5PORT
SPEL
Smadelijke 7-1 nederlaag van
„Oranje" in Antwerpen
Reeds in de eerste helft was de over
winning van België zeker
MAANDAG 18 MAART 1940
DE LEIDSCHE COURANT
VIERDE BLAD - PAG. 13
HMANDAG BWOR33EL
De begroeting tusschen Paverick en Caldenh
Jiet Nederlandsch elftal, voor den aan
DE WEDSTRIJD
Ondier leiding van den Zwitserschen
scheidsrechter, den heer Wuthrich, werd
om precies drie uur Belgischen tijd begon
nen.
Nederland heeft den vrij sterken wind,
welke over de Lengte van het veld staat,
mede. België heeft den oipgooi verloren
en dus trapt van Craen af. De eerste aan
val van Nederland wordt afgeslagen en
eerst na vijf minuten komt er wat teeke-
ning in den strijd.
De Belgen hebben den eersten hoekschop
genomen en bij een doelworsteling redt
Michel, maar uit zy>n optreden blijkt, dat
hij zeer nerveus is. In het veld gaat het
gelijk op. De Harder, die vrij staat, brengt
den bal keurig op, geeft op het juiste mo
ment over aan Vente, die wel berekend
in het hoekje plaatst. België heeft dan ge-
luik, want via een been en een paar hoof
den, waarbij ook de doelverdediger den
bal nog aanraakt, wordt het leder tot hoek
schop verwerkt. In het eerste kwartier is
de Belgische verdediging verre van be
trouwbaar, het samenspel van Neder laud
is niet onverdienstelijk, men poogt onmid-
delijk den rechten weg naar het doel te
vinden. Maar ook de NederLandische verde
diging maakt een niet al te zekeren in
druk en vooral doelverdediger Michel, die
debuteert, wordt sterk op de proei gesteld.
Een fraai schot van van Craen wordt door
Michel tegen de lat getipt, van Wouwer is
er onmiddellijk bij, maar de Velsenaar
gooit zich moedig op den bal, waardoor
Caldenhove nog in staat wordt gesteld te
redden. Het is echter uitstel van executie,
want na zestien minuten is Michel reeds
voor de eerste maal gepasseerd als de
schietvaardige Nelis een laag schot in
zendt, dat door den Nederlandschen doel
verdediger verkeerd beoordeeld wordt.
Mede door het effect verdwijnt het leder
in het hoekje (10).
Beide ploegen gooien er een schepje op,
een schot van Drager na een goed opge
zetten aanval een zeldzaamheid
vliegt naast. In de hitte van den strijd
krijgt de Belgisohe linksbuiten Eeoksman
ikramp en hij moet enkele minuten van het
veld verdwijnen. In die periode slaagt de
Harder er bijna in den gelijkmaker te sco
ren. Zoo verloopt het eerste half uur en
hoewel bij het Nederlandsch elftal geen
oogenblik het peil tot groote hoogte stijgt,
toch krijgt men niet den indruk, dat een
debacle voor de dfeur staat.
Een tweede hoekschop op het Belgisohe
doel wordt genomen, Vente kopt in, maar
de Raedt heeft zich uitstekend opgesteld.
Langzamerhend blijkt, dat de Belgen het
in enthousiasme van ons winnen, zij zit
ten er meer boven op, het tempo is hoo-
ger, zoodat de Oranjetruien steeds iets te
laat zijn. Tien minuten voor die rust weet
Voorhoof dankbaar gebruik te maken van
slecht wegwerken der Nederlandsche ver
dediging; eerst schiet hij tegen Caldenhove
aan en de terugspringende bal wordt on
houdbaar voor Michel in doel geplaatst
(2p).
In de laatste vijf minuten voor de pau
ze wordt, na later zou blijken, de wed
strijd 'beslist. Nederland is beslist sterker.
Na een hoeksohop, door de Harder geno
men, schiet Vente in, de bal komt tegen
den onderkant van de lat, maar stuit niet
in, maar voor het doel. Scheidsrechter
Wuthrich heeft zich vlak bij de doellijn
opgesteld en heeft duidelijk kunnen con-
stateeren, dat het leder de lijn niet is ge
passeerd. Het Oranjeteam komt terug,
weer wordt bijna een Hollandsch doel
punt geteld, als een kopbal van Smit over
vele Belgen heen in doel belandt, doch van
'Ve, de aanvoerders van het Belgische- en
ang van den wedstrijd in Antwerpen
ENTERO RINNE EN PENTTI ERONEN
GESNEUVELD.
Tijdens de laatste dagen van den oorlog
zijn twee bekende Finsche voetballers, En-
tero Rinne en Pentti Eronen gesneuveld.
Beiden waren lid van de voetbalclub „Hel
sinki".
Eronen speelde dertig keer in landen-
wedstrijden mede, terwyl Rinne twintig
maal in de Finsche ploeg uitkwam.
Caelenberg heeft zich op de lijn opge
steld en kopt den bal er uit.
Een uitval van België wordt Nederland
by na noodlottig, als Michel den bal uit de
handen laat vallen; op het laatste moment
redt de Velsenaar nog, doch de Belgen
keeren terug en als Stam onnoodig op Mi
chel terugspeelt, heeft de doelman het le
der wederom niet klem vast in de handen.
Van Craen is er onmiddellijk bij en weet
zonder moeite het derde doelpunt voor Bel
gië te scoren (30).
Op dat moment is Nederland reeds een
geslagen elftaL Een miniuut voor tijd maakt
een der Belgen uit een kluwen ven spe-
lens o.i. op volkomen regelmatige wijze
een vierde doelpunt, doch de scheidsrech
ter annuleert deze goal wegens buitenspel
Zoo komt de rust met een 30 voorsprong
der gas thee ren.
De tweede helft.
Direct na de hervatting zijn de Belgen
sterk in den aanval. Een vrije trap wordt
keurig door Nelis op doel geplaatst, maar
Michel stopt den bal goed. België komt
terug en onze verdediging gaat steeds on
zekerder spelen. Als Wilders dan nog blijft
staan voor een vermeend buitenspelgeval,
heeft van Vraen geen moeite een vierde
doelpunt voor zijn land te maken. (40).
Er zijn dan zeven minuten van de tweede
helft gespeeld.
In het Nederlandsch elftal lukt niets
meer, alle spelens zijn er volkomen uit en
zelfs Smit en Bas Paauwe voelen er den
weerslag van. Na achttien minuten maakt
van Craen opnieuw een doelpunt, nu ech
ter in zuiver buitenspelpositie, waarvoor
de geheele Nederlandsche achlUerhoede
heeft geappelleerd. De heer Wulbhrioh
heeft echter niets gezien en ook het pro
test van aanvoerder Caldenhove helpt
niets. Zoo is de stand een klein half uur
voor het einde reeds 50 voor België. De
middenlinie van Nederland steunt zeer
slecht. Het plaatsen lijkt naar niets, waar
door de voorhoede geheel op haar zelf is
aangewezen. We zien Smit een vrijen
schop nemen, hij neemt den trap zeer tac
tisch, maar het lijkt wel, of Nederland
door pech aohtervolgd wordt: de bal be
landt tegen de lat en springt weer in het
veld terug. Ook dat nog! Enkele oogen-
bliikken daarna mag Smit weer een vrijen
schop nemen, nu plaatst hij onverwacht
naar Drager, die echter naast schiet. Met
het lichte overwicht van Nederland is het
dan spoedig gedaan en dertien minuten,
voor het einde loopt van Craen goed door,
Michel kan den bal slechts wegtrappen,
hij schiet daarbij tegen Wilders aan en zoo
ontstond het zesde doelpunt. Vijf minuten
voor het einde weet van de Wouwer het
zevende doelpunt tegen de geheel gede
moraliseerde ploeg te maken. Vier minu
ten voor het einde weet Smit dan, nadat
Stam nog tegen de lat heeft geschoten, een
vryen trap van de Harder te benutten,
en met een kopbal vliegt het leder langs
doelman de Raedt. De eer is gered, maar
daar blijft het dan ook bij.
De beide elftallen opgesteld voor den aanvang van den voetbal-landenwedstrijd 'm Antwerpen.
Links: het Belgische team; rechts: de Oranje-ploeg
Een zwarte dag voor de
Oranj'eploeg
Lof voor de Belgen
Een zeer zware nederlaag heeft de
Oranjeploeg in het Deurne-stadion ge
leden: met 71 wisten de Belgen in
den jaarlijkschen wedstrijd te zegevie
ren, een overwinning door een in som
mige periodes uitstekend spelend team
behaald op tegenstanders, die een vol
komen off-day hadden. Nog nimmer
heeft Nederland tegen België met der
gelijke cijfers verloren. In 1906 won
België met 50 en dit waren de hoogste
cijfers tot gisteren in de wedstrijden
tegen Nederland.
Om op objectieve wijze de oorzaken van
deze nederlaag op te scoren, is geen een
voudige arbeid. Men mag niet als veront
schuldiging aanvoeren, dat door de vorst
periode en door de mobilisatie de spelers
var. het Nederlandsch elftal geen voldoen
de oefening hebben gehad, immers van
den strengen winter hebben onze Zuider
buren denzelfden last ondervonden en van
de twee-en-twintig spelers, die dezen mid
dag in Antwerpen tegenover elkaar ston
den, waren er drie aan Nederlandsche zij
de gemobiliseerd ennegen aan Belgi
sche zijde. Op de slechte weersomstandig
heden en de minder goede couditie van het
terrein kan men het ook niet gooien. Van
begin tot einde heeft het hard geregend en
beide partijen hadden er evenveel hinder
van.
Uit de Oranjeploeg, de schitterende van
weleer, zijn bijna alle „oudjes" verdwenen,
er speelden zelfs enkele debutanten in in
ternationaal voetbal mede, maaj bij de
Belgen was dat precies eender: ook daar
een algeheele verjonging met zelfs het ex
periment om Raymond Braine er uit te
laten.
Had het Nederlandsch elftal dan zoovele
zwakke plekken, dat de groote nederlaag
daaruit verklaard zou moeten worden?
En hier komen wij op een der kernpun
ten van de debacle der Nederlandsche
ploeg. Het gaat er niet om of een Van der
Veen er hopeloos uit was en dat men voor
hem veel beter een ander had kunnen kie
zen, het doet er niet toe of een Stijger min
der in vorm was en dat misscnien de Vroet
beter voldaan zou hebben. Deze verwijten
mag men, wil men het verloop van de ont
moeting in breedere lijnen zien, de keuze
commissie van den K.N.V.B. niet maken.
Want wij durven te beweren, dat dergelijke
laag hadden kunnen redden, omdat het g e-
h e e 1 e elftal, zonder uitzondering, beneden
het peil speelde, wat men redelijkerwijs
had mogen verwachten. Het was een zwar
te dag voor de Oranjeploeg, niets gelukte,
alles zat tegen, van den beginne af. Er zat
geen verband tusschen de linies, het plaat
sen was slecht, het tempo liet alles te wen-
schen over, de geestdrift, juist een der be
langrijkste wapenen van de Oranjeploeg,
bleek in Nederland te zijn achtergelaten.
Enkele debutanten hadden plankenkoorts,
waardoor fouten ontstonden, die niet altijd
door de anderen konden worden goedge
maakt.
En nu deed zich het merkwaardige
feit voor, dat de geroutineerde interna
tionals als Smit in de voorhoede, Paau
we in de middenlinie en Caldenhove in
de achterhoede in iedere linie een
speler, die volgens de keuzecommissie
het klappen van de zweep kent niet
over de moreele kracht beschikten de
falende teamgenooten over het doode
punt heen te helpen, ja hen te inspiree-
ren tot een spel, dat meer kans op suc
ces zou hebben geboden.
En waarom waren deze spelers hier niet
toe bij machte? Wij zijn er van overtuigd,
dat zij dit in den aanvang hebben getracht,
maar door den voortdurend en druk, wel
ken de Belgen uitoefenden, is hun opzet
mislukt. En logisch deed zich toen het feit
vcor, dat zij gingen deelen in de algemeene
malaise, dat ook hun spel er sterk onder
leed, waardoor de algemeene indruk nog
treuriger werd.
Door deze feiten te constateeren, hebben
wij meteen een pluim op de hoed gestoken
van de Belgen, die inderdaad over een zeer
krachtig elftal beschikten. In deze ploeg
zat tempo, met vaart en met vaardigheid
werden de aanvallen opgezet en uitgevoerd,
aan uithoudingsvermogen ontbrak het niet
en in technisch opzicht hebben de Belgen
nooit over gebrek aan capaciteiten te kla
gen gehad. Raymond Braine, de typische
vertegenwoordiger van het midden-Euro-
peesche spel, had men uit het elftal gela
ten. Na den jubileumwedstrijd te Rotter
dam, in December j.l., schreven wij reeds,
dat men in België gerust met deze proef
kon beginnen. En den eersten den besten
keer, dat men er toe overgegaan is, lukte
het. Van het midden-Europeesohe speltype
was nu niets meer te bespeuren, integen
deel, van een remmenden invloed, onge
twijfeld door Braine in de ploeg gebracht,
viel totaal niets te onderkennen, want
daarvoor in de plaats waren gekomen snel
heid en tempo met open spel, factoren, wel
ke juist Nederland zoo vaak aan een over-
*Trir,r.intr bpbben geholoen.
Wij hebben niet de schuld van de zware
nederlaag op een of enkele spelers van het
Nederlandsch elftal willen gooien, maar
ar dersom is de zege van België ook niet
behaald, omdat er enkele uitblinkers in
het team der Roode Duivels hebben ge
zeten. Sterren zaten niet in deze ploeg, al
mag de eene speler dan misschien wat meer
opgevallen zijn dan de ander. De eene ploeg
was nu eenmaal een klasse beter dan de
andere, en zoodoende is de overwinning
van België op regelmatige en volkomen
verdiende wijze behaald, al spraken in en
kele perioden het geluk bij België
en de pech bjj Nederland een hartig
woordje mee.
Geen spanning, geen sfeer
Sedert 1934 heeft het Nederlandsch elf
tal niet meer te Antwerpen kunnen win
nen. De traditie is voortgezet, en hoe!
Maar in vorige jaren was het toch steeds
die onzekerheid over het resultaat, welke
een bepaalde sfeer in het stadion van
Deurne schiep. Dan waren er de vijftien
a twintigduizend Nederlanders, die door
hun machtigen samenzang, hun vlaggen en
hun aanmoedigingskreten het Neder
landsch elftal mede aanspoorden tot da
den, welke boven de normale somtijds uit
kwamen. Dan was er die spanning, die fel
heid van strijd, welke men alleen binnen
de muren van het bouwwerk aanwezig
wist en die niet konden worden begrepen
door degenen, die de ontmoeting niet bij
woonden. Dit alles was tr bepaald niet.
Nog geen 3000 landgenooten hadden den
tocht naar de Scheldestad aanvaard, de tri
bunes vertoonden leelijke gapingen, en het
teleurstellende spel van het Nederlandsch
elftal vormde, zeker ook voor de Belgen,
een groote desillusie.
Van een ouderwetsche HollandBelgië-
ontmoeting was nu geen sprake. Herinne
ringen werden opgewekt aan de debacle
van de Belgen van Amsterdam in 1934,
toen het Nederlandsche publiek, naarmate
de score steeg, van de tribunes riep: tien,
tien! De uitslag werd toen 93 voor het
Oranje-elftal. Was het wonder, dat niet al
leen de Roode duivels, maar ook de Belgi
sche toeschouwers op revanche belust wa
ren en dat wij telkenmale de kreet konden
hooren: tien, tien! En moeilijk zou men dit
onzen Zuiderburen kwalijk kunnen nemen:
de Nederlanders hadden het hun toch zelf
geleerd.