dnze nieuwe
laedóltifd I
Mooie prijzen in zicht!
Daar zijn we weer.
Het heeft we] lang geduurd, maar gezien
de tijdsomstandigheden moeten we de Di
rectie van ons Blad toch hulde brengen,
omdat hij dezen wedstrijd heeft laten door
gaan en prijzen beschikbaar gesteld heeft,
mooier en grooter in getal, dan wij hadden
durven hopen of in de verste verte ver
wacht hadden.
En zoo komen we dan weer tot u allen,
tot groot en. klein; tot de heele lezers
schaar van ons Hoekje, dat in den loop der
jaren zich een vast-leger van trouwe le
zers en lezeressen gevormd heeft. Ons
Hoekje met zijn verjaringslijst en de ac-
tueele afd. ,;U vraagt, wij antwoorden";
Ons Hoekje met zijn bekende versjes,
rijmpjes en verhaaltjes; met zijn lange
verhaal en zijn. raadseltjes door de jeugd
zelf ingestuurd en 't antwoord zelf gege
ven. Ons Hoekje in één woord, dat door
allen gelezen wordt en in onze huiskamer
steeds als een welkomen gast wordt bin
nengehaald.
En nu de wedstrijd!
Waarom daar veel over te zeggen?
Je ziet het: ik geef elk „wat wils". De
raadsels zijn eenvoudig en gemakkelijk
voor de kleinen; wat zwaarder en moei
lijker voor hen, die wat meer ontwikke
ling hebben en nog zwaarder en nog moei
lijker voor de grooten en volleerden? en
zoo geloof ik, dat niemand te klagen heeft
over: „te veel en te moeilijk". Wie zoo
spreekt, geeft den moed te gauw op; wie
zoo denkt is geen jongen van Jan de Wit
en is ook geen prijs waard.
Denk er om! Iedere prijs is een kostbaar
bezit; zelfs de kleinste. En de kansen? Die
zijn voor allen gelijk. Er wordt door de
Directie geloot. Eerlijker kan het niet. Zij
kent geen van u allen. Ik ken sommigen
van mijn lezers weL Dat is begrijpelijk.
Daarom wil ik niet meeloten. Zelfs om den
schijn van partijdigheid te vermijden.
Nu dan? Waar moeten we op letten?
Ten le. Schrijf ordelijk en netjes en
gebruik een behoorlijk vel papier en enve
loppe.
Ten 2e. Wees op tijd.
Ten 3e. Wie één of twee raadsels niet
kent, sture de andere toch in.
Ten 4e. Maak alleen de raadsels, be
stemd voor je eigen leeftijd.
Ten 5e. Wie een versje maakt, verzinne
het zelf. Wie een versje instuurt, dat af
geschreven is, dingt niet mee.
Het versje moet minstens 8 regels lang
zijn.
Ten 6e. Wie een verhaaltje of opstel
maakt, verzinne het ook zelf. En het ver
haaltje én het opstel moeten minstens
twee bladzijden lang zijn, zoo ook voor 't
inzenden van raadsels. Het vel papier moet
slechts aan één kant beschreven worden.
Ten 7e. De teekening, zij gekleurd of
ongekleurd, maar ordelijk en met zorg af
gewerkt.
Ten 8e. Frankeer de brieven met vol
doende porto's.
Strafport wordt niet betaald.
Ten 9e. Al wat een plaats waard is,
hetzij een versje, een verhaaltje of opstel,
laat ik in ons Hoekje afdrukken.
Ten 10e. Geef onder uw werk: ge
boortedatum, straat, huis
nummer en woonplaats.
Ten laatste. Stuur alles in vóór 20 Ja
nuari 1941 aan:
Oom Wim,
Leidsche Courant,
Papen gr. Leiden.
De prijzen
le prijs:
2e prijs:
3e prijs:
4e prijs.
5e prijs:
6e prijs:
7e prijs:
8e prijs:
9e prijs:
10e prijs:
11e prijs:
12e prijs:
13e prijs:
'14e prijs:
15e prijs:
16e prijs:
17e prijs:
18e prijs:
19e prijs:
20e prijs:
21e prijs:
22e prijs:
Een zilveren of doublé armband
horloge.
Een zakhorloge met ketting.
Een zakhorloge met ketting.
Een zakhorloge met ketting.
Een chatelaine (horloge).
Een chatelaine.
Een chatelaine.
Een Zakhorloge met ketting.
Een zakhorloge met ketting.
Een zakhorloge met ketting.
Een chatelaine.
Een chatelaine.
Een chatelaine.
Een fietsklokje.
Een fietsklokje.
Een fietsklokje.
Een boek.
Een boek.
Een boek.
Een fietsklokje.
Een fietsklokje.
Een fietsklokje.
23e prijs: Een boek.
24e prijs: Een boek.
25e prijs: Een boek.
26e prijs: Een fietsklokje.
27e prijs: Een fietsklokje.
28e prijs: Een fietsklokje.
29e prijs: Een boek.
30e prijs: Een boek.
31e prijs: Een boek.
32e prijs: Een fietsklokje.
33e prijs: Een fietsklokje.
34e prijs: Een fietsklokje.
35e prijs: Een boek.
36e prijs: Een vulpotlood.
37e prijs: Een vulpotlood.
38e prijs: Een vulpotlood.
39e prijs: Een vulpotlood.
30e prijs: Een vulpotlood.
41e prijs: Een vulpotlood.
42e prijs: Een vulpotlood.
43e prijs: Een vulpotlood.
44e prijs: Een troostprijs.
45e prijs: Een troostprijs.
46e prijs: Een troostprijs.
47e prijs: Een troostprijs.
De raadsels
A. Van 6 tot 8 jaar.
Raadsel I:
Hoeveel islx2x3x4x0?
Raadsel II:
Vul in: I. z.t .1 .n d. tw..d. k..s;
nb.n.lgr..t.
Raadsel III:
Lees de volgende woorden en zet er ik
voor.
slaan gaan staan,
zien lezen schrijven,
zingen (b.v. ik zing).
Raadsel IV:
Ik ken een huisdier, dat groot Is en
sterk. Welk is dat?
Raadsel V:
Maak vijf woorden met de volgende
vier letters. Ieder woord behoeft geen vier
letters te hebben: a a r p.
Raadsel VI:
Wie kent nog meer dan alle menschen
te zamen?
B (van 8 tot 10 jaar).
Raadsel I:
Welke boom draagt geen vruchten?
Raadsel II:
Leiden, die groote stad,
Met hoeveel letters spelt men dat?
Raadsel III:
Welke koning is zonder land?
Welk water is zonder zand?
Raadsel IV:
Hoeveel is de helft van LXVIII?
Raadsel V:
Met t ben ik in ieders mond,
Met z ben ik op den grond,
Met m. ben ik langwerpig of rond.
Wat is dat?
Raadsel VI. Verborgen diernamen:
1. Onze Ko eet veeL
2. Deze lap is een el lang.
3. Wie houdt niet van een raap?
4. Koos gaat al naar school.
5. Wie gaat straks met Ka tennissen?
Raadsel VII:
Welk woord volgt op een vraag?
C (van 10 tot 12 jaar).
Invullen:
Raadsel I. Een spreekwoord:
M.t d. h..d i. d. h..d
K..t m.n d..r h.t g.nse la..d.
Raadsel n. Een spreekwoord:
Eenlen zwateluwnogmaakt
geen.
Raadsel III:
1. De naam van een groot dier:
atnflol
2. Van een boom:
maroobezikob.
3. Van een mooi huis:
t s 1 e e a k.
4. Van een groot mdn:
nnooealp.
Raadsel IV:
Wat staat hier? v r w 8 t n.
Raadsel V:
Op een kruislijn moet een feestdag ko
men:
x medeklinker
x niet raak
x een jpits voorwerp
x heeft een visch
xxxxxxxxx de gevraagde feestdag
x de laatste dag v. 't jaar
x een huisdier
x een kleedingstuk
x een medeklinker
Raadsel VI:
Een deel van den dag en een kleur vormen
samen een prachtig natuurverschijnseL
Hoe kan dat?
D (boven de 12 jaar):
Raadsel I: Vul in zóó, dat de beginletters
een bekend spreekwoord vormen.
o d e h een stad in Z.-Holland.
.1 e z a een stad in Overijsel.
i d o e een stad in N.-Brabant.
y a n e een badpl. ii N.-Holl.
n h i e een stad in N.-Holland.
i b i h een dorp in Limburg.
.1 e f .1 een stad in Rijnl. (Dl.).
i u k o een dorp in Z.-Holland.
a d o r een badpl. in N.-HolL
n s r c een stad in Tirol-.
d n u g een stad in Schotland.
o r e e een land in N.-Afr:ka.
n r g r een rivier in Sumatra.
.1 s b t een meisjesnaam.
u b r e een dorp in Overijsel.
o t n ij behoort bij Duitschland.
a t i h een stad in Limburg.
Welk spreekwoord is dat?
Raadsel IL
Neem één woord uit iederen zin en wel
zoo, dat de zes woorden samen een be
kend spreekwoord vormen.
Welk spreekwoord is dat'
1. Wie geld heeft, behoeft zich niets te
ontzeggen.
2. In September ondervonden we de
kracht van den wind.
3. Wat de boer zaait, oogst hij ook.
4. Piet zal flink oppassen, om later zijn
vader bij te staan
5. De storm van laatst, ontwortelde veel
boomen.
6. Het oogsten is voor de buitenkinderen
een groote attractie.
Raadsel III: Op een kruislijn komt een
stad, die iedereen in Nederland bekend is.
x medeklinker
x een woud
x begrijpen
x wit goud
xxxxxxxxx de gevraagde stad
x =3 pers. E. v. verrassen
x een familielid.
x 'n keukengereedschap
x medeklinker
Raadsel IV: Mijn geheel is een bloem
van 10 letters. Welke?
1, 2. 8, 4 is een erfgenaam.
7. 9. 5, 10 is een bouwmateriaal
6, 2, 5, 3, 5, 2 doet de meid
6, 7, 8, 9, 10 zet men in een vaas
1, 2, 3 willen we niet graag over dag
missen.
Raadsel V:
Plaats in de vakjes de getallen van 1 tot
en met 16 zóó, dat de som horizontaal, ver
ticaal en diagonaal altijd 34 is.
Raadsel VI: Welk spreekwoord kimt ge
hiervan maken.
Dienddegola—egoed.
E.
Maak een brief over een onderwerp of
voorval of waarover je meent te moeten
schrijven. Minstens twee bladzijden. Het
vel papier (zie voorwaarden) aan één kant
beschrijven.
F.
Maak een opstel of verhaal naar keuze
of een stel eigen verzonnen raadsels (met
de antwoorden op een apart vel papier).
G.
Maak een versje van minstens acht regels
Het moet zelf verzonnen zijn en let op
punten en komma's. Over een onderwerp
naar keuze.
H.
Maak een teekening! Gekleurd of onge
kleurd. Het onderwerp blijft aan je zelf
overgelaten.
Nu aan 't werk.
Alles inleveren vóór 20 Januari
Ik wensch jullie allen succes.
De prijzen zyn schitterend.
De kansen zijn voor allen gelijk.
Wie aan twee of meer af deelingen mee
doet (buiten de gewone afd. voor raad
sels) heeft twee of meer kansen.
En nu nog eens: zorg op tijd te zijn!
Werk netjes en behoorlijk.
Oom WIM.
Wie zijn Jarig?
Van 12 tot en met 18 Januari
Op 12 Januari:
Marietje van Leeuwen, Weipoort B 64,
Zoeterwoude.
Bep Straver, Hazerswoude.
Henk Akerboom, Hoek Molenstraat Lisse.
Bep van Dam, Dillenb.straat 2
Keetje Hoogduin, Dr. v. Noortstraat 136,
Stompwijk.
Antoon de Rijk, C 165, Ter Aar.
Petrus Vesters, Voorhout.
Op 13 Januari:
Corrie van Lent, Biezen 95, Boskoop.
Jan v. d. Voorn, B 187, R'veen.
Annie v. d. Geest, Lagel. D 14, Warmond.
Tilly Fulpen, Tuinstraat 79, Boskoop.
Gé Meester, Papelaan 72, Voorschoten.
Leentje Pouvv, B 187, Roelofarendveen.
Annie v d. Poel, B 92, Weip., Z'woude.
Annie Dévilée, Dwarshavenstr. 3.
Piet Heemskerk, Havenstr. 14, N'hout.
Piet Otten, B 504, Roelofarendsveen.
Sjaantje v. d. Star, Hoogmade B 272.
Op 14 Januari:
Kees van Amsterdam, B 437 R'veen.
Alie Dobbe D 76 Korteraar.
Treesje Jansen, Oude Singel 20.
Bep van Veen, Spoorstr. B 482, R'veen.
Annie Berenfinger, Middelstegr. 25.
Nel van Berge Henegouwen, Waldeck
Pyrmontstr. 46.
Jannie Slegtenhorst, Reineveldstr. 3 L'dorp
Coba Verhaar, Oud-Ade E 34.
Op 15 Januari:
Piet Winters, Voorstr. 91, Katwijk Ryn.
Nelly Straathof D 16 Rijpwetering.
Wim de Groot, Benthuizen.
Lenie Roose, Meidoornstraat 2.
Apolonea de Haan, Langeraar A 66.
Dirk v. d. Slot, 's Grav.weg 63, N'hout.
Sientje v. d. Tol, Alphen.
Tonia Luk, Lange Tienden 42, Gouda.
Leen Straver, Hazerswoude.
Toon de Bruyn, Broekw. 184, L'dam.
Jopie Broekhof, Roelofarendsveen.
Plonie Bogaards, Douzastraat 12, Noord-
wijk Binnen.
Op 16 Januari:
Jan en Ria Romijn, Leiden.
Anton Bresker, H. Morschweg 146.
Joop Uiterdijk, Coomhertstraat 40.
Cor. v. d. Wereld, B 223, Roelofarendsveen.
Tiny Huigsloot, Pr. Steijnstraat 28a.
Albert Goddijn, Witte Singel 55.
Daniël Smidt. Munnikenstraat 75.
Corrie S'egtenhorst, Reineveldstr. 3.
Jan v. d Kroft, Verl. Dorpsstr. 195, War
mond.
Dora van Kampen, 's Gr. weg N'hout.
Adriaan van Rijn, Dr. v. Noortstraat 158,
Stompwijk.
Op 17 Januari:
Wim Witkamp, Jan v. Houtkade 29.
Gerard en Nico Meiman, Kaiserstr. 3.
Bart Goddijn, Gasstraat 21.
Harry Grimbergen, Vondel weg 13.
Op 18 Januari:
Theo Hoogeveen, Morschweg 32.
Theo Waaijer, Dr. v. Noortstr. 95, S'wijk.
Frans Hop, Hugo de Vriesstraat
Alex Steenbergen. Mauritsstraat 71.
Sisca Homan, Bijdorpstraat 15, S'heim.
Joop Annard, Haverzaklaan 1.
Martin Bonnet, Jan van Houtkade 7.
Jans v. d. Star, Hoogmade.
.cap van Roy en, Javastraat 8.
Ik feliciteer de jarigen.
Wie zijn of haar naam in deze lijst voor
schoolgaande jongens en meisjes wil op
genomen zien, schrijve me minstens 14 da
gen voor den verjaardag. Zoo ook, wie bij
het verlaten der school van de lijst wenscht
afgevoerd te worden of wie verandert van
woonplaats, straat of huisnummer en ook
wie in de lijst een fout ontdekt
Oom Wim.
Beleefd.
Zusje gaaf naar een verjaringsfeest en
moeder drufct haar op het hart netjes te
zyn en meer „neen, dank u. te zeggen dan
„ja, alsublieft".
Zusje komt terug.
Moeder: „En hoe is het gegaan zus? Goed
er aan gedacht wat ik gezegd heb?"
Mai:etje: ,Ja, moe, ik heb aan alles ge
dacht en gedaan wat u gezegd heeft."
„Moeder: „Laat dan eens hooren?"
Marietje: ..Toen ik een half uur aan 't
eten was, zeiden ze: denk je niet dat je
genoeg gegeten hebt' Toen zei ik: „neen
dank u!"
Toen zeiden ze: „Marietje, ben je niet
bang, dat je ziek wordt."
En toen zei ik: „Neen, dank u wel!"
Moeder wist genoeg en zei niets meer.
Een, v-aeantieiueed
door Anny van Zijp.
II.
De aankomst van Renéetje.
Eindelijk was dan die lang verwachte
dag aangebroken. Om 5 uur zou Renée
aankomen. „Heelemaal alleen?", vroeg
Trudi. „Ja, maar Renée is ook al tien jaar",
antwoordde moeder. Vader, Rosa en Jos.
gingen al weg. Bobby en Trudi zouden voor
't raam gaan zitten. Heerlijk ze waren vol
verwachting. Ondertusschen waren de an
deren al op' het station aangekomen. „Hoe
laat komt de trein aan vader?" vroeg Jos.
„Om 5.10", antwoordde vader. Ze moesten
dus nog even wachten, maar niet lang.
Daar rolde plotseling een zware trein bin
nen. „Ziet u Renéetje al?" vroeg Rosa. „Ja,
kijk, voor dat raampje daar", zei vader.
De kinderen keken die richting uit. Voor
een klein raampje zat een meisje met
zwarte korte krullen. Ze had een donker
rood blazertje aan met dito mutsje. Nu
zwaaide ze, en even later stond ze al op
het perron. „Dag oom, dag", riep ze uit.
„Dag," zei ze weer, „hoe heeten jullie?"
„Dit zijn Rosa en Jos. Thuis hebben we er
nog twee. Trudi en Bobby", vertelde va
der. „O, wat leuk, jammer dat ik geen
broertjes of zusjes heb. Ik zou ze best wil
len hebben", riep Reneetje uit. „Nu,, voor
deze week heb je er alvast vier", zei vader.
Rosa was zoo verbluft, dat ze heelemaal
niet aan Jos vroeg, of hij voor Renée op de
knieën zou vallen. „We zullen eens op moe
ten stappen," zei vader. Nu kwamen ook
de tongen van Rosa en Jos los. „Was het
mooi in Duitschland", vroeg Rosa. „In "de
streek waar ik woonde niet zoo erg", ant
woordde Renée. „Waar woonde je dan?"
vroeg Jos. „Waar ik woonde? vroeg je.
Hebben jullie de kaarten van Duitschland
al op school gehad?" „Ik wel", zei Rosa.
„Nou ik woonde in Wüppertall in 't Ruhr-
gebied. Weet je het te liggen?" „Ja", zei
Rosa. „Ik niet", pruttelde Jos. „Arm
Jochie! maar ken je Duitsch zeg?" „Ja,
een beetje", gaf Renée ten antwoord. ,,Zeg
dan 'ns wat" zei Jos.
„Nee joh dat kan ik toch zoo maar niet
doen", lachte Reneetje. „In deze straat wo
nen we", vertelde Rosa.
Even later riep Trudi door het huis:
Daar zijn ze, daar zijn ze". De begroeting
was allerhartelijkst. Moeder vroeg hoe oom
en tante het maakten, terwijl Bobby en
Trudi een soort krijgsdans om haar heen
voerden. „Stil, stil", vermaande vader,
„geeï me je jasje en muts maar Renée dan
zal ik 't op de kapstok hangen." „Graag
oom", zei Reneetje. Moeder had de tafel
al gedekt, zoodat ze meteen konden gaan
eten. Ze baden nu veel mooier dan an
ders, want wat moest Renée anders van je
denken.
Na het eten moesten Rosa en Trudi de
vaten afwasschen. „Help je ook mee?",
vroeg Trudi aan Reneetjes. En deze zou
Renée niet wezen, als ze niet meehielp.
Als jullie klaar zijn", had moeder beloofd,
zullen we samen gaan ganze-hoeden". Nu
je kunt begrijpen dat ze gauw klaar wa
ren. Moeder had ondertusschen Bobby naar
bed gebracht, want deze kleine dreumes
zat op z'n stoel te slapen. Vader en Jos
deden ook mee. De avond verliep op deze
manier knus en gezellig. De kinderen stel
den allerlei vragen aan het nichtje, dat
lachend antwoordde: "Kinderbedtijd", zei
moeder opeens. Allen keken naar de klok.
't Was al negen uur. Vlug werd alles opge
ruimd. En even later lagen ze allen heerlijk
onder de wol.
(Wordt vervolgd).
In de school.
Juffrouw: „Wat voor soort apen kennen
jullie zoo al? vroeg de juffrouw.
De kinderen: „Oerang-oetang; baviaan;
meerkat en chimpansée!"
Juffrouw: „Nog meer".
Kleine Jan: Fruit-aap!"
Juffrouw: „Fruit-aap?, hoe kom je daar
bij, jongen?"
Kleine Jan: „Wel, dat zegt myn moeder
altijd tegen me, als ik haar in den weg sta".
Waarom daarom!
Piet: „Pa, waarom heb ik toch hier zoo'n
kuiltje in m'n hals?
Pa: „Daar past later precies het knoopje
van je boord in, vent".
In de catechismus.
Pastoor tegen Piet, die niets hoort en
met zijn buurman praat: Wie heeft hemel
en aarde geschapen, zeg jy me dat eens
Piet?
Piet schrikt op en zegt: Dat heb ik ge
daan, maar ik zal het niet meer doen!!
De zoon van een plantkundige.
Professor: „Wat wil je met dat stukje stof
doen, j'ongen'"
Zoontje: „Ik poot een rubberboom, va
der!"