Qemeng.de Sieüchten De „Nigerstroom" niet getorpedeerd? Ik hèb gekozen, Arkadi VRIJDAG 20 SEPTEMBER 1940 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 7 KRUIS UIT UTRECHT'S KATHEDRAAL ONTVREEMD, DOCH TERUGGEVONDEN Maar zonder corpus Woensdagavond, toen het reeds donker was, viel het den heer drs. J. Houtgast, hoofdassistent van de Sterrenwacht „Zon- nenburg" te Utrecht op, dat een man zich plotseling op verdachte wijze trachtte te verwijderen van het terrein van genoem de Sterrenwacht. Niet wetend en niet vermoedend, welke de reden kon geweest zijn, waarom de man zich op het Sterrenwacht-terrein had op gehouden, ging de heer Houtgast direct op onderzoek uit en zag na eenig rondzoe- ken, dat er iets onder de aarde moest ge stopt zijn, aldus lezen we in „De Tijd". Het duurde niet lang, of bij verwijde ring van eenige omgewoelde aarde deed hij een ontstellende ontdekking. In den grond lag n.l. weggestopt een groot verguld altaarkruis, waarvan het corpus verwijderd was. Pogingen om den onbekenden man, die zich uit de voeten gemaakt had, te achter halen, konden geen succes meer hebben. De heer Houtgast stelde daarom aanstonds alles in het werk om zelf eenige aanwijzin gen te vinden, welke eventueel van dienst zouden kunnen zijn bij een nader in te stellen onderzoek. Gelukkig kon tamelijk spoedig resultaat geboekt worden. In de achterzijde van het kruis ontdekte de heer Houtgast n.l., dat daar de naam G. D. Brom ingegraveerd was, hetgeen den vinder van het kruis aanleiding gaf, zich oogenblikkelijk om inlichtingen te wenden tot de edelsmeden Brom. Een der heeren Brom begaf zich direct naar de Sterrenwacht en nam het gevon den kruis in oogenschouw. Waar de heer Brom kon constateeren, dat het niet een werkstuk was, dat hij per soonlijk had vervaardigd, moesten ten hui ze en op het atelier van de heeren Brom pogingen worden ingesteld, om de her komst van het kruis vast te stellen. Daar men intusschen met zekerheid wist, door de gravure, dat het stuk uit de eigen ate liers afkomstig moest zijn, kon men er, aan de hand van archivarische gegevens, tamelijk spoedig in slagen, de herkomst te ontdekken. Technische bijzonderheden. Daaruit bleek, dat het kruis een werk stuk was uit het jaar 1860, vervaardigd door den heer Gerard Bartel Brom, groot vader van de huidige eigenaars der edel- smidse, die in 1856 de Utrechtsche kunst werkplaatsen Brom gesticht heeft. Het kruis is van verguld brons, bezet met half-edelsteenen, versierd met vijf emaille-plaquettes. Een dezer email-plaquettes was echter bij het terugvinden op de Sterrenwacht niet meer aanwezig, evenmin als het geci seleerd bronzen corpus. Toen de heer Brom deze gegevens had geverifieerd, wist hij ook, dat het kruis afkomstig moest zijn uit de Kathedrale Kerk te Utrecht. Het stond daar, tot Dinsdagavond j.l., geplaatst in de midden-nis van het Sacra mentsaltaarhet rustte in een gegoten bronzen voet, boven het Tabernakel; deze voet echter was niet medegenomen. Onderzoek ter plaatse. Voorzien van deze gegevens begaf een der heeren Brom zich naar den koster .van de Kathedrale Kerk, den heer Buijl, en in formeerde daar of er in de kerk niets ge mist werd. Toen de koster hierop bevestigend ant woordde en mededeelde, dat het kruis van het Sacramentsaltaar vermist werd, kon de heer Brom het geruststellende ant woord geven, dat het kruis reeds terug gevonden en herkend was. Een groote teleurstelling bleef echter het feit, dat het corpus van het kruis verwij derd was en dat men nog niet kon zeggen, wat daarmede was gebeurd of waar zich dat bevond. Tijdens het onderhoud toonde de koster den heer Brom o.m. den voet, waarin het kruis gestaan had. Na dit onderzoek stelde de heer Brom den heer Houtgast met het resultaat van zijn onderzoek in kennis. Eenige aanwijzingen. Besloten werd de politie van de vermis sing en terugvinding op de hoogte te stel len. Reeds toen waren er eenige aanwijzin gen, wie de vermoedelijke dader kan zijn van dezen diefstal-met-vernleling. Het is te hopen, dat het de politie geluk ken zal, ten spoedigste volledige klaarheid te brengen in deze zaak. KINDERWAGEN DOOR AUTO VERPLETTERD EN KIND GEDOOD. Gistermiddag reed een vrachtauto te Drachten achteruit. De bestuurder zag niet, dat achter de auto een juffrouw met een kinderwagen stond, waarin een twee jarig kind zat. De kinderwagen werd onder de auto plat gedrukt, waarbij het kind om het leven kwam. TUINMAN DOOR AUTOBUS AANGERE DEN EN GEDOOD. Gisterochtend omstreeks zeven uur is bij de Hoeksterpoortbrug te Leeuwarden een verkeersongeval gebeurd, waarbij de 44- jarige tuinman J. Nauta, werd gedood. N. kwam per rijwiel van den kant van den Groningerstraatweg. Achter hem aan reed een autobus uit Murmerwoude met arbei ders, die te Leeuwarden werkzaam zijn. De wielrijder veranderde van richting zonder een teeken te geven. Het gevolg was, dat hjj werd aangereden en op slag dood was. De bestuurder van de autobus remde uit alle macht, tengevolge waarvan de bus slip te, kantelde en nog eenige meters op het wegdek voortschuurde. De inzittenden kwa men er nog al goed af. Eenige werklieden werden door glasscherven gewond. JONGEN VERDRONKEN. Gistermorgen is te Nijmegen de zesjarige P. Verhoeven bij het spelen in de nieuwe haven geraakt. Men bemerkte dit te laat, zoodat hij niet meer kon worden gered. JONGEN GEDOOD BU „OORLOGJE SPELEN." Melkbus werd als kanon gebruikt. Te Raard bij Dokkum waren enkele jon gens Woensdagmiddag bezig met het spel van den dag: „Oorlogje-spelen". Hierbij werden melkbussen gebruikt als kanonnen. In de melkbussen werd wat carbid en water gedaan, waarna het dek sel op de bus werd gedrukt. Wanneer er voldoende gas in de bus aanwezig was werd een brandende lucifer door een klein gaatje in den bodem, in de bus gebracht, hetwelk een explosie tengevolge had waar door het deksel met een luiden knal door het luchtruim vloog. Op een gegeven oogenblik liep het 5-jarig zoontje Rindert, van den heer P. Meinderts- ma te Raard op enkele meters afstand voor de bus langs, juist op het oogenblik dat het deksel er met een luiden knal af sprong Het ventje kreeg het zware dek sel tegen het hoofd en bleef met een ver brijzelden schedel liggen Dr Blanksma van Dokkum, die ijlings werd geroepen en spoedig aanwezig was, kon slechts den dood constateeren. „Msb." OOK DAAR NOG ONVOORZICHTIG HEID! Marechaussee gewond bij demonteeren van granaat. Terwijl een marechaussee van de brigade te Helden-Panningen in de smederij van den heer Gommans te Maasbree bezig was met het demonteeren van een gevonden granaat, is het projectiel tot ontploffing gekomen. De marechaussee liep ernstige verwondingen in het aangezicht op, ter wijl hem duim en wijsvinger van de lin kerhand werden afgerukt. De smid, die bij dit gevaarlijke karweitje tegenwoordig was, kreeg lichte kwetsuren. BRAND IN EEN OPSLAGRUIMTE TE BUSSEM. Gistermiddag om vijf uur wilde de bloe menhandelaar de Jager, te Bussum, in de groote opslagplaats van bloemen, onder zijn winkel aan den Huizerweg een ge deeltelijk gedemonteerd motorrijwiel ver plaatsen. De loshangende draden van de accu maakten daarbij met elkaar contact en plots sloeg uit den motor een groote vlam. De heer de Jager liet van schrik den motor vallen, met het gevolg, dat in een oogwenk het geheele motorrijwiel in brand stond. Toen hij met zand de vlammen wilde doo- ven, stond de groote opslagruimte in lich terlaai en vonden de vlammen hun weg reeds naar buiten, waar zij winkel en woonhuis bedreigden. De brandweer wist evenwel uitbreiding te voorkomen. De opslagruimte brandde geheel uit. Winkel en woonhuis kregen be halve eenige brandschade belangrijke wa terschade. POLITIE TE VENLO DOET GOEDE VANGST. Verduisteraars van tandems gearresteerd. Dank zij het ingrijpen van de recherche te Venlo heeft men de hand kunnen leg gen op een drietal zwervers, die zich te Haarlem, Amsterdam, Utrecht, Eindhoven en Maastricht aan verduistering van tan dems hebben schuldig gemaakt. De politie wist de hand te leggen op ze keren v. W. 'Bij zijn verhoor bleek, dat hij met zijn twee vrienden B. en H. j.l. Zaterdag te Maastricht twee tandems had gehuurd. Met deze vehikels was het drietal naar Venlo gereden Een der tandems was reeds bij een rijwielhandelaar verkocht. Met de andere waren B. en H. doorgefietst in de richting Nijmegen. De politie stelde Nijmegen van een en ander in kennis en daar slaagden men er in de beide verdachten met de zoo goed als nieuwe tandem aan te houden. Beiden zijn overgebracht naar Venlo en voorloo- pig op het politiebureau ingesloten. Bij het voortgezet onderzoek is nog ge bleken, dat b; en H. ook tandems hebben gehuurd te Haarlem, Amsterdam, Utrecht en Eindhoven, om deze resp, te Amster dam, Soest en Weert te verkoopen. De te Maastricht gehuurde tandems zijn opge spoord en door de politie in beslag geno men. Het onderzoek tegen B. en H. wordt nog voortgezet, aangezien deze zich bij herha ling aan gemelde praktijken hebben schul dig gemaakt. De zwerver v. W., die alleen bij de te Maastricht gepleegde verduiste ring betrokken was, is op transport gesteld naar Roermond, ten einde ter beschikking van den officier van Justitie te worden ge steld. „Tel." GEHAMSTERDE GOEDEREN IN BESLAG GENOMEN. Reeds eenigen tijd had de politie van Beverwijk het vermoeden, dat daar ter plaatse een hamster-complot moest be staan, dat er zijn werk van maakte, le- FEITEN, DIE DAAR OP WIJZEN. Den dag na de capitulatie van Frankrijk, 18 Juni, zijn, naar „De Telegraaf" verneemt, nog omstreeks 300 burgers van Nederlandsche nationaliteit in de omge ving van Bordeaux ingescheept naar Enge land. Op het s.s. „Orpheus" bevonden er zich 15, op de „Berenice" (die inmiddels is getorpedeerd) 17, terwijl de overigen zich aan boord bevonden van de „Reggestroom" en de „Nigerstroom". Er is alle reden om aan te nemen, meldt het blad, dat de „Nigerstroom" niet, zooals aanvankelijk gemeld, in de nabijheid van de Fransche kust tot zinken is gebracht. Het vernam van uit Frankrijk terugge keerde reizigers, dat ongeveer 300 Neder landers zich omstreeks midden Juni te Bor deaux ophielden, in afwachting van een gelegenheid om naar Groot-Brittannië over te steken. Op dat tijdstip lag de „Niger stroom" voor anker tegenover Pauillac aan de monding van de Gironde, terwijl de „Reggestroom" zich te Bordeaux bevond. Op 16 Juni ontvingde Needrlandsche con sul aldaar, de heer Maehler, bezoek van den Engelschen kapitein Cameron. Deze deelde mede, van de Britsche admiraliteit opdracht te hebben gekregen, alle Neder landsche schepen in Frankrijk, waarop hü de hand kon leggen, in beslag te nemen. Dit was voor den consul aanleiding, zich den daarop volgenden dag per auto naar de vier Nederlandsche schepen te begeven en den kapiteins opdracht te geven, slechts dan buitenlanders aan boord toe te laten, indien alle aanwezige Nederlanders een plaats op deze schepen gevonden zouden hebben. Dat dit geen ijdele maatregel is geweest, moge blijken uit hetgeen hier volgt. Behalve de 300 Nederlanders toch wa ren er ook nog circa 3000 Britsche burgers en een 1200 Polen, die op inscheping naar Engeland wachtten. Kapitein Cameron wenschte voorrang aan de Engelschen te doen verleenen. Dat dit niet geschied is, kan voor een groot deel aan de interven tie van den heer Maehler worden toege schreven. Op 19 Juni vertrok een trein met Ne derlandsche vluchtelingen uit Bordeaux naar Le Verdon, eveneens aan de monding van de Gironde gelegen. Door de Fransche marine was daar een groote en moderne aanlegpier gebouwd, die evenwel niet ge bruikt kon worden, aangezien de Duitsche luchtmacht er kort te voren magnetische mijnen omheen gestrooid had. Dit was ook reden, dat de Nederlandsche schepen deze omgeving gemeden hadden en te Pointe de Grave, op den uidelijken oever van de Gi ronde aan den Atlantischen Oceaan voor anker waren gegaan. Met een veerpont, die gewoonlijk den dienst tusschen Point de Grave en Royan (aan de Noordpunt van de Gironde) on derhield, werden de vluchtelingen vervol gens naar de schepen gebracht. Aan boord van deze veerpont speelden zich hartverscheurende tooneelen af, want het is te begrijpen, dat er om een plaats op deze pont letterlijk gevochten werd en vensmiddelen buiten de distributie om te verkoopen. Na een nauwkeurig onderzoek is de Be verwij ksche politie er in geslaagd, deze goederen op te sporen en de personen, die er bij betrokken waren, aan te houden. Dinsdagmiddag werd een inval gedaan in een pakhuis aan den Slangenweg te Be verwijk, waar, verborgen, een groote par tij koffie, thee, meel, boter, vet, cacao en rijst werd aangetroffen. Met twee vracht auto's werden de goederen naar het politie bureau vervoerd en daar voorloopig opge slagen. Tegen de betrokkenen, den eige naar van het pakhuis en twee ingezetenen van Velsen, is proces-verbaal opgemaakt. Radio-programma ZATERDAG 21 SEPTEMBER 1940. JAARSVELD, 414,4 M. NCRV-uitzending. 8.00 Nieuwsberichten ANP. 8.10 Schriftlezing, Meditatie 8.25 Gewijde muziek (gr.pl.) 8.35 Gramofoonmuziek 9.15 Apolle-ensemble en gramofoonmu ziek 10.20 Arnhemsehe orkest vereen iging (opn.) 10.30 Morgendienst 11.00 Gra mofoonmuziek 11.25 Fluit, piano en gramofoonmuziek 12.00 Berichten 12.15 Gramofoonmuziek 12.45 Nieuws- en economische berichten ANP. 1.00 Postillons en gramofoonmuziek 2.15 Or gelconcert 3.00 Christ, lectuur 3.30 Piano. 2 violen en gramofoonmuziek 4.15 Gramofoonmuziek 4.35 Zang met pianobegeleiding en gramofoonmuziek 5.15 Nieuws- en economische berichten ANP. 5.30 Voor de jeugd 6.15 Gramo foonmuziek 6.30 VPRO.: Bij bel vertellin gen 6.45 Berichten 7.00 Vragen van den dag ANP. 7.15 Reportage of muziek 7.45 Orgelspel 8.00 Nieuwsberichten ANP. 8.10 Causerie: de kleine zelfstan dige 8.30 Gewijde muziek (opn.) 8.50 Schriftlezing 8.559.00 Nieuwsberich ten ANP. KOOTWIJK, 1875 M. VARA-uitzending. 7.00 Berichten (Duitsch) 7.15 Berich ten (Engelsch) 7.30 Gramofoonmuziek (8.00 Nieuwsberichten ANP.) 10.00 Or gelspel 10.30 Zang, piano en gramofoon muziek 11.00 Gramofoonmuziek 11.15 Berichten (Engelsch) 11.30 Esmeralda en solist 12.30 Berichten (Duitsch) 12.45 Nieuws- en economische berichten ANP. 1.00 VARA-orkest (1.45—2.00 Gra- mofoonmuz. 2.002.15 Berichten Duitsch) 3.00 Gramofoonmuziek 3.30 Berich ten (Engelsch) 3.45 Tuinbouwpraatje 4.15 Orgelspel (met gramofoonmuziek) 5.00 Berichten (Duitsch-) 5 15 Nieuws- en economische berichten ANP. 5.30 Esmeralda 6.15 Berichten (Engelsch) 6.30 Viool en piano 7.00 Vragen van den dag (ANP.) 7.15 VARA-orkest 7.40 Reportage 8.00 Berichten (Duitsch) 8.15 Nieuwsberichten ANP., eventueel gra mofoonmuziek 8.30 Berichten (Engelsch) 8.45 Gramofoonmuziek 8.559.00 Nieuwsberichten ANP. dat vooral de zwaksten het meerendeel der uitgewekenen bestond uit vrouwen en kinderen het hard te verduren hadden. Vooral toen bleek, dat de „Orpheus" en de „Berenice" absoluut vol waren, zoodat de overblyvenden, wilden zij mee, beslist op de „Reggestroom" of de „Nigerstroom" een plaats zouden moeten vinden, werd het een wild gedrang. Het behoeft dan ook geen verwondering te baren, dat beide laatstge noemde schepen ten slotte ver en ver over belast koers zetten naar de Engelsche wkestkust. Wat nu de „Nigerstroom" betreft, het is gelukt, met aan zekerheid grenzende waar schijnlijkheid vast te stellen, dat het schip, dat in de nabijheid van de Fransche kust getorpedeerd is en dat men aanvankelijk voor een Nederlandsche boot had gehou den, een Engelsch vaartuig moet zijn ge weest. Omstreeks denzelfden dag, waarop de Nederlandsche schepen zee kozen, was namelijk een Engelsch vaartuig van 6000 br. reg. ton uit St. Nazaire vertrokken met Engelsche militairen aan boord. Dit schip nu is dicht onder de Fransche kust veron gelukt, getuige het feit, dat in de daaraan volgende dagen honderden lijken zijn aan gespoeld. Hierbij was echter, naar de uit de getuigenissen van zeker wel twintig kustbewoners is gebleken, geen vrouw of kind. En aangezien het gezelschap Neder landers voor het allergrootste deel uit vrou wen en kinderen bestond, mag men wel aannemen, dat de aangespoelde lijken niet van de „Nigerstroom" afkomstig zijn. FEUILLETON Een roman uit het hooge Noorden. Door AGATHE POGNER 32) Buiten wachtte reeds de door de hon den bespannen slee. Nadat de kist hierop was vastgebonden, zette de droeve stoet zich in beweging. Ik liep hand in hand met Pelka. We spraken zeer vyeinig, maar het was mij genoeg, dat zij naast me ljep en dat ik haar kleine, stevige hand in de mijne voelde. Hoe langer ik naast dit zeld zame kind voortschreed, des te meer be sefte ik, welk een groote plaats het in mijn hart had weten te veroveren. De weg naar de begraafplaats was niet lang, slechts een paar kilometer. Maar de tocht was zeer vermoeiend. Wij slaakten een zucht van verlichting, toen wij den grooten heuvel met de vele kruisen voor ons zagen opdoemen.... voor deze kleine nederzetting eigenlijk verschrikkelijk veel kruisen. Langzaam kwamen wy naderbij. De kist werd van de slede genomen en in het graf neergelaten. Daar dit zich ech ter intusschen met helder dooiwater had gevuld, spatte het klaterend naar alle zij den, waarbij de druppels zich op onze kleeren en gezicht vastzetten. Het was de droevigste begrafenis, die ik ooit had meegemaakt. Meer met de oogen dan met de lippen, riep men den overlede ne een laatste „Rust zacht!" toe. Daarna werden de schoppen ter hand genomen. Weldra was het graf met zand en steenen opgevuld en het binnen gedron gen water verdwenen. Naast het graf werd vervolgens nog het gebruikelijke houten kruis zonder naam in den grond geslagen. Tot tweemaal toe viel het om. De derde maal bleef het staan. Zoo langzaam als wij den heuvel opge gaan waren, zoo haastig liepen wij er af. Ieder onzer wist, dat hij dezen heuvel pas dan weer zou bezoeken, wanneer de dood opnieuw een offer zou eischen. Wie echter dit volgende offer zou zijn.... ja, dat lag in God's hand. Hoeveel heb ik er in de vijf en twin tig jaar, dat ik hier op het eiland woon, reeds de laatste eer moeten bewijzen, zei Rodion, toen wij den heuvel achter ons hadden. En van velen staat zelfs vandaag aan den dag het kruis er niet meer. De wind en de koude hebben het totaal opge vreten. Vooral de wind. Die zuigt des noods het merg uit je botten. De mannen spraken over den gestorven kameraad. Hij had op heel de wijde wereld geen enkel familielid. Hij was naar het hooge Noorden gekomen, omdat hij geld wilde verdienen, teneinde zich later in zyn geboorteland een stuk land te kunnen koo- pen. De honden mochten hem allen zoo graag, vertelde Pelka. Hy sprak altijd te gen hen. alsof het menschen waren; dan gingen ze voor hem op den grond zitten om naar hem te luisteren. Semjon heeft hem vaak uitgelaohen. Lees ze liever een verhaaltje voor, zei hij dan, dat zullen ze nog aardiger vinden. Ja, meende Rodion, ik vrees, dat Sem jon ons ook weldra een verhaaltje zal voor lezen, maar dan een verhaaltje met een zeer droevig slot. Zal hij ook sterven? vroeg Pelka haas tig. In haar groote oogen lagen angst en ontzetting. Natuurlijk zal hij sterven, antwoordde Rodion barsch. Hij en ik en wij allemaal. Daarvoor worden we immers voornamelijk geboren! Pelka vlijde zich heel dicht tegen me aan. /Ik wil niet sterven, Arkadi, zei ze ern stig; Sterven is zoo vreeselijk! Omdat je je dan heelemaal niet meer kunt bewegen en niets meer ziet. Maar vooral, omdat je dan in zoo'n leelijke kist wordt gelegd. Groot moe zegt, dat je dat dan niet meer voelt, maar ik geloof van wel. Toen wij in de nederzetting terugkeer den, stond het begrafenismaal reeds op ta fel. Er werd weer evenveel gegeten als on langs bij den doop van het kind. Alleen werd er ditmaal bijna niet gedronken en ook de scherts bleef achterwege. Desondanks ging het er vrij levendig toe. Het was, als of hier elk zijn eigen feest vierde: uit blijd schap, dat hij nog in leven was. Iets later ging ik met Pelka naar Ste- panida. Toen wij de woning wilden binnen gaan, kwam Katja op my toe om my voor den wijn te bedanken. Sinds hij er van gedronken heeft, zei ze, is hij plotseling een ander mensch ge worden. Al zijn angst is verdwenen. Hij heeft een stuk papier genomen en uitge rekend hoeveel dagen het nog duurt voor het eerste, schip van het vasteland hier aan loopt. Hij meent dat hij de boot alleen maar behoeft te zien', om weer geheel gezond te worden. Wacht maar, troostte ik, misschien wordt hij nog wel veel eerder gezond. Maar daarop verkeerde Katja's hoopvol le stemming plotseling in het tegendeel. In machtelooze woede balde ze haar vuisten. Waarom zijn we ook hier naar dit el lendige eiland gekomen. Daarvoor hebben we alles in den steek gelaten. De duivel zelf moet ons deze gedachte hebben ingege ven. Je mag niet onrechtvaardig zijn, Kat ja Je hebt temidden van goede en dappe re menschen gewoond. Werp geen blaam op het land, dat hen herbergt! Moet ik het dan misschien ook nog prijzen, omdat het me zooveel leed en ver driet heeft gebracht? Voor mijn part mag de zee het verzwelgen! Ik zou lachen als dat nog eens gebeurde! Werkelijk, ik zou me doodlachen Op dit oogenblik echter lachte Katja al lerminst. Zy staarde slechts met bedroefde oogen voor .zich uit en wrong wanhopig haar handen. Ach, alles wil ik ten slotte verdragen, als hy maar in leven blijft. Daarop keerde zij zich met hoogroode kleur abrupt om en haastte zich in de rich ting van haar woning. Tegelijkertijd kwam ook Pelka uit het huis van haar moeder. Broertje slaapt. Mamoesja zit voor zijn bedje en is ook in slaap gevallen. Ik keek op myn horloge. Het was acht uur in den ochtend. Hand in hand liep ik met Pelka door de kleine nederzetting. Toen wij voorbij de woning van Katja kwa men, hoorden wij den kleinen Fedja met een glashelder stemmetje een oud volks lied zingen. Waarom heb ik jou toch nooit hooren zingen, Pelka? Zingen? Pelka schudde verbaasd het blonde hoofd. Ik heb nog nooit in mijn leven gezon gen, antwoordde ze ernstig. Zingen is ze ker wel heel moeilijk? Byzonder moeilijk, antwoordde ik. Daarom heb ook ik het vandaag pas ge leerd. Pelka's grootmoeder tikte ongeduldig te gen het raam, want de thee stond reeds op tafel. Ze maakte mij een complimentje, dat ik er zoo goed uitzag. Als je met den herfst weer naar het vasteland terugkeert, Arkadi, zullen de meisjes haar oogen naar je uitkijken. Ik ga nog niet terug, grootmoeder. Ik voel, dat ik nog een jaartje langer hier moet blyven. De vrouw keek me lang en ernstig aan. Daarop zei ze: Ik geloof, dat je daarmee een ver standig besluit hebt genomen. Je zult er stellig geen spijt van hebben. Toen later nog Rodion en Wenjamin zich bij ons voegden, kwam het gesprek op on ze jachtresultaten en daarby bleek, dat ik over mijn vangst in dezen eersten winter alleszins tevreden kon zijn. Ik heb het immers al honderd maal gezegd, riep Rodion lachend, dat je van schieten geen steek verstand behoeft te heb ben om toch de mooiste beren te kunnen treffen. Alles, wat daar voor noodig is, is een gelukkige hand. (Wordt vervolgt.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 7