De Liturgie der Kerk |J]
KERKNIEUWS
RECHTZAKEN
De
Gouden Sleutel
ZATERDAG 21 DECEMBER 1940
DE LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG. 9
em.-pastoor a. H. j. sprenger
50 Jaar priester.
Gisteren was het 50 jaar geleden, dat de
zeereerw. heer. A. H. J. Sprenger, oud
pastoor van L e i ra u i d e n, de H. Pries
terwijding ontving.
Em.-pasoor Sprenger, die thans verblijft
ibij de eerw. Zusters van de H. Carolus
36, te 's-Gravenhage, droeg gistermorgen
in de kapel van deze stichting een H. Mis
van dankbaarheid op.
Na de H. Mis werd pastoor Sprenger door
de eerw. Zusters en veredere huisgenooten
in intiem en kring gecomplimenteerd met
zijn gouden priesterfeest.
Den geheelen dag was er verder voor
vrienden en bekenden gelegenheid pastoor
Sprenger geluk te wenschen, waarvan
door zeer velen gebruik werd gemaakt.
Morgen wordt dit gouden joibilé kerke
lijk gevierd. Dien dag zal pastoor Spren
ger om 10.15 uur de plechtige Hoogmis
opdragen in de St. Jacobus-kerk aan de
Parkstraat, dezelfde kerk, waarin hij 50
jaar geleden zijn eerste plechtige H. Mis
heeft gecelebreerd.
„Maasbode."
PATER TIBURTUS DE GRAAF O.F.M.
Maandag 23 December wordt de Gar
diaan van het Minderbroederklooster te
Nijmegen 70 jaar. Zijn werkzaamheid in
het Noordelijk en het Zuidelijk deel van
ons land heeft hem overal vele kennissen
en vrienden bezorgd. Vanaf 1894 behartigt
hij op verschillende wijze de zielzorg. Aan
vankelijk verbonden aan het onderwijs op
de kloosterscholen Megen en Alverna,
voelde hij zich later meer tot de directe
zielzorg getrokken. Jarenlang was hij ka
pelaan aan de Rosaliakerk te Rotterdam.
Dezelfde taak vervulde hij in Nijmegen en
Haarlem. Na een vruchtbaar pastoraat te
Lichtenvoorde zocht hij de gebondenheid
van het klooster weeT op en bekleedde,
in dienst van zijn medebroeders, menige
functie. Sinds September 1934 is hij Gar
diaan van het Nijmeegsche studiehuis zij
ner Orde. „MaasDcde."
h.h. wijdingen;
Hedenmorgen heeft Z. H. Exc. de Bis
schop van Haarlem in de kapel van St.
Joannes de Deo te Haarlem de H. Priester-
wijdine toegediend aan de Eerw. Heeren:
F. J. Blommestijn en L. C. J. Wüst, stu
denten van het Theologicum te Warmond.
Haagsche Politierechter
Een gezellige verlovingspartij.
Een lieftallige jongedame, uit den Haag,
had kennis gekregen aan een Leidschen
jongeling en uit deze kennismaking was
een verloving het resultaat. De hieraan ver
bonden feestelijkheden zouden ten huize
der jonge dame gevierd worden. Talrijke
familieleden en kennissen waren ter feest-
disch, welke o.m. bestond uit brandewijn,
bier, advocaat en wat dies meer zij, uitge-
noodigd en opgetrokken om mede te zwel
gen.
Maar de Leidsche jongeling was niet de
eerste aanbidder van het meisje geweest.
Onder de aanwezige kennissen bleek iemand
te huizen, die ook reéds omgang met de
schoone gehad had.
Misschien was hij zijn liefde bijna ver
geten, maar toen hij haar daar zoo zag zit
ten onder de aangebrachte versiering, kwam
zijn jaloezie w^er boven en hij probeerde
toenaderingspogingen, hetgeen natuurlijk
niet in den haak was. De nieuwbakken
verloofde zeide daar iets van tegen den ge
wezen verloofde. Deze zei iets terug en het
conflict was er. De oude verloofde deed
aan de nieuwe dito het aanbod, om het ge
val op den openbaren weg op te lossen
en zijn rivaal voelde daar wel iets voor.
Dit plan stuitte op tegenwerking van de
jongedame, die „haar" avond niet wilde
laten bederven. Als ze knokken wilden,
moesten zij het maar op een anderen dag
doen. De mannelijke aanwezigen voelden
meer voor het feit, om den knoop dadelijk
door te hakken, hetgeen geen instemming
vermocht te krijgen van het vrouwelijk
geslacht. De papa der jongedame zeide
neutraal te blijven, maar voegde er aan
toe, dat hij een ieder, die een andere mee
ning mocht zijn toegedaan, van de trap zou
dhetgeen protest uitlokte. Er werd
partij getrokken en het groote conflict
splitste zich in gedeelten. Wie er begon
nen was bleef ir. uiterste duisternis ge
huld, maar zeker was, dat iemand een ander
iemand een bierflesch op zijn schedel sloeg
De mannenbroeders trokken, voorzoover dit
nog noodig was, hun colbertjasjes uit en
de amazonen maakten zich op om weder-
zijdsche haarspelden-demontrsaties te gaan
geven. De neutraal-blijvende papa gaf zijn
neutraliteit op en sloeg den vroegeren ver
loofde tusschen de stoelen als zijnde de
oorzaak en het gevolg van het „feest". Ook
hij gebruikte zijn bloote handen niet, maar
een stukje hout, vermoedelijk reeds te voren
klaar gelegd voor oplossing van eventueel
verwachte oneenigheid. Deze mep was
blijkbaar nogal hard aangekomen, want er
vloeide een beetje rood vocht. Deze substan
tie werkte remmend op de verhitte gemoe
deren en het verdere feest-programma viel
in diggeltjes, aangezien de aanverwante
aanwezigen van den vroegeren verloofden
niet met een „moordenaar'' onder één dak
wilden blijven. Men was zelfs nog verder
gegaan en had een klacht wegens mishan
deling ingediend tegen den papa der jonge
dame. Deze noemde het geen mishandeling,
maar een soort vredes-offensief. Volgens
zijn zeggen wist een ieder wat hem te
wachten stond als hij dwars wilde. Het was
een feest en het moest een feest blijven. De
aanwezigheid van het eindje hout was een
pure toevalligheid en niks bijzonders, want
dit lag er altijd, aangezien hij een groot ge
zin heeft, hetwelk door de opstandige jeugd
moeilijk te regeeren is.
Nadat eenige feestelingen een uiteenzet
ting van het gebeurde hadden gegeven,
hetgeen met bijvalszuchten en hoofdknik
ken van de nagenoeg voltallige familie op
de tribune werd begeleid, vond de Offi
cier, dat papa zeer bruut was opgetreden
en vond het geen methode om gasten met
een stuk hout te gaan bewerken.
Omdat hij nog nooit veroordeeld was,
wilde spr. hem nog niet in het gevang heb
ben, maar een rem was toch wel noodig.
Zoodoende werd de eisch een geldboete
van 10 subs. 10 dagen en een voorwaarde-
lijek gevangenisstraf van een maand met
drie jaar proeftijd.
De belanghebbende belangstellenden von
den zulks blijkbaar geen straf. Zij hadden
zooiets van levenslang gedacht....
Toch bleef het zoo en papa vond het goed,
want hij zag maar af van hooger beroep.
HAAGSCHE RECHTBANK
Ernstige aanrijding te
Alphen a. d. Rijn.
Op 11 October van dit jaar is er op den
Steekterweg te A 1 p h e n a. d. R ij n een
ernstig auto-ongeluk gebeurd, waarbij één
érnstig gewonde te betreuren viel. Op ge
noemden datum stond er rechte van den
weg een vrachtauto goederen te laden. Een
man was bovenop de auto bezig, terwijl
twee andere personen. D. Verboom en H.
C. Goebel uit Zwammerdam zich aan
de achterzijde van-de auto bevonden. Plot
seling was er, in dezelfde richting rijdend
waarin de vrachtauto stond, een personen
auto aangekomen, die met groote snelheid
reed. Zonder vaart te minderen, was deze
auto op den personen- en den vrachtwagen
ingereden. De man, die bovenop werkzaam
heden verrichtte, zag het dreigend gevaar
en wist nog te waarschuwen: „Pas op jon
gens, daar komt een auto, spring opzij".
H G. Goebel kor. zich door een fikschen
sprong nog in den wegberm redden, maar
D. Verboom was niet zoo gelukkig en raak
te, vooral met zijn linkerbeen, tusschen de
beide wagens bekneld. De botsing was zoo
hevig, dat de zware vrachtauto, trots de
aangezette remmen een sprong voorwaarts
raakte. Danig gewond, maar door buiten
gewoon geluk begunstigd niet doodelijk.
werd Verboom opgenomen.
De bestuurder van de luxe auto, M. H.
S. uit Utrecht, had zich voor de Haagsche
Rechtbank te verantwoorden wegens het
veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel
door schuld. Hij erkende de botsing, maar
achtte zich niet schuldig, want volgens hem
hadden plotseling de remmen geweigerd,
maar hii kon dat niet geheel aannemelijk
maken. Wel was later nog gebleken, dat
S een reeds verloopen rijbewijs bij zich
had.
Dp Officier wees er in zijn requisitoir op,
dat het ingestelde onderzoek zijn goedkeu
ring niet kon wegdragen, en dat hij maat
regelen genomen had om zulks in de. toe
komst te verbeteren. Sur. achtte verdachte
schuldig aan de aanrijding, maar had ver
wacht, dat verdachte een beroep op nood
weer zou hebben gedaan. Verder vond
spr., dat er voor verdachte geen onvoorzie
ne omstandigheden waren geweest, reden
om een geldboete te eischen van 50 subs,
een maand hechtenis.
Uitspraak over 14 dagen.
De te vroeg verkochte
petroleum.
Een winkelier te Voorschoten
moest terecht staan, omdat hij petroleum
verkocht had zonder geldige bonnen. Zon
der toen geldige bonnen, want hij had voor
de geleverde vier liter petroleum, de ze
gels in ontvangst genomen, die pas twee
dagen later geldig verklaard werden.
Een bepaalde fraude was er dus niet ge
pleegd, want het was meer de hulpvaar
digheid van den winkelier, die hem thans in
het verdachtenbankje deed plaats nemen,
alwaar hij het feit erkende en zeide, dat
bij een controle de petroleum zegels, die pas
twee dagen later geldig gesteld werden, te
voorschiin gekomen waren.
De Officier achtte verdachte schuldig,
maar wilde geen hooge geldboete vragen
De eisch werd een geldboete van 5 subs.
5 dagen. Uitspraak over 14 dagen.
Nog Iemand, die hulp
vaardig was.
Op 31 Augustus was er een bakkers
knecht aangekomen, die op een bakfiets
een baaltje tarwebloem vervoerde zonder
de vereischte vergunning. Nader onder
vraagd vertelde hij, dat hij het gehaald had
bij den bakker N. van R. te Leiden en
dat het bestemd was voo zijn patroon, die
ook bakker was. Ook hier gold het iemand
tijdelijk even uit den nood helpen.
HAAGSCH GERECHTSHOF
De verkeerde methode
gevolgd.
H. S. te Katwijk aan Zee had een
radiotoestel gerepareerd voor v. d. O. uit
die gemeente. S. vond het geval buitenge
woon goed geslaagd, maar v. d. O. noemde
het lapwerk. S. wilde de drie gulden repa
ratiekosten graag ontvangen, maar v. d. O.
gaf ze niet. Er was een pracht geschilletje
ontstaan, waarbij onze onvolprezen „Tan
te Pos" een hoofdrol had vervuld. Zij had
nl. de briefkaarten bezorgd, die S. aan v.
d. O. schreef. Het waren echter geen vrien
delijke „karetjes", want op vele briefkaar
ten kwamen maar enkele woorden voor,
zooals „aanmaning" met koeien van letters
geschreven, of „betaal je schuld". Zulke
vriendelijkheden op open en bloot zijnde
„briefkaretjes" noemt de wet beleediging
HOOGFEEST VAN KERSTMIS
N.B. Als niet anders wordt aangegeven
vanaf Woensdag dagelijks Gloria en Credo.
Prefatie van Kerstmis.
ZONDAG 22 December. Vierde Zondag
v. d. Advent. Mis: Rorate. Geen Gloria.
2e gebed v. d. H. Hunger, Bisschop en
Belijder (Zie in het feesteigen v. h. Bis-
dem); 3e ter eere van Maria (Deus qui);
4e voor den vrede. Credo. Prefatie v. d.
Allerheiligste Drieëenheid. Kleur: Paars.
„Dauwt Hemelen van boven en dat de
wolken den Gerechte (Christus) afzenden.
Kom, o Heer, wacht niet langer; ontbind
de zondenlast van uw volk". (Introitus en
Communio).
MAANDAG 23 December. Mis v. d.
vorigen Zondag: Rorate. Geen Gloria. 2e
gebed ter eere van Maria (Deus, qui); 3e
voor alle overledenen (uit hët eerste
rcquiemformulier);'4e voor Kerk of Paus;
5e voor den vrede. Na het Graduale wordt
het Alleluja met vers niet gezegd. Geen
Credo. Gewone Prefatie. Kleur: Paars.
DINSDAG 24 December. Vigiliedag voor
het Hoogfeest van Kerstmis. Wel gedispen
seerd in Vasten en Onthouding, maar
b 1 ij f t boetedag. Mis: Hodie. Geen Gloria.
Credo. Gewone Prefatie. Kleur: Paars.
WOENSDAG 25 December. Hoogfeest
van de Geboorte van Christus. Geboden
te vieren als Zqndag. De Nachtmis: Do-
minus. De Dageraadsmis: Lnx fulgebit.
2e gebed v. d. H. Anastasia, Martelares.
De Dagmis: Puer. Laatste Evangelie als
op Driekoningen. Kleur: Wit.
N.B. Men lette op de veranderingen in
het gebed „Communicantes" gedurende
het Kerstoctaaf.
Op dit hoogfeest laat de H. Kerk haar
priesters drie H.H. Missen opdragen ter
viering van de geboorte van Christus jn
de stal van Bethlehem (Nachtmis), in de
harten van de geloovigen (Dageraadsmis)
en van de geboorte van alle eeuwigheid
van den Zoon uit den Vader (Dagmis)
Heden is de Zaligmaker geboren, die
Christus, de Heer is, in de stad van David.
(Evangelie v. d. Nachtmis). Laten wij op
aarde ons verheugen met de Hemelingen
(Offertorium). Maar ook: zien wij met de
oogen des geloofs in dat machtelooze hulp
behoevende Kind, den almachtigen God,
den Allerheiligsten. Aanbidden wij dat
Kind met de Engelen: „Eere aan God in
den Hooge". Aanbidden wij dat Kind in
ons harten vragen wij met het nieuwe
Licht van het menschgeworden Woord, de
genade te mogen worden verlicht en dat
het nieuwe Licht moge uitstralen in onze
werken. (Gebed v. d. Dageraadsmis). Want
dan alleen is ons Kerstfeest vruchtbaar,
als het een verandering en bekeering van
leven teweegbrengt. Immers: „De genade
en de Politierechter had S. dan ook veroor
deeld tot een geldboete van 10 subs. 10
dagen. Daar was S. niet tevreden mee ge
weest, derhalve kwam hij in hooger beroep
bij het Haagsche Hof.
De procureur-generaal achtte evenwel
geen wijziging in het vonnis gewenscht,
omdat, volgens spr., het vonnis juist gewe
zen was.
Het Hof zal later vonnis wijzen.
ONDERWIJZER VAN ZIJN ZOONTJE
MISHANDELD
De politierechter heeft een 45-jarigen
plaatwerker uit Zaandam tot een week ge
vangenisstraf veroordeeld, omdat hij den
onderwijzer van zijn zoontje had mishan
deld.
van God, onzen Zaligmaker, is ons ver
schenen om ons te leeren, dat wij aan de
goddeloosheid en de begeerlijkheid van de
wereld moeten verzaken en zedig, recht
vaardig en godvruchtig moeten leven in
deze wereld". (Epistel v. d. Nachtmis).
DONDERDAG 26 December. Tweed©
Kerstdag. Dag van devotie. Feestdag v. d.
H. Stephanus, eerste Martelaar. Mis: Sede
runt 2e gebed v. h. Kerstoctaaf; 3e voor
den vrede. Kleur- Rood.
N.B. Het gebed v. h. Kerstoctaaf wordt
steeds genomen uit de Dagmis.
Gisteren beleed de H. Kerk voortdurend
de Godheid van Christus in de kribbe.
Vandaag viert zij het feest van de eerste
Martelaar, die de Godheid van Christus
met zijn bloed en leven zoo schitterend
heeft betuigd. Om zijn prediking" van den
Christus is de H. Stephanus gesteenigd.
VRIJDAG 27 December. Feestdag v. d.
H. Joannes, Apostel en Evangelist. Mis:
In medio. 2e gebed v. h. Kerstoctaaf; 3e
voor den vrede. Kleur: Wit.
Joannes stond aan het hoofd van de
Kerk in KI. Azië en werd onder keizer
Diocletiaan gevangen genomen en in een
ketel met kokende olie geworpen, waar hij
echter ongedeerd uittrad. Als balling op
het eiland Patmos schreef hij zijn „Boek
der Openbaring" het laatste van de boe
ken v. d. H. Schrift. Van zijn hand hebben
wij ook een Evangelie (nl. dat volgens den
H. Joannes) en drie brieven. In zeer hooge
ouderdom is de heilige Apostel en Evange
list gestorven in KI. Azië (te Ephese).
ZATERDAG 28 December. Feestdag v. d.
H.H. Onnoozele Kinderen, Martelaren. Mis:
Ex ore. Geen Gloria. 2e gebed v. h. Kerst
octaaf; 3e voor den vrede. Na het Graduale
wordt niet het Alleluja met vers, maar de
Tractus gebeden. Kleur: Paars.
„Heden vieren wij de feestdag van de
kinderen, die, volgens het Evangeliever
haal, door de allerwreedste koning Herodes
vermoord zijn. Ziet, de aardsche vijand
zou door eerbetuiging die gelukkige kleinen
nooit zooveel voordeel hebben kunnen
brengen, als hij nu gedaan heeft door zijn
haat". (St. Augustinus).
IN DE KERKEN VAN DE
E.E.P.P. FRANCISCANEN:
Alles als in bovenstaande kalender v. h.
Bisdom, behalve:
ZONDAG. 2e gebed ter eere van Maria
(Deus, qui); 3e voor Kerk of Paus; 4e voor
den vrede.
MAANDAG. Mis v. d. Z. Nicolaas Factor,
Belijder: Os Justi. Gloria. 2e gebed v. d.
vorigen Zondag; 3e voor den vrede. Kleur:
Wit
Amsterdam. ALB. M. KOK, pr.
Verdachte had op 6 September den on
derwijzer is diens woning opgezocht, omdat
deze zijn zoontje zou hebben geslagen. Tij
dens het onderhoud werd de vader zoo
kwaad, dat hij den onderwijzer niet alleen
uitschold, maar hem ook een stomp in het
gelaat gaf. De man ging zoo te keer, dat
zich een groote menigte voor het huis ver
zamelde en de politie tenslotte moest in
grijpen.
De officier van justitie zeide, dat vele
ouders niet willen inzien, dat er soms heel
wat mankeert aan hun kroost. Men kan
echter niet tolereeren, dat de onderwijzers
het sachltoffer worden van dergelijke
ouders.
De officier eischte twee weken gevange
nisstraf. De politierechter legde een
week op.
FEUILLETON
(Nadruk verboden).
24)
Ik ben in dat aartsvaderlijke rijtuigje
hierheen gereden om je te komen afhalen,
begon Tony opgewekt; zijn oogen straalden
zoodra hij het meisje zag. Ben je klaar?
Je hebt je spullen mee hier naar toe ge
nomen, niet?
Ja, antwoordde Hilary, een beetje con
fuus door den stevigen greep van zijn
hand en biozend bij het zien van de vreug
de m zijn oogen, maar ik kan ten slotte
toch niet meeromen; ik moet hier blijven.
Ze slaagde er niet in haar teleurstelling
voor hem te verbergen.
Waarom kun je niet komen?, vroeg
Tony verwonderd. Ik dacht dat alles af
gesproken was en we verlangden allemaal
naar je; tante Alice en de baby,en ik.
Ik zou ook graag met je meegaan; ik
had er me ook al zoo op verheugd om weer
bij jullie te zijn. Maar tante Marion hier
heeft me noodig. Ze heeft me gebeden en
gesmeekt om te blijven en ik kan het on
mogelijk weigeren. Het schijnt haar een
beetje minder onrustig te maken en geluk
kiger te stemmen, als ik in haur nabijheid
ben.
Dan wil ik er niet verder bij je op
aandringen, verklaarde de goedhartige
Tony en er was iets in zijn stem, dat Hi
lary nieuwen moed en kracht gaf. Als
dat arme schepsel je hier noodig heeft, mo
gen wij je niet tegenhouden. Maar je be
zoek wordt daardoor alleen maar opge
schort, hè? Uitstel en geen afstel, hoor!
We verlangen alle drie naar je. Nadat je
vertrokken was, was het in huis eenvou
dig woest en ledig.
Hij scheen nog meer te willen zeggen,
maar juffrouw Helene Drivers kwam de
hall, waar zij samen stonden te praten, in
en hij stak direct zijn hand uit ten af
scheid.
Ik zal maar „tot ziens" zeggen, zei hij.
Je mag niet naar Grantley teruggaan,
voordat je bij ons geweest bent. Ik reken
er ook op dat je vóór je weer weggaat, nog
een keertje voor me poseert; ik ben nog
heelemaal niet tevreden over de manier
waarop ik je haar geschilderd heb.
Schildert hij uw haar?, vroeg Helene
Drivers bruusk, toen Tony weg was.
Toen ik zoo oud was als u had ik ook mooi
haar, maar er' heeft me nooit iemand ge
vraagd het te mogen schilderen.
Hilary keek naar het glanslooze, bijna
geheel vaal-grijze haar, naar de groeven en
rimpels in het ontevreden gezicht, naar den
strakken mond en de harde oogen van de
middelste der drie zusters en weer sloeg
een golf van medelijden in haar omhoog.
Misschien was het omdat u toevallig
niet met een schilder in aanraking kwam,
die uw haar juist noodig had voor een
schilderij, zei Hilary bijna verontschuldi
gend.
Ik geloof integendeel dat de dingen
voo- u alt :d juist od het go le oogenblik
komen «pduiken en dat zal toekomst
ook we' i-o' geval z:jn bewe 'de Helene
met onmiskenbare jaloezie. U behoort tot
de menschen, die onder een gelukkig ge
sternte geboren zyn.
r Ik?
Hilary lachte, maar inwendig wenschte
ze dat haar eigenaardige gastvrouwen hun
neiging om bittere opmerkingen te maken
en haar eigen leven en omstandigheden tel
kens met het hare te vergelijken, maar een
beetje zouden leeren beheerschen.
Ik vind het prettig een slaapkamer
te hebben met een uitzicht als dit, zei ze,
toen Helene Drivers haar enkele oogen-
blikken later naar een kleine logeerkamer
had gebracht, die als gedompeld scheen in
zonneschijn. De kamer lag op het Westen
en door het venster had men het gezicht op
een blauwen hemelkoepel er boven. Tus
schen de heuvels door zag men een glimp
van de vallei en daardoorheen kabbelde een
rustig riviertje, waarvan het water door
het zonlicht werd omgetooverd tot
vloeiend goud.
Hoe langer ze er naar keek, hoe grooter
Hilary's enthousiasme over dit uitzicht
werd.
Ik herinner me dat u den eersten keer
ook al zoo opgetogen over het uitzicht was,
zei juffrouw Drivers schouderophalend,
maar ik kan u verzekeren dat je meer dan
genoeg krijgt van dat moois, als je jaar in
jaar uit niets anders te zien krijgt. Ik ben
het door en door beu, met al die patiënten
met zenuwen en .geen hersens of met te
veel hersens en geen zenuwen er bij!
En moet u hier blijven om uw zus
ters! te helpen?
Er zit niets anders op wanneer de
duivel of Anastasia je drijft!, verklaarde
Helena Drivers d»"oog. Anastas: is mijn
oudste zuster. Ze heef* oi.s dit allemaal op
den hals gehaal-3. Een •'im-Mielid liet ons
dit huis na en Anatasia besliste dat het be
ter was hier voor niets te gaan wonen dan
ons in de stad te begraven. Maar we moe
ten pensiongasten of beter gezegd zenuw
patiënten in huis nemen om te kunnen le
ven, en Anastasia houdt Euphemia en mij
zóó onder den duim, dat we niet veel be
ter dan slaven zijn. U zult ons tegen thee
tijd in den salon vindeneen gelukkige
familie!
En met een narrig lachje verliet He
lene de logeerkamer en liet Hilary in een
een gedrukte stemming achter.
Nu moet ik nog met de derde zuster
kennis maken, dacht het meisje. Het zal
me benieuwen of die ook zoo verbitterd en
verzuurd is.
Toen ze een half uurtje later de onher
bergzame ontvangkamer weer binnenging,
vond deze vraag beantwoording, want bij
haar binnentreden stond een kleine, blee-
ke vrouw op uit een stoel bij de theetafel
en kwam op haar toe met uitgestoken
hand.
Ik ben blij u te ontmoeten, begroette
ze Hilary op ge jaagden, zenuwaohtigen
toon. Ik ben Euphemia Drivers; ik hoop,
dat we goede vrienden zullen worden. Ik
heb een zwak voor jonge meisjes, moet u
weten. Er is altyd een aureool van roman
tiek om hun hoofd.
Euphemia's stem klonk zacht en haar
woorden kwamen toonloos alsof ze een
lesje op zei.
Er is niets dat me zoo na aan het hart
ligt als romantiek, babbelde ze na een
diepen zucht voort, zonde- Hilary gelegen
heid te geven een woord te zeggen. Ik
heb in mijn eigen le"en romantiek ge
kend en vind het heerlijker er bij mde-
ren naai speuren. Er. ik ben overtuigd,
dat u ook romartiscn ent aangelegd, net
zooals ik was in mijn jeugd.... en eigen
lijk nog een beetje ben
O, maar ik ben heelemaal niet ro
mantisch, protesteerde Hilary en inwendig
gaf het gedweep van het juffertje haar een
gevoel van misselijkheid.
Als we elkaar een beetje beter ken
nenen ik hoop, dat dat gauw zal ge
beurenzal ik u de tragedie verhalen,
die mijn leven in tweeën heeft gescheurd....
die me gemaakt heeft tot wat u nu hier
voor u ziet. Mijn hoop was vernietigd, mijn
geluk verbrijzeld; het is een heel droevige
geschiedenis en de eenige troost in al clie
lange, eenzame jaren is geweest het schrij
ven van verhalen over gelukkiger vrouwen
dan ik zelf.
O, schrijft u verhalen!, riep Hilary le
vendig uit, blij, dat zij tenminste aan iets
houvast had tusschen al dat maanzieke ge
zeur. Ik ben altijd jaloersch op menschen
die schrijven kunnen.
Ik heb honderden en honderden ver
halen geschreven, vertelde het menschje
plechtig; het is mijn eenige troost ge
weest in al die jaren en ik ben tegen beter
weten in altijd blijven hopen dat ze nog
eens uitgegeven zouden worden. Maar
geen enkele uitgever of redacteur, dien ik
ze toegezonden heb. heeft er ooit bc'ang-
stelling voor getoond. Ik geloo.f dat ze
eigenlijk boven het begrip van het gewone
publiek gaan. De menschen zijn ever het
algemeen zoo verschrikkelijk laag-bij-der-
grondsch! Ik heb op mijn kamer twee kof
iers staan, stampvol gepakt met de ver
halen, die ik heL geschreven.
(Wordt vervolgd).