KATWIJKSCHE MOTORLOGGER IN MIJNENVELD GERAAKT ZATERDAG 2 NOVEMBER 1940 DE LE1DSCHE COURANT VIERDE BLAD - PAG. 13 Qemengde^Be^icfitm DOODELIJK ONGEVAL TE GILZEN. Gisteravond omstreeks negen uur vond men op den rijksstraatweg BredaTilburg, ter hoogte van het perceel de stad Parijs het lijk van een man, dat in een grooten bloedplas lag. Aangezien men een eind verderop een geheel vernielde fiets vond, vermoedt men, dat de man door een auto si aangereden. Bij identificatie bleek het de arbeider Hoogenbosch uit Tilburg te zijn. VRACHTAUTO MET ACHT PERSONEN IN HET WATER GEREDEN. Donderdagmorgen om kwart over zeven is. een vrachtauto waarin acht personen za len, in de vestinggracht te Naar den gere den. De inzittenden, bloemisten, kwamen uit de richting Laren en waren op weg om inkoopen te doen. Te Naarden zouden zij nog een collega afhalen. Door de duis ternis misleid sloeg de bestuurder te vroeg links af en reed door de leuning in den Kapitein Meijer weg. De leuning kon den auto niet tegenhouden, waardoor de wagen in de gracht stortte. Twee inzitten den konden zich zwemmende redden. De overigen wisten op het dak van den auto te klimmen. De politie, bijgestaan door burgers, slaagde er, met veel moeite, in door middel van planken de inzittenden op liet droge te brengen. ONVOORZICHTIGHEID MET DEN DOOD BEKOCHT. Gisteravond omstreeks zeven uur is een 63-jarige bewoner van de Hoefkade te Den Haag, C. v. d. W., het slachtoffer gewor den van eigen onvoorzichtigheid. Hij stak plotseling en onoplettend de Vaillantlaan over en werd zoodoende door lijn twaalf gegrepen. Met een schedelbasisbreuk en een gebroken dijbeen is de ongelukkige naar den Zuidwal gebracht, waar hij kort na aankomst overleed. LIJKJE OPGEHAALD VAN VERMIST JONGETJE. Een schipper zag gistermorgen in het Noord-Hollandsch Kanaal het lijkje drijven van een kleinen jongen. Politie en G.G.D. werden gewaarschuwd, waarna het stoffe lijk overschot werd overgebracht naar het Binnengasthuis. Bij nader onderzoek is gebleken, dat het slachtoffer de zeven-jarige J. B. uit de Leeuwerikstraat te Amsterdam is, die sinds eenige weken werd vermist en vermoedelijk bij het spelen in het kanaal is geraakt. SLACHTOFFERS VAN DE DUISTERNIS. Donderdagavond omstreeks acht uur zijn twee vrouwen uit het woonwagenkamp te Zwolle nabij het R. K. Ziekenhuis aldaar te water geraakt. Op het hulpgeschreeuw sprong een taxi-chauffeur te water, terwijl een schipper in een roeiboot te hulp schoot. Ondanks de diepe duisternis slaagden de redders er in de echtgenoote van G. be wusteloos op te halen. De andere vrouw echter, een moeder van drie kinderen, werd levenloos op den wal gebracht. De bewustelooze vrouw is naar het R. K. Zie kenhuis overgebracht. Ook het stoffelijk overschot van de verdronkene is daarheen vervoerd. Te Middelburg is Donderdagnacht een 32-jarige koopman door de duisternis mis leid in het voormalige Dok geloopen. Na dat de drenkeling op het droge was ge bracht hebben twee dokters getracht, de levensgeesten weer op te wekken, echter zonder het gewenschte resultaat. De 66-jarige gehuwde vrouw W., wo nende in de Lindenstraat te Utrecht is Donderdagmorgen in de duisternis, op weg naar de vroegmis, in het water van den Minstroom geloopen en verdronken. Het lijk is eenige uren later drijvende gevon den in den Maliesingel. Bij explosie werden vier ol vijl opvarenden gedood Donderdag is de Katwijksche motor- logger K.W. 55 op een mijn geloopen, waarbij de bemanning, bestaande uit vier of vijf koppen, het leven verloor. Het ongeval is te wijten aan het feit, dat de schipper, hoewel van de aanwe zigheid van het mijnenveld op de hoog te, zoo onvoorzichtig was, zich in de gevaarlijke zone te begeven. De ramp werd gezien door de bemanning van den Scheveningschen logger Sch. 69, die in de nabijheid, vischte, doch alle po gingen om opvarenden van de K.W. 55 te redden, bleven zonder resultaat. Het A.N.P. had Vrijdagmorgen aan boord van de Sch. 69, welke weer gereed lag om uit te varen, een onderhoud met den schip per D. Pronk. Deze vertelde, dat zij Don derdagmiddag om ongeveer 12 uur 40 doen de waren het vischtuig uit te zetten, toen op een afstand van ongeveer 400 meter de K.W. 55 in een mijnenveld terecht kwam. De bemannir.g van de K.W. 55 was bene- dendeks. Het schip had de boei gepasseerd, waardoor het mijnenveld wordt aangege ven. Dadelijk daarop weerklonk een ont zettende explosie. De voormast en het zeil alsmede de achtermast van de K.W. 55 vlogen in de lucht, terwijl het schip totaal werd vernield. Onmiddel lijk sneed de bemannig van de Sch. 69 het vischtnig af om, indien mogelijk, hulp te bieden. Dit kon echter niet meer baten. In anderhalve minuut was alles gebeurd. Er was op de plaats des onheils riets meer te zien. Slechts een groote olievlek getuigde van de ramp, die hier was geschied. De bemanning van de Sch. 69 stelde alles in het werk om nog te redden, wat er te redden was. Ruim anderhalf uur bleef zij zoeken, zonder acht te slaan op het ge vaar, dat zij hierbij zelf liep. Van de po gingen, om een sloep uit te zetten, moest worden afgèzien in verband met de ruwe zee. Tweemaal kwam de Sch. 69 nog terug op de plaats van de ramp, doch alles was tevergeefsch, van de bemanning van de verongelukte K.W. 55 werd niets meer ge vonden. Een tragische bijzonderheid is nog, dat de K.W. 5, welker schipper was G. Guit uit Katwijk aan Zee, eerst een week geleden begon deel te nemen aan de visscherij. Eén lid van de bemanning, dat eenige dagen geleden ten gevolge van een ongeval in een ziekenhuis moest worden opgenomen, heeft het hieraan te danken, dat ook hij niet slachtoffer van deze ramp is geworden. Ook Den Haag heeft een doode te be treuren, naar ons blijkt uit het volgende, laat binnengekomen bericht: Gisterochtend om zeven uur ir de 83-jari- ge A. J. P. uit de Van Ravesteinstraat van huis gegaan. Vermoedelijk "misleid door de duisternis is hij, zonder dat iemand het merkte, in het water van de Dunne Bier kade terechtgekomen en verdronken. Voor bijgangers zagen omstreeks acht uur zijn lichaam drijven. Het is door de politie ge borgen. Uit Zwartsluis: Donderdagavond is de 69-jarige A. Brouwer tengevolge van de duisternis over een hekje gestruikeld. Hij is aan de bekomen verwondingen overle den. De Rotterdamsche politie heeft gister morgen omstreeks tien uur uit de Schie na bij de Aelfbrechtskade het lijk opgehaald van den 59-jarigen J. C. P. Theunis, zon der vaste woonplaats te Rotterdam ver toevende. Men vermoedt, dat de man ten gevolge van de duisternis te water is ge raakt en verdronken. De Rotterdamsche politie heeft uit de Schie nabij de Aelbrachtkade het lijk op- gevischt van den 59-jarigen J. C. P. Theu nis, zonder vaste woonplaats, te Rotterdam vertoevende. Men vermoedt, dat de man ten gevolge van de duisternis te water ge raakt en verdronken is. Donderdagavond omstreeks half negen verliet de 36-jarige mej. G. van N. uit Bols- ward het hotel van den heer F. H. P., waar zij als dienstbode werkzaam is. Daar het meermalen voorkwam, dat zij den nacht bij familie doorbracht, wekte het geen ver wondering, dat zij dezen nacht niet terug keerde. Toen zij Vrijdag niet verscheen, werd de politie gewaarschuwd. Uit het onderzoek bleek, dat de dienstbode niet bij haar fami lie was aangekomen. De politie dregde daarop het water langs den weg, welken de vermiste- vermoedelijk had gevolgd, af en bij de bocht van het Hooiblok en de Ha- rinxmakade haalde zij de fiets van mej. N. uit het water op. Het stoffelijk overschot van de dienst bode is in den loop van den dag gevon den. Te Groningen zijn niet minder dan zeven menschen Donderdag in duisternis en regen te water geraakt. Eén hunner is jammerlijk verdronken. Verder is Donderdagavond de 69-jarige A. Brouwer, te Zwartsluis, tengevolge van de duisternis over een hekje gestruikeld. Hij is aan de bekomen verwondingen over leden. Tenslotte is in Delft de heer Van der Ei de, wonende te Delft, in de gracht aan de Voorstraat te water geraakt. In bewus- teloozen toestand werd hij op het droge gebracht. Het toepassen van kunstmatige ademhaling en het toedienen van zuur stof mochten echter niet meer baten. EEN DIEFACHTIG MEISJE. Op een atelier in Den Haag werkten twee meisjes, een 19-jarige jongedame uit Was senaar en een 20-jarige collega uit Hille- gersberg. Veertien dagen geleden miste de laatste uit haar taschje een bankbiljet van tien gulden. Ze dacht het te hebben ver loren en deed dus geen aangifte bij de politie. Woensdag echter vermiste zij 20 gulden uit haar taschje en nu deed zij wel aan gifte. Het onderzoek bracht aan het licht, dat het meisje uit Wassenaar zoowel de 10 gulden als de 20 gulden had gestolen. Het meirje had de tien gulden gebruikt ter betaling van een mantelpakje, dat zij van het meisje uit Hilligersberg, de bestolene, voor tien gulden had overgenomen. NOG STEEDS JOHANNA DE NIGTERE. Nieuw spoor voert wederom tot verdenking van Haagsch koopman. Naar de „Tel." verneemt volgen justi tie en politie te Amsterdam een nieuw spoor inzake de geheimzinige verdwijning van Johanna de Nigtere. Naar aanleiding van een anoniemen brief was in den afgeloopen zomer een be rucht lid uit de onderwereld der hoofd stad voor deze zaak aangehouden. Hij is een veertigjarige Haagsche koopman, die sinds één jaar te Amsterdam woonachtig is, een berucht smokkelaar, die reeds her haaldelijk veroordeeld werd. Destijds was hij er zelfs in geslaagd uit de gevangenis te Haarlem te ontsnappen. Men zou hem met Johanna de Nigtere op de Pier te Scheveningen hebben gezien. Wegens gebrek aan bewijs kon tot dus ver den man niets ten laste gelegd wor- N.B. In deze week dagelijks Gloria en Credo. Behalve Zondag de gewone Prefa- tia. ZONDAG 3 November. Vijf en twintig ste Zondag na Pinksteren. Mis: Dicit Do- minus. (als-op de 23e Zondag na Pinkste ren. Maar gebeden, Epistel en. Evangelie als op de 4de Zondag na Drie Koningen). 2e gebed v. h. octaaf van Allerheiligen; 3e voor de vrede. Prefatie v. d. Allerheiligste Drieëenheid. Kleur: Groen. Vele en velerlei gevaren omringen ons lichaam, maar meer nog onze ziel, bijzon der wanneer de stormen van de hartstocht onze ziel verontrusten. Aan ons zelf over gelaten zullen wij vergaan. Daarom moe ten wij naar het voorbeeld van de Apos telen op de stormzee, gaan naar Christus en te midden van de nooden (Alleluja- vers, Offertorium) Hem aanroepen; „Heer, red ons, wij vergaan" (Evangelie). Onze aanroeping moet worden gedragen door een groot, vertrouwvol geloof, want „Gij zult Mij aanroepen en Ik zal u verhooren" (Introitus). „Gelooft, dat gij verkrijgen zult, wat gij vraagt" (Communio). Hij zal gebieden en het zal kalm en rustig wor den in onze ziel (Evangelie). Door het heilig Offer van Jesus Chris tus mogen wij hopen op de rverwinning. (Stilgebed en Gebed). MAANDAG 4 November. Mis v. d. Ca- rolus Borromeüs, Bisschop en Belijder: Statuit. 2e gebed v. h. octaaf van Aller heiligen; 3e v. d. H.H. Vitalis en Agricola, Martelaren; 4e voor de vrede. Kleur: Wit. De heilige Carolus werd in Arona bij Milaan geboren uit zeer aanzienijlke fami lie. Op 23 jarigen leeftijd werd hij door zijn oom Paus Pius IV benoemd tot Aarts bisschop van Milaan en Kardinaal. De benoeming bleek een gelukkige ge weest te zijn. Want de jeugdige aartsbis schop maakte zich voor zijn bisdom bui tengewoon verdienstelijk. Hij trad n.l. voortdurend op tegen de misbruiken en zorgde voor de doorvoering van de beslui ten van de Kerkvergadering van Trente. Zijn aanzienlijk vermogen deelde hij uit aan de armen en voor de verzorging van de zieken, voor zich zelf slechts behoudend het strikt noodzakelijke. Heldhaftig was zijn gedrag, toen de pestziekte in Milaan was uitgebroken. Terwijl allen vluchtten, bleef hij in de stad en besteedde persoon lijk zijn zorgen aan de arme lijders, hen verplegend, bezoekend en eigenhandig de den in verband met de mysterieuze ver dwijning van het meisje. Thans zijn er echter ernstige aanwijzingen, dat hij van deze zaak meer afweet. De man, in den goeden tijd bezitter van een luxe-auto, maakt den indruk van een levenslustige koopman. Zelfs in dezen tijd maakte hij nog reizen naar Frankrijk. Hij had door allerlei voorspiegelingen een meisje trachten te verlokken, hem op dat reisje te vergezellen. Dat kwam de politie ter oore. En by zijn thuiskomst werd hij wegens poging tot schaking gearresteerd Bij het onderzoek kwam vast te staan, dat in een der gesprekken, waarbij hij het meisje trachtte mee te lokken naar Pa rijs, zij hem had toegevoegd: ,,Je wil mij meelokken, zeker net als Johanna de Nig tere?" Daarop zou de man geantwoord hebben: Johanna de Nigtere is al lang dood, die wou niet". Van het feit, dat hij zich thans in voor- loopige hechtenis bevindt, maken politie en justitie gebruik na te gaan, in hoever re hij met de verdwijning van Johanna de Nigtere iets uitstaande kan hebben. De verdachte ontkent hardnekkig, doch daar voor de tweede maal het spoor leidt naar dit berucht type uit de onderwereld, wordt een diepgaand onderzoek noodzake lijk geacht. laatste H.H. Sacramenten toedienend. De heilige Aartsbisschop stierf in het jaar 1584, 46 jaren oud. DINSDAG 5 November. Mis van de 5e dag onder het Allerheiligen octaaf: Gau- deamus (als op 1 Nov.) 2e gebed tot den H. Geest; 3e voor Kerk of Paus; 4e voor de vrede. Kleur: Wit. „Een kroon van schoonheid heefl de Heer geplaatst op de hoofden van de Hei ligen." WOENSDAG 6 Nov. Mis v. d. 6e dag oiv- der het Allerheiligen octaaf. Alles als gis teren. „Gij, Heiligen, die als vorsten heerscht in de hemel, luistert welwillend naar de beden van hen, die om de genade des hemels smeeken." DONDERDAG 7 November. Feestdag van den H. Willibrordus, bisschop en be lijder, patroon van de geheele Neder- landsche Kerkprovincie, eerste patroon van ons bisdom. Mis: Statuit. (Zie in het feesteigen v. h. Bisdom).' Kleur: Wit. Na een 10-jarige voorbereiding voor Apostolische arbeid in de Abdij van Rath- melsigi, landde in 690 de 33 jarige Willi brordus met elf gezellen naby het tegen woordige Katwijk. Na zich de steun van Pepijn van Herstal, Hofmeier der Franken, te hebben verzekerd, predikte de heilige missionaris eerst beneden, later boven de Rijn het ware geloof. Op verlangen van Pepijn liet hij zich te Rome wyden tot Aartsbisschop van de Friezen, om aldus nuttiger te kunnen arbeiden. Als zetel stad koos hij Utrecht, waar hij, in zijn ijver voor de vestiging van het ware geloof en de wetenschap een Kathedrale Kerk bouw de ter eere van de H. Martinus en daar naast een kloosterschool. Te Vlaardingen, Petten, Oegstgeest, Velsen en Heiloo bouwde hij kerken. Den 7en November stierf de heilige in 739 te Echternach (Luxemburg), waar zijn lichaam begra ven is in de door hem gestichte Abdijkerk. VRIJDAG 8 November. Octaafdag van het Allerheiligenfeest. Mis: Gaudeamus. 2e gebed v. d. octaaf v. d. H. Willibrordius; 3e v. d. vier heilige gekroonde Broeders; 4e voor de vrede. Kleur: Wit. „O, hoe glorievol is het Rijk, waarin alle Heiligen zich met Christus verheu gen! Gekleed in witte kleederen volgen zij het Lam, overal, waar Het gaat! Alle Heiligen Gods roept ook ons naar het Va derland." ZATERDAG 9 November. Wijdingsfeest van de Aartsbasiliek van den Allerheilig sten Verlosser. Mis: Terribilis. 2e gebed! (alleen in stille H.H. Missen) v. d. H. Theo- dorus, soldaat en Martelaar; 3e (2e) voor de vrede. Kleur: Wit. De kerk v. d. Allerheiligsten Verlosser is de eerste geweest, welke te Rome open baar mocht worden gebouwd en gewijd onder de regeering van, keizer Constan- tijn de Groote. Zij is ook onder de naam „St. Jan van Lateranen", omdat zij oor spronkelijk geweest is 'het Lateraansch Pa leis van Constantijn. IN DE KERKEN VAN DE E.E. P.P. FRANCISCANEN: Alles als in bovenstaande kalender v. h. Bisdom, behalve: ZONDAG. 2e gebed v. d. Z. Raynerius, Belijder; 3e v. h. Allerheiligen octaaf; 4e voor den vrede. DINSDAG. Feest van de heilige Reli- (juieën, die in de kerken van de Serafijn- sche orde bewaard worden. Mis: Multae tribulationes. 2e gebed v. h. Allerheiligen octaaf; 3e voor de vrede. Kleur: Rood. WOENSDAG. Mis v. d. Z. Margarita van Lotharingen, Weduwe: Cognovi. 2e gebed v. h. Allerheiligen octaaf; 3e tot den H. Geest; 4e voor de vrede. DONDERDAG. 2e gebed (alleen in stille H.H. Missen) v. d. Z. Helena Enselmini, Maagd. Amsterdam. ALB. M. KOK, pr. FEUILLETON (Ziine Qxafiam in het ncuiw Naar het Amerikaansch van MALCOLM HOWES. Nadruk verboden 20) Dempster schoof de portière vaneen. Hij gaf de lantaarn aan Donnell terug en zei tegen Holbrook: Wel wat denk jij er van? Lijkt me een eenvoudige zaak!, ant woordde de kapitein luchtigjes. Laat eens kijkenbegon de chef. Geld op tafel dus geen diefstal! meende de kapitein. Juist! Zijn eigen vouwbeen! voegde Hol brook er aan toe. Maar hoe weten we dat?, vroeg Demp ster. Het monogram op het handvat! Dat is zoo, gaf de chef toe. In de borst gestoken! Iemand die hem aangevallen heeft, zou hem in den rug hebben gestoken. Het lykt meer op zelf moord. Maar Dempster schudde het hoofd. Dacht jy van niet?, vroeg Holbrook, alsof hij verbaasd was dat iemand een an dere theorie voor mogelijk hield. Kijk hoe hij dat vouwbeen vasthield! antwoordde Dempster. Als hij zich zelf doodgestoken had, zou hij het steviger bij het handvat hebben moeten houden. Misschien heeft hij de houding van zijn hand veranderd toen hij het er uit ge trokken heeft, theoretiseerde Holbrook. Hij trok het er uit maar iemand anders heeft het er in gestooten, hield de chef vol. Misschien is hij er op gevallen. Dempster keek hem verbaasd aan. Wel, er heeft hier een worsteling plaats gehad! Kijk maar naar den vloer! Papieren! Dat komt waarschijnlijk door de tocht! De wind door dat raam zou de papie ren naar die richting hebben doen waaien. Dempster wees naar de deur, terwijl de papieren in tegenovergestelde richting la gen. Het oog van den chef viel op de ver trapte roos. Hij nam haar op. Zie deze roos eens, kapitein! Verschei dene keeren opgetrapt! Met eén trap van je hiel komt die in denzelfden toestand. Holbrook scheen yastbesloten om ieder bewijs dat zijn vriend meende te vinden, aan te tasten. Maar Dempster gaf geen kamp. Dat was zijn gewoonte; het was een van de redenen waarom hij hoofd van de geheime politie was geworden. Hij liet de roos peinzend vallen. Roep dien jongen! zei hij tegen Don nell. De agent ging de kamer uit. Tommy! Kom hier; riep hij. Ja, meneer! antwoordde Tommy Gil bert. Kapitein Holbrook keek Dempster een beetje beschermend aan, terwijl hij zijn onderzoek voortzette. Jullie beroeDS-detectives maken van alles iets geheimzinnigs als het jullie niet direct duidelijk voorkomt! Dempster gaf geen antwoord .Hij was be zig de gesloten linkerhand van Flagg te onderzoeken, toen Donnel Tommy Gilbert in de kamer bracht. Plotseling stond Dempster op. Hij had iets ontdekt, dat hem, óm het zacht uit te drukken, onaangenaam was. Wie heeft die hand bewogen?, vroeg hU. Ik niet, chef! ontkende Donnell on middellijk. Kom hier! zei de chef op bruusken toon tegen Tommy. Heb je iets aange raakt vóór de politie hier kwam? Neen, meneer. Dempster was woedend. Die kwestie van de hand ergerde hem. Hij wist zeker, dat de hand niet op dezelfde plaats lag als toen hij 't eerst de kamer binnen gekomen was. Lieg niet! beet hy hem toe. Eerlijk niet, meneer! verzekerde de jongen hem. Wie is hier vanavond geweest? Een kort oogenblik aarzelde Tommy. Kapitein Holbrook ving zijn blik op en keek hem, zonder dat Dempster het merk te veelbeteekenend aan. Tommy miste het advies van zijn oom Jud, waarop hy anders in moeilijke geval len steunen kon. Hij had Holbrook in 't geheel tweemaal gezien en ofschoon zijn oom hem by zijn tweede bezoek geweigerd had te ontvangen, was er toch iets ir den persoon van den kapitein, dat den hulpe- loozen jongen vertrouwen inboezemde. Iets in Holbrook's blik scheen hem te zeg gen dat hij voor zich moest houden wat hij maar eenigszins kon en hij besloot voor zichtig te zijn. Een man! vertelde hij den chef. Hoe heet die? Weer aarzelde Tommy. Ik weet het niet, meneer, antwoord de hij, nadat hij Holbrook weer aangeke ken had. Kwam hij vóórdat ik hier was of daarna?, vroeg de kapitein tot groote ver bazing van den politiechef aan den jongen, want Holbrook had Dempster niet verteld, dat hij den advocaat opgezicht had. Een duur daarna, zei Tommy. Ben j ij hier vanavond geweest?, vroeg de chef. Zeker, maar de jongen zei, dat Flagg niet thuis was. Waarom? Zaken! Wat voor zaken? Personlijke zaken, was het prompte antwoord. En tegen Tommy: En ik wil wedden dat je loog, toen je zei, dat hij uit was, nietwaar? Hij wilde u niet meer ontvangen, sta melde Tommy. Maar wie was die ander, dien hij dan wel ontving? Ik weet het niet, meneer. Jawel, dat weet je weL Vooruit er mee! Zijn naam! Dempster keek den jongen dreigend aan. Tommy moest voor dergelijk geweld wel zwichten. Zijn oom Jud had hem al tijd kalm toegesproken. Albert Jones! Het staat daar op de blocnota! Waarvoor kwam hij? Hij merkte Tommy's aarzeling en keer de zich tot Donnell. Handboeien bij je, Donnell. De ander knikte. Zeker, chef! Deze kleine wenk had wel resultaat. Alstublieft niet! Hij heeft een brief aan mijn oom verkocht! Hij ging daar in die la! Tommy stond te trillen op zijn bee- nen. Dempster opende de la, die de jongen aangewezen had, en nam den brief, die bovenop lag. Deze?, vroeg hij. Tommy knikte; en terwijl Dempster den brief las, vroeg Holbrook aan den jongen: Wat is er verder met dien man ge beurd? Hij is weggegaan voor ik naar bed ging- Dempster keek van den brief op. Ik heb altijd wel gedacht dat afper sing de hoofdbron van Flagg's inkomsten vormde, constateerde hij, terwijl hij den brief weer in de la sloot. Wie heeft je oom gedood?, vroeg hy, terwijl hij zich weer tot den verschrikten jonger, wendde. Ik weet het niet, meneer. Ik lag in bed toen hij mij riep.... Hoe laat? Ik denk, dat het zoowat elf uur was. Ik deed mijn deur open en antwoordde. Waar is je kamer? Boven. Ik holde naar beneden en oom waswas dood. En toendrong de chef aan. Toen opende ik het raam en riep de politie. Donnell grinnikte. Dat was waar, dat kon hij getuigen. U kon hem aan den anderen kant van de Potomac wel hooren! bevestigde hy., 'Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 11