche plassen.
Deelnemers kunnen zich aan boven
staande adressen Zondagmorgen vanaf 9
uur laten inschrijven. Degenen, die een
der tochten volbrengen, ontvangen een
DE ST. LODEWIJKS-KERK.
LVT.
Kerken zyn pralerig of stemmig of luis
terrijk of „innig-devoot" de St. Lode-
wijkskerk op de Steenschuur kan met een
van deze bijvoegelyke naamwoorden ech
ter piet worden getypeerd. Zij is een likje
pralerig, en ook wel stemmig, rijk aan
luister, en. er komen verschrikkelijk vro
me menschen, zoodat zij ook niet te-kort
schiet in overgevoelige godsvrucht, maar
dit kleine heiligdom in de binnenstad
heeft iets eigens, iets heel bizonders en
aparts, iets wat misschien niet strookt met
de waardigheid van een kerk: elle a du
chic.
De St. Lodewijk is een chic kerkje. Op
ende op een stadskerk. Het is ondenkbaar,
dat zulk een tempeltje ergens tusschen de
weilanden zou zijn uitgebloesemd; het
kan zich slechts thuis voelen in het hartje
van een stad, en de St. Lodewijk voelt zich
bovendien alleen thuis in Leiden.
Want behalve chic en charmant, is dit
Katholieke bedehuis ook door-en-door
Leidsch. Er is geen gebouw in Leiden, dat
Leidseher is .dan ons Lodewijkie. In alle
voorname gebeurtenissen van ons gemee-
nebest heeft zij zooals blijken zal uit
haar historie een bijna opdringerige rol
gespeeld. Zij is het zinnebeeld (en een zeer
merkwaardig zinnebeeld, eenig in zijn
soort) van de „val en opstanding" der H.
Kerk in Holland, en tevens een herinne
ring aan de glorierijkste en droevigste
tijdperken van ons burgerlijk bewind. De
geschiedenis van de St. Lodewijk is grosso
modo de geschiedenis van Leiden.
In schijnbare tegenspraak tot deze hoog
dravende bewering, staat de bekentenis,
dat omtrent de geschiedenis van de St.
Lodewijk betrekkelijk weinig gegevens op
te diepen bleken. Het is waar, dat van geen
stad van Nederland het wel en wee zoo
omstandig beschreven is als van Leiden;
het is ook waar, dat ons stedelijk archief
tot de beste en meest overzichtelijk geor
dende wordt gerekend, maar over het St.
Lodewijkskerkje laten de gewone verza
melwerken ons wel niet in 't duister, doch
in de schemering, en het archief is in de
eerste oorlogsdagen ijlings kelder-waarts
gegleden (langs houten glijbanen, zooals
wij destijds in 't vooruitzicht stelden) en
voelt er niets voor de veilige schutse van
zijn schuilkelder nu al op te geven.
De St. Lodewijk wetende, dat wij tot
haar kring van bewonderaars behooren
heeft Ons uit deze moeilijkheid geholpen
op een wijze, die ook weer heel weinig
kerken met haar gemeen hebben; zij heeft
zelf het woord genomen in twee dichter
lijke toespraken, die door Le Francq van
Berkhey in 1807 nauwgezet werden opge-
teekend:
Schoon ik op Leydens vrijen grond,
Door de eeuwen heen, als Toren stond,
Als een der oudsten, die de Stad
Ooit binnen hare muren had:
'k Was aan Sint Jacob, mijn Patroon,
Gewijd, haar luister en haar kroon;
Ik was der Bouwkunst een sieraad
Op 't Steenschuurs oever, steeg en straat,
En stond, ondanks het ongeval,
Schoon wankelend, nog stijf en pal.
Uit deze zelfvesheerlijking van de St.
Lodewijk „sprekende ingevoerd" blijkt lo.
dat ook torens liegen kunnen; 2o. dat de
kerk een nieuwe beschermheer heeft ge
kregen; 3o. dat haar in het begin van de
vorige eeuw een ongeluk overkwam.
De toren jokte met zich een van de oud
ste torens van de stad te noemen; zij jok
te, in den verleden tijd, want in den te-
genwoordigen tijd kan zij zich met recht
en reden de hoogst-bejaarde noemen (of
schoon de kern van de klokketoren der
Hooglandsche ouders is).
Het kerkgebouw werd gesticht als een
kapel van het "St. Jacobs-gasthuis, in 1477.
HetSt. Jacobs-gasthuis zelve was ver
moedelijk veel ouder, bestond in ieder ge
val reeds voordien. In 1477 echter kregen
de „procuratoirs en Broederen van Sinte
Jacops" toestemming een kapel te stichten
„staende hebben an die Steenscuyr in die
Prochie van Sinte Pieters, ende datmen
daer in mach zetten een Altair, om dagelix
een lesende misse daer in te mogen doen
doen ende opten Kermisdage van der
voorz. Capelle een singende misse".
Het gasthuis diende als doorgangshuis
voor degenen, die met vrome bedoelingen
of om een verzetje ter bedevaart gingen
naar Compostella in Spanje, waar St. Ja
cob een van de twaalf apostelen, en wel
Jacobus de Meerdere begraven lag en
ligt. Deze tocht naar het apostelgraf was
in de latere middeleeuwen erg in de mo
de, en zij, die de reis er heelhuids hadden
afgebracht, vereenigden zich tot een broe
derschap. Deze broederschap verwierf in
Leiden zijn eigen godshuis, waar, zooals
Orlers vermeldt, „de Pelgrimmen van
Kompostelle (aldaar) hunne kerkdiensten
plegen te verrichten".
De voorgevel van de St. Lodewijkskerk
is die van de St. Jacobs-kapel. Een sluit
steen boven aan de ramen geeft het jaar
tal 1538 aan.' Op het voetstuk boven de
deur, nu leeg en beroofd, heeft, mogen
we wel aannemen een beeld van St. Jacob
getroond.
De bloeitijd van de broederschap heeft
niet lang aangehouden; de stad zelf kwijn-
Agenda
LEIDEN.
Zaterdag, R.-K. Reclasseeringsvereeniging,
afd. Leiden, bureau-zitting St. Vin-
centiusgeb. Hoogl. Kerkgracht 32,
4 uur nam.
Zondag, Leidsche Kunstkring „Voor Al
len", solist Gyorgy Faragó, piano,
Stadsgehoorzaal, 2.30 uur.
De avond- nacht- en Zondagsdienst der
apotheken te Leiden wordt van Zaterdag
25 Januari 20 uur tot Zaterdag 1 Februari
8 uur waargenomen door: de Apotheek
Kok, Rapenburg 9, Tel. 24807 en de Apo
theek „Tot Hulp der Menschheid", Hooi
gracht 48, Tel 21060.
Te Oegstgeest door: de Oegstgeestsche
Apotheek, Wilhelminapark 8, Tel. 26274.
De grootste besparing op Uw j
slroomrantsoen verkrijgt U door het
gebruik van de beste en zuinigste
lampen ooit door Philips vervaardigd:
PHILIPS
de en de broederschap met haar. In 1547
werden de kapel en het gasthuis verkocht
aan de Huiszittenmeesters van St. Pieter,
tegenwoordig zouden wij zeggen aan het
Armbestuur van. de St. Petruskerk.
In 1567 in het jaar volgende op de
eerste beeldenstorm zagen de Huiszit
tenmeesters kans de kapel enz. te ver
kwanselen aan het stadsbestuur. De kapel
is dus de Katholieken niet ontnomen,
want na den eersten storm-vlaag bleef het
stadsbestuur nog Katholiek.
De kapel werd een graan-pakhuis, en,
bij het ontzet van de stad uit de greep der
Spanjaarden, werd in ons St. Lodewijks
kerkje brood en haring gebracht om aan
de hongerige bevolking te worden uitge
deeld. Er zou wel iets voor te zeggen zijn
om de jaarlijksche uitdeeling op 3 October
te doen plaats hebben voor de St. Lode-
wijks-kerk
„En mijn Kapel toen op dat pas
Van overvloed de bergplaats was",
juicht de toren zichzelf toe.
De stad ging, door een herleving van
den laken- en wolhandel, een nieuwe wel-
vaarts-periode in, en de kapel speelde
daarin een belangrijke rol. Zij werd ver
fraaid met een sierlijken, doorluchtigen
spits en een klokkenspel (in 1594) en ver
heven tot Saaihal, later ook tot Looy- en
Fusteinhal, waar de lakens werden ge
keurd en gelood. In plaats van kruisweg
staties hingen er een reeks schilderijen, op
de laken-nering betrekking hebbend die
nu ten toon hangen in de Lakenhal.
Het kerkgebouw bleef de naam Saaihal
dragen tot 1807, toen het schip met bus
kruit in de lucht vloog en in wijde omge
ving alle huizen en inwoners vernielde (er
waren 800 dooden). Maar de Saaihal hield
voet bij stujc, al werd ze danig gehavend.
Het stadsbestuur maakte een plan op, ook
de Saaihal maar af te breken. Toen de to
ren lucht kreeg van dit snoode voornemen,
nam zij zelve het woord tot een roerende
jammerklacht:
't Is dan in 't eind met mij gedaan,
Dat ik niet meer kan blijven staan;
Daar mijn Festijn- en Stempelregt
In Puin en Asch bedolven legt.
herinneringskruis.
De route wordt heden geheel gecontro
leerd en in orde gebracht, het ijs ia over
het algemeen goed, op de verschillende
plassen zelfs zeer fraai
Mijn weerhaan bij het windje waai.
Stond roerloos, zonder zwenk en draai,
Zoo dat, hoe nog geschoord, gestut,
'k Wierd een Torenspits zonder nut.
In 't midden van 't vergruisde puin
Der trotsche Gevels van Arduin,
Wierd ik door 't noodlot en den Tijd,
Ook der verwoesting toegewijd....
Nederland onderging toenmaals eenzelf
de vernedering als in het heden: het was
bezet gebied, en Lodewijk Napoleon be
stuurde als koning, meer bij de gratie van
zijn keizerlijken broer dan bij de gratie
Gods, ons vaderland. Op welke wijze de
koning werd ingelicht, is niet te achter
halen, doch hij trok zich de jammer
klachten aan, en gaf de Saaihal zijn
oorspronkelijke bestemming terug: het
werd opnieuw een Katholieke kerk.
Weinige maanden later hield de dappe
re toren opnieuw een toespraak en ver
kondigde opgelucht:
„Het is met mij nog niet gedaan,
Ik zal, herbouwd, nog blijven staan.
Misschien word ik een Christenkerk
Ter oefening van Heilig werk,
Dewijl de wanden van mijn muur
Niet zijn geschikt ten Korenschuur.
Ter herdenking en tot lofprijzing van
deze koninklijke inmenging werd St. Ja
cob. niet alleen letterlijk (in den voorge
vel) maar ook figuurlijk van de troon ge-
stooten en het bedehuis toegewijd aan St.
Lodewijk, den koninklijken beschermheili
ge des konings.
VENATOR VAGANS.