Visschers en mijnwerkers gewapend op de ski!... ZATERDAG 6 JANUARI 1940 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 12 fZ>c Pieldewsbtijd Gij Jietóama en in JCcvteCië BIJ Salla stonden tachtig Finnen tegen duizend Russen Voortdurend moet ik denken aan wat een Finsch officier mij zeide over de dapperheid van zijn men schappen en hun belooning. „Wij belóonen met de medaille der vrij heid". Zoo is het inderdaad. Finland strijdt voor de vrijheid, en dit Juist is de groote prikkel tot hel denmoed, waarvan wij aan het Finsche front ongelooflijke staal tjes te zien en te hooren krijgen. Er moge in het jaar 1940 gebeuren wat wil, maar de naam Petsamo zal altijd een goede klank blijven behouden. De strijd rond Petsamo zal voor de Finsche historie blijven wat het Alcazar is geweest voor de Nationalisten in Spanje. Men moet het hoopje menschen in het Noorden van Finland gezien hebben om te weten, welk en prestatie hier geleverd wordt. Soldaten liggen in de loopgraven, soms vele uren achtereen, want er zijn te weinig manschappen, om voor een goede aflossing zorg te dragen, en dat alles in een koude van meer dan dertig graden on der nul. Op enkele kilometers daarvan daan liggen de Russen met dertig tanks, maar zij houden zich rustig. In het Noor den hebben zij een lesje gehad, dat zij niet gemakkelijk zullen vergeten. In het Noorden van Finland kon men een maand geleden nog niet van een leger spreken. De militairen, die men hier ziet in hun witte klceding en met een scherp afstekend geweer op den schouder, zijn eigenlijk geen soldaten. Het zijn visschers en mijnwerkers uit het gebied rond Pet samo. Toen de oorlog begon hadden zij bij na geen gweren. V/at hebben zij gedaan? De dappersten hebben zich in den Pool nacht glijdend op hun ski's tot bij de voor raden der Russen gewaagd. Zij hebben ge weren weggesleept en zoo worden de Rus sen met hun eigen wapens bestookt. En dit hoopje menschen houdt nu al een maand lang Russische divisies met groot geschut en tanks tegen. Men doet alle mogelijke moeite om met licht kanonnen buit te ma ken, want ieder onbeschadigd en buitge maakt kanon moet onmiddellijk tegen de vijand worden gekeerd. Als de Finnen geen munitie meer hebben of te weinig, dan wordt het door andere dappere Finnen op de Russen veroverd. Finsche verkenners dringen door tot achter de linies van de Russen. De haven van Petsamo was niet te verdedigen, maar men heeft verwoed gevochten, teneinde het oprukken van de Russen te vertragen. En eerst daarna heb ben de Russen kennis gemaakt met de ver- betènheid der Finnen. Zij zijn geen stap meer vooruitgekomen. Vrouwen aan het front. Hier in het hooge Noorden van Finland, 600 K.M. verwijderd van de Bothnische Golf heb ik Finsche vrouwen gezien Het waren geen achtergebleven Lappenvrou wen, geen zieken, die niet meer konden worden geëvacueerd, het waren vrouwen, die uit eigen wil naar het Hooge Noorden waren gekomen, om de soldaten te helpen. Het waren de Lotta's, leden van de be roemde Finsche vrouwenorganisatie. In een hut van een officier aan het front bij Petsamo kreeg ik een kop koffie en een broodje van een van deze vrijwilligsters. Een ander hielp mij bij het ontdooien van mijn bevroren jas. Ik krijg den indruk, dat de aanwezigheid van deze dappere vrouwen een groote uit werking heeft op het moreel der Finsche troepen. De vrouwen vechten niet met het geweer in de hand. Maar zij steunen de soldaten door hun zorgende toewijding, door hun sympathie en vooral door hun offers. 80 Finnen en 1000 Russen. Er wordt en nieuwe en heftige strijd verwacht in Karelië bij Salla, maar wat de Finnen hier reeds hebben gepresteerd grenst aan 't ongelooflijke. Hier heeft een enkel Finsch bataillon een Russische divi sie tegengehouden. Bij Salla stonden tach tig Finnen tegen duizend Russen. Tachtig Finnen, die normaal gesproken reeds uit geput moesten zijn door den vinnigen strijd die reeds een maand duurt, hebben zeshonderd Russen gedood. Toen trokken de overige Russen af. En toch is men be zorgd. De Finnen kunnen hun gesneuvel den niet doen vervangen. Voor elke Rus, die sneuvelt, staan vijftig nieuwe man schappen gereed. Dat maakt geen gering verschilMerkwaardig zijn de antwoor den van de Russische krijgsgevangenen bij Salla, zooals ik die van een der vele oor- 'ogscorrespondenten in Finland verno men heb. Er waren gevangenen bij, die niet wis ten, wie Hitler was. Anderen verklaar den, dat men hen gezegd had, dat de Finnen in slavernij leefden en dat men hen moest bevrijden. Dit zou een gemak kelijke taak zijn, want de Finnen zouden zelf wel in opstand komen tegen hun re geering. Nu echter zagen de gevangenen in, dat men hen iets had voorgelogen. Een van de gevangenen, die bleek te we ten dat Amerika had geprotesteerd tegen de aanval op Finland, verklaarde hier over: Stalin heeft aan Roosevelt geantwoord, dat hij genoeg vliegtuigen heeft, om het licht van de zon te verduisteren. Drie Finsche generaals en Mannerheim. Achter de Finsche Opperbevelhebber Maarschalk Mannerheim staan de drie O-generaals, zooals men hen te Helsinki noemt, dat zijn generaal Oesterman, gene raal Oesch, chef van de Generale Staf, en generaal Ohquist, die het bevel voert over de troepen in Karelië en tevens ten Noor den van het Ladoga-meer. Meer dan twintig jaar geleden streden zij niet naast, maar tegen generaal Man nerheim. Deze drie O-generaals waren nog studenten, toen in 1914 de oorlog uitbrak. Als patriotten wilden zij hun land bevrij den van het Russische Tsaren juk en met 3 000 landgenooten namen zij dienst in het Duitsche leger, onder de speciale voor waarde echter, dat zij alleen aan het Oost front (het Russische front) wilden vech ten. Generaal Mannerheim daarentegen had zijn militaire opleiding in Rusland ontvangen en was daarom tijdens den we reldoorlog in dienst van het Russische lé ger, zoodat hjj de tegenstanders was van Oesterman, Oesch en Ohquist. Toen echter ook in Finland de bolsje wistische revolutie uitbrak vertrokken de ze drie officieren naar hun eigen land, waar zij zich onder het vaandel schaar den van den vroegeren Tsarengeneraal Mannerheim, die enkele maanden vóór de Octoberrevolutie van 1917 Rusland had verlaten, om zijn eigen volk het Finsche volk te bevrijden. (Reeds opgenomen In een gedeelte onze! vorige oplage). BINNENLAND. VREEMDE VLIEGTUIGEN BOVEN ONS LAND. De Regeeringspersdienst meldt: Tegen het middaguur zijn heden op zeer groote hoogte boven de provincie Utrecht enkele vreemde vliegtuigen gesignaleerd. Zij zijn van den grond af onder vuur ge nomen. Patrouilles vliegtuigen zijn opgestegen en hebben vastgesteld, dat de vreemde vlieg tuigen zich inmiddels hadden verwijderd. RICHTER OM HET LEVEN GEKOMEN. Uit Keulen wordt ons gemeld: De be kende Duitsche sprinter Albert Richter is in den ouderdom van 27 jaren aan de ge volgen van eeri ski-ongeluk overleden. Richter behoorde met Arie van Vliet, Jef Scherens en Louis Gerardin tot de vier beste professional-sprinters der wereld. Sedert 1933 was hij kampioen van Duitsch- land. Zeven maal heeft hij aan het wereld kampioenschap deelgenomen, 5 keer werd hij derde en twee maal tweede. In 1932 legde hij te Rome beslag op den titel van wereldkampioen der amateurs. Voor den laatsten keer is hij 3 weken geleden te Berlijn gestart. Hij won de sprint om den Grooten prijs van Berlijn en zegevierde o.m. over zijn grooten rivaal Scherens. BUITENLAND. ZWEEDSCH SCHIP OMGEKOMEN. TWINTIG OPVARENDEN VAN STOCKHOLM, 5 Januari. (A. N. P.). Van de uit dertig koppen bestaande be manning van het Zweedsche s.s. „Svartoe" dat, zooals gemeld, twee dagen geleden aan de Oostkust van Engeland na een ont ploffing is gezonken, worden 19 man ver mist. Ook wordt een Noorsche loods ver mist, die zich aan boord bvond. Vermoede lijk zijn dus al deze twintig opvarenden omgekomen. ROTSBLOK DOODT ELF MENSCHEN. MILAAN, 5 Januari. (A. N. P.). Bij het neerstorten van een rotsblok in Civi- dale nabij Udine,, waarbij zooals elde» in dit blad wordt bericht twee huizen instorten, hebben elf menschen den dood gevonden. Een vrouw met haar beide kin deren is wonder boven wonder in een be lendend huis aan den dood ontkomen. Men neemt aan, dat het rotsblok is neergestort als gevolg van den zwaren storm. Men heeft de lijken nog niet kunnen bergen. De mooiste roeping. door P. D. A, Onze goede oude Pastoor van Saint-Pa- terne heeft het gebed van Zacharias: „Laat nu, o Heer, uw dienaar in vrede gaan", gebeden, maar gelukkig voor ons heeft de goede God zich Oost-Indisch doof gehou den. De oogen van den waardigen zielzor ger hadden nl. een lang verbeid heil aan schouwd. Begrijpt ge niets van deze inleiding? De verklaring volgt. Ge hebt slechts te luis teren. Saint-Paterne is een alleraardigst hoekje in de buurt van Bordeaux, gebouwd op een heuvel, te midden der uitgestrekte vlakten. Vriendelijke landhuizen keeren er den rug naar de wijnbergen en het front naar de zon. Zijn middeleeuwsch kerkje draagt een klokketoren, herbouwd na de gods dienstoorlogen en de waterspuwers lachen vriendelijk tegen de bengels, die er onder het portaal spelen. Maar mijnheer Pastoor droeg als een schande in zijn priesterhart deze treurige waarheid rond. dat St. Paterie bij men- schenheugenis nog nooit één zijner zonen aan het seminarie had geschonken. Nog nooit had onder een priestertoog net hart van een bewoner van S. Paterne geklopt en het zag er naar uit dat daarin voorloopig geen verandering zou komen. De Pastoor, die al zooveel doopelingen, zooveel christelijke huwelijken, zooveel onderwerping, berouw, edelmoedigheid aan God had mogen aanbieden, als vruch ten van de Sacramenten, die hij in veertig jaar had toegediend, verlangde er vurig naar eens te kunnen zeggen: Heer, deze jongeling heb ik gevormd als mijn zoon, om de brandende fakkel van mij over te nemen, als mijn bevende hand ze zal laten vallen. Wat wil nu het geval of liever Gods va derlijke voorzienigheid? Toen hij op zeke ren dag naar Leiparre reisde, werd hem bij den Deken de deur geopend door een lan gen, mageren jongen, met groote spreken de oogen. Mijnheer pastoor, als zoovele bejaarde priesters, een groot menschenken- ner, las in die oogen honger, armoede, wilskracht, vroomheid, en wat dies meer zij De gewekte belangstelling werd dadelijk omgezet in een vraag, waarop de heer Deken antwoordde: Het wil me voorkomen dat deze knaap serieuze roeping heeft voor het priester schap, maar hij is niet sterk. Hij moet noodzakelijk weg uit onze omgeving, waar zijn ouders een eerlijk, maar armelijk be staan hebben. Hij komt hier voor Latijnsche lessen; hij blijft dan eten en als tegenprestatie bewijst hij allerlei kleine 'diensten. Op hetzelfde oogenblik kreeg mijnheer Pastoor een ingeving. Aan welken heilige die valt toe te schrijven, is moeilijk te zeg gen, want de Pastoor had er al zoovelen aangeroepen. Daarom antwoordde hij prompt: Hoe zou u het vinden, mij dat kind toe te vertrouwen? Mijn inkomen is niet, wat men elastisch zou kunnen noemen, maar met Gods hulp zullen we de eindjes wel aan elkaar kunnen knoopen. Onze dorpsonderwijzer is een vurig Katholiek; samen zullen we hem onderrichten, en te gen den tijd dat hij naar het seminarie moet, zal er met Monseigneur ook wel te onderhandelen zijn. Dierbare broeder, gij zijt gekomen ais een engel uit den hemel. Op uw leeftijd, met uw bescheiden inkomen, zou ik het u nooit hebben durven voorstellen, maar de luchtkuur, die een verblijf bij u belooft, zal hem zeer zeker goed doen. Een zoo edelmoedig aanbod wordt niet becritiseerd en de bagage van den kleinen student, zijnde nihil, was spoedig gereed. Kunt ge u de verbazing voorstellen van Apelonia, Pastoors zorgzame huishoudster, toen na een zak linnen, een kist cate- chismen, een berg rozenkransen en gerepa reerde Misgewaden eindelijk de meest kostbare en meest omvangrijke aanwinst uit den auto te voorschijn kwam? Zij maak te geen enkele tegenwerping, want mijn heer Pastoor liet geen 0noetamelijk woord toe. Zij stelde er zich slechts mee tevreden roet een enkelen oogopslag den jongen op te nemen, met zijn in slechten staat ver- keerende kleeding en schoeisel. Daarna maakte ze rechtsomkeerd en ver dween in de keuken, met de bitterheid van een huishoudster die haar best doet het budget van een dorpspastoor in evenwicht te houden, welke herder in staat is zijn laatste brood, ja zelfs zijn laatste kleeding- stuk aan de armen te schenken. Nochtans deelde zij den volgenden mor gen de room voor de koffie met Augustin de pastoor gebruikte nooit room en zij, die altijd keukenwerkzaamheden had verricht, stond verbaasd over het moeder lijk geluk dat ze smaakte, toen ze Augus- tin's wangen langzamerhand zag kleuren, daarna vullen en eindelijk zijn geheele lichaam in omvang toenemen. Van zijn kant werd de jongen, in ruil voor zooveel moederlijke teederheid met den dag voor komender. De zomer bevolkte weer de villa van een groot aannemer even buiten het dorp. Even als het vorig jaar kwam George, de eenige zoon, zijn Latijn studeeren bij den Pastoor. Zoo maakte hij kennis met Augustin en dat was voor beiden het begin van een vriendschap, die gedurende de gemeen schappelijke lessen, wandelingen, hengel- partijtjes enz., steeds inniger werd. Op een goeden dag zei George tot zijn vriend met een zweem van bewondering: Dus je wilt priester worden? Ik hoop het van harteEn gij? Weet ik nog niet. Word je dan niet de opvolger van je vader? Neen, hij zou liever willen dat ik of ficier werd.... Een mooi beroep, zich aan de belan gen van zijn land te kunnen wijden. Of wel doktei. Je hebt gelijk: zieken troosten en ge nezen is nog schooner taakIk kan het me zoo indenken, nu ik zelf trooster en redder der zielen hoop te worden. Ik zou ook leeraar kunnen worden.. Heerlijk, anderen te onderwijzen, zoo als mijnheer Pastoor ons doet! Dat zal als priester ook eenmaal mijn taak zijn: de menschen te onderrichten in alles, wat ze moeten weten en doen om eenmaal zalig te worden. Moeder zou liever zien dat ik magis traat werd. Geen Kleinigheid! De advocaat in zijn toga spreekt en de heele wereld luistert! En dan rechter, nog mooier, menschen veroordeelen of vrijspreken!Uitmaken: dit mag, dat'mag niet!.... Rechter zal ik ook eens zijn, met dit ver schil, dat de menschen zi<rh zelf komen be schuldigen en dat ik altijd vergeving voor hen zal vragen. En als de keuze je te moeilijk zou vallen, zou dat nog zoo erg niet zijn, geloof ik. Je vader zal wel zooveel verdiend hebben dat ge u op financiëel gebied nergens om te bekommeren hebt. Niets gemakkelijker dan dat. Rentenier is toch geen beroep! meen de George, die zich schaamde, dat hij geen bijzondere neiging in zich gevoelde. Daar moet je nog zoo min niet over denken, begon Augustin weer. Ik voor mij ben vast van plan ook rentenier te worden. Wat zal ik een schatten verzamelen, maar niet hier waar roest en mot ze kunnen ver terenOp de bank der eeuwigheid staan ze heel wat veiligerIk stel me voor, dat mijn rekening-courant er dan ongeveer aldus zal uitzien: Pastoor Augus tin een jaar van priesterlijk werk met een inkomen van ongeveer nul, drie parochies te bedienen; een gemeenteraad die uit principe alles weigert, wat de pastoor ooit zou kunnen vragenenz. enz. Maar pas op! je dobber beweegt, je hebt beet. George haalt op, neemt een spartelende baars van den hengel en bergt de visch in zijn mandje. O, George, hoe heerlijk moet het dan zijn, eens menschenvisscher te worden! riep Augustin plotseling in vervoering uit. George antwoordde niet: hij was even stil en in zich zelf gekeerd als Augustin expansief. In zijn jongensachtige verbeel ding was hij om beurten reeds officier, dekter, leeraar of rechter geweest en na tuurlijk had hij dat alles slechts van den rooskleurigen kant bekeken. En daar opent de arme Augustin plotseling nog schooner perspectieven in de roeping van den pries ter. Nog dikwijls koutten die twee over dit onderwerp, met het gevolg dat aan het einde van de vacantie de vader van George ernstig gesprek had met den Pastoor, waarbij hij toezegde de kosten te dragen voor de priesteropleiding van Augustin. Korten tijd daarna bracht hij nog een edel moediger offer, toen hij zijn eenigen zoon toestond naar het seminarie te gaan. Bij gelegenheid van hun beider eerste H. Mis is het geweest dat de Pastoor in allen ernst bad: „Laat nu, o Heer, uw dienaar in vrede gaan." Waarop zijn parochianen zich haast ten in koor te antwoorden: „Daar is nog volstrekt geeen haast bij, o Heer! Amen!" Aqenda NED. R.K. VOLKSBAND, AFD. LEIDEN, CENTRALE VAN DE R.K. ARBEIDERS BEWEGING. Secretariaat: Verl. Bloemistcnlaar 45. Zondag: 7e Sociale Zondagmorgen. 8.30 H. Mis waaronder algem. H. Communie, daarna gemeenschappelijk ontbijt. Spre ker: den Z.Eerw. heer dr. A. A. Olierook. De Soc. Zondagmorgen wordt gehouden in de R.K. H.B.S. Het Bondsgebouw is den geheelen dag gesloten Maandag: Repeti tie R.K. Gem. Zangvereeniging „Pulchri Studio", 8 uur (Zaal 6) Dag. Bestuurs vergadering R.K. Volksbond, 8 uur (Kan toor) Kantoor Bouwvakarbeidersbond (Zaal 10), nam. 7.30—8.30 uur Dinsdag: Rechtskundig Adviesbureau voor de leden van de Afdeeling Leiden en Omstreken, Kantoor Bondsgebouw Steenschuur 15, nam. van 6.308.00 uur Ledenvergade ring R.K. Slagersgezellenbond, 8 uur Woensdag: „De Poedelaars", 8 uur (Zaal 9). Donderdag: Soc. Recollectie, 8 uur, in de Lodewijkskerk Vrijdag: Bijeen komst Missie-Broederschap 8 uur (Zaal 8) Zaterdag: Spaarbank op het Kantoor, 78 uur Bibliotheek 78 uur. ST. JOSEPHS-GEZELLEN VEREENIGING Rapenburg 52, Leiden. Heden Zaterdag van 8.159.15 uur Bi bliotheek. Beurtrooster: Heden Zaterdag: G. Bot en P. Rijzevoort; Zondag: C. v. d. Meel, P. Reizevoort en W. v. d. Holst; Maandag: A. Verhoogt en A. Vergunst; Dinsdag en Donderdag vervalt; Zaterdag: G. Bot en S. v. d. Aar. Zondag: is de zaal geopend van 12.30 2.30 uur en van 7—10.15 uur; verplichte bijeenkomst van 8.45—9.45 uur; om 10.15 uur wordt de zaal gesloten. Van 12 uur Bibliohheek. Geen zitting St. Jo sephs Spaarkas. 8.30 uur Prijsbiljarten hoofdprijs??? Maandag: bijeenkomst voor de gezellen van 810.15 uur. 8 uur Biljart- en Tafeltennisclub. Dinsdag: 8.30 uur verplichte Maandvergadering afd. Gehuwde Gezellen. Voor de gezellen is de zaal gesloten. Woensdag: 8.30 uur repe titie Liedertafel Sebastian Schaffer 8.30 uur vergadering Raad van Bestuur. 8.30 uur repetitie tooneelclub Adolf Kolping. Donderdag: Wegens de ver duisteringsproef is de zaal gesloten. Vrijdag: 8.30 uur repetitie Muziekgezel schap Frans Schweitzer. Zaterdag: bij eenkomst voor de gezellen van 810.15 uur. 8.159.15 uur Bibliotheek. Verdere mededeelingen: Begint nu reeds te sparen voor de retraite; op iedere bij eenkomst is er gelegenheid voor bij den huismeester. INTERP. ST. FRANC. LIEFDEWERK. Zondag 9 u. Morgengebed, H. Mis met preek waarna ontbijt en recreatie 6 u. Lof waarna recreatie 8 u. Tooneelclub Maandag 6.45 Franciscusvrienden I 8.30 Franciscusgezellen Dinsdag 6.30 Sloyd I en H 8 u. Gymnastiek voor de schoólvrije jeugd Woensdag 6.45 Fran ciscusvrienden II 8.15 Godsdienstonder richt waarna recreatie 8.35 Franciscus- ridders I; Gezellen Vrijdag 6.45 Sloyd III en IV 8.30 Gezellen Zaterdag 7 u. Franciscusridders II. ST. ODO-KOORKNAPEN. Zondag: Volkszang-Mis. Tien jongens van de Schola zingen op het altaar: P. Kuts, P. Jacobs, J. Dijt, H. Mom, W. Uytenhout, G. v. Haasteren, A. v. Zijp, J. Heetveld, B. Klein en Th. Huigsloot. Maandag: half zes Jongere Aspiranten. Zes uur oudere Aspiranten. Dinsdag: 6 uur Schola. Donderdag: 6 uur Schola. Vrijdag: 6 uur Crescendogroep. Hallo boys! Eindelijk weer eens een ge wone agenda zonder buitengewone din gen! Zeg, hebben jullie nu het nieuwe nummer van de St. Odo-Klok al? Breng je centen mee op de volgende repetitie. Bewaar ook alle nummers goed, want aan het einde van het jaar komt er weer een Prijsvraag over alle verschenen nummers zooals we dat vorig jaar ook deden. Kijk dus eens goed of je alle verschenen num mers van de tweede Jaargang wel hebt. Oo koude nummers kan je nog koopen. Dus zoek eens in je archief misschien er gens op zolder onder de hane-balken! Goed zoo! Dag hoor! Tot kijks! Kapelaan E. A. M. PAAP. KRUISVAART. v? Cohort „St. Petrus". Burcht: Garenmarkt 36. Dinsdag: 8 uur: Stephanusban. 8 uur: Aloysiusbuan. Woensdag: 8 uur: Kard. v. Falhaberban. Vrijdag: 6 uur: Sleu telkoor. 8 uur Trommelen en hoornbla- zen. Zaterdag: 7 uur: K. J. C.-Mis. 5 45 uur: Lodewijsban. Cohort „St. Pancras". Burcht: Anna Paulownastraat. Zaterdag: 8 uur: Tooneelrepetitie III en IVe bedrijf. Zondag: 6.30 uur: Alg. H. Communie. 4 uur: Tooneelrepetitie Ie bedrijf. Maandag: 7 uur: gedialogeerde H. Mis. Woensdag: 8 uur: Tooneelrepe titie. Vrijdag: 8 uur: Tooneelrepetitie. Zaterdag: 67 uur: afrekenen 3 cents fonds. Kruisvaarders! Deze week zijn de bijeenkomsten vervallen in verband met onze Oudejaarsavond op Zondag 14 Jan. De toneelisten zorgen op de bovengenoem de tijden aanwezig te zijn. B. Cohort „Aeternus Pater". Burcht: St. Antonius Clubhuis. Zondag: 12 uur: Zang, tooneel. Woensdag: 7 uur:: Willibrordus-, Banifa- cius-ban. 8 uur Servatius-, Paschalis- ban. Donderdag: 6.15 uur: Aspiranten I en n. Vrijdag: 7.30 uur: Franciscus-, Tarcisiusban. OEGSTGEEST. Cohort „St. Bernardus". Burcht: R.-K. school. Zondag Elisabethpenning: Tarcisiusban. 12 ur: Tooneel lie bedrijf. (Jas van Beek en Jan Juffermans). Maandag: 78.30 uur: Michaël Proban (mits het geen Congregatie is, anders Dinsdagavond. Woensdag: 78.15 uur: Ignatiusban. 8.159.30 uur: Tarcisiusban. Donderdag: 78.30 uur: Willibrordusban. 8.30 uur: Dienstban, Tarcisiusban. VROUWELIJKE JEUGDBEWEGING VOOR KATHOLIEKE ACTIE „DE GRAAL". Prachichie: O. L. Vr. Hemelv. en St. Joseph. Clubhuis: Maria Gijzensteeg. Maandag: 6.308 uur „Lidwina"-groep - 6.308.00 uur „Gemma Galgani' groep; 6.308.00 uur „Marg. Sinclair" groep 8.159.45 uur „Maria" groep Dinsdag: 7.30 uur H. Mis en Alg. H. Communie Woensdag: 6.30 uur: Tooneel Vrijdag: 78.30 uur „Agnes"' en „Theresia" groep 8.30 uur „Caecilia" groep. Aanmelden nieuwe leden op de Clubavonden. O s Dulden Woorden VAN DEN WEG!!

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 12