DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Momentje MAANDAG 9 DECEMBER 1940 32ste Jaargang No. 9818 3)e Êeid^elieSoii/fcci/rit Bureaux Papengracht 32. Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935. Giro 103003. Postbus II. V Beginselen en toepassing Godsdienstige beginselen en toepassing van godsdienstige beginselen worden vaak vereenzelvigd. Ten koste van de hoogheid van en den eerbied voor die beginselen. Een mensch met karakter keurt af en veroordeelt onvoorwaardelijk, dat iemand handelt in strijd met zijn godsdienstige be ginselen. Hij zal ook van niemand zulke handelingen eischen of ook maar gedoo- gen! Maar dat in de veronderstelling, dat wat men godsdienstige beginselen noemt, fcet ook waarlijk zijn. Godsdienstige beginselen laten zich niet gebruiken voor een zekeren ruil-handel; men kan er niet mede gaan marchandee- ren! Godsdienstige beginselen staan onafhan kelijk van de omstandigheden. De toepassing van godsdienstige beginse len kan echter wijzigen met de omstan digheden. Men kan, eerstens, een bepaalde toe passing, die men onder bepaalde omstan digheden m o g e 1 ij k acht, onder andere omstandigheden nalaten, omdat men die mogelijkheid niet meer aanwezig ziet. Men houdt daarmede niet op, zijn beginselen te belijden en te beleven, maar doet het vrijwillig of gedwongen anders! Men kan, vervolgens, een bepaalde toepassing van een beginsel, die men onder bepaalde omstandigheden gewenscht, en dus min of meer verplichtend, acht, on der andere omstandigheden als onge- wenscht, en dus geenszins verplichtend, be schouwen. Als men in zulke gevallen niet scherp onderscheidt tusschen beginselen en de toepassing ervan, dan komt men er toe be ginselloosheid te constateeren, waar deze heelemaal niet aanwezig is, lafheid te ver wijten, terwijl er daartegenover juist een zekere moed vereischt kan zijn, om een bepaalde toepassing van beginselen die men lief heeft prijs te geven, teneinde kwaad of erger kwaad te voorkomen, ten einde goed van hooger beteekenis te be houden of te verwerven. Waar wij voor dezen en den ko menden tijd is dat zoo dringendnood- zakelijk er ernstig voor waarschu wen, aan toepassing van beginselen niet de waarde, de onveranderlijke waarde van beginselen toe te kennen daar bedoelen wij natuurlijk geenszins, met toepassingen van beginselen om te springen als waren dat zaken van geen waarde, of zaken, die alléén in het licht van de utiliteit, van de nuttigheid moeten worden beoordeeld. De boven-natuur is gebouwd op de na tuur. Godsdienstig-mensch zijn moet gebouwd zijn op m e n s c h-zijn. En de mensch, die waardig en dus verstandelijk wil handelen, kruipt niet van de eene op vatting in de ander, ook al staan die op vattingen los van zijn godsdienstige, van zijn diepste en eigenlijke levens-beginse len; de mensch, die respect voor zijn han delen wil opeischen, verandert niet van meening met de gunst of ongunst van de omstandigheden, ook al is geen van die meeningen in strijd met zijn zoo juist be doelde beginselen. Het feit, dat men de toepassingen, die men uit beginselen trekt, kan wijzigen zon der met die beginselen in strijd te komen, sluit niet uit den moreelen plicht, om bij de wijzigingen van die toepasingen te han delen op eeii redelijke wijze, den zichzelf bewusten mensch waardig! Dit is vandaag een korte theoretische beschouwing. Maar een beschouwing, die, naar onze stellige overtuiging, practische waarde heeft voor de beoordeeling van dingen in den nieuwen tijd, van feiten, die rondom ons plaats grijpen en die nog zul len plaats hebben. ENGELSCHE BOMAANVALLEN OP NEDERLAND. EEN DOODE EN ENKELE GEWONDEN. Engelsche vliegers hebben in den nacht van Vrijdag op Zaterdag op enkele plaat sen van ons land bommen geworpen. Al deze bommen misten het doel en de aan gerichte schade is op een uitzondering na van geen beteekenis. In dat eene geval raakte een bom een woonhuis, dat totaal werd vernield. Een der bewoners is ge dood, twee personen zijn zwaar en drie licht gewond. Vele ruiten van nabijgelegen woningen sprongen. Zorg voor de Ned. arbeiders in Duitschland FACILITEITEN OP HET GEBIED DER ZIEKTEVERZEKERING. OOK HULP AAN ZIEKE GEZINSLEDEN. Inzake de rechtspositie ten aanzien van de sociale verzekering van de in Duitsch land werkende Nederlandsche arbeiders en hun gezinsleden, deelt de leider van de groep Soziale Verwaltung, President Jakob ons het volgende mede: „Dezer dagen heeft de Duitsche Rijks minister van Arbeid een door mij voorge stelde beschikking genomen, welke voor de in Duitschland te werk gestelde Neder landsche arbeiders en hun gezinsleden van groot belang is. Naar bekend, zijn deze arbeiders in Duitschland onderworpen aan den ziekteverzekeringsplicht; als verzeke- ringsplichtige wordt him de volgens de wet geheven ziekteverzekeringspremie, van het loon afgehouden. Desondanks hadden zij, in verband met dwingende wettelijke voorschriften, geen aanspraak op alle voordeelen krachtens de ziekteverzekering. In het bijzonder was het niet mogelijk, de voordeelen der z.g. familiehulp tot hun in Nederland ver toevende gezinsleden te doen uitstrekken. Evenmin konden ziekteverzekeringsrisico- dragers de zorg voor den verzekerde zelf op zich nemen, wanneer deze ingeval van ziekte, naar Nederland terugkeerde of ge durende zijn verlof in Nederland ziek werd. Want volgens de voorschriften der Duitsche Rijks ver zekeringsverordening mo gen alle uitkeeringen slechts geschieden aan de daartoe gerechtigden indien deze zich in het binnenland,dat is dus in Duitschland, bevinden. Krachtens de bovenbedoelde beschik king van den Rijksarbeidsminister, zal in het vervolg van deze bepaling ten aanzien van Nederland worden afgezien. Dienten gevolge zullen voortaan de in Nederland vertoevende gezinsleden de voordeelen der familiehulp deelachtig worden. Hiertoe behoort de verzorging van zieke gezinsle den, welke verzorging de kostelooze ge neeskundige, tandheelkundige ook spe cialistische behandeling van geneesmid delen en andere middelen (b.v. brillen, breukbanden) en indien noodig, de koste looze verpleging in een ziekenhuis (zieken huishulp), omvat. Op deze voordeelen heeft de echtgenoo- te van den verzekerde en zijn kinderen aanspraak. Tot de voordeelen van de fa miliehulp behoort echter eveneens de kraamverpleging. Volgens de in het Rijk geldende ziekteverzekeringsvoorschriften, hebben onder bepaalde voorwaarden, de echtgenooten, alsmede die dochters, stief- en pleegdochters van den verzekerde, die in zijn gezin zijn opgenomen, bij beval ling en in geval van moeilijkheden in ver band met zwangerschap, recht op vroed vrouwenhulp en geneesmiddelen en voorts, wanneer zulks noodig blijkt, ook op geneeskundige behandeling. Ten slotte behelst de beschikking van den Rijksarbeidersminister ook bepalingen voor het geval de Nederlandsche arbei der ziek uit Duitschland terugkeert, of ge durende zijn verlof in ons land ziek wordt. Ook in dit geval valt den verzekerde de zelfde behandeling krachtens de ziektever zekering ten deel, als wanneer hij in Duitschland zou zijn gebleven. Blijkens het bovenstaande wordt de Ne derlandsche arbeider, die in Duitschland werkt, ten aanzien van de ziekteverzeke ring in elk opzicht gelijk gesteld met zijn Duitschen arbeidskameraad. Tevens wordt hij van de zorg voor het lit van zijn zieke gezinsleden ontlast. Vergeleken met den huidigen stand van zaken, houdt deze regeling een niet te on derschatten materieel voordeel in, daar het voortaari niet meer noodig is, dat een in Duitschland tewerkgesteld Nederlandsch arbeider zijn gezinsleden bij een Zieken fonds verzekert en behalve zijn bijdrage voor de rijksziekteverzekering, bovendien nog bijdragen voor de vrijwillige verzeke ring van zijn gezinsleden zou moeten be talen. Met deze gelijkstelling op het gebied der sociale verzekering van den Nederland- schen met den Duitschen arbeider, is op nieuw een bewijs geleverd, dat de arbei der uit het bezette gebied, die in Duitsch land werk heeft aanvaard, in geen geval de sociale voorzorgen, waarop hij aan spraak kan maken, ontbeert, doch als ge lijkgerechtigde in de groote sociale ge meenschap van den scheppenden mensch in het Groot-Duitsche Rijk opgenomen wordt en aandeel heeft in zijn sociale in stellingen. Deze gelijkstelling weerlegt opnieuw een leugen van de vijandelijke propaganda, welke het beweerde harde lot dat de ar beider uit de bezette gebieden in Duitsch land moet dragen, met een huichelachtig gebaar bitter beklaagt. Hoe Duitschland voor den Nederland- schen arbeider zorgt, wordt opnieuw be wezen door de omstandigheid, dat on langs tusschen de bevoegde Duitsche en Nederlandsche instanties besprekingen heb ben plaats eehad, welke beoogen door daartoe strekkende maatregelen, elke ach terstelling van de in Duitschland werk zame Nederlandsche arbeiders op het ge bied der invaliditeitsverzekering, uit te schakelen. Verwacht kan worden dat de in dit opzicht ontworpen regeling, reeds zeer binnenkort bekend zal worden ge maakt. Over de uitvoering van de bovengenoem de maatregelen inzake de ziekteverzeke ring, zullen binnenkort door radiolezingen nadere mededeelingen worden gedaan. Verdere inlichtingen verstrekken even eens het ten behoeve van de uitvoering van de bewuste maatregelen in Den Haag op gerichte bijkantoor der Allgemeine Orts- krankenkasse Jülich, gevestigd Raamweg 90, aldaar, en de burgemeesters. Notstandsbeihilfe van den Rijkscommissaris voor Rotterdam Nadat inmiddels het noodige contact met de diverse gemeentebesturen, waar geëva cueerde Rotterdammers zich ophouden, is verkregen, maken wij tot goed begrip van de juiste toepassing der door de „Not standsbeihilfe" vastgestelde richtlijnen het navolgende bekend: In aanmerking komen alle Rotterdam mers, zoowel gezinnen als alleenstaanden (ook steuntrekeknden), die op 10 Mei te Rotterdam woonden en tengevolge van de gebeurtenissen direct of later naar elders zijn vertrokken. Ook zij wier have en goed geen schade heeft geleden, komen in aan merking. Voorwaarde is slechts, dat zij voldoen aan de navolgende normen: De verdiensten of gezinsinkomsten mo gen niet hooger zijn dan de volgende be dragen: 11.per week voor alleenstaande per sonen. 20.per week voor gezinnen met ten hoogste 4 kinderen beneden 16 jaar. 22.per week voor gezinnen met 7 en meer kinderen beneden 16 jaar. 24.per week voor gezinnen met 7 en meer kinderen beneden 16 jaar. (Gezinsinkomsten worden voor de helft bij het loon van den kostwinner bere kend). De diverse gemeentebesturen hebben zich welwillend ter beschikking gesteld hun bemiddeling te verleenen voor het in behandeling nemen der aanvragen en moe ten de aanvragers zich bij het gemeente bestuur of aan het bureau van sociale za ken ter plaatse melden. DE OPBRENGST DER KINDER POSTZEGELS. Hoe geschiedt de verdeeling? De centrale propaganda commissie voor den "verkoop der kinderpostzegels schrijft ons: Voor wie gaarne weten wil, wat er nu precies gebeurt met de opbrengst van de zegels en kaarten „Voor het Kind", moge het volgende een aanwijzing zijn. Het aandeel is voor elke instelling ver schillend, het kan uiteenloopen van het minimum van ƒ5 tot 12000 toe. Een eenvoudig voorbeeld moge dit dui delijk maken. Vereeniging A., een vacantiekoloniehuis, herbergt in 1 jaar 100 kinderen, ieder ge durende 30 dagen. Vereeniging B., een op voedingsgesticht, herbergt in 1 jaar 100 kinderen, ieder gedurende 300 dagen. Dan krijgt B. tienmaal zooveel als A. Dat is de zeer eenvoudige grondslag. Aangezien echter de getallen voor kin deren en dagen nooit zoo mooi rond zijn en voor geen twee instellingen gelijk, komt aan het einde van de rekensom voor ieder een ander onregelmatig bedrag voor den dag. Het groote voordeel is dat verschillende instellingen met eenzelfde doel ook precies dezelfde berekening ondergaan. Er wordt slechts een onderscheid gemaakt, n.l. tus schen instellingen die een bijzonder kost bare verzorging moeten geven aan de haar toevetrouwde kinderen, en die, welke een normale verzorging verschaffen. Het spreekt vanzelf, dat een 100 doof stomme of gebrekkige kinderen geduren de 300 dagen oneindig veel meer ten koste moet worden gelegd aan medische hulp, aan leermiddelen enz. dan aan 100 ver waarloosde of zwakke kinderen. Daarom krijgen al deze „kostbare" instel lingen een iets hooger percentage uit de opbrengst; ook hier echter geldt binnen dezelfde rubriek instellinge voor allen pre cies dezelfde maatstaf. De onderscheidene instellingen verschaf fen zelf de gegevens voor de berekening van haar aandeel, zooveel mogelijk onder bevestiging door haar accountant. Ont breekt deze bevestiging, dan wordt ten ge rieve van de berekening van het aandeel hier en daar een accountantsonderzoek uit gelokt. Eenvoudig in zijn grondslagen, strikt rechtvaardig jegens allen en controleer baar voor alle betrokkenen, aldus is het systeem van verdeeling van de opbrengst der weldadigheidspostzegels en prentbrief kaarten. De Rijkscommissaris en de Ned. schilderskunst VERPLICHTING, ROEPING EN OPLEIDING DER HUIDIGE GENERATIE De Rijkscommissaris voor de bezette Nederlandsche gebieden, Rijksminister Seyss-Inquart, heeft dezer dagen een be zoek gebracht aan eenige schildersateliers. Evenals de Rijkscommissaris door zijn her haalde bezoeken aan industrieele en eco nomische bedrijven steeds weer blijk geeft van zijn belangstelling voor de menschen, die deel hebben aan het arbeidsproces en voor hun sociale positie, en bezorgd is over hun welzijn, zoo legt hij ook de levendig ste belangstelling aan den dag voor het cultureele leven der Nederlanders. Pas kort geleden is hier een week van Weensche kunst georganiseerd en onlangs heeft Wolfgang Schneiderhan, de concert meester Van het Weensche Philhaxmonische Orkest, op een muziekavond zijn kunst en die van zijn ensemble ten gehoore gebracht. Blijkt reeds uit deze uitvoeringen, die op initiatief van den Rijkscommissaris tot stand zijn gekomen, hoezeer de Rijks- .missaris persoonlijk opkomt voor de beoefening der muziek, door zijn bezoek aan vier bekende en vooraanstaande Ne derlandsche kunstschilders heeft hij tot uitdrukking gebracht, dat hij met de groote lijnen van den opbouw op het gebied der schilderkunst instemt en haar ontwikke ling op elke wijze bevordert. Bezoeken in Laren en Blaricum Onder leiding van den kunstschilder Gerdes en in gezelschap van professor dr. Wehofsich en professor dr. G. A. Snijder, den voorzitter van den Nederlandschen Cultuurkring, heeft de Rijkscommissaris zich naar Laren en Blaricum begeven en eerst de werken in oogenschouw ge nomen van den landschapsschilder A. Schotel. Het tweede bezoek gold den kunst schilder H. Hulsbergen. Vervolgens ging de tocht naar Blaricum en wel naar den schilder van stillevens R. Hynckes. Ten slotte bezocht de Rijks commissaris het atelier van den kunst schilder Gerdes, die zich bijzonder ver dienstelijk heeft gemaakt met de organi satie der kunstschilders in den Cultuur kring. Bewondering voor de Neder landsche schilderkunst Bij verschillende schilders werden kunst werken aangekocht. In een onderhoud wees de Rijkscommis saris op de voor de historie belangrijke prestaties der Nederlandsche schilderkunst en haar beoefenaars. Hij gaf daarbij aan wijzingen hoe deze kunst op vruchtbare wijze verder ontwikkeld kan worden door jonge talenten op te leiden en hun een kans te geven, waarna hij als volgt sprak: „Spreekt men over de schilderkunst, dan moet men aan de Hollandsche meesters in het bijzonder en aan de Nederlanders in het algemeen denken. Ik geloof, dat evenals de Grieksche kunstwerken op het gebied van de beeld houwkunst en misschien de Oostmarksche en Weensche meesters op het gebied van de muziek een hoogtepunt van het schep pende vermogen vormen, zoo ook de Hol landsche schilders kunstwerken tot stand hebben gebracht, die nauwelijks meer ge ëvenaard zullen kunnen worden. Overal, waar deze werken thans tentoongesteld en bezichtigd kunnen worden, leggen zij ge tuigenis af van de groote bekwaamheid van dit land en zijn menschën. Dit erfdeel beteekent ook voor de hui dige generatie een verplichting en tevens een roeping. Om den eigen aanleg te ont wikkelen en om scherp te leeren zien, is het juist op het gebied van de schilder kunst noodzakelijk steeds goede voorbeel den voor oogen te hebben. Deze zijn in de Nederlanden rijkelijk aanwezig, waarbij nog komen het landschap en het licht, die reeds voor de oude meesters wegwijzers waren. Stellig is ook de aanleg om voor werpen van kunstwaarde te scheppen, ge bleven. De zaak is thans om, uitgaande van het rijke erfdeel, tot nieuwe hoogte punten te geraken. Ik herhaal daarom de opwekking om in Nederland, met gebruikmaking van. de reeds aanwezige verzamelingen, een groot museum voor moderne kunst op te richten, waarin tevens een permanente tentoonstelling van hedendaagsche kunstenaars ge houden dient te worden. Om de jonge talenten te vormen, zou er in verband daarmede gelegenheid tot opleiding gegeven dienen te worden, waarbij binnen het kader van een gymnasium vooral aandacht wordt besteed aan de teekenstudie voor die leerlingen, die overeenkomstig hun bijzonderen aan leg, daartoe zijn uitverkoren. Voldoet Oil nnnuner bestaat alt twee bladen. TROOST. Er kan wil eens iets mislukken in het leven. Een belangrijke afspraak, die niet gehouden wordt, een onpret tig bezoeker zonder afspraak, die wel komt. Een onprettige boodschap, die wel gekomen is en een prettige bood schap, die niet is gekomen. Een des illusie, een schadepost. Iedere mensch heeft dat wel eens. En wat doe je dan? Dan tracht je dat onprettige- wel en dat prettige- niet te vergeten. Dan neem je een boek en leest. Of je zoekt troost bij een muziekinstrument, dat je lief is. Maar dan blijkt soms, dat men toch zijn hoofd er niet bij kan houden. Of je gaat aan je radio zit ten, maar zelfs een geloofwaardig ver haal over bommenwerpers is dan niet in staat je aandacht vast te houden. Dan ga je wandelen en je beziet eta lages om je aandacht van dat nare af te leiden. Maar dat gaat ook al niet. Want voor de winkelramen hunkert een levende permanent en haar oogen verzuchten: als ik die schoentjes had, zou ik volmaakt gelukkig zijn. Daarbij is geen troost, zij droomen hun stof felijke, hebzuchtige droomen en weten niet hoe grauw hun dag is. Maar er is een troost. Probeeren vooruit te zien en zich trachten voor te stellen, hoe prettig het straks weer zijn zal, als er weer eens iets goeds komt. En dat komt beslist. En hoe u dan over deze nare bui en deze mistroostige stemming zult lachen. Indien u er tenminste nog ooit aan denken zult. Hoe u dan de schouders daarover zult ophalen en waarlijk lachen om u zelf. Ziet u wel, u lacht al. de jonge man dan niet aan de verwach tingen, dan geniet hij toch altijd nog een opleiding, die het mogelijk maakt later een bestaan te vinden. Is aldus de eerste stap gezet op den weg tot het vinden van jeugdige talenten, zoo dient krachtens het rijke erfdeel van dit land bij het beleven der kunstont wikkeling van heden bijzondere aan dacht besteed te worden aan de verdere academische opleiding van de krach ten, die zich wijden aan het kunste- naarsberoep en hiertoe bekwaam zijn. Aan de hedendaagsche kunstenaars dient echter door op gezette tijden gehouden ten toonstellingen van hun werken gelegen heid te worden geboden de breede massa kennis te laten maken met de door hen vervaardigde kunstwerken, en haar be langstelling te wekken, waarmede de kun stenaars, behalve dat zij hun bestaan waar borgen, tevens de erkenning zullen ge nieten, die zij voor hun prestaties noodig hebben en verdienen. De groote belangsteling, die het geheele Duitsche volk voor de schilderkunst in het algemeen en voor de oude Hollandsche kunstwerken in het bijzonder koestert, zal stellig ook op de hedendaagsche kunst uitingen van dit land worden overge bracht". Alleen in bepaalde gevallen wanneer het door de weergesteldheid noodzakelijk is. De directeur-generaal van den Arbeid heeft naar de „N. R. Crt." meldt, met in gang van 6 December 1940 vergunning verleend aan werkgevers om het werk in de onderneming, hetzij geheel, hetzij ge deeltelijk tijdelijk stop te zetten of den werktijd in de onderneming tot minder dan zes en dertig uren in de week in te korten, voor zoover betreft den arbeid: bij in aanbouw, aanleg, verbouwing, her stelling, slooping of onderhoud, zijnde bouwgrond-, waterwerken, oudergrondsche leidingen en wegen; ten behoeve van de vervaardiging van baksteen en dakpan nen; bij de vervaardiging van cement- en beton waren; bij het winnen van zand en grond; op scheepswerven en -slooperijen, indien en voor zoolang ten gevolge van de weersgesteldheid de werkzaamheden tij delijk moeten worden stopgezet en de ar beiders niet op een andere plaats in de zelfde inrichting werkzaam kunnen wor den gesteld. Deze vergunning verleent den werkge vers geen toestemming om werknemers te ontslaan, zoodat het dienstverband blijft voortbestaan en dus de werkgevers dezelf de werknemers, zoodra werkhervatting mogelijk is, weer aan het werk moeten stellen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 1