STADS
NIEUWS
KERKNIEUWS
LUCHTVAART
SPORT
Sociale
Zondagmorgen
AGENDA
MAANDAG 8 JANUARI 1940 CE LEIDSCHE COURANT
EERSTE BLAD - PAG. 2
Gemeentel. Aankondigingen
f
AbonnenwntsprUs: voor L«td«n li
cent per week; 2.50 per kw&rtaaL
Bij onze tfenten /0 cen* Per woek;
f ft.60 per kwartaal Franco per poet
2.95 per kwartaal Geïllustreerd
Zondagsblad 0.50 per kwartaal
Losse nummers 5 cent» met geïll
Zondagsblad 9 cent
Advertentiën: 30 cent per regel.
Ingezonden mededeel in gen dubbel
tarief. Telefoontjes hoogstens 30
woorden, 50 cent per plaatsing, al*
léén Woensdag en Zaterdag.
HOE WORDT HET WEER 7
DE VORST KEERT TERUG.
De Bilt seint s
Verwachting:
In het Noorden en Oosten: Wellicht
krachtige Zuid-Oostelijke tot Oostelijke
vrind, betrokken tot zwaar bewolkt, later
wellicht opklarend, wellicht een weinig
sneeuw. Lichte tot matige, tijdelijk wel
licht strenge vorst.
In het Zuiden en Westen: Zwakke tot ma
tige Zuid-Oostelijke tot Zuidelijke wind.
Nevelig tot betrokken met kans op mist.
Nu en dan lichten regen of sneeuw. Tem
peratuur om het vriespunt, later lichte
vorst.
Kans op gladde wegen in het Mid
den, Noorden en Oosten van het land.
De weerstoestand van hedenmorgen
7.20 uur:
Den Helder: zwaarbewolkt, matige O.
Z. O. wind, 0 gr. C.
Vlissingen: betrokken, matige O. Z. O.
wind, 2 gr. C.
De Bilt: mist, zwakke O. Z. O. wind, 1
gr. C.
Groningen: betrokken, matige Oostelijke
wind, 7 gr. C.
Maastricht: mist, windstil, 3 gr. C.
BUITENLANDSCH WEEKOVERZICHT
Sinds Zaterdag is de luchtdruk in de
Baltische Staten 20 mbar gestegen. Het
continentale gebied van hoogen luchtdruk
heeft zich in de laatste etmalen voortdu
rend naar het Westen en Zuiden uitgebreid.
Hedenmorgen bereikten de stijgingen IJs
land. In het Noord-Oosten en Oosten van
ons werelddeel heerscht overal zeer strenge
koude. In Spanje en bet Middellandsche
Zeegebied blijft de luchtdruk eveneens
hoog. Hier echter zijn de temperaturen
hoog en is geen sprake van winterkoude.
De Oceaandepressie behoudt een groote
uitgestrektheid. Bij de Zuidpunt van Groen
land was de luchtdruk gisteravond nog
omstreeks 980 mbar en dezelfde lage waar
de kwam voor bij een randstoring ten
Noord-Westen van de Azoren. De randsto-
ringen doen in sterke mate hun invloed
gelden op het weer op de Azoren, doch blij
ven ver in het Westen. Een strooming van
warme lucht beweegt zich langs den Z. en O.
rand der depressie en dringt door tot diep
in de Poolzee. Op IJsland brengt zij de
temperatuur op 7 tot 9 graden boven nor
maal. In de kustlanden van het vasteland
houdt zy de van uit het Noord-Oosten op
dringende vorst terug. De vorstlijn liep
hedenmorgen dwars over ons land en volg
de in Duitschland aanvankelijk den Rijn.
LUCHTTEMPERATUUR
0.7 gr. C.
LICHT OP VOOR FIETSERS GJLi
Van Maandagnamiddag 4.35 uur tot
Dinsdagmorgen 7.37 uur.
HOOG WATER.
Te Katwijk aan Zee op Dinsdag 9 Jan.
voorm. 2.15 en nam. 2.40 uur.
Maan op 7.29 uur Dinsdagmorgen.
Maan onder 4.34 uur Dinsdagavond.
(Dinsdag nieuwe maan.).
DEKEN M. P. P. RATH, f
Hedenmorgen omstreeks half acht Is te
Helmond plotseling overleden de hoog
eerwaarde heer M. P. P. Rath, pastoor van
de St. Lambertus-parochie en deken van
het dekenaat Helmond. Deken Rath werd
29 Juni 1869 te Veghel geboren. Op 27 Mei
1893 werd hij priester gewijd. Op 23 Fe
bruari 1912 werd hij benoemd tot pastoor
der St. Lambertus-parochie te Helmond.
Twee jaar later volgde zijn benoeming tot
deken.
UITVAART RES.-EERSTE LUITENANT
TO. H. J. COPPERS.
Op de R.K. Begraafplaats naast de Sint
Martinuskerk te Voorburg is vaiuniddag
onder groote belangstelling teraardebesteld
het stoffelijk overschot van den Donder
dagmiddag j.l. bij Pernis verongelukten
invlieger van de Koolhovenfabrieken, den
reserve eerste luitenant-vlieger Th. H. J.
Coppers.
Vele, zeer vele belangstellenden waren
op dezen triesten wintermorgen naar Voor
burg gekomen om den Zoo bekenden en in
breeden kring zoo populairen vlieger de
laatste eer te bewijzen. Het kerkgebouw,
waar de uitvaartdienst werd gehouden,
was vrijwel geheel gevuld. De dienst werd
gecelebreerd door pastoor J< B. W. Möl-
ler met assistentie van de kapelaans C.
Visser en Th. Dekker. Het zangkoor, onder
leiding van den heer Haagen, gaf een uit
voering van de Mis van Requiem van Pe-
rosi. De kist was gedekt met de nationale
driekleur; op de baar lag de sabel van den
overledene.
De dienst werd o.m. bijgewoond door de
heeren F. Koolhoven en H. Walaardt Sa-
cre, directeuren van de Koolhovenfabrie
ken, de heeren J. Mees en C. van 't Groe
nenwoud, commissarissen van deze ven
nootschap, verder door ingenieurs en tal
rijke employé's van de Koolhovenfabrie
ken. Namens den commandant van het
tweede luchtvaartregiment waren aanwe
zig kapitein Lambert en de eerste luite
nant Vermeulen, namens den inspecteur
van de militaire luchtvaart de eerste lui
tenant A. J. M. de Groot, terwijl het de
pót luchtstrijdkrachten Rotterdam was
vertegenwoordigd door kapitein Grandia
en de eerste luitenants Martij nse en van
Almelo. Voorts waren er verscheidene col
lega's van den overleden vlieger, niet al
leen van de landmacht, maar ook van de
marine.
Na afloop van den dienst werd de kist
door 12 onderofficieren, behoorende tot
de tweede verkenningsgroep van het twee
de luchtvaartregiment naar buiten gedra
gen. Vier officieren-vliegers fungeerden
als slippendragers.
Op de kleine begraafplaats naast het
kerkgebouw was de belangstelling even
eens bijzonder groot.
Namens den minister van defensie was
hier aanwezig de garnizoenscommandant
van Den Haag, luitenant-kolonel J. Knel.
Voorts zagen we nog den invlieger der
Fokkerfabrieken, den reserve tweeden lui
tenant G. Sonderm'an, en nog vele officie
renvliegers.
Het detachement militairen, dat de ge
bruikelijke eerbewijzen bracht, stond on
der commando van ritmeester J. B. A. F.
van Eekelen, het vuurpeleton onder com
mando van den eerste luitenant E. Out-
mans.
De beaarding en de absoute werden ver
richt door pastoor Möller.
Er was een schat van bloemstukken.
O.m. waren er kransen van den comman
dant en officieren van het tweede lucht
vaartregiment, de directie en commissa
rissen van de Koolhovenfabrieken, de
Fokkerfabrieken, de Vereeniging van den
K.L.M.-vliegers, den commandant en offi
cieren van den marineluchtvaartdienst en
den bij zonderen vrij willigen landstorm.
LAWNTENNIS
NEDERLANDSCH—BELGISCH
TENNISCONTACT.
Overleg tusschen de beide
bondsvoorzitters.
De plannen, welke eenigen tijd geleden
bij het bestuur van den K. N. L. T. B. op
gekomen zijn om meer contact met het Bel
gische tennis te zoeken, beginnen vaster
vorm aan te nemen.
Dezer dagen heeft, naar het „Vad." ver
neemt, de voorzitter van den K. N. L. T.
B., de heer Crcll, te Brussel een onderhoud
gehad met den voorzitter van den Belgi
schen L. T. B., den heer De Borman. Het
resultaat daarvan was, dat de voorzitters
aan hun besturen de beslissing zullen laten
tusschen enkele vormen van gemengde com
petitie tusschen beide landen te houden. De
eene betreft een competitie in twee afdee-
lingen, nl. een Oostelijk-Zuidelijke, waar
in ploegen uit Luik en omgeving spelen
tegen ploegen uit Limburg en Brabant, de
andere tusschen ploegen van Brussel, Ant
werpen, Den Haag, Amsterdam, eventueel
het Gooi en Rotterdam. Daarbij zou het
de bedoeling zijn dat de ploegen niet ge
bonden worden aan spelers van bepaalde
clubs. Met toestemming van de bondsbestu-
ren mogen er ook ploegen gevormd worden
uit spelers van verschillende clubs, com
binaties dus. Het aantal wedstrijden en
net aantal partijen zal niet te groot geno
men worden, een en ander in verband met
het uitspelen van den wedstrijd op één dag.
Een andere vorm is het samenstellen van
één Belgisch—Nederlandsche hoofdklasse,
waarin dus van elk land twee of drie ploe
gen uitkomen. Het is immers niet noodza
kelijk, dat deze competities, indien de in
ternationale toestanden blijven, zooals nu,
reeds in Juni afgeloopen zijn.
Natuurlijk staat ook de interland-wed
strijd Nederland-België op het programma.
Het is dit jaar de beurt van een thuiswed
strijd voor Nederland. Veel kans dat de
wedstrijd midden in het seizoen te Noord-
wijk of Scheveningen gespeeld zal worden,
is er niet.
Van de Belgische spelers zijn er velen
gemobiliseerd: tien van de veertien, welke
op de ranglijst voorkomen! Men hoopt in
België dat zij voor competitie en inter
landwedstrijd verlof kunnen krijgen.
DR. OLIEROOK OVER BELLAMY-
BEWEGING.
Blijvende groote belangstelling.
De Sociale Zondagochtenden, welke de
vereeniging „Katholiek Leiden" organiseert,
mogen zich verheugen in blijvende belang
stelling. De deelname bedroeg gistermorgen
circa 160 bestuursleden van de bij „Katho
liek Leiden" aangesloten vereenigingen.
In de intieme kapel van de R.K. H.B.S.
aan de Mariënpoelstraat werd, zooals ge
bruikelijk is, de morgen ingezet met een
H. Mis, waaronder de meesten tot de H.
Tafel naderden, waarna in de aula het ont
bijt werd gebruikt.
Toen na het ontbijt allen zich wederom
in de aula hadden verzameld, sprak de voor
zitter, de heer W. Kriek, een woord van
welkom, o.a. tot den spreker, rector dr. A.
A. Olierook, en tot rector Bernefeld, die
onlangs is aangesteld tot geestelijk adviseur
van „Katholiek Leiden", Onder applaus van
de vergadering wenschte spr. rector Berne
feld toe, dat hij nog vele jaren zou mogen
werken voor Katholiek Leiden. Toen wij
verleden jaar aldus vervolgde spr. de
actie Naar de Nieuwe Gemeenschap be
spraken, konden wij niet vermoeden, dat
wfj dit jaar in oorlogstijd zouden vergade
ren. Vele bestuursleden van aangesloten
vereenigingen, die anders steeds op onze
sociale Zondagen kwamen, zijn gemobili
seerd. In dezen tijd is het onderwerp, dat dr.
Olierook vanmorgen zal bespreken: „Wij
Katholieken en de Bellamy-beweging" zeer
zeker actueel, doch als spr. nog zou moeten
kiezen, zou hij het onderwerp „De waarde
van het groote gezin" aan de orde hebben
gesteld, zulks naar aanleiding van het on
langs tijdens de begrootings-debatten in den
Leidschen Gemeenteraad gesprokene door
het liberale raadslid. Z.i. moet er een
groote propaganda-avond in de Stadsge
hoorzaal georganiseerd worden om de waar
de van het groote gezin voor het land en de
wereld in het licht te stellen.
Ten slotte kondigde spr. aan, dat tijdens
de pauze exemplaren van de Jan.-Febr. af
levering van „Katholiek Nederland" zouden
worden rondgedeeld, waarin is opgenomen
de volledige tekst van de Encycliek „Summi
Pontificatus". Deze exemplaren waren door
mr. Tepe, directeur van de K.S.A. gratis tér
beschikking gesteld, waarvoor spr. mr.
Tepe dank zegde. Ook werd tijdens deze
pauze het bekende boekje van pater dr. C.
Pauwels O.P., „Waarom kan ook een Ka
tholiek geen Bellamyaan zijn?" rondge
deeld,
Vervolgens kreeg dr. Olierook gelegen
heid om de verhouding uiteen te zetten,
waarin wij als katholieken behooren te
staan de Bellamy-beweging.
Bellamy was een idealist met een hoog
ontwikkeld sociaal gevoel en hij meende het
ongetwijfeld eerlijk en oprecht, evenals het
centrum van zijn navolgers, welk centrum
in ons land is gevestigd. Spr. zette uiteen,
hoe Bellamy er toe kwam, zijn idealen
waardoor hij de menschheid, zooals hij het
zag in het jaar 1868, uit den grooten nood
en de ellende redden wilde, vast te leggen
in een roman, welke hij noemde „Looking
backward", hetgeen in het Nederlandsch
vertaald werd met: „In het jaar 2000". Daar
in bepleitte hij onder meer afschaffing van
't privaatbezit der productiemiddelen, einde
van het winstsysteem, dus alles in eigen
dom van de gemeenschap; iedere arbeider
in deze Bellamy-gemeenschap, van hoog tot
laag, zou evenveel loon, of liever gezegd
evenveel crediet ontvangen. Alle mannen
en vrouwen zouden nl. een credietbrief
ontvangen, waarop hij of zij in de Staats-
magazijnen datgene kon verkrijgen wat hij
of zij dachten noodig te hebben.
In zoo'n maatschappij zou sparen van
geen nut zijn, want dat crediet zou in een
bepaalden tijd moeten zijn verbruikt. Ook
voor den ouden dag behoefde niet meer ge
zorgd te worden, want na 45 jaar kreeg
ieder staatspensioen.
De reclame heeft geen zin meer, concur
rentie is verdwenen, alles immers, wat de
mensch begeert, is verkrijgbaar in de
Staatsmagazijnen. Doordat de armoede uit
de maatschappij verdwenen is, verdwijnt
automatisch de misdaad, omdat, volgens
Bellamy, de misdaad voortkomt uit de soci
ale en economische mistoestanden. Na deze
verschillende gedachten onder de loupe te
hebben genomen en weerlegd te hebben,
vervolgde de spreker, dat de grondfout van
Bellamy is geweest, dat hij in zijn beide
boeken „In het jaar 2000" en „Gelijkheid"
geen plaats heeft kunnen inruimen voor het
Christendom, voor den Godsdienst. De
Godsdienst immers zegt, dat de zonde (mis
daad) niet op de allereerste plaats voort
komt uit de maatschappelijke wantoestan
den, maar ligt in den mensch zelf, door de
erfzonde. Maatschappelijke welvaart ver
betert den mensch in zichzelve nog niet,
maar de in zichzelf verbeterde mensch is in
staat de verworden maatschappij te herstel
len. Men heeft dat gezien in de eerste
eeuwen hoe een handjevol Christenen, het
heidensche Romeinsche Rijk voor Christus
heeft gewonnen.
Bellamy's lijfspreuk „Welvaart voor
allen" is wat ook wij willen, maar dan vol
gens de richtlijnen in onze schoone actie
„Naar de nieuwe gemeenschap',' vastge
legd in de pauselijke encyclieken „Rerum
Novarum" en „Quadragesimo Anno".
Geen afschaffing van het privaatbezit,
maar een geordend bezit, wat meebrengt
de behartiging van de gemeenschapsbelan
gen zonder wegcijfering van onze eigen be
langen.
Wegcijfering van goede eigen belangen,
zal het menschelijk initiatief noodwendig
dooden.
Slechts dan zal de maatschappij zich ver.
beteren, indien Jezus' liefdeleer in 'smen-
schen harten staat gegrift, slechts dan zal
er rechtvaardigheid en naastenliefde leer-
schen.
Na een korte pauze werd gelegenheid ge
geven tot het stellen van vragen. Een zestal
aanwezigen maakte daarvan gebruik. O.a.
werd gevraagd of het Ned. Episcopaat zich
reeds had uitgesproken over de Bellamy-
beweging, waarop rector Olierook opmerk
te, dat, al heeft het Episcopaat zich nog niet
over deze beweging uitgesproken, er toch
een algemeene regel is, welke den katholiek
verbiedt om lid te zijn van vereenigingen,
wier doelstellingen niet vereenigbaar zijn
met de Katholieke zedenleer.
De voorzitter van Kath. Leiden, de heer
Kriek, sprak tenslotte een woord van dank.
DE AANSTAANDE BENOEMING VAN
DEN HEER W. ASSELBERGS TOT
BUITENGEWOON HOOGLEERAAR.
Er wordt rondom de aanstaande benoe
ming van dr. W. Asselbergs tot buitenge
woon hoogleeraar aan de Leidsche Univer
siteit in de pers gepolemiseerd. Het „Va
derland" is begonnen met critiek op deze
benoeming. Wij hebben, ook al omdat
waarheid en phantasie daarin lichtelijk
dooreen waren gemengd en moeielyk wa
ren te ontwarren, van deze critiek geen
melding gemaakt. Nu echter andere bla
den daarop reageeren of eruit citeeren
„Tijd" en „Maasbode" willen wy
onze lezers, die zich voor de kwestie in
teresseeren, even ervan op de hoogte stel
len.
Het „Vaderland" van Donderdagavond
publiceerde het volgende bericht:
„Naar De Maasbode verneemt, is zeer
binnenkort de benoeming te verwachten
van den heer W. Asselbergs (Anton van
Duinkerken), doctor h.c. van de Leuven-
sche universiteit, tot buitengewoon hoog
leeraar in de Vondelwetenschap aan de
Leidsche universiteit.
Naar het blad meent te weten, is de
stichting, welke aan deze benoeming ten
grondslag ligt, ontsproten aan hoofdste
delijke Katholieke kringen.
De Tijd teekent hierbij aan het bericht
te kunnen bevestigen, doch het om begrij
pelijke redenen niet oirbaar geacht te heb
ben, de a.s. benoeming van dr. Asselbergs,
welke het blad reeds geruim en tijd be
kend was, te publiceeren.
Wij vernemen van andere zijde naar
aanleiding van dit bericht, dat zoowel de
vestiging van een Vondelleerstoel te Lei
den als de a.s. benoeming van dr. Assel
bergs in academische kringen aldaar groo
te ontstemming heeft gewekt. Het is, naar
men ons meedeelt, ook niet juist, dat dr.
Asselbergs tot buitengewoon hoogleeraar
zal worden benoemd, want deze benoeming
is de aangelegenheid van een zuiver-par-
ticuliere katholieke stichting. Zijn wij wel
ingelicht, dan is de oppositie tegen deze
hocgleeraarsbenoeming zoo sterk, dat Fa
culteit en Senaat den toekomstigen docent
in geenerlei vorm zullen erkennen, aan
gezien zij door de ministerieele beslissing
van prof. Slotemaker de Bruïne vrijwel
voor een fait accompli zijn gesteld.
Amsterdam en Utrecht hebben gewei
gerd zich met dezen Vondel-leerstoel in te
laten; daarop is, zelfs zonder voorkennis
van de in de eerste plaats bij dezen tak
van studie geïnteresseerden, de leerstoel
aan Leiden opgedrongen. Aanvankelijk
was de bekende Vondelkenner C. R. de
Klerk aangewezen voor deze plaats, maar
hij heeft bedankt, omdat hij zijn leeftijd
een bezwaar achtte".
De „Tyd" van Vrijdag schreef bij het
bovenstaande:
„Tot zoover het Haagsche blad, welks
mededeelingen echter, naar ons bekend is,
niet afkomstig zijn van de Faculteit der
Leidsche Hoogeeschool. Indien de facul
teit inderdaad verzet had willen aantee-
kenen tegen de vestiging van een bijzon
deren Vondel-leerstoel aan de Leidsche
universiteit, zou zij dartoe een voor de
hand liggende gelegenheid gevonden heb
ben, toen het desbetreffende officieel be
sluit in de Staatscourant van 7 Juni 1939
verscheen. Dit protest is echter uitgeble
ven.
Thans, nu de naam van den te benoe
men docent bekend is gemaakt, wordt in
de berichten van Het Vaderland èen aan
val op hem ondernomen, zoodat men tot
geen andere conclusie zal kunnen komen,
dan dat deze aanval van zuiver persoon
lijken aard moet geacht worden".
Het „Vaderland" reageert hierop weer
aldus:
„Wij hebben ons bij het lezen van deze
commentaar even de oogen uitgewreven.
Onze informaties kwamen van zeer wel
ingelichte en betrouwbare zijde; welke
redenen het katholieke blad dus heeft om
deze informaties als een „aanval van zui
ver persoonlijken aard" te qualificeeren,
terwijl het onie bron niet eens kent, is
ons niet duidelijk! Is deze geprikkeldheid
een bewijs van een minder gerust gewe
ten?
Wat de kwestie zelf betreft: het zou „De
Tyd" toch bekend moeten zijn, dat een
universiteit als zoodanig geen orgaan be
zit om te nrotesteeren te?en de beslissing
van den Minister. Wat zij doet is: vooraf
advies verstrekken. Is het het blad onbe
kend, dat dit advies, zoowel van de litte
raire Faculteti als van den Senaat, afwij
zend heeft geluid? „De Tijd" deed beter
zich op de hoogte stellen in plaats van te
trachten onze bron verdacht te maken.
Waarom er verzet is gerezen tegen dr.
Asselbergs persoonlijk, ligt trouwens voor
de hand. Een leerstoel als deze Vondel
leerstoel bestrijkt een zeer gespecialiseerd
WAARSCHUWING.
De Directeur van het Distributiekantoor,
Oude Rijn 132, deelt mede:
Leiders van Instellingen als Ziekenhui
zen, Hotels, Café's, Cantines, Consumptie
tenten enz. worden eraan herinnerd, dat
zij hun MD 217-formulieren en eventueel
hun opplakvellen met bonnen uiterlijk
Woensdag, 10 Januari a.s. aan mijn kan
toor ingeleverd moeten hebben.
Teïhatkomers zullen niet meer gehol
pen worden en dus geen toewijzingen
ontvangen.
De Directeur,
P. ROOSENBURG.
Leiden, 8 Januari 1940.
LEIDEN.
Maandag: Vereeniging „Katholiek Leiden",
2e avond R.-K. Winterprogram.
N.V. Het Nederlandsch Tooneel in
„Schijn en Werkelijkheid", Stads
gehoorzaal, 8.15 uur.
Maandag, R. K. Vereen, van Sigarenwin
keliers „St. Blasius", Afdeeling
Leiden, Biesiot's Lunchroom, 8.30
uur.
Donderdag, Derde Aborinements-concert
Residentie-orkest, soliste Lili
Krauss, pianiste, Stadsgehoorzaal
8.15 uur.
Vrijdag: Afd. Leiden R.-K. Staatspartij
„Den Burcht" (foyer), 8.15 uur.
De avond-, nacht- en Zondagsdienst der
apotheken te Leiden wordt van Z a t e r-
dag 6 tot en met Vrijdag 12 Jan a.s.,
waargenomen door de apotheken: E. B. de
Metz, Lammenschansweg 4, tel. 23553 en
Van Driessen, Mare 110, telè 20406.
Te Oegstgeest: Ooegstgeestsche Apo
theek, Wilhelminapark 8, tel. 26274.
onderdeel der litteratuurwetenschap, en
het is nergens uit gebleken, dat de heer
Asselbergs een specialist zou zijn, die be
voegd is om het algemeene litteratuuron
derwijs aan de Leidsche Universiteit op
dit gebied te completeeren of te verbete
ren. De heer De Klerk, die zich terugge
trokken heeft, is een bekend Vondel-spe
cialist, hetgeen van dr. Asselbergs (wiens
qualiteiten als litteratuurhistoricus wij
hier overigens niet in het geding willen
brengen) onmogelyk gezegd kan worden".
HET IJSVERMAAK PLOTSELING TEN
EINDE.
Toch goedgeslaagde wedstrijden in het
schoonrijden op de Leidsche IJsclub.
De ijspret en het schaatsvermaak heeft
wel een zeer onverwacht einde genomen.
In de afgeloopen week had de vorst dag
nacht aangehouden en het ijs was vrij
wel overal dus danig geworden, dat alge
meen gehoopt wérd op 'n prachtigen ijs-
Zondag.
Het is evenwel op een groote teleurstel
ling uitgeloopen, want toen Zaterdagmor
gen onder een bedekten, mistigen hemel de
dooi intrad, kon men alle plannen reeds
laten varen. Weliswaar hebben velen onge
twijfeld nog gehoopt op een heroptreden
van de vorst, maar ook deze hoop ging niet
in vervulling. De Zaterdagavond bracht
geen opklaring en de dooi zette ook des
nachts danig door, zoodat het ijs overal vrij
veel water begon te vertoonen.
Er moge hier en daar nog wat gereden
zijn, van een algemeene ijsvreugde kon ech
ter geenszins meer gesproken worden.
Gelukkig, dat de Leidsche IJsclub de
wedstrijden in het schoonrijden voor paren
tegen Zaterdagmiddag had uitgeschreven.
Deze wedstrijden konden toen tenminste
gelukkig nog doorgaan, als was het ijs niet
overal even fraai.
Zestien paren bonden den strijd tegen
elkaar aan en zij hebben, de een meer de
ander minder, van goede sport te genieten
gegeven. De jury, bestaande uit mevrouw
Lammens en de heeren J. G. A. Janssen en
S. Koopmans, heeft het bij de beoordeelin
gen ongetwijfeld niet gemakkelijk gehad.
Het duurde eenige uren alvorens de beslis
sing gevallen was, welke zes paren in de
finale kwamen.
Daarna begon de strijd opnieuw en eerst
tegen het invallen van de duisternis was
het eindresultaat bekend.
In het clubhuis heeft de heer J. W. Henny
den uitslag onder groote spanning van deel
nemers en toeschouwers bekend gemaakt.
Allereerst bracht hij echter namens het
bestuur dank aan de leden der jury, waar
bij hij mevr. Lammens een doos bonbons
overhandigde.
Vervolgens bracht spr. dank aan de deel
nemers aan den wedstrijd, in het bijzonder
aan degenen, die van buiten de stad
kwamen.
Het resultaat was ten slotte als volgt:
le prijs: mevr. de Groot-Feltkrmp en de
heer Planjer, Leiden; 2e prijs mevr. en de
heer Key, Leiden; 3e prijs mej. R. Kranen
burg, Oegstgeest en de heer Ph. Best, Sas-
senheim.
De drie overige paren uit de finale wer
den als volgt geklasseerd: 4. mej. Lucas en
de heer Th. v. Helvert, Leiden; 5. mej. Berk-
houwer en de heer T. Stallinga, 6. mevr.
Hennipman en de heer G. Verhoogt, Leider
dorp.
VAL OP HET IJS.
Zaterdagmiddag te kwart voor vier is de
46-jarige mej. J. D. geb. K. op den Hee
rensingel op het ijs gevallen, tengevolge
waarvan zij den linkerpols brak. Dooi
den E.H.D. werd zy naar het Acad. Zie
kenhuis vervoerd.