Aanval op Duitsctie
duikboot
BINNENLAND
WOENSDAG 13 MAART 1940
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 7
Dultsche vliegers boven
België
DOOR EEN BQM GETROFFEN
Het Britsche ministerie van Luchtvaart
deelt mede, dat Maandagmiddag tijdens
een verkenningsvlucht boven de Duitsche
Bocht en de Duitsche riviermondingen een
bommenwerper der Britsche koninklijke
luchtstrijdkrachten met succes een aanval
heeft gedaan op een Duitsche duikboot.
Men heeft gezien, dat de duikboot door
minstens een bom werd getroffen. Men ge
looft, dat zij gezonken is.
De duikboot voer langzaam aan de opper
vlakte, toen de bemanning van een Britsch
bombardementsvliegtuig haar in het oog
kreeg. Het vliegtuig ging onmiddellijk tot
den aanval over en liet vier bommen van
115 kilogram vallen. Een dier bommen
kwam jiiist voor den commandotoren te
recht en een tweede heeft vermoedelijk
eveneens doel getroffen. De bestuurde van
het vliegtuig zag voor en achtersteven van
de duikboot boven water komen, terwijl
het middengedeelte onder de oppervlakte
was. Een Britsch verkenningsvliegtuig
heeft later op de plek van den aanval een
aantal Duitsche patrouillevaartuigen ge,-
zien.
DUITSCHE VLIEGERS BOVEN BELGIë
Krachtig protest te Berlijn
In de provincie Luxemburg heeft een
Belgisch eskader vliegtuigen tegen 12 uur
Dinsdagmiddag een buitenlandsch toestel,
men vermoedt een Duitsch, aangevallen.
Het vreemde vliegtuig slaagde er in te ont
komen.
Volgens de Soir hebben omstreeks het
middaguur verscheidene vreemde vlieg
tuigen op groote hoogte boven Verviers
gevlogen.
Twee dezer vliegtuigen hebben een wit
rookgordijn achtergelaten. Het Belgische
luchtdoelgeschut kwam hierop in actie.
Later heeft een ander vliegtuig zeer laag
en met een buitengewoon groote snelneid
boven een stadswijk van Verviers gevlogen.
Verscheidene burgers hebben volgens het
blad het hakenkruis op het vliegtuig her
kend. Het toestel verwijderde zich in Ooste
lijke richting, nadat het door luchtdoel
geschut krachtig werd beschoten.
De minister van Buitenlandsche Zaken
Spaak, heeft den ambassadeur van België
te Berlijn opgedragen bij de Duitsche re
geering krachtig te projesteeren tegen het
feit, dat Duitsche vliegtuigen boven Bel
gisch grondgebied hebben gevlogen, on
danks de jongste beloften der rijksregee-
ring aan de Belgische regeering.
De beloften waren gedaan, nadat de
Belgische luitenant-vlieger Henrard door
een Duitsch vliegtuig bij Sint Hubert was
omlaag geschoten.
DE „CARDENIA" GEZONKEN
33 leden van de bemanning van het
Britsche vrachtschip „Cardenia" (3745 ton)
zijn gisteren in een haven aan de Britsche
Oostkust aan land gebracht. Zij waren ge
red door een treiler, nadat hun schip ten
gevolge van een ontploffing was gezonken.
Verscheidene mannen waren licht ge
wond. De gezagvoerder deelde mede, dat
de ontploffing zich gisterochtend vroeg had
voorgedaan, terwijl vele opvarenden
sliepen.
Na een paar uur in de booten te hebben
rondgezwalkt werden de opvarenden opge
pikt. Drie hunner werden in een zieken
huis opgenomen.
BLOEMEN.IN FINLAND.
In het „Weekblad voor Bloembollencul
tuur" staat een fragment afgedrukt van
een brief, welke één der grootste afnemers
van bloemen in Finland op 12 Februari
j.l. uit Helsinki verzond aan een zakenre
latie hier te lande. Wij nemen een gedeelte
over:
„Met de bloemenverkoop is het mis,
zooals u zult kunnen begrijpen. Helsin
ki is geëvacueerd en ofschoon er nog
wel menschen zijn, hebben die hun aan
dacht wel voor iets anders noodig dan
voor bloemen.
Mijn groote kassen zijn ingevroren
en nu broei ik in de kleine kassen, doch
er is zeer weinig vraag; geen enkele
order van de winkels en de bloemen,
die nog verkocht worden, zijn voor de
grafkransen; de opbrengst in geld daar
van is nog niet een voldoende om de
(brandstoffen te betalen; we hebben
dan ook een winter zooals ik nog nooit
heb medegemaakt. Mijn twee zoons
staan aan het front en daarachter staan
de reservisten."
Een schrijnend beeld geeft deze brief
it het benarde Finland. Is het wonder, dat
de schrijver verderop nog uitroept: „Stuur
ons nu geen bloembollen, maar vliegtuigen
en oorlogsmateriaal"?
PRINS BERNHARD BEZOEKT
TROEPENONDERDEELEN
Z.K.H. Prins Bernhard heeft heden
ochtend namens H.M. de Koningin, verge
zeld van zijn waarnemenden adjudant,
luitenant-kolonel H. J. Phaff, oefeningen
van troepen bijgewoond in de omgeving
van Amersfoort,
AFGEKEURDEN VAN
VIJF LICHTINGEN HERKEURD?
Eerst een wetsontwerp?
In de Eerste Kamer heeft de minister van
Defensie, de heer Dijxhoorn, meededeeld,
dat er reeds voorbereidingen zijn getrof
fen om voor de buitengewone dienstplich
tigen van de lichtingen 1937 en 1936 een
keuring te houden in de maanden Mei, Ju
ni en Juli. Ook, zoo zeide hij, is in over
weging het treffen van voorzieningen om
afgekeurden van de laatste lichtingen aan
een nieuwe keuring te onderwerpen. Deze
herkeuring zal eerst kunnen aanvangen
nadat de keuring van de buitengewone
dienstplichtigen van de lichtingen 1937 en
1936 zal zijn geëindigd.
Naar wij thans vernemen heeft de
minister hierbij op het oog de alge
keurden van de lichtingen 1936, 1937,
1938, 1939 en 1940. Deze herkeuring
grondt hij op het feit, dat niet alleen
een deel der afgekeurden, die op hun
18e a 19e jaar ongeschikt werden be
vonden, thans nu zij meer volgroeid
zijn om deze reden geschikt geacht
kunnen worden, maar ook zal een
nieuw onderzoek in vele gevallen an
ders uitvallen dan het eerste, omdat
een paar jaar geleden de keurings-
eischen in verschillende opzichten zijn
verlicht.
Welke zijn nu de voorzieningen, die de
regeering in overweging heeft om tot her
keuring over te gaan van de genoemde
lichtingen? Zoo stelden wij de vraag aan
bevoegde instanties. Ligt het in het voor
nemen dienaangaande een wetsontwerp in
te dienen?
Van verschillende zijden bleek de over
tuiging te bestaan, dat zeer zeker voor een
herkeuring een wet vereischt is. De regee
ring zal dus een wetsontwerp bij de Sta-
ten-Generaal moeten indienen, dat de ge
wone weg langs Tweede en Eerste Kamer
zal volgen, voordat tot herkeuring kan
worden overgegaan. Anderzijds was men
echter van oordeel, dat geen wet noodig is.
Dit werd ons van officieële zijde bevestigd,
'waarbij men echter niet direct kon zeggen
op welke gronden een zoodanige herkeuring
ook zonder een speciale wet kan geschie
den.
Wat de buitengewono dienstplichtigen
betreft van de lichting 1937 en die van
vroegere jaren, het meerendeel van hen
is niet gekeurd. Dit is wel het geval met
de buitengewone dienstplichtigen van 1938
en latere jaren, omdat de op 21 Februari
1938 gewijzigde dienstplichtwet de alge-
meene voorkeuring instelde. Zij strekte
zich voordien niet uit over de vele duizen
den, die jaarlijks wegens broederdienst
worden vrijgesteld. Tegenwoordig echter
worden allen, die voor de dienstplicht wor
den ingeschreven, aan die algemeene voor
keuring onderworpen.
Daarom moeten de buitengewone dienst
plichtigen van lichtingen van voor 1938
alsnog worden gekeurd, hetgeen zal ge
schieden in de reeds genoemde maanden
Mei, Juni en Juli voor wat de lichtingen
1936 en 1937 betreft.
„Voorw."
BEVORDERINGEN VAN RIJKS
AMBTENAREN OPGESCHORT?
De regeering overweegt, naar wij
vernemen, dit jaar de gebruikelijke -
promoties van ambtenaren niet tc doen
geschieden. Een beslissing is evenwel
nog niet genomen. Bij de indiening
en behandeling der rijksbegrooting
heeft de regeering er reeds op gewe
zen, dat onder de huidige bijzondere
omstandigheden groote soberheid be
tracht zou moeten worden.
De bevorderingen van ambtenaren wor
den meestal medio Februari bekend. Tot
dusver is er evenwel niets van vernomen.
Er zijn dan ook onderhandelingen gevoerd
tusschen de betrokken amibtenaarsvereeni-
giingen en de hoogere instanties o.a. in
de zoogenaamde dienstcommissies met
het doel er op aan te dringen, de promo
ties althans ten deele toch te doen door
gaan.
Van de zijde der ambtenaren is er op ge
wezen, dat in enkele gevallen, zooals bij
de Raden van Arbeid en bij sommige de
partementen wel in beperkte mate bevor
deringen zjjn gescheid, doch bij andere of-
ficieele instellingen, de Rijksverzekerings
bank b.v. niet. Deze sporadische bevorde
ringen hebben evenwel, naar ons van des
kundige zijde wordt medegedeeld, niet te
maken met een eventueele beslissing der
regeering om de promoties niet te doen
doorgaan. Die beslissing zou alle catego
rieën raken, doch zoolang zij niet is geno
men, kunnen uiteraard enkele urgente be
vorderingen doorgaan.
Wat de Rijksverzekeringsbank betreft,
zijn ieder jaar aan den minister van So
ciale Zaken voorstellen tot promotie ge
daan. In afwachting van de beslissing van
den ministerraad heeft de minister echter
eventueele bevorderingen aangehouden.
„Telegraaf."
Inlijving dienstplich
tigen 1940
De regeeringspersdienst meldt:
De hierna vermelde ploegen dienstplich
tigen van de lichting 1940 worden, onvoor
ziene omstandigheden voorbehouden, op
de daarbij aangegeven datums ingelijfd.
Onder de op te roepen dienstplichtigen
zijn niet begrepen zij, die zijn bestemd
voor officiersopleiding.
Dienstplichtigen van de hierna vermel
de ploegen, die vrijstelling wegens kost
winnerschap of wegens persoonlijke on
misbaarheid dan wel uitstel van eerste
oefening verlangen, kunnen daartoe aan
vraag doen. Voor zoover de inlijving in
Mei a.s. geschiedt, moet de aanvraag met
den meesten spoed worden ingezonden.
Geldt het vrijstelling, dan moet de aan
vraag door of vanwege den dienstplichtige
worden gedaan bij den burgemeester.
Geldt het uitstel van eerste oefening, dan
moet de dienstplichtige een schriftelijk
verzoek richten aan den minister van de
fensie, bij voorkeur door tusschenkomst
van den burgemeester. Is de reden van het
verzoek gelegen in studiebelangen, dan
moet een verklaring worden bijgevoegd,
afgegeven door het hoofd van de onderwijs
inrichting.
Er moet op worden gerekend, dat uitstel
van eerste oefening slechts op uiterst be
perkte schaal zal worden verleend.
Opkomst op 6 Mei 1940:
2e regiment genietroepen, 2de ploeg;
korps pontonniers en torpedisten (torpe-
disten), 2e ploeg.
Opkomst op 6 Augustus 1940:
3de regiment genietroepen, 2de ploeg;
cavalerie, bestemd voor opleiding tot
paarden verzorger (niet bij het demonte-
depot) en tot paardenoppasser, 3de ploeg;
2de regiment huzaren (geen paarden-
oppassers en -verzorgers).
Opkomst op 19 Augustus 1940:
Cavalerie, bestemd voor opleiding tot
paardenverzorger bij het remontedepot,
3de ploeg.
Opkomst op 27 Augustus 1940:,
Zeemacht, 2de ploeg.
Opkomst op 1 October 1940:
Luchtvaartsregimenten, 3de ploeg:
lste regiment genietroepen. 2de ploeg;
korps pontonniers en torpedisten (pon
tonniers), 2e ploeg.
Opkomst 4 November 1940:
Cavalerie, bstemd voor opleiding tot
paardenverzorger (niet bij het remonte
depot) en tot paardenopposser, 4de ploeg;
3de regiment huzaren (geen paardenop-
passers- en verzorgers).
Opkomst op 2 December 1940:
Opleiding tot onderofficier-administra
teur, 2de ploeg.
Opkomst op 16 December 1940:
Regimenten veldartillerie, beredenen (in
begrepen de treinsoldaten) en onberede-
nen.
OORLOGSCLAUSULE IN BESTEK
GEWEIGERD
Aanbesteding veilinggebouw te Purmerend
ging niet door
De aanbesteding van een nieuw veiling
gebouw voor de Groente- en Fruit-Veiling
te Purmerend is hedenmiddag niet door
gegaan, aangezien geen enkel inschrijvings
biljet was ingeleverd.
Den georganiseerden aannemers was het
n.l. verboden in te schrijven, daar het
bestuur der Afslagvereeniging had ge
weigerd in het bestek de oorlogsclausule
op te nemen.
In .hotel Boon, waar de aanbesteding
werd gehouden, hebben de gemachtigden
van de Neutrale en R.K. Patroonsorgani
saties de billijkheid van den eisch tot rege
ling van eventueele oorlogsschade betoogd.
Het bestuur der Afslagvereeniging was
evenwel niet te bewegen de door de bon
den gestelde voorwaarde in het bestek op
te nemen. Het durfde n.l. geen enkel risico
te nemen, daar de ledenvergadering slechts
met een meerderheid van één stem (54
tegen 53) had besloten het te laag geble
ken crediet van 60.000 gulden met 10.000
gulden te verhoogen. De principaal
wenschte zekerheid te hebben, dat het
werk voor dat bedrag zou worden uitge
voerd en meende bij aanvaarding van de
clausule voor verrassingen te kunnen wor
den gesteld.
'n Geval als dit heeft zich in den lande nog
niet voorgedaan. Het gemeentebestuur van
Alkmaar, dat onlangs voor de zelfde moei
lijkheden kwam te staan, willigde den eisch
d..* aannemersbonden op het laatste oogen-
blik in. „Handelsblad"
HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN
STROO AAN VEEHOUDERS
Antwoord van den minister van oecono
mische zaken op vragen van den heer
Van der Weijden.
Op vragen van het lid der Tweede
Kamer, den heer Van der Weijden, betref
fende het tegen redelijke prijzen ter be
schikking stellen van stroo aan veehouders,
heeft de minister van oeconomische zaken
het volgende geantwoord:
Het is, den minister bekend, dat de vee-
WAT ANDERE BLADEN
SCHRIJVEN
RECHTSGEVOEL
De Avondpost schrijft:
„Het is een oud en goed beginsel van
de pers, niet te schrijven over rechtszaken,
welke nog loopende zijn.
Maar thans kunnen wij niet nalaten een
enkele opmerking te maken niet zoo zeer
over, dan wel naar aanleiding van een
spionnage-zaak, welke dezer dagen diende
voor de rechtbank te Rotterdam.
Tegen beide verdachten, een Neder
lander en een Duitscher, werd een ge
vangenisstraf geëischt van 5 jaar.
Echter:
de twee advocaten bepleitten vrijspraak;
van den eersten verdachte, den Neder
lander, werd zelfs gezegd dat hij niet met
opzet zou hebben gehandeld.
In breeden kring hebben dergelijke plei
dooien, volkomen terecht, verbazing en ook
verontwaardiging gewekt.
Het wil ons voorkomen (en dit is de op
merking van algemeenen aard, welke wij
willen maken):
dat onze advocaten zich in dezen tijd
dienen te beperken in de spitsvondigheden
en juridische acrobaten-toeren, welke zij
m zulke zaken vertoonen.
Wij beseffen heel goed, dat elke ver
dachte, wie dan ook, aanspraak maakt op
juridischen bijstand, en het is de plicht
van een verdediger, hem zoo goed moge
lijk bij te staan. Want tenslotte is hij nog
„maar" een verdachte, niet méér.
Maar die verdediging moet en mag niet
(en vooral niet tegenwoordig, en in zulke
zaken) uitloopen op het beoefenen van een
soort juridische sport, teneinde hen, die de
neutraliteit en de ongereptheid van ons
land schenden en bedreigen, toch maar
door de mazen van het net te doen heen
kruipen.
Honderdduizenden brengen in deze zorg-
vole tijden kalm en blijmoedig zware offers
ten bate van het vaderland.
Niets is, daartegenover, afschuwelijker en
gemeener dan het verrichten van spion-
nage en van andere daden, die de veilig
heid en de neutraliteit des lands schen
den. De zwaarste straffen zijn daarvoor
.eigenlijk nog niet zwaar genoeg.
Daarom mag van verdedigers verwacht
worden, dat zij in hun pleidooien zekere
grenzen in acht nemen, en niet met een
juridischen hartstocht, alsof het welzijn
van het gemeene best van de vrijspraak
hunner cliënten afhangt, trachten deze
schoon te wasschen en als blanke onschul-
digen voor te stellen.
Er zijn niet alleen daden van verdachten,
er zijn ook pleidooien van verdedigers die
strijden met het rechtsgevoel des volks".
houders in de uitsluitend weidegebieden
ten gevolge van den minder gunstig uit
gevallen hooioogst in het afgeloopen jaar
en het afstaan van hooi ten behoeve van
defensiedoeleinden met moeilijkheden heb
ben te kampen en zij ruwvoeder over het
algemeen zeer van noode hebben.
Het is den minister bekend, dat hooi,
waarvoor hij op erzoek van de militaire
autoriteiten maximumprijzen vaststelde, in
vele gevallen niet in voldoende mate voor
de veehouders beschikbaar is en dat dien
tengevolge grootere quanta stroo gevoe
derd moeten worden.
Het is den minister eveneens bekend,
dat de strooprijzen door de voor defensie-
en evacuatiedoeleinden noodige aankoopen
en vooral tengevolge van de moeilijkheden,
waarmede het vervoer te kampen had,
stegen tot een voor de veehouderij minder
gewenschte hoogte.
Uit de inmiddels door den minister ge
nomen maatregelen moge blijken, dat hij
het noodzakelijk achtte voorzieningen te
treffen, opdat het stroo voor redelijke
prijzen ter beschikking van de veehouders
zou komen. Indien de getroffen maatrege
len niet tevens tengevolge mochten heb
ben, dat voldoende stroo ter beschikking
aan de veehouders komt, zal niet worden
nagelaten te bevorderen, dat zulks wel het
geval wordt.
DEN BOSCH KRIJGT EEN
Mgr. DIEPENSTRAAT.
Gisteren werd de bisschop van 's-Herto
gen bosch, Mgr. A. F. Diepen, 80 jaar.
Burgemeester Van Lanschot heeft op de
receptie den Bisschop als volgt toegespro
ken:
„We zouden u graag een geschenk aan
bieden," aldus ongeveer burgemeester Van
Lanschot in zijn korte toespraak, „maar u
bent al eereburger der stad, en de gouden
medaille van Verdiensten hébt u ook al
ontvangen. Nu zijn evenwel B. en W. voor
nemens om een straat naar u te noemen.
Daarmee zal echter nog even moeten wor
den gewacht, want als wij een straat naar
mgr. Diepen noemen, dan moet die straat
in overeenstemming zijn met diens figuur
en zal het dus een lange straat moeten
zijn."
TWEEDUIZEND DOLLAR VOOR HET
NED. ROODE KRUIS
Van een Amerikaanse he firma
Het Nederlandsche Roode Kruis heeft
dezer dagen een fraaie gift van 2000 dol
lars uit Amerika ontvangen. Dit bedrag
werd geschonken door de International
Business Machines Corppration („Hollerith
Systeem") te New York en werd door den
hoofdvertegenwoordiger voor Nederland,
Eerste Kamer
Waterstaat en
Verkeersfonds
Vergadering van gisteren
Een aanvang wordt gemaakt met dn
behandeling van de begrooting van Water
staat, Verkeersfonds en Staatsmijnen voor
1940.
De heer TER HAAR (C.H.) waarschuw
de, dat de hand gehouden moest worden
aan den opzet van het Verkeersfonds en
bepleitte afschaffing van de personeele be
lasting op motorrytuigen; hij achtte daar
voor voldoende compensatie aanwezig in
heffing op benzine e.d. Op spoedige in
werking treding van den wegenverkeers
wet drong deze spreker aan, evenals de
heeren VAN RAPPARD (Lib.) en JANS
SEN DE LIMPENS (R.K.).
De heer VAN DE BILT (S.D.) zett
uiteen, dat de in de memorie van ant
woord ontvouwde plannen van den Minis
ter zijn in den geest van het Pian van den
Arbeid; hij zeide verheugd te zijn over het
opnemen van de bepalingen betreffende de
arbeidsvoorwaarden uit de collectieve
arbeidscontracten in de waterstaatsbesteK-
ken. De verkeersveiligheid besprekende
bepleitte spr. het instellen van bloedonder
zoek om vast te stellen, of de automobilist
alcohol heeft gebruikt.
De heer Janssen de Limpens sloot zich
hierbij aan. Voorts was de heer van
de Bilt van oordeel, dat het spoorweg
personeel een duurtetoeslag toekomt in
levensonderhoud en hij uitte zijn tevre
denheid over de mijnbouwpolitiek; naar
verband met de stijging van de kosten van
zyn oordeel echter heelt de mechaniseering
ook nadeeien voor de arbeiders.
Ook de heer DE JONG (R.K.) besprak
het mijnwezen en drong aan op lagere af
schrijvingen en hoogere uitkeeringen aan
den staat, als compensatie voor de lagere
uitkeeringen in vroegere jaren. De heer
JANSSEN (R.K.) schilderde den goeden
gang van zaken in het mijnbedrijf, ook ten
aanzien van de sociale maatregelen. Met
belangstelling ziet hij het rapport tegemoet,
dat het resultaat behelst van het onder
zoek naar de gevolgen van de mechanisatie.
Spr. bepleitte voorts de instelling van een
aanvullingsfonds om daaruit bijdragen ta
putten voor de pensioenen.
De heer SIKKES (S.D.) zeide verheugd
te zijn over het handhaven van de Neder
landsche Tramweg Maatschappij in Fries
land en bepleitte tusschenlegging van tram-
verbindingen op Friesche lynen, waar in
1938 vele stations van de spoorwegen zijn
opgeheven, Spr. wees voorts op het groote
belang om tijdig een aanvang te maken met
den bouw van wegen, die moeten aan
sluiten op de wegen in den toekomstigen
Noord-Oost-Polder. De heer JANSÖËN DB
LIMPENS (R.K.) tenslotte achtte de ver
keersveiligheid bedroevend en meende,
dat het begrip voorrangsweg consequenter
moet worden toegepast.
Morgenmiddag zal Minister Albarda ant
woorden.
den heer M. C. Boas, aan het Roode Kruis
ter hand gesteld, uit naam van de Holland
Branch van deze firma. Het ligt voor da
hand, dat dit bewijs van belangstelling uit
Amerika voor het menschlievend werk van
het Nederlandsche Roode Kruis hoogelijk
wordt gewaardeerd.
NEDERLANDSCII GEZANTSCHAP
TE BERN
Naar wy vernemen is binnenkort de be
noeming te verwachten van mr. J. J. B.
Bosch ridder van Rosenthal, Hr. Ms. bui
tengewoon gezant en gevolmachtigd minis
ter bij de Poolsche regeering, tot buiten
gewoon gezant en gevolmachtigd minister]
te Bern.
Katoenlieschikking 1939 No. 2
In de Staatscourant van gisteren is op
genomen een beschikking van den minister
van oeconomische zaken tot wijziging en
aanvulling van de Katoenbeschikking 1939
no. 2.
.De definitie van katoen wordt als volgt
gewijzigd:
Katoen: ruwe katoen, katoenafval, ka
toenen garens, katoenen afvalgarens, als
mede gemengde garens, geheel of gedeel
telijk uit katoen bestaande, voor zoover
deze niet moeten worden beschouwd, on
derscheidenlijk als wollen garens in den
zin van artikel 1 der Wolbeschikking 1939
no. 2, als kunstzijden garens in den zin van
artikel 1 der Kunstzijde beschikking 1939
no. 1, dan wel als linnen garens in den
zin van artikel 1 der Linnen beschikking
1939 no. 1.
Voorts wordt in de omschrijving van
„katoenen weefsels" het woord „grooten-
deels" vervangen door „gedeeltelijk".
Voor verdere bijzonderheden verwijzen
wij naar de Staatscourant van gisteren.
Conflict Bakkersbedrijf
te Rotterdam voorkomen
In zake dreigende moeilijkheden oq
zes ondernemers in het bakkersbedrijf te
Rotterdam, heeft de ryksbemiddelaar in
het 3e district, prof. mr. A. C. Joseph us
Jitta, gisteren in het gemeentehuis te Rot
terdam, met partijen een bespreking gehad
De ryksbemiddelaar deed tenslotte een
voorstel, dat beide partijen hebben aan
vaard.