RECHTZAKEN DAM PO WEEK-END. LIED VAN DEZEN TIJD ZATERDAG 6 JANUARI 1940 n^s DE LEmSCHR COURANT DERDE BLAD - PAG. 11 Haagsctie Politierechter HET EUVEL DER VRUCHTEN-AUTO- MATEN EN CENTENTIKKERS TE ALPHEN AAN DEN RUN. Nu is het afgeloopen. Voor den Haagschen Politierechter heb ben zich een aantal inwoners van A1 p h e n a. d. R ij n te verantwoorden gehad, omdat zij of in hug café of in hun winkel aan de Alphenaren gelegenheid hadden gegeven lot hazardspel. De zittingzaal van den Politierechter had fret aanzien van een toonzaal van aller lei gokinstrumenten waaronder machines vsn honderden guldens waarde, die ech ter alle vernietigd zullen worden, zooals de Politierechter mededeelde. Het euvel der speel-automaten had, vol gens den Officier, te Alphen een groote viucht genomen en daar moet radicaal een einde aan komen. Niet alleen volwassenen raakten er hun geld in kwijt, maar zelfs kinderen kregen gelegenheid, o.a. in z. g. snoepwinkeltjes, om een cent in een z. g. cententikker te gooien waardoor zij al vroeg in de gelegenheid kwamen om te gokken. Dit zou tot ongewenschte toestan den kunnen leiden. Allereerst had zich te verantwoorden de koffiehuishouder B. B. te A1 p h e n a. d. Rijn. Hij had in zijn zaak een z. g. centen tikker aanwezig gehad waarop het publiek gelegenheid kreeg te spelen, hetgeen vol gens de wet hazardspel is. Verdachte: Ik gaf geen prijzen en be taalde niets uit". Politierechter: „Maar de ingeworpen cen ten waren toch allen voor u. Trouwens u hebt bij de politie anders verklaard, want daar hebt u gezegd, dat u wel degelijk een, twee, zelfs drie sigaren gaf als de inge worpen cent maar in een bepaald vakje viel." Verdachte hield thans vol, dat hij geen prijzen of anderszins uitdeelde en dat hij zich nooit met het instrument bemoeide. Politierechter: „Behalve dan de centen er uit te halen, want die waren alle voor u." „Bovendien kon niemand eenigen in vloed op het spel uitoefenen, want alles v/as toeval." De Officier vond de verklaring van ver dachte onaannemelijk en was van mee ning, dat de menschen een spelletje deden en hun centen kwijt waren. Dat gelegen heid geven tot hazardspel moet afgeloopen zijn en de eisch werd een geldboete van 25.— subs. 25 dagen met vernietiging van het gokinstrument. Uitspraak een geldboete van 20.subs 20 dagen en vernietiging van de centen tikker. Daarna moest terecht staan H. J. P. T., caféhouder-timmerman, te Alphen a. d. R ij n. Hij had in zijn zaak gelegenheid ge geven tot hazardspel met een vruchten- automaat. Verdachte: „Ik heb geen gelegenheid ge geven, ik heb hem alleen maar opgesteld. Bovendien was hij bijna steeds stuk en werkte niet." Politierechter: „Maar als hij werkte dan nad u ér voordeel van." De Officier nam het verhaal van ver dachte niet aan en eischte een geldboete van 25.— subs. 25 dagen met verbeurd verklaring en vernietiging van de fruit kast. De Politierechter veroordeelde verdach te tot een geldboete van 40.— subs. 40 dagen met vernietiging van het instrument. De sigarenhandelaar J. de J. uit A1 p h e n a. d. R ij n was nummer drie, die zich voor een dergelijk feit had te verantwoorden. Hij had eveneens een vruchten-automaat in zijn winkel aanwezig gehad en had aan het publiek gelegenheid gegeven tot ha zardspel. Ook tegen hem eischte de Officier een geldboete van 25.— subs. 25 dagen met vernietiging van het gokinstrument. „Ik heb geen geld om te betalen", deelde verdachte mede. Politierechter: „Menschen die aan de fruitbak kwamen hadden soms ook haast geen. geld." Het vonnis werd een geldboete van 20. cubs. 20 dagen met vernietiging van de dure vruchten-automaat. Zekere M. uit A1 p h e n a. d. R ij n liet verstek gaan, maar kwam er niet zoo af als de vorige verdachten. Hij of zij had in een winkel, een z. g. snoepwinkeltje oordeelde de Officier, zelfs twee gokinstrumenten aanwezig gehad n.l. een vruchten-automaat en een centen tik ker. Waar zoowel de Officier als de Politie rechter op wezen, was wel het ergerlijke feit, dat verdachte zelfs kleine kinderen op de cententikker liet gokken, waar deze kinderen soms hun laatste Zondagcent ver gokten. De Officier eischte tegen de niet ver schenen verdachte een geldboete van 50 sub. 50 dagen, met vernietiging van de beide automaten. De Politierechter vond deze geldboete, gezien de ernst van het feit, te laag en ver oordeelde verdachte tot een geldboete van 80.— subs. 80 dagen met vernietiging van de beide automaten. Broederliefde, die strafbaar was. In 1934 was Willem van D. uit Kat wijk aan Zee naar een dokter ge gaan en had tegen dezen gezegd: „ik ben Teunis van D. en ik kom me laten keuren voor mjjn oogen." Zijn oogen waren goedgekeurd en hij had een document moeten teek enen, het welk hij gedaan had met den naam Teu nis van D. Met het document was hij naar zijn broeder Teunis (de echte) gegaan en had hem het overhandigd, opdat deze zou kun nen gaan varen ter visscherij, hetgeen eerst niet mogelijk was, omdat de echte Teunis slechte oogen had. Nu moesten de broeders in de verdach- tenbank van den Haagschen Politierechter plaats nemen, de een wegens oplichting en de ander wegens het gebruik van een valsch document. De broeders probeerden elkaar te ont lasten, maar niettemin moesten beiden toe geven, dat de oogen van den echten Teu nis slecht waren, zoodat hij ongeschikt was als uitkijk op een visschersschip, een der voornaamste functies. De Officier van Justitie vond hetgeen verdachten gedaan hadden ernstig, Voor al in dezen tijd moet de bemanning van een schip kunnen vertrouwen op den uit kijk. Kunnen zij dat niet, dan kunnen er erge ongelukken uit voort spruiten. Omdat het feit lang geleden is gebeurd (in 1934), wilde spr. tegen Willem, die zich uitgegeven had voor Teunis, voor dit maal nog een voorwaardelijke straf eischen en wel drie maanden gevangenis straf voorwaardelijk met drie jaar proef tijd. Teunis, die gebruik gemaakt heeft van het valsche document zal echter aan den lijve moeten ondervinden, hoe ernstig dit feit geweest is, en tegen hem werd de eisch drie weken gevangenisstraf onvoor waardelijk. De Politierechter was van meening, dat beide verdachten een onvoorwaardelijke straf moesten hebben, waarop Teunis vroeg of zijn broeder Willem niet in de gevangenis behoefde te gaan voor hem, want hij had zich voor hem uitgegeven op zijn aandringen. De Politierechter voelde daar wel iets voor, want hij veroordeelde Willem van D. tot een geldboete van 15, subs. 15 da ger. en Teunis van D. tot twee weken ge vangenisstraf. Beiden deden afstand van hooger beroep. Smaad? P. J. W. van Z. uit Voorschoten moest gistermorgen terecht staan wegens smaad. Volgens den 72 jarigen J. M. K., had verdachte gezegd, dat hij de boeken van hem zou hebben ingezien, waaruit blijken zou, dat de schoonzoon van K. ver duistering zou hebben gepleegd en dat de schoonvader K. dat wist, maar het niet aan wilde geven om verschillende rede nen, die minder netjes waren volgens ver dachte. Getuige K. was deze praatjes te weten gekomen, doordat verdachte ze verteld had aan zekeren R., die op zijn beurt aan K. schriftelijk mededeeling daarvan had gedaan. Een boekbinder uit Leiden, die gedurende jaren zaken met verdachte had gedaan, vertelde, dat verdachte het met de waarheid niet zoo nauw nam. „Een kletskous," dus oordeelde de Po litierechter. Er doemden allerlei hindernissen op, want verdachte had zijn zaak overgedaan en er was een N.V. van gemaakt, met ver dachte als commissaris, hetgeen hij nu niet meer was, omdat hy directeur zou wor den-van een groot bedrijf te Vught, die bezwaar tegen zijn commisaris zijn had. En als men nu weet, dat getuige K. eige naar van dit bedrijf was en dat verdachte eerst aangenomen was, toen weer ontsla gen voordat hij in functie was enz. enz., dan zal men begrijpen, dat er geen touw meer aan vast te knoopen was. De Politierechter zeide, dat hij deze zaak niet erg vertrouwde vanwege de diverse tegenstrijdige getuigen verklaringen en wilde er niet verder mee doorgaan alvo rens deze ingewikkelde kwestie nauwkeu rig onderzocht zou zijn door den rechter commissaris. Aldus werd de zaak teruggewezen naar de instructie. NOG EERLIJKER DAN DE STAATS LOTERIJ. De burgemeester ging er op af. Deze leuze had P. W. L., uit Amsterdam afkomstig, laten weerklinken over de feest terreinen te Nootdorp tijdens de feesten op 22 Augustus gehouden. Het spel „nog eerlijker dan de Staatslo terij", was wel heel simpel en voor ieder te begrijpen, alleen wrong de schoen hem daar, dat verdachte zooiets van drie kwar tjes per minuut verdiende. De benoodigd- heden waren een stoel, een plank en een tolletje. De plank werd op de stoel gelegd en op de plank een stukje wit zeildoek verdeeld in acht vakjes verdeeld in acht vakjes, genummerd dubbel nul, nul, een, twee, drie, vier, vijf en zes. Op het tolletje kwamen gelijke teekens voor. Waren deze attributen uitgesteld, dan waren er steeds acht personen noodig en meestal aanwezig, die op elk der vakjes een kwartje moesten plaatsen. Een van de medespelenden mocht het tolletje han- ieeren en diegene werd winnaar, die een kwartje had geplaatst in het vakje, dat het tolletje aanwees. Nu moet men niet denken dat de win naar acht kwartjes kreeg, dat was de be doeling niet. De winnaar kreeg er maar vijf want de andere drje waren voor den croupier, die niets anders deed dan kijken of het goed ging. Allereerst ontstond er een debat tus- schen de getuigen en den verdachte, die zeiden, dat hij nooit geen vijf kwartjes gaf maar alleen maar paling. Niemand had echter paling gezien noch geroken, zoodat deze paling alleen in de fantasie van ver dachte geweest kan zijn. Verder vond deze het een doodgewoon spelletje, hetgeen over al werd toegestaan, wat niemand beliefde te gelooven. Mocht verdachte het al dood gewoon vinden, de burgemeester van Noo-t dorp niet, want die had het geldklopperij genoemd, waartegen hij moest optreden. Hy had dan ook aan den loterybaas gezegd, UW KINDJE VERKOUDEN y f "i Wrijl dan keel. rug en borstje in met fir H c V Dampo.Wonderlijk xooals dèt helpt' 50 ct. Tube 40 ct. Doos 30 ct. dat hy maar mee moest naar het bureau, waarvoor onze vriend niets gevoeld had. Wel had hy gezegd: „Oh, mag het niet, nou dan schei ik er mee uit en hy had het beruchte tolletje met een wijden boog verre van zich geworpen. Verder had hy zich los gerukt uit des burgemeester handen en was op hol willen slaan. „Grijpt hem", had èe burgemeester geroepen en eenige poo- tige Nootdorpers hadden gezorgd, dat de „linke koopman" alsnog belandde waar de burgemeester hem hebben wilde. Wat men al op verdachte vond, geen v.tvangen gelden. „Nu ziet u maar meneer," zoo wees hij er den Politierechter op, dat er met dat spel niets is te verdienen." Behalve dan dat je het geld vlug aan je maat gegeven hebt, die er gauw van door is gegaan," vertelde de magistraat hem n inzaam. Vele Nootdorpers werden als getuigen gehoord, die allen verklaarden, dat er ge gokt was en dat verdachte zich verzet had tegen den burgemeester. De Officier weerlegde eerst eventjes de tewering van verdachte, dat het overal mocht en werd toegestaan, behalve in Noot- dorp, want verdachte is pas nog door den Haarlemschen Politierechte veroordeeld tot een gevangenisstraf -voor een dergelijk feit. Het ten laste gelegde bewezen achtend eischte spreker tegen verdachte een ge vangenisstraf voor den tijd van vier maan den. De Politierechter was van meening, dat er geen hazardspel gepleegd was, zooals de wet dat omschrijft en ontsloeg hem des wege van rechtsvervölging. Maar dan blijft nog over het verzet gepleegd tegen zyn arrestatie door den burgemeester. En daarvoor werd hij veroordeeld tot eén maand gevangenisstraf. DOOR PRIJSOPDRIJVING HET RIJK BENADEELD. Hooge boete geëischt Een 42-jarige rywielhandelaar uit Geer- truidenberg had op 31 Augustus aan den Staat der Nederlanden 306 met dynamo- lamp en pomp uitgeruste rywielen ver kocht, doch daarby opzettelijk, zonder eeni|e reden den prijs opgedreven. Niet tegenstaande de verkoopprijs van die aldus uitgeruste rywielen totaal 18.052 bedroeg, had hy er nog 331 bovenop gezet en zoo gebracht op f 18.383. Verdachte trachtte by de behandeling van zijn zaak voor de rechtbank te Breda het feit zooveel mogelijk goed te praten door zich te beroepen op hooge arbeidsloo- nen en andere kosten. De president wees er echter op, dat een bedrag van 2500 toch een zeer behoorlyke winst was, wel ke hij niet extra met ruim 300 behoefde te verhoogen. De officier van Justitie wees er op, hoe deze verdachte in slechts eenige dagen tijd ƒ2500 aan provisie kon verdienen, doch daarmee nog niet tevreden was en er nog ruim ƒ300 bovenop legde. Het was voor het Ryk, dus kon er nog wel wat bij. Daar het O.M. verdachte's handelwyze zeer ernstig en meer dan schandelyk vond, eischte de officier een boete van 2500 subs. 200 dagen hechtenis. Uitspraak 8 Januari. „Hbld." SERGEANT SCHOOT OP ZIJN SUPERIEUREN. Acht jaar gevangenisstraf tegen hem geëischt. Voor den krygsraad te 's-Hertogenbosch verscheen Vrijdag de dienstplichtige reser ve-sergeant B. A. J. H., oud 30 jaar en ge boren te Arnhem, ingedeeld by de Grens- compagnie, 19de oataljon te Ulft, doch thans gedetineerd in het Huis van Bewa ring te 's Hertogenbosch. Aan hem was ten ■aste gelegd, dat hij 9 September 1939 in tijd van oorlog te Gendringen als militair /ich opzettelyk tegen zijn meerderen, twee /eserve-luitenants met geweld, althans met i-edreiging met geweld, heeft verzet, door, toen deze meerderen hem hadden gelast uit de struiken te komen, waarin de beklaagde zich bevond, teneinde hem in voorloopig arrest te stellen, met een met scherpe pa tronen geladen geweer, op een afstand van enkele meters een aantal schoten te lossen op zijn meerderen. Beklaagde bekende het ten laste gelegde. Hy gaf toe, dat hy den laatsten tyd erg veel dronk. Op den bewusten avond had den officieren hem daarover onderhouden. Daarna had hij een geweer, met vijf scher pe patronen geladen, bij zich genomen. Toen hy ergens telefoneerde,, nam een an der soldaat het geweer weg en heeft be klaagde opnieuw een geweer gehaald en met vijf scherpe patronen geladen. Hij had het eerste schot tusschen de officieren doorgeschoten, bovendien was het per on geluk afgegaan. Terstond daarop was hy in de struiken gegaan, had zich verdekt op gesteld en nog viermaal gevuurd om de officieren, die op hem schoten, te intimi- deeren. Er werd een zeer uitvoerig getui genverhoor gehouden, In een uitgebreid requisitoir eischte de auditeur-militrir acht jaar gevangenisstraf met ontslag uit dén <lienst. De verdediger pleitte clementie. KANTONGERECHT TE ALPHEN AAN DEN RIJN. Het handige ijsco-ventertje. Gister diende weer de aangehouden zaak tegen den yscofabrikant N. J. V. te Al phen, die was gedagvaard wegens over treding der Arbeidswet, n.l. het op Zon dag doen vervoeren per transportdricwie- Ier van consumptie-ijs door een jeugdig per soon. De yscoventer, heden als getuige ge hoord, verklaarde, dat hy dit deed voor rekening van zijn vader, die ook een con sumptietent heeft met ys van verdachte er in, zoodat zijn vader steeds met verdachte afrekende. Ik was dus niet in dienst van verdachte, maar verrichtte deze arbeid voor mijn vader. Na deze getuige-verkla- ring volgde vrijspraak, daar de jeugdige venter niet als arbeider in dienst'van ver dachte kon worden aangemerkt. Een bedreigd balkcn-haventje. Gisteren stond de zaak van den houthan delaar J. A. H. te Zwammerdam alhier weer op de rol, welke zaak was aan gehouden om den verbalisant als getuige te doen hooren. De gemachtigde van verdachte, mr. La Gro te Bodegraven, beriep zich op een koopacte van 1817 en 1848 en tevens op het feit. dat het meer dan 30 jaren onge stoord bezit is geweest van verdachte, die vergunning eaf aan derden om in den bal- kenhaven te visschen enz. Tevens wees de gemachtigde ot> het eieenaardiee feit. dat verdachte aange schreven is door den Prov. Waterstaat om alsnog vermmning aan te vragen en dan daarvoor ƒ65 had te betalen, waarna de nalen en balken konden bliiven, zoodat ze de scheepvaart dan ineens niet belem merden. hetgeen toch een eigenaardigen indruk wekte. Zich beroenende op de Ju risprudentie van art. 625 B W. en wiizende op het grootere belang van verdachte, in dien de toestand blijft zooals ze sinds on heugelijke tijden is geweest en op het klei ne belang van het weinige verkeer der scheepvaart ter plaatse, verzocht deze een schorsing voor een ruimen termijn, ten einde het eigendomsrecht eerst civielrech telijk te bewyzen. waarna deze zaak voor 1 laar wordt geschorst. Wegens overtredine der Veewet stond te recht de veehouder Th. W. te W o u b r u g- ge, die een varken heeft vervoerd van een met varkenspest besmet terrein. Verd. gaf dit feit toe. doch beriep er zich op, dat dat varken niet besmet was en een paar dagen later alle varkens niet meer onder ver denking stonden van voormelde ziekte. De uitspraak luidde 15 subs. 10 dagen, waar mede de verd. erg was ingenomen. Vele overtredingen der Leerplicht. De gemeente Woubrugge staat zeer ongiirtstig aangeschreven in verband met de vele overtredingen der Leerplichtwet, waarvan de zitting van heden weer eens het bewijs leverde. De geldboeten varieer den van 5 tot 15, waaronder vele recidi visten voorkwamen. Beken je de Inbraak gepleegd te hebben, zoo als ik je die geschilderd heb? - Neen, maar nw plan la schitterend. Zoo zal lk het de volgende keer doenl (Neuer Wiener Journ.) EEN GOOCHELAAR TROUWT. Vooraf ga een bekentenis. De bekente nis, hoe dikwyls ik u hier bedroog met gefantaseerde verhalen, die misschien by U een gretig onthaal vonden en ais zui verste waarheid werden geaccepteerd. Ik vraag u daarvoor excuus, hoewel het myn schuld niet was, dat u daarin de waarheid zag, ik had u dat nooit wys gemaakt Kunt u het bovendien een schryver, die u iedere week, altyd maar door, op iets nieuws moet vergasten, kwalyk nemen, dat hy zyn veel gesmade duim gebruikt om het tekort aan waarachtige histories op andere wyae aan te vullen. En wat is schooner dan een fantasie, die een onuitputtelyke voorraad weet te scheppen in de schoonste verscheidenheid. Fantasie is veel schooner dan de werke- lykheid, die meestal hard en ruw is. Waarom zouden wy het dan niet maken zooals het ons het meest behaagt? Maar toch, wat nu volgt is de waarheid, de onvervalschte waarheid, echt echt, waar en heusch gebeurd en geen verzinsel. Alzoo, luister! Een goochelaar wilde gaan trouwen. Trouwen nu ls een gebeurtenis, waarin de heele wereld belang stelt en belang blijft stellen, al gebeurt het dagelijks steeds met dezelfde monotone volgorde van plechtigheden. De goochelaar kwam dus om te trouwen, met zyn bruid. Hy in 't zwart, zy in 't wit. De gooche laar stond met zyn bruid voor den ambte naar van den burgelyken stand. Hy had een onbehoorlyke naam deze goochelaar. Zooiets van Mohammed Sheridian de Sou- ki en de ambtenaar wist niet hoe dezen naam te schryven. En toen begon het: Wel, u hebt myn papieren in uw zak, verzekerde de goochelaar. Wel nee, die hebt u natuurlyk zelf, veronderstelde de ambtenaar. En ten bewyze haalde de goochelaar uit den binnenzak des ambtenaars een pas, een identiteitskaart en eenige andere pa perassen. De plechtigheid werd vervolgd en toen de ambtenaar de goochelende huweiyks- candidaat verzocht zyn hand te leggen in die van de bruid, bloeide plotseling tus schen die twee handen een stengel met twee rozen. Het spreekt vanzelf, dat de ambtenaar een treffende rede hield op het broze hu welijksgeluk, waarby hy zelde, dat geld zoo dikwyls de oorzaak werd van verwij dering. En om als die woorden te bekrach tigen haalde de goochelaar het verschul digde bedrag voor deze trouwery uit het linkerneusgat van den griffier, dat hy da<rna aan den ambtenaar overhand.gde. En toen de bruidegom-goochelaar heen ging, gaf hy eerst nog den ambtenaar zijn gouden horloge terug, dat in zyn zak was verdwaald geraakt. En intusschen regende het kaarten over de hoofden der belangstellenden, waar op gedrukt stond: Quili-Quili, Egyptisch too- venaar, hofkunstenaar van vele vorstem En nou is het uitl Er is niets meer. Want het is een echt verhaal, dus mag ik er niets by fantaseeren. Hoogstens mag ik er een moraal aan vastknoopen. Natuurlyk deze: Als u nog eens ambte naar van de., burgelyken stand wordt, trouw dan nooit een goochelaar. DANIëL. IN DE WOLKEN. De menschheid verandert nog Immer, Nooit wordt die verand'ring gestuit, De kind'ren beginnen met groeien En scheiden voorloopig niet uit. En zelfs, wie verand'ring op prys stelt, Wordt nu toch een klein beetje bang: Wy worden hoe langer hoe langer, Wy worden beangstigend lang. De statistiek heeft het bewezen, De menschheid blijft groeien, gestaag, Straks groeien wy boven het dak uit, Straks kijken wy hoog naar omlaag Straks worden wy lang, dun en lekker, Straks zyn we zoo slank als een den, Straks ben ik heel bly en gelukkig, Dat ik zoo'n klein dikkertje ben. Volgens een pas verschenen statistiek worden de menschen steeds langer. Als dat nog een poosje zoo doorgaat, Dan zyn wy onmenschelyk groot. Dan eten wy hoog uit de boomen En lesschen de dorst uit de goot. Dan hebben wy boven mooi weder En stormt het beneden- misschien Dan kunnen wy zelfs onze voeten Van zoo hooge hoogte niet zien. Maar als we een watersnood krygen, Dan is er ook weinig bezwaar, AI wast dan het water vyf meter Dan is er nog steeds geen gevaar. Al gaan wy dan even naar buiten, Wy zijn voor het water niet bang, Het komt maar tot aan onze kuiten, Wy zyn immers hopeloos lang. Het zal nog wel eventjes duren, Maar 't komt, dét gelooft u toch wel, Wy zijn wolkenkrabbers aan 't worden, Wy groeien te hoog en te sneL En krijgen dan later je kind'ren In 'n rit naar de wolken eens zin. Dan zegt vader tegen zyn spruiten: „Vooruit dan maar, klim er maar in." TROUBADOUR.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 11