ZEEMIJN ALS COLLECTEBUS.
Avontuur
Venezuela.
3)e £<24cbclie ©oy/fcant
De Fransche ambulance voor Finland, die per trein uit Parijs te A'dam was aan
gekomen is Vrijdag van Schiphol per vliegtuig naar Scandinavië doorgereisd
In gezelschap van Lord Gort, den commandant van het Engelsche expeditie-
leger, heeft president Lebrun een bezoek gebracht aan de Britsche troepen
langs het Westelijk front. De president bezichtigt een der verdekt op
gestelde apparaten
„Pool-expeditie" op den St. Pietersberg te Maastricht, die in de
afgeloopen dagen in een Finsch landschap veranderd was
Avondstemming aan het Westelijk front. Engelsch
luchtafweergeschut in stelling, paraat tegen iederen aanval
van vijandelijke vliegtuigen
Kapitein-ter-zee N A. Rost van Tonningen, commandant der maritieme
middelen, was een der eersten, die zijn bijdrage deponeerde w de als
collectebus voor het marine-rampenfonds dienst doende origineele Neder-
landsche zeemijn, die opgesteld staat in de hall van een der Amsterdamsche
bioscoop-theaters
Te Gouda wordt onder de spoorlijn
Een afscheidspartijtje? De Amster- een tunnel gebouwd, waardoor een
damsche jeugd speelde Vrijdag nog einde zal komen aan de overweg-misère
voetbal op het ijs van den Singel op het baanvak Gouda - Utrecht De
stand der werkzaamheden
FEUILLETON
In
Naar het Amerikaanech van
R. HARDING DAVIS.
(Nadruk verboden).
3)
Nu Roddy, besloot Mr. Forrester, dit is
jou laatste kans om als reiziger een diner
in de restauratiewagen te verorberen. Als
je de maatschappij in den steek laat en
met de maatschappij bedoel ik mezelf, dan
kan je Fred Sherry vragen om een baan
tje als kellner in de sneltrein naar Palm
Beach.
Zooals alle groote zakenmenschen was
Mr. Forrester in de wereld geslaagd door
het werk van zijn employé's. Zy werkten
voor hem in alle deel en van de wereld
en speciaal daar, waar de blanken nog
maar pas waren doorgedrongen.
In Siberië, in Britsch-Indië, in Opper-
Burma hadden ingenieurs van de Forrester
Construction Company groote rivieren be
dwongen, geboeid en overbrugd, ëln Soe
dan hadden zij dammen in de Nijl gelegd.
Aan de kusten van Zuid-Amerika hadden
zfj de stralen va nde Forrester draailich-
ten over de wateren van den Atlantischen
en den Grooten Oceaan laten schijnen. Zy
waren mannen van allerlei leeftijden, van
de jongens af, die nog nooit naar een an
deren verkeersweg hadden gekeken dan
die langs hun universiteits-sportvelden
liep, tot de verbrande, door koorts gekwel
de veteranen toe. die. jaren leng de Na
tuur bestreden hadden, waar zij het kop
pigst, het hardst en het wreedst was.
Zij hadden gezien hoe vloedgolven een
pier, die hen een half jaar zwoegens had
gekost, vernielden en meesleurden naar de
zee. Zij hadden gezien' hoe de door vele
regens gezwollen rivieren bruggen bij de
pijlers afknakten en ze verbogen en ver
wrongen op de oevers wierpen; zij hadden
gezien hoe een tropische orkaan een half
voltooide vuurtoren even makkelijk om
verwierp als een licht zomerbriesje een
schommelstoel; zij hadden gevochten te
gen wilde beesten, zij hadden gevochten
met wilden, met Soedanneezen uit de
woestijn en met Yaqui Indianen; zij had
den gezien hoe cholera, slaapziekte en je
never hun kampen veranderden in oorden
van dood en pestillentie.
Van al deze dingen had Mr. Forrester,
hoog in zijn Forrester sky-scraper van ze
ven en twintig verdiepingen, waar speciale
politie-agenten in grijze uniformen en lift-
jongens, eerbiedig voor hem aan hun pet
tikten, nooit iets gezien. Hij beschouwde
die rampen alleen als hindernissen om zijn
contracten binnen den vastgestelden tijd
uit te voeren. Hij aanvaardde ze net zoo
flegmatiek als hij het met een staking van
de werklieden bij het étagehuis. dat zijn
firma in de 59e Straat bouwde, zou doen.
Soms zonden zij ingenieurs hem foto's
van hun werk in vreemde landen om hem
beter te laten zien hoe zij opschoten. Ge
woonlijk keek hy een kort oogenblik
nieuwsgierig naar alle zwarte koelie's met
hun tulband op, naar de olifanten, die
zware ijzeren balken sleepten, zijn yzeren
balken en misschien vroeg hij zich even af
of die man met zijn modderlaarzen en zijn
groote zonnehoed. Mc. Kenzie zou zijn.
Verder ging zijn belangstelling niet en zijn
fantasie werd nooit geprikkeld.
Soms kwam Ms. Kenzie terug en dineer
de in een keurige smoking met hem in
zijn club of in een chic restaurant, waar
de zinnen van den ingenieur verdoofd
werden door de hitte, de muziek en den
bloemengeur, waar hij door een waas van
door roode kappen getemperd kaarslicht
en gouden champagneglans weer eens
vrouwen van zijn eigen huidskleur zag. En
onder zulke omstandigheden kon men van
Mr. Forrester toch niet verwachten, dat
hij den echten Mc. Kenzie leerde kennen.
Dit was niet de Mc. Kenzie die twee maan
den geleden een strijd op leven en dood
had gevoerd om een rantsoen vruchten en
die om zich tegen de zon te beschermen een
badhanddoek over zyn ruggegraat droeg.
Bij zulke gelegenheden wilde Mr. Forres
ter altijd weten of die nieuwe machinale
schroevendraaiers niet overbodig waren,
nu inlandsche krachten een paar meters
katoen en een zak ryst kostten. En hy
placht te vragen wat voor invloed zout
water en een temperatuur van 105 graden
hadden op de nieuwe anti-roest verf.
Dat was alles wat hem interesseerde.
Eens riep een van zyn jonge employe's,
geinspireerd door een overdadig diner,
hem over de tafel toe.
Herinnert u zich die vuurtoren nog,
die we aan de Perzische golf hebben oop-
gericht? De consul in- Aden heeft me op
m'n laatsten tocht verteld, dat voordat dat
licht er was, er ieder jaar ongeveer vijf
tien schepen op die kust verongelukten en
meer dan honderd menschen verdronken.
En sedert het kustlicht is gekomen, drie
jaar geleden, zyn er maar drie veronge
lukt en niemand verdronken.
Mr. Forrester knikte ernstig.
Ik weet 't nog, zei hij. Dat was in den
tyd dat we zoo dom waren om cement door
't Suezkanaal in plaats van om de Kaap
te sturen, toen de douanen-tarieven ons
ieder jaar vijfduizend dollar kostten.
Het was niet de kwestie dat Mr. Forres
ter het verlies van vijfduizend dollar be
langrijker vond dan het redden van een
aantal levens. Het was alleen maar, dat
menschen redden niet tot zijn branche be
hoorde! Als alle andere industrieelen, was
hij buitengewoon liefdadig ten behoeve
van instellingen tot welker branche het
wel behoorde! Om levens te redden schreef
hij flinke cheques. Maar hy hield liefda
digheid en „zaken" streng gescheiden. By
zijn werk was hy óf niet in staat om te
zien, óf het interesseerde hem niet, wat
menschelijks, damatisch of schilderachtigs
in de wereld was.
Hij wist niet dat in zijn eigen zaken er
zzich melodrama's en romans hadden afge
speeld, die de stoutste fantasie van roman
schrijvers in de schaduw stelden.
Toen de jonge Sam Coldwell, de derde
vice-president van de onderneming, Mr.
Forrester vertelde, dat als de Maatschappij
het geld wilde terug hebben dat ze in Ve
nezuela hadden uitgegeven, ze een revo
lutie moesten financieren, gaf Mr. Forres
ter zonder een enkele vraag zyn toestem
ming en deelde het geval in bij de afdee-
ling: Politiek.
Sam Coldwell, de derde vice-president,
was een buitengewoon vlotte, gewiekste
jonge man. Iedereen was het daarover
eens en niemand was er meer van over
tuigd dan Sam Coldwell zelf. Zyn ver
waandheid ip dat punt was werkelijk zijn
meest innemende eigenschap.
Hij was er trotsch op, dat hij nooit ge
plaagd werd door zulke gewetensbezwa
ren, als die zijn concurrenten er toe brach
ten geen lagere prijzen te vragen dan
de F. C. C. Hij hield er geen illusies op
na en hij vond zichzelf verre verheven bo
ven zijn vroegere academievrienden, om
dat die in hun zaken nog steeds gekweld
werden door ouderwetsche tradities en
scrupules.
Als ergens in het buitenland het werk
van de F. C. C. tegengewerkt werd door
politieke personen werd San Coldwell er
altijd op uitgestuurd, om de kwestie met
hen te bespreken. Hij zou den marktprijs
van een Russischen aartshertog of een Por-
tugeeschen kolonialen gouverneur even
nauwkeurig kunnen opgeven als dien van
een Indiaansch opperhoofd. Zyn afdeeling
had men kunnen betitelen met „Achter-de-
Schermen", en zyn functie met „de jak
hals van Mr. Forrester".
Hij was naar Venezuela geweest om de
kat eens uit den boom te kyken en hy
had gerapporteerd dat President Alvarez
moest verdwijnen en dat iemand, die de
F. C. C. goed gezind was, voor hem in
e plaats moest komen. Dat was alles wat
Mr. Forrester wist, of wilde weten. Het
getrainar in Venezuela begon hem gewel
dig te vervelen. Er moest nu eindelijk
maar eens een eind aan de kwestie komen,
want hy wilde zijn vloot van lichters, bag
germachines en vlotten op een andere Kust
aan het werk zetten. Dus, zooals de gewone
gang van zaken was, stelde hy de zaak in
handen van Sam Coldwell om die het op
zijn eigen manier te laten opknappen.
'Wordt vervolgd).