De ontstemming van het Britsche Lagerhuis fBiifkt uit de eindstemming CHAMBERLAIN KREEG SLECHTS EEN MEERDERHEID VAN 81 STEMMEN Het verloop der debatten Uit het Verre Oosten IA^iiulKUAÜ 9 MEI 1940 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 5 'tllllllillllllllllllllllllllllilllllilllllli. AFTREDEN, ZEGT MORRISON. In het Engelsche Lagerhuis werden gistermiddag de debatten over de oor logsvoering voortgezet met een rede van den Labourleider Morrison. Hij zeide, dat hij niet den indruk had gekregen, dat de minister van Oor log Stanley vertrouwen had in zijn eigen werk. De regeering leek zich vrijwel te bepalen tot het afweren van critiek. Morrison beschuldigde vervolgens de Britsches diplomatie van zwak optreden en drong er op aan, dat de regeering het Huis zou inlichten over de berichten, die zij voor de Duitsche invasie uit Noorwegen had ontvangen. Morrison noemde het un fair Churchill de aansprakelijkheid te la ten dragen voor een politiek, die hij met geen mogelij kheid voeren kan. De geheele geestesgesteldheid en het temperament der ministers noemde de woordvoerders van Labour volkomen verkeerd en ondoeltref fend. Hij zeide hierbij speciaal te doelen op Chamberlain, Simon en Hoare. Deze ministers," zoo zeide Morrison, missen moed, initiatief, fantasie, psy chologisch begrip, levendigheid van geest en zelfrespect bij de leiding der buitenlandsche politiek. Ik ben in alle oprechtheid van oordeel, dat wij, als die mannen en anderen aan het bewind blijven, groot gevaar loopen, dezen oorlog te verliezen. Mrorison deelde daarop mede, dat Labour aan het eind van den avond om een stemming zou vragen, welke vermoedelijk door de regeering als een vertrouwens stem ming zal worden beschouwd. CHAMBERLAIN AANVAARDT DE UITDAGING. Chamberlann sprong terstond overeind toen Morrison die woorden gesproken had. Hij verklaarde, dat hij en zijn collega's in de regeering geen oogeniblik zouden aar zelen hun aansprakelijkheid te aanvaarden voor de daden der regeering. „Dit is een tijd", aldus Chamberlain, „dat 'het land in gevaar verkeert. Wij staan tegenover een genadeloozen vijand, die bevochten moet v/orden door een eendrachtige actie van ons land." Chamberlain vervolgde: „Wij zullen zien wie tegen en wie met ons is. Geen regee ring kan op doeltreffende wijze oorlog voe ren zonder den steun van de openbare mee ning en het parlement. De situatie is ern stig. Dit is geen persoonlijke overweging in aar vloeit voort uit de bedreiging van de nationaal-socialisten. Niemand van ons kou ook maar een oogenblik langer aan het bewind willen blijven, wanneer hij het ver trouwen van het Huis niet meer heeft. Onder toejuichingen van de regee- ringspartijen in het Huis zeide Cham berlain tot zijn vrienden, dat geen re geering een oorlog doeltreffend kan voeren, wanneer zij niet den steun heeft van volk en parlement. HOARE OVER HET OPTREDEN DER LUCHTMACHT. Vervolgens sprak minister Sir Samuel Hoare over het optreden van de luchtmacht De luchtmacht werd in haar werk gehin derd doordat de toestellen heen en terug over zee moesten vliegen, terwijl de vijand zijn bases ter plaatse had. Dag aan dag en nacht aan nacht werden onder de moeilijkste weersomstandigheden de Brit sche bombardementen voortgezet. Hierbij werden aan de Duitsche luchtmacht drie beer zooveel verliezen toegebracht als de Britsche zelf heeft geleden. Uit persoonlijke gesprekken met de Britsche vliegers is ge bleken, dat het Britsche materiaal niet on derdoet voor het Duitsche. De Britsche luchtmacht beschikte in Noorwegen slechts over bevroren meren als vliegvelden en door den invallende dooi was 't onmoge lijk te zeggen hoe lang dit nog mogelijk zou zijn. Alleen in het nauwe Romsdal werd een vliegveld aangelegd en een escadrille Gla diator-gevechtsvliegtuigen werd hier ge- etationneerd. De toestellen kwamen aan in een sneeuwstorm na te zijn opgestegen van een vliegtuigmoedersohip. Den volgen den dag werden de Britsche toestellen aan gevallen door 80 bommenwerpers. Bij de hierop volgende gevechten werden ver scheidene Duitsche toestellen vernield. De leider van het Britsche escadrille is van meening, dat dertig Duitsche vliegtuigen buiten gevecht werden gesteld. Luchtdoel artillerie stond niet opgesteld aangezien dit onmogelijk was gemaakt door het tot zinken brengen van schepen Twee lessen kunnen- worden getrokken en wel op de eerste plaats, dat de Duitsche luchtmacht niet onoverwinnelijk is. De laat ste acht maanden hebben aangetoond, dat ae Britsche gevechtsvliegtuigen superieur zijn aan de Duitsche bommenwerpers. Dit bewijst, dat een sterke luchtmacht een nog sterker luchtmacht tegenover zich moet vinden. De tweede les is, dat de kracht van de Britsche luchtmacht ter zee groot is. De kwaliteit en de kwantiteit van de Britsche luchtmacht is onovertroffen. De productie is reeds zeer groot en men moet in het bui tenland niet gering hierover denken, doch üe productie moet nog verder worden op gevoerd. LLOYD GEORGE VRAAGT CHAMBERLAIN AF TE TREDEN. Vervolgens nam Lloyd George het woord en zeide, dat hij nooit heeft gepoogd een ramp te verkleinen. Men moet de feiten onder de oogen zien om zijn positie te herstellen. Er is geen reden voor een pa niek, doch wel is er reden om zich hecht aaneen te sluiten.Thans is een werkelijke actie noodig en het heeft geen nut de ver liezen aan beide zijden af te wegen. Strate gisch bevinden de Geallieerden zich in een slechter positie dan tevoren. De grootste triomph vaii dien buitengewonen man, Hitler, is, dat hij Engeland in grooter ge vaar heeft gebracht dan zijn voorgangers in 1914. Tsjecho-Slowakije, deze speerpunt, gericht op het hart van Duitschland, met een leger van een millioen van de beste troepen van Europa, is niet meer. Dat is een strategisch voordeel, dat Engeland heeft uitgeleverd. Een tweede strategisch voordeel, dat te niet werd gedaan is het Fransch-Russisch verbond, waarbij Rus land Tsjecho-Slowakije te hulp zou zijn gekomen, zoodat een nieuw front tegen Duitschland zou zijn gekeerd. Bovendien bestaat nog Roemenië, dat practisch in Duitsche handen was. Noorwegen was een van de groote strategische mogelijkheden van den oorlog en thans Is het eveneens in Duitsche handen. Het is nutteloos critiek uit te oefe nen op Noorwegen en bovendien, met welk recht mogen we critiseeren. We hebben beloofd te redden en te be schermen. We hebben geen vliegtuig naar Polen gezonden en in Noorwegen kwamen we te laat. De Duitsche be zetting van Noorwegen brengt de Duit sche vliegtuigen en onderzeeëers 200 mijl dichter bij onze kust. Was er iemand in het Huis tevreden over de snelheid en de doeltreffendheid van de voorbereiding van een luchtmacht of een vloot? De minister-president moet den toestand bezien uit het standpunt van het volk en niet als een persoonlijke aangelegenheid. De minister-president is evenwel niet in staat zijn persoon los te maken van de be langen van het land. Chamberlain vroeg wat de bedoeling van deze woorden van Lloyd George was. Lloyd George zeide hierop, dat de mi nister-president zich moet herinneren, dat hij dezen grooten vijand in oorlog en vrede heeft ontmoet en dat hij steeds heeft ver loren. Chamberlain heeft het land ge vraagd offers te brengen. Het land is hier toe bereid. De minister-president kan het voorbeeld geven. Niets kan meer bijdragen voor de overwinning, dan dat hij de ze gels van zijn departement offert. (Luide toejuichingen van de Labour, de regeeringspartijen protesteeren). DUFF COOPER AAN HET WOORD De volgende spreker, Duff Cooper, de vroegere eerste lord der admiraliteit en minister van oorlog, zeide, dat velen ge hoopt hadden op een zuiver nationale re geering, niet sinds het uitbreken van den oorlog, maar sedert de nederlaag van Muenchen. Spreker betreurde het, dat Labour een stemming wenschte. Hij had gehoopt, dat de regeering voldoende onder den indruk zou zijn gekomen van deze twee dagen debatten, om drastische stappen tot her vorming te nemen. Spreker betreurde het, dat Chamberlain een beroep had gedaan op de aanhanke lijkheid van zijn vrienden. Met de groot ste schoorvoetendheid zou spreker stem men tegen een door Chamberlain geleide regeering. Er is geen reden om te gelooven, dat er iets verkeerd is in de perfectie der uitrusting Evenmin bestaat er eenig tekort aan voorraden. Er is niets verkeerd in de kwaliteit der troepen en spreker is der halve genoopt te concludeeren dat wat er verkeerd was, de regeering zelve was. Duff Cooper zeide, dat de Balkan thans de laatste buitenpost vormt der neutrali teit. Kon geen staatsman van het eerste kaliber, behoorlijk uitgerust, uitgezonden worden om bezoeken te brengen aan de hoofdsteden van die landen en daar mede te deelen, dat er slechts twee alternatieven waren, n.l. slavernij onder Duitschland of samenwerking met Frankrijk en Engeland voor eigen onafhankelijkheid en redding? Kan dezen landen niet gezegd worden, al dus spreker, dat wij een Balkenblok vor men en dat wanneer zy niet komen, het zeer onprettig voor hen zou zijn? CHURCHILL ANTWOORDT. Churchill antwoordde de verschillende sprekers. Hij zeide o.m.: In dezen oorlog wordt ons vaak gevraagd, waarom wij het initiatief niet nemen. De reden voor dit ernstige nadeel, dat het initiatief niet hebben, kan niet spoedig worden weggeno men. Dit ligt in ons gebreke blijven in de laatste vijf jaren om pariteit in de lucht met Duitschland te handhaven of te her krijgen. Dat is een oude geschiedenis en dat is een lange geschiedenis. In de laatste twee jaar kwamen de oppositiepartijen over de brug, en gaven groote, waardevol le hulp. Maar het feit blijft, dat wij in ge breke bleven om pariteit in de lucht tot stand te brengen, welke vitaal geacht werd voor onze veiligheid. Onze nume rieke achterstand in de lucht, ondanks on ze superioriteit, zoowel wat manschappen als materiaal betreft, heeft ons veroordeeld en zal ons eenigen tijd lang veroordeelen om tot heel wat moeilijkheden en leed en gevaar te geraken, dat wij krachtig moe ten dragen tot gunstiger omstandigheden bereikt kunnen worden, zooals dit zeker zal geschieden. Men heeft gevraagd, waarom wij de vij andelijke verbindingen in het Skagerrak niet hebben aangetast, omdat vlootover- wicht het uitvoerbaar behoorde te maken voor ons, om het Skagerrak te beheerschen met onze oppervlakteschepen en aldus de verbindingen met Oslo van het eerste oogenblik af voortdurend af te snijden. De ontzaggelijke vijandelijke sterkte in de lucht echter, die gericht kan worden op onze patrouilleerende strijdkrachten, heeft deze methode veel te kostbaar gemaakt. Be langrijke strijdkrachten zouden hebben moeten worden gebruikt om een gestadige patrouille aan de oppervlakte te handha ven en de verliezen, die uit de lucht aan die patrouilles zouden worden toegebracht, zouden ongetwijfeld zeer spoedig een vloot- ramp vormen. Wij ondernamen waarom een duikbootblokkade als de eenige tot onze beschikking staande methode en daarmede volgde ik de opinie der vlootautoriteiten. Om de blokkade zoo doeltreffend mogelijk te maken, werden de gebrui kelijke restricties, die wij onzen onder zeeërs hadden opgelegd, losser gemaakt. Alle Duitsche schepen overdag en alle schepen des nachts moesten tot zin ken worden gebracht, wanneer de ge legenheid zich voordeed. Dit is een kostbaar succes geweest. Zeven of achtduizend man zijn verdronken. Dui zenden lijken zijn aangespoeld op de rotsen bij den toegang naar Oslo. Aan den voet van den vuurtoren zijn vree- selijke tooneelen gezien. Maar wat be- teekent het verlies van zeven of acht duizend man voor een totalitairen staat en een regeering zooals wij bestrijden? Ons is de vraag gesteld, waarom wjj niet binnenvoeren naar Bergen, Drontheim en andere havens in de eerste paar uur. Het doel van het binnenvaren in fjorden zou zijn geweest, daar liggende vijandelijke torpedobootjagers te vernielen. Deze tor- pedobootjagers werden voor een groot deel vernield uit de lucht door het luchtwa- pen van de vloot. ,,Mijn gedachten waren voortdu rend gevestigd geweest op Narvik. Het schijnt, dat daar de weg ligt, die kan leiden naar een of ander beslissend resultaat in den oorlog. Een plan werd voorbereid voor de landing van twee divisies te Namsos en Andalsnes en voor een directe landing in de fjord van Drontheim, waar vijandelijke strijdkrachten zich van de haven had den meester gemaakt. Dit was onge twijfeld een waaghalzige operatie. Niettemin was de marine volkomen bereid om troepen naar binnen te bren gen. Waarom werd dit plan, dat op 25 April uitgevoerd zou worden, dan op gegeven? Het werd opgegeven, omdat op 17 April de twee gelande divisies goede vorderingen hadden gemaakt en het gemakkelijker leek Drontheim door deze methode in te nemen dan dc zware kosten van een directen aanval te aanvaarden. Ernstige twijfel werd door de militairen gekoesterd ten aanzien van de mogelijk heid eener landing onder de oogen van een vijandelijke superioriteit in de lucht. On der die omstandigheden gaven de chefs der staven en de vice-chefs zonder het gering ste verschil van meening den raad, dat het minder kostbaar en gemakkelijker zou zijn óm de gelande divisies den hoofdaanval te doen uitvoeren." De toestand verergerde snel. De toestand verergerde snel. De Duit sche opmarsch naar het Noorden uit Oslo ontwikkelde zich in een enorm tempo. De Noren waren niet in staat, de bergpassen te houden en zij vernielden wegen en spoorwegen niet. Tegen 25 of 26 April moest de mogelijkheid onder oogen gezien worden van aankomst in de streken ten Zuiden van Drontheim van zeer groote Duitsche strijdkrachten. Tezelfder tijd ver hinderden voortdurende intensieve bom bardementen op de bases te Namsos en An dalsnes het aan land brengen in die kleine visschershavens van groote versterkingen en zelfs van artillerie en voorraden voor de troepen. Het. was derhalve noodzakelijk de troepen terug te trekken of ze daar te laten en te worden vernietigd door een overweldigende meerderheid. Het besluit tot terugtrekken was ongetwijfeld gezond. De terugtrekking van deze 12.000 man, minder dan een divisie, werd met zeer groote bekwaamheid uitgevoerd, en dat moet ik er aan toevoegen, met veel geluk, De vraag doet zich voor of w(j, wanneer wij ons gehouden hadden aan een directen vlootaanval, de gebeurtenissen een beter resultaat zouden hebben gehad. Ik zou MOEDERDAG LEIDEN Maarsmanssteeg 8 Generaal Ironside, chef van den imperieelen generalen staf, sprak de uit Noorwegen terugkeerende Britsche en Pransehe troepen na hm aankomst h een Schotsehe haven toe zeer gaarne alle mogelijke verant woordelijkheid hebben genomen voor een poging, mits deze gesteund was door de meening der deskundigen. Maar zelfs wan neer wij meenen, dat deze opvatting juist is, en dat wij tegen 25 April meester had-_ den kunnen zijn van Drontheim of de" puinhoopen daarvan, zouden wij dan een voldoende leger ten Zuiden van Dront heim hebben kunnen brengen om den aan valler terug te slaan? Ik geloof niet, dat het mogelijk zou zijn geweest den ontzaggelijken druk te weer staan van een aanval der Duitschers uit hun schitterende posities. Er is geen twij fel aan, dat de Duitsche basis in Oslo en de verbindingen naar het Noorden onvergelij kelijk beter waren dan alles, wat wij had den kunnen krijgen in Drontheim en de hulplandingsplaatsen in die streek. Ik kan in het geheel niet terugkomen van mijn veel gecritiseerde verklaring, dat de Duitsche inval in Noorwegen een be langrijke politieke en strategische vergis sing was. De Duitschers beweren, dat zij elf slagschepen tot zinken gebracht of be schadigd hebben. In werkelijkheid zijn er twee licht beschadigd en geen enkel slag schip is voor een dag uit den dienst geno men. Het eenige punt, waarop de Duit schers niet overdreven hebben, is dat van de treilers. Helaas hebben wij er daarvan 11 verloren. Wij moeten er voor oppassen onze luchtmacht niet uit te putten, met het oog op ander gevaren van ernstiger aard, die ons zouden kunnen bedreigen. Indien Zweden Noorwegen te hulp was gekomen en zijn luchtbases ter beschikking van de Britsche luchtmacht gesteld had, ?ou wellicht een andere toestand ontstaan zijn. Het optreden van Zweden is beperkt gebleven, evenals dat van vele andere vol ken, tot een critiseeren der Britsche re geering. Churchill besloot met de woorden: „Geen enkel oogenblik in den wereldoorlog zijn wij in grooter gevaar geweest dan thans en ik dring er ten sterkste bij het Huis op aan, deze dingen niet overhaast te behandelen, doch op ernstige wijze, op het juiste oogenblik en in overeenstem ming met de waardigheid van het parle ment." DE STEMMING Het Lagerhuis ging daarna over tot stem ming over dc door do regeering ingediende motie tot verdaging der vergadering. De motie werd aangenomen met 281 tegen 200 stemmen. De regcering behaalde dus een meerderheid van slechts 81 stemmen. Meer dan 40 regeeringsaanhangers voeg den zich bij deze stemming bij de oppositie. Honderddertig regeeringsaanhangers brach ten hun stem niet uit: 30 hunner waren ziek, enkele waren in dienst en anderen wa ren om verschillende redenen afwezig. Tot de 40 regeeringsaanhangers, die te gen de regeering stemden, behoorden Duff Cooper, Hore Belisha, admiraal Keyes, Amery, Kink Hall, lord Wolmer, kolonel MacNamara, Harold Nicholson en lady As tor. Reuter meent te weten, dat de minister president z(jn ambt zal blijven waarnemen, doch dat een reconstructie der regeering in overeenstemming met de stemming van gis teravond zeer waarschijnlijk is. Het is mo gelijk, dat de oppositie opnieuw zal worden aangezocht bij deze reconstructie haar me dewerking te verleenen. Het verluidt, dat de arbeidersoppositie zou weigeren aan een regeering onder Chamberlain deel te nemen. De parlementaire redacteur van Reuter schrijft, dat bij de debatten de ministers verstoord schenen over de critiek. Hun re devoeringen waren geen goede verdediging en zelfs Churchill werd gemakkelijk van de wijs gebracht: hij was minder strijdlus tig dan anders. Het staat, aldus deze redac teur, vrijwel vast, dat een versterking van de oorlogsvoering uit de stemming zal voortvloeien. CHINEESCHE MAGINOT-LINIE INGESTORT. Japan meldt: „20 divisies omsingeld". Het Japansche agentschap Domei ver neemt, dat de zoogenaamde Ohineesohe Maginot'linie volkomen ineengestort is door den Val van Piyoean, een stad die in het Zuid-Westen van de provincie Hon an xigt in de zoogenaamde vijfde oorlogszone. De Japanners hebben de omsingelende be weging kunnen voltooien en volgens Domei twintig Chineesche divisies in gesloten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 5