DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Mamentje
DINSDAG 26 NOVEMBER 1940
32ste Jaargang No. 9807
S)e £cid&ehe(Boii/ta/tit
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935.
Giro 103003. Postbus 11,
7 Behoeft niet te schaden!
De R.-K. Universiteit te Nijmegen is een
kostbaar bezit van ons vaderland.
Zij bewijst de Nederlandsche weten
schap belangrijke diensten.
Zij vormt een aantal mannen van weten
schap, die zooals Zaterdag de voorzitter
van het Verbond van Journalisten, den
heer Van Megchelen, het uitdrukte „ge
zamenlijk getuigen van onzen wil, elk naar
zijn aard en op zijn wijze, öns volk te die
nen' met onzen arbeid".
Alk naar zijn aard en op zijn wijze....
Zonder ons te willen schuldig maken aan
de overdrijving, dat alléén aan een katho
lieke Universiteit katholieken kunnen
worden gevormd, die him eigen aard als
katholieken bewaren, die als katholieken
hun persoonlkheid gaaf houden en culti-
veeren zonder dat te beweren, wat ge
lukkig door de ondervinding zelf, door zoo
vele voorbeelden uit de practijk van het
leven, wordt geloochenstraft, mag toch ze
ker worden geconstateerd, dat een katho
lieke Universiteit bij uitstek geschikt,
moet zijn voor de vorming van katholie
ke persoonlijkheden katholieke per
soonlijkheden, die in eenheid en een
dracht samengaande met anderen, in ob
jectiviteit en onbevangenheid samenwer
kende met anderen, ons Nederlandsche
volk dienen, ieder naar zijn aard en op
zijn wijze als persoonlijkheden, levend
uit een overtuiging, uit godsdienstige, bo-
ven-natuurlijke beginselen.
De R.-K. Universiteit is héél het katho
lieke volk dierbaar. Ér is geen katho
liek, tot welke partij of beweging ook be-
hoorend, of hij gaat trotsch op deze zoo
voorname Nederlandsche cultureele in
stelling.
En daarom is het zoo verklaarbaar, dat
gisteren velen zijn geschrokken door het
volgend bericht:
Het Centraal Bureau der R.-K. Uni
versiteit te Nijmegen meldt:
Van den Secretaris-Generaal, wnd.
Hoofd van het Departement van Jus
titie, is mededeeling ontvangen, dat
in verband met de oprichting van de
stichting „Winterhulp Nederland" de
voor het geheele land verleende toe
stemming tot het houden van een huis-
en straatinzameling van gelden ten ba
te der R.-K. Universiteit is ingetrok
ken.
Onder de verbodsbepalingen der
verordening betreffende de geldzame-
lingen valt niet de inning van toege-
zegde vaste bijdragen.
De „Volkskrant" van gisteravond geeft
echter bij dit bericht een beschouwing, die
velen over hun schrik zal heenhelpen.
Het blad wijst er eerst op, dat het alles
zins verklaarbaar is, dat alle inzamelingen
worden stopgezet ter wille van Winter
hulp.
„Niemand zal het verwonderen, dat
de aanvankelijk verleende toestem
ming tot het houden van de jaarlijk-
sche inzameling ten behoeve der R.-K.
Universiteit is ingetrokken.
Niemand zal het verwonderen, en
niemand zal het misbillijken.
De Winterhulp gaat vóór; dit niet
alleen, ze mag niet door een andere ac
ties, voor welk doel ook, worden door
kruist.
De Winterhulp, voor het geheele
volk bestemd en bij het geheele volk
zoo dringend aanbevolen, moet ons al
len tezamen vinden.
In deze periode is elke inzameling,
op straat of aan de huizen, voor de
Winterhulp bestemd.
Zij moet aller gedachten bezig hou
den en aller beurzen ontsluiten.
Van volksgemeenschap gesproken:
hier hebben we een gelegenheid om
ons besef daarvoor te getuigen."
Maar, dat behoeft niet te schaden aan de
collecte voor de katholieke Universiteit, die
nu later gehouden wordt, en bij welke
vertraagde collecte er misschien nog meer
dan anders zal worden geofferd. Wij ci
te eren weer uit de „Volkskrant":
„Uiteraard moet het intrekken der
toestemming tot het houden der Uni-
siteitsinzameling enkel als uitstel, niet
als afstel, worden.beschouwd.
Is de Winterhulp-inzameling, met
het schitterende eindcijfer dat wij ze
toewenschen, achter den rug, dan kan
het centraal bureau der R.-K. Univer-
siteitscomité's aan zijn opgeschorte ar
beid denken en die dan met bekwame
spoed ter hand nemen.
Het is een zuiver katholiek werk
zonder eenige politieke tendenz, een
werk waarbij alle katholieken, welke
WAT ANDERE BLADEN
SCHRIJVEN
VRIJMETSELARIJ EN
KATHOLICISME.
Naar aanleiding van een opmerking in
de Standaard, gewagend van „Frank
rijk en andere nominaal-katholieke landen"
moet de Volkskrant toegeven, dat
inderdaad in verscheidene katholieke lan
den de ideologie der Fransche revolutie
sterken weerklank heeft gevonden en daar
door het katholicisme zoo ernstig schade
heeft geleden, dat zij het met hier min
der daar meer overdrijving van nomi
naal-katholieke landen kan worden ge
sproken.
„Doch nu moge men wel in het oog
houden, dat de Fransche revolutie, wat de
beginselen betreft, het werk is geweest van
de vrijmetselarij, en dat deze secte ander
halve eeuw lang alles in het werk heeft ge
steld om de katholieke landen tot nomi
naal-katholieke landen te maken.
Waarbij we niet voorbijzien, dat de vrij
metselarij haar oorsprong heeft gehad in
Engeland, waar ze nog een groote macht
is, en dat ook niet-katholieke landen als
bijvoorbeeld het Luthersche Zweden sterk
onder de invloed staan van de vrijmetse
larij.
Geven wij gereedelijk toe, dat in de
Romaansche, de katholieke landen door het
drijven en wroeten van de vrijmetselarij
zij het niet alleen daardoor het katho
licisme ernstig is gedeerd, van belang is
te constateer en, hoe met het verdwijnen
van den invloed der loge een reveil van het
katholicisme is gepaard gegaan, die voor
de toekomst de beste verwachtingen doet
koesteren.
Allereerst Italië heeft van de geheime
genootschappen veel geleden, ook toen het
zijn eenheid had herkregen en een Crispi
en andere staatslieden na hem de politiek
van een Mazzini voortzetten.
De verdienste van Mussolini is het ge
weest, niet alleen dat hij den vrede tus-
schen Kerk en staat heeft hersteld, maar
ook dat hij den geheimen genootschap
pen een halt heeft toegeroepen en het
katholicisme in staat heeft gesteld zijn
zegenrijken invloed onbelemmerd uit te
oefenen op een van oudsher godsdienstig
volk.
De strijd in Spanje staat ieder nog leven
dig voor den geest, de heldhaftige worste
ling van een katholiek volk tegen zijn
binnen- en buitenlandsche belagers: de
vrijmetselarij, het Russische bolsjewisme,
de internationale sociaal-democratie, ook
de Nederlandsche helaas, die, toen de
groote landen aarzelden gemeene zaak te
maken met de bloedige revolutionnairen,
de kleine opzette om voor de „vrijheid" in
de bres te springen.
Ook het nobele Portugal, dat misschien
het zwaarst van al van de vrijmetselarij
heeft geleden, heeft zich zelf hervonden
nadat het regime der vrijmetselaars was
omvergeworpen en katholieke staatslieden
het .land met een staatsbestel hebben be
giftigd, waaronder het niet alleen rustig
kan ademen, maar ook zich herstellen van
de slagen die het zijn toegebracht.
Zelfs in Frankrijk, het land der revolutie
en der revoluties, begint een andere geest
te leven nu maarschalk Pétain, die een
maal den eeretitel van hersteller zal dragen
zijn land tot de orde en den plicht heeft
teruggeroepen en van een stervend land
weer een levende en levenskrachtige natie
wil maken.
In het nieuwe en herordende Europa zul
len ook de katholieke landen in het ver
sterkte Duitschland is ten minste de helft
der bevolking katholiek een rol van be-
teekenis spelen, en in die landen zal het
katholicisme, tot nieuw leven gewekt, ze
genrijk werkzaam zijn tot heil van heel
ons werelddeel.
Aan de toevoeging „nominaal" zal dan
tevens een einde zijn gekomen."
diversiteiten er overigens tusschen
hen mogen bestaan, elkaar ontmoeten.
Het geldt ook een wetenschappelijk
werk, waarbij de werkman en de boer
even goed en even groot belang heb
ben als de groep .die men gewoonlijk
intellectueelen noemt.
De katholieke Universiteit is de
sluitsteen van ons katholiek onderwijs
gebouw en haar behoeften worden met
de jaren grooter.
De tijd dat zij, om in stand te kun
nen blijven, een vierde factulteit zal
moeten inrichten, komt steeds nader, en
katholiek Nederland heeft daarmee
rekening te houden.
Zeker, er is veel nood te lenigen en
in velerlei stoffelijke behoeften te voor
zien, maar de cultureele waarden mo
gen niet worden verwaarloosd, en zoo
goed als wij voor het lager onderwijs
blijven opkomen, zoo goed heeft ook
de Universiteit het recht te vorderen,
dat haar aanspraken worden erkend
en gehonoreerd.
In dezen tijd meer dan ooit."
HUMEUR BEWAREN!
Mgr. Jos. Postma, pastoor in Den Haag,
schreef in het Ha'agsche Parochie-
weekblad:
„Als het een of ander ons erg hindert,
raken we er niet over uitgepraat. En daar
om spreken we zoo dikwijls, in dezen tijd
van het jaar, over de donkere daigen, maar
vooral dit jaar, nu op dien toch al donke
ren tijd kunstmatig een schepje wordt op
gelegd door de verduistering. Het is om ze
nuwachtig te worden, a's men gaat bemer
ken, dat we, in onzen strijd tegen de som
berheid, eiken dag terrein verliezen, dat in
de krant de aanwijzingen: „zon op" en „zon
onder" onheilspellend naar elkaar toekrui
pen als de twee bladen van een schaar, die
bezig is de zon in stukjes te knippen. Zou
het nog zoover komen, dat we ons, wakker
wordend, verbijsterd afvragen: moet ik nu
opstaan of ben ik pas naar bed gegaan? We
moeten werkelijk oppassen, dat we niet on
der den invloed komen: er bestaat gevaar,
dat we op ingemaakte augurken gaan gelij
ken in dien zin, dat de somberheid ons gaat
doordringen zooals azijn de augurkjes, zoo
dat we ten laatste heelemaal verzuren en
dat zou niet bevorderlijk zijn voor de ge
zelligheid in- of buitenshuis. We moeten
ons daartegen wapenen door onzen voor
raad zelfbeheersching intact te houden, onze
prikkelbaarheid de baas te blijven. Zeker,
het is niet prettig des avonds op straat
iemand robust tegen het lijf te loopen, maar
het heeft geen zin, om dien onbekende dan
eens heel ongezouten duidelijk te maken,
hoe men over hem denkt, in een taaltje,
waar nu juist geen woord Fransch bij is
het is beter in zoo'n geval driemaal te slik
ken en dan te zeggen: aangenaam kennis te
maken. Mocht die andere soms een lan
taarnpaal zijn, leg dan direct een gulden
op de plaats, waar de bult zal komen en zeg
heel vriendelijk: neem me niet kwalijk, ik
heb U toch niet bezeerd?, in plaats van
woorden te gebruiken, waarvoor geen druk
letters bestaan! Het kan ook gebeuren (dat
komt in de beste huishoudens voor) dat
iemand vergeten heeft in het donkere por
taal stoffer en blik weg te nemen van de
bovenste traptree, en dat men toevallig
vergeten heeft zijn parachute mee te ne
men, zoodat men in een minimum van tijd,
hoe dan ook, op den beganen grond terecht
komt, en men hoort van boven af roepen:
zeg, kan je niet een V ntje mindf.r leven
maken, de kinderen slapen; ja, dan is men
wel niet geneigd een Te Deum te gaan zin
gen, maar roep dan ten minste zoo harte
lijk mogelijk: dag schat!
We moeten probeeren op te roeien te
gen den stroom van duisternis en somber
heid, die ons dreigt te bedekken, die ons
gelijkmatig humeur dreigt te vergiftigen en
die de stemming in huis en ook daar buiten
gaat aantasten en die als een muis onze in
nerlijke kracht en onzen moed en onze op
gewektheid wil uithollen. Het beste middel
tegen duisternis is altijd geweest: de zon!
Onze stoffelijke zon is door het jaargetijde
in de distributie verzeild geraakt, maar
geestelijk zonnetje is en blijft vrij. Wat zou
het leven voor velen prettiger worden, als
we nu eens allen beproefden „een zonnetje
in huis" te zijn! Geen getob, geen gekan
ker, geen gezeul; wat deksel, waar blijft
onze ronde, gulle, roomsche lach?"
\ERBOND NEDERLANDSCHE
JOURNALISTEN.
In de vergadering van het Verbond van
Nederlandsche Journalisten te 's-Graven-
hage heeft, als gemeld, de voorzitter
het Verbond, de heer P. J. van Megchelen,
een rede uitgesproken, waaraan wij nog
ontleen en:
De inwendige organisatie van het Ver
bond kan, nu alle dagbladschrijvers sa
mengebracht zijn, snel worden geregeld.
Spr. deelde hieromtrent mede, dat een aan
tal gewestelijke kringen zal worden inge
steld. In deze kringen zullen vergaderingen
worden gehouden ter bespreking van vak
belangen en journalistieke of politieke
vraagstukken van algemeenen aard. De
leiders der kringen kunnen adviseeren by
vacatures en het leerlingwezen.
In het verbond zullen drie hoofdgroe
pen zijn: de eigenlijke journalisten, die de
zen naam als titel mogen voeren. Dat zijn
zij, die organiek aan een blad verbonden
zijn. De andere dagbladschrijvers zullen
den naam publicist dragen. Het Verbond
zal ook leerlingjoumalisten kennen, wier
positie en rechten nauwkeurig zullen wor
den afgepaald, naast die der journalisten en
publicisten.
De leider van het Verbond deelde vervol
gens mede, dat het Verbond tegen begin
December tezamen met den raad van
Voorlichting over een eigen gebouw zal
beschikken te 's-Gravenhage. Spr. gaf
voorts eenige inlichtingen over de samen
stelling van den Raad van Voorlichting.
Een drietal vertegenwoordigers van de di
recteuren van dagbladpers en periodieken
pers hebben in den Raad zitting gekregen.
In grondvorm is hier dus een corporatie
ontstaan, waarin alle krachten, die de gees
telijke en materieèle structuur der pers
beheerschen, samenwerken.
VONDEL's LUCIFER
Terwijl eens in het jaar voor Am
sterdams publiek de „Gijsbrecht" werd
vertoond, lang voordat Rooyaards met zijn
schitterende ,\Lucifer"-opvoering onze in
slaap geraakte vereering voor Vondel wak
ker schudde werden op het klein-semi
narie „Hageveld" in ons Bisdom Vondel's
treurspelen gelezen, bestudeerd, genoten en
opgevoerd.
„Hageveld" heeft een traditie van Von
del-vereering.
Van de uitvoeringen van Vondel's
treurspelen op Hageveld, welke ook bui
ten het seminarie een zeer goede reputa
tie hadden, is op talrijke jeugdige leer
lingen jaren-achtereen een cultureele
invloed uitgegaan, die. ongetwijfeld vrucht
baar is geweest voor veler volgend leven.
Velen danken juist aan die uitvoeringen
hun eérste en hun blijvende liefde voor
Vondel.
De traditie van Vondel-vereering onder
de priester-studenten in ons Bisdom is
voortgezet op het groot-seminarie, philoso-
phicum, te Warmond.
Ter gelegenheid van het patroon-feest
zooals men weet was het gisteren feest
dag van de H. Catherina is door stu
denten van het Philosophicum opgevoerd
Vondel's grootsch treurspel Lucifer.
Zij, die het voorrecht hadden, deze uit
voering bij te wonen, getuigden allen van
him erkentelijke waardeering, hun oprech
te bewondering voor wat door de War-
mondsche „philosophen" op tooneel-gebied
werd gepraesteerd.
Als wij een critische beschouwing zouden
willen neerschrijven, dan zouden wij wei
nig aanleiding vinden voor critiek hier
en daar een wat te vlug en daardoor min
der duidelijk spreken b.v. en van elk
der spelers afzonderlijk zouden wij uitste
kend geslaagde passages van voordrachts
kunst en zeggings-kracht naar voren schui
ven, daarbij echter geenszins onze waardee
ring aan de andere gedeelten onthoudend.
Een gedetailleerde bespreking ligt echter
buiten onze bedoeling.
Het geheel was bijzonder goed ver
zorgd men begreep en doorvoelde wat
men zegde; vrucht van studie, vol toewij
ding en liefde. De zang der verheven reien
welker enscenoering met eenvoudige
middelen vaak zéér mooi was gaf ons
de zuiverste muziek te genieten.
Dat bij dit tooneelspel de uitdrukking
en de uitbeelding van Vondels verzen-
weelde niét alleen werd gezocht in het
zeggen, maar ook ennietminder
in de actie van houding en gebaren, is een
opvatting van de regie, welke men zeer
moet waardeeren. Te veel zijn in het ver
leden Vondels treurspelen geregisseerd,
alsof het zeggen van de verzen, vrijwel
alles was.
De regisseur een der studenten mag
met de spelers de overtuiging hebben dat
door de opvoering van „Lucifer" in het
philosophicum een op kunst-gebied voor
treffelijke praestatie is gegeven, een cul
tuur-daad van belangrijke beteeken is is
gesteld.
Inderdaad, de opvoering van Vondels
treurspelen is een cultuur-daad of, als
men het liever anders zegt: een bescha-
v i n g s - daad.
Vondel, den cultuur-drager, den groo-
ten dichter brengen onder het volk, is:
het volk een weldaad bewijzen.
Een tooneelspel als „Lucifer" in de
schouwburgen te brengen, is een plicht,
dien wij hebben een plicht ten opzichte
Van onszelf, tenopzichte van het Neder
landsche volk, omdat wij zulk een kost
baar Nederlandsch bezit niet ongebruikt
mogen laten, maar, met trotsch op onze
eigen Nederlandsche cultuur, dat bezit
moeten benutten, ervan moeten profitee-
ren.
Vondel's Lucifer is een in Nederland on
overtroffen schoonheids-schepping: Von
del's Lucifer is zooals de hoogeerw. Di
recteur van het Philosophicum het in zijn
hartelijk dankwoord aan de studenten zeide
een meditatie, 't Is ook, meenen we, een
meditatie zeer speciaal geschikt voor de
zen t ij d.
Met vreugde hebben wij in deze enkele
woorden melding willen maken van het
Vondel-begrip, de Vondel-liefde onder de
aanstaande geestelijkheid in ons Bisdom,
in dezen tijd van een zoo bijzonder ver
heugende meer algemeene ópleving van
Vondel-waardeering.
Het strekt den studenten tot eer en ons
allen tot verblijdende verwachtingen.
WINTERHULP NEDERLAND.
Reeds vele giften kwamen binnen.
Voor de Winterhulp Nederland kwamen
tot op heden de volgende giften binnen,
meldt het A.N.P.:
J. C. D., Scheveningen 100; L. B.,. Den
Haag 100; B. P. Katwijk a. Zee 100; Sp.
en B., Utrecht 100; W. van R., Amster
dam ƒ500; D. F. van H., Rijswijk (Z.-H.)
100; J. C. T., Den Haag 200; Ned. Unie,
Den Haag ƒ5000- S. B., Tilburg ƒ100; A.
VERBEELDING.
Ik heb in een boek, ik weet niet meer
welk, maar het was van een groot schrij
ver, gelezen van een man, die slechte
oogen had. Die man dartelde daar in
dat verhaal rond met een bril op zon
der® glazen. En als men hem dan vroeg,
waarom hij dat deed, zei hij, dat hij
zulke slechte oogen had.
Maar dan zal dat enkele mon
tuur zonder glazen toch niet veel hel
pen, zei men hem dan. En dan was
het antwoord:
Och, 't is in ieder geval beter dan
heelemaal niks.
Aan dien man moet ik soms denken
en ik denk dan, dat dit nog heusch zoo
gek niet is. Want de waarheid is na
tuurlijk wel mooi, maar indien men
deze nu eenmaal niet kan krijgen, be
helpt men zich met een schoone ver
beelding. U denkt misschien dat dit
zelfbedrog is.
Niet altijd, want de werking van
den geest op de stof is grooter dan u
denkt. Zie bijvoorbeeld eens naar de
juffrouw, over wie de krant gisteren
berichtte, dat zij viel en haar been
brak. Ik veronderstel, dat zij de waar
heid expresselijk niet aanvaardde en
zich tevreedn stelde met de verbeel
ding, dat haar been niet gebroken was.
En toen kuierde zij rustig een paar
straten verder tot de natuur haar rech
ten hernam.
Ziet u, met verbeelding doet men
heel wat.
Al ligt zij ook nu in het ziekenhuis
de waarheid van een genezen been af
te wachten.
AANMELDING JOODSCHE
ONDERNEMINGEN.
Van bevoegde zijde wordt er nogmaals
de aandacht op gvestigd, dat de in hoofde
dezes bedoelde aanmeldingstermijn 30 No
vember 1940 afloopt en dat degenen, die
op dat tijdstip hun aanmeldingsplicht niet
vervuld hebben, op de in de verordening
voorziene straffen moeten rekenen.
Invulformulieren zijn bij de Kamers van
Koophandel te verkrijgen.
B., Wassenaar ƒ100; Z. W. en Co., Den
Haag ƒ100; H. L., Groenlo ƒ100; dr. K.,
Utrecht ƒ100; F. W. H., Rotterdam 1000;
mevr. A Gr., Amsterdam 100; C. F. J.,
Den Haag 100; mej. A. G. M., Den Haag
100; N.N., Den Haag 100; P. D. W., Den
Haag 100; Sp. Fl., Den Haag 250; A'dam-
sche Droogdok Mij., Amsterdam 10.000;
V. d. L., Geldrop 1000; Cr., Den Haag
100; S. van H. én Zn., Rotterdam 100;
"N.V. Rott. Nieuwsblad, Rotterdam ƒ1000;
J. C. Sp. Amsterdam 100; M. J. v. d. B.,
Amsterdam ƒ250; ir. J. W. M., Chili ƒ500;
J. C. R., Breda 1000; Ned. Ver. Wegen
bouwers, Den Haag 100; N.V. Transicol,
Rotterdam ƒ250; Centr. Bond P.T.T., Den
Haag 500; Curagaosche Handelmij., Am
sterdam ƒ500; U.F. A., Amsterdam
176.83; mej. M. G. C. van B., Den Haag
ƒ100; N.V. Esveha, Den Haag ƒ971.74, J.
H. H., Rotterdam ƒ100; O. S. K., Rotter
dam 500; H. H., Den Haag 300; A. A. van
G., Rotterdam ƒ100; A V. ƒ500; Z., Den
Haag 100; M. C. v. d. H., Nunspeet ƒ500;
J. J. M., Amersfoort 100; J. L. A M. S.,
Utrecht 100; mr. dr. D., Amsterdam
250; P. M., Amsterdam ƒ100; Neko,
Geldrop 100; fa. H. J. A. 100; G. S. S.,
Den Haag 100; M. M., Rotterdam 100;
N.V.V., Amsterdam 10.000; W. H. P., Am
sterdam 100; J. S., Hillegersberg 5000.
Aan persoonlijke giften kwam dus een
totaal binnen van 43.748.57, terwijl aan di
verse giften een bedrag binnenkwam van
8.917.43.
Bovendien zyn toegezegd de volgende
giften:
C. en A. Brenninkmeijer ƒ50.000;
Philips, Eindhoven 50.000
en de Rotterdamsche Bankvereeniging
ƒ25.000.
DE VRUE HALVE DAG VOOR
WINKELPERSONEEL
Blijkens een besluit van den wnd.
secretaris-generaal, wnd. hoofd van het
departement van Sociale Zaken, is Ce
periode van drie weken, welke in het werK-
tijdenbesluit voor winkels 1932 is genoemd
als tijdvak, gedurende hetwelk geen vrije
ochtend of middag op een der werkdagen
behoeft te worden verleend aan winkel
personeel, voor winkels, welke tengevolge
van de verduisteringsvoorschriften vroeger
moeten sluiten, verlengd van 25 November
tot en met 4 Januari a.s.