De winter van 1940 heeft alle
records geslagen
3Caudt de JÜannexfieimiuiie
óicutd
Flnsch
tegenoffensief
I V r>~ T
'WOENSDAG 14 FEBRUARI 1940
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 5
Onderzoek naar den weers-
toestand uitermate moeilijk
Een bezoek aan het K.N.M.I.
te De Bilt
In den nacht van Maandag op Dinsdag
heeft het op het vliegveld Eelde 24 graden
gevroren. De winter van 1940 is hard en
onverbiddelijk, wan. na lange weken van
koude ging het eindelijk dooien en toen
alle menschen herademden, omdat een
eind aan de vorst was gekomen, viel de
kou opnieuw in en niets wijst er op, dat
zij spoedig -al verdwijnen en zal plaats
maken voor de lente.
Er is sneeuw gevallen en het regende,
terwijl de thermometer niet boven het
vriespunt uit steeg: alle lusten en lasten
van den winter beleven wij en iederen
morgen kijken wij, zoo mogelijk, door een
raam om te zien welke verrassingen ons
■weer worden voorgezet.
Het zijn inderdaad voor leeken verras
singen, doch niet voor weerkundigen. Zij
zien in al die verschijnselen gevolgen van
atmospherische gebeurtenissen, die voor
een groot deel te bepalen zijn en in kaart
kunnen worden gebracht. Als weerberich
ten worden zy voor iedereen begrijpelijk.
Het interesseert alle menschen of het koud
dan wel warm zal zijn. Er zijn er, die spe
ciaal willen weten, of de wegen glad zul
len worden, anderen, die graag op de hoog
te zouden willen komen van temperatuur
wisselingen, omdat zij vrachten moeten
verzenden, welke sterk onder den invloed
van kou of warmte kunnen lyden. Wij zou
den aan deze opsomming kunnen toevoegen
de luchtvaarders en schepelingen, wier
wel en wee zoo vaak van het weer afhan
kelijk is.
Is het een wonder, dat zij in dezen tijd
imeer dan ooit uitzien naar betrouwbare
gegevens betreffende den gang van de
temperatuur? En dan denken wij nog niet
eens aan degenen, die lichamelijk door de
koude worden getroffen en die niet be
schikken over de middelen om zich daar
tegen naar behooren te beschermen.
Wij willen maar zeggen, dat er in ons
land niemand is, die geen belang stelt in
dezen winter, die strenger is dan wij ooit
hebben beleefd. Strenger ook dan de be
ruchte winter van 1890, die volgens de
verhalen van ouderen het toppunt van el
lende heeft gebracht.
Om nu eens precies te weten, waar
aan wij ons hebbei. te houden voor
de komende dagen, daarbij ook
nieuwsgierig naar de oorzaken van de
vorst, hebben wij een bezoek gebracht
aan het Koninklijk Nederlandsch Me
teorologisch Instituut in De *iilt, waar
wij gebruiken een bijna officieelen
term de „keuken van het weer" is
gevestigd.
De hoofddirecteur, dr. H. G. Cannegie-
ter, was eigenlijk niet bijster opwekkend,
toen hij zeide, dat er in de geschiedenis
vorstperioden bekend zijn, die tot Maart
duurden. De ijswinter van thans kan het
ook wel tot de lentemaand uithouden, al
moeten, we bedenken, dat de kansen snel
en zelfs binnen 24 uur kunnen keeren.
Wanneer wij zooalj nu strenge vorst krij
gen, dan beteekent dit, dat een bepaalde
luchtdruk verdeeling gunstig - is voor aan
voer van koude winden uit het Poolgebied.
De toevoer van warmt lucht moet komen
van den Oceaan, doch twee gebieden van
hoogen luchtdruk, één boven IJsland,
Sohotland en Ierland, het tweede boven
Scandinavië, houden dien aanvoer tot nu
toe tegen.
„Dat gebied van hooge luchtdruk boven
Scandinavië zit als het ware vastgespijkerd
en alle stormloopen van depressie hebben
het onderspit moeten delven", zoo ka
rakteriseerde dr. Cannegiekr den toe
stand, waarin wij momenteel leven. Het
is zeer goed mogelijk, dat wij nu en dan
een korte periode van dooi meemaken,
maar zoo lang het gebied van hoogen druk
boven Scandinavië even krachtig blijft als
nu het geval is, zoo lang zullen wij Oos
tenwinden hébben en dus vorst. En strenge
vorst!
Na den sneeuwval van Maandagavond
volgde een opklaring, de wind ging liggen.
Onder deze omstandigheden konden niet
anders, dan zeer lage temperaturen optre
den. Overigens zijn de weersverschijnselen
momenteel uitermate moeilijk te volgen.
Er komen geen berichten van den Oceaan,
evenmin van Frankrijk, Engeland en
Duitschland, zoodat men in sommige op
zichten het verlocp van een depressie en
van een gebied van hoogen druk moet gis
sen.
Zeker is, dat er een scherp scheidings
lijn getrokken kan worden tusschen het
gebied van Oostenwind met vorst en Wes
tenwind met dooi. De vorst ;s nu alweer
tot in de Middellandsche zee doorgedron
gen en niets wijst er op, dat Koning
Thialf bij ons spoedig zal wijken.
Daar komt nog bij, dat de omstandighe
den voor het aanhouden van de vorst nu
wel buitengewoon gunstig zijn.
Dr. Cannegieter wees bijvoorbeeld op 't
dichtvriezen van de Oostzee en het Katte
gat, en op de sneeuwbedekking van bijna
geheel Europa. Ontbraken deze factoren,
dan zouden de arctische winden zoowel
boven land als boven water warmte op
nemen, zoodat zy over ons -and minder
koud zouden aankomen. Het ijs- en
sneeuwdek zorgt er wel voor, dat de
grondtemperatuur niet boven het nulpunt
stijgt.
Zoo is de toestand van het oogenblik.
Veel verbetering, of liever afnemen van de
vorst, is niet te verwachten.
Uiteraard bieden de temperaturen, die
thans in ons land worden geregistreeed,
tal van mogelijkheden tot vergelijking.
Dr. C. Braak, directeur van de Klimato
logische afdeeling van het K. N. M. I.,
heeft een speciale manier om uit te reke
nen hoe streng het nu wel gevroren heeft.
Daartoe neemt hij het gemiddelde van de
temperatuur om zeven uur 's avonds, de
minimumtemperatuur, waargenomen over
de afgeloopen 24 uur en een tiende ge
deelte van het maximum. Het blijkt dan,
dat de winter van dit jaar vandaag alle
strengste winters van 1849 af, ruimschoots
heeft voorbijgestreefd:
Tot 13 Februari 347 graden; in 1890 to
taal 354 graden.
Een verschil dus van slechts 7* graden,
dat vandaag is ingehaald. Neemt men het
gemiddelde tusschen de dagelij ksche maxi
mum- en minimumtemperaturen, dan ont
staat de volgende vergelijking:
1940: 252 graden.
1890: 258 graden, waaruit eveneens
blijkt, dat 1940 vandaag kouder is dan 1890.
Dr. Braak noemde het moeilijk uit te
maken, welke dagen nu van 1890 af de
koudste zijn geweest. Dit hangt af van
eenige bijkomende omstandigheden. Zoo
herinneren zich vele menschen nog den
30en December 1890. Toen vroor het ge
durende 24 uur tussche" 12.3 en 15.8 gra
den, maar daarbij woei een krachtige
Noord-Oostenwind. Deze wind maakte een
verblijf op straat vrijwel onuitstaanbaar.
Deze winter is kouder, maar wij hebben
minder last van den wind. Daarom lijkt
het nu en dan minder koud.
Ter vergelijking diene nog, dal het in
stituut in De Bilt voor de jaren 1855, 1890
en 1940 de volgende laagste temperaturen
opteekende:
18 Februari 1855 17.7 graden.
30 December 1890 15.8 graden.
13 Februari 1940 —16.7 graden.
De laagste temperatuur ooit in De Bilt
geregistreerd kwam voor op 3 Februari
1912. Het kwik daalde toen tot 20.C graden
Celsius beneden het nulpunt. Het is der
halve ondoenlijk om de koudste dagen ge
durende een reeks van jaren vast te stel
len. Daartoe zou men waarnemingen op
eenzelfde plaats noodig hebben. De waar
nemingen in De Bilt geschiedden regelma
tig, doch op andere plaatsen is dii niet het
geval geweest, zoodat vergelijkingsmate
riaal ontbreekt. Zeker is, dat de tempera
tuur in Eelde in den nacht van Maandag
op Dinsdag een absoluut record is voor ons
land.
Deze winter zal alle records slaan en
momenteel wijst, zooals gezegd, niets er op,
dat wij binnen korten tijd de kou voor
goed achter den rug hebben. Dat konden
wij, voor zoover onze leekenoogen daartoe
in staat waren, zien in de afdeeling „weer-
dienst" van het K.N.M.I. daar komen de
berichten van de verschillende posten
binnen, daar worden alle gegevens nauw
keurig gerangschikt en in kaart gebracht.
Daar ontstaan ook de bekende blauwe
weerkaartjes. Het is werkelijk geen won
der, dat dr. W. Bleeker, de leider van de
ze afdeeling, ons kon mededeelen, dat tal
rijke instellingen en zeer vele particulie
ren herhaaldelijk opbellen om de weerbe
richten te vernemen. Deze inlichtingen
worden met de uiterste zorg gegeven. Ge
durende het geheele jaar 1939 werden 680
inlichtingen verstrekt.
Thans, na zes weken in 1940, hebben de
weerkundigen van De Bilt reeds 670 maal
verteld, wat zy van het weer verwachten.
Voegt men daarbij de speciale diensten
voor de luchtvaart, voor marine en koop
vaardij, den stormwaarschuwingsdienst,
WEINIG BETROUWBARE
BERICHTGEVING
Het is moeilijk zich een betrouwbaar
beeld te vormen over den verbitterden
slag, die de laatste weken op de Kareli-
sche landengte in den sector van Sum
ma tusschen Russen en Finnen geleverd
wordt. De Russische legerberichten
melden ongeveer dagelijks, dat de
Sovjettroepen tot binnen de Manner-
heimlinie zouden zijn doorgedrongen.
Dit scheen Dinsdag bevestigd te wor
den door een Havasbericht uit Hapa-
randa. Het moet echter betwijfeld
worden of aan dit bericht van Havas
geloof moet worden geschonken, te
meer daar het van Finsche zijde met
klem wordt tegengesproken. Haparan-
da is een kleine havenplaats in Zweden
dicht bij de ZeedschFinsche grens.
Het lijkt nu niet waarschijnlijk, dat uit
een zoo Noordelijk gelegen plaats be
trouwbare inlichtingen komen over een
strijd, die zich ver weg in Zuid-Finland
afspeelt.
Het Sovjet Russische offensief tegen de
Mannerheimlinie wordt intusschen verbeten
voorgezet. Men berekent, dat veertig Sovjet
divisies geconcentreerd zyn op de Kareli-
sche landengte, o.m. bevindt zich daar een
divisie Siberische skilooper. en tien batail-
lons zware tanks van het nieuwe 70 tons
model, voorzien van drie kanonner elk.
Bovendien is de Russische luchtmacht dit
maal vertegenwoordigd met een aantal
vliegtuigen, dat veel grooter is dan dat, het
welk bij andere offensieven gebruikt werd.
FINSCHE MANNERHEIM-LINIE
NOG INTACT
Ofschoon het reeds twee weken aan den
gang zijnde Russische offensief tegen de
Mannerheimlinie gisteren met onvermin
derde kracht is voortgezet, bieden de aan
zulk een sterken druk blootstaande Finnen
nog steeds vastberaden weerstand en hun
stellingen zijn intact gebleven. De Finsche
officieren vertrouwen, dat zij de Russen
buiten hun sterke fortenlinie kunnen hou
den. Een waarnemer, die hier zoojuist is
teruggekeerd van het front van Summa,
dat het ergste var» de Russische aanvallen
te lijden heeft gehad, heeft de verklaring,
dat de Russen nergens in dezen sectof de
linie zijn binnengedrongen, bevestigd. Op
sommige punten der linie wordt thans ge
vochten op de stapels lijken der Russische
troepen, welke halfbedolven liggen onder
de versch gevallen sneeuw.
dan zal het duidelijk zijn, dat het Konin
klijk Nederlandsch Meteorologisch Insti
tuut, in het hart van het land, inderdaad
in het middelpunt van aller belangstelling
is gelegen.
Dat zij, die hier dag en nacht werken,
ons ook geen dooi en een beetje warmte
kunnen geven, ligt niet aan hen, want,
zooals alles betrekkelijk is, is ook het
epitheton „keuken" relatief, want er wordt
niet „gemaakt", doch men constateert
slechts en deelt de resultaten mee aan
ieder, die zich hiervoor interesseert.
Het sneeuwde, toen wy het K.N.M.I.
verlieten: poedersneeuw, hetgeen wil zeg
gen, dat het in de bovenste 1/uchtlagen al
even koud is.
In de streek van Summa is de strijd
uiterst hevig geweest. Volgens de Finnen
kunnen de gevechten hier vergeleken wor
den met den strijd aan de Somme en bij
Yperen in den vorigen oorlog. Groote Rus
sische detachementen en een enorme hoe
veelheid materiaal werden bij deze aanval
len gebruikt. De Finsche weerstand is
echter intact gebleven. De Russen hadden
de beste troepen van het roode leger in den
stryd geworpen. Er werden ware gevech
ten van man tegen man geleverd, waarbij
de Finnen met messen streden.
Het optreden der Sowjetrussische lucht
macht was zeer intensief in het gebied van
Summa. Men berekent, dat sedert den aan
vang van het offensief, d.w.z. sinds 1 Fe
bruari, de Russen 13.000 tot 14.000 man heb
ben verloren. De aanvallen werden ge
steund door ruim 1500 tanks.
Het Russische opperbevel heeft alle reser
ves bij Summa in het vuur gebracht. Voort
durend zendt het nieuwe troepen en nieuwe
tanks naar voren. Verscheidene honderden
vliegtuigen vliegen over de Finsche stel
lingen en het aantal projectielen, dat op
één enkelen dag in deze sector is terecht ge
komen, wordt op 300.000 geschat.
Volgens een schatting van den Finschen
staf zijn in deze zone sedert den aanvang
van het offensief reeds 40.000 Russen ge
sneuveld. De laatste twee dagen hebben de
Finnen 200 gevechtswagens vernietigd. Zij
vechten dag en nacht door.
Het heeft er den schijn van, dat de Russen
naar een beslissing te hunnen gunste juist
in dezen sector streven. Zij hebben hier hun
beste troepen bijeengebracht, ter sterkte
van vijf tot zes divisies.
RUSSEN HEBBEN HET ZWAAR TE
VERDUREN
In het blad van het roode leger „Krasnaia
Zwiesba" schrijft luitenant Tsjadiof, dat de
tegenstand van de Finnen aanzienlijke
moeilijkheden veroorzaakt. Dikwijls moe
ten de Russische verkenningspatrouilles
vier of vijf dagen in de wouden vertouven
zonder verbinding met de eigen troepen.
Deze patrouilles hebben veel te lijden van
de koude, want zij durven geen vuur te
maken, uit vrees anders door de Finnen te
werden gezien. Dikwijls ook worden de
Russen verrast door het mitrailleurvuur van
de Finnen, die met hun wapens in de hoo
rnen zijn geklommen. De schrijver van het
artikel voegt er aan toe, dat de Russische
soldaten weinig kans hebben gered te wor
den, wanneer zij gewond raken, want het
transport van de gewonder. is moeilijk en
hindert de troepen in hun beweging.
Tenslotte schrijft de luitenant, dat de vy-
and gevaarlijk cn op zijn hoede is. Voor den
strijd in Finland heeft het roode leger ster
ke en moedige mannen noodig.
ENGELSCHE HULP VOOR FINLAND
Naar de „News Chronicle" meldt, heeft
de Finsche gezant te Stockholm, Erkko, in
eer interview verklaard, dat Finland ver-
wrcht binnen twee maan^er in de lucht de
meerdere van Rusland te zijn. Het blad
verneemt tevens, dat 200 Poolsche vliegers,
di uit Polen L.ifcnapt zijn, naar Finland
onderweg zijn. De meesten hunner hebben
reeds Britsche vliegtuigen van de types
Clc ster-Gladiator en Bristol-Blenheim,
waarvan er verscheidene honderden naar
Finland worden gezonden, bestuurd.
Volgens de politieke redacteuren van
„Daily Telegraph" en „News Chronicle"
zal de regeering weldra toestaan, dat Brit-
scht vrijwilligers in het Finsche leger dienst
nemen. Het Ministerie van buitenlandsche
zaken zal mam elijken gegadigen boven de
27 jaar verlof tot vertrekker, geven: de vrij
willigers zullen betaald en hun vervoer zal
geregeld worden door de Finsche regeering.
De „Daily Telegraph" zet uiteen, dat
Britsche hulp an Finland niet als schen
ding van het internationale recht kan wor-
Boomen zijn alt riet afgeknapt - Een kijkje op de Waal bij Dreumel, waar het kruiend ijs zich
beweegt met vernietigende kracht
Indische fongens
willen naar Helsinki
Wij willen gaarne den redacteur
buitenland spreken", zoo vroegen
vanmorgen twee fiksche Indische
knapen.
„Zegt u het maar, wat u op uw
hart heeft."
„Ja mijnhper, wij wilden gaarne
naar Finland. Om te vechten met
de Finnen, voor de Finnen. Hoe
kunnen wij er komen?"
„Met de boot en misschien ook
per vliegmachine."
„Bij wien kan men zich aanmel
den?"
„Bij den consul-generaal van Fin
land te Amsterdam, den heer Key"!
„Dat is ver mijnheer. Kunnen we
hier niet ergens terecht?"
„Zal niet gaan jongelui. De Fin
sche consul te Batavia heeft, mee-
nen wij net bekend gemaakt, dat
hier geen vrijwilligers worden aan
genomen."
„Maar als we nou zelf de reis
betalen?"
„Dan zou er misschien over te
denken zijn, maar dat moet je toch
aan den consul vragen."
„Komt in orde mijnheer. Kan u
ons ook zeggen mijnheer, komen er
hier ook Finsche booten, waar we
mee zouden kunnen gaan. Dan kun
nen we alvast wat Finsch leeren.
Zullen we daar boven wel noodig
hebben".
„Geloof ik niet. Wel Zweedsch
en Noorsch".
„Nog wat mynheer. Ik ben dienst
plichtig en ik moet over een maand
of wat opkomen. Krijg ik daar geen
last mee?"
„Misschien wel, misschien niet,
zou ik eerst maar eens goed Infor-
meeren".
„Anders ga ik eerst dienen en
dan naar de Finnen."
„Lijkt me nog niet zoo gek. An
ders hebben ze daarboven niets
aan je en als je er nu direct naar
toe gaat, dan zal het nog wel koud
zyn als je er aan komt."
„Kan ons niets schelen mijn
heer. Dan vechten we ons wanm".
Er bestaat een redelijke kans, dat
over een week of wat ook Java zal
vertegenwoordigd zijn in het inter
nationale leger, dat momenteel aan
de zijde der dappere Finnen strijdt
tegen de bolsjewisten van Moskou,
zoo vertelt het Alg. Indisch Dag
blad.
den beschouwd, omdat Rusland in de reso
lutie van den Volkenbond tot aanvaller is
gestempeld.
PROCLAMATIE VAN KONING
GEORGE?
Over het ln Finschen dienst treden van
Britsche vrijwilligers.
Naar verwacht wordt, zal er spoedig een
proclamatie van den koning verschijnen,
wrarbij aan Britsche vrijwilligers toestem
ming wordt verleend, in Finland dienst et
treden.
Vermoedelijk in verband hiermede heeft
de koning Chamberlain gisteravond in
audiëntie ontvangen.
Volgens gewoonlijk goed ingelichte bron
nen zal de minister van binnenlandscha
zaken, Sir John Anderson, Woensdag in het
Lagerhuis een belangrijke verklaring aan
gaande dit onderwerp afleggen.
Men neemt aan, dat deze proclamatie in
verband moet worden gebracht met Halifax'
audiëntie bij den koning op Maandagmid
dag en Griper.berg's bezoek aan het mini
sterie van buitenlandsche zaken hédenmor-
gen.
Pritt, het eenige labourlid, dat „pro
sovjet" is in het Russisch-Finsch geschil, zal
Woensdag vragen stellen, het als vrij
williger dienst nemen in Finland niet in
stryd is met de wet.
HONDERDDUIZEND FINSCHE
KINDEREN NAAR DENEMARKEN?
Het Deens?he comité tot hulpverleening
aan Finland heeft de bevolking uitgenoo-
digd zich gereed te houden voor het spoe
dig opnemen van 100.000 Finsche kinderen.
GEBREK AAN KOLEN IN ZWEDEN.
De kolenschaarschte in Zweden zal
waarschijnlijk tot nieuwe beperkingen
voor het verbruik van brandstoffen leiden.
Men overweegt eenige kerken te Stock
holm tijdelijk te sluiten, omdat zij te veel
steenkolen verbruiken.
De hooge raad van onderwijs werkt een
ontwerp uit, krachtens hetwelk het onder
wijs op lagere en middelbare scholen
gedurende een maand zou worden ge
staakt
WERK IN BELGISCHE MIJNEN
HERVAT.
In de mijnen van Henegouwen en de
Borinage, waar gisteren plaatselijke stakin
gen zijn uitgebroken, is het werk vrywel
normaal hervat Men veronderstelt, drt
tr.orgen overal weer normaal zal worden
gewerkt