Nieuwe overwinning der Finnen Bij Raate een Russische divisie vernietigd Oorlogsnieuws De Hongaarsch- ltaliaansche besprekingen BINNENLAND DINSDAG 9 JANUARI 1940 DE LEIDSCHE COURANT ■nynmr m n - r R DE DERDE GROOTE SLAG EEN RIJKE BUIT. Naar Reuter uit Helsinki meldt, deelt het gisteren uitgegeven Finsche legerbe- richt het volgende mede: In de afgeloopen dagen Is het voornaam ste doel van den strijd geweest de 44ste Russische divisie terug te slaan die op rukte uit de richting Raate naar Suomus- salmi. Dat is thans bereikt. De vijandelij ke strijdmacht is vernietigd. Ruim duizend krijgsgevangenen werden gemaakt en veel buit viel ons tot dusverre in handen, o.m. 102 stukken geschut, 43 tanks, 10 pantserwagens, 1 vliegtuig, 20 tractors, 278 motorrijtuigen van verschillende soorten, waarbij zich tien anti-tankwagens bevon den, gewapend met vierloopsluchtafweer- geschut, 1170 paarden, ontelbare andere wapens en 47 veldkeukens. De zuivering van het terrein en de ver zameling van den buit gaan nog voort. Aan de andere fronten was het betrek kelijk rustig, behalve de gebruikelijke activiteit van patrouilles en artillerie. Finsche patrouilles hebben verscheidene Russische patrouilles vernietigd, evenals verbindingsmiddelen. Ter zee: niets van belang. In de lucht: zeer rustig; er waren nau welijks vijandelijke vliegtuigen te zien. Sedert de overwinning van Suomussal- mi, aldus vult Havas het bovenstaande aan, waren de gevechten voortgezet langs den nauwen weg, die over Raate naar de grens leidt. Deze weg loopt door een woes te streek, die met bijna ondoordringbare wouden bedekt is. Na den nederlaag van de 44e Russische divisie beschouwt men de voornaamste vijandelijke strijdkrachten in dezen sector als vernietigd. Naarmate de Finnen het veroverde terrein zuiveren, stijgen de cij fers van den buit. De 44ste Russische divisie is, aldus nog Reuter, voor een groot deel verslagen met behulp van oorlogsmateriaal, dat buit ge maakt was op de 163e divisie, die een week geleden aan hetzelfde front werd vernietigd. De Russen rukten op van Raate, in een nieuwe poging om in Westelijke richting vorderingen te maken naar de Bothnische golf. Na een korte campagne zagen de Russen zich afgesneden van hun voedsel voorraden en verbindingsmiddelen. Hun zware materiaal bleef in de moerassen steken. NOG GROOTER SUCCES DAN BIJ SUOMOSALMI. De Finsche overwinning, waarvan in het legerbericht melding gemaakt wordt, is ongetwijfeld de grootste, tot dusverre door de Finnen behaald. In drie weken tijds hebben zij drie Russische divisies vernietigd, één by Tolvajaervi, één bij Suomosalmi en de derde tusschen Suomo- salmi en Raate. Een Russische divisie is 15000 tot 18000 man sterk. De Finsche oorlogsbuit is zeer aanzienlijk. Ook dit maal hebben de Finnen de tactiek van patrouilles gevolgd. Deze patrouilles sne den de ravitailleeringsafdeelingen van den vijand af en verrastten de opmarchee- rende troepen of de verkenningsafdeelin gen. De Finsche luchtmacht heeft een vrij belangrijke rol gespeeld door de Russische kampementen en convooien tot vrij ver op Russisch gebied aan te vallen. In een strijd van één tegen tien hebben de Fin nen ten volle gebruik gemaakt van hun patrouilletechniek en hun bewegingssnel heid. NIETS GEBEURD. ZEGT MOSKOU. Het Russische hoofdkwartier deelt me de: Op 8 Januari heeft zich aan het front niets van belang voorgedaan. In de distric ten Ukhta, Repola en Petrozavodsk acti viteit van patrouilles verkenners. Op de landengte van Karelië activiteit van ver kenners. geweer- en machinegeweervuur en optreden der artillerie van beide zij den. Wegens het ongunstige weer heeft de Russische luchtmacht alleen verkennings vluchten gemaakt. HULP VOOR DE FINNEN. Oorlogsmateriaal voor Finland in Duitschland opgehouden. Havas meldt, via Brussel, uit Berlijn: Een groote hoeveelheid voor Finland bestemd oorlogsmateriaal, welke over Duitschland werd verzonden, is door dit land opgehouden. Het zou in de eerste plaats oorlogsmateriaal, afkomstig uit Ita lië. betreffen. Duitsche kringen geven daarvan voor alsnog geen enkele rechtvaardiging van jurdischen of politieken aard. De hulp der Vereenigde Staten. De Amerikaansche gezant te Bern heeft den secretaris-generaal van den Volken bond een nota overhandigd met het ant woord der Amerikaansche regeering ten aanzien van de hulpverleening aan Fin land. De nota is gedateerd op 5 dezer en heeft den volgenden inhoud: „Ik heb de eer u mede te deelen, dat ik instructies heb gekregen van mijn re geering om u de ontvangst te bevestigen van uw mededeeling van 28 December 1939 betreffende de resolutie, die is aan genomen door de Volkenbondsvergadering van 14 December 1939 ingevolge het be roep van de regeering van Finland op ma- terieelen en humanitairen steun, en waar in gevraagd werd of mijn regeering u in staat zou kunnen stellen de Finsche re geering mede te deelen, dat zij bereid is haar te helpenen in welke mate. Ten antwoord heb ik instructies gekre gen te verklaren, dat de regeering der Vereenigde Staten sedert den aanvang der vijandelijkheden tastbare bewijzen heeft gegeven van haar sympathie voor volk en regeering van Finland in den huidigen toestand. Bovendien hebben het Ameri kaansche Roode Kruis en particuliere or ganisaties steun verleend aan het Finsche volk en raadplegen zij de Finsche regee ring over de meest doeltrefefnde wijze van voortzetting dier hulp en' vergrooting daarvan. Deze bijstand zal ongetwijfeld bezield worden door de rapporten over de be hoeften die de Finsche regeering bij het Volkenbondssecretariaat indient en mijn regeering is van meening, dat hel recht- streeksch overleg, dat door haar is inge steld, tezamen met het Amerikaansche Roode Kruis en de particuliere organisa ties, met de Finsche regeering in staat zal zijn om verwarring in het streven naar hulp te vermijden". Senator Glass, die een sterk voorstan der van bezuiniging is, heeft verklaard, dat een regeeringsleening aan Finland ge rechtvaardigd zou zijn Hij zeide: „Ik zou willen, dat wij al het mogelijke voor Fin land zouden doen, behalve er een leger heenzenden. Met andere woorden: ik ben niet neutraal in woord en gedachte". Senator Brown, van Michigan, heeft een ontwerp ingediend, dat de Reconstruction Finance Corporation zou machtigen tot het verstrekken van een leening van 60 mil- lioen dollar aan Finland. Volgens zijn ontwerp zou Finland dit geld voor alle doeleinden mogen gebruiken, ook voor het koopen van oorlogsmateriaal, waar dan ook. HET FRANSCHE LEGERBERICHT. Het Maandagavond uitgegeven Fransche legerbericht luidt als volgt: Niets belangrijks te melden. BRITSCH STOOMSCIP DOOR DUITSCHE DUIKBOOT AANGEVALLEN. Gemeld wordt dat het Britsch schip „Highland Patriot" (14.172 ton) door een Duitsche duikboot op de reis uit Europa naar Zuid-Amerika, is aangevallen. Er werden torpedos afgevuurd, die allen misten. De duikboot kwam later boven en heeft herhaaldelijk doch zonder resultaat gevuurd. De „Highland Patriot" beant woordde het vuur en het gevecht heeft twee uur geduurd. Tenslotte verdween de duik boot en kon het schip de reis in Zuidelijke richting voortzetten. Gemeld wordt, dat 'aan boord van de „Highland Patriot" één persoon is gedood, nl. een Portugeesch passagier. BELGISCHE TRAWLER VERMIST. Sedert twaalf dagen heeft men niets meer vernomen van den te Oostende thuis be- hoorende trawler „B 24 Adeline", welke was uitgevaren voor vischvangst op de Noordzee. Men vreest dat het schip op een mijn is geloopen. DE DUITSCHE PERSAANVALLEN OP DE NEUTRALEN. Belgische politieke kringen nemen met de grootste kalmte kennis van de aanvallen, die de Duitsche pers de laatste dagen ge daan heeft op de neutralen, die den Volken bond trouw zijn gebleven. Zij zien hierin een nieuwe episode van den zenuwenoorlog en zien zelfs niet de hypothese onder de oogen, dat deze aan vallen op eenigerlei wijze verandering zou den kunnen brengen in de houding van België ten opzichte van het Geneefsche in stituut. Het is gemakkelijk te constateeren, dat de openbare meening, evenals de lei dende kringen, zich minder gevoelig toont voor den druk, die men door middel van de pers of op andere wijze op haar racht uit te oefenen. DALADIER HEEFT EEN ONGELUK GEHAD. Het bureau van den Franschen minister president deelt mede: Minister-presider.t Daladier heeft Zondag middag een ongeluk van niet ernstigen aard gehad. De dokters hebben vastgesteld, dat de middelvoetbeentjes van een der voe ten gebroken zijn. Zij zijn gezet en de toe stand van den premier is bevredigend. Na door de doktoren behandeld te zijn, heeft Daladier zich naar het departement van oorlog begeven, waar hij zijn werk zaamheden onverwijld heeft hervat Een vrouwenhand, die 's avonds even niet Purol wordt inge wreven, is, hoe ruw en rood zij ook van het huishoudelijk werk moge zijn, weer spoedig wit als sneeuw en zacht als «ij. Doos 30-60 ct. 931 COMMENTAREN. Londen ziet goedkeurend toe. Graaf Csaky, de Hongaarsche minister van buitenlandsche zaken is gistermiddag om 18 uur 5 uit Venetië naar Boedapest vertrokken. Ofschoon het officieele Engelsche stand punt naar aanleiding van de besprekingen tusschen Ciano en Csaky nog niet bekend is, heeft men, naar de diplomatieke cor respondent van Reuter verneemt, in welin gelichte kringen de overtuiging, dat alles wat den vrede op den Balkar beoogt de goedkeuring van de Britsche regeering wegdraagt. ITALIAANSCHE PERSSTEMMEN. Over de besprekingen tusschen Ciano en Csaki schrijft de „Tribuna" o.m.: De opheldering in de betrekkingen tus schen Hongarije en de aangrenzende lan den, welke bij de besprekingen behandeld is, is niet gemakkelijk te verwezenlijken. Het gaat er om oude kwesties te regelen, welke direct uit Versailles voortvloeien. De reeds afgelegde weg geeft echter het recht te hopen op de nieuwe ontwikkeling van dit plan van evenwicht en rechtvaar digheid. dat de wezenlijke belangen van niemand raakt. Ten opzichte van de positie van de Italiaansch-Hongaarsche overeenstemming tegenover Rusland, wijst het blad er op, dat Hongarije in staat zou zijn zonder hulp een eventueel Sovjet-Russisch ideolo gisch offensief te keeren. Ten aanzien van de mogelijkheid van een agressie van het Russische leger tegen Hongarije, vloeit het standpunt van Italië voort uit zijn steeds tegenover Moskou in acht genomen anti communistische houding. Voor Italië vormt het bolsjewisme gen motief tot een inter nationaal geschil, zoolang het een ver schijnsel blijft in het Russische binnenland; het zou echter anders zijn, wanneer het roode régime zou trachten absurde plan nen van gewapende expansie ten uitvoer te leggen. Een ontspanning echter tusschen de landen van het Donau-bekken en den Balkan en vreedzame samenwerking dier landen zouden wijzen op een kracht, wel ke op korten of langen termijn het hoofd zou kunnen bieden aan ieder bedreiging. De „Lavoro Fascista" schrijft, dat Italië hoopt op de afsluiting van een realistisch accoord tusschen Hongarije en Roemenië, te meer, daar deze twee landen geroepen zy'n een gemeenschappelijke levens- en be schavingsopvatting te verdedigen tegen het gevaar van een bolsjewistischen opmarsch in het Noorden en centrum van Europa. Gayda wijdt in de „Giornale d'Italia" een beschouwing aan het resultaat van de ge- dachtenwisseling. Hij schrijft daarin o.m.: Ieder wordt er van op de hoogte gebncht, dat Hongarije aan den kant van de Ita- liaansche politiek staat in zijn oriënteering en methode, evenals Italië aan Hongaar- schen kant staat in de speciale problemen, welke Hongarije heeft gesteld. Italië en Hongarije zijn er tegen gekant, dat de oor log zich uitbreidt naar Zuid-Oost-Europa en de Middellandsche Zee. Maar, het ligt voor de hand, dat het voornemen van Hon garije om zijn problemen langs vreedza- men weg tot oplossing te brengen, geen voorwendsel kan worden voor andere be trokken mogendheden om zich te onttrek ken aan een oprechte bestudeering en een redelijke oplossing van de nog hangende problemen. Het is goed er aan te herinne ren, dat Europa een zeer verwarden tijd beleeft en dat men een noodlottige dwaling zou begaan door te trachten gevallen, die nog vreedzaam geregeld kunnen worden, door maatregelen van rechtvaardigheid, te onttrekken aan dit beginsel. HONGAARSCHE COMMENTAAR. Stefani meldt uit Boedapest: De commentaren van de Hongaarsche dagbladen over de besprekingen te Vene tië kunnen als volgt worden samengevat: 1. De gedachtenwisselingen zijn gevoerd in een sfeer van groote hartelijkheid. 2. De Italiaansch-Hongaarsche vriend schap wordt steeds nauwer en hechter. 3. De belangen van beide landen in het Zuid-Oosten zijn volkomen identiek. 4. De richtlijnen der buitenlandsche po litiek van beide landen loopen evenwijdig. 5. De beide landen willen vrede en recht vaardigheid. 6. De beide landen nemen een gelijke houding aan ten aanzien van den huidigen Europeeschen oorlog. 7. Italië en Hongarije wenschen een sterk Zuid-Slavië. 8. Noch Italië, noch Hongarije zullen eenigerlei militaire actie beginnen in het Donaubekken en op den Balkan, zoolang hun vitale belangen niet worden geschon den. 9. Geen der beide landen staat gunstig tegenover de vorming van een Zuid-Oos telijk blok. 10. De Italiaansch-Hongaarsche eensge zindheid vormt het hechtste bolwerk voor den Europeeschen vrede en is tegen nie mand gericht. Volgens de „Pester Lloyd" zou Ciano in het a.s. voorjaar naar Hongarije gaan om met Csaky de gedachtenwisseling voort te zetten. GROENE ERWTEN ZONDER BON. Tegelijk met de distributie van brui ne boonen op 19 Januari, zal de distri butie van groene en spliterwten beëin digd worden, waardoor voor dit artikel de vrijheid voor de consumenten weer hersteld wordt EEN DAG EXTRA-LOON VOOR HET STEUNCOMITé. Het dagelijksch bestuur van het Algemeen Steuncomité 1939 deelt mede, dat van een conducteur der Nederlandsche Spoorwegen een schenking is ontvangen van een bedrag van een dag extra-loon. Moge dit voorbeeld zoo voegt het er aan toe tot navolging strekken. VERGOEDINGSREGELING VOOR ZELFSTANDIGE VRIJGEZELLEN. Menagegel d-regeling staat op het punt te verschijnen. Voor de ongehuwde militairen, de z.g. zelfstandige vrijgezellen, bestaat nog geen enkele vergoedingsregeling, zooals voor de kostwinners. Wij meldden onlangs, dat bij het depar tement van Defensie het besef echter leven dig is, dat ook zij door hun opkomst in werkelijken dienst nadeelen ondervinden, die niet zonder meer mogen worden voor bijgegaan. Gebleken is, dat deze menschen o.m. moeilijkheden hebben, doordat zij hun meubelen moeten opbergen, tijdens de ver lofdagen gelegenheid ontberen in eigen om geving te vertoeven, enz. Sinds geruimen-tijd is men ten departe- mente thans ook doende een regeling te ontwerpen, die deze en dergelijke moeilijk heden zou kunnen ondervangen. De rege ling moet er, zoo zeide men ons bij na vraag, komen. Het werk is echter niet zoo heel eenvoudig, omdat die regeling prac- tisch uit het niets moet worden opgebouwd. Intusschen is een ontwerp gereed gekomen, dat nog verschillende stadia moet door- loopen en aan diverse instanties is toege zonden om advies. Er is gedacht aan een vergoeding voor kamerhuur, voor het bp- bergen van meubelen, uitgaven voor vak bondscontributies, enz. Van talmen is bij de regeeringsinstanties geen sprake. Er wordt integendeel hard aan de regeling gewerkt en met medewerking van alle instanties, die aan de voorbereiding ervan deel hebben, laat het zich aanzien, dat de definitieve vergoedingsregeling niet lang meer op zich behoeft te laten wachten. Ook is een regeling in voorbereiding voor de vergoeding van menagegeld. Hiervoor is een wijziging noodig van het reglement van administratie, dat een Koninklijk Besluit is en dus ook by Koninklyk Besluit moet wor den geregeld. Naar wij vernemen, kan dit Koninklyk Besluit elk oogenblik afkomen. De minister van Defensie heeft er reeds zijn bekrachti ging aan gegeven. Deze regeling zal voor iederen dienst plichtige gelden, die met periodiek verlof gaat. Aanvankelijk lag het in de bedoeling haar in de gewijzigde kostwinnersvergoe dingsregeling op te nemen, doch de minis ter heeft daarvan afgezien om te vermyden, dat in dat geval de niet-kostwinners er buiten zouden vallen. „Vooruit". DE EXTRA-TOESLAG VOOR DEN BOTER-EXPORT NAAR ENGELAND. Op de vragen van den heer Algera be treffende de extra-toeslagregeling voor den boterexport naar Engeland gedurende het tydvak van 812 September 1939, met na me of het waar is, dat de Nederlandsche zuivelcentrale slechts mededeeling heeft gedaan aan een beperkt aantal exporteurs en niet aan alle, en dat de regeling slechts voor eerstgenoemde exporteurs heeft ge golden, heeft de minister van economische zaken voor wat het laatste betreft, beves tigend geantwoord. Het betrof hier een uitzonderlijken maat regel, welke op korten termijn diende te worden getroffen, ten einde een anders te verwachten belangrijke daling van de commissie-noteering voor Nederlandsche boter tegen te gaan. Uit practische over wegingen is derhalve aan een beperkt aan tal exporteurs, nJ. de dertien grootste, ge legenheid gegeven in het tydvak van 8 t.m. 11 September 1939 boter met een ex tra-toeslag naar Engeland uit te voeren. In de periode, waarvoor de onderhavige toeslagregeling gold, hebben van de niet ingeschakelde exporteurs drie exporteurs eveneens een beperkt quantum boter naar Engeland uitgevoerd. De minister heeft besloten, ook aan deze exporteurs alsnog den extra-toeslag te doen toekennen. NOODTOESTAND IN DEN VISCHHANDEL. Telegrammen aan de ministers. De Nederlandsche bond van kleinhande laren in het visch. en haringbedryf, heeft den minister-president en de ministers van Economische en Sociale Zaken telegrafisch ervan in kennis gesteld, dat de noodtoe stand in den vischhandel, inzonderheid voor de visch winkeliers en standplaatshouders, catastrophale vormen aanneemt. De organi satie verzocht den ministers dringend hulp te willen verleenen. Het hoofdbestuur VToeg hierover tevens een onderhoud met de ministers aan. HET MILTVUUR. Krachtige maatregelen tegen „De Adelaar". Zooals gemeld Is men bij het onderzoek naar de oorzaak van de sterke verbreiding van het miltvuur onder het vee, tot de con clusie gekomen, dat de verwerking van niet-ontlymd beendermeel in mengvoeders gevaar kan opleveren voor miltvuur. Gebleken is, dat in de mineralenmeng- sels, bereid door de Utrechtsche krachtvoe- derfabriek „De Adelaar" te De Bilt, been dermeel inplaats van ontlymd beender meel voorkomt. De regeeringcommissaris voor den akker bouw en de veehouderij by besluit van 5 Januari j.l. heeft bepaald, dat aan erkende distribuanten van mineralenmengsels en mengvoeder tot nader order niet wordt toe gestaan van genoemde krachtvoederfabriek mineralenmengsels te betrekken. In de fabriek „De Adelaar" is in afwij king van de door de overheid vastgestelde mengvoorschriften beendermeel gebruikt in plaats van ontlymd beendermeel. Mi neralen op zichzelf kunnen nooit gevaar voor miltvuur opleveren. Dit geldt ook voor ontlijmd meendermeel, dat zoo hoog verhit wordt, dat alle sporen gedood zyn. Ook andere mineralen kunnen geen spo ren bevatten. Anders staat het evenwel met beender meel, dus niet-ontlijmd bendermeel. De door de overheid tegen „De Ade laar" genomen maatregelen, het intrekken van de vergunning tot het afleveren van mineralenmengsels en mengvoeders, is ge schied, omdat de fabrikant in strijd met de voorschriften heeft gehandeld. In de circulaire, welke de regeerings- commissaris voor den akerbouw en de vee houderij aan de distribuanten heeft gezon den, wijst de regeeringscommissaris nog op het volgende: Daar slechts mineralenmengsels, samen gesteld overeenkomstig de voorschriften van het rijksbureau mogen worden ver werkt, dient u de sinds 27 November 1939 van genoemde fabriek betrokken minera lenmengsels alsmede het mengvoeder, waarin die mineralenmengsels zijn ver werkt, af te zonderen en ter beschikking van de regeering te houden. Voorts dient u, in geval u mineralenmengsels, afkom stig van „De Adelaar" na 27 November 1939 hebt doorverkocht, de koopers daar van met het bovenstaande in kennis te stel len, onder de mededeeling, dat de daarin u opgelegde verplichtingen ook voor hen gelden. Den distribuanten wordt in deze circu laire tevens verzocht een schriftelijke op gave van bovenbedoelde koopers benevens de verkochte hoeveelheid ten spoedigste te verstrekken aan het Rijksbureau voor de Voedselvoorziening in Oorlogstijd, af- deeling veevoederdistributie, Lange Voor hout 10, 's-Gravenhage. De plaatselijke politie te De Bilt heeft opdracht gekregen controle uit te oefenen op de fabriek, opdat geen mineralenmeng sels deze fabriek meer verlaten. TUINBOUW EN BOLLENTEELT. Op de vraag door den heer Wijnkoop aan den minister van economische zaken op 7 December j.l. gesteld of de minister het daarheen wil leiden, dat aan telers van bloembollen, die ingevolge de door den minister bevolen maatiegelen 50 pet. op hun bloembollenver gunning moeten be krimpen, en zoodoende dus gronden vrij krijgen, op deze vry gekomen gronden tuinbouwteeltvergunning en vergunning tot het telen van zaaizaad worde verleend, heeft de minister thans bericht, dat het niet mogelijk is, binnen den gestelden ter mijn te antwoorden. Het antwoord van den minister ondergaat derhalve eenig uit stel. R.K. MIDDENSTANDSBOND IN HET BISDOM HAARLEM. Dezer dagen kwam het hoofdbestuur van den R.K. Middenstandsbond in het bisdom Haarlem in vergadering bijeen. Na de opening door den bondsvoorzitter en behandeling van diverse mededeelingen, werden de notulen, het maandverslag van het centraal bureau en het financieel ver slag over November 1939 goedgekeurd. De geestelijk adviseur hield ees geeste lijke overweging over „Het nieuwe jaar en den nieuwen mensch". Achtereenvolgens werden besproken financieele steun aan het actie-comité Vo le: dam, uitgave gedenkboek: „meer dan 30 jaar getuigen", cultureeele Hanze dagen in 1940; verslag over de gevoerde besprekin- ge n inzake evacuatie en middenstand, zakenverlof en adviescommissies, Midza- actie, propaganda-actie voor de midden standsretraite Zuid-Holland en Zeeland in Mr art a.s. te Noord wykerhout, verslag van de N.R.K.M. vergadering op 18 December 1939, stichting het Nederlandsch midden stands voorzianingsfonds, kortingstelsel en ambtenaren in overheidsdienst. Als datum voor den voorjaars centralen raad werd vastgesteld Woensdag 29 Mei a.s. Na de behandeling van de vele inge komen stukken, sloot de voorzitter na de rondvraag dez? eerste hoofdbestuursverga dering in het nieuwe jaar. F. K. J. HERINGA, t In 67-jarigen ouderdom is te 's Graven- hage overleden den heer F. K. J. Heringa, oud-raad-adviseur van het departement van Economische Zaken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 6