£ee(lepsuiat. Hulpactie der Duitsche Katholieken ZATERDAG 21 SEPTEMBER 1940 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD TAG. 0 VII. BRUIN WIL NIET TREKKEN Men heeft me voor een karretje gespan nen, maar trekken doe ik niet. Ik was op getuigd vóórdat ik het wist: „Mijn waarde Arcanus, met genoegen heb ik je artikelen gelezen.... (ik glimlachte bescheiden, ten volle be wust van eigen verdienstelijkheid) maar nu moest je nog eens de mis dienaars en de koorzangers onder oogen brengenZoo werd ik voorzichtig tus- schen de boomen van het karretje geduwd, aan riemen en strengen vastgemaakt. De zwarte koetsier steeg op de bok, nam de teugels, klakte met zijn tong maar in het karretje is geen beweging gekomen. De schuld ligt niet bij het paard, even min bü den voerman, doch bij het karre tje. Karretje en paard passen niet aan elkaar, of om de karretjes-beeldspraak vaarwel te zeggen de aangegeven richt lijnen passen niet in de pen van een leeke- preker. De koetsier zal de wagen zelf voort moeten duwen. Het zal, uit een korte samenvatting van deze richtlijnen, onmiddellijk naar buiten springen, dat alleen een priester zoo kan en mag spreken. De beminde parochianen van mijn onzichtbare parochie zouden het hun leekeprater nooit vergeven hebben, indien hij hen op zuljc een sacralen toon toesprak. De misdienaars en vooral ook de koor zangers aldus de meening van dengene, wiens spreekbuis wij thans zijn moe ten inniger meeleven met het diepe en rijke liturgische leven van de Kerk. Zij mogen naast den priester het meest daadwerkelijk deelnemen aan de viering van het H. Misoffer, de bron van het bovennatuurlijke leven van de Kerk. Zooals de priester moet leven uit het H. Misoffer, zoo moet ook het geestelijk leven, zoowel van de misdienaars als van het koor uit deze bron gevoed worden. Daarom moet in beide instituten niet op de eerste plaats het nut, en de functie, doch de echte bovennatuurlijke geest staan. Wanneer de echte kerkelijke geest er is, VOOR HOLLANDSCHE EN BELGISCHE KINDEREN. De correspondent van de Ver. Persbu- reaux te Berlijn meldt: Nadat de Katholieke Kerk in Duitsch- land eerst eenige weken geleden een inza meling van kerkelijke voorwerpen voor de Spaansche kerken gehouden heeft, koeste ren de Duitsche bisschoppen thans het voornemen, een omvangrijke hulpactie voor België en Nederland te organiseeren. Met toestemming van de Duitsche regee ring zal een geldinzameling in alle Ka tholieke kerken gehouden -worden, waar van de opbrengst als een soort winterhulp aan de Duitsche autoriteiten ter verdeeling in de beide genoemde landen ter beschik king zal worden gesteld. Daarnaast zal een bijzondere kinder-hulpactie worden georganiseerd. In dezen vorm zal aan de Hollandsche en Belgische kinderen voor eenige maanden verblijf worden aangebo den op de landgoederen en andere bezit tingen van de Katholieke Kerk in Duitsch- land. Naar wij in Duitsche Katholieke kringen vernemen, heeft de Paus zich tot den president der Vereenigde Staten ge wend, met het. voorstel gemeenschappelijk een hulp-actie ten bate van de door den oorlog getroffen landen op touw te zetten en gedurende de wintermaanden te blijven voeren. In de eerste plaats is hierbij aan de verschaffing van levensmiddelen van eiken aard en ook aan kleedingstukken gedacht. In kerkelijke kringen neemt men aan, dat president Roosevelt het voorstel van den Paus zal aannemen. Naar wij ver der vernemen, zal de Berlijnsche vertegen woordiger van den H. Stoel zich met de Rijksregeering over de uitvoering van de hulp-maatregelen in verbinding stellen, zoodra de noodige richtlijnen voor de ge- heele actie zijn opgesteld. zal daaruit ook de zuivere vorm groeien, die is beschreven in de liturgie. Beiden, geest en liturgie zullen elkander bevruchten. De misdienaars moeten uit hun dienen de echte liturgische en kerkelijke levensstijl leeren. B.v. een groote eerbied in de kerk voor het heilige, dat deze ruimte omvat. Een diep besef van hun plaats aan het altaar, als staande aan het altaar in naam van het volk, biddend in naam van het volk, dus duidelijk en met aandacht. Een echt innerlijke beschaving, waardoor zij het fijne ceremonieel aan het Hof van Koning Christus weten na te leven. Evenzoo bij het koor. Zij mogen de diepe en prachtige bewoordingen van de heilige Geheimen door hun zang nog tot grootere uitdrukking brengen. Daarom moet juist dit gedeelte uiterst fijn verzorgd zijn. Dus mooie stem en welgevormde geest. De teksten, de wisselende gezangen, moeten de voornaamste aandacht hebben en ook bron zijn van hun geestelijk leven. De eenvoudige en vaste gezangen behooren zij aan het volk te laten. Hun plaats is dan ook naast den priester of op de trappen van het altaar. Hun kleeding is dan ook de kleeding van de bedienaren van het altaar; dus toog en superpli. Vooral de laatste opmerking in dit voor beeld van gewijde welsprekendheid zal, in parochies waar het geen gebruik is, een lichte aardbeving veroorzaken. Jan, Piet en Klaas in toog en koorhemd dit moest je eens beleven! Het gaat met dergelijke nieuwigheden, als met alle andere nieuwigheden het vreemde en ongewone slijt er spoedig af. In parochies, waar de zangers bij het altaar geschaard staan, niet in hun colbertje, maar in stijlvolle kerkelijke dracht, draagt deze wijze van opstelling bij tot een luis terrijke viering van het Zondags-offer. De gespecialiseerde zielzorg, door onzen geestelijken zegsman bepleit voor koor knapen en koor-mannen valt uiteraard geheel buiten onze bevoegdheid. Vandaar, dat wij terugkrabbelden, toen wij voor dit karretje werden gespannen. Niettemin gaarne de rol van spreekbuis vervullend, omdat het ideaal, ofschoon het nooit bereikt zal worden, waard is te wor den nagestreefd. ARCANUS. Bijna vijf honderd boerderijen 100 NOODSTALLEN VOOR VIERDUIZEND STUKS VEE. De boerenleenbanken verleenen credieten. Zooals gemeld is Woensdag de eerste steen gelegd in het groote en moie werk, dat het Bureau Wederopbouw Boerderijen zich tot taak heeft gesteld. Over het géheel-e land zijn in de oor logsdagen boerderijen vernield! en voor al in het gebied van de Grebbei in ie, met name onder de gemeente Hoogland, is ten behoeve van de verdediging van dit gebied een groote ravage aangericht. In September 1939 werd besloten tot inunda tie van dit gebied. Dit bracht met zich me de, dat zoowel de inwoners als de inboe dels geëvacueerd dienden te worden. Met deze taak werd belast 'het Bureau Ontrui ming, dat hierin veel samenwerking mocht ondervinden van de burgemeesters der ge meenten in dit gebied- en ook van de or ganisaties, welke reeds voor de uitvoering der evacuatie gevormd waren. Toen de oorlog in ons land een einde had genomen, was 'het echter noodzakelijk de geleden schade zoo spoedig mogelijk te herstellen. Hiertoe werd uitgenoodigd de heer A. D. van Eek, hoofd van den Bouwkundigen Dienst der Wieringenmeer- directie, die aan de hand van de aange richte schade vijf steunpunten in ons land vaststelde, van waaruitde wederopbouw van boerderijen geregeld zou worden. Het waren plaatsen in de gebieden, die het zwaarst geteisterd waren, n.l. Amersfoort, Veenendaal, Mill, Detune en Dordrecht. Hieruit dient echter niet te worden opge maakt, dat getroffenen in andere provin cies, zooals in Groningen, Overijssel en Zeeland, verwaarloosd worden. In eerder genoemde gebieden heeft men het zwaarst geleden, in Amersfoort gingen 134 boer derijen verloren, in Veenendaal bedraagt het aantal 149. In het landbouwbedrijf is de woning één met het land en met het oog daar op was wederopbouw een aangelegen heid van het grootste belang. Het daar toe gevormde bureau streeft er dan ook naar den boer als boer te laten voortbestaan, hem een nieuwe boer derij terug te geven, welke een ratio neel bedrijf mogelijk maakt, een prac- tisch bedrijf, maar toch op bescheiden schaal. Hiertoe heeft het Bureau Wederopbouw boerderijen, dat onder algemeene leiding staat van den heer P. Thijm, bouwkundig hoofdambtenaar Wieringermeerpolder en pl.v. hoofd van dien bouwkundigen dienst, terwijl de leiding van het districtsbureau Amersfoort berust bij den heer G. de Vries, opzichter bij den Wieringermeer polder, nu de meest volledige gegevens omtrent de geleden schade verzameld en architecten aangewezen, die den bouw op zich ziullen ifemen. GROEPSGEWIJZE WEDEROPBOUW. Boerderijen zijn echter nog weinig door architecten gebouwd, meestal kwamen hieraan de plaatselijke dorpsbouwdeskun- digen te pas. Thans evenwel is het zoo, dat het werk groepsgewijs door architecten ter hand genomen wordt. De 495 boerde rijen, welke momenteel op het programma staan, zijn toegewezen aan 99 architecten of groepen van architecten, in totaal een lijst vertegenwoordigend van 144 namen. Van het bureau wordt den boer mededee- ling gedaan van de toewijzing, waarop boer en arohitect overleg plegen en de laatste bij het districtsbureau een schets- plan indient. Aan de hand van dat ont werp wordt door het bureau een begroo ting opgemaakt en de schade en de door den boer te vestigen hypotheek vastgesteld. Deze hypotheek bedraagt in de meeste ge vallen tien procent van de bouwkosten. Bij den herbouw worden dan tevens de aanwijzingen van den cultuur-technischen dienst te Utrecht in aanmerking genomen. HET BOERDERIJ-TYPE. Onder velen in de getroffen streken openbaarden zich teekenen van angst, dat men met de benoeming van den heer van Eek tot hoofd van dit Wederopbouwbureau zou overgaan tot boerderijen zooals die in de Wieringermeer gebouwd zijn. De vrees is ongegrond. Men zal het streek type niet uit het oog verliezen. Zoo zal in de Gel- dersche vallei volkomen vastgehouden worden aan het type van den dubbelen stal met hooiberg. De hilde zal 'hier echter ko men te vervallen met het oog op de be zwaren ten aanzien van stalling. En zoo zullen ook andere streken hun karakter behouden. Echter kan niet gegarandeerd worden, dat de boerderijen op dezelfde plaats als voorheen zullen verrijzen. Er zijn nieuwe rooilijnen vastgesteld, nieuwe wegen ontworpen en in Mill doet zich het verschijnsel voor, dat vrijwel alle boerde rijen een andere plaats zullen innemen, zulks in verband met plannen voor ruil verkaveling, waardoor een betere verdee ling der gronden verkregen wordt. Het zijn niet alleen boerderijen, die gebouwd zullen worden. Ook noodstal len zijn dringend noodig en zoo zullen De Raad der gemeente Voorschoten ver- 1 gaderde op Vrijdag 20 September 1940, des namiddags te 3.30 uur onder leiding van burgemeester M. F. Berkhout. Aanwezig 9 leden. Afwezig met kennis geving: C. Eggink en J. v. d. Marei. Bij de behandeling der ingekomen stuk ken bespreekt de heer A. Fortgens punt no. 553, een schrijven van de vereeniging van leeraren en onderwijzers in de lichamelijke opvoeding in Nederland, begeleidende een resolutie, vastgesteld op 17 Augustus 1940, betreffende de lichamelijke opvoeding in de school en vraagt, hoe dat onderwijs zal worden geregeld en of het materiaal aanl wezig is. De voorzitter antwoordt, dat het gymnas- tiek-onderwijs gegeven wordt door de leer krachten verbonden aan de school en zoo als gebruikelijk is. De R.-K. Jongensschool gebruikt het gymnastieklokaal voor dit on derwijs. Er is voor zoover bekend nog geen uniforme regeling omtrent het gymnastiek onderwijs van hooger hand. Afwachten is dus de boodschap. Daarna worden de inge komen stukken voor kennisgeving aange nomen. Aandeel subsidie wachtgeldregeling scheepvaartvereeniging Zuid te Rotterdam. Door het Rijk is de vastgestelde wachtgeld regeling voor het personeel dezer scheep vaartvereeniging goedgekeurd. Aangezien het rijkssubsidie afhankelijk wordt gesteld van de medewerking van de gemeente stel len B. en W. den Raad voor aan het ver zoek te voldoen. Van het van overheids wege toe te kennen subsidie betaalt het Rijk 48.4 pet. en de gemeente 51.6 pet. Eenzelfde wachtgeldregeling van de N.V. Bataafsche Importmaatschappij is door het Rijk goedgekeurd. In deze gemeente is slechts 1 persoon woonachtig. B. en W. ad- viseeren den Raad te besluiten gunstig op deze verzoeken te beschikken. Wordt aldus besloten. Aan den heer S. de Graaf wordt op zijn verzoek een vergoeding toegekend, inge volge art. 13 van de L. O.-wet 1920, in de reiskosten van zijn zoon voor het bezoe ken van de O. L. school voor U. L. O. te Lei den ad 30 pet. van 0.035 per KM. Op een verzoek van de heeren J. A. van Heusden en C. Zwaan om een tegemoetko ming in de reiskosten van vervoer voor leerlingen van de vakschool voor meisjes te Leiden, stellen B. en W. den Aaad voor afwijzend te beschik en. Na eenige bespre king wordt aldus besloten. B. en W. stellen den Raad voor, gelet op art. 55 der lageronderwijswet 1920 te be sluiten: a. het bedrag, dat de gemeente in het jaar 1939 ter zake van de in artikel 55 bis der wet bedoelde kosten vor de openbare school voor gewoon lager onderwijs voor- loopig vast te stellen als volgt op 1.150.65. b. Het bedrag, dat overeenkomstig het krachtens art. 55 bis der wet per leerling bepaald bedrag in verband met het aantal leerlingen der openbare school voor het jaar 1939 beschikbaar was gesteld voorloopig vast te stellen op 129 2/3 x 10.50 is 1.361.50. c. Het verschil tusschen de sub a en b bedoelde bedragen vioorloopig vast te stel len als volgt: het bedrag b is grooter dan het bedrag at.w.: c. 210.85. Het is de heer A. Fortgens opgevallen, dat de post schoolbibliotheken nihil heeft bedragen en spr. meent, dat de bibliotheek toch een geregelde aanvulling behoeft. De voorzitter merkt op, dat deze post geldt er in Nederland ongeveer honderd ge bouwd worden, die circa vierduizend stuks vee zullen moeten herbergen. Voorts is het noodig een honderdtal woningen in de provincie Utrecht te verbeteren. Deze zijn wel geschikt voor een verblijf in zomertijd, doch zouden in wintertijd volkomen onvoldoende zijn en de grootste ellende kiunnen teweeg brengen. Het is echter niet uitsluitend dc organi satie van den opbouw, die den organisa toren moeilijkheden in den weg gelegd heeft. De regeling der financieele kwestie bracht eveneens problemen met zich. Ten slotte kwam men echter tot een oplossing. De credietwaardigheid van het land bouwbedrijf was door de evacuatie ernstig geschokt. Regelingen moesten getroffen worden om betalingen weer mogelijk te maken. Landurige proce dures waren hierbij echter niet ge- wenscht. Een beroep op de boerenleen banken bleek gelukkig niet vergecfsch te zijn. Deze .instellingen verleenen thans, op advies van den voedselcommissaris voor de provincie Utrecht, credieten, wel'ke er belangrijk toe zullen bijdragen, dat het landbouwbedrijf na den wederopbouw tot bloei kan komen en kan blijven floreeren. Dit wordt ook bevorderd door de uiterst billijke regelingen, welke van de zijde van het Bureau Wederopbouw Boerderijen ge troffen zijn ten aanzien van de hypothe ken op de nieuw te bouwen boerderijen. Een normale ontwikkeling van het boe renbedrijf, het blijkt uit alle medewerking van overheidswege, mag niets in den weg gelegd worden. Uit het oogpunt van de voedselvoorziening alleen al is deze her opbouw van het grootste belang. Na vier maanden is het zichtbare werk thans be gonnen in het vertrouwen, dat binnen het jaar al het doorstane leed met de vervan ging van het verloren gegane vergeven en vergeten is en dat de tienduizenden hectaren grond, die dit jaar nog bezaaid zijn, zullen uitgroeien tot honderdduizen den hectaren, waarop het landbouwbe drijf zich gelukkig en ongestoord kan ves tigen. voor1939 en niet voor 1940, waarna het voorstel van B. en W. met algemeene stem men wordt aangenomen. Benoeming lid commisie van toezicht bij zondere school voor middelbaar onderwijs. Aan de beurt van aftreding is de heer ir. R. Meyer, R. A. Z. Deze wenscht niet meer in aanmerking te komen voor een herbe noeming. Benoemd wordt rar. F .E. Graas. Gekozen worden tot leden der commissie voor georganiseerd overleg, de heeren: A. Q. Doeswijk, D. Limburg en J. Braggaar en tot plaatsvervangende leden: C. L. M. Bancken, Chr. Eggink en J. P. v. d. Marei. Wethouder Mens is wederom als voorzitter toegevoegd. Wegens verandering van werkzaamheden geven B. en W. dei Raad in overweging de jaarwedde van Lamboo in gaande 1 Septem ber 1940 te verdeelen als volgt: ten laste van het woningbedrijf ƒ429, ten laste van het badbedrijf 1.443. Totaal 1.872. De jaarwedde van A. Tempelman be draagt 1.0801.380, waarvan voor de bediening van de Centrale verwarming 175 ten bate van den dienst van openbare werken ware te brengen, aldus B. en W. De heer J. Braggaar meent dat de verdee ling van de jaarwedde van den heer Tem pelman niet juist is, daar hier sprake is van een verhooging van 175, waartegen spreker bezwaar maakt, doch de voorzitter zet hem uiteen, dat van een verhooging geen sprake is, doch 175 ten laste wordt gebracht van den dienst van openbare wer ken, omdat de heer Tempelman ook de Centrale verwarming van de O. L. school moet bedienen, waarna aldus met alge meene stemmen wordt besloten. B. en W. geven den Raad in overweging de jaarwedden van den nieuw te benoemen chef-monteur te bepalen op 1.800, met drie jaarlijksche verhoogingen van 100, en het bezoldigingsbesluit 1938 dienovereenkom stig te wijzigen, door onder de groep „tech nische ambtenaren" op te nemen de rang „chef-monteur bij het gas-, water- en electriciteitsbedrijf". Conform besloten. Verhuur ambachtshuis gaat niet door. Ten gevolge van het genomen raadsbe sluit tot verhuur van het ambachtshuis aan de brigade marechaussee, deelen B. en W. den Raad mede, dat de verhuur geen voortgang kan vinden, daar.de brigade ma rechaussee uitsluitend zal worden onderge bracht in een aantal woningen in de Wil lem de Zwijger laan, weshalve B. en W. den Raad voorstellen, het genomen raads besluit van 30 Augustus j.l. in te trekken. .Aldus aangenomen. Aanleg straten Burgemeester Vernèdepark. De straten in het Burgemeester Vernède park verkeeren sedert langen tijd in een zeer slechten staat van onderhoud en de straten zijn te smal voor rij verkeer. B. en W. stellen den Raad voor alle straten op de normale breedte van 5 meter te doen brengen met aan weerszijden voorzien van voetpaden van 2 meter breedte en boven dien de hoofduitgang, gelegen in het mid den, te vervangen door twee uitgangen en door te trekken tot aan den Leidscheweg en vragen een crediet aan van 14.000 voor dit werk. De heer A. Fortgens verklaart wel een weinig te zijn geschrokken van dit bedrag, doch is ter plaatse geweest en is thans overtuigd, dat dit werk noodzakelijk moet worden ter hand genomen en spreker zal ook zyn stem aan dit voorstel geven, doch vraagt hoe lang dit werk zal duren en spreekt den wensch uit, dat ingezetenen dit werk zullen uitvoeren. De heer J. Braggaar meent, dat juist dit werkobject voor de ingezetenen van groot belang is en voor werklooze arbeiders. Het is beter, dat deze hier werk vinden, dan' dat zij uit hun gezinnen worden gerukt. Spreker zal met geestdrift zijn steun aan dit voorstel van B. en W. geven. De voorzitter antwoordt den heer Fort gens, dat dit werk vermoedelijk een paar maanden zal duren en wordt uitgevoerd, zooveel mogelijk, met menschen uit de ge meente, waarna met algemeene stemmen aldus wordt besloten. Openbare verlichting Burgemeester Vernèdepark. In verband met het aanleggen van nieu we straten in het Burgemeester Vernède park is het wenschelijk ook deze straten ge lijktijdig van een electrische verlichting te voorzien. De kosten hiervan zullen be dragen 3000, werhalve B. en W. den Raad adviseeren aldus te besluiten. De heer A, Doeswijk maakt er aanmer king op, dat de oude gaslantaarns zullen worden geboekt op 50 waarde. Spreker meent, dat men aldus iemand zand in de oogen strooit. De heer A. Fortgens kan zich met dit voorstel vereenigen en zou zelfs nog één electrische lantaarn meer wenschen in de Nieuw Voordorpstraat, dan wordt aange vraagd. De voorzitter zegt, dat de oude gaslan taarns zeer zeker zullen worden benut op andere wegen. De voorraad is zelfs zoo uitgeput, dat B. en W. voor eenigen tijd genoodzaakt zijn geweest elders eenige gas lantaarns bij te koopen. Wat de opmer king betreft van den heer Fortgens, daar mede is het college het eens, doch het col lege wenscht te wachten totdat aldaar groo tere uitbreiding plaats heeft. Met algemeene stemmen wordt aldus besloten. De Ned. R.-K. Politiebond „St. Michaël" te Nijmegen heeft zich met een adres d.d. 9 September 1940 tot den voorzitter van van het georgeniseerd overleg gewend. Meergenoemde bond verzoekt te willen be vorderen, dat de veldwachtersverordening in dier voege wordt aangevuld, dat aan de veldwachters jaarlijks een tegemoetkoming wordt toegekend in de kosten, die zij moe ten maken voor het sluiten van een ziekte verzekering. B. en W. adviseeren den Raad op dit verzoek gunstig te beschikken en aan de veldwachters jaarlijks een bedrag van 25. ter beschikking te stellen als tegemoetkoming in de kosten van een door hen verplicht te sluiten verzekering op hun persoon, tegen de financieele gevol gen van ziekten. Zonder eenige discussie aldus beslot»» Beschikbaarstelling kolenbon aan in zorg zijnde werkloozen. Uit een circulaire van den waarnemend secretaris-generaal blijkt, dat in verband met de kolendistributieregeling een voor ziening is getroffen, waardoor de in zorg zijnde werkloozen in de gelegenheid wor den gesteld 20 pet. van hun wintervoor raad kolen over 19391940 in te slaan, zulks in afwachting van een nader te bepa len regeling. Aan in zorg zijnde werkloo zen en ongehuwde kostwinners, indien zij ever één of meer weken van de maand September 1940 in de steunregeling zijn opgenomen of in werkverschaffing zijn ge plaatst, mag een brandstoffenbon worden verstrekt. Deze kolenbon heeft een waar de van 5.75. In de hieraan verbonden kos ten zal uit het werkloosheidssubsidiefonds eenzelfde bijdrage worden toegekend als in de overige kosten van steunverleening of loonen der werkverschaffing. Deze sub sidie is bepaald op 48.4 pet. B. en W. geven den Raad in overweging om het college te machtigen een brandstoffenbon te ver strekken. De heer Bancken verklaart zich met dit voorstel te kunnen vereenigen, doch maakt bezwaar tegen de bepaling, dat zij, die reeds 1/5 heben ingekocht en dus gezorgd hebben, buiten deze bepaling vallen, wat spreker niet juist acht. De voorzitter antwoordt, dat wanneer het mogelijk is door de regeling, die nog moet komen, B. en W. zeer zeker in den zelfden geest zullen handelen als de heer Bancken wenscht, waarna aldus werd be sloten. Onderhandsche aanbesteding aanleg straten Burgemeester Vernèdepark. Het verdient om verschillende redenen aanbe veling de te verrichten werkzaamheden op le dragen aan dezelfde aannemers, aan wie bij openbare aanbesteding is gegund het straatwerk van de Tolstraat, Parkstraat, Stadwijkstraat en Noordheystraat. De heeren J. Th. Kooyman en W. van der Kraan hebben prijs opgegeven en deze prijs is redelijk, weshalve B. en W. den Raad adviseeren aldus te besluiten. Aldus besloten. De heer W. Olsthoorn, wonende alhier, heeft te kennen gegeven van de gemeente te willen koopen, het afkomende beton- puin, een vijftal oude straatkolken en vrij komende keien. Voor het betonpuuin biedt de gegadigde ƒ10, voor de straatkolken 4 per stuk, voor de groote keien 0.02 p. st. en voor de kleine keien 0.01 per stuk. B. en W. stellen den Raad voor het college te machtigen een en ander tegen den geboden prijs te verkoopen. Wordt aldus aangenomen. Na nog eenige besluiten comptabiliteit te hebben genomen, wordt de openbare ver gadering gesloten. 6 OCTOBER EINDIGT DE ZOMERTIJD Middel-Europeesche tijd ook voor Nederland. De „Deutsche Volkswirt" deelt mede, dat in bet gehele Duitsche Rijk 6 Octo ber des ochtends 3 uur, de klokken een uur achteruitgezet zullen worden. Hier mede zal een einde worden gemaakt aan den zomertijd, welke in het voor jaar werd ingevoerd, teneinde langer van het daglicht te kunnen genieten. Deze maatregel zal ook gelden voor het bezette Nederlandsche gebied, zoo dat hier dus de Middel-Europeesche tijd blijft gelden. GEMEENTERAAD VAN VOORSCHOTEN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 6