DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
SU
CHRISTUSFEEST
Vragen der
loonbelasting
Momentje
DINSDAG 24 DECEMBER 1940
32ste Jaargang No. 9831
3)c £cid>&efi£(3ot4/Ya/iit
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935.
Giro 103003. Postbus 11.
De liturgische taal van de Kerk geeft den
huidigen feestdag aan onder den naam van
Nativitas Domini, de Geboorte des Heeren.
Maar in de eigen taal van ons volk werd
„Kerstmis" de gebruikelijke term. Kerst
mis of het Kerst-feest, dat wil zeggen het
Christus-feest, Onder al de feesten, die de
groote Christus-mysterieën in ons midden
doen leven, wordt het terecht zoo aange
duid, omdat het ons immers de verjaar
dag des Heeren gedenken doet. De geboor
tedag des Heeren, de geboorte niet van een
louteren mensch, maar van den mensch-ge-
worden God. De geboorte van het Licht, de
dag, waarop een hemelsch licht op de aar
de viel, de dag, waarop de morgenster de
Zon ter wereld bracht.
De Duitschers spreken van Weihnachten,
het feest der gewijde nachten. Ze bewaar
den daarin een herinnering van den vóór-
Christelijken tijd, toen men in de twaalf hei
lige nachten tusschen 25 December en 6
Januari de winter-zonnewende vierde. Het
diep-religieuse gemoed der oude Germa
nen werd machtig aangegrepen door die
mysterieuze wisseling in de natuur, die
nieuwe levenskracht, nieuwe groei, nieuwe
levensweelde met zich meebracht. Deze
natuurmenschen vermoedden reeds, wat
later een groote Duitsche dichter zoo tref
fend zou uitspreken: dat al het verganke
lijke slechts gelijkenis is. De voortduren
de wisseling van het stoffelijke -licht wijst
op het binnenschrijden van een hooger,
onstoffelijk licht, het hemelsche licht van
God's onzegbaar heerlijke Genade, die in
Jezus Christus tastbaar op aarde kwam,
om het waarachtige heil van alle men-
schen te zijn. Sint Augustinus heeft daar al
teekenend op gewezen. „De dag zelf", zegt
hij, „waarop de toename van het licht een
aanvang neemt, is een teeken van het
werk van Christus, waardoor onze inwen
dige mensch van dag tot dag wordt ver
nieuwd."
En toen vurige predikers de onuitspre
kelijke mare van Christus naar de heilige
wouden van German je droegen, openden
deze ruige, rondborstige natuurkinderen,
die al door Tacitus om hun eerlijkheid ge
prezen werden, blijde hun ooren en hun
hart voor het zielsvervoerende woord. Ze
begrepen nu eerst ten volle de diepere
zin van hun schoonste droomen en bogen
ootmoedig het fiere hoofd voor de verblin
dend-witte luister van de doop-genade.
Het feest der gewijde nachten werd nu het
Christus-feest. Het bleef een feest van de
nacht, het. bleef ook een feest van het
licht, het feest van het licht in den nacht,
maar het steeg eindeloos uit boven de glan
sen van het stoffelijke, vergankelijke
licht; het werd het feest van Christus, de
Zon de Eeuwigheid, die in alles-overschit-
terende heerlijkheid over de nacht der zie
len was opgegaan.
Het is goed, ons bij dit nieuwe Kerst
feest de ware zin van deze feestdag weer
helder voor den geest te plaatsen. Wij zijn
Christenen (Kerstenen zeiden onze mid-
deleeuwsche voorvaderen), het Christus-
feest, het Kerst-feest moet voor ons een
telkens weer terugkeerend hoogtefpunt be-
teekenen in de wenteling der jaren. Dat is
slechts mogelijk, als de werkelijke betee-
kejiis van Christus levend is in onzen
geest en in ons hart.
De beteekenis van het Kerstfeest staat
of valt met de beteekenis van Christus.
Zonder Christus geen Kerstfeest, geen
Christus-feest.
Wie is Christus? Huiverend willen we
het belijden: Hij is de Eengeboren Zoon
van God. Hij is het Woord van den Va
der, het Eene, niet na te spreken Woord,
waarin de Vader heel zijn wezen, heel
zijn heerlijkheid heeft uitgesproken. „God
van God, Licht -van Licht, waarachtige God
van den waarachtigen God, geboren, niet ge
maakt, medezelfstandig met den Vader."
De afstraling van Zijn glorie en het beeld
van Zijn zelfstandigheid!
Hij is ook de Zoon van de Maagd. Hij
trad naar buiten uit de ondoordringbare
glansen en hulde zich in het schamele
kleed der menschelijke geringheid. Hij
werd een menschenkind, een van ons ge
slacht Hij kreeg een plaats in de men
schelijke geslachtenreeksen, „zoon van Da
vid, zoon van Abraham", zegt het Evan
gelie.
Zoo is in Hem de Oneindigheid tastbaar
geworden. Zoo nam de Onbegrensde in Hem
concrete gestalte aan. God werd mensch:
in ons midden is er één, die met ons al
len het bloed van den éénen stamvader
deelt, maardie oneindig boven ons uit
rijst, omdat de Eeuwigheid in Hem be
lichaamd is. Hij verscheen in den tijd, maar
omspant de tijden door zijn bewegelooze
duur. Tot de Joden, die Hem hartstochte
lijk de vraag in het aangezicht slingerden,
hoe het mogelijk was, dat Hij, een man
van nog gen vijftig jaar, Abraham gezien
zou hebben, gar Hij dat geheimnisvolle, in
drukwekkende antwoord: „Vóór Abra
ham werd, ben Ik!" Dat is de eerste en
diepste beteekenis van Christus: ,,Hij is
de Godmensch, de ware Zoon van God, de
„Zijnde" bij uitstek, volheid van alle zijn."
„Die om ons menschen en om onze za
ligheid van den hemel neerdaalde én het
vleesch aannam door de werking van den
Heiligen Geest uit de Maagd Maria. En Hij
is mensch geworden."
Hij kwam, om ons te verlossen, om het
waarachtig heil van alle menschen te zijn.
Dat vieren we in de Kerstnacht. We wa
ren ver van God, kinderen van de toorn,
kinderen der verwerping: de hemel was
gesloten, het goddelijk Leven hadden we
door de zonde van Adam verloren. Het is
het groote mysterie, dat in de mensch-
heid werkzaam was, het mysterie van het
kwaad, dat een dood beteekent voor de
ziel, een dood, die oneindig veel erger dan
duizend dooden van het lichaam is. Want
de mensch is voor God geschapen en ziet,
er was een kloof tusschen de menschen en
God. De menschheid schreide in nameloos
heimwee naar den hemel en het leek als
of er van den hemel geen antwoord kwam.
Maar toen verscheen Christus in de we
reld: toen begon het ontembare, zalige, hei
lige Licht te flikkeren en te glanzen en
vulde de zielen met goddelijk Leven. De
Zoon van de Maagd droeg met recht de
naam van Emmanuel, God-met-ons.
Broeders, laten we het nooit vergeten,
laat het iederen dag schooner en dieper
en krachtiger in onze zielen gebrand
staan. Met Hem heeft God ons alles gege
ven (met Hem, Die zichzelf gaf voor ons
op het Kruis!) en zonder Hem kunnen wij
niets doen. Want niemand kan een andere
grondslag leggen, dan die gelegd is en die
is Jezus Christus. Christus gisteren en he
den, Hij tot in alle eeuwigheid. Maar hoe
den we ons voor een ijaele waan. Want
het is tevergeefs, dat we Christus belij
den met den mond, als niet ons heele le
ven voor Hem getuigt, ons heele leven in
al zijn verhoudingen. Het is een dwaas
heid met een dubbele moraal te werken,
een moraal voor de Kerk en een moraal
voor het practische leven. Het leven is één,
het goede is consequent. Wij moeten Chris
tus dienen door overal en in alle om
standigheden en verhoudingen met zui
vere bedoeling het goede te doen. En onze
zwakheid kan ons niet tot verontschuldi
ging dienen, omdat Christus zelf onze kracht
wil zijn. Wij kunnen alles in Hem, die ons
versterkt.
Als deze waarheid als een heldere vlam
in ons brandt en onze zielen koestert, dan
kunnen wij nu in waarheid het Kerst
feest gaan vieren. Dan is het onbestaan
baar, dat wij niet iets in ons ondervin
den van die hooge, vervoerende vreugde,
die telkenjare met Kerstmis de gansche
Kerk beroert. Dan zal het Kerstfeest voor
ons niet enkel een prettige aanleiding voor
een intiemen, gezelligen maaltijd zijn, het
wordt een zielefeest van innerlijke vol
heid en innerlijke weelde, een geestelijk,
onzichtbaar feestmaal, dat een verre voor
spraak van het eeuwige Lichtfestijn, het
eeuwige Christus-feest in den hemel is.
Dr. HENRI VAN ROOI JEN,
Kruisheer.
WAT ANDERE BL^N
SCHRIJVEN
DE OMZETBELASTING
BOVENAAN.
De Volkskrant schrijft:
Dit jaar zal zonder eenige twijfel de
opbrengst der omzetbelasting het record
slaan van alle heffingen, directe en indi
recte. Het vorig jaar stonden de invoer
rechten bovenaan met een opbrengst van
meer dan 122 millioen, daarna kwam di
omzetbelasting met 88 millioen en volgde
als derde de inkomstenbelasting met 84
millioen.
Nu wij de cijfers van dit jaar voor elf
maanden kennen, blijkt de omzetbelas
ting reeds 99 millioen te hebben opge
bracht, de invoerrechten daarentegen
slechts 74 millioen (hetgeen ten slotte nog
meevalt) en de inkomstenbelasting 93
millioen.
Het zegt toch wel iets, dat de omzetbe
lasting, die zoo ongemerkt, meent men
dikwijls, opgebracht en geïnd wordt, bo
venaan de lijst staat en evenveel in de
schatkist brengt als in een vroegere pe
riode een hplve eeuw geleden alle
heffingen te zamen. Hierbij moet uiteraard
onder meer rekening worden gehouden met
bet feit, dat de bevolking van ons land
toen maar de helft van thans bedroeg.
Het onrecht van de omzetbelasting in
zooverre ze allen over één kam scheert en
de groote gezinnen het zwaarst treft, zal
nu binnenkort worden opgewogen door de
loonbelasting, die de kroostrijke gezinnen
in verblijdende mate ontziet.
VERBETERING VAN
WONINGEN.
De Nederlander herinnert aan de
mogelijkheid, steun te verkrijgen van rijk
en gemeente voor het verbeteren van wo
ningen, die door het aanbrengen van ver
beteringen meer geschikt voor bewoning
kunnen worden gemaakt:
„De premie bedraagt één derde van de
kosten van verbetering. Aanvankelijk was
het maximum 250.per woning, waar
van twee derden te betalen door het Rijk
en één derde door de gemeente; in het be
gin van 1940 is in verband met de geste
gen bouwkosten het maximum verhoogd
tot 320.per woning, waarvan drie
vierde door de gemeente. Het maximum
bedrag voor de gemeente is dus 80.
per woning gebleven.
Deze regeling heeft voornamelijk toe
passing gevonden in de gemeente Amster
dam, terwijl daarnaast tal van verspreide
gevallen in kleine gemeenten voor steun
in aanmerking kwamen. In totaal is in 1939
premie verleend voor bijna 3000 woningen,
waaraan door Rijk en gemeente een be
drag van rond 450.000.— is ten koste
gelegd, zoodat de gemiddelde premie
slechts ruim 150.per woning bedraagt."
Met het nieuwe jaar 'doet tevens een
nieuwe belasting haar intrede, de Loon
belasting. Deze treedt, zooals bekend, in
de plaats van de vroegere Inkomstenbelas
ting en Gemeentefondsbelasting. Dit wil
niet zeggen, dat er nu voortaan in het ge
heel geen Inkomstenbelasting meer zal
zijn, behalve dan de Loonbelasting, want
dan zouden degenen, die hun inkomen uit
andere middelen betrekken dan uit loon
of salaris, er goed van afkomen. Neen, er
komt een nieuwe Inkomstenbelasting,
waarvan de reeds bekend gemaakte Loon
belasting een onderdeel is. Voor dengenen
echter, die geen enkele andere bron van in
komsten heeft, is de Loonbelasting de eeni
ge belasting naar het inkomen.
De nieuwe belasting heeft vele voordee-
len en vele goede kanten en met name de
verbetering ten gunste van de groote ge
zinnen, de sterke progressiviteit en de
heffing vóór de loonuitbetaling zijn met
instemming begroet.
Doch wij willen het thans niet hebben
over de grondslagen van deze belasting,
noch over haar goede hoedanigheden, doch
over enkele practische vragen, welke zich
voordoen.
Nu er zoovelen zijn, die onverwacht ge
promoveerd worden tot hulp-ontvanger
der directe belastingen en adjunct-inspec
teur, ligt het voor de hand, dat al die in-
specteurtjes alias werkgevers en salaris-
uitbetalers voor grootere en kleinere
probleempjes worden geplaatst. Wij zullen
er enkele behandelen; de greep is vrij wil
lekeurig.
Vooreerst denken vele gezinshoofden er
niet 'aan, dat ook hun inwonende dienstbo
den in de termen van de belasting kun
nen vallen. Zij zien op de tabel, dat eerst
een loon van meer dan 48.10 per maand,
of van meer dan 1L10 per week voor be
lasting in aanmerking komt en zeggen:
„Ik heb er dus niets mee te maken, want
mijn dienstbode verdient 6.per week."
Hierbij wordt echter over het hoofd ge
zien, dat het meisje ook kost en inwoning
geniet, wat voor een werknemer met een
geldloon van minder dan 24.per week
is gewaardeerd op 25.per maand of
wel 6.— per week. Het meisje voor dag
en nacht heeft dus niet een inkomen van
6.per week, doch van 12.per week.
Zy valt dus in de eerste klas van de be
lastingschaal en van haar weekloon moet
0.30 worden ingehouden.
Vaak zal het echter voorkomen, dat zoo'n
dienstmeisje een gedeelte van haar loon
naar huis moet sturen als ondersteuning
van behoeftige ouders. In dat geval zal zij
aan den Inspecteur kunnen verzoeken een
aanteekening op haar belastingkaart te
maken, dat haar inkomen met een be
paald bedrag moet wonden verminderd.
Is dit door den Inspecteur toegestaan dan
kan de werkgever daarmede rekening hou
den en in het bovengenoemde voorbeeldje
van het meisje, dat f 6.per week ver
diende, zal dan geen loonbelasting behoe
ven te worden betaald. Hieruit volgt dus,
dat niet de werkgever, noch het meisje
zelf hebben uit te maken, of zij door die
bijdrage aan „thuis" van den belasting
plicht ontheven is, doch dat dit uitsluitend
is overgelaten aan het oordeel van den
Inspecteur.
Een andere veel voorkomende vraag is:
„Hoe staat het nu met de betaling van den
aanslag over 194041 van de Inkomsten
belasting? Kan ik zonder meer het betalen
achterwege laten, als ik tweederde vol
daan heb?" Neen, dat kan niet. Ook de ge
deeltelijke ontheffing van den aanslag
194041 moet worden aangevraagd. Dit
wordt den loonbelastingplichtigen al heel
gemakkelijk gemaakt, omdat zij allen een
formulier ter invulling krijgen, waarin zij
tevens die ontheffing kunnen verzoeken.
Het staat trouwens voor velen niet vast,
of zij een ontheffing van één derde zullen
krijgen. Indien hun aanslag uitsluitend in
komsten uit salaris of loon gold, dan be
draagt de ontheffing één derde. Maar als
de aanslag ook inkomsten buiten loon of
salaris betrof, zal de ontheffing minder
zijn, zooals gemakkelijk te begrijpen is.
Nu zal het ondanks die ontheffing me
nigeen nog zwaar vallen om naast de Loon
belasting ook nog het restant van de In
komstenbelasting over 194041 te voldoen.
Verschillende aanslagen zijn pas verzon
den, sommigen hebben hun aanslag nog
niet eens ontvangen, zoodat er verschillen
den zullen zijn, die in Januari en de daar
op volgende maanden de volle last van
een dubbele belasting te dragen zullen
krijgen. Voor hen zullen de termijnen van
invordering waarschijnlijk wel verlengd
worden, doch zekerheid bestaat daarom
trent nog niet.
Gelukkig degenen, die hun geheele aan
slag reeds betaald hébben. Zij hebben nog
een douceurtje te wachten waarop zij niet
gerekend hadden. Een douceurtje, dat des
te zoeter is, wanneer dat tevens gepaard
gaat met een belastingvermindering, zooals
dat het geval is met kinderrijke gezinnen.
LEIDEN
EERSTE PLECHTIGE H. MIS.
Van pater Raph. Leicher.
De eerw. pater Raphaël Leicher, van de
Orde van de Minderbroeders-Conventuee-
len, die op Zondag 6 October te Leuven de
H Priesterwijding heeft ontvangen en van
wege de tijdsomstandigheden zijn eerste
plechtige H. Mis moest uitstellen zal op
2en Kerstdag a.s. deze eerste plechtige Mis
opdragen in de parochiekerk van den H.
Leonardus om 9 uur.
Receptie van 2.304 uur, Rijn en Schie-
kade 43.
TWEE NIEUWE FABRIEKEN VAN DE
A. K. U.
Op de buitengewone algemeene
vergadering van aandeelhouders van
de Algemeene Kuntstzijde Unie N.V.
van 29 November 1940 heeft dr. F. H.
Fentener van Vlissingen eenige mede-
deelingen gedaan over de financiering
der plannen voor een celvezelfabriek
en een stroocellulosefabriek.
Thans kan daaromtrent nog iets na-
VREDE.
Het is nu Kerstmis en geen vrede.
Maar Kerstmis is het toch. En vrede
kan het ook zijn. Temidden van val
lende bommen en het gedreun van
kanonnen. Midden tusschen vernieti
ging en haat, tusschen woede en heb
zucht kan er toch vrede zijn. Er kan
vrede zijn diep in onze ziel, omdat on
ze harten naar elkander neigen en
voor elkander kloppen. Wat er ge
beurt tusschen de volkeren, gebeurt
tusschen de landen. En in ieder land
zullen er velen zijn, die in deze hei
lige dagen, ook als de vallende bom
men gieren, tot elkander zullen zeg
gen: wij haten toch de menschen van
dat andere land niet, waarom doen wij
dit dan? En misschien niemand, die
dit zegt, kan daarop antwoord geven.
Zij vernietigen, zij dooden, zij bren
gen verschrikking en doen niets an
ders dan hun plicht. Zij dooden, mis
schien met medelijden in hun hart.
De menschen, de volkeren haatten
elkander niet, maar de gemeenschap,
die zij gebouwd hebben, is broos en
wankel, omdat deze niet rust op het
hechte fundament der liefde.
Morgen, op het vredesfeest zal er
oorlog zijn. Laat er toch vrede zijn
onder de menschen. Laten allen, die
dagelijks met elkander samenleven in
vrede samenleven, zonder haat, zonder
laster, zonder tweedracht, zonder ont
goocheling. Soms vergist men zich in
wien men dacht, dat hij een vriend
was. Maat laat ons dit bedenken. Wij
vergissen ons nooit in een ander. Als
wij ons in een ander vergissen, heb
ben wij ons in ons zelve vergist.
Rond ons vallen de bommen, maar
in ons kan er vrede zijn.
Gironummer van de W. H. N.
5553
De Bank van de W. H. N. is
Kasvereeniging N.V., A'dam.
Postgironummer 877.
Stort op 5553 of 877
Winterhulp Nederland, één voor allen,
allen voor één.
Mr. J. Linthorst Homan:
„Bouwt aan onze saamhoorigheid door
de Winterhulp".
„Maakt de Winterhulp sterk, opdat zij
andere Nederlanders sterk kan maken."
De Directeur-Generaal van de stichting
Winterhulp Nederland heeft bepaald, dat
in verband met de aanstaande jaarwisseling
een bedrag van 50.000 ten behoeve van
de oorlo Jïweduwen tor berchikking zal
worden gesteld. Inzake de verdeeling van
deze gelden zal met de bevoegde instan
ties overleg worden gepleegd.
Majoor J. N. Breunesse, commandant van
den Opbouwdienst, zal als lid van het
eere-comité der stichting Winterhulp Ne
derland op Donderdag 26 December a.s. te
13 uur en 20.15 over beide zenders een kort
woord richten tot het Nederlandsche Volk
over de Winterhulp Nederland.
Hans en Grietje. Een van de nieuwe
speldjes van Winterhulp-Nederland voor
de collecte op 27 en 28 Dec.
ders worden gezegd n.L, dat voor deze
financiering uitgegeven is een bedrag
van 10 mill, aandeelen uit portefeuil
le tegen een koers van 112J4.
De bouw van de beide fabrieken zal
geschieden door de A.K.U. zelf en on
der leiding van de directie en den
technischen dienst van de A.K.U. reeds
in de pers verschenen mededcplingen
omtrent andere personen of zaken, die
met deze leiding zouden zijn belast,
zijn volkomen onjuist.
Met dezen bouw zal ongeveer een
bedrag van 13 a 14 millioen ge
moeid zijn.
Voor de oprichting van de stroocel
lulosefabriek zal een afzonderlijke N.V.
gesticht worden, die den naam zal dra
gen „N.V. Maatschappij tot stxoover-
edeling", afgekort „Sove".