DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
De Balkan-sleutel
Bommen op
Nederland
Momentje
DINSDAG 15 OCTOBER 1940
32ste Jaargang No. 9772
Ste £cid^oKeSou^cimt
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935,
Giro 103003. Postbus 11,
DUITSCHE MILITAIRE FORMATIES IN
ROEMENIë.
Zooals gemeld zijn Duitsche vliegtuig
formaties in Roemenië geland, om op blij
vende wijze de Roemeensche olievelden
tegen vernieling en sabotage te bescher
men. Tevens zal het Roemeensche leger
waarvan de gevechtswaarde niet al te
hoog mag worden aangeslagen onder
Duitsche instructeurs worden opgeleid en
gereorganiseerd.
Hiermde is he teindstadium bereikt van
de Balkan-politiek van de spil. Na jaren
lang door den gezamenlijken politieken
invloed, de heksenketel op den Balkan -tot
rust gebracht te hebben, zijn de machten
van de spil er onlangs door de arbitrage
van Weenen in geslaagd, aan de rechtma
tige eischen van Hongarije, het land dat
het meest bij den vrede van Trianon had
geleden, tegemoet te komen, zonder dat
de vrede op den Balkan werd verstoord.
Niettemin Roemenië was steeds het
aangrijpingspunt van den Britschen in
vloed op het Balkanschiereiland. Roeme
nië was het scharnier tusschen de Kleine
Entente en de Balkenentente en kon
vooral na het'verleenen van de Britsche
en Turksche garanties, tevens als afslui
ting gezien worden van het politiek-strate-
gisch bouwwerk, dat Groot-Brittannië in
Klein-Azië had opgebouwd.
Het is duidelijk, dat het verlies van Roe
menië dan ook voor Engeland uiterst ge
voelig moet zijn geweest en dat ook nu
nog alle krachten worden ingespannen om
toch nog eenigen invloed in het land te
behouden en zoo noodig ondergrondsche
actie te kunnen voeren. Neg steeds is er
een Britsche gezant te Boekarest, die" het
middelpunt moet zijn van de Britsche po
litiek. Het feit van de Duitsche militaire
formaties is aanleiding geweest, dat de
gezant reeds herhaaldelijk inlichtingen
heeft gevraagd aan de Roemeensche regee
ring en dat Londenonder hands gedreigd
heeft met verbreking der diplomatieke be
trekkingen, hetgeen van Duitsch stand
punt gezien zeker niet anders dan toege
juicht kan worden.
Het wegvallen van het Roemeensche in-
vloedsgebied heeft bovendien tot gevolg,
dat het verbond met Turkije eenigszins in
de lucht komt te hangen, terwijl ook de
bedreiging van de Russische Zwartezee-
havens, welke gelegen teas in dit samen
gaan van Turkije en Roemenië onder Brit
schen invloed, thans geweken is. Dit alles
was reeds een feit na de mislukking van
de conferentie te Belgrado, waar het Turk
sche diplomatieke offensief door middel
van de Balkanentente mislukt was. Maar
het wordt nog weer zeer duidelijk onder
streept door de versterking van de Duit
sche militaire positie in dit deel van den
Balkan.
De berichten over het optreden van
Duitsche militairen in Roemenië werden
vergezeld van de mededeeling, dat daarvan
ook bericht is gezonden aan die mogend
heden, die daarbij geïnteresseerd kunnen
zijn. D.w.z. in de eerste plaats Italië en
Rusland. Deze toevoeging toont wel dui
delijk aan, hoe goed de verstandhouding
tusschen deze drie machten thans is en
hoe vast de gemaakte afspraken moeten
zijn, wanneer een der drie in een zoo om
streden gebied als Roemenië, waar alle
belangensferen elkander kruisen, militai
ren invloed krijgt.
De door Londen steeds maar weer ijve
rig verspreide geruchten, als zou nog
steeds op nauwere samenwerking tus
schen Groot-Brittannië en Rusland gere
kend kunnen worden een oude wensch-
droom, welke reeds twee jaar oud is
worden hierdoor wel volkomen weerspro
ken. Ook het opnemen in de Engelsche
regeering van den vakvereenigingsleider
Bovin, kon hieraan niets veranderen.
Hier blijkt nog eens weer de gigantische
strekking der buitenlandsche politiek van
het Derde Rijk en de geweldige beteekenis
van de Duitsch-Russische accoorden.
Ook wat in Roemenië is gebeurd, is
slechts door deze accoorden mogelijk ge
worden; de gevolgen hiervan zullen in de
toekomst nog wel blijken en zullen in
ieder geval hun weerslag op geheel Klein-
Azië, zoo uiterst belangrijk voor de Brit
sche sleutel-positie rond het Suezkanaal
en de Britsche petroleumvoorziening, niet
missen.
WASSCHERIJEN MOETEN VOORRADEN
EN OMZET OPGEVEN.
De Staatscourant van gisteren bevat een
beschikking van de Secretaris-Generaal
van het Departement van Handel, Nijver
heid en Scheepvaart, waarbij alle personen
of lichamen, die het wasscherijbedrijf uit
oefenen, verplicht worden opgave te doeo
van de hoeveelheid grond- en hulpstoffen
op 1 October 1940 voorhanden of in voor
raad, hoeveel zij daarvan in 1938 en 1939
hebben verbruikt, en de hoeveelheid wasch
in droge kilogrammen in 1938 en 1939 be
handeld.
BOMMEN OP AMSTERDAM
ZUID EN NOORD.
Geen persoonlijke ongevallen.
De Engelsche bommen, die Zaterdag
avond weer op Amsterdam zijn geworpen,
hebben gelukkig geen ernstige slachtof
fers gemaakt.
Terwijl Zaterdagavond de maan helder
op de stad scheen en alom een duidelijk
ncht verspreidde, wierpen de Engelsche
vliegtuigen weer bommen op woonwijken
in Amsterdam Zuid en Noord.
Gelukkig vielen hierbij geen slachtoffers
te betreuren. Er zijn vijf licht gewonden.
In- Zuid zijn vier bommen ingeslagen,
de eerste bom kwam terecht aan de ach
terzijde van het monument voor burg
meester Tellegen voor de P. L. Talkstraat.
En wel precies in het midden van een
plantsoen. Zij werd in de aarde gesmoord.
Wel zijn in de omgeving zeer veel ruiten
gesprongen, doch de enkele scherven, die
rond vlogen, veroorzaakten vrijwel geen
schade. Hier deden zich dan ook geen per
soonlijke ongelukken voor. De tweede bom
sloeg in het wegdek op den hoek van de
David Blesstraat en de Corn. Springer
straat. Deze veroorzaakte ernstige schade
aan het perceel Springerstraat 35. Rond
vliegende klinkers sloegen gaten in de
buiten- en binnenmuren, terwijl de deur
ingedrukt werd en de ramen uit de spon
ningen vlogen. Ook de perceelen 33, 36 en
34 zijn ernstig beschadigd. Merkwaardi
gerwijze sloeg de bom juist naast een op
de straat geparkeerde bakfiets van een
melkboer, zonder dat dit vehikel groote
schade opliep. Het bleef op den rand van
den krater staan. Wel moest een boom het
ontgelden, welke in stukken brak. De
ravage in de omgeving was ook hier zeer
groot.
De derde bom kwam neer in den tuin
van het perceel J. L. Lievenstraat 70. Dit
perceel en het perceel 72 v/erden van on
der tot boven aan de achterzijde zwaar be
schadigd. Gelukkig zijn echter geen pla
fonds naar beneden gekomen, zoodat de be
woners niet onder het puin bedolven wer
den. Hieraan is het dan ook te danken, dat
hier slechts drie gewonden zijn. Het aan
de overzijde van het blok gelegen perceel
van Woustraat 243, kreeg aan de achter
zijde ook schade, een zieke, die in dit per
ceel te bed lag, is aan een groot gevaar ont
snapt, doordat de warandadeur van zijn
slaapkamer naar binnen sloeg en juist naast
het bed terecht kwam. Van vrijwel alle
huizen in dit blok zijn de ruiten gespron
gen.
De vierde bom is evenals de eerste in
een plantsoen terecht gekomen en wel mid
den in het van Borsenburgerplein. Hij
sloeg een grooten krater in den grond en
vernielde alle ruiten in de omgeving.
Twee personen liepen lichte verwon
dingen op.
In Noord sloegen twee bommen in een
v/ei1 and* en twee kwamen in het water te
recht.
Persoonlijke ongelukken deden zich niet
OP VERSCHILLENDE PLAATSEN.
Het A. N. P.: meldt:
Op verschillende plaatsen en steden heb
ben de Britsche vliegers in den nacht van
Zondag op Maandag weer bommen uitge
worpen, gelukkig zonder veel schade aan
te richten. Slechts te Hoek (Zeeland! is
ten huis verwoest en er zijn drie huizen
beschadigd. Bovendien werd één persoon
zwaar en één licht gewond.
WEER OP DEN HELDER.
Gisteravond zijn wederom bommen ge
vallen in de bewoonde wijken van den
Helder. Ditmaal werden de perceelen Rei
gerstraat 78 en 80 door bommen ver
nield. De huizen waren niet bewoond. Er
zijn geen persoonlijke ongelukken te be
treuren. Wel is de materieele schade, ook
in de omgeving, aanzienlijk.
DS. H. W. VAN DER VAART SMIT LEGT
AMBT NEER.
Ds. H. W. van der Vaart Smit te 's-Gra-
venhage, heeft aan de desbetreffende ker
kelijke instanties het volgende schrijven
gezonden:
„Aangezien ik mij principieel niet ver
eenigen kan met de politieke besluiten, die
de synode der Gereformeerde Kerken in
1936 te Amsterdam o.m. tegen het natio-
naal-socialisme nam en ik mij thans aan
deze besluiten niet meer houden kan, zie
ik mjj tot mijn leedwezen genoopt u te be
richten ,dat ik mijn predikantsambt in de
Gereformeerde Kerken nee'rleg. Mijn ge
zin en ik verzoeken u ons niet meer als le
den der Gereformeerde Kerk te beschou
wen; belijdenisverschil heb ik inmiddels
met u niet".
Brandstoffen-bijslag
voor ondersteunden
Vanwege het Departement van Sociale
Zaken is aan de gemeentebesturen een
schrijven gezonden, waarin wordt medege
deeld, dat van 13 October 1940 tot en met
12 April 1941 aan ondersteunde en bij de
werkverruiming geplaatste werkloozen,
waaronder begrepen tewerkgestelde
„hoofdarbeiders", alsmede aan personen,
die een tegemoetkoming ontvangen we
gens verkorten werkduur, aan brandstof
fenbijslag mag worden verstrekt. Deze zal
gedurende het tijdvak van 13 October tot
en met 23 November e.k. ten hoogste 1.
per week en van 24 November 1940 tot en
met 8 Maart maximaal 1.30 per week
mogen bedragen, terwijl nadien wederom
geen hooger bedrag dan wekelijks ƒ1.
mag worden toegekend.
Voor dezen bijslag komen in aanmerking
gehuwde en ongehuwde kostwinners, als
mede zij, die den steun voor alleen wo
nenden ontvangen. Voorts kan nog
mits het gemeentebestuur hiervoor termen
aanwezig acht in eerstvermeld tijdvak
een brandstoffenbijslag, gelijk aan de helft
van dien voor kostwinners, worden uitge
keerd aan degenen, die bij anderen een ka
mer hebben gehuurd, zonder huiselijk ver
keer, daarbij zelf de zorg dragen voor hun
voedsel en voor het verkrijgen van brand
stoffen op zichzelf zijn aangewezen. Laatst
bedoelde bijslag mag alleen worden uitge
keerd, indien in de kamer een, in bruik-
baren toestand verkeerende stookgelegen-
heid aanwezig is, waarvan ook regelmatig
gebruik wordt gemaakt.
Aan hen, die bij anderen inwonen en aan
vorengenoemde voorwaarden niet voldoen,
zooals kostgangers en zoogenaamde slaap
gasten, mag geen brandstoffenbijslag wor
den verstrekt.
De ondersteunde of bij de werkverrui
ming geplaatste werkloozen, die reeds een
zoogenaamden kolenbon hebben ontvan
gen, kunnen eerst dan voor brandstoffen
bijslag in aanmerking worden gebracht,
wanneer zij, te rekenen van 13 October
af, 6 weken in zorg zijn. Een kostwinner,
respectievelijk k?~nerbewoner, kan dan
over de 6e zorg week een brandstoffenbij
slag ontvangen respectievelijk van 0 25
en 0.15, terwijl aan hen de daaropvol
gende weken normaal de bovenvermelde
bijslag kan worden toegekend. Uiteraard
zal, indien inmiddels de verhooging \%m
den brandstoffenbijslag tot 1.30 per week
van kracht is, dan met deze wijziging re
kening mogen worden gehouden.
De toekenning van brandstoffenbijslag
aan ondersteunden mag «wederom in zoo
verre tot gevolg hebben, dat de maxima
van de schalen overschreden worden, dat
bij geheele werkloosheid de som van
steunbedrag en brandstoffenbijslag en bij
gedeeltelijke werkloosheid, de som van
het loon van den ondersteunde, het steun
bedrag en den brandstoffenbijslag, ten
hoogste bedraagt 95 pet. van het loon, dat
de betrokken arbeider ten tijde van de
ondersteuning in het vrije bedrijf zou
kunnen verdienen, indien hij niet werkloos
of gedeeltelijk werkloos was.
Zij, die in een periode van drie maanden
acht weken bij de werkverruiming zijn
geplaatst, kunnen over de dagen c.q. we
ken, dat zij niet tewerkgesteld zijn (de zoo
genaamde wandeldagen of -weken), de
helft ontvangen van het bedrag, dat hun
aan brandstoffenbijslag zou worden uitge
keerd, indien zij over bedoelde dagen c.q.
weken wel tewerkgesteld waren geweest.
In de kosten der verstrekking van den
brandstoffenbijslag aan werkloozen, die in
de steunregeling zijn opgenomen of bij een
gesubsidieerde werkverschaffing zijn ge
plaatst, zal onder normaal voorbehoud uit
het werkloosheidssubsidiefonds eenzelfde
bijdrage worden toegekend als in de ove
rige kosten van steunverleening of in de
loonen der werkverschaffing wordt ver
leend.
Bovenstaande regeling voor het verstrek
ken van een brandstoffenbijslag geldt, voor
zoover mogelijk, ook voor de kleine boe
ren en kleine tuinbouwers, ferangschikt
in de groep B. Ook aan deze personen kan
dus, voorzoover zij geen kolenbon hebben
ontvangen, vanaf 13 October e.k. een
brandstoffenbijslag worden verstrekt. De
kosten, voortvloeiende uit bovenbedoelde
regeling voor de betrokken kleine boeren
en tuinbouwers, komen voor de helft ten
laste van het Departement van Landbouw
en Visscherjj, terwijl de andere helft door
de gemeente moet worden gedragen.
EEN RUSSISCHE TEGENSPRAAK.
MOSKOU, 15 October. (D.N.B.) Het
agentschap Tass publiceert een officieele
mededeeling, waarin gezegd wordt:
„Het agentschap Reuter publiceert een
bericht van het Engelsche blad „Daily Te
legraph and Morning Post", volgens het
welk op het oogenblik tusschen Engeland,
Turkije, de Sovjet-Unie, Zuid-Slavië en
Griekenland, z.g. onderhandelingen worden
gevoerd ten aanzien van de kwestie van
WAT ANDERE BLADEN
SCHRIJVEN
DAT IS GEEN OORLOG!
De Engelsche bombardementen op de
Nederlandsche bevolking moeten bij ieder
een de overtuiging wekken, dat dit geen
oorlog-voeren is.
Wij schreven reeds meer dan eens in
dezen zin. En wij sluiten ons aan bij de
T ij d, als dit blad, schrijvend over bedoel
de bombardementen, constateert: Dit is
geen oorlog!
„Wanneer zooals wij ten aanzien
van de Engelsche bomaanvallen over
ons land herhaaldelijk moesten verne
men er in het geheel geen militaire
of militair-belangrijke doelen aanwezig
zijn, die het afwerpen van bommen kun
nen rechtvaardigen, dan overschrijdt de
oorlog niet alleen zijn eigen grenzen,
maar de verwoesting heeft zelfs geen
enkel redelijk uitgangspunt meer en gaat
geheel op in de onmenschelijke vernie
ling, waarvan elk redelijk mensch en re
delijk oordeel zegt: „Dit is geen oorlog".
BLANKE WAPENEN VERLANGD.
Uit een rede van den heer Arnold
Meijer, Leider van Nationaal Front, opge
nomen in het weekblad De Weg:
Naar de N.S.B. gaan velen, die onder
de indruk van „het gerucht" komen
en van de „benoemingen" en fluiste
ren: „Heer igedenk mijner, wanneer
Ge komt in Uw paradijs."
Naar de Nederlandsche Unie gaat
de man, die niet nadekt. Die er heen
gaat omdat het de beste vluchtheuvel
is of schuilkelder, en meent, dat met
uiterlijk te veranderen, het oude kan
blijven behouden en maar rustig kan
worden gewacht op de dag, dat het
„onoverwinnelijke" Engeland met zijn
schepen hier landt en de Duitschers
verdrijft.
De Volkskrant schrijft hierbij:
„Twee karakteristieken en twee onbe
hoorlijkheden: de eene in de vorm, de an
dere in het wezen.
Onbehoorlijk is het, een woord uit de
doodsstrijd op Calvarië te profaniseeren
en daargelaten of men gelijk of ongelijk
heeft toe te passen op een politieke be
weging.
Is het van de andere kant niet beneden
de standing van een Leider, van een
minstens ernstig bedoelde en ernstig ge
richte beweging, ook al beschouwt men ze
als een geduchte concurrent, te beweren,
dat daarheen „de man die niet nadenkt"
heengaat, zoodat de beweging uit een ver
zameling „kippen zonder kop" bestaat?
Is dit geen onverdiende blamage èn
voor de leiding èn voor het Nederlandsche
volk?
En kan de Leider van Nationaal Front
bedoeld hebben, de Nederlandsche Unie in
verdenking te brengen bij de bezettende
overheid door de zijner onwaardige insinu
atie, dat de Unie, een loyale houding te
genover Duitschland veinzend, met Enge
land heult?
Men mag den politieken tegenstander
gerust bestrijden, maar men doe het met
blanke wapenen."
ZEEREERW. HEER B. G. HOSMAN
Benoemd tot pastoor te
Langeraar.
Foto-archief Leidsche Crt.
lepragh and Morning Post".
Het agentschap Tass is gemachtigd te
verklaren, dat dit bericht niet in over
eenstemming is met de feiten en een fan
tastisch verzinsel vormt van de „Daily Te-
lepraph and Morning Post".
VACANTIE.
Er is zoo door allerlei omstandighe
den niets van gekomen. Ik heb het tel
kens weer uitgesteld, óók al vanwege
de regen, maar de volgende week zet
ik door. Dan trek ik mijn badpak aan
en ga ik met vacantie.
Hé, zult u zeggen, wat raar! Wie gaat
er nou half October met vacantie?
Nou ja, ziet u, eerst ben ik een poos
je ziek geweest, toen moest ik waarne
men voor allerlei vacantie-vierende
collega's zoo'n goedzak ben ik nu
en toen begon het te regenen. En het
bleef maar regenen. Ik dacht: waarom
zal ik nou speciaal in mijn vacantie in
de regen gaan loopen. Ik wacht nog een
beetje. Maar het bleef maar regenen.
En intusschen hebben wij ook nog last
gehad van een beetje oorlog en geslo
ten grenzen en bomaanvallen. Dat
kwam er ook nog bij.
Maar nu wacht ik niet langer. Ik ga
met vacantie. Maar ik weet niet waar
heen ik gaan zal. Ik kan bijvoorbeeld
naar Enkhuizen gaan. Dat is een mooi
oud stadje. Maar daar zijn pas bom
men gevallen en ik ga niet op reis om
ergens een paar bommen op te van
gen. Overigens is het ook zonder dat
moeilijk genoeg. Je hebt trein vertra
ging, je moet vóór tien uur binnen
zijn en een aparte koffer meenemen
voor je bonnen.
Ik denk, dat ik maar thuis blijf. Rus
tig thuis.
Maar één vacantievreugde wil ik
toch. hebben: ik schrijf beslist geen
Momentje's.
VOORSCHRIFTEN VOOR DE
BINNENVAART.
Nieuwe overheidsbevoegdheden
vastgesteld.
Tot Verhooging van de vervoerscapaci
teit der binnenvloot heeft de Secretaris-
Generaal van het Departement van Wa
terstaat eenige, gisteren in werking getre
den bepalingen afgekondigd (Verordenings
blad 31):
Houders van in Nederland aanwezige
binnenvaartuigen, welke ten dienste van
het goederenvervoer worden gebruikt, dan
wel daarvoor bestemd zijn, zijn verplicht
de afgeschermde navigatielichten met daar
bij behoorende certificaten, welke door de
bevoegde autoriteiten ten behoeve van de
luchtbescherming zijn Voorgeschreven tij
dens de vaart, steeds aan boord voor ge
bruik gereed te hebbesn, ook al wordt niet
gevaren. Deze verplichting gaat op 14 No
vember in.
De Secretaris-Generaal van het Departe
ment van Waterstaat kan ten aanzien van
door hem aangewezen transporten bepa
len, dat de bemanning van binnenvaartui
gen, welke voor deze transporten worden
gebezigd, verplicht zijn om tusschen zons
ondergang en zonsopgang en op Zon- en
feestdagen te laden, te lossen en te varep,
of wel laden of lossen toe te laten. Hij kan
regelen stellen aangaande de berekening
van een buitengewone vergoeding voor
het verrictten van zulke transporten.
Eemanningen van binnenvaartuigen zijn
verplicht de hun door of namens beheer
ders van waterwegen en sluiswerken gege
ven aanwijzingen met betrekking tot het
innemen van ligplaatsen, het verhalen van
het binnenvaartuig van de eene ligplaats
naar de andere en het opvaren of doorva
ren van het binnenvaartuig terstond op te
volgen.
De inspecteur-generaal van het Verkeer
kan houders en bemanningen van binnen
vaartuigen aanwijzen om naar een door
hem te bepalen plaats op te varen, even
tueel tegen gedeeltelijke vergoeding.
Bij weigering van den houder of de
bemanning, kan hij de bemanning en
de overige opvarenden met den sterken
arm van het schip doen Verwijderen,
het vaartuig doen bemannen en daar
van gebruik maken ten behoeve van
het goederenvervoer te water, zonder
dat de houder van het vaartuig deswe
ge tot eenige vergoeding gerechtigd
wordt.
Voorts bevat het besluit bepalingen over
beroepsrecht en over de straf op overtre
dingen. De secretaris-generaal van het de
partement van Waterstaat kan uitvoerings
bepalingen in de Ned. Staatscourant doen
afkondigen.