ZONDAGMIDDAG-OVERPEINZING.
Correspondentie
Anonyme, Leiden. Ik dank u
wel, voor dit hartelijk schrijven. Als ik u
een raad zou mogen geven, dan zou ik niet
aan „versjes-maken" zooveel tijd besteden.
Ik zei het vaker: „versjes maken is een
kwestie van aanleg; dat moet men kennen''.
Dat is zoo maar niet één, twee drie te lee-
ren. Lees maar eens met aandacht de ver
zen van „Troubadour" en in ons blaadje
(om nu maar een onzer medewerkers en
medewerksters te noemen) An toon Roels.
Kijk, dat zijn verzen! Dat is poëzie. Dat zijn
geen rijmpjes, zooals ik vaker schreef,
maar dat is heusch werk. dat gemaakt is
naar vaste regels en waarin gedachten lig
gen van dieperen inhoud en fijnere ge
voelsuitingen, dan in een gewoon rijm. Ik
tou je willen zeggen, maak eens een lang
verhaal voor ons. Als het waard is ge
plaatst te worden in onze rubriek, dan zal
ik het een plaatsje afstaan. Dag Anonyme!
Met hand en groet en mijn dank!
Ans van Diest, Sassenheim.
Hartelijk dank voor gezellig briefje en
wenschen. Wat jammer, dat onze goeie Cor
maar niet wil gezond worden. Leuk dat
poesje, zeg. Ja, zoo'n „Kennisfluitje" in
huis, kan heel wat gezelligheid brengen en
is voor Cor zeker een goede afleiding, als
ie zich vervelen zou. Ik vond het heerlijk
te hooren, dat jullie allen „genoten" hebt
van de ..Bijnamen". Dat de Sassenheimers
..aschpotten" genoemd worden, wist ik niet.
Had ik dat geweten, dan had ik n.t. dien
bijnaam ook genoteerd en ingelascht. En
nu Ansje, wensch ik je veel plezier op
school en in de huishouding en moeder
veel plezier van haar. groote dochter en
Cor een volledige gezondheid, waarvoor ik
eens een speciaal Onze Vadertje bidden
zal. Dag Ans! Dag Cor! Veel groetjes aan
Moeder!
De gelukkigen van de St. The
re s i a s c h o o 1. Ik hoor van Juffrouw
Beenakker dat de zes gelukkigen dol blij
waren met den ontvangen prijs. Dat wist
ik wel. Alle prijzen waren inderdaad mooi
en practisch. Wat wil men meer! Jammer
is, dat nog niet meer prijzen aan de St.
Theresiaschool vielen. Als heele klassen
of de heele school meedingt, is de kans
niet groot. Ja. bij den volgenden wedstrijd
bij leven en welzijn zullen we maar er
bij voegen zie ik de heele school weer
terug en dank ik bij voorbaat reeds mej.
Beenakker en de andere dames der school
voor haar hulp en steun! Dag meisjes! Tot
ziens in
A non. Leiden. Zooals je ziet, heb
ik met een kleine verandering het versje
een plaatsje gegeven. Ik vind het fijn, dat
het boek zoo goed in den smaak viel. Ik
dacht het wel. Het is een mooi werk. Een
spannend verhaal en juist geschikt voor
jouw leeftijd. Dat is een tref geweest, om
dat ik niet wist, hoe oud je was. Je zult er
wel komen, daar ben ik niets van voor.
Het mondeling zal nog beter gaan. en dan
zal jij met een mooi cijfer slagen. Wedden?
Dag Nichtje! Maak eens een verhaal met
eenige „vervolgen". Tot later dan! Succes,
veel succes wensch ik je in Augustus.
Hierbij zullen we het laten.
Tot de volgende week!
Wie- een brief schrijft, krijgt een ant
woord terug.
Oom WIM.
DE DROOGTE HOUDT AAN.
door Oom Wim.
Al dagen en weken heeft 't niet meer
geregend:
De aarde ligt loom en amechtig ter neer.
De landman vooral speurt aanhoudend
nauwlettend.
Of nergens een wolk aan den einder komt
Wat moet er gebeuren met 't zaad in de
voren,
Met 't jonge gewas, 't opschietende graan?
Zie slechts de tuinen en velden en akkers.
Hoe alles verlept en verflenst reeds gaat
staan!
Waar blijft dan de vrucht van zijn
moeizamen arbeid;
Van nachtelijk peinzen en zorg van den
dag?
Zoo denkt ie een wijle, maar dan bidt
hij verder:
De landman vertrouwt op zijn God met
ontzag.
En daarom gelooft ie, verwacht hij den
regen.
Die drenken zal planten en dieren en zaad.
Hij weet. dat de redding 't zekerst nabij is.
Als 's menschen kortzichtig verstand weel
geen raad.
En zoo als hij hoopte, gebeurde ook
eind'lijk,
De regen viel neer als bij stroomen ter deeg
En denkte en laafde de dorstige aarde.
Die weldra heur glans en heur schoonheid
herkreeg,
ATTENTIE.
De vele Neefjes en Nichtjes, die mijn
verjaardag op 25 Juni niet ongemerkt lie
ten voorbijgaan, maar me hun wenschen
toestuurden per ansicht, kaart, vers of
brief, breng ik mijn hartelijken dank. Het
is me onmogelijk onder „Correspondentie"
allen persoonlijk te bedanken, daarvoor
zijn er teveel geweest. Ook de ouders be
dank ik voor hun attentie.
Oom WIM.
Wie zijn jarig
Van 7 tot en met 13 Juli.
Op 7 Juli.
Victor Sommers, Oude Varkensmarkt 6.
Adri Ammerlaan, Dr. Noortstr. 11, Stomw.
Dominicus de Roo, Schoolstraat 6.
Marietje v. d. Veer, Atjehstraat 5a.
Theo Pont, Sophiastraat 15.
Bouw v. d. Meer. R'veen B 96.
Corrie v. Velzen, Weip. 6 Zoeterwoude.
Wim v. d. Berg, St. Jacobssgracht 2.
Op 8 Juli.
Theo Uljee v. Hoogendorpstraat 13.
Cor van Schie, Kraaierstraat 34c.
Anny Hartwijk, Burchtsteeg 4.
Anna v. d. Meer, Oud-Ade.
Jan v. Steijn, Groenstr. 16.
Annie Slingerland, Geer A 25.
Nellie v. d. Kragt, Verl. Dorpsstraat 195,
Warmond.
Op 9 Juli.
Clasina Koot, Groenendijk, H'woude.
Kees de Jong, A 87. Groenend. H'woude.
Rudi v. d. Voort, Duinzichtstr. 44 Oegstg.
Arnold Spliethof, Roodb.str. 24.
Cors en Adriaan Rotteveel Geenp. 6 Z'w.
Nelly Hensing, Waardstraat 26.
Sjaantje de Jong, Reeuwijk D 5 Kerkweg.
Op 10 Juli.
Wim Hoogeboom, Hoogmade B 328.
Mien te Wiel, Heerenweg A 71 Warmond
Frans van Zijp, Wald. Pyrmontstr. 70.
Bep Kluiver, Pr. Hendrikstraat 42.
Wim v. Wetten, B 47 Koudekerk.
Lenie Bakker, Celebesstraat 21.
Harrie Bontje, Langeraar A 22.
Cornells v. d. Berg, St. Jacobsgracht 10.
Agnes v. d. Top, Heerensingel 2a.
Lenie Hofman, Geverstr. 22 Oegstgeest.
Op 11 Juli.
Koos en Arie Mooyman, Vliet E 1 Z'woude.
Jantje Lagerberg, Bronkhorststraat 33a.
Op 12 Juli.
Eugène Plouvier, Lorentzkade 24.
Marietje Droogh, Langeraar 5.
Kees v. Gerven, Schenkelw. C 80, Z'woude
Wim en Joseph Berbée, Kaisserstraat 28
Jopie Klein, Langegracht 198a.
Cathrina v. Amsterdam A 186 H'woude.
Petrus Hartman, Levendaal 35a.
Co'ba Verplancken Rijndijkstraat 63.
Mimi Vosters, Haarl.str. 237a.
Stien v. Haarlem, Resedastraat 37.
Adri Bierman, v. d. Bergh v. Heemstweg 3
Voorhout.
Hubert Reekers, Breestraat 87.
Trientje de Groot, Groenoordstr. 13
Sina Vaneman, Rijpwetering D 73.
Jaap v. Eij'k, C 63a Ter Aar.
Coba v. d. Geest. Warmond a. d. Zijl D 22.
Op 13 Juli.
Treesje Rijkelijkhuizen, P. K. Koorsteeg 20
Marietje v. d. Aart, v. d. Veldestr. 5 Lisse
Loek de- Jong, A 87 Groenend. H'woude.
Jan v. d. Steen, Maresingel 11.
Annie v. d. Boog, Frans v. Mierisstr. 4.
Bert v. Bemmelen. Schenkelw. C 75a Zoe
terwoude.
Siena Maai'seveen. Noorden.
Cornelis v. d. Meer, A 6 Oude Wetering.
Tonny Bakker, St. Aagtenstraat, 14.
Cor van Klink, B 114, R'veen.
Treesje Peeters, Haarl.straat 46a.
Kees v. d. Post, Vliet E 7. Zoeterwoude.
Wim Gerse, VinkenI. 16, Wassenaar.
Antonia Pieters, St. Caeciliastraat 29.
Bep Berenfinger, N. Beestenmarkt 9.
Lenie Rijsdijk 12a, Bijdorpstr. Voorschoten.
Ik feliciteer de jarigen.
Wie zijn of haar naam in deze lijst wil
opgenomen zien, schrijve minstens 14 da
gen vóór den verjaardag. Zoo ook wie bij
het verlaten der school van de lijst wil af
gevoerd worden, alsmede wie verandert
van plaats, straat of huisnummer. Zoo ook
wie in de lijst een fout ontdekt.
OOM WIM.
IJ vraagt
1. Hoe groot is Borneo?
2. Aan welke orde is het beheer van den
Olijfberg opgedragen?
3. Ik las in de krant het woord „perio
diek." Wat is dat?
4. Ik hoor zoo dikwijls „pardon" zeggen.
Hoe komt men aan dat woord?
5. Vader vraagt wat O.S.V.I.A. bet.?
6. Wat is eigenlijk „bombardement"?
Wij antwoorden
1. Borneo is 23 X zoo groot als Neder
land, is behalve langs de kust een ondoor
dringbaar, moerassig oerwoud, waar de ri
vieren de wegen, en de uitgeholde boom
stammen de eenige vervoermiddelen zijn
en waar zoo hier en daar enkele menschen
worden gevonden en in wat krotten op
hooge palen aan den kant der rivier wonen.
Je kunt hieruit zien, hoe armzalig dit hei-
densche land nog is. Gelukkig zijn onze
paters ook daar in 1926 begonnen en zullen
in de toekomst wel betere toestanden ko
men ook.
2. De Britsche overheid, die den Olijf
berg aangekocht heeft, heeft het bestuur
van dit heiligdom opgedragen aan de Pa
ters Franciscanen. Deze orde heeft nu
meer dan 70 kleinere en grootere heilig
dommen in haar bezit.
3. Dat bet. regelmatig terug- of weder
keerend Dit zegt men van tijdsohrfiften
en werkjes, die bij tusschenpozen verschij
nen.
4. Dat is Fransch! Zooals jij het hoort op
straat of in de tram beteekent het „neem
mij niet kwalijk". Het bet. ook vergiffenis,
genade; kwijtschelding van straf.
5. Dit is opleidingsschool voor Indische
Ambtenaren.
6. Beschieting met granaten.
NOG EEN RIJMPJE VAN GONNIE.
DE TROTSCHË BEGONIA.
Er was eens een Begonia, fors en groot!
Die woonde in een pot, de kleur was rood.
Hij stond op 't kozijn, in de zon, in 't lioht,
En groeide, en bloeide, dat was zijn plicht!
De Begonia had 't goed, en was zeer tevrêe
Eens, het was alweer een heele tijd geleê
Kreeg hij op een tentoonstelling de
eerste prijs!
Maar nu woonde hij in 't huis van
mevrouw de Grijs
Daar was hij verbazend verwaand en in top
Ja 't is de waarheid, ik vertel u geen mop!
Hij was erg verwend, en was graag ook
alleen
Op een morgen toen hij wakker werd,
zag hij een
Andere bloem, die naast 'm op de
vensterbank stond.
En die hij verbazend vreemd, en leelijk
ook vond!
Zij prijkte in een groene pot, en de bloem
was ook groen
Opeens vroeg de Begonia: wat kom jij
'hier doen?
Ik geloof, dat jij aan een plantziekte lijdt,
't Was heelemaal geen fijngevoeligheid,
Om zoo te spreken tegen die nieuwe plant
Ik wed. dat u het ook niet aardig vind
van diei. klant.
Maar de groene plant had er geen erg in,
Hij had 't hier in huis wel naar den zin.
En werd dus niet boos, maar anwoordde blij
Ja, ik weet, dat ik leelijk ben, leelijker
dan jij!
Wordt vervolgd.
OORLOG
door Anon.
In drommen gaan daar de soldaten
Door onze stille straten.
Forsch en krachtig is hun stap,
Fiksch zwaaien ze d' armen; rap
En kwiek gaan ze voort.
Al maar voort,
Fier trekken ze op naar 't front.
Waar de kanonnen buld'ren, rond
De hoofden der lieden.
Die weerstand bieden
Aan den machtigen vijand.
Ze leggen de hand
Aan 't geweer
En schieten keer op keer.
Daar vallen stakkers.
Getroffen door rakkers
Der andere partij.
En bloeden uit hoofd en zij'.
Zóó vallen millioenen ter aard'
En thuis bij de koude haard
Zitten eenzaam de vrouwen
en.... rouwen.
Hun mannen zijn heen
Voor eeuwig!.... Dan richten ,i vurige
beên,
Tot God
En vragen
Kracht, om heur lot
Geduldig te dragen.
En de Heer troost en schenkt Zijn zegen,
Aan haar, die zoo leden:
En spreekt van 't weerzien
Daar boven en 't geluk dat wacht,
In den hemel, waar de gesneuvelde lacht.
door Ans van Diest, Sassenheim.
Voor het raam van mijn kamertje sta ik
tr genieten van de heerlijke natuur over
het vrije veld; de natuur die hier altijd zoo
eender, maar toch ook altijd weer zoo an
ders is. Bollenvelden, waar nu geen bloe
men meer te bekennen zijn, en weiland,
zoo ver het oog maar strekt; geflankeerd
met kerktoi'ens, die haar spitsen hoog in de
lucht steken, huisjes en schuurtjes. Gemeu
bileerd met koeien, paarden en schaapjes!
De regen' probeert me door het open raam
te besproeien met haar droppels; ze deren
me niet! Even geleden was de lucht zoo
donker en zwaar geladen, alsof er een reuze
onweersbui op komst was. Er vielen ook
dikke druppels, maar de bui schijnt afge
dreven; nu stroomt er slechts nog een
malsch zomerbuitje.
Beneden is alles stil en half-donker; onze
zieke slaapt en mag niet gestoord worden.
Aan den slootkant laat een eenzaam geitje
haar klagend geluid hooren; zeker last van
den regen'!
In de verte zie ik een boer aankomen, die
luid zijn „hei-hop" door het weiland laat
galmen. Hij gaat de koeien bij elkaar roe
pen: 't is melktijd. Zie, nu gaat hij weer
terug; nu de koeien voor zich uitdrijvend,
't Hei-hop moet de logge dieren, die ons het
kostelijk nat verschaffen, zeker in toom
houden! Achter elkaar loopen die beesten
gedwee voor hun drijver uit; een heele
koppel en daarachter de kalveren! Kijk,
een paard loopt ook mee; die geeft toch
zeker geen melk! Nooit van gehoord, ten
minste! In de verte klinkt het vroolijk:
„bè" of „mé" van de schapen. Leuk darte
len daar ook de lammetjes. Is 't wonder, dat
het landschap, dat altijd eender, toch ook
altijd weer zoo geheel anders is? Een trein
spoedt zich met haast dwars door de velden
heen. Daar begint ergens een kerkklok te
luiden en laat met sonore stem haar bron
zen tonen over het landschap schallen.
Ik word het niet moe om de heerlijke
natuur té bekijken en bewonderen; ik geniet
met volle teugen! Wat is God toch goed en
Zijn almacht groot, waardoor God dit alles
regelt en bestuurt.
Hoe is 't mogelijk, dat ondanks dit alles
de oorlog verder woedt, waardoor de
schoonheid ondermijnd en verwoest wordt?
Moge God toch geven dat spoedig de
vrede over de wereld moge terugkeeren!
't Is ondertusschen weer droog gewor
den. Ik ga beneden thee drinken (waar we
nu zooveel meer van genieten dan als er
volop thee is!!!) en dan ga ik een eind fiet
sen om van de buitenlucht te genieten!
DE BRIEF VAN BEP VAN DER GEEST
als voorbeeld.
Beste Oom Wim.
Daar ik op het ogenblik niet weet, wat
ik doen zal, of liever nergens zin in heb,
zal ik u maar een brief schrijven, dan heb
ik meteen nog een kans voor de wedstrijd
ook, tenminste als ik twee kantjes vol
krijg. Ze zijn bij ons vanavond al weer
druk aan 't kaarten, pandoeren. Ik ben met
moeder en twee zusjes nog aan 't kruisjas
sen geweest, maar ik kon het niet winnen,
hoewel ik nog een krul gehaald heb. Maar
mijn jongste zusje is nu naar bed en moe
der is nu ook druk aan 't pennen. Ik heb
nog een versje ook gemaakt, maar 't viel
lang niet mee. Ook nog eigen raadsels en
de raadsels van de krant, zodat ik nu wel
vier kansen krijg. Ik hoop dit keer ook
wat te winnen en gaat het niet dan maar
weer een volgende keer geprobeerd.
Ik ben nu van school af, want ik heb
twee broers in dienst. Een in Weert en één
in Amsterdam. Ik was op de U.L.O. op de
Haarlemmerstraat, maar nu moet ik thuis
op de boerderij helpen. Ik vind het wel
jammer, want ik was graag op school, maar
er is nu eenmaal niets aan te doen. Als we
nog maar buiten de oorlog blijven mo
gen we O. L. Heer nog wel bedanken.
Een week voor de grote vacantie. was
mijn vriendinnetje -een keer bij mij. We
liepen samen door het land een bal te
schoppen. Ik schopte hem over de sloot in
de wei van onze buren. Daar ik geen zin
had om om te lopen wilde ik over de sloot
springen, maar ik had geen polsstok bij me.
Toen sprong ik in de sloot inplaats van er
over en tot overmaat van ramp had ik nog
een duim gekneusd en een bloeduitstorting
er bij. Eerst kreeg ik brommen van moe
der omdat ik in de sloot gesprongen was
en toen moest ik nog naar d§ dokter ook.
Veertien dagen heb ik met mijn hand op
gebonden gelopen en nog vier weken zo
in een doek. Het heeft toen nog wel een
maand geduurd voor ik weer wat kracht in
die duim had. Nu zal ik me eerst nog wel
eens bedenken voor ik weer slootje zal
springen. Twee maanden heb ik kunnen
nadenken over mijn ondoordachte daad.
Maar laat ik daar niet meer aan denken
en u liever wat van mijn vacantie vertel
len. Ik ben zoals altijd weer een week in
Beverwijk geweest. Daarvandaan zijn wij
naar Bergen wezen fietsen, naar het bloe
door Greet Krol.
Het land ligt rustig, eenzaam en verlaten
De vogels slapen in struik en boom;
De paarden, koeien, varkens rusten
De mensen liggen ook in droom.
Opeens daar brullen de kanonnen,
Vliegtuigen scheren over 't land,
Het mitrailleurgetik verscheurt de stilte:
De dooden vallen ten allen kant.
De oorlog is ook hier gekomen,
Uit is het met de rustig-stille tijd,
De mensen zitten angstig bij elkander,
Bang, dat een bom hun huis straks splijt.
Ach oorlog, wat brengt gij toch ellende!
Oh, ga toch spoedig van ons heen!
Wij willen u zo gaarne missen
Wij houden van de Vrede slechts alleen..
NIEUWE RAADSELS
ingestuurd door Sisca Homan.
I. Verborgen vruchten.
Rie, raap die speld op, eer je er met den
voet op trapt!
Jan, laat die beker staan, je zult die nog
breken!
Miep, ruim vlug de tafel leeg; want 'n
bende! 't Lijkt hier wel een uitdragerij.
Ga maar naar vader in den boomgaard,
Bé! Is je huiswerk af?
II. Uit welke glazen kan men niet drin
ken?
III.
Mijn broertjes alle negen,
Hebben er heusch niets op tegen.
Dat ik met hen mee wil gaan.
Want ga ik by elk van hun achteraan
't Moge vreemd lijken, maar waar is het
gewis,
Dat ieder van hen in aanzien gestegen is.
Wie ben ik?
IV.
Een dier van twee letters, welbekend,
Met r ervoor word ik gemend.
Met v ga ik op roof meest' uit,
En wordt menig kippetje mijn buit.
Wie ben ik?
V.
Een mooie bloem wordt zonder hoofd een
hemellichaam. Welke bloem wordt hier be
doeld?
De opl. niet opsturen. Deze geeft Sisca
de volgende week zelf.
Oom WIM.
DE OPLOSSINGEN
der raadsels van verleden week waren:
1.
Rome.
2.
Parijs.
3.
Londen.
4.
Berlijn.
5.
Kopenhagen.
6.
Goedzakken.
7.
Dwingeland.
o.
Burgemeester.
9.
Saucijs.
10.
Dordrecht.
11.
Roermond.
12.
Rome.
13.
Je adem.
14.
Omdat zij steeds een kam bij zich
draagt.
15.
Een naald.
16.
Zijn tanden.
17.
Een klomp.
18.
Geen, ze gaan niet, maar worden er
in gelegd.
19.
Het licht.
20.
De brieflak.
mencorso kijken. Het was er maar wat
mooi. Wij zijn er ook nog'in 't klooster der
Zusters Ursilinen geweest. Daar is een zus
van mij. Een prachtige tuin is daar. Je kan
er gewoon wel in verdwalen. Ik had er
graag een paar nachtjes gebleven. Maar
dat ging niet. Er is ook een prachtige Ma-
riagrot en zo'n mooie kapel. Er was juist
een fancy-fair. Ik heb er nog een mooi
boek gewonnen, juist iets voor mij. Ik ben
gewoon dol op lezen, vooral een spannend
boek. Verder hebben we in de vacantie nog
kermis hier in 't dorp gehad voor 't'mobi
lisatie was. Toen was mijn broer uit Weert
ook weer thuis. Juist nog even voor de mo
bilisatie, want de andere week mocht hij
niet meer. Nu ik eindig, want het is bijna
elf uur en ik moet naar bed.
De hartelijke groeten van alle huisge
noten.
Uw nichtje,
Bep v. d. Geest.
Sedert Bep dit briefje schreef, zijn
heel wat stormen over ons goeie vaderland
heengegaan en is heel wat gebeurd, waar
niemand den 5 November, noch aan ge
dacht, noch van gedroomd had. Zoo zie je
Bep, dat op een half jaar ruim heel wat
veranderen kan.
Oom WIM.
