Qemengde^Befochlen Moeder verdrinkt haar dochtertje Ik hèb gekozen, Arkadi... Een rijke steun trekker VOETGANGERS, MAANDAG 19 AUGUSTUS 1940 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 8 ZIJ WIST NIET WAT ZIJ DEED In een vlaag van waanzin heeft Zaterdag in den loop van den morgen, een ongeveer 40-jarige vrouw haar kindje van drie en een halve maand, een meisje, in den Amstel verdronken. De daderes is later op den dag, toen het drama bekend werd, gearresteerd, waarna het lijkje van de kleine uit den Amstel is opgehaald. De vrouw, die in een zijstraat van de Van Woustraat te Amsterdam woont, met haar man en een 18-jarigen zoon, was den laatsten tijd eenigszins overstuur geraakt. Haar man, een kleermaker, wist dit natuur lijk en probeerde telkens door kalmte zijn vrouw tot rust te brengen. Zij maakte zich ernstig bezorgd over haar 18-jarigen zoon, die binnenkort naar een sanatorium zou moeten, om daar herstel te zoeken voor een ernstige ziekte. Zijzelf was ook niet sterk en vermoedelijk niet bestand tegen de spanningen van deze dagen. Hoe het ook zij, toen Zaterdagmorgen haar man naar zijn werk zou gaan, nam hy voor zorgsmaatregelen, opdat zijn vrouw niet den geheelen morgen alleen zou zijn. Hij waarschuwde een schoonzuster, die in den loop van den morgen zijn vrouw zou komen opzoeken. Wat er precies gebeurd is, zal wel altijd een raadsel blijven. Het staat in ieder ge val vast, dat de vrouw ihaar baby in den loop van den morgen in een soort cape heeft gewikkeld, vervolgens naar den Amstel is geloopen en de kleine daarin heeft gegooid, op een oogenblik dat er niemand anders in de buurt was. Na haar vreese- lijke daad is de vrouw naar de woning van de schoonzuster gegaan aan wie zij een zeer verward verhaal deed. Zij vertelde, dat zij aan den Amstel een andere vrouw had zien loopen met haar kindje in de armen en dat deze onbekende vrouw het kind ten slotte had verdronken. Het ver haal was zoó verward, dat de schoonzuster er aanvankelijk geen wijs uit kon worden, doch wel begrijp dat er iets ontzettends gebeurd moest zijn Zij ging direct naar de politie van het bureau aan de Pieter Aertszstraat, waarvan de recherche zoo snel mogelijk een onderzoek instelde. Met vel moeite slaagde men er in de plaats te vinden aan den Amstel, waar het kind in het water werd geworpen. Een agent ging hier direct dreggen en haalde inderdaad het kind op. De levensgeesten waren reeds lang geweken. „N. v. d. D." JONGETJE BIJ HET SPELEN TE FEUILLETON Een roman uit het hooge Noorden. Door AGATHE POGNER 4) 19 Juli. Den dag na Taja's plotselingen dood had ik Maria een telegram gezonden. Zij ant woordde per omgaande, eveneens langs telegrafischen weg en betuigde mij haar hartelijke deelneming. Op den dag der begrafenis zond ik haar een tweede draad- bericht. Het kwam als onbestelbaar terug. Maria was ter ontspanning naar de Schot- sche bergen getrokken en had geen nader adres achtergelaten. Ik betreurde dat ten zeerste, want nog nooit had ik haar zoo gemist als op dezen dag. Pascha bracht mij mijn thee. Ze was blij, dat ik het glas niet wegschoof, maar het onmiddellijk leeg dronk. Ik greep mijn pet om uit te gaan, toen plotseling Tit in de deuropening stond. Ga je al weer aan het werk? vroeg hij. Aan het werk? Hoe kom je daarbij? Omdat je je uniform aan hebt. Verbaasd keek ik langs mijn lichaam. Inderdaad, ik droeg een uniform en nog wel het nieuwe, dat ik voor mijn trouwen had laten maken. Maar ik had de laatste dagen zoo weinig acht geslagen op mijn uiterlijk, dat ik nauwelijks wist, wat' ik aan had. Maar clandestien |uwelier POLITIE VINDT VOOR DUIZENDEN AAN JUWEELEN. Een bedrag van ruim elfhonderd gulden aan bankpapier, een prachtige platina ring, bezet met brillanten, ter waarde .van circa vier duizend gulden, een platina sierspeld, bezet met brillanten, ter waarde van circa acht honderd en vijftig gulden, nog een aan tal gouden ringen, platina oorknoppen, be zet met brillanten, prachtige oorbellen be zet met brillanten, zilveren lepels en vor ken enz. hebben twee rechercheurs van het bureau Jonas Daniël Meyerplein ge vonden bij een gearresteerden steuntrek ker die reeds sinds geruimen tijd iedere week steun ontving en dus als armlastige te boek staat bij Maatschappelijken Steun, al dus het „N v d D." De man die een riant huis aan den Am stel bewoont en diamantbewerker van zijn beroep is, dreef in zijn velen vrijen tijd han del in goud en zilver waaraan hij zeker tienmaal meer kon verdienen dan zijn steun bedroeg. Niettemin gaf hij zijn ver diensten niet op, doch haalde rustig iedere week zijn steungeld. Zondagmorgen liep hij in de val. Toen twee rechercheurs van het bureau Jonas Danilë' Meyerplein, de heeren Klarenbeek en Elzer, in de buurt van hèt Weesper- plein surveilleerden en op zoek waren naar clandestiene handelaren in goud en zilver, die geen registers bijhouden. Er zijn tal van dergelijke handelaren, die het niet aangenaam vinden de wettelijk voorge schreven registers, waarin o.m. de her komst, de inkoop- en verkoopsprijs, aan wien weer verkocht enz. moeten worden vermeld, bij te houden. Tientallen van deze lieden zijn reeds door de politie betrapt en nog steeds wor den zij opnieuw ontdekt. Telkens is daarbij gebleken, dat deze handelaren ongekeurd en veelal gesmok keld goud en zilver onder elkaar verhan delen. MEEGESLEURD DOOR DEN STROOM Jongeman te Scheveningen verdronken Gistermiddag is op het Noorderstrand te Scheveningen de 20-jarige C. D. van der H., wonende in Den Haag, bij het zwem men door den stroom meegesleurd en ver dronken. Het lijk van den jongeman is later aan gespoeld en naar het ziekenhuis gebracht VISSCHER DOOR TREIN OVERREDEN. Ik denk er niet aan den dienst te hervatten, antwoordde ik. Ik was immers van plan met Ta ja een grootë wereldreis te gaan maken en daarom heb ik tot 1 September verlof gevraagd. Trouwens, ik denk heelemaal ontslag uit den dienst te vragen. Och kom, dat meen je niet! Toch! Ik wil een andere bezigheid zoe ken. Al'een weet ik nog niet welke. Dan weet ik het wel. Je zult je uit gestrekte landgoed voortaan zelf gaan be- heeren. Het is werkelijk zeer gewensc'nt, dat. Ik schudde ontkennend het hoofd. Nee, Tit, voor heereboer ben ik niet in de wieg gelegd. Wie den grond wil be bouwen en daarvan wil oogsten, die moet met de aarde zijn opgegroeid als een moe der met haar kind. Ik voel me veel meer tot het v/ater aangetrokken. Dat is nog beter Dan kun je mis schien een ,an de hier gevestigde reede- rijen overnemen, om haar omhoog te wer ken of desn< ods sticht je zelf een nieuwe. Aan het geiu, dat daarvoor noodig is, onr- breekt het ie niet, je zult zeif nog genoeg overhouden Eventueel zou je ook een scheepswerf kunnen laten bouwen, als je er maar voor zorgt, dat je dan zóó komt te liggen, dat de schepen ook 's winters kun nen uitvaren. Anders kom je, als alle an dere lui hier, in het ijs vast te zitten, met het gevolg, cat de Amerikanen, zooals steeds, de grootste walvisschen voor onze kust weghalen. Hoe kom je zoo plotseling op wal visschen? Wel, ik dacht zoo, als je een werf hebt cf een reederij, zou je er net zoo goed een paar walvischvaarders bij kunnen hou den. Dat zou weer een aantal menschen aan Ring aan -den pink. Toen de rechercheurs Zondagmorgen in de Sarpathistraat liepen zagen zij twee mannen staan die daar een gouden ring verkwanselden. Dit gebeurde zóó geraffi neerd, dat het tooneeltje onopgemerkt bleef voor de voorbijgangers. Een der hee ren schoof den ander achter zijn ring aan den pink. Toen het zoover was wandelden de handelaren naar een zaak hier dicht in de buurt waar de clandestiene handel verder zou worden voortgezet. Ze waren het blijkbaar niet eens over den prijs en zouden het ding laten keuren. Nauwelijks waren zij binnen of een der rechercheurs wandelde ook de zaak in, knipperde geweldig met zijn oogen en vroeg aan den winkelier wat hem een nieuw glas in zijn ouden bril zou kosten.... Terwijl de winkelier den bril bekeek, hoorde de rechercheur alles was de beide handelaren aan elkaar te vertellen had den. Plotseling haast. Twaalf gulden voor den gouden ring, het was te duur. De koop sprong af en dus verlieten de heeren de zaak. Ook de „klant" met den ouden bril had plotseling haast. Hij ging een der handelaren achterna en greep hem een eind verder in zijn kraag. De tweede koopman werd door den ande ren rechercheur gearresteerd. Beiden werden overgebracht naar het bureau Jonas Daniël Meyerplein waar een der mannen steuntrekker bleek te zijn. Bij fouilleering vond de politie op hem het kleine kapitaal van elfhonderd vijf en twin tig gulden plus den prachtigen platina ring van ƒ4000. Bij een huiszoeking in de woning van dezen rijken steiWrekker vond de politie de rest aan de kostbaarste sieraden die een groot kapitaal vertegenwoordigden. Zoowel het geld als de sieraden werden door de politie in beslag genomen. Het zal vandaag waarschijnlijk aan Maatschappe lijken Steun getoond worden. De politie zal natuurlijk onderzoeken waar de kostbaar heden vandaan komen. De tweede verdachte bleek een make laar te zijn die eveneens allerlei kostbaar heden, een platina collier met hanger, rin gen, enz. bij zich had zonder register. Ook deze sieraden werden in beslag genomen. De steuntrekker vertelde nog dat hij juist dezer dagen een broche ter waarde van circa twaalfhonderd gulden had verhan deld.... volgende kwam vast te staan. Zaterdag avond vervoegde zich een ruim 50-jarige man, die een fiets bij zich had, bij een café houder aan de Muidervaart nabij het vo rengenoemde spborviaduct. Hij verklaar de 's nachts te willen visschen en liet zijn fiets in het café achter. Bij het lijk werden Zondagochtend twee fleschjes aangetrof fen* het eene was lefeg; het andere was nog gedèeltelijk gevuld met alcohol. Vermoed wordt, dat de man door den sterken drank beneveld is geraakt, over de spoorrails is gestruikeld en toen door een trein is overreden. Uit een rij wiel plaatje, dat bij het lijk aan getroffen werd, bleek, dat de om het leven gekomene was G. F., wonende in de Uit hoornstraat te Amsterdam. Het stoffelijk overschot werd voorloopig naar het lijken huisje te Diemen overgebracht. TRAMBOTSING OP LIJN EDAM—VOLENDAM. Bestuurder sprong van zijn wagen af, maar deze ging door öp het baanvak EdamVolendam van de N.Z.H.T.M. "zijn Zondag twee tramtrei nen op elkaar gebotst. De materieele scha de is groot. Een wagenbestuurder geraakte gewond. De tram uit Edam was een onveilig baan vak opgereden en toen de bestuurder op 't enkelspoor van dan anderen kant plot seling op eenigen afstand 'den tegenligger het werk zeiten en hèt lijkt me bovendien een aardige winstmogelijhkeid. Verlang je niet wat te veel opeens? Het was maar een voorstel. De keus is aan jou: reederij, werf, walvischvangst? Dat wel, maar ik geloof, dat het nog geruimen tijd zal duren, voor ik tot een oeslait kom. Tit keek mij eenigszins eigenaardig van terzijde aan. In zijn bruine oogen hij had dezelfde oogen als zijn zuster stond d.lideiijk te lezen: Daar heb ik geen oogen blik aan getwijfeld. Ik greep opnieuw naar mijn uniformpet. Waar ga je heen? Naar je chefs, om afscheid te nemen? Dat afscheid heeft zoo'n haast niet. Ik heb voorloopig nog wel wat belangrijkers te doen. In de eerste plaats zit ik met al die nieuwe meubelen. Ik wil probeeren, of de leveranciers ze niet voor de helft van den prijs willen terugnemen. Maar man, laat die meubels toch met rust. Ze staan immers geen mensch in den weg. Mij staan ze in den weg. Dat is vol doende. Nu was het Tit, die zijn hoofd schudde. Je bent een zonderlinge kerel, Arka di.' Trouwens, dat ben je altijd geweest. Misschien was het juist wel deze karakter trek, waardoor ik mij tot je aangetrokken voelde. Enfin, laten we daarover zwijgen. Wanneer zien we elkaar weer? Dat kan ik je op het oogenblik niet zeggen. Maar ik kom wel eens aanloopen. Misschien wip ik ook wel even bij je op het kantoor aan. Heb je het druk? Nee, dat gaat nogal. Overigens, als jong advocaat kan ik tevreden zijn. Bij het hek namen we afscheid. Daarna ging ik op weg naar de leveranciers. Het is voor zich zag, geraakte hy geheel over stuur. Signalen klonken nog, de geschrok ken bestuurder probeerde nog te remmen, dit ging hem blijkbaar niet snel genoeg, want plotseling trok hij de deur open van het voorbalkon en sprong van zijn wagen. Zonder bestuurder reed de trein op dien uit Edam, welke reeds gestopt had en langzaam achteruit ging. De botsing kwam echter nog hevig aan, de wagen zonder be stuurder werd van voren geheel in elkaar gedrukt. De ruiten sprongen. Voor de passagiers liep het wonderwel af. Zij kwamen met den schrik vrij. De wa gen uit de richting Edam kreeg lichte scha de. Bij zijn sprong kwam de bestuurder on gelukkig terecht. Hij is later met een ge broken been naar het Wilhelminagasthuis in de hoofdstad overgebracht. „N. v. d. D." LANDBOUWERSWONING AFGEBRAND. Vrijdagavond laat is brand ontstaan in de woning, van den landbouwer J. Boes veld te Hall, gemeente Brummen. De be woners, die reeds ter ruste waren gegaan, konden zich met moeite in veiligheid stel len. Het geheele perceel werd door het vuur verwoest. Vier varkens kwamen in de vlammen om. De landbouwer had zijn huis en inboedel slechts laag verzekerd. ZIJ DACHT SMOKKELBOTER TE KOOPEN Maar het was geoorloofde appelmoes Een juffrouw te Amsterdam kreeg dezer dagen een man aan de deur die haar boter te koop aanbood, aldus vertelt het „N. v. d. D." Hij deed dit nogal geheimzinnig. De jufrouw moest er vooral ook niet over praten, dan kon hij nog wel wat leveren. Een klein blik voor 1.85, een iets grooter voor 2.80. Het was prima waar en in deze goed afgesloten blikken zou zij de boter lang kunnen bewaren. De juffrouw was niet weinig verrast, zoo maar boter zonder bon aangeboden te krijgen. Zij bestelde direct zes blikken, die zij onmiddellijk kreeg en die zij ook direct betaalde. Zij was er gelukkig' mee en ver telde bij de thuiskomst van haar man direct van haar goeden aankoop. Manlief wilde de blikken wel eens zien. Daar stonden ze, zes op een rijtje. Zou ze goed blijven? Den man kon zijn nieuwsgierigheid niet bedwingen en besloot er een open te maken. Vol spanning wachtte zijn echtgenoote op het oogenblik, waarop ^e man met veel moeite een blik had opengekregen. Toen was de illusie weg. Er zat geen boter in, maar.appelmoes. JONGEN VAN DRIE JAAR ALLEEN IN DEN TREIN. Duitsche militairen vonden den kleuter. Een jongetje van ongeveer drie jaar uit Winschoten was er dezer dagen in geslaagd in een trein te komen, die naar Nieuwe- schans ging. Daar werd het door de Duit sche militairen in een coupé aangetroffen. Het kind wist alleen te vertellen, dat het Jopie heette. De politie uit verscheidene plaatsen in den omtrek werd gewaar schuwd. In den loop van dien middag kwam uit Winschoten bericht, dat het kind daar woonde. Het werd onder geleide van een dame, die ook naar Winschoten moest, naar huis gebracht, waar het door den ge lukkigen vader in ontvangst werd geno men. MOEDER LAAT TIEN KINDEREN IN DEN STEEK. De politie gaart hen uit diverse stadswijken weer bijeen. Er zijn situaties in het leven, waarin een wandaad en zelfs een misdaad begrijpelijk wordt. Maar een daad, als waarvan wy nu melding moeten maken, is wel nauwelijks 'begrijpelijk te maken. Laat heelemaal me niet gemakkelijk gevallen, maar het werd bepaald een kwelling voor me, toen ik van die wildvreemde menschen betui gingen van deelneming in ontvangst moest nemen. Ten slotte betreurde ik haast mijn besluit om mij van de meubels te ont doen. Ik had verwacht, dat ik deze aangele genheid in een, hoogstens in twee dagen zou kunnen afdoen. Spoedig echter kwam ik tot de ontdekking, dat er twee weken mee gemoeid waren. Elk meubelstuk moest zorgvuldig verpakt worden om te voorkomen, dat het door het hernieuwde transport werd beschadigd. Maar eindelijk kwam dan toch het mo ment, waarop Klim mij kon meedeelen, dat het laatste stuk was ingeladen en de laatste vrachtauto den tuin had verlaten. Ik slaakte een zucht van verlichting, be trad voor het eerst sinds dien ongeluksdag mijn huis en begaf mij naar de eerste ver dieping. Verschillende kamers waren leeg. Slechts één vertrek was zoo gebleven, als ik het had ingericht. Dat was de toren kamer. Er stonden geen meubels, doch op den grond lagen tapijten en mollige kus sens, die ik uit verschillende Aziatische landen had meegebracht. Van drie van deze kussens en een paar dekens had ik een heerlijk rustbed gemaakt. Op den dag voor de huwelijksvoltrekking was Taja hier bo ven geweest; ze had zich direct op het rustbed laten vallen en uitgeroepen: Het liefst zou ik heelemaal niet meer opstaan. De herinnering aan het feit, dat. Taja zich hier eens zoo behaaglijk had gevoeld, deed mij liefkoozend met my'n hand over het hoofdkussen strijken. Daar hield ik plotse ling een van haar goedblonde haren in mijn hand. Aanvankelijk vervulde deze on- R.K. Ver. v. Kraamverzorging v. alfe gezindten te Leiden en Omstreken Plaatsing-Bureau le Binnenvestgracht 30, voorheen Boerhaavestr. verleent hulp door gediplomeerde krachten Geopend eiken DINSDAG- en DONDER. DAGMIDDAG van 24 uur tot het ver- strekken van de gewenschte inlichtingen, aanmelden van contribueerende leden en aanvragen voor kraamhulp - Telef. 23420. b. g. g. Inlicht. K 08. Aanvragen (schriftelijk) adres 1ste Bin nenvestgracht 30. staan, dat men er vergoelijking voor vin den zou. Een veertigjarige weduwe uit de Jan Steenstraat te 's-Gravenhage heeft dezer dagen haar heelen inboedel te gelde ge maakt. Nadat deze voorbereiding getrof fen was, heeft zij haar tien kinderen, van wie de oudste vijftien jaar is en de jong. ste net zes maanden telt, de straat op ge stuurd en is er daarna vandoor gegaan met een getrouwden man. Sindsdien is zij niet teruggezien. De kinderen zijn door de politie op ver schillende punten van de stad zwervende aangetroffen en meegenomen. Eenigen liepen er bij de Scheveningche hotels om eten te bedelen. Toen ze alle tien bijeengebracht waren een deerniswekkend troepje heeft de politie ze aan de goede zorgen van den voogdijraad toevertrouwd, die hen naar de Annastichting heeft gebracht, waar ze lief derijk zijn opgenomen. TWAALF MAN AAN DE ROULETTE TAFEL. Toen kwam de politie binnen. Twaalf spelers aan een roulettetafel te Amsterdam zagen gisteravond plotseling eenige revolvers op zich gericht. Uit de mond van de politie klonk het krachtige bevel: „Handen op"! Twaalf paar handen gingen omhoog. De spelers werden gefouil leerd en een flinke som geld kwam op tafel. De snelle, overrompelende aanval van de politie in een speelhol aan de 2de Wete ringdwarsstraat was met succes bekroond. Reeds eenigen tijd had de politie het ver moeden, dat in het sousterrain van het per ceel een speelhol was gevestigd, 's Avonds laat en ook 's nachts kwamen er steeds be zoekers, hetgeen een aanwijzing was, dat er in het huis dingen gebeurden, die het daglicht niet kon verdragen. Het vermoe den van de politie, dat er een speelhol ge vestigd was, werd spoedig bevestigd. De roulette draaide er, de fiches ontbraken evenmin. De inzet van de spelers was meestal niet zoo groot, maar men kon zy'n geld aan het groene laken gemakkelijk kwijt. Tot de spelers behoorden ook steun trekkers, die him geluk gingen beproeven, maar het spel maakte hen niet rijker, wèl armer. Andere lieden, die over meer geld middelen beschikten, verspeelden soms aanzienlijke bedragen. De politie is met succes opgetreden. Vier politiemannen van het bureau Raampoort gingen op pad. Een hunner belde aan. De man, die de deur opende, werd snel en zonder veel herrie overmeesterd. De politie drong de woning behoedzaam binnen en slaagde er in de be zoekers volkomen in hun spel te verrassen. Zij zijn allen per politieauto naar het bu reau Stadhouderskade vervoerd. Proces verbaal werd opgemaakt. In den loop van den nacht konden de spelers huiswaarts keeren. De roulettetafel met toebehooren is in beslag genomen. er dreigt U groot gevaar, indien gij loopt op den rijweg en niet op het trottoir! Vereeniging voor VeiligVerkeer. verwachte vondst mij met weemoed. Dat was alles, wat mij van mijn liefdedroom, wat van een jong, levenslustig menschen- kind was overgebleven. Dan echter voel de ik mij aangegrepen door een machte- looze woede. Driftig wierp ik de haar weer terug op het kussen. Nu mij alles was ont nomen, wilde ik met een dergelijke futili teit geen genoegen nemen. Langzaam ging ik de trap af. Mijn voet stappen schalden dof door de hall. Ik had het altijd gevoeld: dit huis was veel te groot voor mij. Vroeger, ja, toen leek het vaak te klein. Vroeger, toen ons geheele gezin nog bijeen was en een vroolijke lach van frissche meisjeslippen klaterde.... Als eerste verliet mijn vader ons. Hij redde twee kinderen van den verdrin kingsdood. Daar hij echter zélf in dien tijd niet sterk was, haalde hij zich een zware verkoudheid op den hals, welke tenslotte overging in longontsteking. Na eenige we ken van geduldig lijden werd hij van ons weggerukt. Daarna traden mijn beide zus ters in het huwelijk, beiden op denzelfden dag en beiden gingen naar een verafgele gen stad. Mijn moeder zy was een knappe en trotsche, maar zeer stille en eenzame vrouw bleef nog een jaar bij me. Toen trouwde zij opnieuw met een man, die bui ten in de toendra, aan den oever van een kleine rivier een stukje land had gekocht en ten slotte door noeste vlijt den on- vruchtbaren grond had weten te bedwin gen. In de geheele stad vertelde men el kaar zijn succes, dat schier aan het won derbaarlijke grensde, want men moest de toendra, waarop slechts de jagel, het voed sel van de rendieren groeit, kennen om te kunnen begrijpen, wat deze man had ge presteerd. (Wordt vervolgd) WATER EN VERDRONKEN Zondagmiddag omstreeks half één is het 5-jarige jongetje W. A. B., wiens ouders aan de Adelaarsweg te Amsterdam wonen, in een onbewaakt oogenblik bij het spelen langs het Noordhollandsch kanaal te water geraakt. Dit gebeurde aan den kant van het Volewijckspark in de onmiddellijke nabijheid van het politiebureau. Een vrouw, die het jongetje in het water zag liggen, waarschuwde het bureau en reeds vrij spoedig nadat het kind te water moet zijn geraakt, had een agent van politie het met een dreg op het droge gebracht. Pogingen van een te hulp gesnelden dokter en van de G.G. en G.D. om de levensgeesten door kunstmatige adem haling op te wekken, bleven echter vruch teloos. Verminkt lijk gevonden. Een groot deel van den Zondagochtend heeft wegpersoneel van de stations Am sterdam en Weesp en ook de Wiemer poli tie een speurtocht gehouden langs de spoorbaan tusschen Diemen en het Mer- wedekanaal, naar aanleiding van hetgeen doro treinmachinisten aan het Centraal Station te Amsterdam was gerapporteerd. Een rapport, dat in den loop van den och tend binnenkwam, luidde, dat een man blijkbaar door een der treinen totaal ver morzeld was, nabij het spoorviaduct op den ouden Muiderstraatweg. Wegpersoneel van het station Weesp is toen naar de aange duide plek gegaan en heeft inderdaad het geheel verminkte lijk aldaar aangetroffen. Ook de Diemer politie had van een en an der kennis gekregen en heeft een uitge breid onderzoek ingesteld, waardoor het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 8