STADS O0EDE RECHTZAKEN Laatste bertcliten ZATERDAG 14 DECEMBER 1940 DE LEIDSCHE COURANT EERSTE BLAD - PAG. 3 KERKBERICHT PAROCHIEKERK VAN O. L. VR. ONB. ONTVANGENIS. Zondag:, derde Zondag van den Advent, Zondag Gaudete. Te 6 uur, half 8. 9 uur en 11.30 gelezen H.H. Missen. Te 10.15 uur Hoogmis. Te 12.30 Maria-Congregatie, hoog ste afdeeling jongens, 's Avonds te 4.30 uur: vergadering Derde Orde, waarna kort Lof. Maandag, 's avonds te 4.30 uur Lof voor de overledenen van het Zielenboek. Tevens gelegenheid om te biechten. Dinsdag, te kwartier voor 8 uur Gez. H. Mis ter eere van den H. Antonius van Pa dua; te 9.30 uur uitstelling van het Aller heiligste; 's avonds te 4.30 uur Lof ter eere van den H. Antonius. Woensdag, te 6.30 uur plechtige Gulden Mis ter eere der Allerheiligste Maagd Ma ria. Vrijdag, te 4 uur: Biechthooren voor de schoolkinderen; 's avonds te 4.30 uur Lof en Oefening van den H. Kruisweg. Zaterdag, 's morgens te 8.20 uur: Alg. H. Communie voor de schoolkinderen; 's na middags vanaf 4 uur gelegenheid om te biechten tot half 9 uur. Nota: heden, Zondag 15 December, te 11.30 uur vergadering van de K.J.M.C. (Kath. Jonge Mannen Centrale) in het pa rochiehuis „St. Franciscus". Bioscopen iu Trianon HET ONSTERFELIJKE HART. Een varkenshaartje haperde er nog aan, om, in een krulletje gedraaid, het eerste zakhorloge te laten loopen, dat de Neu- renbergsche instrumentmaker Henlein had uitgevonden. Aan de film, die ter ver heerlijking van deze inderdaad vernuf tige constructie, werd gewijd, haperde méér dan een varkenshaartje. Daar ko men wij nog even op terug. De vondst van Henlein was een vervol making van de reeds bestaande uurwer ken, een vervolmaking van de instru ment-kunst, en het was dus wel een zéér gelukkige gedachte van de Trianon-directie- om déze film te draaien ter gelegenheid, dat een nieuwe geluidsinstallatie en projectie apparaat in gebruik werd genomen, dat eveneens aan het volmaakte grenst en een victorie is van de techniek. Wanneer wü terugdenken aan het schrille gegil en ge schetter van de eerste sprekende films.... wat een hemelsbreed verschil. „Het Onsterfelijke Hart" is een film van giootsche allure. De photokunst dwingt alle bewondering af, de handeling is dra matisch en toch levens-echt, de karakteris tiek is ronduit meesterlijk. Het is een Henri George-film, maar toch niet in dien zin, dat de zwaarlijvige Henri de eenige flonker-ster is en de andere medespelen den kaarse-vlammetjes. Er komt een stel acteurs en actrices op het doek (o.m. Kris- tina Soederbeum en Paul Wegerier), die in prachtig samenspel met den hoofdper soon, er evenzeer toe medewerken, dat „Het Onsterfelijke Hart" een film is, waar mede de Tobis veel eer inlegt! Wie het onsterfelijke hart is?: wij ver moeden het tikkende dingetje, dat de uit vinder in zijn hand hield, toen zijn eigen hart ophield te kloppen. Wy dragen zoo'n onsterfelijk hart allen in onze vestjes-zak, zonder er ooit over te prakkizeeren, wei zonder er ooit over te prakkizeeren, welk een vernuft, en ook welk een aoorzet- deze ingewikkelde machinerie uit te den ken. Waardeering te wekken voor den pio nier van ons tikkertje is de voornaamste tendenz van deze film. En wie zou tegen deze tendenz bezwaar kunnen maken? Er komt echter bij, dat Henlein, om zijn doel te bereiken, zijn jonge vrouw verwaarloos de, die daartegen, en zeer terecht, wél be zwaar maakte! De manier evenwel, waar op zij trachtte haar man voor zich te inte resseeren, is voor filmische weergave min der geschikt en de toespraak, die zij daar bij hield was van dien aard, dat de Duit- sche taal eenzaam achterblijft, want een Hollandsche toelichting heeft men wijse lijk achterwege gelaten. Henlein was bo vendien een man, die de toenmaals hóógst moderne Luthersche denkbeelden aan hing. Wij vreezen, dat de Lutheranen zelf heel weinig gesticht zullen zijn over de „Luthersche" ideeën, die in deze film wor den aangeprezen. En de Katholieken even min. Het moge niet te loochenen zijn, dat er in dien tijd veel scheef ging in de Kerk, het doet pijnlijk aan, dat deze scheefheid uiterst eenzijdig wordt geaccentueerd. Wanneer de toeschouwers, van wie ver wacht mag worden, dat zij hun verstand gebruiken en voldoende historische kennis bezitten, (daarom werd door de K. F. C. de film toelaatbaar verklaard voor „vol wassenen") zich scherp voor oogen hou den, dat de gegeven voorstelling van za ken scheef, erg scheef is, kunnen zij deze werkelijk zeer fraaie film gaan bewonde ren. Henri George is een buitengewoon begaafd speler, die van de figuur van den uitvinder een boeiende creatie heeft ge maakt. Aan de ensceneering en ook aan de massa-regie heeft Veit Harlan alle zorg besteed; coulissen en bordpapieren huizen had hij daarbij niet van noode, want de middeleeuwsche pracht van het oude Neu renberg gaf een ideale entourage om de overwinning van „Het Onsterfelijke Hart" te vieren. Journalen en een sportfilm completee- ren dit feest-programma, waarvoor gister avond het was een bijeenkomst voor ge- noodigden veel belangstelling bleek te bestaan. Lido. DE SCHOOL DES LEVENS. De goede en wijze rector van het meis jeslyceum had v/el gelijk. In zijn afscheids speech aan het einde van den schooltijd zei hij telken jare, dat de leerschool van het gymnasium thans voorbij was, maar dat nu de leerschool van het leven begon. Dat ondervonden de vier levendige meisjes, die na afloop van haar studietijd besloten om in goede kameraadschap samen te gaan wonen in de groote stad en zich door het leven te slaan. De eerste aanra king met het „leven" bleek nier zoo heel malsch, want het is zelfs voor een meis je met een aardigen snuit niet zoo gemak kelijk om een behoorlijk baantje te vin den. En niet iedereen is zoo gelukkig als Kathe von Nagy, die een baantje vond en tevens een toegewijde vriend (Theo Lin- gen), die voor haar het werk deed. Deze vriend was een schuchtere vriend, die door den eveneens toegewijden portier van het gymnasium (Hans Moser) wat op gedraaid moest worden om over zijn ze nuwen heen te komen. Een karwei, dat Hans Moser wel toevertrouwd is! Maar ook de twee andere meisjes, die een baantje kregen (de vierde bleef thuis en dreef de huishouding) vonden een vriend en deze vriend was heelemaal niet schuch ter. De humoristische film neemt hier een bijna dramatische wending, want het le ven doceert in zijn leerschool ook buiten gewoon ernstige thema's. Zonder van el kaar af te weten, ondervindt het eene meisje, dat de charmante jonge man (Hans Holt) die verklaarde, dat zij de eenige vrouw was, die(u kent dat zinnetje wel) dat deze jonge man haar trouweloos in den steek liet en nu haar vriendin het hoofd op hol brengt. Zij waarschuwt, dreigt en schiet ten slotte op den trouwelooze. De gevangenis opent reeds haar poorten, maar gelukkig blijft het viertal toch nog tezamen. De ernstige ondergrond van deze film is geen hinder paal geweest om er zooveel humoristische gegevens in te verwerken, dat. het verhaal niet alleen spannend, maar ook afwisse-. lend en zeer geestig is geworden. Aan afwisseling ontbreekt het trouwens in het r.rogramma van deze week in 't ge heel niet. Vóór dp pauze treedt n.l. de ter.or Carles Aerts op met een internationaal liederen repertoire ,dat hij voortreffelijk zingt, terwijl er bovendien een jongleurs- en acrobaten-familie op het tooneel ver schijnt, voor wie de wetten van de zwaar tekracht niet schijnen te bestaan. Zij doen er althans mee wat zij willen en zij doen het zoo onbedaarlijk grappig dat je zit te schudden van het lachen. Dat jonge kerel tje belooft wat voor de toekomst! Tenslot te is er nog het wereldnieuws, zoodat het programma van Lido deze weck klinkt als ren klok Rex. ALASKA. Hans Albers vervult in de film Alaska een rol, welke hem juist past. Het verhaal speelt zich af in het begin der 20e eeuw en verplaatst ons naar het gouddelverstadje Canitoga, dat van een waterleiding voor zien zal worden. De arbeiders staan onder leiding van Oliver Monstuart (Hans Al bers) die over een gezond stel hersenen beschikt, doch in zijn plannen gedwars boomd wordt door een .saboteur. Deze ruimt hij uit den weg, maar de grond wordt hem dan te warm onder de voeten omdat hij geen getuigen op zijn hand heeft, zoodat hij genoodzaakt is een goed heen komen te zoeken. Hij raakt aan het zwer ven, drinkt onmenschelijk veel en leeft nog voor slechts één ideaal: zijn onschuld bewijzen. Later keert hij onder een val- schen naam terug en wijdt zich opnieuw aan het, nog steeds door sabotage geteis terde waterleidingswerk. Met behulp van de door hem ingevoerde caisson, wordt de mogelijkheid onder water te arbeiden, ge schapen. Oliver zelf, wiens gestel door het vele drinken ondermijnd is, kan niet afda len, maar de gezonde arbeiders doen het wel. Het werk vordert snel, maar opnieuw dreigt de sabotage het werk te doen mis lukken. Afdalen in de caisson is, tengevol- geg, levensgevaarlijk, maar Oliver waagt het en redt het werk. Teruggekeerd, ge lukt het hem, met behulp van gegevens, die hij verzameld, zijn onschuld te bewij zen. Hij sterft dan als een gerehabiliteerd man. Herbert Selpin is de regisseur van dit filmwerk, gebouwd op een reeds meerma len beproefd gegeven, doch daarom niet minder verdienstelijk en zeer goed uitge voerd. Natuurlijk is Hans Albers hier de krachtpatser maar het groote publiek wil dit van hem wel zien. Casino L DE BIG VAN HET REGIMENT. De Nederlandsche film doet het in het Casino-theater nog altijd uitstekend. Dat de Big van het Regiment deze week geprolongeerd is, valt daarom niet te ver wonderen en wie een avond van onschuldig vermaak wil hebben zal er goed aan doen in de komende week een bezoek aan dit theater te brengen. Luxor. MALLE GEVALLEN. Aan 'den voet van het standbeeld van Boerhaave te Leiden zit een student, die uit zijn droomerijen gewekt wordt door het gegichel van eenige meisjes, die onder lei ding van een leerares per autobus Leiden „doen". Natuurlijk is de student ineens helder wakker welke student zou dit EEN WERKELIJK lïaumanA p A AIM^C HINE? Dan itaar: niet zijn? en hij achtervolgt de autocar, mitsgaders de lieftallige meisjes, welke zich daarin bevinden. En natuurlijk niet alleen, maar in gezelschap van eenige kor nuiten, die hij spoedig ergens heeft opge- vischt. Dat is het begin van „Malle Gevallen", welke film een aaneenschakeling vormt van kleine dingen van den dag, waarin eenige studenten de hoofdrollen vervullen. Die studenten zijn Johan Kaart, Rolar.d Varno en Louis Borel, waarbij als voor naamste tegenspeelsters fungeeren Annie v. Duin en Jopie Koopman. Over het geheel genomen een aardig ge speelde film, welke echter op enkele mo menten, zoo o.m. bij het waterballet van „de Klit" wat al te rauw wordt en het goe de tempo verstoort. Een voortreffelijke rol in deze film wordt gespeeld door Löuis de Bree, die als eer zame, rustige vrijgezel een net heeren huisje in een der stille buitenwijken van Den Haag bewoont, maar met wiens rust het dan plotseling gedaan is als hij een vriend met vrouw en echtgenoote ont vangt. Deze brengen evenwel de herrie niet teweeg, doch wel de aanhang van de doch ter, in casu de drie studenten, die in de meening verkeerend, dat het aangebeden meisje daar woont het bovenhuis huren en natuurlijk de bloemetjes danig buiten zetten. Het voortreffelijk spel van Louis de Bree draagt er niet weinig toe bij om het succes van deze film te verzekeren. Vroolijke zang met begeleidende muziek doen voorts de rest. VOOR STADSNIEUWS VERWIJZEN WIJ VERDER NAAR PAG. 7. EEN ONTSLAGEN BURGEMEESTER. Het ambtenarengerecht heeft gaster middag in een zeer uitvoerige zitting de zaak behandeld van den heer L. O. U. I. S. Grippeling, die eenige maanden gele den eervol is ontslagen als burgemeester van de gemeente Hoogland bij Amersfoort. Daar de burgemeester meent, dat dit ont slag onrechtmatig is verleend, kwam hij tegen de beslissing in beroep bij het Amb tenarengerecht. Voor klager trad op mr. H. J. van Murk, advocaat te Amersfoort. Als gemachtigde van den secretaris-gene raal, waarnemend hoofd van het departe ment van binnenlandsche zaken was aan wezig mr. J. M. Kan, referendaris aan de afdeeling binnenlandsch bestuur van dit departement. Mr. van Urk begon met te zeggen, dat klager burgemeester was in een dorp, waar veel geruchten de ronde deden, na den oor log met name over den burgemeester zelf. Op 13 Augustus j.l. ontving de Grippeling, die tien jaar burgemeester van Hoogland is geweest, zijn ontslagbrief zonder nade re motiveering. Hierin stond o.a. dat hij zich schuldig gemaakt had aan ambtsover tredingen, en dat de gebeurtenissen uit de dagen van den evacuatietijd in Mei j.l., toen Hoogland tijdelijk in de gemeente Edam werd. ondergebracht, den doorslag hadden gegeven en dat hij voor deze func tie niet langer te handhaven was. Het ont slag is volgens de meening van den bur gemeester een „detournement de pouvoir". In het kort wilde spr. de tienjarige ambtsperiode van den burgemeester schet sen. De heer Grippeling was wel onder zeer bijzondere omstandigheden burgemeester van Hoogland geworden. Het was de toen malige minister van binnenlandsche zaken jhr. mr. Ruys de Beerenbrouck, die den nieuw benoemden burgemeester zeide, dat hij in Hoogland met straffe hand moest re- geeren omdat hij anders zou bemerken, dat het gezag hier wordt ondermijnd. Toen de toenmalige commissaris der pro vincie Utrecht, dr. H. Th. 's Jacob, den burgemeester had ontvangen, had hij hem de verzekering gegeven, dat als er maar krachtig genoeg in Hoogland werd opge treden hij het college en den Raad wel de baas zou kunnen blijven. Met den steun van dezen minster en dezen commissaris waren er dan ook geen moeilijkheden ge weest. Doch drie maanden voordat de bur gemeester herbenoemd zou worden, stierf minister Ruys de Beerenbrouck en kort daarop ging commissaris 's Jacob heen. Toen kon het gestook beginnen, te meer daar de verhouding tusschen den nieuwen commissaris en burgemeester lang niet zoo was als zij wezen moest. Een complex van bepaalde feiten was, naar sprekers oordeel, niet aanwezig. Doch de burge meester had herhaaldelijk zien aankomen, dat men hem in Hoogland kwijt wilde zijn. De commissaris wilde hem echter niet voor ontslag voordragen, lichtte echter den nieuwen minister van binnenlandsche za ken, mr. de Wilde, over den stand van za ken, zooals hij dien zag, uitvoerig in en toen bleek, dat de burgemeester het bij voorbaat ook bij den nieuwen minister had verkorven. Den eenen keer wreef men den burgemeester aan, ddt hij zich te veel ma gistraat toonde, een andermaal zeide men, dat hij te veel toeliet. De ergste beschuldi ging, welke men hem kon aanwrijven, was wel, dat hij steekpenningen zou hebben aangenomen van gelden, welke afkomstig waren van baten van het in Hoogland ge houden Lunapark. Het ging hier over bedragen van 600 gulden en 1500 gulden, en deze sommen gelds zouden dan niet op regelmatige wijze in de gemeentekas zijn gevloeid.. Bewijzen daaromtrent konden echter nooit geleverd worden en zijn tot op heden ook niet gele verd. Het is alleen wel opmerkelijk, dat het juist de provinciale griffie van Utrecht was, die zich voor deze zaak in hooge mate interesseerde. Herhaaldelijk werd den burgemeester te kennen gegeven, dat hij geen beleid voerde, dat hij geen beslissin gen nemen kon, kortom, dat hij niet ge schikt was voor zijn funcite. In de gemeente Hoogland zelf is het een publiek geheim, dat de verhouding tus schen den burgemeester en pastoor de Jong, alhoewel geestverwanten, zeer slecht is. Aanvankelijk was er vriendschap ge weest tusschen den pastoor en de burge meester, men kaartte 's avonds, doch naar mate de burgemeester meer autoriteit aan den dag legde, vond de pastoor dat Hoog- land's eerste burger zich met zaken inliet, welke hem in het geheel niet raakten. In de stukken, zooals deze aan het ambtena rengerecht zijn voorgelegd, komt bij herha ling voor, dat de verhouding van den bur gemeester tot den predikant van Hoog land, tot dén dokter, tot de ingezetenen en zelfs tot de militaire autoriteiten slecht is. En dat de burgemeester een handeltje dreef in vuurwapenen met den veldwach ter, dat achtte men wel zoo weinig over eenkomstig de waardigheid van het ambt van burgemeester, dat men op grond daar van al zeide, dat de heer Grippeling voor zijn ambt ongeschikt was. De werkelijk heid is echter aldus spr. dat de bur gemeester, op eeri hooge uitzondering na, het met iedereen in de gemeente kon vin den. Natuurlijk was er wel eens iets, maar waar is dit niet? riep spr. uit. In ieder ge val is wel komen vast te staan, dat er van een handel in vuurwapenen absoluut geen sprake was en dat de veldwachter het veld heeft moeten ruimen en persoonlijk door den commissaris der provincie aan een be trekking werd geholpen bij de Koninklijke Militaire Academie te Breda. Ten slotte wordt er in de stukken opge merkt, dat de gebeurtenissen van 10 tot 14 Mei den doorslag gegeven hebben. Er is echter niemand in Hoogland, die zal dur ven ontkennen, dat de evacuatie in Hoog land kalm en ordelijk is verloopen. Er wordt wel gezegd, dat de burgemees ter op oogenblikken, dat men hem noodig had, nooit aanwezig was, maar spr. weet beter. Spr. kwam in Hoogland zonder te voren afgesproken te hebben en vond den burgemeester altijd op zijn plaats, dat de verhouding tusschen burgemeester en se cretaris niet goed te noemen is, is een feit, doch het kan echter wel zijn, dat dit ligt aan den secretaris en niet aan den burge meester. Er is veel drukte gemaakt over de affai- fe met de landmijnen in Hoogland. Daar lagen mijnen, die op een gegeven dag tot ontploffing kwamen en men maakte den burgemeester er een verwijt van, dat hij de bewoners niet tijdig genoeg gewaarschuwd had. Doch wat was hier het geval? De burgemeester wist zelf niet eens, dat er mij nen lagen, want de militaire autoriteiten hadden verzuimd hem hierover in te lich ten. Spr. zou zoo kunnen doorgaan. Hij wilde het echter hierbij maar laten. Dat klager als burgemeester absoluut ongeschikt was voor het ambt, mag men niet aannemen, want anders zou men hem toch niet de kans geboden hebben eens te solliciteeren naar de vacature van burgemeester te Honte- nisse. Tien jaar lang is deze heer Grippe ling een goed burgemeester geweest en thans is hij broodeloos gemaakt. Invloeden van buiten af hebben het ontslag bewerkt. Op geen enkelen redelijken grond is dit ontslag gebaseerd en spr. vroeg eindigend, het ontslag ongedaan te maken. Mr. J. M. Kan, sprekende namens den secretaris-generaal van het departement van binnenlandsche zaken, zeide, dat er in deze zaak uitvoerig materiaal was overge legd en dat hij daarom niet in nadere bij zonderheden wenschte te treden. Spr. zei de, dat het verzoek om dit optslag te be handelen bij het ambtenarengerecht was binnengekomen. Men zou dus primair het beroepschrift niet ontvankelijk moeten ver klaren en secundair liggen de feiten zoo, dat de gemeentewet de overheid de be voegdheid geeft om een burgemeester te ontslaan, eventueel zonder opgaaf van re denen. De secretaris-generaal had uitge breide rapporten van den commissaris van de provincie toegezonden gekregen en het is ondenkbaar, aldus spr., dat alles wat in die rapporten staat uit den duim zou zijn gezogen. De commissaris van de provincie maakt geen rapporten op lichtvaardige gronden. Oir een voorbeeld te noemen, dat deze bur gemeester in gebreke is gebleven een goéd bestuurder van Hoogland te zijn: Op den dag van de evacuatie der bur0ers naar Edam heeft de burgemeester, die er de voorkeur aan gaf op zijn bed te blijven liggen, laten weten, dat als men hem wenschte te spreken, men om negen uur maar op de secretarie moest komen. Dat is echter niet het eenige bezwaar, dat ingé bracht kan worden. Er zijn er wel dertig. Zij zijn alle uitvoerig in de stukken me degedeeld, doch er op in gaan lustte spr. niet. Dat de burgemeester geheel broode loos zou worden is onjuist, want hij heeft tien dienstjaren en dus op zijn 65ste jaar heeft hy recht op pensioen. Spr. hoopte verder dat het ambtenarengerecht primair het beroep niet ontvankelijk zou verklaren, subsidiair het als ongegrond zou beschou wen. Het ambtenarengerecht zal vandaag over drie weken uitspraak doen. Gemeentel. Aankondigingen VERPLAATSING GEMEENTE SECRETARIE Burgmeester en Wethouders van Leiden brengen ter algemeene kennis, dat de af- deelingen Financiën, Algemeene Zaken en Onderwijs y6n ae GemÉentesecretarie, resp. op Maancmg ]£e Dinslag l^^ri Woensdag 18 Decem^ep'és. vam R/penbJrg 12 naar het Stadhuis, mgant/ Sf^huy^fiein, worden overgebracht./ In verband /ïiernfede zullen de werkzaam heden van /enpémde afdeelingen op den dag der vei^Isétsing tot het strikt onodzake- lijke moeten worden beperkt, zoodat het aanbeveling verdient zich op dien dag slechts voor spoedgevallen ter Gemeente secretarie te vervoegen. A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN, Burgemeester. VAN STRIJEN, Secretaris. Leiden, 14 December 1940. 4464 WINTERHULP—NEDERLAND De Burgemees/er v^««^Leiden verzoekt hen, die aanvr; keering te moj ting Winterhu zenden naar Stadhuis. A. VAI^DE SANDE BAKHUYZEN. Leiden, 14 December 1940. 4466 en om een uit- :n van de Stich- deze niet te i, doch naar het Agenda LEIDEN. Zondag, Mij. voor Toonkunst, Maneto- concert door het Rott. Philh. Or kest, Stadsgehoorzaal, 2.15 uur. Zondag, Openingsconcert Vreugde én Ar beid door het Nederlandsch Sym- phonie-orkest, Stadsgehoorzaal 8.15 uur. De Zondagsdienst der huisartsen te Lei den wordt waargenomen door de dokters: Jasperse, Meijboom, Nieuwzwaag, Poort man en Stoffers. De Zondagsdienst der huisartsen te Oïgst geest wordt waargenomen door dr. Vare kamp, Tel. 1916. De avond-, nacht- en Zondagsdienst der Apotheken te Leiden wordt van Zaterdag 14 December 20 uur tot Zaterdag 21 De cember 8 uur waargenomen door de Apo theken „tot Hulp der Menschheid" Hooi gracht 48, tel. 21060 en de Doeza-Apotheek Doezastraat 21, tel. 21313. Te Oegstgeest door: de Oegstgeestsche Apotheek, Wilhelminapark 8, Tel. 26274. DE NOORDOOSTPOLDER GESLOTEN. Gistermiddag twee uur is het laatste gat gedicht van den dijk rondom den Noord- Oost polder. Hiermede is thans de ruim vier-en-vijf tig kilometer lange dijk gereed gekomen en de polder, ruim 47.000 H.A. groot, afge damd. Het werk begon in Mei 1936, toen op Urk werd begonnen met den aanleg van een werkhaven. Op 3 October van het vo- rige jaar werd het laatste gat in den dijk tusschen Lemmet en Urk gedicht, waardoor het isolement van dit eiland werd opgehe ven en de Friesche kust door middel van een dijk met Overijsel werd verbonden. Op 13 November jl.l werd het Zwolsche Diep afgedamd en moest de scheepvaart langs het nieuw gegraven scheepvaartka naal worden omgelegd en gistermiddag is tenslotte de laatste opening in den dam ge sloten. Om negen uur was er nog een opening van ongeveer veertig meter lengte. Er stond geen stroom en er was slechts weinig wind, zoodat het werk kon beginnen. Zoodra het gemaal te Lemmer, dat het verst gevorderd is, gereed is, kan met het leegmalen van het nieuwe gebied worden begonnen.. EEN MOEDIGE REDDER. Vrijdagmiddag heeft de 29-jarige grond bewerker, Dirk Knaap, met gevaar voor zijn eigen leven een viertal kinderen uit het koude water van de Haarlemmertrek vaart te Amsterdam gered. De kinderen hadden in een bakfiets ge zeten, welke bestuurd werd door een 16- jarige jongen. Op een gegeven oogenblik verloor hij de macht over het stuur met het gevolg, dat de fiets te water ging. Alle kinderen konden spoedig aan land gebracht worden, nadeelige gevolgen van het koude bad zullen zy niet ondervinden. OFFICIEELE VALUTAKOERSEN DER NEDERLANDSCHE BANK. 14 DECEMBER. Valuta's (schriftelijke en tel. transacties) New York 1.88 3/16—1.88 9/16, Berlijn 75.28—75.43 Brussel 30.11—30.17 Helsinki 3.813.82 Stockholm 44.81--44.90 Zuerich 43.63—43.71 Bankpapier: Berlijn 75.19—75.34 New York 1.86/2—1.90 1/4 Brussel 30.08—30.20 Stockholm 44.76—44.94 Zuerich 43.5943.75

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 3