STADS IX NIEUWS
DINSDAG 30 APRIL 1940
DE LEIDSCHE COÜPANT
TWEEDE R«-*D - PAG. 6
Gemeenteraad
Vergadering van den Gemeenteraad van
Leiden, op Maandag 6 Mei 1940, des na
middags te twee uur, in de aula van het
Stedelijk Gymnasium. De vergadering zal,
zoo noodig, des avonds worden voortgezet.
Te behandelen onderwerpen:
1. Benoeming van zeven leden van de
Noorder-Commissie en van zeven leden
van de Zuider-Commissie tot Wering van
Schoolverzuim.
2. Benoeming van negen leden van de
Con tact-Com missie voor de groot-industrie.
3. Benoeming van negen leden van de
Contact-Commissie voor de kleinindustrie
en het winkelbedrijf.
4. Voorstel tot het verlengen van de aan
stelling van L. Otto als tijdelijk leeraar in
het teekenen aan de Hoogere Burgerschool
inet 5-jarigen cursus.
5. Voorstel tot het verlengen van de aan
stelling van J. Tulleners als tijdelijk leeraar
in de handelswetenschappen aan de Hoo
gere Burgerschool met 5-jarigen cursus.
6. Prae-advies op het verzoek van Prof.
Dr. P. C. T. van der Hoeven om ontslag als
stadsvro edm eester
7. Voorstel tot het wijzigen van de huur
overeenkomst met mevr. de Wed. J. M. I.
Ritman geb. Herst betreffende de boven
woning Garenmarkt 6a. ('t Betreft hier
slechts een wijziging van geringe beteeke-
nis).
8. Voorstel tot het opnieuw verhuren
van het winkelhuis Nieuwe Rijn No. 20,
met de bovenwoning van de v.m. Graan-
beurs, aan H. C. van Leeuwen.
9. Voorstel tot het opnieuw verhuren
van de woning Langegracht No. 226 aan
J. van Polanen.
10. Voorstel tot het opnieuw verhuren
van de speelplaats van de v.m. bewaar
school aan de van der Werfstraat aan J.
A. van der Reyden Jr.
11. Voorstel tot het wederom verhuren
van een tweetal lokalen in het Administra
tiegebouw van het Openbaar Slachthuis
aan den Staat der Nederlanden.
12. Voorstel in zake het verpachten van
het recht tot heffing van den weg- en wa-
tertol c.a. tegenover den Rijnsburgschen
Vliet, bij het „Leidsche Hek", aan P. Cig-
gaar, te Oegstgeest. (Tijdsduur wordt voor-
loopig verkort tot drie maanden in ver
band met loopende onderhandelingen met
de gemeente Voorhout inzake overname
weg en tol).
13. Voorstel tot het verkoopen van een
strookje grond, gelegen aan den Zoeter-
woudsche Singel hoek Fruinlaan, aan M.
C. van Straten, alhier, q.q. (Voor 350 gld.
(35 M2.), terwijl de kooper 250 gld. betaalt
voor bestrating enz.)
14. Voorstel in zake het aankoopen van
het perceel Noorderstraat no. 2. (Voor 550
gld. 30 M2).
15. Voorstel tot het aankoopen van een
vijftal perceelen, begrepen in het sanee-
ringsplan GeeregrachtKraaierstraat.
16. Voorstel tot het verhoogen van ver
schillende posten der gemeentebegrooting,
dienst 1939, waarvan de raming te laag is
gebleken, tot het toevoegen van eenige
nieuwe posten aan die begrooting, alsmede
tot het wijzigen van de begrooting, dienst
1940,
17. Voorstel inzake het vaststellen van
de exploitatie-vergoeding en vergoeding
voor vakonderwijzers, ex art. 101 (oud)
der Lager Onderwijswet 1920, over het
jaar 1937.
18. Voorstel tot het vaststellen en uit-
keeren van de bijdrage in de kosten van
het bij on der vervolgonderwijs over het
jaar 1937.
19. a. Herstemming over onderdeel II van
het voorstel tot het wijzigen van de veror
dening van 9 Mei 1938, regelende de ran
gen, het aantal, de samenstelling, de eischen
van benoembaarheid en de bezoldiging
van de ambtenaren van politie der Ge
meente Leiden;
b. nadere vaststelling van die verorde
ning.
20. Voortzetting van de interpellatie van
den heer Schüller in zake den bouw van
arbeiderswoningen, mede ter vervanging
van krotwoningen.
21. Interpellatie van den heer van Weizen
met betrekking tot het niet verstrekken
van den 5pct, duurtetoeslag aan een gedeel
te van de bij de Leidsche werkverschaf
fingsobjecten tewerkgestelde arbeiders.
22. Praeadvies op het voorstel van de
heeren Wilmer, Beekenkamp en Bosch van
Rosenthal om het aantal leden van de Com
missie voor de Strafverordeningen te bren
gen op 5. (B. en W. adviseeren tot aan
vaarding).
23. Voorstel tot het opnieuw vaststellen
van een verordening tot aanwijzing van
een plaats voor het oprichten, hebben of
gebrüikèn van tapijtklopperijen binnen de
gemeente Leiden. (Stadshulpwerf).
24. Voorstel tot hét vaststellen van een
verordening op het hebben van wilde die
ren.
25. Voorstel om ten behoeve van de aan
schaffing van luchtafweergeschut:
a. een bedrag ad f 125.000.beschikbaar
te stellen;
b. een garantie te verleenen voor het
thans nog ontbrekende gedeelte van de
aanschaffingskosten tot ten hoogste ƒ14.000.
26. Voorste] in zake het aan het beheer
en de exploitatie van de Sportstichting ont
trekken van het terrein, gelegen achter
„Pomona".
7. Voorstel inzake:
a. het verleenen van medewerking aan
het centrale werkverruimingsobject van
de Stichting Inmaling Rijksdorp;
b. het verleenen van machtiging aan Bur
gemeester en Wethouders om voor den ver
volge deze gemeente te doen medewerken
aan centrale werkverruimings-objecten.
28. Voorstel tot het werkverschaffing
doen verbeteren van de taluds c.a. van den
Morschsingel en de Jan van Houtkade en
tot het beschikbaarstellen van de daarvoor
benoodigde gelden, zoomede tot het be
schikbaarstellen van gelden voor het ver
beteren van de bestrating van de Da
Costastraat.
29. Voorstel:
a. tot het verleenen van medewerking
aan het toekennen van een premie voor
de verbetering van de woningen aan de
Voorstraat nos. 1 tot en met 56;
b. tot het overnemen in eigendom bij de
gemeente van de Voorstraat;
c. tot het ten laste van de gemeente bren
gen van het onderhoud van de Voorstraat;
d. tot het beschikbaarstellen van de voor
het toekennen van de sub a bedoelde pre
mie en de voor het verbeteren van de Voor
straat benoodigde gelden.
VERBETERING ARBEIDERS
WONINGEN MET SUBSIDIE.
Bij circulaire d.d. 23 Juni 1938, later ge
wijzigd bij die van 17 Januari 1940, bracht
de Minister van Binnenlandsche Zaken ter
kennis van de gemeentebesturen een rege
ling voor het verleenen van bijdragen
fonds perdu voor het verbeteren van ar
beiderswoningen, waarbij ook gerekend
wordt op de financieele medewerking van
de gemeenten.
Aan deze regeling ligt de gedachte ten
grondslag, dat het wenschelijk is bestaan
de arbeiderswoningen, welke niet ten volle
aan eischen van bewoonbaarheid voldoen,
doen niet voor onbewoonbaarverklaring in
aanmerking komen, zoodanig te verbete
ren, dat zij met meer succes op de wo
ningmarkt kunnen worden gebracht en
gehouden. Aangezien op deze wijze kan
worden bereikt, dat woningen, die anders
voor den woningvoorraad wellicht voor
goed verloren zouden gaan, daarvoor thans
worden behouden, is deze regeling tenslot
te ook van belang met het oog op de mate,
waarin nieuwbouw van arbeiderswoningen
noodzakelijk is.
De premie bedraagt 1/3 van de kosten
van verbetering met een maximum van
320.per woning. Van deze bijdrage
wordt door het Rijk 3/4 gedeelte, derhalve
maximaal 240.—, gedragen, zoodat 1/4
gedeelte of maximaal 80.voor rekening
van de gemeente komt. Met de Commissie
van Fabricage waren B. en W. van oor
deel, dat er voor de gemeente aanleiding
bestond, aan de toepassing van de premie
regeling in voorkomende gevallen mede
werking te verleenen. Echter dienden de
voorwaarden, die de circulaires voor het
toekennen van premie bevatten, o.i.
eenigszins te worden aangevuld, teneinde
ze o.a. aan te passen aan de omstandighe
den te dezer stede.
Een en ander vond plaats in overleg met
den Minister, waarna de aldus tot stand
gekomen voorwaarden tot leiddraad kon
den strekken bij de behandeling van con
crete aanvragen om toekenning van pre
mie.
Inmiddels kwam een desbetreffende
aanvrage in, welker behandeling thans
zoover is gevorderd, dat zij aanhangig kan
worden gemaakt. Zij betreft de verbete
ring van 56 woningen aan de Voorstraat,
alhier, eigendom van de Vennootschap on
der Firma Erven J. v. Ommering, geves
tigd te Oegstgeest.
In 46 woningen wordt voorshands vol
staan met de verbetering van de waterlei
ding, terwijl in de 10 pverige woningen
behalve de wijziging van de waterleiding
nog verdere verbeteringen zullen worden
aangebracht. Vermits de kosten volgens de
door de aanvraagster ingediende, doch
dezerzijds gewijzigde, begrooting kunnen
worden geraamd op 8905.zal een pre
mie kunnen worden verleend van 1/3 van
ƒ8905.— ƒ2968.34, waarvan komt ten
laste van het Rijk 3/4 gedeelte of ƒ2226.25
en ten laste van de Gemeente 1/4 gedeelte
of ƒ742 09.
Het onderhavige plan kwam, naar het
oordeel van de Commissie van Fabricage
tn B. en W. voor toekenning van premie
overeenkomstig bovenbedoelde algemeene
voorwaarden in aanmerking, zoodat de
aanvrage naar het Departement werd
doorgezonden.
Blijkens beschikking van den Minister
van Binnenlandsche Zaken d.d. 22 April
j.l. heeft de toekenning van de Rijkspre
mie bereids plaats gehad, weshalve B. en
W. voorstellen thans een overeenkomstige
beslissing te nemen.
Ingevolge de hiervoor bedoelde voor
waarden kan echter een premie slechts
worden verleend, indien de woning aan
een aan de Gemeente toebehoorende straat
is gelegen en aangezien de Voorstraat nog
particulier bezit is, dient die straat bij
deze gelegenheid in eigendom en onder
houd aan de Gemeente te worden overge
dragen.
B. en W. verklaarden zich bereid die
overneming te bevorderen, indien door
belanghebbende bij de overdracht een be
drag van 1000.in de gemeentekas werd
gestort, zijnde de helft van de geraamde
kosten van de allernoodzakelijkste verbe
teringen, bestaande uit het herstraten van
de rijbaan en het ter weerszijde aanbren
gen van tegeltrottoirs, ter breedte van 1.95
M., met bijbehoorende kolken. Aangezien
het hier een doodloopende straat betreft,
dienen de verbeteringen zich hiertoe te be
perken.
WERKLOOZEN TEWERKGESTELD IN
WASSENAAR.
Blijkens schrijven van den Minister van
Sociale Zaken keurt deze bewindsman
goed, dat een nader door de Inspectie voor
de Werkverruiming te 's Gravenhage te
bepalen aantal werklooze arbeiders uit
deze gemeente wordt te werk gesteld bij
het centraal werkverruimingsobject van
de Stichting Inmaling Rijksdorp, welk ob
ject omvat het graven van eenige slooten
onder de gemeente Wassenaar.
Aan het werk zullen 30 a 40 Leidsche
werkloozen te werk worden gesteld; het
totaal te verloonen bedrag wordt geraamd
op ƒ4000.—.
Ingevolge de voorwaarden waaronder de
tewerkstelling plaats heeft zal ook bij dit
object zooveel mogelijk in accoord moeten
worden gewerkt tegen een zoodanig loon,
dat bij flink werken 38 cent per uur kan
worden verdiend.
De loonen c.a. van de uit deze gemeente
tewerkgestelden komen voor 70 pet. ten
laste van de gemeente. Het uit dezen
hoofde door de gemeente te betalen bedrag
komt voor de berekening van de gewone
bijdrage uit het Werklcoshei'lssubsidie-
fonds in aanmerking.
Tengevolge van een misverstand aan de
zijde van den Rijksdienst voor de Werk
verruiming is reeds met tewerkstelling van
Leidsche arbeiders aangevangen. Uwe goed
keuring op de tewerkstelling ware echter
alsnog te verleenen.
B. en W. zijn n.l. van oordeel, dat ook
aan dit centraal werkverruimingsob
ject door de gemeente behoort te worden
medegewerkt. Praktisch kan de goedkeu
ring trouwens bezwaarlijk worden gewei
gerd, zonder het subsidie uit het Werkloos-
heidssubsidiefends in alle uitgaven ter
zake van steunverleening en werkverschaf-
fingsloonen in gevaar te brengen.
Met het oog op dit laatste komt het B.
en W., mede in verband met den spoed,
welke veelal in deze zaken moet worden
betracht, gewenscht voor, dat de Raad B.
en W. voor het vervolg machtigt deze ge
meente te doen medewerken aan cen
trale werkverruimingsobjecten, ten aan
zien waarvan de Minister van Sociale Za
ken heeft goedgekeurd, dat daaraan Leid
sche werkloozen worden te werk gesteld
en waaraan naar de meening van het
College van B. en W. behoort te worden
medegewerkt.
Van elk geval, waarin B en W. van
deze machtiging gebruik heben gemaakt,
zullen zij dan mededeeling aan den Raad
doen.
In verband met het vorenstaande geven
zij den Raad in overweging:
a. alsnog te besluiten tot medewerking
aan het centrale werkverruimingsobject
van de Stichting Inmaling Rijksdorp, om
vattende het graven van eenige slooten on
der de gemeente Wassenaar;
b. Burgemeester en Wethouders te mach
tigen voor den vervolge deze gemeente te
doen medewerken aan centrale werkver
ruimingsobjecten, ten aanzien waarvan de
Minister van Sociale Zaken heeft goedge
keurd, dat daaraan Leidsche werkloozen
worden tewerkgesteld.
UITVOERING VAN EENIGE WERKEN.
In de Raadsvergadering van 12 Februari
j.l. werd de verdere behandeling van een
voorstel inzake het in werkverschaffing
doen verbeteren van de rioleering en de
bestrating van de Da Costastraat en
van de taluds c.a. van den Morschsin
gel en de Jan van Houtkade, na de
aanneming van een amendement, be-
oogende het eerstbedoelde werk niet in
werkverschaffing doch als normaal werk
te doen uitvoeren, aangehouden.
In verband met de aanneming van vt-
renbedceld amendement, wendden B. en
W. zich tot den Minister van Sociale Za
ken met het verzoek te willen mededeelen,
of tegen uitvoering in werkverschaffing
alleen van de verbetering van de taluds
c.a. van den Morschsingel en de Jan van
Houtkade zijnerzijds bezwaar bestond, op
welk verzoek de Minister berichtte, dat
hij uitvoering van dat werk in werkver
schaffing onder de reeds ten vorigen male
door hem gestelde voorwaarden goed
keurde.
Deze werkverschaffing kan derhalve
thans wederom aanhangig worden ge
maakt.
De kosten van de voor dit werk benoo
digde materialen moeten inmiddels ƒ500
hooger worden geraamd, zoodat voor de
uitvoering van het werk in werkverschaf
fing nu een bedrd'g van 3600.beschik
baar moet worden gesteld.
Met betrekking tot de verbetering van
de rioleering van de Da Costastraat mer
ken B. en W. op, dat, ter tegemoetkoming
aan de klachten van de bewoners' van de
Tousaintkade en in verband met den aan
leg van een militair oefenterrein in die
omgeving, een voorloopige voorziening aan
de rioleering aldaar is aangebracht, tenge
volge waarvan een verbetering van de rio
leering in genoemde straat met loozing
naar het Galgewater voorhands niet noo
dig is.
De verbetering van de bestrating van de
Da Costastraat kan in eigen beheer door
den dienst van gemeentewerken worden
uitgevoerd. Voor aanschaffing van de voor
die verbetering benoodigde materialen c.a.
zal dan evenwel een crediet moeten wor
den toegestaan, dat thans op ƒ4000.
moet worden gesteld.
COMMISSIE TOT WERING VAN
SCHOOLVERZUIM.
Volgens artikel 21 van de Leerplichtwet
wordende leden van de Commissiën tot
Wering van Schoolverzuim benoemd voor
den tijd van drie jaren.
^Aangezien thans zoodanige driejarige
periode is verstreken bieden B. en W. een
aanbeveling aan, waarbij alle aftredende
leden opnieuw worden gecandideerd.
Week vóór Pinksteren
Week van gebed en offer
voor de Koloniale Missies
VERGOEDING BIJZONDER ONDERWIJS
Nu de gemeenterekening over 1937 door
Gedeputeerde Staten is gesloten, kan eene
beschikking worden genomen op de door.
de besturen van de in onze gemeente ge
vestigde bijzonder scholen ingediende aan
vragen om toekenning van vergoeding in
de exploitatiekosten hunner scholen, als
mede in de kosten van salarieering van
vakonderwijzers over dat jaar.
In verband daarmede deelen wij B. en
W. mede, dat de gemiddelde kosten (met
uitzondering van die van salarieering van
vakonderwijzers), over 1937 hebben be
dragen per leerling van het gewoon lager
onderwijs 18.41 en per leerling van het
uitgebreid lager onderwijs 18.91, terwijl
de gemeente over dat jaar, gemiddeld per
wekelijksch lesuur met inbegrip van de te
haren laste gebleven pensioensbijdragen,
heeft uitgegeven voor het vakonderwijs aan
de scholen voor gewoon lager onderwijs
119.15 en aan de scholen voor uitgebreid
lager onderwijs 113.
De vergoeding wegens salarieering van
vakonderwijzers wordt voor geen grooter
aantal lesuren toegekend, dan waarvoor
aan overeenkomstige openbare scholen in
he onmiddellijk voorafgaande kalender
jaar (i. c. 1936) vakonderwijzers zijn werk
zaam geweest. Over dat jaar nu werd door
vakondei*wijzers aan de schelen voor ge
woon lager- uitgebreid lager onderwijs les
gegeven gedurende respectievelijk 4.194 en
24 uur per week.
Gelijk bekend is, kwam bij de wet van
22 Mei 1937 (S. 323) een geheel nieuwe
regeling tct stand met betrekking tot deze
vergoedingen, doch over het jaar 1937
moet deze nog geschieden volgens de oude
bepalingen.
Bovendien moet thans voor alle scho
len met betrekking tot de vergoeding in de
exploitatiekosten, eene afrekening plaats
vinden, als bedoeld in artikel 101, lid 8,
(oud) van de Lager Onderwijswet 1920.
Met betrekking tot de door de school
besturen ingediende aanvragen om toeken
ning van een bijdrage'in de kosten van het
bijzonder vervolgonderwijs, over het jaar
1937, kan nu de gemeenterekening over
dat jaar door Gedeputeerde Staten is ge
sloten eene beslissing worden genomen.
Gelijk bekend, wordt de jaarlijksche bij
drage perleerling van het bijzonder ver
volgonderwijs berekend op het bedrag,
dat gemiddeld per leerling van het open
baar vervolgonderwijs, over hetzelfde jaar,
ten laste van de gemeente is gebleven.
Blijkens een berekeningsstaat beliep dit
bedrag over 1937 gemiddeld 20.18 per
leerling.
HET SPORTTERREIN ACHTER
„POMONA".
Bij besluit van 7 Juni 1937 werd het ter
rein achter „Pomona" in beheer en exploi
tatie gegeven aan de Sportstichting.
Tevoren werd dit terrein aan een voet-
balvereeniging verhuurd voor een bepaal
den huurprijs, waarbij het onderhoud ten
laste van de'huurster kwam.
De exploitatie door de Sportstichting
bracht in dezen toestand een. belangrijke
verandering. Het onderhoud geschiedde
voortaan door de Sportstichting zelf, ter
wijl de uitgaven, die naar het oordeel van
het Stichtingsbestuur voor het onderhoud
noodig waren om het terrein als sportveld
in behoorlijken staat te brengen en te hou
den, de huuropbrengst overtroffen. Dit ter
rein leverde düs niet meer een bate op,
maar een verlies, hetgeen uiteindelijk voor
de gemeentekas een nadeelig verschil van
pl.m. 700.per jaar beteekende.
De grond is echter bij het uitbreidings
plan van de gemeente niet lot sportterrein
bestemd, doch aangewezen als bouwter
rein. Het perceel is dan ook, hoewel aan
de Sportstichting in exploitatie gegeven,
in het Grondbedrijf gebleven, zoodat met
de mogelijkheid, dat de grond binnen kor
ter of langer tijd de bestemming van het
uitbreidingsplan vlogt, rekening moet wor
d-en gehouden. Waar alzoo van een per
manent gebruik voor sportdoeleinden
geen sprake zal zijn, achten B. en W. het,
met de Commissie van Fabricage, niet ge
rechtvaardigd om voor dit terrein uitga
ven voor onderhoud te doen in den om
vang als voor definitieve sportterreinen
noodig pleegt te zijn en verdient het on
der deze amstandigheden de voorkeur het
terrein tegen een geschikten datum we
der uit de Sportstichting te namen. De
velden kunnen dan voorloopig weder
rechtstreeks door de gemeente voor sport
doeleinden worden verhuurd of op andere
wijze productief worden gemaakt.
AANKOOP PERCEELEN.
Omtrent den aankoop van nog een vijf
tal perceelen, begrepen in het saneerings-
plan Geeregracht-Kraaierstraat, kon met
de betrokken eigenaren overeenstemming
worden bereikt.
In overeenstemming met het advies van
de Commissie van Fabricage geven B. en
W. in overweging aan te koopen:
a. het perceel Geeregracht No. 38, groot
56 M2., voor een bedrag van 2150.
b. het perceel Geerestraat No. 3, groot
28 M2., voor een bedrag van 300.
c. de perceelen le Haverstraat Nis 7 en
9, beide groot 30 M2., voor een bedrag van
ƒ975.in totaal;
d. het perceel 4e Binnenvestgracht No.
45, groot 42 M2., voor een bedrag van
ƒ540.—.
CONTACTCOMMISSIES.
Ingevolge het bepaalde in de Verorde
ning, regelende den werkkring en de sa
menwerking van de contactcommissies,
doen B. en W. voordrachten van twee per
sonen voor de benoeming van de leden
van:
I. de Contactcommissie voor de grootin
dustrie: A. 1. Ir. J. J. G. van Hoek, fa
brieksdirecteur; 2. H. H. Tieleman, fabri
kant. B. 1. G. Overduin Jr., fabrieksdirec
teur; 2. J. ter Haar, fabrikant. C. 1. L.
van Hoeken, houthandelaar; 2. J. P. Mul
der, boekdrukker. D. 1. Ir. F. H. E. Guljé,
fabrieksdirecteur; 2. W. A. Schrandt, fa
brieksdirecteur. E. 1. P. J. Michels, be
drijfsleider; 2. F. H. Nieuwenhuizen Sé-
gaar, fabrikant. G. 1. A. P. van Bers, siga
renmaker; 2. F. A. van Hees, crasseur. H.
1. H. W. Wittenaar, typograaf; -2. J. A. N.
den Tonkelaar, letterzetter. I. 1. G. Hor
dijk, vakbondbestuurder; 2. P. A. Harte-
veld, typograaf.
II. de Contactcommissie voor de klein
industrie en het winkelbedrijf: A. 1. H. de
Wilde, koopman; 2. P. J. van der Zanden,
schoenwinkelier. B. 1. J. Th. Hermans,
koopman; 2. J. B. de Koning, manufactu-
rier. C. 1. W Roodenburg, handelaar; 2.
J. van Weeren, behanger. D. 1. P. van der
Tas, bankdirecteur; 2. J. H. van der Kloot,
zuivelfabrikant. E. 1. J. W. Harting, schil
der: 2. C. D. Ligtvoet, loodgieter. F. 1. W.
J. Laman, ijzerhandelaar; 2. J. van der
Steen, slager. G. 1. P. Esderts, slager; 2.
Ph. J. de Leeuw, kleermaker. H. 1. J.
Brouwer, winkelhouder; 2. Chr. de Ko
ning, kruideniersbediende. I. la A. War-
nau, boekhouder; 2. P. M. M. Pont, typo
graaf
VERORDENING OP HET HEBBEN VAN
WILDE DIEREN.
Bij circulaire van 14 Maart 1939 hebben
Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland
aan de Gemeentebesturen in hun provincie
mededeeling gedaan van een schrijven van
den Minister van Binnenlandsche Zaken,
waarin deze de wenschelijkheid betoogt
van het maken van een verordening om
trent het houden van voor hun omgeving
gevaarlijke (z.g. wilde) dieren.
De Minister achtte het gewenscht, dat
het houden van wilde dieren afhankelijk
wordt gesteld van een vergunning van het
Gmeentebestuur.
Met den Commissaris van Politie zijn
B. en W. van oordeel, dat het' wel ge
wenscht is ook voor onze gemeente een
dergelijke verordening vast te stellen.
B. en W. hebben hiervoor een ontwerp
gemaakt.
Artikel 1.
1. Het is verboden wilde dieren, die voor
hun omgeving gevaar kunnen opleveren,
aanwezig te hebben
2. Van het bepaalde in lid 1 kan vrij
stelling worden verleend door Burgemees
ter en Wethouders, tenzij heteen aangele
genheid betreft als bedoeld in artikel 221
der Gemeentewet, in welk geval de vrij
stelling kan worden verleend door den
Burgemeester. Aan deze vrijstelling kun
nen voorwaarden werden verbonden.
Artikel 3.
Overtreding van het bepaalde in artikel
1 der verordening wordt gestraft met
hechtenis van ten hoogste een week of
geldboete van ten hoogste vijf en twintig
gulden en met verbeurdverklaring van het
dier of de dieren, waarmede de overtre
ding is gepleegd, voorzoover deze den ver
oordeelde toebèhooren.
DE GEMEENTE EN HET LUCHT
AFWEERGESCHUT.
In de Raad van 22 Januari j.l. werd "be
sloten in de kosten van aanschaffing van
luchtafweergeschut een, bijdrage uit de ge
meentekas in uitzicht te stellen van
125.000.—.
De Luchtafweer-Commissie-Leiden deelt
mede, dat thans aan bijdragen en toezeg
gingen van de burgerij en de Leidsche in
dustrie op een bedrag van ruim ƒ47.000.
kan worden gerekend. Met het door de
gemeente in uitzicht gestelde bedrag ad
125.000.is derhalve in totaal een be
drag van ruim /l172.000.voor aankoop
van luchtafweergeschut voor deze gemeen
te beschikbaar.
Aanschaffing van 6 batterijen elk van
twee stukken 2 c.M. geschut, zooals van
den aanvang af op grond van deskundige
voorlichting in de bedoeling heeft gelegen,
zal echter een uitgave vorderen van
186.570.zoodat nog moet worden voor
zien in een bedrag van rond 14.000.
Genoemde Comissie zal alsnog trachten
dat bedrag van particulieren te verkrij
gen. Met het oog op de wenschelijkheid,
om spoedig tot de aanschaffing van het ge
schut over te gaan, vraagt zij echter een
garantie 'van de gemeente voor de beta
ling van dat bedrag, indien en voor zoover
dit onverhoopt niet door particuliere bij
dragen zal kunnen worden gedekt.
Ook B. en W. zijn van meening, dat
thans zoo spoedig mogelijk tot de aan
schaffing van het luchtafweergeschut dient
te worden overgegaan. De in uitzicht ge
stelde bijdrage der gemeente ad 125.000
ware derhalve beschikbaar te stellen en
tevens ware, in het vertrouwen, dat de
Commissfe al het mogelijke zal doen, om
het ontbrekende bedrag alsnog geheel van
particulieren te ontvangen, de gevraagde
garantie te verleenen.
Hgt beschikbaar te stellen bedrag kan,
in verband met den aard van het object,
over 25 jaar, aanvangende met het jaar
1940, worden vërdeeld.
Voor de eerste aflossing ad f 5000.
kunnen de middelen worden gevonden
door afschrijving van dat bedrag van
volgn. 307 „Kosten van de luchtbescher
ming te dezer stede".