Als evacuatie noodig zou worden De twee afgevaardigden van Roosevelt in Europa DINSDAG 27 FEBRUARI 1940 31ste Jaargang No. 9577 S)e £dd<töli£(Soii/fcci/nt Bureaux Papengracht 32. Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Adv. en Abonm-tarleven zie pag 2. Giro 103003. Postbus 11. k Dll nummer beslaat uit drie bladen. r i V '1 Kan veranderen! Een bericht van het Duitsch Nieuwsbu reau, d.d. gisteren, uit Berlijn: Ter gelegenheid van den 22sten ver jaardag van het roode leger heeft in de sovjet-ambassade alhier een re ceptie plaats gevonden, waarop van Duitsche zijde de generaals von Brau- chitsch, Keitel, Udet en admiraal Wit- zel aanwezig waren. De sovjet-ambassadeur Sjkwartzew en generaal von Brauchitsch hielden toespraken. De laatste wees hierbij o.a. op de groote beteekenis van het sovjet- Russische leger voor den opbouw der sovjet-unie. Men bekenke even, hoe men in Duitsch- lar.d, onder hetzelfde regiem, heeft ge staan in de felst denkbare vijandschap te- genover-sovjet-Rusland.Men bedenke even, hoe men in Duitschland en niet alleen in Duitschland het nationaal- socialisme heeft gezien en geloofd als de macht, die het bolsjewisme zou vernieti gen, als de eenige macht, die dat zou kun nen doen. En dan leze men. nog 'ns bovenstaand bericht. En: het geeft stof tot overweging, overvloedig. Wie zijn steun zoekt en zijn vertrouwen stelt in een nienschelijk^ stel sel zonder meer, wie zijn heden en toekomst bouwt op menschen zonder meer hij zal de diepste teleurstellin gen ondervinden. Dat is zoo in het groote wereld-gebeuren, dat is zoo in het gewone dagelijksche leven. Het eerste is wij wezen er ook gisteren op wezenlijk, in oorzaken en gevolgen, niet anders dan het tweede. Wie het wereld-gebeuren beschouwt moet ook tevens en tegelijkertijd zien naar wat hij zelf dagelijks meemaakt en onder vindt, in actieve of passieve rol. Dan zal er verbetering treden.... in onszelf! STAATSLEENING RUIM VOLTEEKEND Naar wij van bevoegde zijde ver nemen, is de 4 pCt. Staatsleening 1940 II, ad 300 millioen, waarvoor de gelegenheid tot inschrijving tot Maan dagmiddag vier uur openstond, ruim volteekend, zoodat eenige korting op de bedragen, waarvoor werd inge schreven, zal moeten worden toege past. VREEMDE VLIEGTUIGEN BESCHOTEN. De Regeeringspersdienst meldt: Vliegtuigen van onbekend gebleven nationaliteit zijn in den afgeloopen nacht langs de kust, bij Amsterdam en boven de provincie Utrecht waar genomen. Zij zijn herhaaldelijk be schoten. BRITSCH SCHIP OP EEN MIJN GELOOPEN. LONDEN, 27 Februari (A. N. P.). Het Britsche stoomschip ,,Clan Morrison" (5936 ton) is in de Noordzee op een mijn geloo- pen. Een lid der bemanning kwam om het leven, vijftien anderen werden gewond. De geredden zijn Zondag in een haven aan de Oostkust aan land gebracht. De bemanning, alle Britsch-Indiërs, hebben na de explo sie een half uur gewerkt om den eersten officier, die bekneld was geraakt, te bevrij den. Toen de geredden in de sloepen gin gen, dreef het schip nog. EEN DUITSCH SCHIP NAAR ENGELSCHE HAVEN GEBRACHT. LONDEN. 27 Februari (A. N. P.). Of ficieel wordt medegedeeld: Het Duitsche schip „Wahehe" (4709 ton) is buitgemaakt door een Britsch oorlogsschip en naar een Engelsche haven gebracht. Vernomen wordt, dat de Duitsche bemanning verhin derd wer< in haar poging het schip tot zin ken te brengen. DE AFGEZANT Het kan niet anders of de taak, welke op de schouders rust van de beide afge zanten van Roosevelt, trekt de algemeene aandacht van Europa op hun persoon en op hun daden en uitspraken. Dood en vernietiging vieren hoogtij op de zeeën, in de lucht beloeren de tegen standers elkander, terwyl zij aan de fron ten gereed liggen om elkaar te besprin gen. Inmiddels probeeren zij, waartegen de zenuwen van de neutralen bestand zijn. Over den wassenden vloed van oorlogs- haat, komt nu een milde strooming gestre ken uit Amerika. Is het een boodschap van vrede? Sumner Welles en Myron Taylor zijn met het Italiaansche stoomschip ,,Rex' te Napels aangekomen en hebben hun werk zaamheden aangevangen. Wat is hun opdracht? Willen zy slechts den toestand peilen en meer niet, of kun nen zij verder gaan, gesteld, dat zij een bodem vinden, waarop het vredespalmpje kan worden geplant? Het zit alles nog vol vraagteekens, maar Europa, dat naar vrede snakt, ziet met in tense innerlijke spanning uit naar een aan- knoopingspunt, waaraan het verlangen naar betere tijden eenig houvast kan krij gen. Het is een innerlijke spanning, want men aarzelt eenige verwachting naar bui ten te doen blijken. Reeds zoo dikwijls is de teleurstelling gevolgd op de schoone illusie. Daags voordat de beide Amerikanen te Napels voet aan wal zetten, hebben zoo wel Chamberlain als Hitier hun oorlogs doeleinden nog eens scherp naar voren ge bracht en den indruk verstevigd, dat beide tegenstanders onverzoenlijk tegenover elk ander staan. Beiden toonen zich vastbe sloten verder te strijden tot de eindover winning, waarvan zij zich ieder voor zich verzekerd achten. Nu kunnen regeeringen in oorlogstijd moeilijk anders spreken en de verwachting is dan ook, dat Sumner Welles weliswaar te Berlijn, te Londen en te Parijs zeer hof felijk en vriendelijk ontvangen zal wor den, maar dat tegelijkertijd naar alle kan ten verklaringen en verzekeringen uitge bazuind zullen worden, dat men niets, maar dan ook niets zal laten vallen van de rechtvaardige eischen enz. enz. Dat kan bluf zijn, om te verbergen, hoe sterk men naar het einde van dit onzalige conflict verlangt en in zoover behoeft het ons niet te verontrusten, wanneer wy le zen, dat politieke kringen in deze of gene hoofdstad zich uiterst gereserveerd be- toonen. Wat echter wel verontrustend is, is het pijnlijke dilemma, hoe twee partijen tot elkaar gebracht kunnen worden, die per tinent blijven verklaren, dat de vernieti ging van de wederpartij hun voornaamste oorlogsdoel is. Een merkwaardig punt is in dit ver band ongetwijfeld, dat, in zooverre Wash ington iets over deze reis heeft uitgelaten, steeds het accent wordt gelegd op de re organisatie van Europa na den oorlog, d.w.z. dat president Roosevelt wil weten, welke de vredesdoeleinden der oorlogvoe renden zyn. Het is de Maasbode, die hier op nadrukkelijk wees. Terwijl in Europa zelf vooral de nadruk schijnt te vallen op den anderen kant van het probleem: de mogelijkheid, dat uit de besprekingen van den Amerikaanschen diplomaat tenslotte toch nog een basis zou kunnen voortko men, waarop vredes-onderhandelingen met een redelijke kans op succes gevoerd zou den kunnen worden. Het wil ons voorkomen, dat Europa in derdaad gelijk heeft, met den nadruk te leggen op het beëindigen van den oorlog, meer dan op de eventueele reorganisatie van den vrede. Hoe toch kan men nu reeds met eenig uitzicht op succes spreken over een toestand, welke nog geschapen moet worden en waarvan niemand kan voor spellen hoe hij eruit zal zien? Sumner Welles heeft een buitengewoon delicate taak. Onze wenschen, gedragen door onze intense vredesverlangens, ver gezellen hem, doch achter hem aan sluipt de twijfel. Waar zou dan worden geëvacueerd. I thans te verhuizen, worden door de over heid nog geen moeilijkheden in den weg gelegd. Indien deze verhuizingen echter een zekeren omvang zouden aannemen, zou,* naar men ons van bevoegde zijde werd verzekerd, ook daar tegen worden optreden. Wie zullen dan bij evacuatie betrokken zyn? Bij een vijandelijken inval zal onze ver dediging op eenige voorbereide linies steu nen. Het spreekt wel vanzelf, dat dan de aanwezigheid van groote groepen van bi gerbevolking in die zones ongewenschte is, zoowel voor de landsverdediging als voor de veiligheid der bevolking zelve. In verband hiermede is van militaire zijde nauwkeurig nagegaan, welke zones in dat geval voor ontruiming in aanmer king komen. Deze omvatten in het alge meen de inundatie-velden, alsmede de ge bieden, blootgesteld aan de inwerking van de eigen vijandelijke en de eigen vuuror- ganen, in het bijzonder van de artillerie en van de vliegtuigen. De diepte van deze zones bedraagt veelal 10 K.M. en meer. De gebieden, welke wellicht door de vreemde troepen-macht zouden worden bezet, zijn dus niet in de voorbereiding der evacuatie betrokken. Wel is gezorgd voor de bewoners van die punten, welke weliswaar buiten de linies liggen, doch niettemin toch verdedigd zullen worden. De voor hen getroffen maatregelen zijn van plaatselijk en tijdelijk karakter. In de groote steden kan het met het oog op het luchtgevaar noodig blijken bepaal de wijken, gelegen in de nabijheid van vitale punten zooals stations, emplacemen ten etc., te ontruimen. De bevolking moet dan naar andere wijken of naar randge meenten worden overgebracht. Ook deze verplaatsing is in voorbereiding. Ontrui ming van groote steden op den voet, waar op zij in andere landen geschied is, waar stadswijken zijn ontvolkt en scholen ge sloten, is in ons land niet mogelijk, aange zien de bevolkingsdichtheid een dergelijke verplaatsing niet toestaat. Natuurlijk hoopt ieder, dat evacuatie het ontruimen van haar woonplaatsen door de burgerbevolking nooit meer zal worden dan eene ver verwijderde moge lijkheid. Er is ook geen enkele reden, om juist nu over evacuatie te schrijven. Maar juist daarom is het moment geschikt. Als de nood aan den man komt, immers, is het te laat voor het inlichten der bevol king. Dan moet ieder op de hoogte zijn en weten, wat hem te doen staat. Dan komt het slechts aan op tucht, saamhoorigheid, vaderlandsliefde. De autoriteiten, welke met de voorbe reiding van de eventueele evacuaties zijn belast, hebben deze week in een perscon ferentie opening van zaken gedaan. Zij brachten zooveel gegevens ter tafel, dat wij genoodzaakt zijn ze in een serie van artikelen te verwerken. Intusschen kan alles voorloopig aldus worden samengevat: Voor hen, die zullen worden geëvacu eerd, is gezorgd. Een uitgebreide organi satie staat voor hen klaar. Voor alle anderen geldt: evacueert niet. Reeds thans hebben allen, die in geval van nood hun woonplaatsen zullen moe ten ontruimen, daarvan aanzegging gekre gen. Wie dus een dergelijk aanzeggings biljet niet ontvangen heeft, hoort er niet bij, en zal in eigen en in aller belang goed doen, daar te blijven, waar hij is. Het a. b. c. van de evacuatievoorberei ding is, dat niemand iets anders onder neemt, dan hem door de overheid wordt voorgeschreven. Mocht Nederland in oor log geraken, dan zullen de eerste dagen een periode vormen van een geweldige nationale krachtsinspanning. Dan zal moe ten blijken, of wy het beheerschte en be daarde temperament hebben, dat wij zoo gaarne door buitenlanders hooren prijzen. Het kan dan een janboel worden: als iede namelijk in het wilde weg zijn door pa niek vertroebeld inzicht gaat volgen Dan komen er ongelukken. Dan zullen op gejaagde zwermen van onverzorgde bur gers tusschen de beide legers geraken en daar een ellendig lot ondergaan. Zulke eigenmachtige paniekvluchten zijn voor de vluchtelingen een ramp, voor de eigen weermacht een ernstige belemmering. Het heeft, ook als men over een auto beschikt, geen zin, een eigenmachtige vlucht e on dernemen, want er bestaat geen enkele zekerheid, dat men inderdaad de zelf ge kozen bestemming zal bereiken. Immers, daarvoor worden geen doortochtbewijzen verleend, zonder welke het niet mogelijk is, de verdedigingslinie te passeeren. Den weinigen, die om de een of andere reden meenen, bijzonder gevaar te loopen bij een inval van vijandelijke legers en bovendien in de gelegenheid zijn reeds Een indruk van den omvang der voorbereidingsmaatregelen geven de volgende getallen: de voorbereide ont ruiming voor onze verdedigingslinie betreft meer dan honderd gemeenten, omvattende ruim een half millioen personen, verdeeld over een opper vlakte van meer dan tweeduizend vier kante kilometers. Uiteraard kunnen al deze ontruimingen niet tegelijk geschieden. Dit is ook niet noodig. De ontruiming zal daarom in pha- sen plaats vinden, welke phasen op mach tiging van den opperbevelhebber van land- en zeemacht zullen intreden. Wij raken hier aan het beloop der evacuatie, welke in een volgend artikel zal worden beschreven. Sumner Welles en Myron Tailor President Roosevelt heeft twee menschen naar Europa uitgezon den, die beiden met eenzelfde ge dachte zyn bezield: de vredesmo- gelijkheden te onderzoeken. On danks het feit, dat de staatslieden van twee oorlogvoerende landen aan den vooravond van de aan komst van Welles en Tailor de oor logsdoeleinden nogmaals uiteen zetten, is de geste van President Roosevelt zeer opmerkelijk. Het is niet onmogelijk, dat alleen Roose velt in kennis zal worden gesteld van het resultaat van Sumner Welles. Sumner Welles heeft zelf verklaard: Vanaf mijn vertrek uit Washinton tot op het oogenblik van myn terugkeer zal ik geen woord spreken. Men weet, dat president Roosevelt zijn naaste medewerkers uit de meest veerschil lende milieux kiest. Maar hij bezit ook en kele jeugdvrienden, die hij altijd trouw is gebleven, en hieronder kan men ook Sum ner Welles rekenen. Evenals Roosevelt studeerde hy aan de élite-school van Gro- ton en daarna aan de Harvard-Universi- teit. Dank zij zijn vriendschap met Roose velt kon hij in 1915 zijn diplomatieke loop baan beginnen. Zijn eerste post was te Tokio en daarna volgde de tweede in Buenos-Aires. Tijdens de presidentschappen van Coolidge en Har ding heeft Sumner Welles heel wat gecom pliceerde aangelegenheden in San Do mingo en Honduras opgeknapt. Op 28-jarigen leeftijd was Sumner Wel les reeds hoofd van de Latijnsch-Ameri- kaansche afdeeling van het Staatsdeparte- n:ent te Washington en op 40-jarigen leef tijd werd hy benoemd tot Ambassadeur te Havana. Toen Roosevelt tot president werd geko zen, benoemde hy Sumner Welles tot On derstaatssecretaris. Cordell Hull is feite lijk de chef van Sumner Welles, maar het is aan velen bekend, dat Sumner Welles over het algemeen rechtstreeks met Roose velt onderhandelt, en dikwijls door den President aan de telefoon wordt gevraagd. Sumner Welles is een uitmuntend diplo maat. Op 47-jarigen leeftijd heeft hij zich reeds een reputatie verworven van een goed diplomaat, hetgeen in Amerika een zeld zaam is. Het landgoed van Sumner Welles te Oxon Hill is een rendez-vous voor de meest elegante kringen van Washington. Ook Roosevelt brengt er dikwijls den Zondag door. Het is aan de vliegtuigen verboden om boyen Oxon Hill te vliegen, want Sum ner Welles wil niet gestoord worden. Een merkwaardige bijzonderheid is deze: Sumner Welles is gehuwd met een even onafhankelijke vrouw als de echtgenoote van President Roosevelt. Tijdens den Spaanschen burgeroorlog werkte mevrouw Welles voor de Spaansche republikeinen, terwijl Sumner Welles zelf de Francisten ondersteunde. Myron Tailor, die door president Roose velt is benoemd als zijn persoonlijke afge vaardigde by den H. Stoel, is een geheel VOORNAAMSTE NIEUWS Buitenland DE FINNEN MOETEN HET EILAND KoiVi&l'O ONTRUIMEN. (2de blad). ROOSEVELT'S AFGEZANTEN HET WERK. (2de blad). DUITSCHE ACTIVITEIT AAN DEN MOEZEL. (2de blad). Binnenland DE HOOGE RAAD OVER DE PRIJZEN- POLUiEK. (1ste blad). GRONINGSCH MOTORSCHIP AAN ENGELSCHE WESTKUST GEZONKEN. v3de blad). andere persoonlijkheid dan Sumner Welles. Hy is op en top „businessman". Hij is ryk geboren en rijk gebleven. Na directeur en president te zijn geweest van meerdere banken, werd hij president van de .United States Steel". Op 65-jarigen leeftijd is deze staalko- ning nu diplomaat geworden, en hij is vol goeden moed naar Europa vertrokken. Beide afgevaardigden zijn nu in Europa gearriveerd, en met groote belangstelling zal hun werk in Europa worden gevolgd, door allen, die niet de hoop op een vrede hebben verloren. De Militaire Willems orde. Eenige wijzigingen voorgesteld De regeering heeft namelijk een wets ontwerp aanhangig gemaakt tot herziening van de wet van 30 April 1815, houdende instelling van de Millitaire Willemsorde. De voornaamste wijziging, die wordt voor gesteld, is, dat de opneming van niet-mili- tairen in de orde wettelyk gesanctionneerd wordt In haar ruim honderdtwintigjarig be staan, aldus de regeering, heelt de Mili taire Willemsorde getoond uitnemend te beantwoorden aan het doel, dat met de in stelling er van werd beoogd, n.L het op wekken en aankweeken van krijgsnaftige deugden door belooning van hen, die zich door uitstekende daden van moed, beleid en trouw hebben onderscheiden. Slechts driemaal heeft de wet een nood zakelijke wijziging ondergaan en wel: in 1864, toen de zoogenaamde riddersoldij op andere wijze werd geregeld, in 1866 toen de invoering van het Wetboek van Straf recht hier te lande een verandering nood.g maakte en in 1920, toen de riddersoldy werd verhoogd. In den loop der jaren hebben zich ver schillende gevallen voorgedaan, dat niet- militairen met de orde werden begiftigd, zelis omdat zij zich in den stryd door moed beleid en trouw hadden onderscheiden. De regeering is van meening, dat er geen be zwaar beslaat om dit georuik te sanction- n^eren en in de wet vast te leggen, dat ook niet-militairen in de orde kunnen worden opgenomen, hoewel de benaming „Militaire Willemsorde" geen twijfel laat, dat het in de bedoeling van den toen- n.aligen wetgever heelt gelegen, dat slechts militairen in de orde zouden worden op genomen. Een nauwkeurige omschrijving van het teeken van inschrijving voor de verschil lende klassen der orde is voorts zeer ge- wenscht, terwijl het aanbeveling verdient standmodellen vast te stellen. By het ontwerpen van de nieuwe teeke nen van onderscheiding van de leden der orde is uiteraard zooveel mogelijk rekening gehouden met de bestaande onderschei- dbigsteekenen, terwijl, indien de beschrij ving van die teekenen te wenschen over laat, de geschiedenis dienaangaande is ge raadpleegd. In den loop der jaren zijn meermalen stemmen opgegaan, die het minder juist achtten om de-riddersoldij afhankelijk te stellen van den rang of den stand, welke de betrokkene bij het verrichten van de daad bekleedde en die een uniforme toe lage meer op haar plaats vonden. Reeds jaren geleden zijn in de Tweede Kamer stemmen opgegaan, om te bevorde ren, dat de soldij voor de ridders in de "ilitaire Willemsorde beneden den rang van officier worde vastgesteld op een uniform bedrag van 300 's jaars. Tevens werd het voorstel gedaan om na het over lijden van den ridder de helft van dit be drag als toelage aan vrouw of kinderen toe te kennen. In het ingediend ont\,\-p is aan dit voorstel gevolg gegeven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 1