Qemengde^Befochlen
Moeder verdrinkt
haar dochtertje
Ik hèb gekozen,
Arkadi...
Een rijke steun
trekker
VOETGANGERS,
MAANDAG 19 AUGUSTUS 1940
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 8
ZIJ WIST NIET WAT ZIJ DEED
In een vlaag van waanzin heeft
Zaterdag in den loop van den morgen,
een ongeveer 40-jarige vrouw haar
kindje van drie en een halve maand,
een meisje, in den Amstel verdronken.
De daderes is later op den dag, toen
het drama bekend werd, gearresteerd,
waarna het lijkje van de kleine uit den
Amstel is opgehaald.
De vrouw, die in een zijstraat van de
Van Woustraat te Amsterdam woont, met
haar man en een 18-jarigen zoon, was den
laatsten tijd eenigszins overstuur geraakt.
Haar man, een kleermaker, wist dit natuur
lijk en probeerde telkens door kalmte zijn
vrouw tot rust te brengen. Zij maakte zich
ernstig bezorgd over haar 18-jarigen zoon,
die binnenkort naar een sanatorium zou
moeten, om daar herstel te zoeken voor
een ernstige ziekte. Zijzelf was ook niet
sterk en vermoedelijk niet bestand tegen
de spanningen van deze dagen. Hoe het
ook zij, toen Zaterdagmorgen haar man
naar zijn werk zou gaan, nam hy voor
zorgsmaatregelen, opdat zijn vrouw niet
den geheelen morgen alleen zou zijn. Hij
waarschuwde een schoonzuster, die in den
loop van den morgen zijn vrouw zou
komen opzoeken.
Wat er precies gebeurd is, zal wel altijd
een raadsel blijven. Het staat in ieder ge
val vast, dat de vrouw ihaar baby in den
loop van den morgen in een soort cape
heeft gewikkeld, vervolgens naar den
Amstel is geloopen en de kleine daarin heeft
gegooid, op een oogenblik dat er niemand
anders in de buurt was. Na haar vreese-
lijke daad is de vrouw naar de woning van
de schoonzuster gegaan aan wie zij een
zeer verward verhaal deed. Zij vertelde,
dat zij aan den Amstel een andere vrouw
had zien loopen met haar kindje in de
armen en dat deze onbekende vrouw het
kind ten slotte had verdronken. Het ver
haal was zoó verward, dat de schoonzuster
er aanvankelijk geen wijs uit kon worden,
doch wel begrijp dat er iets ontzettends
gebeurd moest zijn Zij ging direct naar de
politie van het bureau aan de Pieter
Aertszstraat, waarvan de recherche zoo
snel mogelijk een onderzoek instelde. Met
vel moeite slaagde men er in de plaats te
vinden aan den Amstel, waar het kind in
het water werd geworpen. Een agent ging
hier direct dreggen en haalde inderdaad
het kind op. De levensgeesten waren reeds
lang geweken. „N. v. d. D."
JONGETJE BIJ HET SPELEN TE
FEUILLETON
Een roman uit het hooge Noorden.
Door AGATHE POGNER
4)
19 Juli.
Den dag na Taja's plotselingen dood had
ik Maria een telegram gezonden. Zij ant
woordde per omgaande, eveneens langs
telegrafischen weg en betuigde mij haar
hartelijke deelneming. Op den dag der
begrafenis zond ik haar een tweede draad-
bericht. Het kwam als onbestelbaar terug.
Maria was ter ontspanning naar de Schot-
sche bergen getrokken en had geen nader
adres achtergelaten. Ik betreurde dat ten
zeerste, want nog nooit had ik haar zoo
gemist als op dezen dag.
Pascha bracht mij mijn thee. Ze was
blij, dat ik het glas niet wegschoof, maar
het onmiddellijk leeg dronk. Ik greep mijn
pet om uit te gaan, toen plotseling Tit in
de deuropening stond.
Ga je al weer aan het werk? vroeg hij.
Aan het werk? Hoe kom je daarbij?
Omdat je je uniform aan hebt.
Verbaasd keek ik langs mijn lichaam.
Inderdaad, ik droeg een uniform en nog
wel het nieuwe, dat ik voor mijn trouwen
had laten maken. Maar ik had de laatste
dagen zoo weinig acht geslagen op mijn
uiterlijk, dat ik nauwelijks wist, wat' ik
aan had.
Maar clandestien |uwelier
POLITIE VINDT VOOR DUIZENDEN AAN
JUWEELEN.
Een bedrag van ruim elfhonderd gulden
aan bankpapier, een prachtige platina ring,
bezet met brillanten, ter waarde .van circa
vier duizend gulden, een platina sierspeld,
bezet met brillanten, ter waarde van circa
acht honderd en vijftig gulden, nog een aan
tal gouden ringen, platina oorknoppen, be
zet met brillanten, prachtige oorbellen be
zet met brillanten, zilveren lepels en vor
ken enz. hebben twee rechercheurs van
het bureau Jonas Daniël Meyerplein ge
vonden bij een gearresteerden steuntrek
ker die reeds sinds geruimen tijd iedere
week steun ontving en dus als armlastige te
boek staat bij Maatschappelijken Steun, al
dus het „N v d D."
De man die een riant huis aan den Am
stel bewoont en diamantbewerker van zijn
beroep is, dreef in zijn velen vrijen tijd han
del in goud en zilver waaraan hij zeker
tienmaal meer kon verdienen dan zijn
steun bedroeg. Niettemin gaf hij zijn ver
diensten niet op, doch haalde rustig iedere
week zijn steungeld.
Zondagmorgen liep hij in de val. Toen
twee rechercheurs van het bureau Jonas
Danilë' Meyerplein, de heeren Klarenbeek
en Elzer, in de buurt van hèt Weesper-
plein surveilleerden en op zoek waren
naar clandestiene handelaren in goud en
zilver, die geen registers bijhouden. Er zijn
tal van dergelijke handelaren, die het niet
aangenaam vinden de wettelijk voorge
schreven registers, waarin o.m. de her
komst, de inkoop- en verkoopsprijs, aan
wien weer verkocht enz. moeten worden
vermeld, bij te houden.
Tientallen van deze lieden zijn reeds
door de politie betrapt en nog steeds wor
den zij opnieuw ontdekt.
Telkens is daarbij gebleken, dat deze
handelaren ongekeurd en veelal gesmok
keld goud en zilver onder elkaar verhan
delen.
MEEGESLEURD DOOR DEN STROOM
Jongeman te Scheveningen verdronken
Gistermiddag is op het Noorderstrand te
Scheveningen de 20-jarige C. D. van der
H., wonende in Den Haag, bij het zwem
men door den stroom meegesleurd en ver
dronken.
Het lijk van den jongeman is later aan
gespoeld en naar het ziekenhuis gebracht
VISSCHER DOOR TREIN OVERREDEN.
Ik denk er niet aan den dienst te
hervatten, antwoordde ik. Ik was immers
van plan met Ta ja een grootë wereldreis
te gaan maken en daarom heb ik tot 1
September verlof gevraagd. Trouwens, ik
denk heelemaal ontslag uit den dienst te
vragen.
Och kom, dat meen je niet!
Toch! Ik wil een andere bezigheid zoe
ken. Al'een weet ik nog niet welke.
Dan weet ik het wel. Je zult je uit
gestrekte landgoed voortaan zelf gaan be-
heeren. Het is werkelijk zeer gewensc'nt,
dat.
Ik schudde ontkennend het hoofd.
Nee, Tit, voor heereboer ben ik niet
in de wieg gelegd. Wie den grond wil be
bouwen en daarvan wil oogsten, die moet
met de aarde zijn opgegroeid als een moe
der met haar kind. Ik voel me veel meer
tot het v/ater aangetrokken.
Dat is nog beter Dan kun je mis
schien een ,an de hier gevestigde reede-
rijen overnemen, om haar omhoog te wer
ken of desn< ods sticht je zelf een nieuwe.
Aan het geiu, dat daarvoor noodig is, onr-
breekt het ie niet, je zult zeif nog genoeg
overhouden Eventueel zou je ook een
scheepswerf kunnen laten bouwen, als je
er maar voor zorgt, dat je dan zóó komt te
liggen, dat de schepen ook 's winters kun
nen uitvaren. Anders kom je, als alle an
dere lui hier, in het ijs vast te zitten, met
het gevolg, cat de Amerikanen, zooals
steeds, de grootste walvisschen voor onze
kust weghalen.
Hoe kom je zoo plotseling op wal
visschen?
Wel, ik dacht zoo, als je een werf
hebt cf een reederij, zou je er net zoo goed
een paar walvischvaarders bij kunnen hou
den. Dat zou weer een aantal menschen aan
Ring aan -den pink.
Toen de rechercheurs Zondagmorgen in
de Sarpathistraat liepen zagen zij twee
mannen staan die daar een gouden ring
verkwanselden. Dit gebeurde zóó geraffi
neerd, dat het tooneeltje onopgemerkt
bleef voor de voorbijgangers. Een der hee
ren schoof den ander achter zijn ring aan
den pink. Toen het zoover was wandelden
de handelaren naar een zaak hier dicht
in de buurt waar de clandestiene handel
verder zou worden voortgezet. Ze waren
het blijkbaar niet eens over den prijs en
zouden het ding laten keuren.
Nauwelijks waren zij binnen of een der
rechercheurs wandelde ook de zaak in,
knipperde geweldig met zijn oogen en vroeg
aan den winkelier wat hem een nieuw glas
in zijn ouden bril zou kosten....
Terwijl de winkelier den bril bekeek,
hoorde de rechercheur alles was de beide
handelaren aan elkaar te vertellen had
den.
Plotseling haast.
Twaalf gulden voor den gouden ring, het
was te duur. De koop sprong af en dus
verlieten de heeren de zaak. Ook de „klant"
met den ouden bril had plotseling haast.
Hij ging een der handelaren achterna en
greep hem een eind verder in zijn kraag.
De tweede koopman werd door den ande
ren rechercheur gearresteerd.
Beiden werden overgebracht naar het
bureau Jonas Daniël Meyerplein waar een
der mannen steuntrekker bleek te zijn. Bij
fouilleering vond de politie op hem het
kleine kapitaal van elfhonderd vijf en twin
tig gulden plus den prachtigen platina
ring van ƒ4000.
Bij een huiszoeking in de woning van
dezen rijken steiWrekker vond de politie
de rest aan de kostbaarste sieraden die een
groot kapitaal vertegenwoordigden.
Zoowel het geld als de sieraden werden
door de politie in beslag genomen. Het zal
vandaag waarschijnlijk aan Maatschappe
lijken Steun getoond worden. De politie zal
natuurlijk onderzoeken waar de kostbaar
heden vandaan komen.
De tweede verdachte bleek een make
laar te zijn die eveneens allerlei kostbaar
heden, een platina collier met hanger, rin
gen, enz. bij zich had zonder register. Ook
deze sieraden werden in beslag genomen.
De steuntrekker vertelde nog dat hij juist
dezer dagen een broche ter waarde van
circa twaalfhonderd gulden had verhan
deld....
volgende kwam vast te staan. Zaterdag
avond vervoegde zich een ruim 50-jarige
man, die een fiets bij zich had, bij een café
houder aan de Muidervaart nabij het vo
rengenoemde spborviaduct. Hij verklaar
de 's nachts te willen visschen en liet zijn
fiets in het café achter. Bij het lijk werden
Zondagochtend twee fleschjes aangetrof
fen* het eene was lefeg; het andere was nog
gedèeltelijk gevuld met alcohol.
Vermoed wordt, dat de man door den
sterken drank beneveld is geraakt, over de
spoorrails is gestruikeld en toen door een
trein is overreden.
Uit een rij wiel plaatje, dat bij het lijk aan
getroffen werd, bleek, dat de om het leven
gekomene was G. F., wonende in de Uit
hoornstraat te Amsterdam. Het stoffelijk
overschot werd voorloopig naar het lijken
huisje te Diemen overgebracht.
TRAMBOTSING OP LIJN
EDAM—VOLENDAM.
Bestuurder sprong van zijn wagen af,
maar deze ging door
öp het baanvak EdamVolendam van
de N.Z.H.T.M. "zijn Zondag twee tramtrei
nen op elkaar gebotst. De materieele scha
de is groot. Een wagenbestuurder geraakte
gewond.
De tram uit Edam was een onveilig baan
vak opgereden en toen de bestuurder op
't enkelspoor van dan anderen kant plot
seling op eenigen afstand 'den tegenligger
het werk zeiten en hèt lijkt me bovendien
een aardige winstmogelijhkeid.
Verlang je niet wat te veel opeens?
Het was maar een voorstel. De keus
is aan jou: reederij, werf, walvischvangst?
Dat wel, maar ik geloof, dat het nog
geruimen tijd zal duren, voor ik tot een
oeslait kom.
Tit keek mij eenigszins eigenaardig van
terzijde aan. In zijn bruine oogen hij
had dezelfde oogen als zijn zuster stond
d.lideiijk te lezen: Daar heb ik geen oogen
blik aan getwijfeld.
Ik greep opnieuw naar mijn uniformpet.
Waar ga je heen? Naar je chefs, om
afscheid te nemen?
Dat afscheid heeft zoo'n haast niet. Ik
heb voorloopig nog wel wat belangrijkers
te doen. In de eerste plaats zit ik met al
die nieuwe meubelen. Ik wil probeeren, of
de leveranciers ze niet voor de helft van
den prijs willen terugnemen.
Maar man, laat die meubels toch met
rust. Ze staan immers geen mensch in den
weg.
Mij staan ze in den weg. Dat is vol
doende.
Nu was het Tit, die zijn hoofd schudde.
Je bent een zonderlinge kerel, Arka
di.' Trouwens, dat ben je altijd geweest.
Misschien was het juist wel deze karakter
trek, waardoor ik mij tot je aangetrokken
voelde. Enfin, laten we daarover zwijgen.
Wanneer zien we elkaar weer?
Dat kan ik je op het oogenblik niet
zeggen. Maar ik kom wel eens aanloopen.
Misschien wip ik ook wel even bij je op
het kantoor aan. Heb je het druk?
Nee, dat gaat nogal. Overigens, als
jong advocaat kan ik tevreden zijn.
Bij het hek namen we afscheid. Daarna
ging ik op weg naar de leveranciers. Het is
voor zich zag, geraakte hy geheel over
stuur. Signalen klonken nog, de geschrok
ken bestuurder probeerde nog te remmen,
dit ging hem blijkbaar niet snel genoeg,
want plotseling trok hij de deur open van
het voorbalkon en sprong van zijn wagen.
Zonder bestuurder reed de trein op dien
uit Edam, welke reeds gestopt had en
langzaam achteruit ging. De botsing kwam
echter nog hevig aan, de wagen zonder be
stuurder werd van voren geheel in elkaar
gedrukt. De ruiten sprongen.
Voor de passagiers liep het wonderwel
af. Zij kwamen met den schrik vrij. De wa
gen uit de richting Edam kreeg lichte scha
de. Bij zijn sprong kwam de bestuurder on
gelukkig terecht. Hij is later met een ge
broken been naar het Wilhelminagasthuis
in de hoofdstad overgebracht.
„N. v. d. D."
LANDBOUWERSWONING AFGEBRAND.
Vrijdagavond laat is brand ontstaan in
de woning, van den landbouwer J. Boes
veld te Hall, gemeente Brummen. De be
woners, die reeds ter ruste waren gegaan,
konden zich met moeite in veiligheid stel
len. Het geheele perceel werd door het
vuur verwoest. Vier varkens kwamen in
de vlammen om. De landbouwer had zijn
huis en inboedel slechts laag verzekerd.
ZIJ DACHT SMOKKELBOTER TE
KOOPEN
Maar het was geoorloofde appelmoes
Een juffrouw te Amsterdam kreeg dezer
dagen een man aan de deur die haar boter
te koop aanbood, aldus vertelt het „N. v. d.
D." Hij deed dit nogal geheimzinnig. De
jufrouw moest er vooral ook niet over
praten, dan kon hij nog wel wat leveren.
Een klein blik voor 1.85, een iets grooter
voor 2.80. Het was prima waar en in deze
goed afgesloten blikken zou zij de boter
lang kunnen bewaren.
De juffrouw was niet weinig verrast,
zoo maar boter zonder bon aangeboden te
krijgen. Zij bestelde direct zes blikken, die
zij onmiddellijk kreeg en die zij ook direct
betaalde. Zij was er gelukkig' mee en ver
telde bij de thuiskomst van haar man direct
van haar goeden aankoop. Manlief wilde
de blikken wel eens zien. Daar stonden
ze, zes op een rijtje. Zou ze goed blijven?
Den man kon zijn nieuwsgierigheid niet
bedwingen en besloot er een open te maken.
Vol spanning wachtte zijn echtgenoote op
het oogenblik, waarop ^e man met veel
moeite een blik had opengekregen. Toen
was de illusie weg. Er zat geen boter in,
maar.appelmoes.
JONGEN VAN DRIE JAAR ALLEEN IN
DEN TREIN.
Duitsche militairen vonden den kleuter.
Een jongetje van ongeveer drie jaar uit
Winschoten was er dezer dagen in geslaagd
in een trein te komen, die naar Nieuwe-
schans ging. Daar werd het door de Duit
sche militairen in een coupé aangetroffen.
Het kind wist alleen te vertellen, dat het
Jopie heette. De politie uit verscheidene
plaatsen in den omtrek werd gewaar
schuwd. In den loop van dien middag
kwam uit Winschoten bericht, dat het kind
daar woonde. Het werd onder geleide van
een dame, die ook naar Winschoten moest,
naar huis gebracht, waar het door den ge
lukkigen vader in ontvangst werd geno
men.
MOEDER LAAT TIEN KINDEREN
IN DEN STEEK.
De politie gaart hen uit diverse stadswijken
weer bijeen.
Er zijn situaties in het leven, waarin een
wandaad en zelfs een misdaad begrijpelijk
wordt. Maar een daad, als waarvan wy nu
melding moeten maken, is wel nauwelijks
'begrijpelijk te maken. Laat heelemaal
me niet gemakkelijk gevallen, maar het
werd bepaald een kwelling voor me, toen
ik van die wildvreemde menschen betui
gingen van deelneming in ontvangst moest
nemen. Ten slotte betreurde ik haast mijn
besluit om mij van de meubels te ont
doen.
Ik had verwacht, dat ik deze aangele
genheid in een, hoogstens in twee dagen
zou kunnen afdoen. Spoedig echter kwam
ik tot de ontdekking, dat er twee weken
mee gemoeid waren. Elk meubelstuk
moest zorgvuldig verpakt worden om te
voorkomen, dat het door het hernieuwde
transport werd beschadigd.
Maar eindelijk kwam dan toch het mo
ment, waarop Klim mij kon meedeelen,
dat het laatste stuk was ingeladen en de
laatste vrachtauto den tuin had verlaten.
Ik slaakte een zucht van verlichting, be
trad voor het eerst sinds dien ongeluksdag
mijn huis en begaf mij naar de eerste ver
dieping. Verschillende kamers waren leeg.
Slechts één vertrek was zoo gebleven, als
ik het had ingericht. Dat was de toren
kamer. Er stonden geen meubels, doch op
den grond lagen tapijten en mollige kus
sens, die ik uit verschillende Aziatische
landen had meegebracht. Van drie van
deze kussens en een paar dekens had ik een
heerlijk rustbed gemaakt. Op den dag voor
de huwelijksvoltrekking was Taja hier bo
ven geweest; ze had zich direct op het
rustbed laten vallen en uitgeroepen:
Het liefst zou ik heelemaal niet meer
opstaan.
De herinnering aan het feit, dat. Taja zich
hier eens zoo behaaglijk had gevoeld, deed
mij liefkoozend met my'n hand over het
hoofdkussen strijken. Daar hield ik plotse
ling een van haar goedblonde haren in
mijn hand. Aanvankelijk vervulde deze on-
R.K. Ver. v. Kraamverzorging v. alfe
gezindten te Leiden en Omstreken
Plaatsing-Bureau le Binnenvestgracht 30,
voorheen Boerhaavestr.
verleent hulp door gediplomeerde krachten
Geopend eiken DINSDAG- en DONDER.
DAGMIDDAG van 24 uur tot het ver-
strekken van de gewenschte inlichtingen,
aanmelden van contribueerende leden en
aanvragen voor kraamhulp - Telef. 23420.
b. g. g. Inlicht. K 08.
Aanvragen (schriftelijk) adres 1ste Bin
nenvestgracht 30.
staan, dat men er vergoelijking voor vin
den zou.
Een veertigjarige weduwe uit de Jan
Steenstraat te 's-Gravenhage heeft dezer
dagen haar heelen inboedel te gelde ge
maakt. Nadat deze voorbereiding getrof
fen was, heeft zij haar tien kinderen, van
wie de oudste vijftien jaar is en de jong.
ste net zes maanden telt, de straat op ge
stuurd en is er daarna vandoor gegaan met
een getrouwden man. Sindsdien is zij niet
teruggezien.
De kinderen zijn door de politie op ver
schillende punten van de stad zwervende
aangetroffen en meegenomen. Eenigen
liepen er bij de Scheveningche hotels om
eten te bedelen.
Toen ze alle tien bijeengebracht waren
een deerniswekkend troepje heeft de
politie ze aan de goede zorgen van den
voogdijraad toevertrouwd, die hen naar de
Annastichting heeft gebracht, waar ze lief
derijk zijn opgenomen.
TWAALF MAN AAN DE ROULETTE
TAFEL.
Toen kwam de politie binnen.
Twaalf spelers aan een roulettetafel te
Amsterdam zagen gisteravond plotseling
eenige revolvers op zich gericht. Uit de
mond van de politie klonk het krachtige
bevel: „Handen op"! Twaalf paar handen
gingen omhoog. De spelers werden gefouil
leerd en een flinke som geld kwam op tafel.
De snelle, overrompelende aanval van de
politie in een speelhol aan de 2de Wete
ringdwarsstraat was met succes bekroond.
Reeds eenigen tijd had de politie het ver
moeden, dat in het sousterrain van het per
ceel een speelhol was gevestigd, 's Avonds
laat en ook 's nachts kwamen er steeds be
zoekers, hetgeen een aanwijzing was, dat
er in het huis dingen gebeurden, die het
daglicht niet kon verdragen. Het vermoe
den van de politie, dat er een speelhol ge
vestigd was, werd spoedig bevestigd. De
roulette draaide er, de fiches ontbraken
evenmin. De inzet van de spelers was
meestal niet zoo groot, maar men kon zy'n
geld aan het groene laken gemakkelijk
kwijt. Tot de spelers behoorden ook steun
trekkers, die him geluk gingen beproeven,
maar het spel maakte hen niet rijker, wèl
armer. Andere lieden, die over meer geld
middelen beschikten, verspeelden soms
aanzienlijke bedragen. De politie is met
succes opgetreden. Vier politiemannen van
het bureau Raampoort gingen op pad. Een
hunner belde aan. De man, die de deur
opende, werd snel en zonder veel herrie
overmeesterd. De politie drong de woning
behoedzaam binnen en slaagde er in de be
zoekers volkomen in hun spel te verrassen.
Zij zijn allen per politieauto naar het bu
reau Stadhouderskade vervoerd. Proces
verbaal werd opgemaakt. In den loop van
den nacht konden de spelers huiswaarts
keeren. De roulettetafel met toebehooren
is in beslag genomen.
er dreigt U groot gevaar,
indien gij loopt op den rijweg
en niet op het trottoir!
Vereeniging voor VeiligVerkeer.
verwachte vondst mij met weemoed. Dat
was alles, wat mij van mijn liefdedroom,
wat van een jong, levenslustig menschen-
kind was overgebleven. Dan echter voel
de ik mij aangegrepen door een machte-
looze woede. Driftig wierp ik de haar weer
terug op het kussen. Nu mij alles was ont
nomen, wilde ik met een dergelijke futili
teit geen genoegen nemen.
Langzaam ging ik de trap af. Mijn voet
stappen schalden dof door de hall. Ik had
het altijd gevoeld: dit huis was veel te
groot voor mij. Vroeger, ja, toen leek het
vaak te klein. Vroeger, toen ons geheele
gezin nog bijeen was en een vroolijke lach
van frissche meisjeslippen klaterde....
Als eerste verliet mijn vader ons. Hij
redde twee kinderen van den verdrin
kingsdood. Daar hij echter zélf in dien tijd
niet sterk was, haalde hij zich een zware
verkoudheid op den hals, welke tenslotte
overging in longontsteking. Na eenige we
ken van geduldig lijden werd hij van ons
weggerukt. Daarna traden mijn beide zus
ters in het huwelijk, beiden op denzelfden
dag en beiden gingen naar een verafgele
gen stad.
Mijn moeder zy was een knappe en
trotsche, maar zeer stille en eenzame
vrouw bleef nog een jaar bij me. Toen
trouwde zij opnieuw met een man, die bui
ten in de toendra, aan den oever van een
kleine rivier een stukje land had gekocht
en ten slotte door noeste vlijt den on-
vruchtbaren grond had weten te bedwin
gen. In de geheele stad vertelde men el
kaar zijn succes, dat schier aan het won
derbaarlijke grensde, want men moest de
toendra, waarop slechts de jagel, het voed
sel van de rendieren groeit, kennen om te
kunnen begrijpen, wat deze man had ge
presteerd. (Wordt vervolgd)
WATER EN VERDRONKEN
Zondagmiddag omstreeks half één is het
5-jarige jongetje W. A. B., wiens ouders
aan de Adelaarsweg te Amsterdam wonen,
in een onbewaakt oogenblik bij het spelen
langs het Noordhollandsch kanaal te water
geraakt. Dit gebeurde aan den kant van
het Volewijckspark in de onmiddellijke
nabijheid van het politiebureau. Een
vrouw, die het jongetje in het water zag
liggen, waarschuwde het bureau en reeds
vrij spoedig nadat het kind te water moet
zijn geraakt, had een agent van politie het
met een dreg op het droge gebracht.
Pogingen van een te hulp gesnelden
dokter en van de G.G. en G.D. om de
levensgeesten door kunstmatige adem
haling op te wekken, bleven echter vruch
teloos.
Verminkt lijk gevonden.
Een groot deel van den Zondagochtend
heeft wegpersoneel van de stations Am
sterdam en Weesp en ook de Wiemer poli
tie een speurtocht gehouden langs de
spoorbaan tusschen Diemen en het Mer-
wedekanaal, naar aanleiding van hetgeen
doro treinmachinisten aan het Centraal
Station te Amsterdam was gerapporteerd.
Een rapport, dat in den loop van den och
tend binnenkwam, luidde, dat een man
blijkbaar door een der treinen totaal ver
morzeld was, nabij het spoorviaduct op den
ouden Muiderstraatweg. Wegpersoneel van
het station Weesp is toen naar de aange
duide plek gegaan en heeft inderdaad het
geheel verminkte lijk aldaar aangetroffen.
Ook de Diemer politie had van een en an
der kennis gekregen en heeft een uitge
breid onderzoek ingesteld, waardoor het