3)e Geid^eli^6oii^cmt DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Rampen over Turkije DINSDAG 2 JANUARI 194U 31ste Jaargang No. 9529 Bureaus Papengracht 32. Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935. Adv. en Abonn.-tarieven zie pag 2. Giro 103003. Postbus 11. 4. V Parlil-politiek en nationale eenheid Het Nederlandsche volk moet met alle kracht strijden voor de verzoeningsge dachte. Het moet elke gelegenheid te baat nemen, om de sluiting van een eerlijken vrede tusschen Duitschland en Engeland te bevorderen. Aldus het Nationaal- Socialistisch dagblad in een Nieuwjaars artikel. Wij zijn het daarmede natuur lijk volkomen en volmaakt eens. En, als bedoeld dagblad op deze verklaring laat volgen: met verbetenheid moeten de Nationaal-Socialisten aan de taak der ver- loening arbeiden dan moeten wij hier aan toevoegen, dat de National-Socialisten als zij die taak werkelijk goed vervullen, ons wederom: natuurlijk! aan hun zijde zien! Ons wachtwoord is aldus het Natio- naal-Socialistisch dagblad in hetzelfde ar tikel strijd „tegen alle volksverdeelers in ons volk". Oók in dezen wensch sluit genoemd dagblad zich aan bij wat wij van ganscher harte verlangen: een eensgezind volk. Maar: wij zien die eensgezindheid niet in een gelijk-schókeling van werkelij ke meeningsverschillen, doch in een zoe ken naar en vinden van wat boven alle meeningsverschillen vereenigt in een zelf de willen en een zelfde streven! En: als het „Nationaal Dagblad" als wachtwoord heeft gekozen „tegen alle volksverdeelers in ons volk" dan mogen wij toch wel van het blad zélf een goed voorbeeld ten deze verwachten; dan zal het moeten beginnen, niet in èlken regeerder of bestuurder, die niet denkt, zcoals de nationaal-socialisten verlangen, dat er gedacht wordt, een per vers, een slecht en gevaarlijk individu te zien en ook als zoodanig aan de gedweeë volgelingen voor te stellen; dan zal het moeten beginnen, niet alles te beoor- deelen van het standpunt uit, dat alles wat goed is in de eigen partij n.L de N.S.B. is te vinden, en in de andere partijen niéts dan kwaads kan worden ontdekt! Dat de N.S.B. streeft naar een andere samenleving, dan de bestaande ook wij doen dat. Dat de N.S.B. streeft naar een dictato- rialen of, wil men liever: een totalitairen staat wij doen dat niet, doch men heeft in ons land de vrijheid, een eigen meening te bezitten en te propageeren, wanneer en zoolang men zich onderwerpt aan het wettige gezag en aan het gezag vah de wet. Waarmede echter de N.S.B. de volksver deeldheid bevordert en propageert is haar anderen uit-sluitend partij-politiek karak ter. Andere politieke partijen hebben ook hun fouten van engheid en bekrompen heid, maar eerlijk beschouwd is 't, of de N.S.B. allen hierin wil overtreffen, dat zij, zooals wereeds zeiden, niets kwaads in zichzelf en.... niets goeds buiten haar wil zien en erkennen! Moge het wachtwoord: strijd „tegen alle volksverdeelers in ons volk" ook door het „Nationaal Dagblad" worden beleefd in het partijleven der eigen politieke partij, de N.S.B. Dan zouden wij in 1940 een groote winst maken voor de saneering on zer politieke verhoudingen en de vervol making onzer nationale eenheid en saam- hoorigheid! V Wal brengt het nieuwe |aar? A. B. K. schrijft in de socialistische pers een Nieuwjaarsbeschouwing, waaraan wij deze aardige opmerkingen ontleenen: „De eerste wensch, die ons ditmaal voor den geest staat, is deze, dat wij allen er in zullen slagen, niet doorloo pend van onzen tijd en onze omstan digheden te spreken met een toevoe ging van „zorgelijkheid" en „angst" als dame van gezelschap er naast. Het schijnt tot de goede stijl te be- hooren, dat van de huidige tijd niet mag worden gewaagd, zonder dat hy duister, onzeker of ten minste zorgelijk moet worden genoemd. Staatslieden doen het met statige zelfverzekerd heid, alsof zij daarvoor hun feitelijke motieven achter de hand hebben, die zij slechts uit mede'ijden aan het gewone volk niet mededeelen. Zij weten, onder ons gezegd, precies zooveel als u en wy, hetgeen meteorologisch hierop neerkomt, dat het vriezen of dooien kan. De gewone menschen volgen dit of- ficieele voorbeeld met de grootste ernst en y'ver. Ook zij kunnen van onzen tijd niet spreken, zonder de cijns hun- neer aandacht te voldoen aan de don kere wolken, die zich boven onze hoof den samenpakken." Dat is heel aardig gezegd. Er zijn menschen, die een donkere toe komst voorspellen, en die moeilijk anders kunnen, omdat ze nu eenmaal een zwarte bril dragen zonder dat ze 't zelf weten! Maar daar zijn er ook, die uit een ze kere gewichtigdoenerij zoo geheimzinnig- angstig doen. Zij hebben een kennis, die een minister als kennis heeft, en dus zou den zij wel meer kunnen zeggen, als zij niet moesten zwijgen.... En in feite kunnen de ministers zelf niets van de toekomst mededeelen, „Zij weten, onder ons gezegd, precies zooveel als u en wij, hetgeen meteorologisch hierop neer komt, dat het vriezen of dooien kan", zegt A. B. K. geestig. Wij weten niets van de toekomst. Maar toch wel iets, iets heel belangrijks. En dat belangrijke willen wy even onder de aan dacht brengen met een citaat uit een Nieuwjaarsartikel in de „St Bavo": „We weten niet wat er gebracht zal worden door de dagen, die we nu met jonge cijfers gaan aftellen, we weten niet of ze vrede of oorlog, rust of on zekerheid in hun kleed verbergen. Dit alles weten we niet. Wél weten we dat God zal geroerd worden en dat Hij om wille van onze boetvaardigheid de dagen der ver schrikking zal willen verkorten, wel weten we, dat Hij om wille van Zijn barmhartigheid, die Hij bezworen heeft in eeuwigheid, den nederigen zal verge ven en den zondaar weer zal opnemen. Maar dan dienen we dit nieuwe jaar ook te beginnen met een diep besef van onze schuld, met erkenning van onze afval, met berouw over onze ver zaking van plicht en naastenliefde." HET JONGE OORLOGSJAAR Het nieuwe jaar is ingezet, zooals het oude ons verlaten heeft. De oorlogsaffaire wordt op den ouden voet voortgezet. Wij rillen, als wij onze neus steken bui ten ons behagelijk verwarmd huis en op de thermometer buiten het raam zien, dat het kwik eenige graden onder nul is ge zakt. En dan te denken aan de kerels, die in den Finschen Poolnacht bij een inten se koude van 30 graden vorst moeten vech ten. Gewond raken beteekent daar den onvermijdelijken dood door bevriezing. Eenige kentering is daar nog niet te be speuren. Gemeld wordt, dat het Kremlin krijgsraad heeft gehouden en besloten heeft om de Finnen koste wat het kost neer te slaan, zoo snel mogelijk. Er is haast bij, want de vrijwilligers stroomen naar Finland van uit Zweden en materieele zoowel als humanitiare hulp (Roode Kruis) wordt aan alle kanten aangeboden. Een zeer belangrijke factor is daarbij de hou ding van Duitschland. De Duitsche regee ring heeft meegedeeld, dat zy het zenden van hulp via Zweden niet zal opvatten als een daad, welke Zweden in conflict zal brengen met zijn neutraliteit. Er kunnen dus allerlei personen, laten we zeggen „touristen", vrijelijk naar Zweden komen en dat land weer over de Finsche grens verlaten als vrijwilligers. Dat kon' inder tijd in Spanje ook, waarom zou het hier niet kunnen? Het gevaar, dat het gros van het Finsche leger van de Zweedsche grens zou wor den afgesneden, is voorloopig geweken, nu de Finnen de Russen in de z.g. wespentaille hebben teruggeslagen. Het is althans voor buitenstaanders een spannende strijd, waarvan men het verloop met belangstelling volgt, zoolang het nog altijd niet zeker is, dat de Finnen inderdaad het onderspit zullen moeten delven. In het Westen gaat de strijd op de zeeën door, alsof er geen jaarswisseling had plaats gevonden. Het eenige feit van beteekenis is de aan val van een paar Duitsche vliegtuigen op de kust van Schotland, waarbij zij in ge vecht raakten met een paar Engelsche vliegtuigen. Het eerste luchtgevecht in het nieuwe jaar. Overigens is het steeds het oude nieuws: zinkende schepen. De aankomst van troepen uit Canada en het onder de wapenen roepen van nieuwe Engelsche lichtingen, (welke nieu we maatregelen in den loop van het jaar zal worden uitgevoerd) zijn feiten, welke ideren optimist, die rekent op een spoe- digen terugkeer van den vrede, de moed ontnemen. Ook in Duitschland spant men zich in, om aan de wereld te toonen, dat men niet meer aan den vrede denkt. De belligerenten zijn thans van top tot teen op oorlog ingesteld en zy zullen den oor- Na de heftige aardbevingen is thans Turkije door nieuwe natuurrampen ge teisterd. Sedert eenige dagen woeden in het Westen des lands hevige plasregens en stormen. Groote gebieden staan onder water, talrijke dorpen zijn geheel geiso- leerd. Verscheidene huizen zijn door de sterk gezwollen beken en rivieren wegge slagen, talrijke personen werden door den bliksem gedood. Vooral de provincies Bursal, Menemen, Izmir en Mahmissa zijn zwaar getroffen. Niet-officieel wordt gemeld, dat tot dus ver 300 slachtoffers bekend zijn geworden in de overstroomingsgebieden. De vlakten van Kradjabey Kemal Pasja Manisa, aan de spoorlijn van Smyrna naar de Zee van Marmara, evenals het gebied van de Is- mid-golf, waar de Turksche vlootbasis is gelegen, staan bijna geheel onder water. Op vele plaatsen staat het water twee meter hoog. De bevolking van twintig dor pen heeft de wijk genomen naar de ber gen, maar 500 dorpelingen zijn door het water geïsoleerd. Gendarmes en afdeelin- gen militaire pioniers brengen met roei- booten de bewoners in veiligheid. De snelle was van het water deed de dij ken te Kemal Pasja bezwijken, waardoor enorme watermassa's over het land stroom den. Huizen stortten in en bedolven de bewoners onder het puin. Andere perso nen verdronken. Men gelooft, dat de ma- terieele schade aanzienlijk is. De laatste berichten melden, dat het overstroomings- water weer begonnen is langzaam terug te vloeien naar de rivierbeddingen. De onge rustheid der bevolking is echter door het regenachtige weer gestegen. De vluchte lingen hebben te lijden onder de bittere koude. Men vreest, dat de volle omvang der overstroom in gen eerst over verschei dene dagen bekend zal worden, wanneer reddingscolonnes overal in de overstroom de gebieden zullen zijn doorgedrongen. Storm woedt op Zwarte Zee. Behalve door de aardbeving en de over- stroorriingen is Turkije door een derde na tuurramp getroffen: vreeselijke stormen woeden op de Zwarte Zee en men vreest, dat vele schepen verloren zijn. Het in Istanboel thuisbehoorend stoomschip „Tur- kan", groot 604 ton, is, naar gemeld wordt, gezonken met eer» bemanning van 20 koo- pen en met de geheele lading. Geweldige golven beuken op dc* Turksche kusten. Nieuwe bijzonderheden over de aardbeving Over de aardbevingsramp in Anatolië zijn nieuwe bijzonderheden ij ontvangen. Reizigers verhalen, dat heele dorpen zijn ingestort en daarna zijn ingesneeuwd, waardoor het zelfs onmogelijk werd de geteisterde plekken te herkennen. De sneeuwstorm woedt voort en verhindert den vliegtuigen levensmiddelen en brand stoffen voor de slachtoffers uit te werpen. De sneeuwmodder maakt de wegen voor de auto's onbegaanbaar en de spoorlijnen zijn op talrijke plaatsen vernield. Uit Istanboel zijn schepen vertrokken naar de havens van de Zwarte Zee in de buurt van de geteisterde gebieden. In het ge heele land zijn de nieuwjaarsfeestelijkhe den afgelast. Voligens de laatste schattingen zouden er 45.000 slachtoffers zijn, waarvan onge veer 30.000 dooden. Volgens de laatste me- dedeeling van den minister van binnen- landsche zaken, is de halve bevolking van Erzindjan, een district met 65.000 bewo ners, omgekomen, terwijl 20 procent der bevolking werd gewond. Eenige treinen zijn er in geslaagd Erzindjan te bereiken. Tal van treinen met gewonden kunnen niet vertrekken, daar eerst de sneeuw van de rails moet worden verwijderd. Een trein waarin zich honderd ernstig gewon den bevonden, o.w. een generaal en vele officieren, heeft zich een weg door de sneeuw gebaand. log blijven voortzetten met ijskoude bere kening. Zoo zet het nieuwe jaar in. Zijn wij pessimistisch? Neen, dat is niet noodig. Er kan van al les gebeuren, waardoor de situatie totaal omslaat. De oorlog wordt niet alleen met de wapens uitgevochten; diplomatieke suc cessen zijn vaak van grooter importantie dan een veldslag. En op dit gebied zijn nog groote wijzigingen mogelijk. Het jaar is nog jong. BRAND IN DE APOSTOLISCHE KANSELARIJ. Groote schade aan kunstschatten. Aan de Apostolische Kanselarij te Rome is gisteren brand uitgebroken, welke aan zienlijken omvang heeft aangenomen. De brand greep snel om zich heen en binnen korten tijd was bijna de helft van het groote gebouw, dat een der fraaiste ge bouwen van de Italiaansche Renaissance is, in vlammen gehuld. Dank zij bijna bovenmenschelijke po gingen van de Romeinsche brandweer, welke met veel materiaal was uitgerukt, is men er in geslaagd het vuur in te per ken tot den rechtervleugel, welke even wel de meest belangrijke deelen van het gebouw bevat, nl. de St. Dominicuskerk en de groote zaal der „Honderd Dagen". De schade is zeer aanzienlijk. De ge heele Noordelijke vleugel was één vuur haard; de kerk, welke versierd is met fraaie fresco's en schilderijen uit de 17e en 18e eeuw, is ernstig beschadigd, evenals de groote ontvangzaal, welke rijk versierd was met schilderijen uit de 16e eeuw en een prachtig gebeeldhouwd houten pla fond. Eenige dagen geleden heeft een brand van geringeren omvang in het gebouw ge woed. De oorzaak van beide branden is niet opgehelderd doch men veronderstelt dat hier sprake is van misdaad. De autoriteiten van het Vatikaan en de Italiaansche politie hebben een gemeen schappelijk onderzoek ingesteld. DONAU VOOR SCHEEPVAART GESLOTEN. BOEKAREST, 2 Januari. (A.N.P.) Nu de Donau gedeeltelijk is dichtgevroren, is de scheepvaart geheel verboden. De uitvoer van voor Duitschland bestemde Rcemeen- sche goederen moet thans per trein via Hongarije geschieden Inlevering van boonen en capucijners Naar aanleiding van de van verschillen de zijden gestelde vraag, wanneer met de distributie van bruine boonen en capucij ners zal worden begonnen, betreurt de Minister van Economische Zaken te moe ten mededeelen, dat de voorraden van de ze artikelen nog niet voldoende zijn om tot distributie te kunnen overgaan. Ondanks het feit, dat reeds eenigen tijd tot een aanzienlijke verhooging van de prijzen der bruine boonen, witte boonen en capucijners is overgegaan, zijn deze producten nog niet in voldoende mate bij de provinciale voedselcommissarissen ge leverd. Ten deele is dit toe te schrijven aan den natten herfst en aan het feit, dat vele landarbeiders door de mobilisatie aan hun werk zijn onttrokken, waardoor het dorschen later dan anders geschiedde. Ver moedelijk zijn er ook onder de landbou wers, die voorraden hebben vastgehouden in de hoop op hoogere prijzen. Inderdaad zijn die soms behaald in den illegalen handel. Het spreekt vanzelf, dat de laatste handelwijze, welke getuigt van een volkomen gebrek aan gemeenschaps zin, niet genoeg afgekeurd kan worden. De minister heeft dan ook besloten en kele maatregelen te treffen, waardoor hij de inlevering van boonen en capucijners hoopt te bevorderen en daardoor het in stellen van de distributie te bespoedigen. Zooals bekend mag worden veronder steld, is het afleveren en vervoeren onder meer van bruine boonen, witte boonen, grauwe erwten en capucijners verboden. Tot dusverre is van deze verbodsbepaling evenwel ontheffing verleend voor zoover het betreft de aflevering aan uiteindelijke verbruikers. Deze ontheffing is nu inge trokken. Elke verkoop van de genoemde producten, ook aan het publiek, is derhal ve verboden. Het ligt in het voornemen van den mi nister om, indien onverhoopt nog niet tot voldoende inlevering zal worden overge gaan, de totstandkoming van een konin klijk besluit te bevorderen, waarby het voorhanden en in voorraad hebben van bruine boonen, witte boonen, grauwe erw ten en capucijners in ongedorschten toe stand met ingang van 22 Januari 1940 zal zijn verboden. Het gevolg van deze bepa ling zal dan zijn, dat elke teler verplicht is de door hem geoogste hoeveelheden bruine boonen, witte boonen, grauwe erw ten en capucijners te dorschen, indien hij zich althans niet wil blootstellen aan in beslagneming van de in ongedorschten. toestand aanwezige partijen. Zooals overigens bekend zal zijn, is het dorschen met het oog op de controle zonder verlof verboden. Dit verlof wordt door de provinciale voedselcommissarissen of plaatselijke bureauhouders op aanvrage verleend in den vorm van een algemeene of bijzondere dorschvergunning. Teneinde in den overgangstijd, waarin de verkoop van boonen, grauwe erwten en capucijners verboden zal zyn, diegenen niet te benadeelen, die aan deze peulvruch ten op medische gronden behoefte hebben, zal een aparte regeling voor zieken en daarmee gelijkgestelden worden getrof fen. Ook met de bijzondere behoeften van ziekenhuizen zal rekening worden gehou den. Dit nummer bestaat alt vier bladen* VOORNAAMSTE NIEUWS Buitenland NIEUWE RAMPEN OVER TURKIJE. OVERSTROOMINGEN EN STORMEN VEROORZAKEN TALRIJKE SLACHT OFFERS. (Ie blad). BRAND IN DE APOSTOLISCHE KAN SELARIJ TE ROME. (lebla OORLOGSINZET VAN HET NIEUWE JAAR. (2e blad). Binnenland BEPALINGEN INZAKE INLEVERING VAN BOONEN EN CAPUCIJNERS. (1ste blad). BENOEMINGEN IN HET BISDOM HAARLEM. (2de blad). TRAGISCH MOORDDRAMA TE HOE VEN (N.-B.), WAAR EEN LANDARBEI DER BIJ VERGISSING IS DOODGESCHO TEN; DE DADER PLEEGDE ZELFMOORD (3de blad). TE JAARSVELD SCHOOT EEN JON GEMAN ZIJN BROER DOOD. (3de blad). Lelden HET 300-JARIG BESTAAN VAN HET SALVATOR-HOFJE. (1ste blad). Geen reden om te wanhopen De minister van Staat dr. Colyn heeft gisteravond door de radio een nieuwjaars rede gehouden. Hij schetste het groote en droeve wereld gebeuren, om te besluiten dat er metter daad oorzaak is, om op dezen nieuwjaars dag de toestand met bezorgdheid in te zien; dat het zeer begrijpelijk is, dat er zijn, wien het bang om het hart wordt. Maar toch, aldus spr., mogen wij niet wanhopen en hij vervolgde: mag ik u eens herinneren aan enkele episoden uit onze historie, aan onzen tachtigjarigen strijd tegen Spanje en aan de daarop gevblgde oorlogen met Engeland en Frankrijk. In de jaren tusschen 1568 en 1713, d.i. bijna 150 jaar, hebben we slechts ongeveer een vierde van dien tijd vrede gekend. Drie vierde van die anderhalve eeuw was ons land in oorlog gewikkeld. Denk ook aan de binnenlandsche verwikkelingen in de tweede helft der 18e eeuw, waarvan we thans onder het koningschap der Oran jes gelukkig bevrijd zijn. Denk aan den Franschen tijd en de gevolgen daarvan op de staats- en volkshuishouding. In het be gin der vorige eeuw is er een jaar aan te wijzen waarin het totaal der gewone staatsinkomsten slechts 30 millioen gulden bedroeg, terwijl alleen de rente van de staatsschuld reeds 34 millioen vorderde. In Amsterdam werd destijds de helft der bevolking bedeeld. In Den Haag en Haar' lem, die toen zeer veel kleiner waren dan thans, werden resp. 650 en 500 groote hui zen en lusthoven gesloopt, wijl er geen be woners meer voor te vinden waren. En let er dan eens op, hoe Nederlana, onder Gods zegen al die moeilijkheden to boven kwam en ten slotte Engeland, waar schijnlijk het rijkste land der aarde, in welvaart zeer nabij kwam. Neen, als men de historie laat spreken, dan is er, hoe donker het uitzicht momen teel ook is. geen reden om te wanhopen aan de toekoms1 van ons volk, geen oor zaak tot defaitisme. J AP ANSCH-RUSSISCHE VISSCHERIJ- OVEREENKOMST GETEEKEND. TOKIO, 2 Januari. (A.N.P.) Officieel wordt gemeld, dat Zondagavond een voor- loopige visscherij-overeenkomst tusschen Japan en de Sovjet-Unie te Moskou is ge- teekend. Tevens is een accoord bereikt over de kwestie der betaling van den laat- sten termijn van den verkoopprijs der Noord-Mandsjoerijsche speorweglijn. De bijzonderheden hiervan zullen geregeld worden in een bijeenkomst, welke binnen kort in Tokio of Charbin zal gehouden worden. BEMANNING VAN „CABO SAN ANTONIO" TE DAKAR. DAKAR, 2 Januari. (A.N.P.) Een Fransch oorlogschip heeft de passagiers van de Spaansche mailboot „Cabo San Antonio", die in volle zee in brand staat, te Dakar ontscheept

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 1